Debat in de Digitale Hofstad

Stemmen uit de Haagse Wijken

Demissionair Kabinet Rutte 4 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11f – rechtszaak afwikkeling burgerslachtoffers kwestie Hawija Irak

Iraakse nabestaanden tegenover Nederlandse overheid in eerste Hawija-rechtszaak

Acht jaar na de Nederlandse luchtaanval op een IS-bommenfabriek in Hawija, eist een groep Irakezen vandaag een schadevergoeding van de Nederlandse staat. Bij de aanval in 2015 kwamen zeker 70 burgers om het leven. Het was een van de bloedigste aanvallen in de strijd van de internationale coalitie in de strijd tegen Islamitische Staat. Wereldwijd is het de eerste rechtszaak van burgerslachtoffers van de luchtoorlog tegen terreurorganisatie IS.

Deze afbeelding heeft een leeg alt-atribuut; de bestandsnaam is hawija%20(4).jpg

De groep nabestaanden bestaat uit elf Irakezen. Zij verloren als gevolg van de aanval elf familieleden, onder wie negen kinderen. Omdat de aanval door Nederlandse F-16-piloten werd uitgevoerd en vooraf door Nederland werd goedgekeurd, eisen ze een individuele schadevergoeding van Nederland. Enkelen van hen zullen vandaag het woord voeren op de zitting in Den Haag. Via een livestream in Hawija kunnen andere nabestaanden de rechtszaak ook volgen.

Deze afbeelding heeft een leeg alt-atribuut; de bestandsnaam is hawija.jpg

De zaak draait om de procedure die is gevolgd voorafgaand aan het bombardement, zo valt op te maken uit stukken die door beide partijen naar de rechtbank zijn gestuurd. Omdat Nederland alleen luchtaanvallen wilde uitvoeren waarbij geen burgerdoden werden verwacht, werd vooraf door een Amerikaans team heel precies uitgerekend wat de impact zou zijn van zes kleine precisiebommen. De conclusie: als de aanval ’s nachts wordt uitgevoerd, vallen er zeer waarschijnlijk geen burgerdoden.

Twee Iraakse nabestaanden, die speciaal voor de rechtszaak in Nederland zijn.

Zij verloren hun dierbaren bij bombardement Hawija: ‘Wij willen gerechtigheid’

Maar wat er zou gebeuren als de geïmproviseerde autobommenfabriek van IS zelf zou ontploffen, dat werd niet berekend. Volgens het ministerie van Defensie was er al veel ervaring opgedaan met het uitschakelen van bommenfabrieken. De militairen gingen er daarom van uit dat alleen de gebouwen in de directe omgeving zouden worden beschadigd.

Dat bleek een misvatting. De explosie die volgde was tot op 60 kilometer te horen, beschadigde zo’n 400 gebouwen en kostte burgers in de wijde omgeving het leven.

‘Twee fouten’

Volgens Liesbeth Zegveld, de advocaat van de nabestaanden, is Nederland te verwijten dat er twee fouten zijn gemaakt. Nederlandse militairen hadden moeten uitzoeken hoeveel explosieven er lagen om uit te rekenen wat er zou gebeuren als de fabriek zou ontploffen. Ook hadden ze volgens haar moeten weten dat er vluchtelingen sliepen in de bedrijfsgebouwen rondom de fabriek. Omdat die kennis ontbrak, had de aanval volgens haar niet mogen doorgaan.

De impact van het bombardement te zien binnen de circels. De cirkels zijn gebaseerd op informatie van het ministerie van Defensie. Alle nabestaanden in de zaak woonden ver buiten dat gebied.

https://app.nos.nl/data/datavisualisatie/foto-vergelijk/448/index.html

Volgens de landsadvocaat is de fabriek vooraf lange tijd geobserveerd en klopt het niet dat er in de directe omgeving van de fabriek ’s nachts vluchtelingen sliepen. En dat er zo veel explosieven lagen, had men vooraf niet kunnen weten, beargumenteert de advocaat namens de staat. Bovendien, als men alleen nog aanvallen zou mogen uitvoeren waarbij de hoeveelheid explosieven bekend is, zou er geen bommenfabriek meer worden aangevallen, aldus de landsadvocaat.

Deze afbeelding heeft een leeg alt-atribuut; de bestandsnaam is hawija%20(2).jpg

Kamer verkeerd geïnformeerd

Uit het verweer van de landsadvocaat blijkt ook dat de procedure die is gevolgd anders is dan Defensie tot dusver heeft beweerd. Aan de Tweede Kamer is steevast verteld dat de Nederlandse Red Card Holder, de senior militair die elke aanval vooraf moet goedkeuren, vanuit Qatar nauw betrokken was bij de voorbereiding van de aanval.

Nu blijkt dat de Red Card Holder in werkelijkheid de detachementscommandant van de F-16-piloten was, die 1500 kilometer verderop in Jordanië zat. Naar aanleiding van vragen van de NOS en NRC heeft minister Ollongren van Defensie gisteravond een brief naar de Kamer gestuurd waarin ze erkent dat de verkeerde informatie met de Kamer is gedeeld.

Ook is er veel onduidelijkheid over de cruciale berekening die vooraf is gemaakt om de impact van de explosie van de bommenfabriek vast te stellen. Door Defensie is eerder aan de Kamer verteld dat er modellen zijn gebruikt op basis van vier eerdere aanvallen op bommenfabrieken.

De landsadvocaat spreekt in het verweer over aanvallen op “tientallen vergelijkbare” bommenfabrieken, uitgevoerd door de gehele internationale coalitie. Ook spreekt de landsadvocaat niet over ‘modellen’, maar slechts over ervaringen die hebben geleid tot de conclusie dat de nevenschade beperkt zou zijn.

Of dat een gefundeerde conclusie was, of dat Defensie willens en wetens een groot risico nam, zal op de zitting duidelijk moeten worden.

Deze afbeelding heeft een leeg alt-atribuut; de bestandsnaam is hawija%20(3).jpg

Nieuw licht op aanval Hawija: commandant controleerde zichzelf

De voorbereidingen van de bloedige Nederlandse aanval op een bommenfabriek in de Iraakse stad Hawija in juni 2015, waarbij zeker 85 burgers omkwamen, verliepen op een cruciaal onderdeel anders dan Defensie de Tweede Kamer heeft verteld. Dat meldt NRC.

Toenmalig minister Ank Bijleveld (CDA) en de huidige commandant der strijdkrachten Onno Eichelsheim meldden in 2019 en 2020 herhaaldelijk dat toezicht en uitvoering van de bombardementen door twee verschillende militaire officieren gebeurde. In werkelijkheid combineerde de commandant van het detachement dat IS-doelen bombardeerde zijn werk met toezichthouden. De commandant controleerde zichzelf dus, daarin bijgestaan door adviseurs en mede-officieren.

Dat blijkt uit stukken van de landsadvocaat die zijn ingediend bij de Haagse rechtbank. Deze dinsdag heeft daar een zitting plaats in een civiele procedure van elf eisers uit Hawija en omstreken tegen de Staat der Nederlanden

Meer:

Zie ook: Terugblik – 10 jaar oorlog in Syrië

Zie ook: Kabinet Rutte 4 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 14 – burgerdoden bij bombardement Nederlandse F-16’s op Mosoel

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Syrië, Irak en verder – deel 13 – VS verzweeg tientallen burgerdoden bij bombardement Syrië

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 12

Zie ook: Kabinet Rutte 4 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11e – verdere afwikkeling schade kwestie Hawija Irak

Zie ook: Kabinet Rutte 4 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11d – aansprakelijkheid schadevergoeding kwestie Hawija Irak

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11c – nasleep onderzoek Hawija Irak

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11b nasleep onderzoek Hawija Irak

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11a – nasleep onderzoek Hawija Irak

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak, Iran en verder – deel 11

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 10

Zie ook; Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 9

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 8

Zie ook: Kabinet Rutte 2 en 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 7

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 6

zie ook:  Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 5

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 4

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 3

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 2

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 1

Veel meer:

Lees: Rechtbank wil meer informatie over bombardement op Hawija (msn.com) 17.01.2024

Lees: Defensie moet van rechtbank bewijs aanleveren in Hawija-zaak (nos.nl) 17.01.2024

Lees: Iraakse nabestaanden tegenover Nederlandse overheid in eerste Hawija-rechtszaak NOS 24.10.2023

Lees: Nabestaanden van slachtoffers bombardement Hawija bij proces tegen Staat  NU 24.10.2023

Lees: Betrokkenen bombardement Hawija bij proces tegen Staat Telegraaf 24.10.2023

Lees: Zeven familieleden van Saleh kwamen om bij de Nederlandse aanval in Hawija: ‘Papa, ik red het niet’ (trouw.nl) 24.10.2023

Lees: Acht jaar na de ‘hel van Hawija’ eisen slachtoffers van het Nederlandse bombardement bij de rechter compensatie (trouw.nl) 24.10.2023

Lees: In tranen vertellen Irakezen hoe hun families stierven na Nederlands bombardement: ‘Zat onder het bloed van mijn gezin’ AD 24.10.2023

Lees: Nabestaanden Nederlands bombardement in Irak eisen schadevergoeding: ’Ik zat onder het bloed van mijn eigen gezin’ Telegraaf 24.10.2023

Lees: Nieuw licht op aanval Hawija: commandant controleerde zichzelf – Wel.nl (welingelichtekringen.nl) 24.10.2023

oktober 25, 2023 Posted by | Hawija, Irak, is, isis | Reacties uitgeschakeld voor Demissionair Kabinet Rutte 4 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11f – rechtszaak afwikkeling burgerslachtoffers kwestie Hawija Irak

Kabinet Rutte 4 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11d – aansprakelijkheid schadevergoeding kwestie Hawija Irak

Schadeclaim

Een groep van elf Irakezen heeft de Nederlandse staat gedagvaard in verband met de schade die ze hebben geleden door de Nederlandse luchtaanval op een autobommenfabriek in Hawija, in 2015.

Dat vertelt advocaat Liesbeth Zegveld namens de families tegen NOS en NRC. Het gaat om elf Irakezen uit Hawija, Tigrit en Zoetermeer die familieleden, onder wie ook kinderen, verloren bij de luchtaanval. Liesbeth Zegveld, de advocaat van de families, claimt dat de aanval onrechtmatig was.

Het bombardement op Hawija

Vanaf oktober 2014 tot juli 2016 neemt Nederland voor het eerst deel aan een F-16-missie boven Irak en Syrië. Na publicaties van NRC en NOS blijkt dat Nederland verantwoordelijk is voor een bombardement op een bommenfabriek van IS in Hawija, Irak. Zeventig burgers komen om het leven.

De Irakezen verloren als gevolg van de aanval elf familieleden, onder wie negen kinderen. Verschillende huizen van hen werden verwoest en sommige slachtoffers liepen chronische lichamelijke schade op. Omdat de aanval door Nederlandse F16-piloten werd uitgevoerd, eisen ze een individuele schadevergoeding van de Nederlandse staat.

Bij de aanval op de autobommenfabriek van IS ging het volgens het ministerie van Defensie mis doordat er veel meer munitie lag opgeslagen dan gedacht. De munitie explodeerde en daardoor werden in de omliggende woonwijk honderden huizen beschadigd of verwoest. Zeker zeventig burgers kwamen om het leven.

Vijf kinderen

De Zoetermeerse postbode Alaa en zijn vrouw Wafaa, wier zoon bij de luchtaanval blind werd aan een oog, zijn twee van de eisers. Wafaa zelf heeft blijvend letsel door de glasscherven die ze in haar rug heeft gekregen.

Een andere eiser is de 40-jarige witgoedmonteur Abdallah. Hij verloor door de explosie zijn vrouw en vijf kinderen. Het gezin was op de vlucht en op doorreis, maar mochten van IS niet verder reizen. Hierdoor moesten ze naar eigen zeggen noodgedwongen een woning huren in Hawija. Ze woonden op ruim 200 meter van de bommenfabriek. Twee van zijn kinderen overleefden de aanval wel.

Ontploffing

Uit onderzoek van NOS en NRC bleek twee jaar geleden dat Amerikaanse militairen weliswaar precies hadden berekend wat de schade zou zijn van een bominslag, maar dat ze niet wisten wat er zou gebeuren als de bommenfabriek zou ontploffen. Er was namelijk geen methode voorhanden om de impact van die ontploffing te berekenen.

Sterker nog, de Amerikaanse militair die verantwoordelijk was voor de berekeningen verklaarde na afloop dat er geen enkele informatie was over “de hoeveelheid en soort munitie in de fabriek”. Het was daarom “niet redelijk om te veronderstellen dat er geen nevenschade zou zijn”, concludeerde hij. Toch was Nederland bereid de aanval op de fabriek in het woongebied uit te voeren.

Ank Bijleveld, minister van Defensie ten tijde van de publicaties, heeft in de Tweede Kamer meerdere keren gezegd dat er vooraf geen aanwijzingen waren dat er burgerdoden zouden vallen. Op basis van de ervaring die er was met vier eerdere luchtaanvallen op bommenfabrieken meende men dat er geen groot risico op schade in de omliggende woonwijk was.

Dat er een gigantische hoeveelheid munitie in de autobommenfabriek lag, was volgens Bijleveld niet te voorzien. Volgens Defensie was er met de procedure en de uitvoering van de aanval dan ook niets mis.

Beperkt militair voordeel

Advocaat Zegveld bestrijdt dat. Volgens haar heeft Nederland met de aanval een onaanvaardbaar risico genomen. “De staat wist of had behoren te weten dat de luchtaanval enorm veel burgerslachtoffers zou (kunnen) veroorzaken”, stelt ze in de dagvaarding. Ze verwijt Nederland dat er geen serieuze berekening is gemaakt om de impact van de explosie te berekenen.

Bovendien claimt ze dat het militaire voordeel van de aanval beperkt was, op basis van Amerikaanse militairen die in evaluaties spreken van een “gematigd negatief effect”. En omdat niet berekend kon worden wat de schade van een ontploffing zou zijn, kon dit beperkte militaire voordeel niet goed worden afgewogen tegen de mogelijke burgerdoden, aldus Zegveld. De Nederlandse red card holder, een hoge militair die basis van alle verzamelde informatie groen licht moet geven, had volgens haar daarom nooit mogen instemmen met het bombardement.

Verwijten

Het vorige kabinet heeft een paar miljoen euro uitgetrokken voor wederopbouwprojecten in Hawija en een commissie onder leiding van oud-minister Winnie Sorgdrager doet momenteel onafhankelijk onderzoek naar het bombardement.

Het vorige kabinet zei echter al dat er geen compensatie komt voor individuele slachtoffers of nabestaanden.

Onafhankelijk onderzoek

Zegveld verwijt Nederland ook dat er “niet op tijd, niet adequaat en niet onafhankelijk” onderzoek is gedaan. Ze doelt onder meer op het onderzoek dat het ministerie van Defensie in 2015 instelde, maar waarvoor geen toegang tot cruciale Amerikaanse informatie werd verleend.

Volgens haar was Nederland, op basis van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, hiertoe wel verplicht.

Na het incident in 2015 heeft Defensie in eerste instantie de zaak zelf uitgezocht. De onderzoekers van Defensie kregen echter geen toegang tot cruciale Amerikaanse informatie.

Ook het Openbaar Ministerie deed onderzoek. Uit onderzoek van NOS en NRC bleek dat het OM pas na negen maanden door het kabinet geïnformeerd werd over mogelijke burgerdoden. Het OM voerde naar eigen zeggen vervolgens een beperkt onderzoek uit naar de feiten en omstandigheden, maar keek niet naar de rechtmatigheid van de aanval.

Twee jaar geleden diende Zegveld al een claim in namens 52 Irakezen, waarin ze Nederland aansprakelijk stelde. Omdat het kabinet die aansprakelijkheid niet heeft erkend, maakt ze namens een aantal van hen nu de gang naar de rechter.

Het vorige kabinet heeft vier miljoen euro ter beschikking gesteld voor wederopbouwprojecten in Hawija. Ook doet een commissie, onder leiding van oud-minister Winnie Sorgdrager, op verzoek van Defensie momenteel onderzoek naar de toedracht van de aanval. Dat rapport wordt komend jaar verwacht.

BEKIJK OOK;

Meer: hawija – Search (bing.com)

Meer: hawija – YouTube

Lees: Doel bereikt bij inzamelingsactie kind dat verminkt raakte na bombardement Hawija NOS 23.02.2022

Lees: ‘Nabestaanden bombardement Hawija klagen staat aan’ RTL 21.02.2022

Lees: ‘Nabestaanden bombardement Hawija klagen staat aan’ MSN 21.02.2022

Lees: Nabestaanden Hawija klagen Nederlandse staat aan NOS 20.02.2022

Zie ook: Terugblik – 10 jaar oorlog in Syrië

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11c – nasleep onderzoek Hawija Irak

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11b nasleep onderzoek Hawija Irak

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11a – nasleep onderzoek Hawija Irak

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Syrië, Irak en verder – deel 13 – VS verzweeg tientallen burgerdoden bij bombardement Syrië

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 12

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak, Iran en verder – deel 11

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 10

Zie ook; Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 9

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 8

Zie ook: Kabinet Rutte 2 en 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 7

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 6

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 5

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 4

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 3

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 2

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 1

februari 21, 2022 Posted by | bombardement, Hawija, Irak, is, isis, Uncategorized | Reacties uitgeschakeld voor Kabinet Rutte 4 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11d – aansprakelijkheid schadevergoeding kwestie Hawija Irak

Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak, Iran en verder – deel 11

Telegraaf 02.01.2021

Spanningen Iran versus VS nemen toe !!

Een jaar na de moord op generaal Qassem Soleimani dagen Iran en VS elkaar als volleerde vechtsporters uit in een ‘staredown’.

De VS stuurde twee B52-bommenwerpers naar het Midden-Oosten om Iran te laten zien dat het menens is bij wraakacties. © EPA

‘Flyovers’

Iran nam vijf dagen na de aanslag wraak met een raketaanval op een Amerikaanse basis in Irak, uitgevoerd door sji’itische milities die trouw zijn aan hun geloofsgenoten in Iran. Bij de aanval raakten ongeveer 100 Amerikaanse soldaten gewond. Achteraf beschouwd zijn beide landen toen nog nooit zo dicht bij een uitslaande oorlog geweest.

Een jaar later lopen de spanningen opnieuw hoog op. Vorige week stuurden de Amerikaanse strijdkrachten twee B52-bommenwerpers naar het Midden-Oosten voor ‘flyovers’, om Iran te laten zien dat het menens is mocht het de dood van Soleimani opnieuw willen wreken.

Ook werd een onderzeeër met kernraketten aan boord naar de Golfregio gestuurd. Tweets van Donald Trump lieten niets aan onduidelijkheid over. ,,We horen over aanvullende aanvallen op Amerikanen in Irak. Gezond advies aan Iran: Als er één Amerikaan wordt gedood, houd ik Iran ervoor verantwoordelijk. Denk er goed over na’’, aldus Trump.

Telegraaf 04.01.2021

Gezond advies aan Iran: Als er één Amerikaan wordt gedood, houd ik Iran ervoor verantwoor­de­lijk. Denk er goed over na, aldus Donald Trump.

Slagveld

Het overvliegen van de B52-bommenwerpers zorgde voor extra oorlogstaal in Iran. Generaal Hossein Salami, de commandant van de Republikeinse Garde (ayatollah Khamenei’s eigen leger), hamerde erop dat ‘Iran elke Amerikaanse agressie’ zal weerstaan.

,,We geven onze vijanden het laatste woord op het slagveld’’, zei Salami tijdens een herdenkingsplechtigheid op de Universiteit van Teheran. Behalve Iraanse leiders waren ook leden van de familie Soleimani en vertegenwoordigers van bondgenoten uit Syrië, Libanon en Palestina aanwezig.

Zware prijs

De dreigementen vliegen over en weer. Iran waarschuwt dat het is voorbereid op een Amerikaanse aanval, mocht president Donald Trump daar in zijn laatste weken als president nog toe besluiten. Op zijn beurt waarschuwt het Witte Huis dat Iran een zware prijs betaalt als het de dood van Qassem Soleimani een jaar na dato wil ‘herdenken’ met een aanval op Amerikaanse doelen in het Midden-Oosten.

USS Nimitz

De Verenigde Staten halen het vliegdekschip USS Nimitz terug uit de wateren in het Midden-Oosten. Waarnemend minister van Defensie Miller zou zo de spanningen met Iran willen verminderen om een nieuwe confrontatie te voorkomen, schrijft The New York Times.

Het besluit komt onverwacht: president Trump bedreigt Iran geregeld op Twitter, en in november zou hij door zijn belangrijkste adviseurs op het laatste moment zijn afgehouden van een militaire aanval op nucleaire installaties in Iran.

Amerika is ervan overtuigd dat Iran nog steeds werkt aan de ontwikkeling van een kernwapen. Komend president Biden wil weer gesprekken aanknopen met de leiders in Teheran; een Amerikaanse aanval op Iran zou daar zo goed als zeker een streep door halen.

Telegraaf 29.01.2020

Telegraaf 27.01.2020

Iran heeft de atoomwaakhond van de Verenigde Naties laten weten dat het uranium wil verrijken tot een zuiverheid van 20 procent , een niveau waarop het land uranium verrijkte voor het atoomakkoord uit 2015.

Telegraaf 05.01.2021

De aankondiging is de nieuwste in een reeks besluiten waar Iran het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA) van op de hoogte heeft gesteld en waarmee het land de afspraken uit 2015 steeds verder schendt. Zo verrijkte het land tien keer meer uranium dan volgens de deal is toegestaan. Daarnaast mag Iran uranium niet verder dan 3,67 procent zuiverheid verrijken, maar het zit het nu al op 4,5 procent. Voor een nucleair wapen moet uranium overigens tot boven de 90 procent zuiverheid worden verrijkt.

Het Iraanse parlement nam vorige maand een wet aan waarin werd vastgelegd dat het verrijken van uranium moet worden opgeschroefd in nieuwe installaties. Dat zal gebeuren in de atoomfaciliteit die is gebouwd in een berg in Fordo, ten zuiden van Teheran. Wanneer Iran ermee gaat beginnen, is niet duidelijk.

De wet is vermoedelijk een reactie op de liquidatie van de prominente Iraanse nucleaire wetenschapper Mohsen Fakhrizadeh, die werd gezien als het brein achter het nucleaire programma van het land. Volgens Iran zat Israël achter die moordaanslag.

Fragiel akkoord

Het atoomakkoord werd getekend door Iran, de Verenigde Staten, Rusland, China, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en Duitsland. Met de deal moest worden voorkomen dat Iran een nucleair wapen zou produceren. In ruil daarvoor werden internationale sancties tegen Iran geschrapt.

In 2018 kondigde president Trump aan dat de VS zich eenzijdig zou terugtrekken uit het akkoord, omdat Iran ondanks de deal zou zijn doorgegaan met het ontwikkelen van kernwapens. VS schroefde de sancties daarna weer op. Iran zegde het akkoord een jaar later deels op.

Wetenschapper Mohsen Fakhrizadeh de ‘Vader’ van Iraans kernprogramma vermoord 

De Iraanse regering heeft laten weten dat de ‘Vader’ van Iraans kernprogramma vandaag is omgebracht in de Iraanse hoofdstad Teheran. Fakhrizadeh was een prominent kernwetenschapper en stond aan het hoofd van het Iraanse kernwapenprogramma.

Er is nog een boel onduidelijk over de moord op Fakhrizadeh. Volgens Iraanse staatsmedia zou de wetenschapper zijn aangevallen toen hij in zijn auto zat, net buiten Teheran. Er wordt gesproken over ‘een explosie, gevolgd door geweervuur’. Fakhrizadeh werd nog met een helikopter naar het ziekenhuis gebracht maar kwam daar uiteindelijk te overlijden.

Israëlische rol

Het is nog onduidelijk wie de moord heeft gepleegd. Javad Zarif, de Iraanse minister van buitenlandse zaken, spreekt van een terroristische daad, met een ‘Israëlische rol’.

Iran wijst hiermee naar Israël als schuldigen in de moord op Fakhrizadeh. Van Israël is al langer bekend dat het een fel tegenstander is van het Iraanse kernprogramma. In het verleden werd er gewezen naar de Israelische geheime dienst;,de Mossad, bij de dood van andere kernwetenschappers. Een beschuldiging die Israël zelf altijd heeft ontkend.

‘Onthoud die naam, Fakhrizadeh’

Toch was de wetenschapper in kwestie bekend bij de Israëliërs. Fakhrizadeh werd twee jaar geleden door Netanyahu genoemd als het hoofd van het Iraanse kernwapenprogramma. “Onthoud die naam, Fakhrizadeh”, verklaarde Netanyahu toentertijd.

Ook de Amerikanen worden gezien als mogelijk daders. In januari van dit jaar werd de Iraanse generaal Qassem Soleimani omgelegd in een Amerikaanse drone-aanval. President Trump zou recentelijk nog aan zijn kabinet gevraagd hebben of het mogelijk was om luchtaanvallen uit te voeren op Iraanse kerncentrales.

Lees ook:

Iran executeert man wegens spionage voor Israël en VS

Iraanse kernprogramma

Iran heeft het verrijken van uranium in een ondergronds centrum bij het plaatsje Fordow hervat. Volgens een regeringswoordvoerder wordt er uranium tot 20 procent verrijkt. Uranium moet een proces ondergaan om geschikt te worden gemaakt voor kernenergie of kernwapens.

In 2015 is een internationaal akkoord gesloten met Iran over de nucleaire projecten van dat land en daarin stond dat Iran niet tot dat percentage zou verrijken. De VS hebben het akkoord in 2018 opgezegd en nieuwe sancties tegen Iran afgekondigd. Iran voelt zich sindsdien niet meer verplicht zich aan die afspraken te houden. Een verrijking van 20 procent is over het algemeen onvoldoende voor het maken van kernwapens. Voor kernenergie kan 3 procent genoeg zijn.

Iran’s kernprogramma is al langer een heet hangijzer in de internationale politiek. Iran begon begin 21ste eeuw stiekem met het verrijken van uranium. Iran beweerde zelf dat het kernprogramma bedoeld was om het land van energie te voorzien maar het Westen was bang dat Iran bezig was met de productie van kernwapens.

Na jaren van onderhandelingen bereikte Iran uiteindelijk een deal met de VS en Europa over het eigen kernprogramma, de ‘Iran-deal’. Iran zou geen uranium meer verrijken en zou het internationale waarnemers toelaten die erop toe konden zien dat de Iraniërs geen kernwapens produceren. In ruil daarvoor zou het Westen sancties tegen Iran opheffen.

De deal leek een succes, totdat de VS onder president Trump zich terugtrok uit de deal. Trump was van mening dat Iran niet te vertrouwen was, hij werd hierin gesteund door Israël wat altijd al tegen de deal was. Europa wou de deal behouden maar is zich ook steeds kritischer gaan opstellen tegen Iran. In januari van dit jaar beschuldigde de EU Iran ervan beloftes uit de deal niet na te komen.

‘Nummer 2 van al-Qaeda in het geheim vermoord in Iran’

De nummer 2 leider van al-Qaeda is drie maanden geleden in het geheim vermoord in Iran. Dat bevestigen inlichtingsfunctionarissen aan de Amerikaanse krant The New York Times. Abdullah Ahmed Abdullah werd samen met zijn dochter gedood door twee huurmoordenaars op een motorfiets.

Abdullah Ahmed Abdullah, ook wel bekend als Abu Muhammed al-Masri, wordt ervan beschuldigd een van de meesterbreinen te zijn van de dodelijke aanslagen op Amerikaanse ambassades in Afrika in 1998. Hij werd op 7 augustus, de datum waarop die aanslagen in 1998 plaatsvonden, op straat in Teheran gedood.

Israëlische agenten

Functionarissen zeggen tegen The New York Times dat de aanval werd uitgevoerd door Israëlische agenten in opdracht van de Verenigde Staten. Ook de dochter van al-Masri, Miriam, kwam bij die aanval om het leven. Zij was de weduwe van Osama bin Ladens zoon Hamza bin Laden.

Lees ook:

Wat is er over van IS? ‘Ze zijn verzwakt, maar de organisatie blijft bestaan’

Er waren al langer geruchten dat al-Masri dood was, maar die werden nooit bevestigd. Al-Qaeda heeft de dood van een van zijn topleiders nooit bekendgemaakt en geen enkel land heeft er publiekelijk de verantwoordelijkheid voor opgeëist.

Iran ontkent nog steeds dat de man in Teheran is gedood. Volgens het ministerie van Buitenlandse Zaken waren er geen terroristen van al-Qaeda op Iraans grondgebied, en proberen Washington en Tel Aviv met dit soort ‘leugens en valse informatie’ van tijd tot tijd om Iran aan dergelijke groepen te linken.

Beloning van 10 miljoen

Al-Masri is in de VS aangeklaagd voor de aanslagen op de Amerikaanse ambassades in Kenia en Tanzania in 1998, waarbij 224 mensen omkwamen en honderden gewonden vielen. De FBI bood tien miljoen dollar beloning voor informatie die leidt tot zijn arrestatie.

Terugblik

Vertrek Nederlandse militairen uit Irak

Het Iraakse parlement wil dat de buitenlandse troepen uit het land vertrekken. Aanleiding is de Amerikaanse luchtaanval op 10 januari 2020 waarbij de Iraanse generaal Soleimani werd gedood.

Het kabinet wil echter de missie in Irak voortzetten. Daar trainen enkele tientallen Nederlandse militairen hun Iraakse collega’s. Het Iraakse parlement wil af van de buitenlandse militairen, maar ,,de Iraakse premier heeft Nederland niet benaderd om weg te gaan”, zei minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken in de Tweede Kamer.

Het vertrek uit Irak van de buitenlandse troepen zou de stabiliteit van ,,zo’n cruciaal land” volgens de bewindsman niet ten goede komen. ,,Onze bereidheid is om in coalitieverband te blijven.” De Nederlandse militairen maken onderdeel uit van de internationale coalitie tegen terreurgroep IS.

De spanningen in Irak liepen hoog op door de Amerikaanse droneaanval waarbij de Iraanse generaal Qassem Soleimani nabij Bagdad omkwam. De Iraniërs voerden als vergelding raketaanvallen uit op twee Amerikaanse militaire bases in Irak. Een van de aanvallen was gericht tegen een basis bij Erbil waar de meeste Nederlandse militairen verblijven.

Ook nam het Iraakse parlement na de Amerikaanse droneaanval een niet-bindende resolutie aan waarin de regering werd opgeroepen alle buitenlandse troepen in het land te bewegen te vertrekken. Het was een ,,politiek signaal” en ,,de motie is niet omgezet in beleid”, aldus Blok.

Vanwege de opgelopen spanningen was de missie voorlopig stilgelegd. De militairen verblijven nu op een veilige plek, zei minister Bijleveld van Defensie onlangs.

Alle Nederlandse militairen in het noorden van Irak zitten nu bij elkaar in de stad Erbil. Oorspronkelijk waren ze verdeeld over twee locaties, maar ze zijn nu om “veiligheids-en praktische redenen” op één plek ondergebracht, zegt het ministerie van Defensie. Daarnaast zitten er nog steeds enkele Nederlanders in de hoofdstad Bagdad.

Inzet Nederlandse marine

In de Straat van Hormuz heeft Iran een Zuid-Koreaanse tanker geënterd. Volgens de Iraanse staatstelevisie zijn militairen van de Revolutionaire Garde aan boord gegaan omdat het schip de Perzische Golf vervuilde met giftige stoffen.

De tanker was volgens de Britse autoriteiten op weg van een olieraffinaderij in Saudi-Arabië naar de Verenigde Arabische Emiraten.

In de Straat van Hormuz was volgens de Britten een “interactie” tussen Iran en een vrachtschip. Het schip werd daarop naar Iraanse territoriale wateren geleid. Opvarenden uit Zuid-Korea, Indonesië, Vietnam en Myanmar zijn aangehouden, onbekend is hoeveel.

Het incident komt op een gevoelig moment. De Zuid-Koreaanse staatssecretaris van Buitenlandse Zaken brengt naar verwachting deze week een bezoek aan Teheran om te praten over vastgezette Iraanse banktegoeden in Zuid-Korea. Zuid-Koreaanse banken hebben voor 7 miljard dollar bevroren als gevolg van de Amerikaanse sancties tegen Iran.

Het is al lange tijd onrustig in de economisch belangrijke zeestraat. Twintig procent van alle olie die in de wereld wordt getransporteerd, gaat erdoorheen.

Er zijn verscheidene aanvallen geweest op olietankers in de Straat van Hormuz, volgens de VS het werk van Iran. Teheran ontkent dat en zegt dat Saudi-Arabië achter de aanvallen zit.

De Nederlandse marine heeft vorig jaar meegedaan aan een missie in de zeestraat om de vrije doorgang voor handelsschepen te garanderen. Ook andere EU-landen deden mee aan de missie.

Verplaatsing

Vanwege de gespannen situatie zijn de Nederlandse militairen in Irak verplaatst. “Om veiligheidsredenen hielden we rekening met verplaatsingen van Nederlandse militairen in het operatiegebied”, zegt het ministerie van Defensie.

Eerder werd al bekend dat de Nederlandse trainingsmissie in Noord-Irak is stilgelegd en dat in de strijd tegen IS ook het trainen van Iraakse commando’s in Bagdad is opgeschort. Maar toen waren er nog geen plannen over het verplaatsen van militairen.

In totaal zijn er zo’n vijftig Nederlandse militairen in Irak, veertig in de noordelijke stad Erbil en tien in Bagdad. Defensie wil er verder niet veel over kwijt. Maar als er inderdaad verplaatsingen komen, worden volgens Haagse bronnen de meeste Nederlanders waarschijnlijk binnen Irak verplaatst en mogelijk enkele naar Jordanië.

 

 

De militairen zijn in Irak om Iraakse commando’s en Koerdische strijders op te leiden voor de strijd tegen bijvoorbeeld IS.

De Verenigde Staten en hun bondgenoten staken vanwege de verhoogde dreiging van een aanval uit Iran per direct en voor onbepaalde tijd trainingen van Iraakse militairen in opleiding, laat een woordvoerder van de NAVO zaterdag weten. De bescherming van alle troepen die meedoen aan de militaire operatie Inherent Resolve (OIR) wordt opgeschaald.

Dat besluit zou ook Nederlandse militairen en experts onder verscherpt toezicht stellen. Nederland nam samen met veertien andere bondgenoten van de VS deel aan OIR.

“De veiligheid van ons personeel in Irak gaat boven alles”, zegt woordvoerder Dylan White van de NAVO. “Wij blijven alle nodige voorzorgsmaatregelen nemen. De NAVO-missie wordt voortgezet, maar de trainingsactiviteiten worden tijdelijk opgeschort.”

Uit een Kamerbrief (meer) van medio oktober blijkt dat in Noord-Irak en Bagdad ten minste zestig Nederlandse militairen actief zijn, mogelijk gesteund door twintig experts. De Nederlandse militairen geven onder meer trainingen aan Koerdische en Iraakse militairen in het gebied.

Uitgerekend in Bagdad vond in de nacht van vrijdag op zaterdag een nieuwe luchtaanval plaats. Een konvooi van de door Iran gesteunde militiegroepering Popular Mobilisation Forces (PMF) werd onder vuur genomen. Ten minste zes mensen kwamen daarbij om het leven, aldus Iraakse staatsmedia.

Het land vermoedt dat de Amerikanen achter de aanval zitten. In de drie uitgebrande auto’s zouden medici en geen hooggeplaatste militairen hebben gezeten.

Een woordvoerder van de OIR ontkent zaterdagochtend dat de internationale coalitie de laatste dagen luchtaanvallen heeft uitgevoerd ten noorden van Bagdad.

Trump: ‘VS wil oorlog met Iran voorkomen, niet starten’

Conflict tussen Iran en VS escaleert na dood Iraanse generaal

De spanningen tussen de VS en Iran zijn opgelaaid nadat de Amerikanen vrijdag de Iraanse generaal Qassem Soleimani doodden bij een luchtaanval op een vliegveld in Irak. Soleimani gold als de belangrijkste militair en op grootayatollah Ali Khamenei na machtigste man in Iran. Hij wordt zaterdag begraven in Bagdad.

 

Iran zint op wraak en dreigt hard terug te slaan naar de Amerikanen. President Donald Trump nam daarom de beslissing om drieduizend extra militairen naar het gebied te sturen om de veiligheid in de regio te waarborgen. Eerder deze week ging een bataljon van 750 militairen hen al voor.

Sinds mei hebben de Amerikanen al ongeveer veertienduizend extra militairen naar het Midden-Oosten gestuurd naar aanleiding van de groeiende onrust.

Lees: Drone-aanval op basis Amerikanen in Irak: ‘wraak van Soleimani’ MSN 03.01.2022

Lees: Iraanse militairen berecht voor neerschieten Oekraïens vliegtuig  MSN 21.11.2021

Lees: Iraakse premier ongedeerd na droneaanval met explosieven op huis NU 07.11.2021

Lees: Huis Iraakse premier aangevallen met drone, ‘mislukte liquidatiepoging’ NOS 07.11.2021

Lees: Kabinet wil missies in Irak en Litouwen verlengen NOS 05.11.2021

Lees: Nederland verlengt missie in Irak tot eind 2022 Telegraaf 05.11.2021

Lees:  Nederland verlengt missie in Irak tot eind 2022 MSN 05.11.2021

Lees: Nederlandse bijdrage Irak verlengd RO 05.11.2021

Lees: Irak is bijna permanent in crisis, veranderen de verkiezingen daar iets aan?  NOS 08.10.2021

lees: Rapport IS dreiging Irak

dossier IRAN AD

Alle artikelen uit het dossier “Dood Iraanse generaal” AD

meer: Escalatie van spanningen tussen de VS en Iran NOS

lees: kamerbrief over ontwikkelingen in Irak 06.01.2020

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 10

zie verder ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 9

en zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 8

zie dan ook: Kabinet Rutte 2 en 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 7

en zie verder dan ook:  Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 6

zie dan ook nog:  Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 5

zie verder ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 4

en zie ook nog: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 3

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 2

en zie verder ook nog dan: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 1

VS veranderen focus van militaire missie in Irak

VS veranderen focus van militaire missie in Irak

MSN 27.07.2021 De Verenigde Staten veranderen de focus van hun militaire missie in Irak. Het Amerikaanse leger zal niet meer vechten, maar zich richten op onder meer het trainen, assisteren en helpen van het Iraakse leger in de strijd tegen de terroristische beweging Islamitische Staat (IS).

Het besluit werd bekendgemaakt tijdens een overleg van de Amerikaanse president Joe Biden en de Iraakse premier Mustafa al-Kadhemi in het Witte Huis in Washington. Het was de eerste ontmoeting tussen de leiders. De relatie tussen de twee landen gaat volgens Biden “een nieuwe fase in”.

De Amerikaanse troepen focussen zich vanaf eind dit jaar op het ondersteunen van de Iraakse regeringstroepen. In de praktijk verandert er niet veel, omdat de Amerikanen nu al vooral bezig zijn met het trainen van Irakezen zodat zij zichzelf kunnen beschermen.

De VS hebben momenteel 2500 militairen in Irak. Of er veranderingen worden aangebracht in de omvang van de troepenmacht, is niet duidelijk. De Amerikanen trokken zich in 2011 terug uit Irak, nadat ze er in 2003 arriveerden om het regime van Saddam Hussein ten val te brengen, maar keerden in 2014 terug vanwege de strijd tegen IS.

Diplomatiek conflict tussen Iran en Zuid-Korea om olietanker loopt op

NOS 05.01.2021 De inbeslagname van een Zuid-Koreaanse olietanker door de Iraanse Revolutionaire Garde heeft geleid tot een diplomatieke ruzie tussen de twee landen. Seoul heeft de Iraanse ambassadeur op het matje geroepen en eist dat de twintig aangehouden bemanningsleden worden vrijgelaten.

Het schip werd gisteren in de Straat van Hormuz aangehouden, omdat het olie zou hebben geloosd. De tanker was op dat moment onderweg van Saudi-Arabië naar de Verenigde Arabische Emiraten.

Maar volgens Zuid-Koreaanse media is de inbeslagname een vergelding voor het bevriezen van zo’n 7 miljard dollar aan Iraanse tegoeden, als gevolg van de Amerikaanse sancties tegen Teheran.

‘Zuid-Korea is zelf gijzelnemer’

Een woordvoerder van de Iraanse regering haalde vanochtend uit naar Zuid-Korea en verklaarde dat niet Iran, maar Zuid-Korea zich schuldig maakt aan gijzeling, verwijzend naar de bevroren tegoeden. Volgens persbureau Yonhap wil Teheran de gevangengenomen bemanningsleden proberen te ruilen voor de geblokkeerde miljarden.

Seoul probeert de gemoederen te bedaren door een diplomatieke delegatie naar Iran te sturen. Ook zal de onderminister van Buitenlandse Zaken de kwestie volgende week aankaarten bij zijn bezoek aan Teheran, dat al voor het incident gepland stond.

Uraniumverrijking

De inbeslagname kwam kort na de bekendmaking dat Iran de verrijking van uranium wil opvoeren, waarmee het internationale atoomakkoord uit 2015 wordt geschonden. Irandeskundige Peyman Jafari duidde de twee gebeurtenissen gisteren als een manier van het Iraanse regime om de buitenwereld te dwingen de sancties tegen het land te schrappen en een nieuw atoomakkoord te sluiten.

Het Chinese ministerie van Buitenlandse Zaken heeft vanochtend alle ondertekenaars van het atoomakkoord opgeroepen kalm en terughoudend te blijven. Eerder klonken vanuit de betrokken landen, evenals Japan en Israël, bezorgde woorden over de verrijking.

EU wil akkoord redden

De Iraanse minister van Buitenlandse Zaken Javad Zarif is echter vastbesloten om de verrijking van uranium daadwerkelijk op te voeren. Hij liet gisteren via Twitter weten dat de stap omkeerbaar is, zodra andere ondertekenaars van het atoomakkoord zich aan hun afspraken zullen houden, zoals het schrappen van economische sancties.

Een woordvoerder van de Europese Unie laat weten dat de inspanning om het akkoord te redden worden verdubbeld. “Een redding van de deal is immers in ieders belang.”

Vorig jaar trok Iran zichzelf volledig terug uit het akkoord, in reactie op de Amerikaanse liquidatie van de Iraanse generaal Soleimani in Irak. Het team rond de nieuwe president Biden heeft eerder gezegd terug te willen naar het akkoord uit 2015, maar het is onbekend onder welke voorwaarden.

BEKIJK OOK;

Iran en Verenigde Staten botsen een jaar na dood generaal Soleimani

Elsevier 04.01.2021 Sinds eind 2020 vliegen Amerikaanse bommenwerpers in de buurt van Iran en patrouilleren de Verenigde Staten in de Perzische Golf. Tot groot ongenoegen van de Amerikanen besluit Iran om meer uranium te gaan verrijken. Wat verklaart de recente spanning tussen beide landen? Vier vragen en antwoorden.

1.Wat is de aanleiding voor recente onrust in de regio?

De Verenigde Staten vrezen nog steeds voor een Iraanse vergeldingsactie voor de liquidatie van de Iraanse generaal Qassem Soleimani. Op 3 januari 2020 kwam Soleimani om bij een Amerikaanse droneaanval bij het Iraakse vliegveld in Bagdad. Als commandant van de Quds-brigade – een tak van de Iraanse Republikeinse Garde – was Soleimani in de regio door velen geliefd vanwege zijn strijd tegen IS.

De Verenigde Staten beschuldigden hem van terrorisme en volgens de Amerikaanse president Donald Trump zou hij direct en indirect verantwoordelijk zijn voor miljoenen doden. Iran is sinds de dood van Soleimani altijd blijven dreigen met een wraakactie.

Lees het commentaar van Robbert de Witt: De gerechtvaardigde dood van schaduw-bevelhebber Soleimani

Uit vrees voor een vergeldingsactie – precies een jaar na de dood van Soleimani – werd op 30 december 2020 besloten om met Amerikaanse B52-bommenwerpers over het Midden-Oosten te vliegen, ter afschrikking van Iran en door Iran gesteunde milities in Irak. Maar dat is niet de enige reden. De afgelopen maanden liep de spanning in de regio om andere redenen ook op.

2.Waarover botsen de Verenigde Staten en Iran nog meer?

 Op 27 november kwam de Iraanse atoomgeleerde Mohsen Fakhrizadeh om het leven bij een aanslag iets buiten de Iraanse hoofdstad Teheran. Iran beschuldigde aartsvijand Israël van deze daad. Om een vergeldingsactie te voorkomen, stuurden de Verenigde Staten daarom begin december ook al B52-bommenwerpers naar het Midden-Oosten. Ook het Amerikaanse vliegdekschip Nimitz werd toen naar de Perzische Golf gestuurd. Iran ziet de Amerikaanse acties als provocatie en uitlokking tot oorlog.

Een tweede botsing ontstond 20 december toen vlak bij de Amerikaanse ambassade in Bagdad enkele raketten ontploften. Het zou het werk zijn van door Iran gesteunde milities, zei de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Mike Pompeo. Volgens de Amerikaanse president Donald Trump waren het raketten van Iraanse makelij. Via Twitter waarschuwde hij Iran voor dergelijke acties: ‘Als een Amerikaan wordt vermoord, zal ik Iran verantwoordelijk houden. Denk erover na.’

Niet alleen de vrees voor Iraanse vergeldingsacties is reden voor onrust, ook het Iraanse atoomprogramma is de Amerikanen een doorn in het oog. Trump zou in november bij zijn adviseurs hebben geïnformeerd of het mogelijk was een Iraanse nucleaire installatie te bombarderen. Volgens de Verenigde Staten gebruikt Iran zijn atoomprogramma om kernwapens te ontwikkelen.
Lees ook: Wat zijn de gevolgen van liquidatie Iraanse atoomwetenschapper?
3.Hoe staat het ervoor met het nucleaire programma van Iran?

Op 4 januari 2021 werd bekend dat Iran zijn uranium wil verrijken naar een zuiverheid tot 20 procent. Dat blijkt uit een brief van Iran aan het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA). Daarmee verbreekt Iran opnieuw de regels die in het atoomakkoord uit 2015 werden vastgelegd.

Toen werd besloten dat Iran uranium mag verrijken met een zuiverheid tot 3,67 procent. Inmiddels zou Iran tot 4,5 procent hebben verrijkt. Het is onduidelijk in welk tijdsbestek Iran tot 20 procent verrijkt uranium wil komen. Met verrijkt uranium kunnen kernwapens worden gemaakt, maar daarvoor is een zuiverheid van 90 procent nodig.

Het nieuws komt overigens niet als een verrassing, want het Iraanse parlement besloot al kort na de dood van kerngeleerde Fakhrizadeh in november om uranium te verrijken tot 20 procent.

4.Waarom verbreekt Iran afspraken uit de nucleaire deal?

Volgens Iran is het een vergelding voor de zware economische sancties van de Verenigde Staten die door president Trump opnieuw zijn ingesteld toen hij het atoomakkoord in 2018 verliet. Iran gebruikt de uraniumverrijking als middel om de overgebleven landen uit het atoomakkoord onder druk zetten.

Volgens Iran houden die landen zich ook niet aan de afspraken. Als zij de regels weer in acht nemen, zal Iran zich ook weer aan de afspraken voor uraniumverrijking houden. Op die manier wil het land een einde maken aan de opgelegde sancties.

‘Iran laat spierballen zien’ door kaping olietanker en opvoeren atoomprogramma | NOS

NOS 04.01.2021 Iran trekt vandaag de aandacht van de wereld naar zich toe. Het land verrijkt nu weer uranium tot een hoger niveau dan was afgesproken in het internationale atoomakkoord van 2015. En de Revolutionaire Garde nam een Zuid-Koreaanse olietanker in beslag.

Het is overduidelijk spierballenvertoon, zegt Irandeskundige Peyman Jafari (UvA). Het komt op een moment dat de spanningen tussen de VS en Iran in de regio wederom fors zijn opgelopen. En dat Trump over twee weken wordt afgelost door Biden.

De twee gebeurtenissen van vandaag hebben volgens Jafari elk een eigen aanleiding, maar dezelfde onderliggende oorzaak. Namelijk dat het Iraanse regime de druk op de buitenwereld opvoert om de sancties tegen het land te stoppen en een nieuw atoomakkoord te sluiten.

Beide landen tonen hun spierballen, de VS door de inzet van gevechtsvliegtuigen en Iran door de kaping van een olietanker.

Spanningen tussen VS en Iran lopen op

“Iran kampt met een economische crisis, een coronacrisis en de Amerikaanse sancties hakken er nog steeds hard in”, zegt Jafari. De inbeslagname van de Zuid-Koreaanse olietanker is volgens hem vooral een manier om de geldproblemen aan te pakken.

Zuid-Koreaanse banken hebben vanwege de Amerikaanse sancties namelijk zo’n 7 miljard dollar aan Iraanse tegoeden bevroren. Jafari: “Geef ons die 7 miljard dollar terug en dan geven wij het schip terug – op die manier zal Zuid-Korea onder druk zijn gezet.” Het Aziatische land roept Iran op per direct het schip vrij te geven en de bemanningsleden vrij te laten.

De olietanker werd vanmorgen rond 10.00 uur aangehouden in de straat van Hormuz. Dat is een nauwe zeestraat die cruciaal is voor de internationale handel in olie. De lezing van de Iraanse autoriteiten is dat het schip de wateren ‘vervuilde met chemicaliën’. “Maar dat de Revolutionaire Garde een milieubeweging is geworden, daar geloof ik niets van”, zegt Jafari gekscherend.

Wat is de Iraanse Revolutionaire Garde?

De elitetroepen hebben de afgelopen jaren vaker olietankers geconfisqueerd in de drukke zeestraat. Ook dat is machtsvertoon en onderdeel van de groeiende invloed van de hardliners binnen het regime, legt Jafari uit. Daarmee bedoelt hij het kamp dat meer de confrontatie opzoekt en trouw is aan de conservatieve lijn van de geestelijke leiders.

“Dat is begonnen nadat de VS onder leiding van Trump uit het atoomakkoord was gestapt en sancties invoerde tegen Iran”, zegt Jafari “De relatief gematigde president Rouhani had zijn lot aan die deal verbonden. Hij heeft sindsdien enorm aan populariteit ingeboet.”

Mogelijkheid tot kernwapens stap dichterbij

De opkomst van de hardliners verklaart volgens de Jafari ook waarom Iran de verrijking van uranium opvoert. Vijf jaar geleden was afgesproken dat er maximaal tot 3,67 procent puurheid mag worden verrijkt en alleen voor het opwekken van kernenergie. Maar vandaag werd die grens officieel overschreden, bevestigt atoomwaakhond IAEA.

Iran had de zet vooraf al aangekondigd en het voornemen is door te gaan tot 20 procent. Het brengt Teheran een stap dichter bij de mogelijkheid kernwapens te ontwikkelen. Daarvoor is een puurheid van 90 procent nodig.

Premier Netanyahu van Israël zegt dat Iran van plan is atoomwapens te maken, wat Iran stellig ontkent. Ook zei Netanyahu dat Israël, zelf een kernmacht, het niet toe zal staan. Brussel heeft eveneens de provocatie van Iran veroordeeld. De grote vraag is nu wat de VS gaat doen.

Bidens plan?

Trump heeft gedurende zijn termijn als president Iran maximaal onder druk gezet. Vandaag werd duidelijk dat er een extra vliegdekschip in de Perzische Golf wordt ingezet. Vorige week vlogen er ter afschrikking B52-bommenwerpers boven het Midden-Oosten. Maar wat is Biden van plan als hij op 20 januari president wordt?

Zijn team heeft al gezegd dat de Democraten terug willen naar het akkoord uit 2015. Maar volgens Jafari, die ook verbonden is aan Princeton University in de VS, is er nog onduidelijkheid over de voorwaarden.

“Buitenlandse bondgenoten, Republikeinen en hardliners binnen de Democratische Partij zetten Biden onder druk alleen akkoord te gaan als Iran stopt met zijn langeafstandsraketten. Maar dat raketprogramma is zo belangrijk voor Iran dat dit geen optie zal zijn. Zeker nu de Iraniërs de hakken in het zand zetten met hun atoomprogramma.”

BEKIJK OOK;

Iran entert Zuid-Koreaanse tanker in Straat van Hormuz

NOS 04.01.2021 In de Straat van Hormuz heeft Iran een Zuid-Koreaanse tanker geënterd. Volgens de Iraanse staatstelevisie zijn militairen van de Revolutionaire Garde aan boord gegaan omdat het schip de Perzische Golf vervuilde met giftige stoffen.

De tanker was volgens de Britse autoriteiten op weg van een olieraffinaderij in Saudi-Arabië naar de Verenigde Arabische Emiraten.

In de Straat van Hormuz was volgens de Britten een “interactie” tussen Iran en een vrachtschip. Het schip werd daarop naar Iraanse territoriale wateren geleid. Opvarenden uit Zuid-Korea, Indonesië, Vietnam en Myanmar zijn aangehouden, onbekend is hoeveel.

Het incident komt op een gevoelig moment. De Zuid-Koreaanse staatssecretaris van Buitenlandse Zaken brengt naar verwachting deze week een bezoek aan Teheran om te praten over vastgezette Iraanse banktegoeden in Zuid-Korea. Zuid-Koreaanse banken hebben voor 7 miljard dollar bevroren als gevolg van de Amerikaanse sancties tegen Iran.

Nederlandse marine

Het is al lange tijd onrustig in de economisch belangrijke zeestraat. Twintig procent van alle olie die in de wereld wordt getransporteerd, gaat erdoorheen.

Er zijn verscheidene aanvallen geweest op olietankers in de Straat van Hormuz, volgens de VS het werk van Iran. Teheran ontkent dat en zegt dat Saudi-Arabië achter de aanvallen zit.

De Nederlandse marine heeft vorig jaar meegedaan aan een missie in de zeestraat om de vrije doorgang voor handelsschepen te garanderen. Ook andere EU-landen deden mee aan de missie.

BEKIJK OOK;

Iran hervat verrijken van uranium

AD 04.01.2021 Iran heeft het verrijken van uranium in een ondergronds centrum bij het plaatsje Fordow hervat. Volgens een regeringswoordvoerder wordt er uranium tot 20 procent verrijkt. Uranium moet een proces ondergaan om geschikt te worden gemaakt voor kernenergie of kernwapens.

In 2015 is een internationaal akkoord gesloten met Iran over de nucleaire projecten van dat land en daarin stond dat Iran niet tot dat percentage zou verrijken. De VS hebben het akkoord in 2018 opgezegd en nieuwe sancties tegen Iran afgekondigd. Iran voelt zich sindsdien niet meer verplicht zich aan die afspraken te houden. Een verrijking van 20 procent is over het algemeen onvoldoende voor het maken van kernwapens. Voor kernenergie kan 3 procent genoeg zijn.

Lees ook;

Bij Fordow is een ondergrondse verrijkingscentrale in een voormalige basis van de Revolutionaire Garde. Die ligt ongeveer 160 kilometer ten zuiden van Teheran.

‘Aanzienlijk’

De Europese Unie, die alles in het werk stelt om het atoomakkoord met Iran overeind te houden, waarschuwt dat Iran ‘aanzienlijk’ zou afwijken van de afspraken als het land doorzet. Of dat ook het einde van de overeenkomst betekent, wil een woordvoerder van EU-buitenlandchef Josep Borrell nog niet zeggen.

Hij zei eerst het oordeel van het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA) af te wachten. Dat bevestigde echter later op maandag dat Iran is begonnen met het verrijken van uranium tot 20 procent. Waarnemers waren op de locatie aanwezig, aldus de VN-organisatie die een rapport daarover heeft doorgestuurd naar de lidstaten.

De EU en andere dragers van het atoomakkoord willen het in leven houden, onderstrepen zij. ,,Het zal ook in leven worden gehouden, zolang alle deelnemers aan hun verplichtingen voldoen”, aldus Borrells woordvoerder.

Iran herdenkt door VS geliquideerde generaal Soleimani

NU 03.01.2021 Inwoners van Iran herdenken deze week Qassem Soleimani, de generaal die een jaar geleden met een raketaanval werd geliquideerd door de Verenigde Staten. Na de liquidatie liepen de spanningen tussen beide landen hoog op.

Soleimani wordt onder meer herdacht met rouwoptochten. De generaal is sinds zijn dood dikwijls terug te zien op portretten en als standbeeld, en krijgt binnenkort ook een eigen televisieserie.

De herdenking begint zondag, enkele weken voordat president Trump, die de raketaanval gelastte, het Witte Huis verlaat. Soleimani had het commando over de Quds-Brigade, de tak van de Revolutionaire Garde die voorbij de landsgrenzen meevecht met bondgenoten van Iran. In zijn laatste jaren was Soleimani met name actief in Syrië en Irak.

Soleimani wordt in de Islamitische Republiek en door veel sjiieten in het Midden-Oosten als een held en een martelaar gezien, maar door de Verenigde Staten en veel soennitische moslims als een terrorist.

Spanningen VS en Iran bereikten hoogtepunt na dood Soleimani

Door de dood van Soleimani op 3 januari 2020 stegen de spanningen tussen Iran en aartsvijand de Verenigde Staten tot een hoogtepunt. Eerder had de terugtrekking van de VS uit de atoomdeal met Iran op initiatief van president Donald Trump al voor een omslag in de verhoudingen gezorgd. Onder president Barack Obama, die zich voor de deal had ingespannen, was daarvoor juist dooi ingetreden in de ijzige betrekkingen tussen Iran en de VS.

Na de dood van Soleimani voerde Iran raketaanvallen uit tegen Amerikaanse troepen in Irak. Ook vaardigde het land een arrestatiebevel uit voor Trump en 35 anderen voor de dood van de generaal.

Zie ook: Wie was de gedode Iraanse generaal Qassem Soleimani?

Lees meer over: Iran  Buitenland

Tienduizenden herdenken in Bagdad Iraanse generaal Soleimani

NOS 03.01.2021 In de Iraakse hoofdstad Bagdad zijn tienduizenden mensen de straat op gegaan om de dood te herdenken van de Iraanse generaal Soleimani en de Iraakse commandant Muhandis. Zij kwamen een jaar geleden om het leven bij een Amerikaanse droneaanval bij de luchthaven van Bagdad.

Op het Tahrir-plein in het centrum zijn aanhangers van pro-Iraanse milities samengekomen. Ze zwaaien met vlaggen en roepen leuzen als “Amerika is de grote Satan”.

Ook gisteravond was er al een herdenking in Bagdad. Toen liepen duizenden mensen in een stoet over een snelweg naar de plek waar de aanslag vorig jaar werd gepleegd. Daar staken ze kaarsen aan. Ze hadden foto’s bij zich van de twee militairen.

Soleimani, vooraanstaand leider binnen de Iraanse Revolutionaire Garde, werd omgebracht omdat hij volgens president Trump de dood van miljoenen mensen op zijn geweten had en ’s werelds grootste terrorist was. De Irakees Muhandis was een pro-Iraanse militieleider die net als Soleimani bekendstond om zijn anti-Amerikaanse sentimenten.

Spanningen

Na de aanslag liepen de spanningen in de Golfregio op en de gemoederen zijn nog altijd niet bedaard. Zo werd deze week een kleefmijn aan de romp van een Iraakse olietanker ontdekt. Onbekend is wie de mijn heeft geplaatst.

Uit vrees voor Iraanse vergeldingsacties voor de aanval van een jaar geleden heeft de VS een nucleaire onderzeeër naar het gebied gestuurd en B-52-bommenwerpers dicht langs de Iraanse kust laten vliegen. Tegelijkertijd kwam gisteren naar buiten dat de Amerikaanse minister van Defensie opdracht zou hebben gegeven om een vliegdekschip uit de regio terug te trekken.

Aankomend president Biden heeft overigens gezegd dat hij de banden met Iran weer wil aanhalen.

BEKIJK OOK;

Tienduizenden Irakezen de straat op om dood Soleimani

Telegraaf  03.01.2021 Tienduizenden Irakezen zijn de straat opgegaan in Bagdad om stil te staan bij de dood de Iraanse generaal Qassem Soleimani en een Iraakse militieleider. Zij kwamen precies een jaar geleden om het leven door een Amerikaanse drone-aanval bij de luchthaven van de Iraakse hoofdstad.

Betogers trokken in Bagdad massaal naar het grote Tahrirplein om te demonstreren. Ze scandeerden anti-Amerikaanse leuzen, zoals „Amerika is de grote Satan.” Een militieleider sprak demonstranten toe en beloofde wraak op degenen die de aanval uitvoerden. Ook riep hij op tot het vertrek van Amerikaanse troepen uit Irak.

Duizenden in het zwart geklede mensen trokken ’s nachts al richting het vliegveld waar Soleimani en negen andere mannen de dood vonden. De dood van de Iraniër wordt ook herdacht in andere landen in de regio, waaronder Syrië, Libanon en Jemen. Iran heeft daar veel invloed.

BEKIJK OOK:

Iran wil wraak voor Soleimani

De liquidatie van Soleimani, een van de machtigste mannen in Iran, deed de spanning tussen Teheran en Washington vorig jaar verder oplopen. Iran vuurde na zijn dood als vergelding raketten af op Amerikaanse doelen in buurland Irak. Amerikaanse media berichten dat dit weekend rekening wordt gehouden met nieuwe wraakacties.

Ook Israël, een belangrijke Amerikaanse bondgenoot, zou zich uit voorzorg voorbereiden op een mogelijke Iraanse aanval. Een bron binnen het leger zei tegen de krant The Jerusalem Post dat ook rekening wordt gehouden met een aanval door bondgenoten van Iran in landen als Jemen of Irak.

BEKIJK OOK:

Trump waarschuwt Iran na raketaanval op ambassade VS in Bagdad

De autoriteiten in Irak hebben uit voorzorg extra veiligheidsmaatregelen genomen, ook bij de zogeheten Groene Zone. Daar bevinden zich buitenlandse ambassades en overheidsdiensten. De Amerikaanse ambassade is daar vorige maand nog onder vuur genomen met raketten. President Donald Trump waarschuwde daarna dat hij Iran „verantwoordelijk zal houden als ook maar één Amerikaan wordt gedood.”

BEKIJK OOK:

Iran wil wraak voor Soleimani

BEKIJK OOK:

Hezbollah-leider laatst overgeblevene op Israëlische hitlist

BEKIJK MEER VAN; gewapend conflict overheid Iran Irak

Een portret van Soleimani in Bagdad.

Tienduizenden Irakezen de straat op om dood Soleimani

MSN 03.01.2021 Tienduizenden Irakezen zijn de straat opgegaan in Bagdad om stil te staan bij de dood de Iraanse generaal Qassem Soleimani en een Iraakse militieleider. Zij kwamen precies een jaar geleden om het leven door een Amerikaanse drone-aanval bij de luchthaven van de Iraakse hoofdstad.

Betogers trokken in Bagdad massaal naar het grote Tahrirplein om te demonstreren. Ze scandeerden anti-Amerikaanse leuzen, zoals „Amerika is de grote Satan.” Een militieleider sprak demonstranten toe en beloofde wraak op degenen die de aanval uitvoerden. Ook riep hij op tot het vertrek van Amerikaanse troepen uit Irak.

Duizenden in het zwart geklede mensen trokken ’s nachts al richting het vliegveld waar Soleimani en negen andere mannen de dood vonden. De dood van de Iraniër wordt ook herdacht in andere landen in de regio, waaronder Syrië, Libanon en Jemen. Iran heeft daar veel invloed.

De liquidatie van Soleimani, een van de machtigste mannen in Iran, deed de spanning tussen Teheran en Washington vorig jaar verder oplopen. Iran vuurde na zijn dood als vergelding raketten af op Amerikaanse doelen in buurland Irak. Amerikaanse media berichten dat dit weekend rekening wordt gehouden met nieuwe wraakacties.

Ook Israël, een belangrijke Amerikaanse bondgenoot, zou zich uit voorzorg voorbereiden op een mogelijke Iraanse aanval. Een bron binnen het leger zei tegen de krant The Jerusalem Post dat ook rekening wordt gehouden met een aanval door bondgenoten van Iran in landen als Jemen of Irak.

De autoriteiten in Irak hebben uit voorzorg extra veiligheidsmaatregelen genomen, ook bij de zogeheten Groene Zone. Daar bevinden zich buitenlandse ambassades en overheidsdiensten. De Amerikaanse ambassade is daar vorige maand nog onder vuur genomen met raketten. President Donald Trump waarschuwde daarna dat hij Iran „verantwoordelijk zal houden als ook maar één Amerikaan wordt gedood.”

Iran herdenkt door VS geliquideerde generaal Soleimani

MSN 03.01.2021 Inwoners van Iran herdenken deze week Qassem Soleimani, de generaal die een jaar geleden met een raketaanval werd geliquideerd door de Verenigde Staten. Na de liquidatie liepen de spanningen tussen beide landen hoog op.

Soleimani wordt onder meer herdacht met rouwoptochten. De generaal is sinds zijn dood dikwijls terug te zien op portretten en als standbeeld, en krijgt binnenkort ook een eigen televisieserie.

De herdenking begint zondag, enkele weken voordat president Trump, die de raketaanval gelastte, het Witte Huis verlaat. Soleimani had het commando over de Quds-Brigade, de tak van de Revolutionaire Garde die voorbij de landsgrenzen meevecht met bondgenoten van Iran. In zijn laatste jaren was Soleimani met name actief in Syrië en Irak.

Soleimani wordt in de Islamitische Republiek en door veel sjiieten in het Midden-Oosten als een held en een martelaar gezien, maar door de Verenigde Staten en veel soennitische moslims als een terrorist.

Spanningen VS en Iran bereikten hoogtepunt na dood Soleimani

Door de dood van Soleimani op 3 januari 2020 stegen de spanningen tussen Iran en aartsvijand de Verenigde Staten tot een hoogtepunt. Eerder had de terugtrekking van de VS uit de atoomdeal met Iran op initiatief van president Donald Trump al voor een omslag in de verhoudingen gezorgd. Onder president Barack Obama, die zich voor de deal had ingespannen, was daarvoor juist dooi ingetreden in de ijzige betrekkingen tussen Iran en de VS.

Na de dood van Soleimani voerde Iran raketaanvallen uit tegen Amerikaanse troepen in Irak. Ook vaardigde het land een arrestatiebevel uit voor Trump en 35 anderen voor de dood van de generaal.

Regering Israël: Iraanse buitenlandminister kraamt ‘onzin’ uit

MSN 03.01.2021 Een Israëlische minister heeft aantijgingen van de Iraanse minister van Buitenlandse Zaken, die zaterdag stelde dat Israël de Verenigde Staten tot een oorlog met Iran probeert te manipuleren, afgedaan als “onzin”.

De Israëlische minister van Energie, Yuval Steinitz, stelt dat juist zijn land op zijn hoede moet zijn voor aanvallen door Iran. Het bekvechten tussen Israël en Iran speelt nu het een jaar geleden is dat het leger van de VS de Iraanse generaal Qassem Soleimani doodde met een droneaanval.

Washington beschuldigde onlangs door Iran gesteunde sjiitische milities in Irak van raketaanvallen op Amerikaanse doelwitten, waaronder onlangs de ambassade in Bagdad. Geen enkele aan Iran gelieerde groep heeft die aanval tot dusver opgeëist.

“Nieuwe inlichtingen uit Irak wijzen erop dat Israëlische provocateurs aanvallen op Amerikanen beramen om scheidend president Donald Trump een valse reden tot oorlog te geven”, schreef Javad Zarif, de Iraanse minister van Buitenlandse Zaken, zaterdag op Twitter. “Pas op voor de val, @realDonaldTrump. Elk vuurwerk zal averechts werken, en vooral voor uw beste vrienden”, vervolgde Zarif in een waarschijnlijke verwijzing naar Israël

Waarschuwing

De Israëlische minister Steinitz zei dat Zarifs opmerkingen laten zien dat Iran onder “economische druk en druk in termen van nationale veiligheid” staat na opstapelende Amerikaanse sancties. De VS stelden die in om het Iraanse atoomprogramma tegen te werken en om Iraanse inmenging in conflictgebieden in het Midden-Oosten tegen te gaan. “We horen deze onzin van Zarif, dat Israël terroristische aanslagen zou plegen tegen de Verenigde Staten – dit is echt totale onzin”, zei Steinitz in een radio-interview.

“Maar aan de andere kant is het een waarschuwing – een waarschuwing dat Iran Israël in het vizier heeft en zoekt naar een excuus om uit te halen naar Israël, en daarom moeten we een vinger aan de pols houden en in de hoogste staat van paraatheid zijn”, aldus Steinitz.

Bommenwerpers

De Amerikaanse luchtmacht vloog woensdag twee B-52-bommenwerpers naar het Midden-Oosten die een atoombom kunnen afwerpen. De Amerikanen wilden daarmee een boodschap afgeven aan Iran. Inmiddels zouden de bommenwerpers de regio weer hebben verlaten.

De Israëlische minister van Cultuur, Hili Tropper, die ook lid is van premier Benjamin Netanyahu’s veiligheidskabinet, bevestigde dat Israël extra paraat staat in het teken van de verjaardag van generaal Soleimani’s dood. Toen hem gevraagd werd welke represailles Israël verwacht van Iraanse zijde, zei hij geen commentaar te kunnen geven.

Irakezen herdenken generaal Soleimani na drone-aanval Trump: Israël op scherp

MSN 03.01.2021 Tienduizenden Irakezen zijn de straat opgegaan in Bagdad om stil te staan bij de dood de Iraanse generaal Qassem Soleimani en een Iraakse militieleider. Zij kwamen precies een jaar geleden om het leven door een Amerikaanse drone-aanval bij de luchthaven van de Iraakse hoofdstad.

Betogers trokken in Bagdad massaal naar het grote Tahrirplein om te demonstreren. Ze scandeerden anti-Amerikaanse leuzen, zoals „Amerika is de grote Satan.” Een militieleider sprak demonstranten toe en beloofde wraak op degenen die de aanval uitvoerden. Ook riep hij op tot het vertrek van Amerikaanse troepen uit Irak.

Duizenden in het zwart geklede mensen trokken ’s nachts al richting het vliegveld waar Soleimani en negen andere mannen de dood vonden. De dood van de Iraniër wordt ook herdacht in andere landen in de regio, waaronder Syrië, Libanon en Jemen. Iran heeft daar veel invloed.

De liquidatie van Soleimani, een van de machtigste mannen in Iran, deed de spanning tussen Teheran en Washington vorig jaar verder oplopen. Iran vuurde na zijn dood als vergelding raketten af op Amerikaanse doelen in buurland Irak. Amerikaanse media berichten dat dit weekend rekening wordt gehouden met nieuwe wraakacties.

Ook Israël, een belangrijke Amerikaanse bondgenoot, zou zich uit voorzorg voorbereiden op een mogelijke Iraanse aanval. Een bron binnen het leger zei tegen de krant The Jerusalem Post dat ook rekening wordt gehouden met een aanval door bondgenoten van Iran in landen als Jemen of Irak.

De autoriteiten in Irak hebben uit voorzorg extra veiligheidsmaatregelen genomen, ook bij de zogeheten Groene Zone. Daar bevinden zich buitenlandse ambassades en overheidsdiensten. De Amerikaanse ambassade is daar vorige maand nog onder vuur genomen met raketten. President Donald Trump waarschuwde daarna dat hij Iran „verantwoordelijk zal houden als ook maar één Amerikaan wordt gedood.”

Iran herdenkt één jaar na dato door VS gedode generaal Soleimani

MSN 03.01.2021 Iran herdenkt deze week Qassem Soleimani, de generaal van de Revolutionaire Garde die ongeveer een jaar geleden met een raketaanval werd geliquideerd door de Verenigde Staten. Soleimani wordt in de Islamitische Republiek en door veel sjiieten in het Midden-Oosten als een held en een martelaar gezien, maar door de VS en veel soennitische moslims als een terrorist. Zijn dood deed de spanningen tussen Iran en de VS aan het begin van het vorige jaar hoog oplopen.

Sinds Soleimani’s dood in de Irakese hoofdstad Bagdad op 3 januari 2020 werden in Iran al vele rouwoptochten gehouden. ‘Martelaar’ Soleimani is sindsdien dikwijls terug te zien op portretten en als standbeeld, en krijgt binnenkort ook een eigen televisieserie.

Door de dood van Soleimani (62) stegen de spanningen tussen Iran en aartsvijand Amerika tot een hoogtepunt. Eerder had de terugtrekking van de VS uit de atoomdeal met Iran op initiatief van president Donald Trump al had gezorgd voor een omslag in de verhoudingen. Onder president Barack Obama, die zich voor de deal had ingespannen, was daarvoor juist dooi ingetreden in de ijzige betrekkingen tussen Iran en de VS.

De herdenking begint zondag, enkele weken voordat president Trump, die de raketaanval gelastte, het Witte Huis verlaat. Soleimani had het commando over de Quds-Brigade, de tak van de Revolutionaire Garde die voorbij de landsgrenzen meevecht met Irans bondgenoten. In zijn laatste jaren was Soleimani met name actief in Syrië en Irak.

De herdenking wordt gehouden terwijl het met sancties worstelende Iran ook te maken heeft met een van de ernstigste corona-uitbraken van het Midden-Oosten. Volgens de cijfers van de Johns Hopkins Universiteit is het coronavirus er bij meer dan 1,2 miljoen personen vastgesteld, van wie er meer dan 55.000 zijn overleden aan de gevolgen.

Generaal Qassem Soleimani is alom aanwezig in het straatbeeld van Iran. De ‘held van de Islamitische Revolutie’, die een jaar geleden in Bagdad werd gedood bij een Amerikaanse droneaanval, wordt in het land uitvoerig herdacht. Ook lopen de spanningen tussen Iran en de VS weer hoog op. © REUTERS

Iran en VS dagen elkaar uit: ‘Doe geen domme dingen, anders…’

AD 02.01.2021 Een jaar na de moord op generaal Qassem Soleimani dagen Iran en de Verenigde Staten elkaar als volleerde vechtsporters uit in een ‘staredown’.

Zware prijs

De dreigementen vliegen over en weer. Iran waarschuwt dat het is voorbereid op een Amerikaanse aanval, mocht president Donald Trump daar in zijn laatste weken als president nog toe besluiten. Op zijn beurt waarschuwt het Witte Huis dat Iran een zware prijs betaalt als het de dood van Qassem Soleimani een jaar na dato wil ‘herdenken’ met een aanval op Amerikaanse doelen in het Midden-Oosten.

Lees ook;

De Iraanse leiding besteedt dezer dagen uitvoerig aandacht aan het overlijden van zijn topgeneraal, die op 3 januari 2020 om het leven kwam bij een Amerikaanse precisieaanval met een drone op de luchthaven van Bagdad.

Soleimani, commandant van het Quds-regiment, een elite-eenheid binnen de Republikeinse Garde, stond op het punt van vertrekken na overleg in Irak. De aanslag raakte de Iraanse leiders in het hart. Soleimani was ‘een held van de Islamitische Revolutie’ en gold als een naaste vertrouweling van Opperste Leider, ayatollah Ali Khamenei.

De VS stuurde twee B52-bommenwerpers naar het Midden-Oosten om Iran te laten zien dat het menens is bij wraakacties. © EPA

‘Flyovers’

Iran nam vijf dagen na de aanslag wraak met een raketaanval op een Amerikaanse basis in Irak, uitgevoerd door sji’itische milities die trouw zijn aan hun geloofsgenoten in Iran. Bij de aanval raakten ongeveer 100 Amerikaanse soldaten gewond. Achteraf beschouwd zijn beide landen toen nog nooit zo dicht bij een uitslaande oorlog geweest.

Een jaar later lopen de spanningen opnieuw hoog op. Vorige week stuurden de Amerikaanse strijdkrachten twee B52-bommenwerpers naar het Midden-Oosten voor ‘flyovers’, om Iran te laten zien dat het menens is mocht het de dood van Soleimani opnieuw willen wreken.

Ook werd een onderzeeër met kernraketten aan boord naar de Golfregio gestuurd. Tweets van Donald Trump lieten niets aan onduidelijkheid over. ,,We horen over aanvullende aanvallen op Amerikanen in Irak. Gezond advies aan Iran: Als er één Amerikaan wordt gedood, houd ik Iran ervoor verantwoordelijk. Denk er goed over na’’, aldus Trump.

Gezond advies aan Iran: Als er één Amerikaan wordt gedood, houd ik Iran ervoor verantwoor­de­lijk. Denk er goed over na, aldus Donald Trump.

Slagveld

Het overvliegen van de B52-bommenwerpers zorgde voor extra oorlogstaal in Iran. Generaal Hossein Salami, de commandant van de Republikeinse Garde (ayatollah Khamenei’s eigen leger), hamerde erop dat ‘Iran elke Amerikaanse agressie’ zal weerstaan.

,,We geven onze vijanden het laatste woord op het slagveld’’, zei Salami tijdens een herdenkingsplechtigheid op de Universiteit van Teheran. Behalve Iraanse leiders waren ook leden van de familie Soleimani en vertegenwoordigers van bondgenoten uit Syrië, Libanon en Palestina aanwezig.

Soleimani’s opvolger bij het Quds-regiment, generaal Esmail Ghaani, deed er een schepje bovenop. ,,We zijn van niemand bang’’, aldus Ghaani, zonder de VS bij naam te noemen. Hij waarschuwde voor ‘vrijheidszoekers’ die ‘in jullie eigen huis wraak kunnen nemen voor deze terreurmisdaad’.

Quds-commandant generaal Esmail Ghaani begroet familieleden van zijn voorganger Qassem Soleimani bij een herdenkingsdienst in Teheran. ,,We zijn van niemand bang’’, zei Ghaani later in een toespraak. © EPA

‘Atoombaas’

Iran zal niet rusten, voordat de ‘moordenaars voor de rechter zijn gebracht’. ,,Zij zullen niet ontsnappen aan recht en rechtvaardigheid’’, beloofde Iraans hoogste rechter, Ebrahim Raisi, tijdens de bijeenkomst. ,,Met de aanslag op Soleimani hebben de VS de Iraakse soevereiniteit, internationale wetgeving en het charter van de Verenigde Naties geschonden.’’

De wraakgevoelens in Iran zijn na de dood van Qassem Soleimani nog eens extra gevoed door de moord, eind november, op zijn belangrijkste kerngeleerde, Mohsen Fakhrizadeh. De ‘nationale atoombaas’ reed in Absard ten oosten van Teheran in een hinderlaag.

Zijn auto werd doorzeefd vanuit een geparkeerde Nissan, vol automatische mitrailleurs die op afstand werden bediend. De moordaanslag zou het werk zijn geweest van agenten van de Israëlische geheime dienst Mossad, met instemming van de Amerikaanse regering.

Een vertrouwd beeld onder fanatieke Iraanse studenten: foto’s van Amerikaanse leiders gaan in vlammen op. Voor de gekozen president Joe Biden wordt geen uitzondering gemaakt. © EPA

Schending

Met of zonder een militaire confrontatie blijft Iran een groot hoofdpijndossier voor de nieuwe Amerikaanse president, Joe Biden. Iran heeft nu ook besloten om uranium (U-235) tot 20 procent te verrijken. Dat is in strijd met het kernakkoord uit 2015 dat slechts een verrijking tot vier procent toestaat, voldoende om te kunnen worden gebruikt voor kernenergie.

Het besluit om tot 20 procent te verrijken – mogelijk als opstapje naar 90 procent of meer (vereist voor de productie van kernwapens) is tot nu toe de belangrijkste schending van de overeenkomst waaraan Iran zich niet langer gebonden acht, omdat de VS de gemaakte afspraken in mei 2018 hebben verscheurd.

Volgens Donald Trump is het akkoord ‘een lachertje’ en hield Iran zich niet aan de afspraken om geen eigen kernwapen te ontwikkelen, een conclusie die door controleurs van het Internationaal Atoomagentschap werd weersproken.

Volgens hen werkte Iran niet aan kernwapens. Desondanks kondigde Trump nieuwe harde sancties af tegen Iran, dat juist had ingestemd met het akkoord in ruil voor het intrekken van westerse strafmaatregelen. Daarom voelt Iran zich niet meer geroepen om aan alle bepalingen te voldoen.

Het laatste wat we willen, zijn kernwapens in dat deel van de wereld, aldus Joe Biden.

Nieuw leven

De andere ondertekenaars van het kernakkoord – Groot-Brittannië, Frankrijk, Duitsland, Rusland en China – spreken de hoop uit dat de overeenkomst nieuw leven kan worden ingeblazen. Daarbij is vooral de hoop gevestigd op Joe Biden. De voormalige vice-president onder Obama die het akkoord ondertekende, wil zich weer aansluiten bij de overeenkomst en de sancties verzachten op voorwaarde dat Iran ‘zich strikt houdt aan de gemaakte afspraken’.

,,Het laatste wat we willen, zijn kernwapens in dat deel van de wereld’’, zei Biden onlangs tegenover The New York Times. Iran is op zijn beurt bereid om weer aan de bepalingen te voldoen ‘als mijnheer Biden terugkeert naar de situatie in 2017′. ,,Dan doen wij dat ook’’, aldus de Iraanse president, Hassan Rouhani.

VS trekken vliegdekschip terug te midden van spanningen met Iran

MSN 02.01.2021 De Verenigde Staten hebben onverwachts het vliegdekschip USS Nimitz teruggetrokken uit het Midden-Oosten. Waarnemend minister van Defensie Christopher Miller wil volgens bronnen van The New York Times “de-escaleren” en een nieuwe crisis met Iran voorkomen. Daar wordt dit weekend de dood herdacht van de machtige generaal Qassem Soleimani, die omkwam door een Amerikaanse drone-aanval.

Soleimani, leider van een elitebrigade van de Iraanse Revolutionaire Garde, kwam op 3 januari 2020 om het leven in Bagdad. Iran sloeg later terug door raketten af te vuren op Amerikaanse doelen in Irak. De spanning liep de afgelopen weken weer op. Zowel Iraanse functionarissen als de Amerikaanse president Donald Trump hebben dreigende taal geuit. Het is onduidelijk of Trump was geïnformeerd over het besluit om de Nimitz terug te trekken.

Miller legt met zijn besluit een verzoek van de legerleiding naast zich neer. Generaal Kenneth F. McKenzie Jr., die gaat over de Amerikaanse troepen in de regio, wilde de inzet van de Nimitz juist verlengen. Ook andere hoge militairen zouden verrast zijn geweest over het besluit van de minister, die het vliegdekschip laat terugkeren naar zijn thuishaven.

Gevoelig moment

Het vertrek van de Nimitz komt op een gevoelig moment. De Amerikaanse inlichtingendiensten denken dat Iran en zijn bondgenoten mogelijk een aanval voorbereiden om de dood van Soleimani te wreken. De Iraanse luchtverdediging en andere eenheden zouden in verhoogde staat van paraatheid zijn gebracht. Ook zouden meer raketten en drones naar buurland Irak zijn verplaatst.

Ingewijden zeggen dat onduidelijk is of de Iraniërs van plan zijn Amerikaanse troepen aan te vallen, of juist voorbereidingen treffen om zich te verdedigen tegen een Amerikaanse aanval. “Dit is een klassiek veiligheidsdilemma. Manoeuvres aan beide kanten kunnen verkeerd worden geïnterpreteerd en dat verhoogt de kans dat verkeerde inschattingen worden gemaakt”, zegt voormalig topgezant Brett McGurk tegen de krant.

‘VS trekt vliegdekschip terug uit Midden-Oosten, gebaar naar Iran’

NOS 02.01.2021 De Verenigde Staten halen het vliegdekschip USS Nimitz terug uit de wateren in het Midden-Oosten. Waarnemend minister van Defensie Miller zou zo de spanningen met Iran willen verminderen om een nieuwe confrontatie te voorkomen, schrijft The New York Times.

Het besluit komt onverwacht: president Trump bedreigt Iran geregeld op Twitter, en in november zou hij door zijn belangrijkste adviseurs op het laatste moment zijn afgehouden van een militaire aanval op nucleaire installaties in Iran.

Amerika is ervan overtuigd dat Iran nog steeds werkt aan de ontwikkeling van een kernwapen. Komend president Biden wil weer gesprekken aanknopen met de leiders in Teheran; een Amerikaanse aanval op Iran zou daar zo goed als zeker een streep door halen.

Herdenking vermoorde generaal

Morgen herdenkt Iran de dood van generaal Suleimani, die een jaar geleden bij een Amerikaanse raketaanval werd gedood, net toen hij in de Iraakse hoofdstad Bagdad was geland voor een bezoek. De Amerikanen zijn daarom op hun hoede en houden rekening met een wraakactie tegen Amerikaanse diplomaten of militairen. Om het risico daarop te verminderen, zou de USS Nimitz nu terug naar huis worden gehaald, als blijk van goede wil.

Voormalige functionarissen van het Pentagon hebben kritiek op het besluit. “Iran krijgt verschillende signalen, en dat verkleint onze mogelijkheden op precies het verkeerde moment.” De afgelopen weken had de VS zijn militaire aanwezigheid in de regio juist opgevoerd om Iran af te schrikken.

De Nimitz en andere oorlogsschepen waren naar het Midden-Oosten gedirigeerd, mede om de terugtrekking van Amerikaanse militairen uit Irak, Afghanistan en Somalië te beschermen, schrijft The New York Times. Enkele dagen geleden vlogen B-52-bommenwerpers drie keer dicht langs de Iraanse kust. Ook werd voor het eerst in bijna tien jaar een onderzeeër naar de Perzische Golf gestuurd die Tomahawk-raketten kan afvuren.

BEKIJK OOK; 

Iran wil meer uranium gaan verrijken (msn.com)

MSN 02.01.2021 Iran is van plan uranium te gaan verrijken tot een zuiverheid van 20 procent, veel meer dan is afgesproken in het atoomakkoord van 2015. Dat heeft het internationaal atoomagentschap IAEA vrijdag laten weten.

Iran lapte al eerder de nucleaire deal met westerse landen aan zijn laars, nadat de VS zich hadden teruggetrokken uit het akkoord en president Trump weer sancties tegen het land instelde. Zo verrijkte Iran tien keer zoveel uranium als is toegestaan. Ook overschreed het al eerder de mate van puurheid van uranium die in het atoomakkoord was vastgelegd.

Iran verwees in een verklaring aan het atoomagentschap naar een besluit van het Iraanse parlement vorige maand om meer en sneller uranium te gaan verrijken met nieuwe installaties. Dat besluit zou een reactie zijn op de dodelijke aanslag op een prominente Iraanse atoomwetenschapper, die werd gezien als het brein achter pogingen van Teheran om een atoombom te maken. Iran heeft altijd de ontwikkeling van een eigen atoombom ontkend.

De bedoeling van de nucleaire deal met Iran was dat het land slechts over laag verrijkt uranium zou beschikken, zodat het langere tijd nodig zou hebben om het hoogverrijkte uranium te verkrijgen dat nodig is om een atoombom te maken.

Iran schendt opnieuw nucleaire deal met plan om uranium verder te verrijken

MSN 02.01.2021 Iran heeft het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA) geïnformeerd dat het van plan is om uranium te verrijken tot een zuiverheid van 20 procent, veel meer dan is afgesproken in het atoomakkoord van 2015. Dat liet het agentschap vrijdag weten.

Iran hield zich al eerder niet aan de nucleaire deal met westerse landen, nadat de Verenigde Staten zich hadden teruggetrokken uit het akkoord en de Amerikaanse president Donald Trump weer sancties tegen het land instelde. Zo verrijkte Iran tien keer zoveel uranium dan is toegestaan.

Ook overschreed het land al eerder de mate van puurheid van uranium die in het atoomakkoord was vastgelegd. Iran mag uranium 3,67 procent zuiverheid verrijken, maar heeft het nu al tot 4,5 procent verrijkt.

Iran verwees in een verklaring aan het atoomagentschap naar een besluit van het Iraanse parlement vorige maand om meer en sneller uranium te gaan verrijken met nieuwe installaties. Dat besluit zou een reactie zijn op de dodelijke aanslag op de prominente Iraanse atoomwetenschapper Mohsen Fakhrizadeh, die werd gezien als het brein achter pogingen van Teheran om een atoombom te maken. Iran heeft de ontwikkeling van een eigen atoombom altijd ontkend.

De bedoeling van de nucleaire deal met Iran was dat het land slechts over laag verrijkt uranium zou beschikken, zodat het langere tijd nodig zou hebben om het hoogverrijkt uranium te verkrijgen dat nodig is om een atoombom te maken. Daarvoor is verrijking tot zeker 90 procent nodig.

Iran schendt opnieuw nucleaire deal met plan om uranium verder te verrijken

NU 02.01.2021 Iran heeft het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA) geïnformeerd dat het van plan is om uranium te verrijken tot een zuiverheid van 20 procent, veel meer dan is afgesproken in het atoomakkoord van 2015. Dat liet het agentschap vrijdag weten.

Iran hield zich al eerder niet aan de nucleaire deal met westerse landen, nadat de Verenigde Staten zich hadden teruggetrokken uit het akkoord en de Amerikaanse president Donald Trump weer sancties tegen het land instelde. Zo verrijkte Iran tien keer zoveel uranium dan is toegestaan.

Ook overschreed het land al eerder de mate van puurheid van uranium die in het atoomakkoord was vastgelegd. Iran mag uranium 3,67 procent zuiverheid verrijken, maar heeft het nu al tot 4,5 procent verrijkt.

Iran verwees in een verklaring aan het atoomagentschap naar een besluit van het Iraanse parlement vorige maand om meer en sneller uranium te gaan verrijken met nieuwe installaties. Dat besluit zou een reactie zijn op de dodelijke aanslag op de prominente Iraanse atoomwetenschapper Mohsen Fakhrizadeh, die werd gezien als het brein achter pogingen van Teheran om een atoombom te maken. Iran heeft de ontwikkeling van een eigen atoombom altijd ontkend.

De bedoeling van de nucleaire deal met Iran was dat het land slechts over laag verrijkt uranium zou beschikken, zodat het langere tijd nodig zou hebben om het hoogverrijkt uranium te verkrijgen dat nodig is om een atoombom te maken. Daarvoor is verrijking tot zeker 90 procent nodig.

Lees meer over: Iran  Buitenland

Iran wil uranium verrijken tot 20 procent, net als voor atoomdeal uit 2015

NOS 02.01.2021 Iran heeft de atoomwaakhond van de Verenigde Naties laten weten dat het uranium wil verrijken tot een zuiverheid van 20 procent, een niveau waarop het land uranium verrijkte voor het atoomakkoord uit 2015.

De aankondiging is de nieuwste in een reeks besluiten waar Iran het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA) van op de hoogte heeft gesteld en waarmee het land de afspraken uit 2015 steeds verder schendt. Zo verrijkte het land tien keer meer uranium dan volgens de deal is toegestaan. Daarnaast mag Iran uranium niet verder dan 3,67 procent zuiverheid verrijken, maar het zit het nu al op 4,5 procent. Voor een nucleair wapen moet uranium overigens tot boven de 90 procent zuiverheid worden verrijkt.

Het Iraanse parlement nam vorige maand een wet aan waarin werd vastgelegd dat het verrijken van uranium moet worden opgeschroefd in nieuwe installaties. Dat zal gebeuren in de atoomfaciliteit die is gebouwd in een berg in Fordo, ten zuiden van Teheran. Wanneer Iran ermee gaat beginnen, is niet duidelijk.

De wet is vermoedelijk een reactie op de liquidatie van de prominente Iraanse nucleaire wetenschapper Mohsen Fakhrizadeh, die werd gezien als het brein achter het nucleaire programma van het land. Volgens Iran zat Israël achter die moordaanslag.

Fragiel akkoord

Het atoomakkoord werd getekend door Iran, de Verenigde Staten, Rusland, China, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en Duitsland. Met de deal moest worden voorkomen dat Iran een nucleair wapen zou produceren. In ruil daarvoor werden internationale sancties tegen Iran geschrapt.

In 2018 kondigde president Trump aan dat de VS zich eenzijdig zou terugtrekken uit het akkoord, omdat Iran ondanks de deal zou zijn doorgegaan met het ontwikkelen van kernwapens. VS schroefde de sancties daarna weer op. Iran zegde het akkoord een jaar later deels op.

BEKIJK OOK;

Iran wil meer uranium gaan verrijken

Telegraaf 01.01.2021 Iran is van plan uranium te gaan verrijken tot een zuiverheid van 20 procent, veel meer dan is afgesproken in het atoomakkoord van 2015. Dat heeft het internationaal atoomagentschap IAEA vrijdag laten weten.

Iran lapte al eerder de nucleaire deal met westerse landen aan zijn laars, nadat de VS zich hadden teruggetrokken uit het akkoord en president Trump weer sancties tegen het land instelde. Zo verrijkte Iran tien keer zoveel uranium als is toegestaan. Ook overschreed het al eerder de mate van puurheid van uranium die in het atoomakkoord was vastgelegd.

Iran verwees in een verklaring aan het atoomagentschap naar een besluit van het Iraanse parlement vorige maand om meer en sneller uranium te gaan verrijken met nieuwe installaties. Dat besluit zou een reactie zijn op de dodelijke aanslag op een prominente Iraanse atoomwetenschapper, die werd gezien als het brein achter pogingen van Teheran om een atoombom te maken. Iran heeft altijd de ontwikkeling van een eigen atoombom ontkend.

BEKIJK OOK:

Congres stemt veto Trump over defensiebegroting weg

BEKIJK OOK:

Tal van Nederlanders gestrand: ’Tijdige PCR-test in buitenland vaak moeilijk’

BEKIJK OOK:

Israël wereldkampioen vaccineren, binnen drie maanden zullen alle volwassenen ingeënt zijn

De bedoeling van de nucleaire deal met Iran was dat het land slechts over laag verrijkt uranium zou beschikken, zodat het langere tijd nodig zou hebben om het hoogverrijkte uranium te verkrijgen dat nodig is om een atoombom te maken.

BEKIJK MEER VAN; nucleair beleid kernenergie Iran

‘Vader’ van Iraans kernprogramma vermoord buiten Teheran

RTL 27.11.2020 De Iraanse regering heeft laten weten dat de wetenschapper Mohsen Fakhrizadeh vandaag is omgebracht in de Iraanse hoofdstad Teheran. Fakhrizadeh was een prominent kernwetenschapper en stond aan het hoofd van het Iraanse kernwapenprogramma.

Er is nog een boel onduidelijk over de moord op Fakhrizadeh. Volgens Iraanse staatsmedia zou de wetenschapper zijn aangevallen toen hij in zijn auto zat, net buiten Teheran. Er wordt gesproken over ‘een explosie, gevolgd door geweervuur’. Fakhrizadeh werd nog met een helikopter naar het ziekenhuis gebracht maar kwam daar uiteindelijk te overlijden.

Israëlische rol

Het is nog onduidelijk wie de moord heeft gepleegd. Javad Zarif, de Iraanse minister van buitenlandse zaken, spreekt van een terroristische daad, met een ‘Israëlische rol’.

Iran wijst hiermee naar Israël als schuldigen in de moord op Fakhrizadeh. Van Israël is al langer bekend dat het een fel tegenstander is van het Iraanse kernprogramma. In het verleden werd er gewezen naar de Israelische geheime dienst;,de Mossad, bij de dood van andere kernwetenschappers. Een beschuldiging die Israël zelf altijd heeft ontkend.

‘Onthoud die naam, Fakhrizadeh’

Toch was de wetenschapper in kwestie bekend bij de Israëliërs. Fakhrizadeh werd twee jaar geleden door Netanyahu genoemd als het hoofd van het Iraanse kernwapenprogramma. “Onthoud die naam, Fakhrizadeh”, verklaarde Netanyahu toentertijd.

Ook de Amerikanen worden gezien als mogelijk daders. In januari van dit jaar werd de Iraanse generaal Qassem Soleimani omgelegd in een Amerikaanse drone-aanval. President Trump zou recentelijk nog aan zijn kabinet gevraagd hebben of het mogelijk was om luchtaanvallen uit te voeren op Iraanse kerncentrales.

Lees ook:

Iran executeert man wegens spionage voor Israël en VS

Iraanse kernprogramma

Iran’s kernprogramma is al langer een heet hangijzer in de internationale politiek. Iran begon begin 21ste eeuw stiekem met het verrijken van uranium. Iran beweerde zelf dat het kernprogramma bedoeld was om het land van energie te voorzien maar het Westen was bang dat Iran bezig was met de productie van kernwapens.

Na jaren van onderhandelingen bereikte Iran uiteindelijk een deal met de VS en Europa over het eigen kernprogramma, de ‘Iran-deal’. Iran zou geen uranium meer verrijken en zou het internationale waarnemers toelaten die erop toe konden zien dat de Iraniërs geen kernwapens produceren. In ruil daarvoor zou het Westen sancties tegen Iran opheffen.

De deal leek een succes, totdat de VS onder president Trump zich terugtrok uit de deal. Trump was van mening dat Iran niet te vertrouwen was, hij werd hierin gesteund door Israël wat altijd al tegen de deal was. Europa wou de deal behouden maar is zich ook steeds kritischer gaan opstellen tegen Iran. In januari van dit jaar beschuldigde de EU Iran ervan beloftes uit de deal niet na te komen.

RTL Nieuws; Kernenergie Spanning om Iran Iran

‘Nummer 2 van al-Qaeda in het geheim vermoord in Iran’

RTL 14.11.2020 De op een na hoogste leider van al-Qaeda is drie maanden geleden in het geheim vermoord in Iran. Dat bevestigen inlichtingsfunctionarissen aan de Amerikaanse krant The New York Times. Abdullah Ahmed Abdullah werd samen met zijn dochter gedood door twee huurmoordenaars op een motorfiets.

Abdullah Ahmed Abdullah, ook wel bekend als Abu Muhammed al-Masri, wordt ervan beschuldigd een van de meesterbreinen te zijn van de dodelijke aanslagen op Amerikaanse ambassades in Afrika in 1998. Hij werd op 7 augustus, de datum waarop die aanslagen in 1998 plaatsvonden, op straat in Teheran gedood.

Israëlische agenten

Functionarissen zeggen tegen The New York Times dat de aanval werd uitgevoerd door Israëlische agenten in opdracht van de Verenigde Staten. Ook de dochter van al-Masri, Miriam, kwam bij die aanval om het leven. Zij was de weduwe van Osama bin Ladens zoon Hamza bin Laden.

Lees ook:

Wat is er over van IS? ‘Ze zijn verzwakt, maar de organisatie blijft bestaan’

Er waren al langer geruchten dat al-Masri dood was, maar die werden nooit bevestigd. Al-Qaeda heeft de dood van een van zijn topleiders nooit bekendgemaakt en geen enkel land heeft er publiekelijk de verantwoordelijkheid voor opgeëist.

Iran ontkent nog steeds dat de man in Teheran is gedood. Volgens het ministerie van Buitenlandse Zaken waren er geen terroristen van al-Qaeda op Iraans grondgebied, en proberen Washington en Tel Aviv met dit soort ‘leugens en valse informatie’ van tijd tot tijd om Iran aan dergelijke groepen te linken.

Beloning van 10 miljoen

Al-Masri is in de VS aangeklaagd voor de aanslagen op de Amerikaanse ambassades in Kenia en Tanzania in 1998, waarbij 224 mensen omkwamen en honderden gewonden vielen. De FBI bood tien miljoen dollar beloning voor informatie die leidt tot zijn arrestatie.

RTL Nieuws/ ANP; Al-Qaeda Terrorisme Iran

januari 3, 2021 Posted by | aanslag, Al-Qa'ida, bedreiging, dreiging, Irak, iran, is, isis, kernenergie, Mohsen Fakhrizadeh, Nederland, nederlandse missie, nucleaire energie, perzische golf, politiek, Qassem Soleimani, spionage, uranium | , , , , , , , , | Reacties uitgeschakeld voor Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak, Iran en verder – deel 11

Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11b nasleep onderzoek Hawija Irak

Commissie Sorgdrager

Een onafhankelijke commissie, onder leiding van (oud-minister) Winnie Sorgdrager, gaat onderzoek doen naar de luchtaanval op Hawija. De commissie moet onderzoeken hoe als gevolg van een Nederlands bombardement burgerslachtoffers konden vallen.

Het kabinet wil de getroffen gemeenschap op vrijwillige basis compenseren. Maar er komt geen vergoeding voor individuele slachtoffers of nabestaanden.

AD 03.10.2020

Bij een Nederlandse luchtaanval op een IS-bommenfabriek in de Iraakse stad kwamen in 2015 zeker 70 burgers om het leven. Daar zijn veel Kamerdebatten over geweest en minister Bijleveld kreeg kritiek over de manier waarop de Kamer over allerlei aspecten van de bombardementen is geinformeerd.

Debatten

Sinds het nieuws over het bombardement bekend werd heeft de Tweede Kamer meerdere keren over de kwestie gedebatteerd. Daarbij ging het over de vraag of er doelbewust informatie is achtergehouden na het Nederlandse bombardement.

Premier Rutte zei in een debat eind november dat er geen sprake is van een doofpot. Wel erkende hij dat er in een brief van toenmalig minister Hennis over de luchtaanval een fout stond. Er werd gesuggereerd dat er geen burgerdoden waren, terwijl er zo’n 70 slachtoffers bleken te zijn.

Persbureau Reuters schreef namelijk daags na het bombardement dat er volgens getuigen zo’n 70 doden waren gevallen. “In openbare bronnen werd al snel de beroemde 70 genoemd”

Ook een Amerikaanse luchtmachtcommandant die betrokken was bij het Nederlandse bombardement op Hawija in Irak had zo zijn bedenkingen bij die aanval, en hield er vooraf al rekening mee dat er burgers zouden omkomen. Hij kreeg de opdracht een aanvalsplan op te stellen waarbij de bommenfabriek vernietigd zou worden en het aantal burgerdoden op papier nul zou zijn. Op zijn advies is de procedure daarna aangepast.

Dat staat in een onderzoek dat het Amerikaanse ministerie van Defensie in 2015 naar de Nederlandse luchtaanval heeft gedaan. Het is één van de documenten (.pdf) die het Amerikaanse ministerie, met tussenkomst van een Amerikaanse rechter, heeft verstrekt aan de NOS en NRC.

Conclusie, nederlandse F16-piloten gooiden in 2015 meerdere bommen op een IS-bommenfabriek in Hawija, waarbij zeker 70 burgers om het leven kwamen en ruim 400 gebouwen werden beschadigd of verwoest.

Moties van wantrouwen

Kamerleden vonden derhalve dat de minister veel meer moeite had moeten doen om Amerikaanse documenten boven water te krijgen, waarin werd gewaarschuwd voor burgerdoden.

Bijleveld overleefde een paar keer ternauwernood een motie van wantrouwen. Een groot deel van de oppositie stemde ervoor. De Kamer vroeg in mei 2020 om een onderzoek door de Onderzoeksraad voor Veiligheid. Maar dat instituut heeft dat verzoek van de hand gewezen, omdat dat juridisch niet mogelijk zou zijn.

Daarop heeft Bijleveld een andere manier gezocht voor een onderzoek: er komt dus een speciale commissie. Of die ook inzage krijgt in informatie van Amerikaanse diensten, is volgens Bijleveld niet duidelijk, “Dat moet nog bekeken worden en dat laten we aan de commissie”, zegt de minister.

Telegraaf 03.10.2020

Onderzoek burgerslachtoffers Hawija

Advocaat Liesbeth Zegveld, die enkele tientallen nabestaanden bijstaat, is blij verrast dat een onafhankelijke onderzoekscommissie het handelen van militairen gaan onderzoek. “Dit is wel bijzonder. Naast het onderzoek naar Srebrenica ken ik daar geen voorbeelden van.”

Tijdens de vergadering van de VN-Veiligheidsraad, het belangrijkste orgaan van de Verenigde Naties, besprak minister Blok het conflict in Syrië.

Ook onderzoek Syrië naar Nederlandse aansprakelijkstelling mensenrechtenschendingen

10 jaar na het begin van het conflict in Syrië heeft het regime laten weten met Nederland in gesprek te willen gaan over de Nederlandse aansprakelijkstelling voor grove mensenrechtenschendingen. Daarnaast heeft Canada aangekondigd ook Syrië aansprakelijk te stellen. Nu willen beide landen samen optrekken om gerechtigheid te krijgen voor slachtoffers van de Syrische burgeroorlog.

Minister Blok vindt het belangrijk dat een dergelijke stap wordt gezet. ‘Dit is een lichtpuntje in een donkere en lange tunnel. De Syriërs die al bijna 10 jaar in oorlog leven verdienen nog steeds gerechtigheid.’

Telegraaf 16.12.2020

Gebombardeerde Iraakse stad Hawija weer opgebouwd op kosten van Nederland

Namens Nederland gaan twee ontwikkelingsorganisaties anderhalf jaar lang herstelwerkzaamheden uitvoeren in Hawija, de Iraakse stad die door Nederlands F-16’s in 2015 werd gebombardeerd. Dat heeft minister Bijleveld van Defensie bekendgemaakt.

Vier miljoen euro is er gereserveerd voor het herstellen van het elektriciteitsnetwerk en andere essentiële infrastructuur, het ruimen van puin en voor een werkgelegenheidsproject. De wederopbouw zal gecoördineerd worden door de VN en de Internationale Organisatie voor Migratie.

Nadat Nederlandse F16’s vijf jaar geleden een bommenfabriek van IS in Hawija hadden gebombardeerd, ontplofte de fabriek en werd de omliggende wijk vernietigd. Daarbij kwamen zeker zeventig burgers om het leven en stortten 400 woningen deels of volledig in. Nog altijd ligt de wijk in puin.

Schadeclaim

Nadat ruim een jaar geleden bekend was geworden dat Nederland verantwoordelijk was voor de aanval, zegde de minister toe om te kijken naar een manier om de schade te vergoeden. Tot dan toe was dat niet mogelijk volgens de minister, omdat het kabinet daarmee zou onthullen dat Nederland verantwoordelijk was voor de aanval. Ze spreekt nu van “een vrijwillige compensatie voor de gevolgen van de Nederlandse wapeninzet”.

In opdracht van Defensie doet een onafhankelijk commissie onderzoek naar de toedracht van de aanval. Namens een groep nabestaanden heeft advocaat Liesbeth Zegveld een schadeclaim ingediend bij Defensie. Minister Bijleveld heeft deze schadeclaim voorlopig van de hand gewezen.

Nederland wel verantwoordelijk, maar niet aansprakelijk

Over een vergoeding meldt Bijleveld dat ze de getroffen gemeenschap in Hawija tegemoet wil komen met projecten die zich richten op herstel van de directe en indirecte schade, Volgens Bijleveld blijkt uit een analyse dat de behoeften van de gemeenschap liggen op het gebied van elektriciteitsvoorziening, economie, werkgelegenheid, waterinfrastructuur en herstel van woningen.

Individuele vergoedingen wijst Bijleveld ‘in beginsel’ van de hand. “Bij de aanval was sprake van een ISIS-bommenfabriek, een duidelijk legitiem doel in termen van humanitair oorlogsrecht. Nederland is daarom wel verantwoordelijk, maar niet aansprakelijk voor de gevolgen van de aanval, en daarmee niet verplicht tot het uitkeren van schadevergoedingen”.

Ze verwijst Iraakse burgers voor compensatie in eerste instantie naar de Iraakse autoriteiten. De minister houdt over tegemoetkomingen door Nederland aan individuen nog wel een kleine slag om de arm: om veiligheidsredenen en vanwege de coronacrisis is het volgens haar riskant om Nederlandse ambtenaren naar het gebied te sturen. “Als hierin verandering komt, is er sprake van een nieuw afwegingsmoment”, schrijft ze aan de Kamer.

Dat er wel collectieve maar geen individuele vergoedingen is komen vindt Zegveld onvoldoende. “Alles is beter dan niets. Maar het is laat. En de schade die mensen geleden hebben moet gewoon vergoed worden. Veel nabestaanden wonen daar ook niet meer, die hebben niets aan een watervoorziening in Hawija.” Ze zegt haar claim door te zetten voor alle nabestaanden die niet kunnen profiteren van een collectieve regeling.

Andere situatie dan Mosul

Begin vorige maand werd bekend dat Defensie een schadevergoeding van tonnen uitkeert aan een Iraakse man, die in 2015 een groot deel van zijn familie verloor bij een Nederlands bombardement op zijn huis in Mosul.

Bijleveld vindt dat die kwestie “wezenlijk verschilt” van de aanval op Hawija: “In Mosul was sprake van de zeer uitzonderlijke situatie dat achteraf bleek dat een niet-legitiem doel, namelijk een woonhuis, was aangevallen.”

Er loopt ook nog een schadeclaim van tientallen Irakezen die gedupeerd zijn door het Nederlandse bombardement op Hawija. Het bombardement op een autobommenfabriek van IS zette een reeks explosies in gang waardoor een hele wijk werd verwoest. Zeker zeventig burgers kwamen om.

En ook;

Een controlepost in Irak, bewaakt door een Iraakse agent AFP

Nederlandse staat aansprakelijk dood Irakees Azhar Jaloud

Nederland moet 40.000 euro betalen aan de nabestaanden van de Irakees Azhar Jaloud, die in 2004 bij een checkpoint vlak bij een Nederlandse basis in het zuiden van Irak werd doodgeschoten. De rechter is van mening dat de Nederlandse staat aansprakelijk  is voor het “onrechtmatig handelen” van Iraakse militairen.

In het holst van de nacht reed Jaloud als bijrijder met een vriend in een zwarte Mercedes. Mogelijk zagen ze het checkpoint niet. Ze reden door een wegversperring.

Vervolgens werd er geschoten. Volgens de rechtbank door zeker één lid van het Iraqi Civil Defense Corps (ICDC) en ook door een Nederlandse luitenant. De luitenant vuurde 28 kogels af op de Mercedes. Jaloud, een onschuldige 29-jarige man, werd geraakt. Het is niet duidelijk welke kogel hem fataal werd.

De Nederlandse luitenant verklaarde later dat hij dacht er vanuit de auto werd geschoten. Hij werd eind vorig jaar in een tussenvonnis vrijgesproken. Volgens de rechter had hij het vuur van de Iraakse soldaten kunnen aanzien voor schoten vanuit de auto en had hij daarom het recht te schieten. Maar voor de Iraakse militairen, die onder Nederlands gezag handelden en volgens de rechter als eerste schoten, geldt dat niet.

Slepende zaak

Met het vonnis van vandaag 07.10.2020 komt een voorlopig einde aan een slepende zaak. In eerste instantie weigerde het OM de luitenant strafrechtelijk te vervolgen en daarin kreeg het gelijk van het gerechtshof in Arnhem. In 2014 oordeelde het Europees Hof voor de Rechten van de Mens alleen dat het OM grote fouten had gemaakt.

Zo waren getuigenverklaringen achtergehouden, was de voorbereiding van het verhoor van de luitenant niet goed en waren er kogels uit het lichaam van Jaloud kwijtgeraakt. Na de uitspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens is de zaak naar de civiele rechter gebracht.

‘Heel erg tevreden’

Advocaat Liesbeth Zegveld staat vanaf het begin de vader van Jaloud bij. Hoewel ze nog altijd haar twijfels heeft bij vrijspraak van de luitenant, is ze “heel erg tevreden” met de uitspraak van vandaag.

Wat haar betreft staat er een punt achter de zaak. Of de nabestaanden van Jaloud dezelfde mening hebben, weet ze nog niet. “Ik heb het vonnis gemaild naar de vader en wacht nog op een reactie”, zegt ze. Ook kan de Nederlandse staat nog in hoger beroep.

“Het is in ieder geval een enorm lange weg geweest, die veel heeft blootgelegd en veranderd bij Defensie als het gaat om dit soort kwesties”, zegt Zegveld.

Lees: Veel weerstand in onderzoek naar het bloedige bombardement door Nederland in Hawija NRC 01.12.2021

lees: Hawija_(Kamerstuk_27925-714)_en_stand_van_zaken_vrijwillige_vergoedingen_wapeninzet_Hawija 02.10.2020

lees: 210420_hawija feitenonderzoek

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11a – nasleep onderzoek Hawija Irak

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 8 Hawija Mosul

Tijdens de vergadering van de VN-Veiligheidsraad, het belangrijkste orgaan van de Verenigde Naties, besprak minister Blok het conflict in Syrië.

Nederland zet samen met Canada volgende stap voor gerechtigheid in Syrië

RO 12.03.2021 10 jaar na het begin van het conflict in Syrië heeft het regime laten weten met Nederland in gesprek te willen gaan over de Nederlandse aansprakelijkstelling voor grove mensenrechtenschendingen. Daarnaast heeft Canada aangekondigd ook Syrië aansprakelijk te stellen. Nu willen beide landen samen optrekken om gerechtigheid te krijgen voor slachtoffers van de Syrische burgeroorlog.

Minister Blok vindt het belangrijk dat een dergelijke stap wordt gezet. ‘Dit is een lichtpuntje in een donkere en lange tunnel. De Syriërs die al bijna 10 jaar in oorlog leven verdienen nog steeds gerechtigheid.’

Op 15 maart 2011 begonnen tijdens de Arabische lente vreedzame protesten in Syrië tegen het Assad-regime. Al snel werden deze protesten op brute wijze neergeslagen door de autoriteiten. 10 jaar later zijn grove mensenrechtenschendingen in Syrië nog altijd aan de orde van de dag. Het Assad-regime maakt zich op grote schaal schuldig aan onder meer marteling, moord en aanvallen met gifgas. Meer dan 11 miljoen Syriërs zijn op de vlucht geslagen en vaak alles kwijtgeraakt.

Gesprekken starten

Nederland verwelkomt de beslissing van de Canadese minister van Buitenlandse Zaken, Marc Garneau om Syrië ook aansprakelijk te stellen. Minister Blok van Buitenlandse Zaken: ‘Door onze krachten te bundelen, staan we sterker. Dit zijn hoopvolle en belangrijke stappen in onze weg naar rechtvaardigheid en het stoppen van straffeloosheid.’

Nu Syrië heeft aangekondigd in gesprek te willen gaan over de aansprakelijkstelling, kunnen de details over het hoe, waar en wanneer van de gesprekken worden uitgewerkt. Dit wil Nederland samen met Canada oppakken. De inzet van beide landen zal zijn om een einde te brengen aan de nog dagelijks plaatsvindende misdrijven, gerechtigheid te krijgen voor de Syrische slachtoffers van de meest ernstige mensenrechtenschendingen en de daders ter verantwoording te roepen. Mochten de gesprekken niet leiden tot gerechtigheid voor de slachtoffers, dan zullen Nederland en Canada niet aarzelen de stap naar een internationale rechter te zetten.

Strijd tegen straffeloosheid

Nederland heeft zich de afgelopen jaren onverminderd hard ingezet voor internationale gerechtigheid en het bestrijden van straffeloosheid. Zo is Nederland een drijvende kracht bij het verzamelen van bewijs voor mensenrechtenschendingen in Syrië. Dit gebeurt onder meer via de VN-bewijzenbank IIIM (International, Impartial and Independent Mechanism), een organisatie die Nederland actief steunt.

Minister Blok: ‘De getuigenverklaringen van de meest verschrikkelijke misdaden zijn inmiddels in ons collectieve geheugen gegrift. Zij geven ons de kans om een volgende stap te zetten op weg naar rechtvaardigheid en het Syrische regime aansprakelijk te stellen voor de misdaden die het heeft begaan.’

Toespraak VN-mensenrechtenraad

Minister Blok spreekt op maandag 15 maart 2021 de Mensenrechtenraad digitaal toe tijdens een speciale sessie over het conflict in Syrië.

Lees de diplomatieke verklaring van Canada en Nederland (Engels).

Zie ook; Internationale vrede en veiligheid Tweede Wereldoorlog

Kabinet trekt 4 miljoen euro uit voor herstel in Hawija na luchtaanval

NU 15.12.2020 Het ministerie van Defensie trekt ruim 4 miljoen euro uit voor herstelwerkzaamheden in Hawija, de Iraakse stad die in juni 2015 zware schade opliep door een aanval van Nederlandse gevechtsvliegtuigen op een bommenfabriek van terreurgroep Islamitische Staat (IS). Daarbij kwamen tientallen burgers om het leven.

Het geld wordt gebruikt om puin te ruimen, het lokale elektriciteitsnetwerk te herstellen en de essentiële infrastructuur op te knappen. In overleg met de gemeenschap wordt tevens gekeken hoe de werkgelegenheid bevorderd kan worden. De werkzaamheden zullen ongeveer anderhalf jaar in beslag nemen.

Twee organisaties gaan de projecten uitvoeren. Begin volgend jaar moeten die aan de slag gaan. “De exacte aanvangsdatum van de projecten is afhankelijk van de contractafspraken die nu moeten worden gemaakt. Zorgvuldigheid staat hierbij voorop”, schrijft minister Ank Bijleveld van Defensie aan de Tweede Kamer.

De vrijwillige compensatie kwam er op aandringen van de Kamer.

Nederlandse F-16’s voerden in juni 2015 een luchtaanval uit op een bommenfabriek van IS, waarbij ook een woonwijk werd geraakt. In de fabriek bleken veel meer explosieven te liggen dan vooraf werd aangenomen. Er vielen tientallen doden en ongeveer honderd gewonden.

Begin oktober stelde het kabinet een onafhankelijk onderzoek in naar de aanval in Hawija.

Lees meer over: Defensie  Politiek  Missie Irak  Buitenland

Gebombardeerde Iraakse stad Hawija weer opgebouwd op kosten van Nederland

NOS 15.12.2020 Namens Nederland gaan twee ontwikkelingsorganisaties anderhalf jaar lang herstelwerkzaamheden uitvoeren in Hawija, de Iraakse stad die door Nederlands F-16’s in 2015 werd gebombardeerd. Dat heeft minister Bijleveld van Defensie bekendgemaakt.

Vier miljoen euro is er gereserveerd voor het herstellen van het elektriciteitsnetwerk en andere essentiële infrastructuur, het ruimen van puin en voor een werkgelegenheidsproject. De wederopbouw zal gecoördineerd worden door de VN en de Internationale Organisatie voor Migratie.

Nadat Nederlandse F16’s vijf jaar geleden een bommenfabriek van IS in Hawija hadden gebombardeerd, ontplofte de fabriek en werd de omliggende wijk vernietigd. Daarbij kwamen zeker zeventig burgers om het leven en stortten 400 woningen deels of volledig in. Nog altijd ligt de wijk in puin.

Schadeclaim

Nadat ruim een jaar geleden bekend was geworden dat Nederland verantwoordelijk was voor de aanval, zegde de minister toe om te kijken naar een manier om de schade te vergoeden. Tot dan toe was dat niet mogelijk volgens de minister, omdat het kabinet daarmee zou onthullen dat Nederland verantwoordelijk was voor de aanval. Ze spreekt nu van “een vrijwillige compensatie voor de gevolgen van de Nederlandse wapeninzet”.

In opdracht van Defensie doet een onafhankelijk commissie onderzoek naar de toedracht van de aanval. Namens een groep nabestaanden heeft advocaat Liesbeth Zegveld een schadeclaim ingediend bij Defensie. Minister Bijleveld heeft deze schadeclaim voorlopig van de hand gewezen.

BEKIJK OOK;

Ruim 4 miljoen euro voor puinruimen Hawija

Telegraaf 15.12.2020 De Nederlandse regering steunt twee ontwikkelingsorganisaties die puin gaan ruimen in het Iraakse Hawija. Minister Bijleveld (Defensie) maakt ruim 4 miljoen euro vrij voor het project, dat onderdeel uitmaakt van de vrijwillige Nederlandse compensatie voor de gemeenschap in Hawija na het Nederlandse bombardement op een bommenfabriek van terreurbeweging Islamitische Staat (IS) in 2015.

Dat schrijft Bijleveld dinsdag in een brief aan de Tweede Kamer.

De grootste behoeften van de lokale bevolking liggen op het gebied van elektriciteitsvoorziening, economische activiteiten, werkgelegenheid, waterinfrastructuur en woningherstel, aldus Bijleveld. Drie organisaties hebben concrete projectvoorstellen ingediend, en daar zijn er twee uit geselecteerd. Het gaat om projecten van de VN-organisatie voor migratie IOM en de UNDP, het ontwikkelingsprogramma van de VN. De projecten zullen een periode van 1,5 jaar in beslag nemen. Wanneer ze precies van start gaan, is nog niet bekend.

BEKIJK OOK:

Emotionele Irakees Razzo ’zeer tevreden’ met hoge schadevergoeding na vergisbom

Bij het bombardement van Nederlandse F-16’s vijf jaar geleden op de IS-bommenfabriek in Hawija vielen 70 burgerdoden. De wijk ligt nog altijd in puin. Toen bekend werd dat dat een gevolg was van de Nederlandse aanval, beloofde de minister een vorm van een vrijwillige schadevergoeding. Eerder dit jaar stelde het ministerie bovendien een onafhankelijke onderzoekscommissie in die onderzoek verricht naar de toedracht van de aanval.

Ank Bijleveld, Minister van Defensie. Ⓒ HOLLANDSE HOOGTE / PETER HILZ

BEKIJK MEER VAN; defensie gewapend conflict internationale betrekkingen Bijleveld Hawija

© Hollandse Hoogte / AFP Bij het bombardement van Nederlandse F-16’s vijf jaar geleden op de IS-bommenfabriek in Hawija vielen 70 burgerdoden. De wijk ligt nog altijd in puin.

Ruim 4 miljoen euro voor puinruimen Hawija

MSN 15.12.2020 De Nederlandse regering steunt twee ontwikkelingsorganisaties die puin gaan ruimen in het Iraakse Hawija. Minister Bijleveld (Defensie) maakt ruim 4 miljoen euro vrij voor het project, dat onderdeel uitmaakt van de vrijwillige Nederlandse compensatie voor de gemeenschap in Hawija na het Nederlandse bombardement op een bommenfabriek van terreurbeweging Islamitische Staat (IS) in 2015.

Dat schrijft Bijleveld dinsdag in een brief aan de Tweede Kamer.

De grootste behoeften van de lokale bevolking liggen op het gebied van elektriciteitsvoorziening, economische activiteiten, werkgelegenheid, waterinfrastructuur en woningherstel, aldus Bijleveld. Drie organisaties hebben concrete projectvoorstellen ingediend, en daar zijn er twee uit geselecteerd. Het gaat om projecten van de VN-organisatie voor migratie IOM en de UNDP, het ontwikkelingsprogramma van de VN. De projecten zullen een periode van 1,5 jaar in beslag nemen. Wanneer ze precies van start gaan, is nog niet bekend.

© Hollandse Hoogte / Peter Hilz Ank Bijleveld, Minister van Defensie.

Bij het bombardement van Nederlandse F-16’s vijf jaar geleden op de IS-bommenfabriek in Hawija vielen 70 burgerdoden. De wijk ligt nog altijd in puin. Toen bekend werd dat dat een gevolg was van de Nederlandse aanval, beloofde de minister een vorm van een vrijwillige schadevergoeding. Eerder dit jaar stelde het ministerie bovendien een onafhankelijke onderzoekscommissie in die onderzoek verricht naar de toedracht van de aanval.

Commissie-Sorgdrager start: vierde Hawija-onderzoek moet duidelijkheid bieden

NOS 26.11.2020 Een driekoppige commissie die onderzoek moet gaan doen naar de luchtaanval in Hawija in 2015, is vandaag officieel ingesteld en begint op 1 januari 2021. Dat laat minister Ank Bijleveld van Defensie in een brief aan de Kamer weten.

Eerder was al bekendgemaakt dat minister van Staat Winnie Sorgdrager die commissie zou gaan leiden. De andere leden zijn hoogleraar militair recht Terry Gill en de gepensioneerde luchtmachtcommandant Ralph Reefman, schrijft de minister. Een extern onderzoeksteam zal de commissie ondersteunen.

De belangrijkste taak van de commissie is uitzoeken hoe het kon dat er bij de luchtaanval op de bommenfabriek in Irak zeker 70 doden vielen, terwijl vooraf was gecalculeerd dat er geen burgerslachtoffers zouden vallen. Ook gaat de commissie kijken “welke lessen er voor de toekomst zijn te trekken”.

Eerder waren er al onderzoeken van Defensie, het OM en het Amerikaanse ministerie van Defensie.

Naïef

Uit vertrouwelijke Amerikaanse documenten is gebleken dat de Amerikaanse commandant die verantwoordelijk was voor het berekenen van de aanval vond dat het naïef was om te denken dat er geen doden zouden vallen. De berekeningen hadden namelijk alleen betrekking op de explosie van de Nederlandse precisiebommen. Wat er zou gebeuren als de bommen in de bommenfabriek zouden ontploffen, heeft hij niet berekend.

Defensie houdt vol dat die inschatting vooraf wel degelijk is gemaakt. Of dat klopt en of het om een serieuze berekening gaat, zal uit onderzoek van de commissie moeten blijken.

Red card holder

Een andere vraag is of de Nederlandse militair die groen licht gaf voor de operatie, de ‘red card holder‘, volledig op de hoogte was van het risico van de aanval. Had hij genoeg informatie om te beoordelen dat de aanval proportioneel was en dat er – zoals door de minister was toegezegd aan de Tweede Kamer – naar verwachting geen burgerdoden bij zouden vallen? Met andere woorden: kreeg Nederland voldoende informatie van de Amerikaanse coalitiegenoten om tot een zorgvuldig oordeel te komen?

Tot slot zal duidelijk moeten worden of er vooraf überhaupt voldoende informatie door de coalitie is verzameld om burgerdoden te voorkomen. Uit onderzoek naar een ander incident waar Nederland bij betrokken was, het vergisbombardement op twee woonhuizen in Mosul, bleek dat er veel te kort drones waren ingezet om het gebied te verkennen. Onzorgvuldig, zo oordeelden de Amerikanen achteraf.

Wanneer de onderzoekers klaar zullen zijn is niet bekend. “De commissie blijft bestaan zolang als nodig is om het onderzoek af te ronden”, aldus de minister.

BEKIJK OOK;

Onderzoekscommissie wapeninzet Hawija ingesteld

RO 26.11.2020 De commissie die de Nederlandse wapeninzet op de ISIS-bommenfabriek in het Iraakse Hawija onderzoekt, is vandaag officieel ingesteld. Minister van Staat Winnie Sorgdrager leidt de onafhankelijke commissie. Die onderzoekt hoe het kon dat er bij de wapeninzet burgerslachtoffers zijn gevallen en welke lessen er voor de toekomst zijn te trekken.

Per 1 januari 2021 start de commissie met haar onderzoek. Voorzitter van de commissie is Winnie Sorgdrager. De voorzitter heeft op basis van specifieke expertise en internationale operationele ervaring de leden prof. Dr. Terry Gill (hoogleraar militair recht) en Ralph Reefman (commodore-vlieger b.d.) aangezocht. De commissie wordt ondersteund door een extern onderzoeksteam.

Minister Ank Bijleveld-Schouten geeft aan dat de commissie ook op volledige medewerking van Defensie kan rekenen: “Mevrouw Sorgdrager kan ervan op aan dat ik alles binnen mijn mogelijkheden zal doen om de commissie zo goed mogelijk te ondersteunen.”

Wanneer de commissie precies met haar eindrapport komt, is nu nog niet duidelijk. De commissie blijft bestaan zo lang als nodig is om het onderzoek af te ronden.

De commissie is ontstaan uit een aangenomen motie in de Tweede Kamer om de Onderzoeksraad voor de Veiligheid (OVV) onderzoek te laten doen naar de wapeninzet. Omdat de OVV aangaf geen onderzoek te kunnen doen naar operaties van de krijgsmacht, besloot minister Bijleveld in de geest van de motie om een onafhankelijke onderzoekscommissie in te stellen.

Verantwoordelijk;

Minister Ank Bijleveld van Defensie. © ANP/Remko de Waal

Commissie-Sorgdrager begint ‘hopelijk’ voor eind dit jaar aan onderzoek Hawija

AD 08.10.2020 Het is nog niet bekend wanneer de commissie onder leiding van Winnie Sorgdrager begint aan het onderzoek naar de burgerslachtoffers die in 2015 vielen bij een Nederlandse F-16-aanval in het Iraakse Hawija. Sorgdrager is nog bezig met het samenstellen van de rest van de commissie, zei minister Ank Bijleveld van Defensie vandaag in de Tweede Kamer. Ze hoopt dat Sorgdrager voor het eind van het jaar met haar onderzoek kan starten.

Dit jaar moet al wel duidelijk worden hoe het kabinet de inwoners van Hawija gaat helpen. Vrijdag werd bekend dat Bijleveld de stad wil helpen door geld te steken in projecten die de elektriciteits- en watervoorziening verbeteren. Het is een vrijwillige vergoeding – de hoogte van het bedrag is onbekend – en individuele inwoners krijgen geen geld.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Een deel van de Tweede Kamer vindt dat ook individuele schadevergoedingen mogelijk moeten worden, zoals Basim Razzo geld uitgekeerd kreeg. Hij verloor zijn hele gezin bij een Nederlandse aanval in Mosul. In Mosul bleek het verkeerde doel te zijn geraakt, namelijk een woonhuis.

Individuele schadevergoedingen

In Hawija werd wel een ‘legitiem doel’ aangevallen, stelt Bijleveld, een bommenfabriek. Nederland is daarom wel verantwoordelijk, maar niet aansprakelijk. Daarom zijn individuele schadevergoedingen volgens haar niet aan de orde. ,,Ik wil niet nu een verwachting wekken die ik in de toekomst niet kan waarmaken.”

De PVV keerde zich tegen de vrijwillige vergoeding die het kabinet aan de stad wil geven. Volgens Kamerlid Sietse Fritsma valt niet uit te sluiten dat het geld ook bij IS-strijders terechtkomt. Ook wil Fritsma weten hoeveel geld Razzo van de Nederlandse staat heeft gekregen. Volgens Bijleveld is afgesproken dat bedrag geheim te houden, vanwege ‘de persoonlijke veiligheid van de heer Razzo’.

Datum, tijd en plaats

Bijleveld belooft in de toekomst sneller openheid van zaken te geven als door toedoen van Nederlands militair optreden burgerslachtoffers vallen. Maar dat gaat de linkse oppositie in de Tweede Kamer niet ver genoeg.

Zo tast de PvdA nog altijd in het duister over wanneer de Kamer wel en niet wordt geïnformeerd. GroenLinks wil dat ook schattingen van nevenschade en slachtoffers aan het parlement worden gemeld en de SP vindt dat de Kamer ‘binnen een week’ na een incident in de openbaarheid moet worden geïnformeerd over ‘datum, tijdstip en plaats’.

Kabinet stelt onderzoek in naar Nederlandse luchtaanval Hawija

Telegraaf  02.10.2020 Het ministerie van Defensie komt tegemoet aan de wensen van de Kamer en laat alsnog een onafhankelijk onderzoek uitvoeren naar de Nederlandse luchtaanval in het Iraakse Hawija in 2015, waarbij burgerdoden vielen. Ook moet de lokale gemeenschap een vorm van compensatie krijgen, vindt minister Bijleveld (Defensie).

Ex-minister van Justitie Winnie Sorgdrager (D66) gaat het onderzoek naar de gebeurtenissen in Hawija leiden. Bijleveld kwam eerder onder vuur te liggen, omdat de Kamer in 2015 verkeerd was geïnformeerd over de Nederlandse aanval op terreurbeweging Islamitische Staat in juni van dat jaar. Bij de aanval vielen ook zo’n 70 burgerdoden.

Daarop drong D66 aan op een onderzoek van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV). Omdat het om een gebeurtenis in het buitenland en in de context van oorlog gaat, kan de OVV het onderzoek echter niet uitvoeren. Vandaar dat er een onafhankelijke onderzoekscommissie komt, die Sorgdrager naar eigen inzicht mag samenstellen

Daarnaast gaat het ministerie kijken naar lokale projecten die het kan vergoeden ter compensatie voor de lokale bevolking in Hawija. Het ministerie heeft onderzocht of individuele vergoedingen uitkeren een optie is. Dat is het niet, omdat de aanval gericht was op een bommenfabriek van IS, en dus een legitiem doel had.

De Tweede Kamer reageert positief op het besluit van het kabinet om onderzoek te laten doen naar de Nederlandse luchtaanval op de Iraakse plaats Hawija, waarbij vele tientallen doden vielen. Wel klinkt er teleurstelling over het feit dat individuele slachtoffers en nabestaanden geen compensatie krijgen.

BEKIJK MEER VAN; gewapend conflict defensie Bijleveld Hawija Kamer

Hawija na het bombardement NOS | LEX RUNDERKAMP

Commissie onderzoekt luchtaanval Hawija, geen individuele compensatie

NOS 02.10.2020 Een onafhankelijke commissie gaat onderzoek doen naar het bombardement op Hawija. De commissie wordt geleid door oud-minister Sorgdrager en moet onderzoeken hoe als gevolg van een Nederlands bombardement burgerslachtoffers konden vallen. Het kabinet wil de getroffen gemeenschap op vrijwillige basis compenseren. Maar er komt geen vergoeding voor individuele slachtoffers of nabestaanden.

Bij een Nederlandse luchtaanval op een IS-bommenfabriek in de Iraakse stad kwamen in 2015 zeker 70 burgers om het leven. Daar zijn veel Kamerdebatten over geweest en minister Bijleveld kreeg kritiek over de manier waarop de Kamer over allerlei aspecten van de bombardementen is geïnformeerd.

Moties van wantrouwen

Kamerleden vonden bijvoorbeeld dat de minister veel meer moeite had moeten doen om Amerikaanse documenten boven water te krijgen, waarin werd gewaarschuwd voor burgerdoden. Die informatie kwam naar buiten via NOS en NRC.

Bijleveld overleefde een paar keer ternauwernood een motie van wantrouwen. Een groot deel van de oppositie stemde ervoor. De Kamer vroeg in mei om een onderzoek door de Onderzoeksraad voor Veiligheid. Maar dat instituut heeft dat verzoek van de hand gewezen, omdat dat juridisch niet mogelijk zou zijn.

Daarop heeft Bijleveld een andere manier gezocht voor een onderzoek: er komt dus een speciale commissie. Of die ook inzage krijgt in informatie van Amerikaanse diensten, is volgens Bijleveld niet duidelijk, “Dat moet nog bekeken worden en dat laten we aan de commissie”, zegt de minister.

Sorgdrager onderzoekt burgerslachtoffers Hawija

Advocaat Liesbeth Zegveld, die enkele tientallen nabestaanden bijstaat, is blij verrast dat een onafhankelijke onderzoekscommissie het handelen van militairen gaan onderzoek. “Dit is wel bijzonder. Naast het onderzoek naar Srebrenica ken ik daar geen voorbeelden van.”

Nederland wel verantwoordelijk, maar niet aansprakelijk

Over een vergoeding meldt Bijleveld dat ze de getroffen gemeenschap in Hawija tegemoet wil komen met projecten die zich richten op herstel van de directe en indirecte schade, Volgens Bijleveld blijkt uit een analyse dat de behoeften van de gemeenschap liggen op het gebied van elektriciteitsvoorziening, economie, werkgelegenheid, waterinfrastructuur en herstel van woningen.

Individuele vergoedingen wijst Bijleveld ‘in beginsel’ van de hand. “Bij de aanval was sprake van een ISIS-bommenfabriek, een duidelijk legitiem doel in termen van humanitair oorlogsrecht. Nederland is daarom wel verantwoordelijk, maar niet aansprakelijk voor de gevolgen van de aanval, en daarmee niet verplicht tot het uitkeren van schadevergoedingen”.

Ze verwijst Iraakse burgers voor compensatie in eerste instantie naar de Iraakse autoriteiten. De minister houdt over tegemoetkomingen door Nederland aan individuen nog wel een kleine slag om de arm: om veiligheidsredenen en vanwege de coronacrisis is het volgens haar riskant om Nederlandse ambtenaren naar het gebied te sturen. “Als hierin verandering komt, is er sprake van een nieuw afwegingsmoment”, schrijft ze aan de Kamer.

Dat er wel collectieve maar geen individuele vergoedingen is komen vindt Zegveld onvoldoende. “Alles is beter dan niets. Maar het is laat. En de schade die mensen geleden hebben moet gewoon vergoed worden. Veel nabestaanden wonen daar ook niet meer, die hebben niets aan een watervoorziening in Hawija.” Ze zegt haar claim door te zetten voor alle nabestaanden die niet kunnen profiteren van een collectieve regeling.

Andere situatie dan Mosul

Begin vorige maand werd bekend dat Defensie een schadevergoeding van tonnen uitkeert aan een Iraakse man, die in 2015 een groot deel van zijn familie verloor bij een Nederlands bombardement op zijn huis in Mosul.

Bijleveld vindt dat die kwestie “wezenlijk verschilt” van de aanval op Hawija: “In Mosul was sprake van de zeer uitzonderlijke situatie dat achteraf bleek dat een niet-legitiem doel, namelijk een woonhuis, was aangevallen.”

BEKIJK OOK;

Onafhankelijk onderzoek naar Nederlands bombardement met tientallen burgerdoden

RTL 02.10.2020 Er komt een onafhankelijk onderzoek naar de Nederlandse luchtaanval op de Iraakse stad Hawija. Daarbij vielen vijf jaar geleden vele tientallen burgerdoden.

Er komt compensatie voor de gemeenschap, maar niet voor individuele slachtoffers of nabestaanden.

Lees ook:

Burgerdoden na Nederlandse aanval op Hawija wél opgenomen in rapporten VS

De onafhankelijke onderzoekscommissie staat onder leiding van oud-minister Winnie Sorgdrager en zal zich richten op de vraag ‘hoe burgerslachtoffers hebben kunnen vallen en welke lessen hieruit te trekken zijn voor de toekomst’.

Sorgdrager mag de commissie zelf samenstellen, aldus minister Ank Bijleveld van Defensie.

Winnie Sorgdrager © ANP

RTL Nieuws; Bombardementen Irak

Defensie kondigt onafhankelijk onderzoek naar aanval op Hawija aan

NU 02.10.2020 Er komt een onafhankelijk onderzoek naar de Nederlandse luchtaanval op de Iraakse stad Hawija, meldt defensieminister Ank Bijleveld vrijdag. Er komt daarnaast ook compensatie voor de gemeenschap, maar niet voor individuele slachtoffers of nabestaanden.

De onderzoekscommissie zal zich richten op de vraag “hoe bij deze wapeninzet burgerslachtoffers hebben kunnen vallen, evenals welke lessen hieruit te trekken zijn voor de toekomst”, zegt Bijleveld. Oud-minister Winnie Sorgdrager zal de commissie leiden en samenstellen.

De Tweede Kamer nam in mei een motie aan waarin de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) werd opgeroepen tot het instellen van een onafhankelijk onderzoek naar de aanval. Omdat de OVV dit onderzoek niet kan uitvoeren, kiest de minister voor een tijdelijke onderzoekscommissie.

De aanval op Hawija vond in juni 2015 plaats. Nederlandse F-16’s voerden een luchtaanval uit op een bommenfabriek van Islamitische Staat (IS), waarbij ook een woonwijk werd geraakt. In de fabriek bleken veel meer explosieven te liggen dan vooraf werd aangenomen. Er vielen tientallen doden en ongeveer honderd gewonden.

Oud-minister Winnie Sorgdrager wordt de voorzitter van de onafhankelijke onderzoekscommissie. (Foto: ANP)

‘Compensatie alleen op vrijwillige basis’

Bijleveld meldt dat er is gekeken naar de mogelijkheden om de getroffen gemeenschap op vrijwillige basis tegemoet te komen. Er zullen drie projectvoorstellen volgen die gericht zijn op het herstellen van schade die veroorzaakt is door de Nederlandse aanval, bijvoorbeeld op het gebied van elektriciteitsvoorziening en werkgelegenheid.

Een speciale werkgroep heeft ook gekeken naar eventuele individuele vergoedingen. Volgens de minister is Nederland wel verantwoordelijk voor de aanval, maar niet aansprakelijk voor de gevolgen. “Bij de aanval in Hawija was er sprake van een IS-bommenfabriek, een duidelijk legitiem doel in termen van het humanitair oorlogsrecht.”

Het geven van vrijwillige compensatie zou gevolgen kunnen hebben voor wapeninzet bij toekomstige missies die volgens het oorlogsrecht correct zijn uitgevoerd. Ook zouden er praktische bezwaren zijn. Bijleveld zegt zich te realiseren dat deze boodschap “moeilijk” is voor de betrokkenen, maar Nederland wel zijn verantwoordelijkheid zal nemen door de gemeenschap op een andere manier te compenseren.

Lees meer over: Irak  Defensie  Politiek

Kabinet stelt onderzoek in naar misgelopen bombardement Hawija

AD 02.10.2020 Het kabinet stelt een onafhankelijk onderzoek in naar de misgelopen Nederlandse aanval op het Iraakse Hawija, waarbij in juni 2015 zo’n zeventig burgerdoden vielen. Ook gaat het de bevolking van de stad compenseren door geld te steken in het herstel van woningen, de elektriciteitsvoorziening, werkgelegenheid en watervoorziening.

Minister Ank Bijleveld van Defensie wil bijvoorbeeld een elektriciteitscentrale en een gemeenschapshuis realiseren. Die compensatie gebeurt op vrijwillige basis, benadrukt ze.

Hoeveel geld Nederland in Hawija steekt, wil de CDA-bewindsvrouw niet zeggen. Dat hangt volgens haar af van de voorstellen die drie organisaties nu kunnen voorstellen indienen bij het ministerie om de gemeenschap van de stad te ondersteunen. Zodra die voorstellen zijn ingediend en goedgekeurd, wil ze ‘zo snel mogelijk’ met de projecten beginnen.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Individuele schadevergoedingen worden niet uitgekeerd, stelt Bijleveld, omdat in Hawija een Iraakse bommenfabriek werd aangevallen dat volgens het humanitair oorlogsrecht een ‘duidelijk legitiem doel’ is. ,,Het was in hardcore IS-gebied.” In de fabriek lagen echter veel meer explosieven, waardoor de ‘nevenschade’ veel groter was dan vooraf ingeschat.

Niet aansprakelijk

,,Nederland is wel verantwoordelijk, maar niet aansprakelijk voor de gevolgen van de aanval”, schrijft Bijleveld aan de Tweede Kamer. Er is daarom ‘geen aanleiding’ tot het uitkeren van schadevergoedingen ‘op individueel niveau’. ,,Ik realiseer mij terdege dat dit een moeilijke boodschap is voor de betrokkenen”, aldus Bijleveld.

Daarom kiest ze voor het ‘ondersteunen van de getroffen gemeenschap’. ,,Ik ben blij dat we zo kunnen laten zien dat we ook richting de nabestaanden en slachtoffers onze verantwoordelijkheid zullen nemen.”

In Mosul, waar in juni 2015 door een Nederlands bombardement ook burgerslachtoffers vielen, werden recent wel schadevergoedingen gegeven. In dat geval, stelt Bijleveld, bleek dat er ‘een niet-legitiem doel’ was aangevallen. De bom viel op een woonhuis.

Onderzoekscommissie

Ook gaat – vijf jaar ná het bombardement – een onafhankelijke onderzoekscommissie onder leiding van oud-minister Winnie Sorgdrager (D66) kijken hoe er door een Nederlandse F-16-aanval in juni 2015 in het Iraakse Hawija burgerslachtoffers konden vallen. Daaruit moeten lessen worden getrokken ‘voor de toekomst’.

De Tweede Kamer drong – op initiatief van regeringspartij D66 – op zo’n onderzoek aan, uitgevoerd door de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV). Maar die zei het onderzoek niet uit te kunnen voeren, omdat het niet tot de taken behoort. Daarom stelt Bijleveld een commissie in omdat ze ‘wel begrijpt dat de Kamer in dit uitzonderlijke geval heeft gevraagd om een extra onafhankelijk onderzoek naar deze aanval’.

Sorgdrager zal ‘naar eigen inzicht de overige leden van deze onderzoekcommissie aanwijzen’. Volgens Bijleveld is minister van Staat Sorgdrager bij uitstek geschikt voor deze commissie omdat ‘zij zich veel op dit soort terrein heeft bewogen’. ,,Ze kan de juridische aspecten overzien en is ook procureur-generaal geweest aan het militaire hof.”

Kamer reageert positief
De Tweede Kamer reageert positief op het besluit van het kabinet om het onderzoek te laten doen. Wel klinkt er teleurstelling over het feit dat individuele slachtoffers en nabestaanden geen compensatie krijgen.

Salima Belhaj van D66 is tevreden dat er een onafhankelijke commissie wordt ingesteld. ,,De slachtoffers en nabestaanden verdienen het om te weten wat er precies is gebeurd naar aanloop en tijdens het bombardement. Transparantie over militaire missies is nodig, in verleden, heden en de toekomst.”

Ook Joël Voordewind van coalitiepartner ChristenUnie vindt het goed dat er nu eindelijk onderzoek komt. “Onderzoek moet nu ook uitwijzen welke lessen Nederland trekt voor de toekomst uit de verkeerde inschatting die is gemaakt.” Hij hoopt dat er “ruimhartig” gecompenseerd zal worden en dat als eerste huizen van direct getroffenen zullen worden hersteld.

,,Het is winst dat er een onafhankelijk onderzoek komt”, zegt Sadet Karabulut (SP). Maar het is wel belangrijk dat de commissie onder leiding van oud-minister Winnie Sorgdrager overal toegang tot krijgt, ook vertrouwelijke informatie. Ze vindt het ,,teleurstellend” dat er geen compensatieregeling voor individuele slachtoffers komt.

Volgens John Kerstens van de PvdA is het ,,verstandig” dat het kabinet aan de wens van de Kamer voor onderzoek tegemoet komt. Hij vindt het logisch dat er wordt gekeken naar compensatie voor de gemeenschap, ,,maar dat mag niet per definitie ten koste gaan van compensatie van direct getroffenen. Ook daar zal zorgvuldig naar gekeken moeten worden.”

De Tweede Kamer bleef in mei minister Ank Bijleveld van Defensie verwijten dat informatie over de fatale Nederlandse aanval op het Iraakse Hawija niet, verkeerd of onvolledig naar het parlement werd gestuurd.

Winnie Sorgdrager gaat onderzoek naar wapeninzet Hawija leiden

RO 02.10.2020 Er komt een onafhankelijke onderzoekscommissie die bekijkt hoe er als gevolg van de Nederlandse wapeninzet in de nacht van 2 op 3 juni 2015 in Hawija, Irak, burgerslachtoffers konden vallen en welke lessen daar voor de toekomst zijn te trekken.

Mr. Winnie Sorgdrager wordt de voorzitter van deze onderzoekscommissie. Ook maakt minister Bijleveld-Schouten vandaag bekend dat het kabinet de getroffen gemeenschap in Hawija op vrijwillige basis gaat compenseren voor het leed en de materiële schade die is ontstaan als gevolg van de wapeninzet.

Het besluit tot instellen van de onderzoekscommissie volgt op een motie die op 14 mei 2020 in de Tweede Kamer is aangenomen. Daarin is gevraagd om de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) onderzoek te laten doen. De OVV gaf echter aan dit onderzoek niet uit kunnen voeren. Dit behoort niet tot het takenpakket van de OVV, waardoor de motie strikt genomen niet uitvoerbaar is.

Bijleveld: “Ik begrijp echter wel dat de Kamer in dit uitzonderlijke geval heeft gevraagd om een extra, onafhankelijk onderzoek naar deze aanval. Daarom heb ik besloten om recht te doen aan de geest van de motie, door een tijdelijke onafhankelijke onderzoekscommissie in te stellen.

Ik heb mr. Winnie Sorgdrager, minister van Staat, bereid gevonden om deze commissie voor te zitten. De voorzitter zal naar eigen inzicht de overige leden van deze onderzoekcommissie aanwijzen.”

Vrijwillige vergoeding Hawija

In de afgelopen maanden bracht een interdepartementale werkgroep onder leiding van Defensie de opties in kaart om de getroffen gemeenschap in Hawija op vrijwillige basis tegemoet te komen.

De vergoeding richt zich op de schade die ontstond als gevolg van de Nederlandse wapeninzet. Hiervoor is er een analyse gemaakt van de behoeften van de gemeenschap. Die liggen op het gebied van elektriciteitsvoorziening, economische activiteiten, werkgelegenheid, waterinfrastructuur en het herstel van woningen.

Drie organisaties zullen op basis van de genoemde behoeften een projectvoorstel doen om de gemeenschap in dit kader te ondersteunen. De projecten zullen zo veel mogelijk gericht zijn op herstel van de directe- en indirecte schade die als gevolg van de aanval is aangericht in Hawija.

Individuele vergoedingen

Ook is onderzocht of individueel vergoeden een optie is. Bij de aanval in Hawija was er sprake van een ISIS-bommenfabriek, een duidelijk legitiem doel in termen van het humanitair oorlogsrecht.

Nederland is daarom wel verantwoordelijk, maar niet aansprakelijk voor de gevolgen van de aanval, en daarmee niet verplicht tot het uitkeren van schadevergoedingen. Iraakse burgers kunnen voor compensatie in eerste instantie terecht bij de Iraakse autoriteiten.

Daarom is Nederland ook altijd zeer terughoudend om in dit soort gevallen op vrijwillige basis op individueel niveau vergoedingen uit te keren. Daarmee zou ook een precedent worden gecreëerd voor toekomstige wapeninzet die correct en binnen de kaders van het humanitaire oorlogsrecht wordt uitgevoerd.

Daarnaast zijn er verschillende praktische bezwaren die individueel vergoeden zeer complex zouden maken.

Bijleveld: “Ik realiseer mij terdege dat dit een moeilijke boodschap is voor de betrokkenen. Wat ik in dit geval wel graag wil doen is het ondersteunen van de getroffen gemeenschap.

Dat besluit breng ik vandaag naar buiten. Ik ben blij dat we zo kunnen laten zien dat we ook richting de nabestaanden en slachtoffers onze verantwoordelijkheid zullen nemen.”

Verschil compensatie Mosul

Minister Bijleveld licht toe waarom de zaak Hawija wezenlijk verschilt met die van Mosul (nacht van 20 op 21 september 2015). Daar is recent wel op individueel niveau een vrijwillige vergoeding aangeboden. Bij deze wapeninzet is er sprake van de zeer uitzonderlijke situatie dat achteraf bleek dat er een niet-legitiem doel, namelijk een woonhuis, was aangevallen.

Zie ook;

oktober 2, 2020 Posted by | 2e kamer, bedreiging, commissie Sorgdrager, debat, dreiging, Hawija, Irak, is, isis, Minister Bijleveld, Mosul, onderzoek, politiek, veiligheid, Winnie Sorgdrager | , , , , , , , | Reacties uitgeschakeld voor Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11b nasleep onderzoek Hawija Irak

Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 12

Telegraaf 24.09.2020

Nederlandse inzet Irak etc. verder afschalen

Op verzoek van de internationale coalitie tegen Islamitische Staat (IS) in Irak gaat Nederland de inzet van militairen in het land verder afschalen. Het doel van de Nederlandse missie in Irak verschuift van het trainen van militairen naar advisering van de Iraakse veiligheidssector, meldt Defensie woensdag 23.09.2020.

AD 24.02.2021

Nieuwe missie Nederlands leger in Irak ligt meteen onder vuur

De nieuwe Nederlandse missie naar Irak was amper aangekomen op het vliegveld dat ze moeten beveiligen of ze moesten de schuilkelders al in rennen voor een raketaanval. ,,Het lijkt hier vreedzaam, maar er zijn nog allerlei conflicten.”

Bij de raketaanval op de militaire luchtmachtbasis in de Iraaks-Koerdische stad Erbil vielen vorige week twee doden: een Filipijnse aannemer, die werkte voor de coalitietroepen en een Iraakse burger. Een Amerikaanse militair raakte gewond. De 120 nieuwe Nederlandse militairen die sinds half januari bij het vliegveld zijn gelegerd, bleven ongedeerd. Maar het laat wel zien dat de nieuwe missie van de Nederlanders weliswaar niet in oorlogsgebied is, maar ook niet zonder gevaar.

Lees ook;

© Thijs Unger

,,Je weet dat je naar een regio gaat waar van alles staat te gebeuren”, zegt kolonel Huub Klein Schaesberg, de leider van de Nederlandse manschappen op het vliegveld in de Koerdische regio in Noord-Irak. Voor het eerst spreekt de Nederlandse delegatie met de pers. ,,Erbil ziet er heel vreedzaam uit. Maar in de regio zijn nog allerlei conflicten. In de Koerdische regio is het wel relatief rustiger vergeleken met de rest van Irak.”

Nederlandse inzet in missies Noord-Irak

De ministerraad heeft ingestemd met uitzending van een compagnie van 100 tot 150 extra militairen naar Noord-Irak om de internationale luchthaven van Erbil te gaan beveiligen.

Noord-Irak

De anti-ISIS coalitie schakelt over op advisering van de regionale militaire autoriteiten nu de trainingen op de grond aan de Koerdische strijdkrachten zijn beëindigd. Met deze nieuwe adviestaak, waaraan Nederland vanaf volgend jaar leiding gaat geven, helpen we Irak om de eigen organisaties nog verder te professionaliseren zodat ze ISIS op termijn volledig zelf kunnen bestrijden. De anti-ISIS coalitie voert een belangrijk deel van haar activiteiten in het noorden van Irak uit vanaf deze luchthaven.

AD 19.11.2020

Terugtrekking US uit Irak

De onaangekondigde terugtrekking van amerikaanse  troepen in in Irak en Afghanistan heeft minister van Defensie Ank Bijleveldonaangenaam verrast’.

Voor medio januari 2021 willen de Verenigde Staten zo’n 3.000 militairen uit die landen naar huis halen, en dat heeft mogelijk ’zeer verstrekkende gevolgen’ voor de Nederlandse militairen aldaar, aldus de minister.

Dinsdagavond 17.11.2020 besloot de regering van de Amerikaanse president Donald Trump om de troepenmacht in Afghanistan te halveren en 500 van de 3000 militairen in Irak terug te halen. Het ministerie van Bijleveld is volgens haar ’kort van tevoren’ op de hoogte gebracht.

Nederland is tot zeker eind 2021 in Afghanistan aanwezig in het kader van de NAVO-missie Resolute Support en werkt daar nauw samen met Duitsland. Ook in Irak is ons land aanwezig met zo’n 100 man, die afhankelijk zijn van ondersteuning door de Amerikanen. De gevolgen van de Amerikaanse terugtrekking worden volgens Bijleveld nu in kaart gebracht.

De Verenigde Staten halen nog voor het einde van Trumps presidentschap een groot aantal troepen terug uit Afghanistan en Irak. In Afghanistan wordt het aantal militairen teruggebracht van 4500 naar  2.500, in Irak van 3000 naar 2500. De NAVO, bondgenoten en ook Republikeinse leiders vrezen dat het de Afghaanse regering verder verzwakt en de Taliban in de kaart speelt.

Minister van Defensie Christopher Miller, die er pas een week zit na het ontslag van minister Esper, maakte het nieuws gisteravond bekend. Miller zei dat de VS altijd klaarstaat om in te grijpen als de situatie daarom vraagt. Nationaal veiligheidsadviseur Robert O’Brien benadrukte kort daarna dat Trump altijd heeft beloofd de troepen terug te halen en dat het besluit niet als een verrassing kan komen.

De Amerikaanse president Trump komt binnenkort met zijn bevel om Amerikaanse troepen uit Afghanistan terug te trekken. Het aantal militairen moet voor midden januari 2021 zijn teruggebracht van ongeveer 4500 naar 2500, melden Amerikaanse Media. Volgens hen treffen de strijdkrachten al voorbereidingen.

Het kabinet heeft het parlement ingelicht over de nieuwe fase van de Nederlandse inzet in de strijd tegen ISIS in Irak: een verschuiving van training naar advisering van de Iraakse veiligheidssector. Daarnaast heeft de Belgische regering Nederland verzocht om bij te dragen aan de force protection van de Belgische F-16’s die vanuit Jordanië de strijd tegen ISIS voeren.

De anti-ISIS coalitie heeft ook een breed verzoek gedaan aan de leden van de coalitie, waaronder Nederland, voor force protection van Erbil International Airport. Tevens onderzoekt het kabinet een mogelijke bijdrage aan de VN-missie MINUSMA in Mali. In Afghanistan wijzigt de taakstelling van het Nederlands-Duitse Special Operations Team (SOAT).

Lees: Iraakse premier ongedeerd na droneaanval met explosieven op huis NU 07.11.2021

Lees: Huis Iraakse premier aangevallen met drone, ‘mislukte liquidatiepoging’ NOS 07.11.2021

VS veranderen focus van militaire missie in Irak

De Verenigde Staten veranderen de focus van hun militaire missie in Irak. Het Amerikaanse leger zal niet meer vechten, maar zich richten op onder meer het trainen, assisteren en helpen van het Iraakse leger in de strijd tegen de terroristische beweging Islamitische Staat (IS).

Het besluit werd bekendgemaakt tijdens een overleg van de Amerikaanse president Joe Biden en de Iraakse premier Mustafa al-Kadhemi in het Witte Huis in Washington. Het was de eerste ontmoeting tussen de leiders. De relatie tussen de twee landen gaat volgens Biden “een nieuwe fase in”.

VS veranderen focus van militaire missie in Irak

De Amerikaanse troepen focussen zich vanaf eind dit jaar op het ondersteunen van de Iraakse regeringstroepen. In de praktijk verandert er niet veel, omdat de Amerikanen nu al vooral bezig zijn met het trainen van Irakezen zodat zij zichzelf kunnen beschermen.

De VS hebben momenteel 2500 militairen in Irak. Of er veranderingen worden aangebracht in de omvang van de troepenmacht, is niet duidelijk. De Amerikanen trokken zich in 2011 terug uit Irak, nadat ze er in 2003 arriveerden om het regime van Saddam Hussein ten val te brengen, maar keerden in 2014 terug vanwege de strijd tegen IS.

Telegraaf 30.09.2020

Midden-Oosten

De anti-ISIS coalitie heeft de volgende fase in de strijd tegen ISIS aangekondigd, omdat de Iraakse veiligheidssector in toenemende mate in staat is om de dreiging van ISIS het hoofd te bieden. In deze fase wordt in plaats van training van militairen de focus gelegd op institutionele advisering van de Iraakse veiligheidssector.

Dit betekent een verminderde actieve deelname aan operaties, een reductie in troepenaantallen en een grotere nadruk op force protection van de resterende eenheden van de coalitie.

Door middel van regionale adviesteams, bestaande uit elk ongeveer 10 stafofficieren, worden de Iraakse, waaronder ook de Koerdische, veiligheidsinstituties geadviseerd. Ook komt er een adviesteam voor het Iraakse ministerie van Defensie.

Deze advisering is gericht op bijvoorbeeld het plannen, voorbereiden en uitvoeren van operaties. Het kabinet wil hieraan een bijdrage leveren met circa 5 tot 10 stafofficieren. Op deze manier helpt de coalitie de Iraakse strijdkrachten verder op eigen benen staan en kan de jarenlange trainingsinzet van onder andere Nederland op een duurzame manier worden geborgd.

In verband met COVID-19 was de Nederlandse trainingsmissie gericht op de Koerdische strijdkrachten in Irak sinds april reeds stilgelegd. Deze trainingen verzorgde Nederland samen met partnerlanden van de coalitie in Erbil. De circa 20 Nederlandse trainers die werkzaam waren in Erbil zijn in april 2020 teruggekeerd naar Nederland.

In het licht van de verschuiving naar institutionele advisering, heeft de anti-ISIS coalitie besloten om alle trainingen stop te zetten. Daarmee komt ook deze Nederlandse trainingsbijdrage tot een einde. Enkele Nederlandse stafofficieren die op dit moment nog wel in Erbil verblijven geven invulling aan de transitie van training naar de nieuwe adviserende taken.

Tegelijkertijd onderzoekt het kabinet de wenselijkheid en mogelijkheid om aan twee verzoeken tegemoet te komen die zijn gedaan in het kader van de strijd tegen ISIS. De Belgische regering heeft Nederland verzocht om een bijdrage te leveren aan de force protection van het Belgische F-16-detachement dat vanaf  oktober 2020 vanuit Jordanië wordt ingezet in de strijd tegen ISIS in Irak en Noordoost-Syrië.

Dit verzoek bouwt voort op de eerdere samenwerking met België tijdens de inzet van Nederlandse en Belgische F-16s in de strijd tegen ISIS. België en Nederland voorzagen elkaar toen afwisselend van force protection.

Het militaire hoofdkwartier van de anti-ISIS coalitie heeft daarnaast een breed verzoek gedaan aan de leden van de coalitie, waaronder Nederland, voor force protection van Erbil International Airport in de Koerdistan Autonome Regio in Irak, voor de periode vanaf najaar 2020 tot in ieder geval 1 mei 2021. De anti-ISIS coalitie ontplooit een deel van de activiteiten in het noorden van Irak vanaf deze luchthaven.

Sahel

Nederland voert overleg met de VN-missie MINUSMA in Mali en de betreffende landen over de levering van een militair transportvliegtuig aan de missie. VN-vredesmissies hebben een doorlopende behoefte aan luchttransport om hun mandaat effectief uit te kunnen voeren.

Sinds 2016 werken Denemarken, Portugal, België en Zweden samen in een rotatieschema om deze capaciteit aan MINUSMA te leveren. Het kabinet richt zich op deelname aan dit rotatieschema. De eerstvolgende beschikbare periode voor het leveren van een mogelijke bijdrage is vanaf november 2021, voor 6 maanden. Het kabinet onderzoekt de wenselijkheid en mogelijkheid van deze bijdrage.

Een Bushmaster.

Afghanistan

Het begeleiden, trainen en adviseren van de Afghaanse partnereenheid ATF-888 door het Nederlands-Duitse Special Operations Team (SOAT) heeft haar vruchten afgeworpen. Eerder dit jaar werd ATF-888 fully operational capable verklaard. Dit betekent dat deze eenheid nu ervaren genoeg is om operaties zonder de  begeleiding van het SOAT uit te voeren.

Daarom richt de inzet van het SOAT, onder de vlag van Resolute Support, zich nu op het stafniveau en het verbeteren van de bedrijfsvoering. Door deze veranderde taakstelling is minder infrastructuur benodigd en kunnen voertuigen zoals de gepantserde Bushmaster terug naar Nederland.

Iraakse politie arresteert IS-kopstuk en rechterhand voormalig terroristenleider

De politie in Irak heeft IS-kopstuk Sami Jasim gearresteerd, melden autoriteiten in het land maandag. Jasim zou verantwoordelijk zijn voor de financiën van de terreurorganisatie. Hij was bovendien een naaste medewerker van voormalig IS-leider Abu Bakr Al Baghdadi, die in 2019 werd vermoord.

De Iraakse premier Mustafa Al Kadhimi maakte de arrestatie van het prominente IS-lid bekend via Twitter. Hij zei dat er een “complexe operatie” is uitgevoerd om de extremist in handen te krijgen, maar trad daar verder niet over in detail.

meer:

Lees: Twee raketten afgevuurd op zwaarbewaakte diplomatenwijk Bagdad AD 19.12.2021

Lees: Kabinet wil missies in Irak en Litouwen verlengen NOS 05.11.2021

Lees: Nederland verlengt missie in Irak tot eind 2022 Telegraaf 05.11.2021

Lees:  Nederland verlengt missie in Irak tot eind 2022 MSN 05.11.2021

Lees: Nederlandse bijdrage Irak verlengd RO 05.11.2021

Lees: Iraakse politie arresteert IS-kopstuk en rechterhand voormalig terroristenleider NU 11.10.2021

Lees: Irak is bijna permanent in crisis, veranderen de verkiezingen daar iets aan?  NOS 08.10.2021

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11 nasleep onderzoek Hawija Irak

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 10

Zie ook; Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 9

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 8

Zie ook: Kabinet Rutte 2 en 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 7

zie ook:  Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 6

zie ook:  Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 5

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 4

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 3

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 2

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 1

VS veranderen focus van militaire missie in Irak

VS veranderen focus van militaire missie in Irak

MSN 27.07.2021 De Verenigde Staten veranderen de focus van hun militaire missie in Irak. Het Amerikaanse leger zal niet meer vechten, maar zich richten op onder meer het trainen, assisteren en helpen van het Iraakse leger in de strijd tegen de terroristische beweging Islamitische Staat (IS).

Het besluit werd bekendgemaakt tijdens een overleg van de Amerikaanse president Joe Biden en de Iraakse premier Mustafa al-Kadhemi in het Witte Huis in Washington. Het was de eerste ontmoeting tussen de leiders. De relatie tussen de twee landen gaat volgens Biden “een nieuwe fase in”.

De Amerikaanse troepen focussen zich vanaf eind dit jaar op het ondersteunen van de Iraakse regeringstroepen. In de praktijk verandert er niet veel, omdat de Amerikanen nu al vooral bezig zijn met het trainen van Irakezen zodat zij zichzelf kunnen beschermen.

De VS hebben momenteel 2500 militairen in Irak. Of er veranderingen worden aangebracht in de omvang van de troepenmacht, is niet duidelijk. De Amerikanen trokken zich in 2011 terug uit Irak, nadat ze er in 2003 arriveerden om het regime van Saddam Hussein ten val te brengen, maar keerden in 2014 terug vanwege de strijd tegen IS.

Kapitein Wouter. Sinds begin deze maand zitten 150 Nederlandse militairen in Erbil in Koerdisch Irak. Ze bewaken er het vliegveld. © Wladimir van Wilgenburg

Nieuwe missie Nederlands leger in Irak ligt meteen onder vuur

AD 24.02.2021 De nieuwe Nederlandse missie naar Irak was amper aangekomen op het vliegveld dat ze moeten beveiligen of ze moesten de schuilkelders al in rennen voor een raketaanval. ,,Het lijkt hier vreedzaam, maar er zijn nog allerlei conflicten.”

Bij de raketaanval op de militaire luchtmachtbasis in de Iraaks-Koerdische stad Erbil vielen vorige week twee doden: een Filipijnse aannemer, die werkte voor de coalitietroepen en een Iraakse burger. Een Amerikaanse militair raakte gewond. De 120 nieuwe Nederlandse militairen die sinds half januari bij het vliegveld zijn gelegerd, bleven ongedeerd. Maar het laat wel zien dat de nieuwe missie van de Nederlanders weliswaar niet in oorlogsgebied is, maar ook niet zonder gevaar.

Lees ook;

© Thijs Unger

,,Je weet dat je naar een regio gaat waar van alles staat te gebeuren”, zegt kolonel Huub Klein Schaesberg, de leider van de Nederlandse manschappen op het vliegveld in de Koerdische regio in Noord-Irak. Voor het eerst spreekt de Nederlandse delegatie met de pers. ,,Erbil ziet er heel vreedzaam uit. Maar in de regio zijn nog allerlei conflicten. In de Koerdische regio is het wel relatief rustiger vergeleken met de rest van Irak.”

Het is dan ook niet de eerste keer dat Iran of door Iran gesteunde milities raketten afvuren op Erbil. De derde stad van Irak was in januari en september 2020 ook al doelwit van raketaanvallen. In september werden ze vanuit Irak afgevuurd door pro-Iraanse milities en in januari 2020 vanuit Iran zelf. Die laatste aanval was een Iraanse vergelding na een actie van de Verenigde Staten. De VS had eerder die maand de Iraanse top-generaal Qassem Soleimani geliquideerd. In Erbil zijn ook Amerikaanse troepen gestationeerd.

Binnenring

Nederlandse militairen zijn al jaren in de regio. In eerste instantie trainden ze Koerdische strijders, de peshmerga, voor hun strijd tegen Islamitische Staat (IS). Ook deden Nederlandse F16’s mee aan de strijd tegen die terreurgroep. Nu zijn de Nederlanders medeverantwoordelijk voor de beveiliging van het militaire deel van het vliegveld in Erbil.

Klein Schaesberg: ,,Koerdische eenheden bewaken de buitenring van het vliegveld, wij vullen hen aan door de binnenring te beveiligen in samenwerking met andere coalitiepartners. Ook in geval van raketten, ongeacht de afzender. De beveiliging is er voor iedereen. Een dreiging maakt geen onderscheid in ontvanger.” De Nederlanders komen nauwelijks van de basis af, omdat hun werk dáár is en vanwege de ook in Irak geldende coronamaatregelen.

De dreiging komt hoofdzakelijk van Iran en haar goedgezinde milities. Maar ook ondergrondse cellen van terreurgroep IS kunnen nog in de regio aanwezig zijn. Volgens de Nederlandse regering beschikt de basis ‘over (een) adequate bescherming tegen mogelijke raketaanvallen’. Ondanks die bescherming kwam er vorige week toch een buitenlandse aannemer om bij de aanval.

Volgens Kapitein Wouter (29), verantwoordelijk voor de logistieke steun, zijn de soldaten voorbereid op de aanvallen. ,,We hebben een week voor de aanval een training gehad die precies over dit soort situaties ging, dus we konden snel reageren toen het echt gebeurde. Natuurlijk is dat spannend. Maar de alarmsignalen en de opsporingsradar die de inkomende raket detecteert, werkten prima. Dan kun je dus ook reageren op de manier waarop je getraind bent.”

Sinds begin deze maand zitten 150 Nederlandse militairen in Erbil in Koerdisch Irak. © Wladimir van Wilgenburg

Fusilier Rik (22), soldaat eerste klasse, rende tijdens de aanval direct de bunker in. ,,Ik ben blij dat de jongens om me heen ook gewoon zelfverzekerd zijn en dat ze weten wat ze moeten doen. Het was wel een bijzonder moment, zeker weten, maar dat is het risico van het vak.” De Nederlandse mannen en vrouwen in Erbil hadden na de aanval direct contact met familie via internet. ,,Ik kon direct zeggen dat het goed met ons ging, dat pikten ze thuis goed op.”

Rustiger

Ondanks de raketten is de Koerdische regio een stuk veiliger dan gebieden waar andere Nederlandse militaire missies zijn. Kapitein Wouter: ,,Ik denk dat het voor de mindset van de militairen niet heel veel uitmaakt, maar dat het voor het thuisfront wel zo fijn is om te weten dat het hier een iets rustiger gebied is dan bijvoorbeeld Zuid-Afghanistan.” Hij vindt zijn uitzending ‘een mooie kans’.  ,,Ik geniet elk moment van de dag dat ik hier ben.”

Volgens de Nederlandse ambassadeur in Irak Michel Rentenaar, die de troepen in Erbil bezoekt, bewijst de aanval dat de Nederlandse militairen nodig zijn. ,,Gelukkig zijn er geen Nederlanders gewond geraakt of gesneuveld. Maar de aanval onderstreept hoe fragiel de situatie in dit land nog is en waarom het dus ook zo belangrijk is dat we hier zijn.” Ook omdat terreurgroep  IS wel zijn grondgebied kwijt is, maar nog niet al haar steun. ,,IS is nog niet helemaal weg. Dat weet iedereen. Er blijft dreiging vanuit IS, dus Nederland blijft meedoen en dat is super belangrijk.”

Het mandaat van de Nederlandse missie in Erbil loopt tot 31 december 2021.

Kamer steunt het sturen tot 150 militairen naar noorden van Irak

MSN 17.12.2020 De Tweede Kamer steunt het sturen van 100 tot 150 militairen naar het noorden van Irak om daar de internationale luchthaven van Erbil te beveiligen. Dat bleek donderdag tijdens een debat over de uitzending, die tot eind volgend jaar zal duren.

De inzet maakt deel uit van de strijd tegen terreurgroep IS. Die campagne is een nieuwe fase ingegaan. De internationale coalitie zal zich gaan richten op het adviseren van de Koerdische en Iraakse strijdkrachten, hiervoor ging het om het trainen van de troepen.

“IS kan zo weer toeslaan”, aldus Joël Voordewind van de ChristenUnie. Volgens Salima Belhaj (D66) kan de “sfeer van extremisme” zo weer om zich heen slaan. Onder meer oppositiepartijen SP, PVV en DENK steunen de missie niet. Het geld kan beter naar humanitaire hulp en de wederopbouw gaan, vindt Sadet Karabulut (SP).

Rol Iraakse regering

Wel zijn er vragen over de rol van de Iraakse regering. De banden van de leiders in Bagdad met Iran en het neerslaan van demonstraties tegen corruptie baren veel partijen zorgen. Minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken) beloofde bij de Iraakse regering te blijven aandringen op “verdere stappen richting democratie en rechtsstaat”.

Volgens ministers Ank Bijleveld (Defensie) en Blok zijn de risico’s van de missie niet groot. De Nederlanders beveiligen het vliegveld samen met Amerikaanse eenheden. De Nederlandse militairen vertrekken volgende maand naar Erbil.

Nederlandse inzet in missies Noord-Irak en Mali

RO 20.11.2020 De ministerraad heeft ingestemd met uitzending van een compagnie van 100 tot 150 extra militairen naar Noord-Irak om de internationale luchthaven van Erbil te gaan beveiligen. Daarnaast heeft het kabinet besloten de VN-missie MINUSMA in Mali te ondersteunen met een C-130 transportvliegtuig, inclusief bemanning en ondersteunend personeel.

Noord-Irak

De anti-ISIS coalitie schakelt over op advisering van de regionale militaire autoriteiten nu de trainingen op de grond aan de Koerdische strijdkrachten zijn beëindigd. Met deze nieuwe adviestaak, waaraan Nederland vanaf volgend jaar leiding gaat geven, helpen we Irak om de eigen organisaties nog verder te professionaliseren zodat ze ISIS op termijn volledig zelf kunnen bestrijden. De anti-ISIS coalitie voert een belangrijk deel van haar activiteiten in het noorden van Irak uit vanaf deze luchthaven.

De Nederlandse force protection-eenheid gaat samen met de Verenigde Staten het personeel en materieel van de anti-ISIS coalitie op het vliegveld beveiligen. De eerste militairen worden waarschijnlijk begin januari 2021 uitgezonden. De exacte einddatum is afhankelijk van de ontwikkelingen in de bredere campagne van de anti-ISIS coalitie.

De bijdrage in het noorden past bij het Nederlandse uitgangspunt dat zowel de Koerdische als de centrale Iraakse strijdkrachten een belangrijke rol spelen bij de bestrijding van ISIS. De terreurorganisatie vormt nog altijd een bron van instabiliteit aan de randen van Europa. Na het verlies van haar kalifaat in maart 2019 is ISIS in Irak en Syrië overgegaan tot een ondergrondse guerrillastrijd. ISIS pleegt maandelijks tientallen aanslagen tegen de Iraakse overheid, veiligheidstroepen en de lokale bevolking.

Mali

De nieuwe bijdrage van luchttransportcapaciteit aan de VN-missie MINUSMA in Mali sluit aan op de bestaande Nederlandse inzet in Mali en de Sahel, waar de veiligheids- en humanitaire situatie verslechtert. Met de bijdrage van deze kritieke en schaarse transportcapaciteit beoogt het kabinet MINUSMA logistiek te ondersteunen zodat de missie haar taken ten behoeve van veiligheid en stabiliteit in Mali beter kan uitvoeren.

De inzet vindt plaats in een rotatieverband, waarbij Nederland in samenwerking en afwisseling met Noorwegen, Denemarken en Portugal de missie voorziet van transportcapaciteit. Naar verwachting zal Nederland deze bijdrage vanaf november 2021 leveren voor een periode van zes maanden. De bemanning en ondersteund personeel zal naar schatting bestaan uit 70 tot 130 militairen. Het kabinet is in gesprek met de deelnemende landen en de VN over de nadere uitwerking van de bijdrage.

Zie ook;

Nederland stuurt volgend jaar extra militairen naar Irak en Mali

NU 20.11.2020 Nederland stuurt volgend jaar extra militairen naar Irak en Mali, zo heeft premier Mark Rutte vrijdag na de wekelijkse ministerraad bekendgemaakt. Het gaat in totaal om een paar honderd militairen.

Nederland is in Irak al langer onderdeel van de coalitie tegen Islamitische Staat (IS). De Nederlandse trainingsmissies zijn recent stilgelegd omdat de coalitie een adviserende rol krijgt. Nederland heeft hier vanaf volgend jaar de leiding over.

Volgens Rutte bevindt de strijd tegen IS zich in een nieuwe fase, waarin de nadruk ligt op bescherming. Het doel is om de lokale organisaties te helpen professionaliseren, zodat zij op een later moment zelfstandig de strijd tegen de terroristische groepering kunnen voeren.

Er gaan 100 tot 150 militairen naar Erbil voor de beveiliging van de internationale luchthaven, vanaf waar de coalitie een belangrijk deel van de activiteiten uitvoert. De militairen gaan samen met de Verenigde Staten personeel en materieel beveiligen. De eerste Nederlanders vertrekken waarschijnlijk begin januari naar Erbil.

Nederland stuurt transportvliegtuig naar Mali

Daarnaast levert Nederland met een C-130 transportvliegtuig een logistieke bijdrage aan MINUSMA, de missie waarmee de Verenigde Naties (VN) de veiligheid en stabiliteit in Mali proberen te herstellen. De bemanning en het ondersteunend personeel bestaat naar schatting uit 70 tot 130 militairen.

Rutte wijst erop dat de situatie in het Afrikaanse land niet verbetert, maar juist verslechtert. Twee maanden geleden werd al bekendgemaakt dat het kabinet keek naar de mogelijkheden om deel uit te maken van het rotatieverband met Noorwegen, Denemarken en Portugal.

De drie landen wisselen elkaar al jarenlang elke zes maanden af bij de levering van een logistieke bijdrage aan de VN-missie. Nederland gaat naar verwachting vanaf november 2021 deel uitmaken van het rotatieverband. Deze bijdrage is in eerste instantie eenmalig.

Lees meer over: Irak  Defensie  Mali  Politiek  Buitenland

Een agent op het vliegveld van Erbil in Noord-Irak, november 2015 AFP

Nederlandse militairen naar Iraakse stad Erbil voor beveiligingstaken

NOS 20.11.2020 Tussen de 100 en 150 Nederlandse militairen gaan assisteren bij de beveiliging van het vliegveld in Erbil, in het Koerdische deel van Irak. Het militaire hoofdkwartier van de anti-IS-coalitie had daar om gevraagd en het kabinet heeft vandaag besloten op dat verzoek in te gaan. “De dreiging van aanslagen in Europa is nog steeds niet weg, dus het blijft van belang ervoor te zorgen dat IS niet opnieuw kan opkomen in Irak”, zegt minister Blok. De eerste militairen vertrekken waarschijnlijk in januari.

Eerder heeft Nederland in Irak Koerdische Peshmerga-strijders getraind, maar die missie is afgelopen. Wel zijn er nog Nederlandse officieren die het ministerie van Defensie in Irak adviseren.

Nederland helpt sinds kort ook weer mee met de bescherming van Belgische F-16’s die vanuit Jordanië anti-IS-operaties in Irak uitvoeren. Daarbij zijn zo’n 35 Nederlandse militairen betrokken.

Ook naar Mali

Het kabinet heeft ook een besluit genomen over een nieuwe bijdrage aan de VN-vredesmissie in Mali. Die missie is bedoeld om de situatie in het land te stabiliseren. Eind volgend jaar wordt een Hercules-transportvliegtuig naar Mali gestuurd, met bijbehorende militairen. Naar schatting doen er tussen de 70 en 130 Nederlanders aan mee.

Die bijdrage geldt voor een half jaar. Minister Blok noemt de stabiliteit in Mali van groot belang voor de veiligheid van Europa.

NOS

NOS

BEKIJK OOK;

Groen licht voor twee nieuwe militaire missies

Telegraaf 20.11.2020 Het kabinet geeft vrijdag groen licht voor twee militaire missies. Er gaan 100 tot 150 extra militairen naar Noord-Irak om de internationale luchthaven in Erbil te beveiligen. Ook wordt er extra ondersteuning gegeven aan de VN-missie in Mali met een transportvliegtuig met bemanning.

De internationale coalitie tegen Islamitische Staat (IS) besloot onlangs om de trainingsmissie in Noord-Irak om te zetten in een adviesrol voor regionale militairen. Nederland geeft vanaf volgend jaar leiding aan de adviestaak. De luchthaven van Erbil in Iraaks-Koerdistan functioneert als een belangrijke uitvalsbasis voor de activiteiten van de anti-IS-coalitie.

De Nederlandse trainingsmissie voor de Koerden in Irak was vanwege de coronacrisis in april al stilgegeld. De 20 Nederlandse militairen die daar werkzaam waren zijn in april dan ook teruggekeerd naar huis.

De Nederlandse beschermingseenheid trekt samen met de Verenigde Staten op om het personeel en materieel van de coalitie op de luchthaven te beschermen. Begin januari vertrekken waarschijnlijk de eerste militairen.

IS vormt nog altijd een bron van instabiliteit aan de randen van Europa, aldus het ministerie van Defensie. Na de ondergang van het kalifaat in 2019 is de terreurbeweging in Irak en Syrië overgegaan tot een ondergrondse guerillastrijd. Maandelijks pleegt IS tientallen aanslagen tegen de Iraakse overheid, veiligheidstroepen en burgers.

Met de nieuwe bijdrage in Mali vanaf november volgend jaar wil het kabinet de VN-missie logistiek steunen. Nederland wisselt de inzet van haar transportcapaciteit daar af met Noorwegen, Denemarken en Portugal. Naar verwachting worden er 70 tot 130 militairen heen gestuurd.

BEKIJK MEER VAN; krijgsmacht internationale militaire interventie Mali Den Haag Islamitische Staat Defensie

Ruim honderd Nederlandse militairen beveiligen luchthaven Erbil

MSN 20.11.2020 Tot 150 Nederlandse militairen gaan samen met Amerikanen de internationale luchthaven van Erbil in Noord-Irak beveiligen. Het kabinet heeft hier vrijdag het groene licht voor gegeven, zei minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken na de ministerraad.

Vanaf het vliegveld gaat de internationale coalitie tegen terreurbeweging Islamitische Staat (IS) de Koerdische strijdkrachten adviseren. Nederland gaat daar vanaf volgend jaar leiding aan geven. De Nederlandse militairen beginnen op z’n vroegst volgende maand en de verwachting is dat de inzet tot eind volgend jaar duurt.

De afgelopen jaren trainden Nederlandse militairen Koerdische strijders. Omdat IS bijna al haar grondgebied heeft verloren, gaat de internationale coalitie over op het adviseren van de Koerdische militaire autoriteiten. De veiligheidssituatie is in het noorden beter dan in de rest van het land.

Mali

De regering in Washington verraste deze week de bondgenoten met de aankondiging de komende twee maanden troepen terug te trekken uit Afghanistan en Irak. Wat de gevolgen hiervan zijn voor de Nederlandse inzet in Irak is nog niet bekend.

Ook wordt Nederland weer actief in Mali. Het kabinet besloot aan de VN-missie daar een C-130 transportvliegtuig ter beschikking te stellen. Tussen de 70 en 130 Nederlandse militairen gaan mee. Het gaat om bemanning en ondersteunend personeel. De uitzending begint volgend jaar november en duurt een half jaar.

Minusma

In het uitgestrekte Mali kampt de VN-missie Minusma met een groot tekort aan transportcapaciteit door de lucht. Nederland sluit zich aan bij Noorwegen, Denemarken en Portugal, die al afwisselend transportvliegtuigen aan de missie leveren. De C-130 wordt gestationeerd op een Noors kamp in de hoofdstad Bamako.

Nederland was tussen 2014 en 2019 al actief in Mali. Toen ging het om grondtroepen die informatie in het noorden verzamelden voor Minusma.

Groen licht voor twee nieuwe militaire missies

MSN 20.11.2020 Het kabinet geeft vrijdag groen licht voor twee militaire missies. Er gaan 100 tot 150 extra militairen naar Noord-Irak om de internationale luchthaven in Erbil te beveiligen. Ook wordt er extra ondersteuning gegeven aan de VN-missie in Mali met een transportvliegtuig met bemanning.

De internationale coalitie tegen Islamitische Staat (IS) besloot onlangs om de trainingsmissie in Noord-Irak om te zetten in een adviesrol voor regionale militairen. Nederland geeft vanaf volgend jaar leiding aan de adviestaak. De luchthaven van Erbil in Iraaks-Koerdistan functioneert als een belangrijke uitvalsbasis voor de activiteiten van de anti-IS-coalitie.

De Nederlandse trainingsmissie voor de Koerden in Irak was vanwege de coronacrisis in april al stilgegeld. De 20 Nederlandse militairen die daar werkzaam waren zijn in april dan ook teruggekeerd naar huis.

De Nederlandse beschermingseenheid trekt samen met de Verenigde Staten op om het personeel en materieel van de coalitie op de luchthaven te beschermen. Begin januari vertrekken waarschijnlijk de eerste militairen.

IS vormt nog altijd een bron van instabiliteit aan de randen van Europa, aldus het ministerie van Defensie. Na de ondergang van het kalifaat in 2019 is de terreurbeweging in Irak en Syrië overgegaan tot een ondergrondse guerillastrijd. Maandelijks pleegt IS tientallen aanslagen tegen de Iraakse overheid, veiligheidstroepen en burgers.

Met de nieuwe bijdrage in Mali vanaf november volgend jaar wil het kabinet de VN-missie logistiek steunen. Nederland wisselt de inzet van haar transportcapaciteit daar af met Noorwegen, Denemarken en Portugal. Naar verwachting worden er 70 tot 130 militairen heen gestuurd.

Nederland stuurt volgend jaar extra militairen naar Irak en Mali

MSN 20.11.2020 Nederland stuurt volgend jaar extra militairen naar Irak en Mali, zo heeft premier Mark Rutte vrijdag na de wekelijkse ministerraad bekendgemaakt. Het gaat in totaal om een paar honderd militairen.

Nederland is in Irak al langer onderdeel van de coalitie tegen Islamitische Staat (IS). De Nederlandse trainingsmissies zijn recent stilgelegd omdat de coalitie een adviserende rol krijgt. Nederland heeft hier vanaf volgend jaar de leiding over.

Volgens Rutte bevindt de strijd tegen IS zich in een nieuwe fase, waarin de nadruk ligt op bescherming. Het doel is om de lokale organisaties te helpen professionaliseren, zodat zij op een later moment zelfstandig de strijd tegen de terroristische groepering kunnen voeren.

Er gaan 100 tot 150 militairen naar Erbil voor de beveiliging van de internationale luchthaven, vanaf waar de coalitie een belangrijk deel van de activiteiten uitvoert. De militairen gaan samen met de Verenigde Staten personeel en materieel beveiligen. De eerste Nederlanders vertrekken waarschijnlijk begin januari naar Erbil.

Nederland stuurt transportvliegtuig naar Mali

Daarnaast levert Nederland met een C-130 transportvliegtuig een logistieke bijdrage aan MINUSMA, de missie waarmee de Verenigde Naties (VN) de veiligheid en stabiliteit in Mali proberen te herstellen. De bemanning en het ondersteunend personeel bestaat naar schatting uit 70 tot 130 militairen.

Rutte wijst erop dat de situatie in het Afrikaanse land niet verbetert, maar juist verslechtert. Twee maanden geleden werd al bekendgemaakt dat het kabinet keek naar de mogelijkheden om deel uit te maken van het rotatieverband met Noorwegen, Denemarken en Portugal.

De drie landen wisselen elkaar al jarenlang elke zes maanden af bij de levering van een logistieke bijdrage aan de VN-missie. Nederland gaat naar verwachting vanaf november 2021 deel uitmaken van het rotatieverband. Deze bijdrage is aanvankelijk eenmalig.

35 Nederlandse militairen naar Jordanië voor strijd tegen IS

NOS 28.09.2020 Het kabinet stuurt deze herfst 35 Nederlandse militairen naar Jordanië om daar de Belgische luchtmacht te beveiligen. De Belgen beginnen in oktober met een nieuwe missie in de strijd tegen IS in het Midden-Oosten. Vanaf de basis in Jordanië zetten ze F-16’s in naar Irak en Noordoost-Syrië.

Het is de bedoeling dat de Nederlandse militairen ongeveer een jaar in Jordanië blijven. Het is niet voor het eerst dat Nederland en België samenwerken in de strijd tegen IS: de landen hebben elkaar al regelmatig voorzien van force protection. Twee jaar geleden waren de rollen bijvoorbeeld omgedraaid: toen zorgden Belgische militairen voor de veiligheid van hun Nederlandse collega’s op de basis in Jordanië.

Volgens Defensie vormt IS nog steeds een bedreiging en een bron van instabiliteit aan de randen van Europa. Daarom is de Nederlandse bijdrage nu nodig, zegt minister Bijleveld. “ISIS pleegt maandelijks nog altijd tientallen aanslagen tegen de Iraakse overheid, veiligheidstroepen en andere bevolkingsgroepen. Ze worden hiervoor deels vanuit Syrië voorzien van wapens, munitie en grondstoffen voor geïmproviseerde explosieven.”

Kalifaat

In maart 2019 viel het kalifaat van IS in Syrië en Irak, maar toen werd al benadrukt dat de terreurgroep ook ondergronds een gevaar zou vormen. Volgens Defensie is nu sprake van een ondergrondse “guerrillastrijd” in Irak en Syrië.

De huidige leider van IS is Ibrahim al-Quraishi. Hij is de opvolger van Abu Bakr al-Baghdadi, die vorig jaar werd gedood bij een Amerikaanse militaire operatie.

“Mede dankzij Nederland bestaat het kalifaat niet meer”, zegt minister Blok van Buitenlandse Zaken. “Maar we moeten waakzaam blijven, om een terugkeer te voorkomen. Daarom blijft Nederland een bijdrage doen.”

Op eigen benen

Vorige week maakte het kabinet nog bekend te stoppen met de trainingsmissie in Irak, waarbij Nederlandse militairen Iraakse commando’s opleidden.

In plaats daarvan wil Nederland vijf tot tien stafofficieren naar Bagdad sturen, die veiligheidsorganisaties en het Iraakse ministerie van Defensie gaan adviseren over bijvoorbeeld het plannen, voorbereiden en uitvoeren van operaties. Daarmee moeten de Iraakse en Koerdische strijdkrachten verder op eigen benen komen te staan, is de inzet van de internationale anti-IS-coalitie.

BEKIJK OOK;

De Nederlandse trainingsmissie voor de Koerden in Irak was vanwege de coronacrisis in april al stilgelegd. Ⓒ EPA

Nederland zet stap terug bij anti-IS-missie in Irak

Telegraaf  23.09.2020 Het kabinet schaalt de Nederlandse bijdrage aan de strijd tegen Islamitische Staat (IS) in Irak af. In plaats van het trainen van militairen, neemt de internationale coalitie tegen IS een adviserende rol aan.

De Iraakse veiligheidssector is volgens de anti-IS-coalitie zelf steeds bekwamer in het bestrijden van terreurbeweging IS.

Ook Nederland gaat adviesteams leveren, die zich richten zich op de Iraakse en Koerdische veiligheidsinstituties. De teams opereren op regionaal niveau, maar ook het Iraakse ministerie van Defensie krijgt een eigen adviesteam.

De advisering richt zich op het „plannen, voorbereiden en uitvoeren van operaties,” aldus het ministerie van Defensie. Het kabinet levert een bijdrage met zo’n 5 tot 10 stafofficieren aan de adviseringsmissie.

De internationale coalitie tegen IS heeft besloten alle trainingen in het gebied stop te zetten. De Nederlandse trainingsmissie voor de Koerden in Irak was vanwege de coronacrisis in april al stilgegeld. De 20 Nederlandse militairen die daar werkzaam waren zijn in april dan ook teruggekomen naar Nederland.

Ook liggen er twee nieuwe verzoeken bij Nederland voor verdere medewerking aan de strijd tegen IS. De Belgische regering vraagt hulp bij het beveiligen van Belgische F-16’s in Jordanië. Die strijden vanaf oktober tegen IS-terroristen in Irak en het noordoosten van Syrië.

Daarnaast heeft de coalitie tegen IS al haar leden verzocht om te helpen bij het beschermen van de internationale luchthaven van Erbil, in Iraaks-Koerdistan. De coalitie gebruikt de luchthaven voor activiteiten in het noorden van Irak. Het kabinet heeft nog beslissing genomen over deze verzoeken.

BEKIJK MEER VAN; Islamitische Staat Irak

Defensie bouwt rol in Irak verder af, overweegt nieuwe bijdrage missie Mali

NU 23.09.2020 Op verzoek van de internationale coalitie tegen Islamitische Staat (IS) in Irak gaat Nederland de inzet van militairen in het land verder afschalen. Het doel van de Nederlandse missie in Irak verschuift van het trainen van militairen naar advisering van de Iraakse veiligheidssector, meldt Defensie woensdag.

Volgens de internationale coalitie kunnen de Iraakse veiligheidstroepen de dreiging van IS inmiddels voldoende aan. Nederlandse inzet bij operaties is daarom niet langer nodig.

In Irak waren in het begin van het jaar zo’n vijftig Nederlandse militairen actief. Twintig van hen werden in april al teruggeroepen vanwege het coronavirus. De militairen waren daar om strijders van Iraaks-Koerdische milities, de peshmerga’s, op te leiden. Deze milities speelden de afgelopen jaren een belangrijke rol bij de strijd tegen IS.

De nu nog aanwezige Nederlandse militairen zullen zich volgens Defensie gaan richten op het adviseren van de Iraakse troepen, bijvoorbeeld op het gebied van plannen, voorbereiden en uitvoeren van operaties.

De internationale coalitie heeft Nederland verder gevraagd om te helpen bij de beveiliging van Erbil International Airport in het Koerdische deel van Irak. Het kabinet onderzoekt nog of dit wenselijk en mogelijk is.

Hervatting deelname missie in Mali onderzocht

Defensie meldt daarnaast een eventuele hervatting van de Nederlandse deelname aan de VN-missie Minusma in Mali te onderzoeken.

De deelname zou bestaan uit het leveren van een militair transportvliegtuig om luchttransport te kunnen bieden voor de missie. Daarmee wil Nederland zich mengen in het rotatieschema met Denemarken, Portugal, België en Zweden, die dit sinds 2016 leveren.

De eerstvolgende mogelijkheid om deel te nemen aan het rotatieschema zal vanaf november 2021 zijn. Het kabinet zal daar voor die tijd een beslissing over nemen.

Lees meer over: Irak Defensie Minusma Missie Irak Buitenland

Archieffoto van een Nederlandse trainer in Irak. De taak verschuift nu van training naar advisering van de Iraakse veiligheidssector.

Nederlandse inzet in Minusma, Afghanistan en in de strijd tegen ISIS

RO 23.09.2020 Het kabinet heeft vandaag het parlement ingelicht over de nieuwe fase van de Nederlandse inzet in de strijd tegen ISIS in Irak: een verschuiving van training naar advisering van de Iraakse veiligheidssector. Daarnaast heeft de Belgische regering Nederland verzocht om bij te dragen aan de force protection van de Belgische F-16’s die vanuit Jordanië de strijd tegen ISIS voeren.

De anti-ISIS coalitie heeft ook een breed verzoek gedaan aan de leden van de coalitie, waaronder Nederland, voor force protection van Erbil International Airport. Tevens onderzoekt het kabinet een mogelijke bijdrage aan de VN-missie MINUSMA in Mali. In Afghanistan wijzigt de taakstelling van het Nederlands-Duitse Special Operations Team (SOAT).

Midden-Oosten

De anti-ISIS coalitie heeft de volgende fase in de strijd tegen ISIS aangekondigd, omdat de Iraakse veiligheidssector in toenemende mate in staat is om de dreiging van ISIS het hoofd te bieden. In deze fase wordt in plaats van training van militairen de focus gelegd op institutionele advisering van de Iraakse veiligheidssector.

Dit betekent een verminderde actieve deelname aan operaties, een reductie in troepenaantallen en een grotere nadruk op force protection van de resterende eenheden van de coalitie.

Door middel van regionale adviesteams, bestaande uit elk ongeveer 10 stafofficieren, worden de Iraakse, waaronder ook de Koerdische, veiligheidsinstituties geadviseerd. Ook komt er een adviesteam voor het Iraakse ministerie van Defensie.

Deze advisering is gericht op bijvoorbeeld het plannen, voorbereiden en uitvoeren van operaties. Het kabinet wil hieraan een bijdrage leveren met circa 5 tot 10 stafofficieren. Op deze manier helpt de coalitie de Iraakse strijdkrachten verder op eigen benen staan en kan de jarenlange trainingsinzet van onder andere Nederland op een duurzame manier worden geborgd.

In verband met COVID-19 was de Nederlandse trainingsmissie gericht op de Koerdische strijdkrachten in Irak sinds april reeds stilgelegd. Deze trainingen verzorgde Nederland samen met partnerlanden van de coalitie in Erbil. De circa 20 Nederlandse trainers die werkzaam waren in Erbil zijn in april 2020 teruggekeerd naar Nederland.

In het licht van de verschuiving naar institutionele advisering, heeft de anti-ISIS coalitie besloten om alle trainingen stop te zetten. Daarmee komt ook deze Nederlandse trainingsbijdrage tot een einde. Enkele Nederlandse stafofficieren die op dit moment nog wel in Erbil verblijven geven invulling aan de transitie van training naar de nieuwe adviserende taken.

Tegelijkertijd onderzoekt het kabinet de wenselijkheid en mogelijkheid om aan twee verzoeken tegemoet te komen die zijn gedaan in het kader van de strijd tegen ISIS. De Belgische regering heeft Nederland verzocht om een bijdrage te leveren aan de force protection van het Belgische F-16-detachement dat vanaf  oktober 2020 vanuit Jordanië wordt ingezet in de strijd tegen ISIS in Irak en Noordoost-Syrië.

Dit verzoek bouwt voort op de eerdere samenwerking met België tijdens de inzet van Nederlandse en Belgische F-16s in de strijd tegen ISIS. België en Nederland voorzagen elkaar toen afwisselend van force protection.

Het militaire hoofdkwartier van de anti-ISIS coalitie heeft daarnaast een breed verzoek gedaan aan de leden van de coalitie, waaronder Nederland, voor force protection van Erbil International Airport in de Koerdistan Autonome Regio in Irak, voor de periode vanaf najaar 2020 tot in ieder geval 1 mei 2021. De anti-ISIS coalitie ontplooit een deel van de activiteiten in het noorden van Irak vanaf deze luchthaven.

Sahel

Nederland voert overleg met de VN-missie MINUSMA in Mali en de betreffende landen over de levering van een militair transportvliegtuig aan de missie. VN-vredesmissies hebben een doorlopende behoefte aan luchttransport om hun mandaat effectief uit te kunnen voeren.

Sinds 2016 werken Denemarken, Portugal, België en Zweden samen in een rotatieschema om deze capaciteit aan MINUSMA te leveren. Het kabinet richt zich op deelname aan dit rotatieschema. De eerstvolgende beschikbare periode voor het leveren van een mogelijke bijdrage is vanaf november 2021, voor 6 maanden. Het kabinet onderzoekt de wenselijkheid en mogelijkheid van deze bijdrage.

Een Bushmaster.

Afghanistan

Het begeleiden, trainen en adviseren van de Afghaanse partnereenheid ATF-888 door het Nederlands-Duitse Special Operations Team (SOAT) heeft haar vruchten afgeworpen. Eerder dit jaar werd ATF-888 fully operational capable verklaard. Dit betekent dat deze eenheid nu ervaren genoeg is om operaties zonder de  begeleiding van het SOAT uit te voeren.

Daarom richt de inzet van het SOAT, onder de vlag van Resolute Support, zich nu op het stafniveau en het verbeteren van de bedrijfsvoering. Door deze veranderde taakstelling is minder infrastructuur benodigd en kunnen voertuigen zoals de gepantserde Bushmaster terug naar Nederland.

Zie ook;

Nederland stopt trainingsmissie Irak in strijd tegen IS

AD 23.09.2020 Nederland stopt met de training van Iraakse strijdkrachten in de strijd tegen Islamitische Staat. In plaats daarvan krijgt ons land een adviserende rol. Dat heeft het kabinet vandaag bekendgemaakt. Verder heeft België de Nederlandse regering verzocht bij te dragen aan de bescherming van de Belgische F-16’s die vanuit Jordanië strijdvoeren tegen de terreurgroep.

Het besluit betekent dat Nederland minder actief deel zal nemen aan militaire operaties, dat er minder militairen gestationeerd zullen zijn en dat er een grote nadruk komt te liggen op ‘force protection’ van de resterende leden van de gezamenlijke coalitie tegen IS.

Die ‘volgende fase’ is volgens het kabinet mogelijk omdat de Iraakse veiligheidsdiensten steeds beter in staat zijn om IS het hoofd te bieden. De circa twintig Nederlandse trainers die Koerdische strijdkrachten in Irak trainden, werden in april al teruggehaald vanwege de uitbraak van het coronavirus.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Via allerlei regionale adviesteams worden de Iraakse, waaronder ook de Koerdische, veiligheidsdiensten geadviseerd. Ook komt er een adviesteam voor het Iraakse ministerie van Defensie, gericht op het voorbereiden en uitvoeren van militaire operaties.

‘Op deze manier helpt de Coalitie de Iraakse strijdkrachten verder op eigen benen staan en kan de jarenlange trainingsinzet van onder andere Nederland op een duurzame manier worden geborgd’, laat Defensie weten.

Tegelijkertijd kijkt het kabinet naar twee andere verzoeken van de anti-IS-coalitie, waaronder een van België voor hulp bij de zogeheten ‘force protection’ van Belgische F-16’s die vanaf komende maand strijden tegen IS in Irak en Noordoost-Syrië.

Dat is in de afgelopen jaren ook al gebeurd. Toen Nederlandse F-16’s vanuit dat land IS-doelen aanvielen, beschermden Belgische militairen de basis. De Nederlandse inzet zou al volgende maand beginnen. Het gaat om dertig tot veertig militairen.

De coalitie heeft daarnaast alle leden, waaronder Nederland, verzocht te helpen bij de bescherming van Erbil International Airport. Daarbij zouden in totaal 100 tot 150 troepen nodig zijn.

Mali

Nederland overlegt ook over de levering van een militair transportvliegtuig aan de VN-missie Minusma in Mali. Sinds 2016 werken Denemarken, Portugal, België en Zweden al samen in een rotatieschema om luchttransport mogelijk te maken. Het transportvliegtuig zou, als het kabinet instemt, vanaf november volgend jaar voor zes maanden worden ingezet.

Nederland kondigde vorig jaar al aan weer een bijdrage te willen leveren aan een VN-missie. Tussen 2014 en 2019 waren Nederlandse special forces en eenheden van de luchtmobiele brigade actief in het noorden van Mali, om informatie te verzamelen voor de VN.

Nederland overlegt over missie Mali, trainingsmissie Irak gestopt

NOS 23.09.2020 Nederland overlegt met de VN of het opnieuw een bijdrage kan leveren aan de missie in Mali. Het gaat om de levering van een militair transportvliegtuig voor een half jaar, vanaf november 2021. Er zal ook een aantal militairen worden meegestuurd.

Minister Bijleveld schrijft in brief aan de Tweede Kamer dat er in het Afrikaanse land een voortdurende behoefte is aan luchttransport. Sinds 2016 voorzien Denemarken, Portugal, België en Zweden hier om beurten in. Het kabinet onderzoekt of Nederland ook mee kan draaien in dit rotatieschema.

Eerdere missie Mali

Nederland deed tussen 2014 en 2018 met ongeveer 250 militairen mee aan de VN-missie in Mali. Daar zijn vier Nederlanders bij omgekomen. Twee bij een helikopterongeluk en twee door een ongeluk met een ondeugdelijke mortier. Als Nederland eind volgend jaar weer een bijdrage levert, zal die veel kleiner zijn: een vliegtuig met militairen voor de bemanning, onderhoud en beveiliging.

Bijleveld meldt in haar brief ook dat Nederland is gestopt met de trainingsmissie in Irak. Begin dit jaar waren er nog ongeveer twintig trainers in het land. Zij zijn in verband met corona in april teruggekeerd naar Nederland. Sindsdien heeft het kabinet geconstateerd dat er in deze fase van de strijd tegen IS meer behoefte is adviseurs dan aan trainers.

Daarom wil Nederland nu vijf tot tien stafofficieren sturen, die veiligheidsinstituties en het Iraakse ministerie van Defensie gaan adviseren, bijvoorbeeld over het plannen, voorbereiden en uitvoeren van operaties. “Op deze manier helpt de internationale anti-IS-coalitie de Iraakse strijdkrachten verder op eigen benen te staan en kan de jarenlange trainingsinzet van onder andere Nederland op een duurzame manier worden geborgd.”

Luchthaven Erbil

Er ligt nóg een aantal verzoeken, schrijft de minister. Zo heeft het militaire hoofdkwartier van de anti-IS-coalitie verzocht om een bijdrage aan de militaire beveiliging van het vliegveld in Erbil vanaf dit najaar tot en met in elk geval 1 mei 2021. Verder wil België dat Nederland nog een keer meedoet aan de bescherming van het Belgische F-16-detachement dat vanuit Jordanië operaties in Irak uitvoert.

september 24, 2020 Posted by | 2e kamer, Erbil, Hawija, Irak, is, isis, islam, MINUSMA, politiek, Sahel | , , , , , , , , , , , , , | Reacties uitgeschakeld voor Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 12

Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11 nasleep onderzoek Hawija Irak

AD 08.05.2020

Debat 14.05.2020

De Tweede Kamer vergadert donderdag 14.05.2020 plenair over het Nederlandse bombardement op de Iraakse plaats Hawija in 2015.

Het is voor het eerst sinds het uitbreken van de coronacrisis dat er in de plenaire zaal over iets anders wordt gepraat dan de coronacrisis. Voor de vierde keer moet minister Bijleveld van Defensie zich verantwoorden over de kwestie.

Telegraaf 15.05.2020

AD 15.05.2020

Het debat werd in maart al aangevraagd naar aanleiding van publicaties van de NOS en NRC. Daarin stond dat voorafgaand aan het bombardement op de bommenfabriek van IS al rekening werd gehouden met “nevenschade”, ook al bleek uit de berekeningen dat er nul burgerdoden bij zouden vallen.

In werkelijkheid kwamen 70 mensen om en werden 400 gebouwen verwoest of beschadigd. In de fabriek bleken veel meer bommen opgeslagen te liggen dan waar bij het opstellen van de berekeningen vanuit was gegaan.

Daar kwam in maart nog bij dat minister Bijleveld moest toegeven dat de Amerikanen al sinds 2017 de 70 burgerdoden meerekenden in hun statistieken. In december had Bijleveld nog het tegendeel beweerd. Voordat de minister in de Kamer verantwoording kon afleggen, brak de coronacrisis uit en werd het onderwerp vooruitgeschoven.

Telegraaf 09.09.2020

Schadevergoeding

Een Iraakse man krijgt van de Nederlandse Staat een schadevergoeding vanwege een vergissingsaanval in 2015 in de stad Mosoel. De Irakees Basim Razzo, verloor zijn hele gezin verloor toen een Nederlandse bom op zijn woning in Mosul viel. Dat schrijft minister Ank Bijleveld (Defensie) dinsdag in een Kamerbrief.

De Staat betaalt een hoge schadevergoeding aan Irakees Basim Razzo die in 2015 vrijwel zijn gehele familie verloor toen een Nederlandse vergisbom zijn huis trof. Die werd door een F-16 van de Koninklijke Luchtmacht gedropt in de overtuiging dat het een IS-hoofdkwartier was.

Over de exacte hoogte van de compensatie willen Razzo, zijn advocaat Liesbeth Zegveld en de Staat geen mededelingen doen. Maar hij vroeg ruim twee miljoen euro en zegt met het geaccepteerde tegenbod zeer tevreden te zijn. Het zou naar verluidt gaan om ruim een miljoen.

BEKIJK OOK:

Emotionele Irakees Razzo ’zeer tevreden’ met hoge schadevergoeding na vergisbom

’Vrijwillige vergoeding’

Minister Bijleveld (Defensie) stelt dat er vanwege het ’enorme menselijke leed’ dat de familie Razzo is aangedaan is besloten een ’vrijwillige vergoeding’ uit te keren. „Het is goed dat er overeenstemming is bereikt. Hopelijk helpt dit hem ook verder, al zal dit nooit het verlies van dierbaren kunnen vergoeden.”

Razzo verloor zijn vrouw, dochter, broer en neef tijdens de luchtoorlog tegen IS. Op aanwijzingen van de Amerikaanse bondgenoot bombardeerde een Nederlandse F-16 in september 2015 een huis in het Iraakse Mosul. Achteraf bleken Amerikaanse inlichtingenofficieren te snel tot de conclusie te zijn gekomen dat het een IS-hoofdkwartier was, zo erkenden ze volgens Basim Razzo tegenover hem.

AD 13.05.2020

Amerikanen waarschuwden voor burgerdoden

Twee weken geleden kwam er opnieuw informatie vrij. De NOS en NRC meldden op 21 april dat de CIA vooraf had gewaarschuwd dat er burgerdoden zouden kunnen vallen. Een Amerikaanse luchtmachtcommandant die betrokken was bij het Nederlandse bombardement op Hawija had bovendien bedenkingen bij die aanval, en hield rekening met burgerdoden.

AD 18.06.2020

AD 18.06.2020

Geheim

De informatie die ten grondslag lag aan de aanval kwam vorige maand naar buiten nadat NOS en NRC met succes een beroep deden op de Freedom of Information Act, de Amerikaanse versie van de Wet openbaarheid van bestuur. Bijleveld had de Kamer altijd voorgehouden dat de stukken geheim waren en niet met het parlement konden worden gedeeld.

Nederland was niet betrokken bij het deel van het proces waarmee de Amerikanen bepaalden welke doelen er in de strijd tegen IS werden gebombardeerd. De Amerikaanse aarzelingen bij de aanval, mede op basis van informatie die de Amerikaanse geheime dienst CIA van informanten kreeg, bleef tot ruim na de Nederlandse luchtaanval enkel in Amerikaanse handen. De risico’s die de VS zag, werden overigens ingeperkt in het uiteindelijke, aangepaste aanvalsplan waarmee de Nederlandse commandant akkoord ging.

Dossier luchtaanval Hawija

Live AD

Teruglezen: Het Tweede Kamerdebat over burgerdoden Irak NRC

Verslaggever Inge Lengton live bij het debat;

  Tweets by ‎@IngeLengton

Dossier Luchtaanval Hawija NRC

lees: Stand van zaken over de uitvoering van verschillende moties en toezeggingen 24.03.2020

lees: Brief van de minister van Defensie aan dhr. M. Esper, minister van Defensie van de Verenigde Staten bijlage 1 13.01.2020

lees: Vertaling van de antwoordbrief van de ondersecretaris van defensie van de Verenigde Staten bijlage 2 28.02.2020

lees: Besluit en bijlage Def op Wob-verzoek defensie onderzoek Hawija Redacted 17.02.2020

lees: Brief MIN DEF Antwoorden Kamervragen burgerslachtoffers Karabulut 25.11.2019

lees: Brief MIN DEF Beantwoording nadere vragen over de wapeninzet in Hawija 25.11.2019

lees: Brief MIN DEF SV Karabulut over passage uit boek missie F16 25.11.2019

lees: Beantwoording nadere vragen over de wapeninzet in Hawija brief 25.11.2019

lees: regeling Werkzaamheden over antwoorden op vragen over de 70 burgerdoden in Irak Brief 20.11.2019

lees: Feitenrelaas inzake de transparantie over burgerslachtoffers bij luchtaanvallen brief 05.11.2019

lees: Transparantie burgerslachtoffers bij luchtaanvallen in de strijd tegen ISIS brief 04.11.2019

lees: kamerbrief over het iob onderzoek naar stabilisatieprogrammas in syrie  7 september 2018

lees: rapport review of the monitoring systems of three projects in syria  7 september 2018

lees: Civilian Casualty Review Report Redacted 17.04.2018

lees: kamerbrief met voortgangsrapportage nederlandse bijdrage in strijd tegen isis 13.04.2018

lees: kamerbrief aanvullende artikel 100 brief nederlandse bijdrage aan de strijd tegen isis 29.01.2016

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 10

Zie ook; Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 9

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 8

Zie ook: Kabinet Rutte 2 en 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 7

zie ook:  Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 6

zie ook:  Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 5

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 4

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 3

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 2

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 1

Advocate Zegveld (inzet links) noemt de schadevergoeding na de vergisbom ’een absoluut unicum’. Minister Bijleveld (inzet rechts) wees aansprakelijkheid in eerste instantie van de hand, maar Defensie legt nu toch een aanzienlijk deel van de geclaimde som op tafel. Ⓒ ANP/HH

Irakees die familie verloor bij vergisbom krijgt tonnen van Defensie

Telegraaf 08.09.2020  De Staat betaalt een hoge schadevergoeding aan Irakees Basim Razzo die in 2015 vrijwel zijn gehele familie verloor toen een Nederlandse bom zijn huis trof. Die werd door een F-16 van de Koninklijke Luchtmacht gedropt in de overtuiging dat het een IS-hoofdkwartier was.

Over de exacte hoogte van de compensatie willen Razzo, zijn advocaat Liesbeth Zegveld en de Staat geen mededelingen doen. Maar hij vroeg ruim twee miljoen euro en zegt met het geaccepteerde tegenbod zeer tevreden te zijn. Het zou naar verluidt gaan om ruim een miljoen.

BEKIJK OOK:

Emotionele Irakees Razzo ’zeer tevreden’ met hoge schadevergoeding na vergisbom

’Vrijwillige vergoeding’

Minister Bijleveld (Defensie) stelt dat er vanwege het ’enorme menselijke leed’ dat de familie Razzo is aangedaan is besloten een ’vrijwillige vergoeding’ uit te keren. „Het is goed dat er overeenstemming is bereikt. Hopelijk helpt dit hem ook verder, al zal dit nooit het verlies van dierbaren kunnen vergoeden.”

Razzo verloor zijn vrouw, dochter, broer en neef tijdens de luchtoorlog tegen IS. Op aanwijzingen van de Amerikaanse bondgenoot bombardeerde een Nederlandse F-16 in september 2015 een huis in het Iraakse Mosul. Achteraf bleken Amerikaanse inlichtingenofficieren te snel tot de conclusie te zijn gekomen dat het een IS-hoofdkwartier was, zo erkenden ze volgens Basim Razzo tegenover hem.

BEKIJK MEER VAN; gewapend conflict defensie Basim Razzo Bijleveld Liesbeth Zegveld Mosoel Staat Defensie Koninklijke Luchtmacht

Staat betaalt vergoeding aan man die familie verloor bij bombardement Irak

NU 08.09.2020 Een Iraakse man krijgt van de Nederlandse Staat een schadevergoeding vanwege een vergissingsaanval in 2015 in de stad Mosoel. Dat schrijft minister Ank Bijleveld (Defensie) dinsdag in een Kamerbrief.

In de nacht van 20 op 21 september 2015 gooiden Nederlandse F-16’s bommen op het huis van Basim Razzo. De internationale coalitie dacht ten onrechte dat zijn huis een hoofdkwartier was van terreurorganisatie Islamitische Staat (IS).

Razzo verloor bij het bombardement een groot deel van zijn familie en zelf raakte hij gewond. De Nederlandse Staat ontkende lange tijd dat Nederlandse bommen zijn huis hadden geraakt. Toen media vorig jaar over het incident gingen schrijven, gaf het kabinet de bombardementen alsnog toe.

Over de hoogte van de schadevergoeding willen het ministerie van Defensie, Razzo en zijn advocaat Liesbeth Zegveld, geen uitspraken doen. Tegen De Telegraaf zegt de man dat hij zeer tevreden is met de hoogte van het bedrag. Eerder eiste hij 2 miljoen euro voor de geleden materiële en immateriële schade.

Schadevergoeding geen erkenning van aansprakelijkheid

De minister hoopt met de schadevergoeding de man tegemoet te komen vanwege het “enorme menselijke leed” dat hem is overkomen. Wel voegt ze toe dat er geen sprake is geweest van onrechtmatig geweldsgebruik en dat de schadevergoeding uit “humanitaire overwegingen” tot stand is gekomen. Defensie benadrukt met de schadevergoeding geen aansprakelijkheid te erkennen.

Gesprekken met nabestaanden van een ander Iraaks bombardement op de stad Hawija, lopen nog. Bij dat bombardement met F-16’s in juni 2015 op een bommenfabriek van IS vielen zeker zeventig doden, onder wie veel burgerslachtoffers. Achteraf bleken er in de fabriek veel meer explosieven te liggen dan van tevoren was ingeschat.

Lees meer over: Irak   Ministerie van Defensie   Binnenland 

Het huis van Razzo na het bombardement BASIM RAZZO

Defensie betaalt tonnen aan nabestaande vergissingsaanval Irak

NOS 08.09.2020 Defensie gaat een schadevergoeding van tonnen uitkeren aan een Iraakse man, die in 2015 een groot deel van zijn familie verloor bij een bombardement door Nederlandse F16’s op zijn huis in Mosul. De internationale coalitie ging er ten onrechte van uit dat de bewoners banden hadden met terreurorganisatie IS.

Bij het bombardement kwamen de vrouw, dochter, een broer en een neef van Basim Razzo om het leven. Hijzelf overleefde de aanval.

In maart vertelde Basim Razzo aan de NOS hoe het bombardement verliep.

Het verhaal van Basim Razzo

In een brief aan de Tweede Kamer schrijft minister Bijleveld dat de vergoeding vrijwillig, uit humanitaire overwegingen wordt uitgekeerd en dat de Nederlandse Staat geen aansprakelijkheid erkent. Over de hoogte van de vergoeding doen beide partijen geen mededelingen, maar naar verluidt gaat het om iets minder dan een miljoen euro.

Onrechtmatige daad

Aanvankelijk eiste Razzo, die voor een telecombedrijf werkte, twee miljoen dollar als vergoeding voor de schade. Zijn advocaat, Liesbeth Zegveld, noemde het bombardement een “internationale onrechtmatige daad”, omdat de inlichtingen over het doel beperkt en tegenstrijdig waren.

In haar brief schrijft de minister nogmaals dat ze het daar niet mee eens is. “Er is geen sprake van onrechtmatig geweldsgebruik”. Met de vergoeding wil ze “namens het kabinet de heer Razzo tegemoetkomen vanwege het enorme menselijke leed dat hem is overkomen en de materiële schade die hij heeft geleden.” Razzo kreeg bij de aanval een granaatscherf in zijn rug en kan naar eigen zeggen niet meer werken.

Tranen van geluk

Advocaat Zegveld laat weten dat haar cliënt heel blij is met de schadevergoeding. “Hij heeft met tranen van geluk gereageerd nu hij weer enigszins de mogelijkheid heeft om aan de wederopbouw van zijn leven te beginnen”. Volgens Zegveld is de zaak uniek. “Meestal is Nederland niet zo bereid om uit te keren en komt zo’n zaak voor de rechter”.

Er loopt ook nog een schadeclaim van tientallen Irakezen die gedupeerd zijn door het Nederlandse bombardement op Hawija. Het bombardement op een autobommenfabriek van IS zette een reeks explosies in gang waardoor een hele wijk werd verwoest. Zeker zeventig burgers kwamen om.

Voordeel

Of de schadeclaims van Hawijaslachtoffers nu meer kans maken, is volgens advocaat Zegveld moeilijk te zeggen. “Geen enkele zaak is dezelfde. Tegelijkertijd toont de vergoeding van nu wel aan dat Nederland oorlogsschade vergoedt, dus dat kan een voordeel hebben”.

BEKIJK OOK;

Staat betaalt hoge schadevergoeding aan Irakees die gezin verloor door Nederlandse bom

AD 08.09.2020 De Irakees Basim Razzo, die in 2015 zijn hele gezin verloor toen een Nederlandse bom op zijn woning in Mosul viel, krijgt een hoge schadevergoeding van de Nederlandse Staat. Dat bevestigen zijn advocaat Liesbeth Zegveld en het ministerie van Defensie. Het bombardement was een vergissing.

Het bombardement, in september 2015, werd uitgevoerd tijdens de strijd van coalitietroepen tegen IS in Irak. Op basis van Amerikaanse inlichtingen was vastgesteld dat de huizen van Razzo en zijn broer, die naast elkaar staan, een hoofdkwartier zouden zijn van de terreurgroep. Na het bombardement bleken die inlichtingen onjuist, de familie had niets met IS te maken. De bommen vernielden de woningen van Razzo en zijn broer en doodde de vrouw en de dochter van Razzo. Ook zijn broer en diens zoon kwamen om. Razzo zelf raakte zwaargewond.

Lees ook;

Lees meer

Schadevergoeding

Defensie verzweeg lang dat het een Nederlandse bom was die op het huis viel. Pas nadat verschillende media, waaronder deze site, erover schreven, gaf het ministerie het uiteindelijk toe. Eind vorig jaar stelde Razzo, samen met de Nederlandse advocate Liesbeth Zegveld, Nederland alsnog aansprakelijk voor de materiële schade (zijn woning, zijn auto en de medische kosten) en de immateriële schade (het overlijden van vier familieleden).

De totale schade werd op zo’n twee miljoen euro berekend. Vanmiddag werd bekend dat Nederland inderdaad een schadevergoeding betaalt. Het precieze bedrag willen Defensie en Zegveld niet bekend maken. Het gaat waarschijnlijk om vele tonnen. Zegveld noemt het een ‘unieke schadevergoeding’.

Razzo zelf zei eerder tegen deze krant: ,,Ik heb vertrouwen in de menselijkheid van het Nederlandse systeem en ik vertrouw erop dat ik gerechtigheid zal krijgen.’’ Een eerdere ‘genoegdoening’ van het Amerikaanse leger van 15.000 dollar weigerde hij vanwege het lage bedrag en omdat de VS niet de verantwoordelijkheid voor de aanval op zich wilde nemen.

We spraken Basim een half jaar geleden over het bombardement waarbij hij zijn gezin verloor.

Het ministerie benadrukt dat het met de vergoeding geen aansprakelijkheid erkent. “Het ministerie is van Defensie van mening dat er geen sprake is van onrechtmatig geweldgebruik”, schrijft minister van Defensie Bijleveld aan de Tweede Kamer. Met de vergoeding wil het kabinet Razzo tegemoetkomen vanwege “het enorme menselijke leed dat hem is overkomen en de materiële schade”.

Het bombardement in Mosul is een van de twee Nederlandse ‘vergisbombardementen’. Bij een ander incident in de Iraakse stad Hawija, vielen mogelijk zelfs 70 burgerdoden na een Nederlands bombardement. Coalitie-straaljagers vielen daar een bommenfabriek van IS aan, maar daar bleek veel meer explosief materiaal in te liggen dan gedacht. Door de enorme explosie werd ook een nabijgelegen woonwijk getroffen. Gesprekken met nabestaanden en slachtoffers uit die stad lopen nog.

De dochter van Razzo op de avond voor de aanval. © privé

Sinds een jaar bestiert Jeroen Dijsselbloem, oud-minister van Financiën, de Onderzoeksraad Voor Veiligheid (OVV). Hij kampt met geldzorgen. © Guus Schoonewille

Onderzoeksraad: Geen geld voor onderzoek naar ‘Nederlands’ bombardement Hawija

AD 18.06.2020 De Onderzoeksraad Voor Veiligheid (OVV) weigert het bombardement in Hawija te onderzoeken. Opvallend is een van de redenen daarvoor: volgens de raad heeft het daarvoor te weinig geld. Dat zegt OVV-voorzitter Jeroen Dijsselbloem in een interview met deze krant.

Minister Ank Bijleveld (Defensie) had de OVV gevraagd om een onderzoek naar het bombardement, waarbij in 2015 vermoedelijk zeventig burgerdoden vielen. Het voorstel voor dat onderzoek werd gezien als een bezweringsformule om steun van D66 te houden voor haar positie als minister.

Dijsselbloem heeft haar echter laten weten dat het onmogelijk is dat de OVV ‘gevechtshandelingen’ onderzoekt. Dit is zo vastgelegd in de Rijkswet. Bijleveld drong er toch op aan een uitzondering te maken, maar dijsselbloem weigert dat. ,,We hadden een juridisch buitenommetje moeten maken.’’ En dat wil hij niet.

Opvallend genoeg stelt Dijsselbloem bovendien dat de OVV te weinig geld heeft voor het onderzoek. Het budget van de OVV, zo’n 13 miljoen, zou niet toereikend zijn. ,,We stonden kort geleden nog zwaar rood, om het maar huiselijk te zeggen.”

Dijsselbloem: ,,We hebben gewoon niet de financiële middelen nu voor een onderzoek naar Hawija en we willen niet aan ministers hoeven vragen om extra geld. Dat moet zeer uitzonderlijk zijn. Je loopt namelijk het risico om het verwijt te krijgen dat daarmee ook invloed op het onderzoek kan worden uitgeoefend. Wie betaalt, bepaalt. Dat willen we niet.”

Dat de OVV al een paar jaar met financiële tekorten kampt, steekt hem. ,,Ik wil daar niet cynisch over zijn, maar een cynicus zou kunnen zeggen dat we expres klein worden gehouden om dingen niet te onderzoeken. Daartegen pleit dat we steeds meer verzoeken krijgen, ook van ministers.”

Dijsselbloem is in gesprek met minister Ferd Grapperhaus (Justitie) over het budget en wil het liefst 1,5 miljoen euro per jaar meer.

De OVV kreeg voor het grote onderzoek naar de MH17-ramp wel apart budget. Volgens Dijsselbloem zou dat bij een onderzoek naar Hawija lastiger liggen omdat het kabinet dan zowel onderwerp van het onderzoek zou zijn, als de financier daarvan.

Een bezorgd mens is hij niet geworden van zijn baan als voorzitter van de Onderzoeksraad Voor Veiligheid (OVV). Toch heeft Jeroen Dijsselbloem (‘ik ben een optimist’) wel zorgen dat hij niet alles kan onderzoeken wat hij zou willen.

Lees ook;

Defensie houdt vol: genoeg informatie om te besluiten tot aanval Hawija

Lees meer

Defensie wist ten tijde van aanval op Hawija niet van Amerikaanse aarzelingen

Lees meer

Bijleveld doorstaat weer motie van wantrouwen na begrip voor ‘ergernis’ over Hawija

Lees meer

Bombardement op Hawija blijft Bijleveld achtervolgen

Lees meer

De Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) deed ook onderzoek naar de onderzoek van de ramp met vlucht MH17.

De Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) deed ook onderzoek naar de onderzoek van de ramp met vlucht MH17. © ANP

Halverwege het gesprek zegt Dijsselbloem, op gedempte toon nog wel, dat hij onlangs verrast werd over ‘hoeveel gebouwen er spontaan instorten in ons land’. De OVV wierp daar de blik op sinds het stadion van voetbalclub AZ instortte. ,,Het aantal ingestorte gebouwen blijkt een verontrustend rijtje dat je associeert met een ontwikkelingsland.” En dan zuinigjes: ,,Dat is niet bepaald acceptabel.”

Het maakt tegelijk de ‘ingenieur’ in hem ‘wakker’. ,,Heerlijk, ik houd van details.”

De oud-minister van Financiën kan zich op dat vlak uitleven, sinds hij een jaar geleden voorzitter werd van de Onderzoeksraad Voor Veiligheid (OVV). Een studie naar het ongeval met de Stint, het onderzoek naar de vliegramp in Faro, controleren wie ervoor zorgt dat we sinds de aanslag op MH17 niet over oorlogsgebied vliegen: het belandt allemaal op zijn bureau.

Optimist

Begrijp hem goed, Dijsselbloem is er geen ‘bezorgd mens’ door geworden. ,,Ik ben een optimist.” Maar: ,,Er is wel ruimte voor verbetering als het gaat om ons niveau van veiligheid.”

Als OVV-voorzitter landde hij alsnog in het hart van de politiek, maar dan in een onderzoekende taak. Gevraagd naar de miljarden die door zijn opvolger Wopke Hoekstra (Financiën) aan de corona-crisis worden besteed, antwoordt hij ontwijkend. ,,Van politiek ben ik niet meer. Ik probeer commentaar op mijn opvolger sowieso te vermijden.”

Tegelijk gaat de OVV de aanpak van de coronacrisis onderzoeken. Dat ligt politiek heel gevoelig, vooral als uw rapport voor de Tweede Kamerverkiezingen van volgend jaar verschijnt.

,,Dat zal wel, maar daar houden wij natuurlijk geen rekening mee. Bovendien doen wij al snel een jaar over een onderzoek, dus dat valt dan meen ik niet voor de verkiezingen te verwachten.”

We stonden kort geleden nog zwaar rood, om het maar huiselijk te zeggen, aldus Jeroen Dijsselbloem, Onderzoeksraad voor Veiligheid.

Als voorzitter van de OVV trof hij een organisatie ‘met enorm gezag’, zegt hij. Wat niet wil zeggen dat Dijsselbloem geen ruimte voor verbetering ziet. Ging hij als minister over de besteding van honderden miljarden, nu bedraagt zijn budget bij de OVV zo’n 13 miljoen. En dat is te krap, oordeelt Dijsselbloem in het jaarverslag dat vandaag verschijnt. ,,We stonden kort geleden nog zwaar rood, om het maar huiselijk te zeggen. Terwijl we steeds meer vragen krijgen om onderzoeken te doen.”

Wat zijn daarvan de gevolgen?
,,Het dwingt ons om onderzoeken niet te doen.’’

Zoals?
,,Hoewel de Tweede Kamer en de minister het ons hebben gevraagd, gaan we geen onderzoek doen naar het bombardement in Hawija. Dat kunnen we niet doen.”

Volgens Dijsselbloem is de reden daarvoor tweeledig. De wet geeft de OVV namelijk alle ruimte om onderzoek te doen, behalve naar gevechtshandelingen van Defensie. Het ongeluk met mortiergranaten in Mali was in 2017 wel reden voor een studie van de OVV, maar dat was geen gevechtshandeling maar een ‘intern’ ongeval.

,,We hadden een juridisch buitenommetje moeten maken als we het bombardement hadden willen onderzoeken, maar dat raakt aan onze onafhankelijkheid omdat de ministerraad ons dan eenmalig, ad hoc, toestemming had moeten geven. Wij willen graag onderzoeken op basis van onze eigen OVV-wet, omdat die onze onafhankelijkheid garandeert.”

Het tweede punt is financiering, stelt Dijsselbloem. Hij zou er ‘structureel’ 1,5 miljoen bij willen hebben. ,,We hebben gewoon niet de financiële middelen nu voor een onderzoek naar Hawija en we willen niet aan ministers hoeven vragen om extra geld. Dat moet zeer uitzonderlijk zijn. Je loopt namelijk het risico om het verwijt te krijgen dat daarmee ook invloed op het onderzoek kan worden uitgeoefend. Wie betaalt, bepaalt. Dat willen we niet.”

Ank Bijleveld, minister van Defensie, en premier Mark Rutte tijdens het debat in de Tweede Kamer over het bericht dat de premier geïnformeerd zou zijn over de zeventig burgerdoden in Irak.

Ank Bijleveld, minister van Defensie, en premier Mark Rutte tijdens het debat in de Tweede Kamer over het bericht dat de premier geïnformeerd zou zijn over de zeventig burgerdoden in Irak. © ANP/Koen van Weel

Wat nu?
,,De wet aanpassen dat we dit wel kunnen onderzoeken. En de begroting.”

Het is toch armoedig dat er geen geld is voor belangrijk onderzoek?
,,Ik wil daar niet cynisch over zijn, maar een cynicus zou kunnen zeggen dat we expres klein worden gehouden om dingen niet te onderzoeken. Daartegen pleit dat we steeds meer verzoeken, ook van ministers, krijgen.”

De onderzoeken die hij het afgelopen voorbij zag komen, sterken hem dat het ‘best goed geregeld is’ in ons land, op het gebied van veiligheid. Tegelijk zegt hij: ,,Zelfs in een land als Nederland, dat zo goed georganiseerd is, blijkt er veel te verbeteren. Soms is het gewoon labbekakkerigheid. Er was wel over nagedacht, er was verantwoordelijkheidsverdeling, maar dan zijn afspraken of waarschuwingen genegeerd.’’

Er hoeven geen koppen te rollen. Als wij onderzoek doen is het ook niet van: ‘Je hebt het verknoeid, hier heb je een rapport’, aldus Jeroen Dijsselbloem, Onderzoeksraad voor Veiligheid.

Daarbij gaat het niet ‘om afstraffen’. ,,Er hoeven geen koppen te rollen. Als wij onderzoek doen is het ook niet van: ‘Je hebt het verknoeid, hier heb je een rapport’. Een bestuurder die heeft gefaald, is meestal de meest gemotiveerde om te verbeteren.”

Bovendien gaat het steeds vaker mis in de ‘interactie tussen mens en machine’. Dat kan op het gebied van cybersecurity zijn. ,,Maar ook een auto met elektrische hulpmiddelen. Je hebt auto’s die via sensors zien of er iemand voor je rijdt, maar toen bleek dat die sensor bij een hoge vrachtwagen er onderdoor scande. Die zag hij dus helemaal niet. Terwijl de bestuurder kan denken: het is veilig.”

En dat brengt ‘de ingenieur’ in Dijsselbloem dan weer boven. ,,Dan wil ik weten hoe iets werkt. Heerlijk.”

Vorig jaar werd bekend dat Dijsselbloem de nieuwe voorzitter van de OVV werd.

Onderzoeksraad: wij mogen geen onderzoek doen naar Hawija

NOS 17.06.2020 De Onderzoeksraad voor Veiligheid gaat geen onderzoek doen naar het bombardement op de Iraakse stad Hawija. In mei nam de Tweede Kamer een motie aan waarin de regering werd opgedragen de OVV te vragen om een onderzoek naar het bombardement in 2015 waarbij zeker zeventig burgers om het leven kwamen.

De raad wees er kort daarna al op wettelijk geen onderzoek te mogen doen naar optreden van de krijgsmacht. In een brief aan de Kamer schrijft minister Bijleveld van Defensie nu dat ze desondanks in gesprek is gegaan om te kijken of er niet een rol zou kunnen zijn voor OVV.

“Vandaag heeft de voorzitter mij per brief geïnformeerd dat de Onderzoeksraad (…) heeft besloten dit onderzoek niet ter hand te nemen.” De voorzitter wijst de minister op wettelijke beperkingen en op beperkte financiële ruimte bij de raad.

Brede steun

Aan het eind van het Hawija-debat op 14 mei, het vierde over deze kwestie, diende D66-Kamerlid Belhaj de motie in. “Conclusies kan ik pas trekken als ik alles weet”, zei ze destijds. De voorstel kreeg brede steun in de Kamer.

“Voor D66 was dit onderzoek heel belangrijk”, zegt politiek verslaggever Wilco Boom. “Die partij overwoog om een motie van wantrouwen te steunen, maar zag daarvan af omdat ze veel verwachtten van dit onderzoek.”

Het Openbaar Ministerie heeft eerder al onderzoek gedaan naar het bombardement op Hawija, maar dat was beperkt en kwam pas laat op gang.

Hawija

Nederlandse F-16-piloten gooiden in 2015 meerdere bommen op een bommenfabriek van Islamitische Staat in Hawija, waarbij zeker zeventig burgers omkwamen en ruim 400 gebouwen werden beschadigd of verwoest. De piloten handelden op basis van informatie van de VS.

De CIA meldde al een week voor het bombardement dat er nevenschade zou kunnen ontstaan “omdat er een woonwijk vlakbij ligt”. Het aantal burgerslachtoffers werd vlak van tevoren toch ingeschat op 0, waarna groen licht voor de aanval werd gegeven.

BEKIJK OOK;

Bijleveld snapt irritatie over Hawija en belooft opnieuw beterschap

NU 14.05.2020 Dat de Tweede Kamer opnieuw geconfronteerd wordt met nieuwe informatie over het Nederlands bombardement op de Iraakse stad Hawija is ook minister Ank Bijleveld (Defensie) een doorn in het oog, maar aan haar ligt het niet. Dat er steeds nieuwe feiten via media boven tafel komen ligt volgens de minister aan de Amerikanen. “Ik baal hier ook van.”

“We zitten in hetzelfde schuitje”, hield zij de Kamer voor. Dat ziet een deel van de Kamer anders. “Ik denk niet dat de minister begrijpt waar het om gaat”, zei Sadet Karabulut (SP). “De Kamer vraagt om transparantie, de minister weigert dat.” Bram Van Ojik (GroenLinks): “U bent de minister, u gaat over dit beleid.”

De Tweede Kamer debatteerde donderdag voor alweer de vierde keer met minister Bijleveld over het Nederlands bombardement op de Iraakse stad Hawija waarbij zeventig burgerslachtoffers vielen.

In het vorige debat doorstond de minister ternauwernood een motie van wantrouwen en beloofde beterschap. Haar departement zou transparanter te werk gaan, maar een deel van de kamer ziet geen verbetering. Van Ojik (GroenLinks). “Het is te weinig, te laat en het gaat met overduidelijke tegenzin.” Een nieuwe motie van wantrouwen haalde donderdag wederom geen meerderheid.

Kamer opnieuw geïrriteerd over nieuwe onthullingen via media

Dit keer is de directe aanleiding voor het debat de erkenning van de defensieminister dat zij de Kamer onvolledig heeft geïnformeerd. Waar niet alleen zij, maar ook premier Mark Rutte, herhaaldelijk volhielden dat er niet over zeventig burgerdoden gesproken kon worden, schreef Bijleveld in maart aan de Kamer dat de Amerikanen in de statistieken wel degelijk zijn uitgegaan van dat aantal slachtoffers als gevolg van de Nederlandse luchtaanval.

Een maand na publicatie van de Kamerbrief kwamen NOS en NRC met opnieuw onthullingen over Hawija. De twee media wisten eerder aan het licht te brengen dat er, anders dan het kabinet de Kamer had voorgehouden, wel degelijk bekend was dat er mogelijk burgerslachtoffers waren gevallen. Dit keer meldden zij dat dat de Amerikanen op voorhand al wisten dat een bombardement op de IS-bommenfabriek grote risico’s met zich meebracht.

Het gaat hier om informatie die de Kamer graag had willen ontvangen, maar – tot de verbazing van alle fracties – via de media heeft moeten verkrijgen. “De Kamer lijkt afhankelijk te zijn van onthullingen via de media”, ziet Salima Belhaj (D66). Dat is in strijd met het grondwettelijk recht van de Kamer op informatie.”

Thierry Baudet (FVD): “De Kamer wordt al vijf jaar voorgelogen. Hoe kunnen wij ons werk goed doen als we niet kunnen vertrouwen dat we goed geïnformeerd worden?” Ondanks de harde woorden steunde hij de motie van wantrouwen niet, net als VVD, CDA, D66, CU, SGP en Groep Van Haga.

Amerikanen wilden informatie niet openbaar maken

Volgens minister Bijleveld kon zij de informatie niet met de Kamer delen, omdat de Amerikanen daar geen toestemming voor gaven. NOS en NRC hebben er wel de hand op weten te leggen door gebruik te maken van een Amerikaanse wob-procedure. “Ik vind het ook waardeloos dat journalisten meer informatie krijgen van wij”, zei Bijleveld. Ook na verschillende verzoeken bleven de Amerikanen erbij dat de informatie geclassificeerd moest blijven.

Ongemak over de manier waarop de Verenigde Staten als bondgenoot op deze wijze omgaat met verzoeken van het Nederlands parlement wordt Kamerbreed gevoeld. Ook VVD, CDA, D66 en CU zijn hier geïrriteerd over. De belofte dat dit in de toekomst beter moet, is voor de coalitie voldoende om het vertrouwen te behouden.

Kamer blijft zoeken naar antwoorden

Maar of dit ook het laatste Hawijadebat zal zijn, is de vraag. Zo zijn er nog vragen de of Nederlandse red card holder, de hoogste militair die groen licht moet geven voor een bombardement, wist van de waarschuwingen van de Amerikanen.

Ook zijn er berichten dat een andere bondgenoot een aanval op Hawija heeft geweigerd. SP en PvdA willen weten welk land dat is en willen weten wat de redenen zijn geweest voor dat land om af te zien van een luchtaanval, maar daar is Bijleveld niet toe bereid.

Voor SP’er Karabulut is het laatste woord over Hawija nog niet gezegd. Zij wil ook openheid over de 2.098 overige Nederlandse luchtaanvallen. “Hoeveel burgerslachtoffers zijn daar gevallen?”

Lees meer overPolitiek 

Minister Bijleveld slaat zich ook door vierde debat over Hawija

NOS 14.05.2020 Minister Bijleveld begrijpt dat de Tweede Kamer “gevoelens van ergernis en onbegrip” heeft over de communicatie over het bombardement op Hawija. “U en ik zitten in hetzelfde schuitje”, zei de Defensie-minister in het vierde debat over de kwestie-Hawija.

Bijleveld stelde dat zij het ook “moet doen” met de gegevens die er zijn. “Ik heb steeds de informatie gegeven, ook als die later gecorrigeerd werd. Ik geef u antwoorden, ook als het mij niet uitkomt.”

In de Iraakse stad Hawija kwamen in 2015 naar schatting zeventig burgers om bij een Nederlandse luchtaanval op een bommenfabriek van IS. Dat kwam vorig jaar aan het licht na onderzoek van NOS en NRC.

‘Nevenschade’

De Tweede Kamer vindt dat Bijleveld de afgelopen maanden onvoldoende haar best heeft gedaan om informatie boven tafel te krijgen als de Kamer daarom vroeg. Ze had meer moeten aandringen bij de VS, dat de leiding had in Irak, vindt een aantal partijen. De minister reageerde dat ze het ook “een vreemde gang van zaken” vindt dat zij informatie niet heeft gekregen van de Amerikanen en journalisten wel.

Die nieuwe informatie, onder meer over de inlichtingen die hebben geleid tot uiteindelijk goedkeuring van het bombardement, kwam recent naar boven nadat NOS en NRC documenten in de VS hadden opgevraagd. Daarin staat onder meer dat er al rekening werd gehouden met “nevenschade”, ook al bleek uit berekeningen dat er geen burgerdoden zouden vallen.

Motie van wantrouwen

Aan het eind van het debat diende Karabulut van de SP een motie van wantrouwen in tegen de minister, omdat ze “niet open en eerlijk” is geweest. Die motie werd gesteund door de oppositiepartijen PVV, PvdA, 50Plus, GroenLinks, Denk, Partij voor de Dieren en de groep Krol/Van Kooten-Arissen, maar haalde het niet.

Coalitiepartij D66 was bij monde van Kamerlid Belhaj in het debat ook kritisch op de CDA-minister, maar ondertekende de motie niet. Belhaj vroeg wel om een onderzoek van de Onderzoeksraad voor Veiligheid naar het bombardement. “Conclusies kan ik pas trekken als ik alles weet.” Overigens mag de OVV geen onderzoek doen naar een optreden van de krijgsmacht.

Bijleveld benadrukte dat Nederland niet de afzonderlijke inlichtingen van Amerikanen inziet, “maar alleen de uitkomst van die inlichtingen”. Die uitkomst was dat er geen risico was op burgerdoden bij het bombardement op Hawija, zei de minister. “Er zouden, met maatregelen zoals specifieke munitie en ’s nachts vliegen, geen burgerslachtoffers vallen.”

Hawija

Nederlandse F-16-piloten gooiden in 2015 meerdere bommen op een IS-bommenfabriek in Hawija, waarbij zeker zeventig burgers om het leven kwamen en ruim 400 gebouwen werden beschadigd of verwoest. Zij handelden op basis van informatie van de VS.

De CIA meldde al een week voor het bombardement dat er nevenschade zou kunnen ontstaan “omdat er een woonwijk vlakbij ligt”. Het aantal burgerslachtoffers werd vlak van tevoren toch ingeschat op 0, waarna groen licht werd gegeven.

“Tragischerwijs” lag er meer explosief materiaal in het IS-bommenfabriek, zei Bijleveld. Met de kennis van nu was het doel afgekeurd, maar op dat moment is het goedkeuren goed gegaan, benadrukte ze.

Tegen het eind van het debat kwam Kamerlid Van Kooten-Arissen, die sinds kort met Krol een groep vormt, nog terug op de informatievoorziening. Ze wees erop dat een Nederlands defensierapport eerder naar de Kamer had kunnen worden gestuurd. “Maar het werd pas na een Wob-verzoek vrijgegeven.” Na wat geharrewar gaf Bijleveld uiteindelijk toe dat het eerder openbaar had kunnen worden gemaakt.

Tijdens de missie in Irak van 2014 tot en met 2018 is Defensie “terughoudend” geweest met de informatie aan de Kamer. “In de toekomst gaan we dat anders doen”, beloofde Bijleveld. Ze wil ook afspraken met bondgenoten maken over het delen van informatie bij toekomstige missies.

BEKIJK OOK;

Bijleveld met hakken over de sloot in Irak-debat

Telegraaf 14.05.2020 Opnieuw ontsnapt minister Bijleveld (Defensie) met de hakken over de sloot aan een motie van wantrouwen om de informatievoorziening over de luchtaanval in de Iraakse stad Hawija. Daarbij vielen zo’n zeventig slachtoffers, waaronder tientallen burgers.

Een motie van wantrouwen van de SP krijgt steun van de oppositie, afgezien van de SGP, Forum voor Democratie en voormalig VVD’er Van Haga.

Tijdens de missie in Irak die duurde van 2014 tot en met 2018 is Bijlevelds ministerie ’terughoudend’ geweest met de informatie aan de Kamer. „In de toekomst gaan we dat anders doen”, beloofde ze. De CDA-bewindsvrouw wil ook afspraken met bondgenoten maken over het delen van informatie bij toekomstige missies. „Wij willen hetzelfde”, zei ze tot de Kamer: „Meer transparantie.”

De Kamer werd door het ministerie verkeerd geïnformeerd over de aanval van juni 2015, zo gaf Bijleveld vorig jaar toe. Haar voorganger Hennis had jarenlang tegenover de Kamer volgehouden dat door Nederlands toedoen geen burgerslachtoffers waren gevallen in Irak.

Bijleveld is als zittend minister politiek verantwoordelijk voor de desinformatie, reden waarom bijna de voltallige oppositie in de Kamer tijdens een eerder debat het vertrouwen in Bijleveld had opgezegd. De weinig deemoedige houding die de bewindsvrouw daarbij aanvankelijk aannam, speelde daarbij ook een rol.

Die houding is inmiddels veranderd. „Ik begrijp heel goed dat het frustrerend is als journalisten eerder informatie naar boven krijgt dan Defensie”, zo bleef ze maar benadrukken. „Dat komt gek over. Dat vind ik zelf ook.” Alleen, zo hield GL-Kamerlid Van Ojik haar voor: „U bent de minister, u gaat hierover.”

Opmerkelijk

Het irriteert Kamerleden dat de minister ondanks een verzoek bij haar Amerikaanse collega onderzoeksrapporten over de aanval niet mocht delen met de Kamer, terwijl NOS en NRC die wel los kregen na een Amerikaanse Wob-procedure. „Dat moet anders”, zei de minister in inmiddels het vierde debat over de kwestie. Bijleveld leek desondanks de stof nog altijd niet helemaal in de vingers te hebben, getuige de vele haperingen als ze eens niet van papier las.

Ze vond het zelf ook ’opmerkelijk’ dat ze de informatie niet mocht delen. Tegelijkertijd was dat heel normaal, zo redeneerde ze, want de informatie was immers ’Amerikaanse geclassificeerd’, dus geheim. „Wij zouden het ook niet leuk vinden als Trump geclassificeerde informatie van Nederland zou openbaren.”

Boezem

D66-Kamerlid Belhaj, aanvankelijk zeer kritisch, is blij dat de minister ’de hand in eigen boezem steekt’. Ze zou wel willen dat Bijleveld erkent dat er in 2015 onverantwoorde aannames werden gedaan over burgerslachtoffers, omdat niet bekend was hoeveel explosieven in de fabriek lagen. „Dat zouden we nooit meer op die manier moeten doen.”

Ook stoort het Belhaj dat Bijleveld zegt dat alle procedures zorgvuldig zijn doorlopen omdat zij geen inzage heeft in de inlichtingen waar de Amerikanen zich op baseerden. Volgens die Amerikaanse inlichtingen waren er gerede twijfels over het voorkomen van burgerslachtoffers op het bommenfabriekje van Islamitische Staat, aangezien die middenin een woonwijk stond. De Nederlandse kolonel die als red card holder groen licht gaf voor het bombardement, had die informatie echter niet tot zijn beschikking.

Bij de aanval in de nacht van 2 op 3 juni 2015 op de bommenloods van IS bleken er veel meer explosieven opgeslagen dan verwacht. De ’secondaire explosies’ beschadigde tientallen gebouwen eromheen en zorgde voor tientallen burgerslachtoffers.

’Niet geloofwaardig’

De felste kritiek aan het adres van Bijleveld, kwam van de SP. Kamerlid Karabulut vindt Bijleveld niet langer geloofwaardig als minister en dient een motie van wantrouwen in. Die krijgt steun van PVV, GroenLinks, 50Plus en afscheiders, Denk en Dierenpartij.

BEKIJK OOK:

Bijleveld opnieuw in de problemen

BEKIJK OOK:

’Amerikanen waarschuwden voor burgerslachtoffers bij aanval Hawija’

BEKIJK OOK:

Woede om kwalificatie ’moordenaars’ voor militairen

BEKIJK MEER VAN; gewapend conflict defensie Ank Bijleveld Tweede Kamer der Staten-Generaal

Minister Bijleveld overleeft vierde debat over bombardement Irak

RTL 14.05.2020 Ondanks felle kritiek en weer een motie van wantrouwen, kan Ank Bijleveld aanblijven als minister van Defensie. Voor de vierde keer overleeft ze een pittig debat over het gevoelige Hawija-dossier. “Deze minister is niet open een eerlijk”, klonk de kritiek. Bijleveld moest erkennen: “Er heerst onbegrip en ergernis in de Kamer. Ik begrijp die gevoelens.”

En weer moest Ank Bijleveld zich in een urenlang debat verantwoorden over de bomaanval door Nederlandse straaljagers op de Iraakse stad Hawija. Het was het eerste debat sinds weken dat niet over de coronacrisis ging.

Vijf jaar geleden bombardeerde Nederland een bommenfabriek van IS in de stad Hwaija. Er vielen veel slachtoffers, ook burgerdoden. Het blijkt uiteindelijk door onderzoek van verschillende media om zo’n 70 burgerdoden te gaan.

Onvoldoende haar best gedaan

Uit informatie die de VS vrijgaf aan journalisten, bleek de Amerikanen vooraf waarschuwden voor de burgerdoden. De Tweede Kamer had al een aantal keren gevraagd voor die informatie en vindt dat Bijleveld onvoldoende haar best heeft gedaan om de informatie boven tafel te krijgen.

Dat leverde de minister opnieuw een motie van wantrouwen op, maar een krappe meerderheid houdt voldoende vertrouwen in de minister.

Volgens indiener Sadet Karabulut (SP)  is de minister ‘niet open en eerlijk’. Bijleveld overleefde ook nu net weer die motie van wantrouwen, maar ze moest wel diep door het stof. “In de toekomst gaan we dat anders doen”, beloofde ze.

Lees ook:

Het mysterie van de 70 burgerslachtoffers in Irak: wat wist premier Rutte?

Verbaasd 

Kamerleden zijn onder meer verbaasd dat de minister onderzoeksrapporten over de aanval niet mocht delen van de Amerikanen, terwijl NOS en NRC die wel kregen na een Amerikaanse Wob-procedure. Bijleveld heeft naar eigen zeggen haar Amerikaanse collega gevraagd de rapporten aan de Kamer te mogen geven, maar kreeg nul op het rekest.

Kamerleden vonden dat ze harder met haar vuist op de tafel moet slaan. “Dat moet anders”, gaf de minister in het vierde debat over de kwestie toe. Ze benadrukte dat ze niet het beleid ‘waardeloos vindt’, maar de communicatie. Bijleveld beloofde dan ook beterschap.

Een Nederlandse F16 boven Afghanistan. © ANP

‘Bombardement niet goedkeuren’

Bijleveld moest regelmatig het antwoord op vragen schuldig blijven. Ze vaart tijdens het debat, dat een dag lang duurde, veel op geschreven tekst. Bij sommige improvisaties haperde ze.

Salima Belhaj van coalitiepartner D66 is blij dat de minister ‘de hand in eigen boezem steekt’. Ze zou wel willen dat Bijleveld erkent dat er in 2015 onverantwoorde aannames werden gedaan over burgerslachtoffers, omdat niet bekend was hoeveel explosieven in de fabriek lagen.  “Dat zouden we nooit meer op die manier moeten doen.”

Kamerlid Bram van Ojik (GroenLinks) wil weten of het bombardement achteraf toch niet goedgekeurd had mogen worden. De minister erkende dat met de informatie achteraf er nooit gebombardeerd had moeten worden. “Als we hadden geweten dat er zoveel bommen lagen, dan hadden we dit doel niet geaccepteerd.”

Felste kritiek 

De felste kritiek aan het adres van Bijleveld, kwam uit de hoek van de SP die ook de motie van wantrouwen indiende. “Deze minister, het kabinet, het ministerie van Defensie, is niet open en eerlijk en al helemaal niet transparant”, stelde Karabulut.

Minister Bijleveld zegt verder dat er een cultuurverandering bij Defensie in gang is gezet. “Er is wel degelijk in de afgelopen maanden veel door mij gedaan.” Naar een vergoeding voor nabestaanden wordt door een speciale werkgroep naar gekeken. Bijleveld hoopt dat het snel geregeld wordt voor de slachtoffers van Hawija.

Gezien de vele vragen van Kamerleden om nog nader onderzoek te doen, mogelijk door de Onderzoeksraad voor de Veiligheid, zal dit waarschijnlijk nog  niet het laatste debat rondom dit gevoelige dossier zijn.

Hoe zat het rond het bombardement op Hawija?

Vanaf oktober 2014 tot juli 2016 neemt Nederland voor het eerst deel aan een F16-missie boven Irak en Syrië. Na publicaties van NRC en NOS blijkt dat Nederland verantwoordelijk is voor een bombardement op een bommenfabriek van IS in Hawija, Irak. Zeventig burgers zouden om het leven zijn gekomen.

Zowel Defensie als het Openbaar Ministerie hebben het bombardement onderzocht. Volgens Defensie zijn alle procedures gevolgd. Het OM vindt geen strafbare feiten.

De toenmalige minister van Defensie, Jeanine Hennis, weet al in 2015 over de burgerdoden, maar geeft foute informatie aan de Tweede Kamer. Op 23 juni 2015 zegt ze dat er geen sprake is geweest van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers door luchtaanvallen in Irak.

Lees ook:

Minister Bijleveld maakt excuses voor fout informeren dodelijke aanval Irak

RTL Nieuws; Ank Bijleveld

Bijleveld doorstaat weer motie van wantrouwen na begrip voor ‘ergernis’ over Hawija

AD 14.05.2020 Ook na een vierde, moeizaam Kamerdebat over de Nederlandse aanval in Hawija, waarbij ongeveer zeventig burgerdoden vielen, kan minister Ank Bijleveld van Defensie aanblijven. Een motie van wantrouwen die de SP tegen haar indiende, kon niet op een meerderheid rekenen.

Bijleveld wist steun te houden van de regeringspartijen (inclusief kritische coalitiegenoot D66) en oppositiepartijen SGP, Forum voor Democratie en eenmansfractie Wybren van Haga. Dat deed ze door begrip te tonen voor het ‘onbegrip’ en de ‘ergernis’ van de Tweede Kamer over de rammelende informatie-voorziening aan het parlement.

,,Ik begrijp heel goed dat het frustrerend is als journalisten eerder informatie naar boven krijgen dan Defensie. Dat ben ik helemaal eens met uw Kamer. Eigenlijk willen we allemaal hetzelfde, meer transparantie.” Dat Bijleveld de hand in eigen boezem stak, wilde D66-Kamerlid Salima Belhaj markeren als ‘een belangrijk moment’. Daarmee werd ook duidelijk dat D66 Bijleveld niet het vuur na aan de schenen zou leggen.

Ook beloofde de CDA-bewindsvrouw beterschap rond het delen van informatie over mogelijke burgerslachtoffers. ,,De Kamer zal nooit meer zo lang hoeven wachten op informatie.” Ze erkende dat haar ministerie in de periode dat Nederlandse F-16’s meevochten in de strijd tegen terreurorganisatie Islamitische Staat (IS) in Irak (van 2014 tot 2018) ‘heel terughoudend’ was geweest met het delen van informatie. Dat gaat in de toekomst anders. Wel zei ze een balans te moeten vinden. ,,Transparantie moet er niet toe leiden dat we de vijand wijzer maken.”

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Balen van communicatie

Bijleveld zei ‘te balen’ van de manier van communiceren en hoe zij regelmatig informatie die aan de Kamer was gestuurd moest corrigeren. Bijvoorbeeld omdat de burgerdoden die tijdens een Nederlands bombardement in het Iraakse Hawija waren gevallen wél door de Amerikanen bleken te worden meegeteld.

Of nadat de Amerikanen een geheim rapport toch openbaar hadden gemaakt nadat journalisten van NOS en NRC een beroep hadden gedaan op de Amerikaanse variant van de Wet openbaarheid van bestuur.

Maar het verwijt van SP-Kamerlid Sadet Karabulut dat de minister ‘wederom de indruk wekt’ dat zij de waarheid niet wil vertellen, schoot Bijleveld in het verkeerde keelgat. ,,Ik geef alle informatie die ik kan delen, ook als het me niet goed uitkomt.” Die informatie stuurde ze altijd ‘onverwijld’, benadrukte ze. Die indruk deelden niet alle partijen in de Kamer.

Openheid

Het parlement blijft het minister Bijleveld verwijten dat informatie over de fatale Nederlandse aanval op het Iraakse Hawija niet, verkeerd of onvolledig naar de Kamer werd gestuurd. Eerder in het debat had D66’er Belhaj nog gezegd dat de minister ‘heel hard haar best moet doen om volstrekte openheid te geven’. Volgens haar is ‘dit het moment om alles te vertellen’. ,,Hoe lelijk het misschien ook is. We moeten het nú weten.”

De Kamer werd het afgelopen halfjaar keer op keer verrast met nieuwe informatie over het bombardement op een bommenfabriek, waarbij in juni 2015 waarschijnlijk zeventig burgerdoden vielen. Sindsdien voelt Belhaj zich ‘een detective’ die zelf de puzzel moet leggen, op basis van een door elkaar gehusselde doos met puzzelstukjes waarbij ook nog een deel van een andere puzzel is gestopt. ,,De boodschap aan de Kamer is: los het maar op.”

De boodschap aan de Kamer is: los het maar op, aldus Salima Belhaj (D66).

Transparantie

Ook de oppositie nam het Bijleveld kwalijk dat zij de Kamer ‘niet proactief informeert’ en dat Kamerleden belangrijke informatie uit de media moeten vernemen in plaats van uit Kamerbrieven. Onder andere SP, GroenLinks en PvdA willen weten wat de Defensieminister precies heeft gedaan om te zorgen dat er in de toekomst meer transparantie komt over eventuele burgerslachtoffers.

In eerdere debatten – vandaag moet Bijleveld zich voor de vierde keer in de Kamer verantwoorden over de aanval op Hawija – doorstond de CDA-bewindsvrouw al moties van wantrouwen over de kwestie, de laatste keer werd die motie gesteund door de gehele oppositie, met uitzondering van de SGP en eenmansfractie Wybren van Haga.

Die partijen toonden zich nu ook mild. SGP-Kamerlid Chris Stoffer stelde ‘niet de indruk te hebben dat de minister ons heeft gedesinformeerd’. Wel zette hij vragen bij de informatie-uitwisseling tussen de VS, die de strijd tegen IS in Irak leidde, en Nederland.

Onderzoeksrapport

De Amerikanen wilden niet dat Bijleveld het onderzoeksrapport dat na de aanval werd opgemaakt zou delen met de Kamer. Het was geheim, liet Bijlevelds ambtgenoot haar weten. Na een beroep op de Amerikaanse versie van de Wet openbaarheid van bestuur lukten het NOS en NRC wél om dat rapport openbaar te krijgen.

‘Onbestaanbaar’, oordeelde de Kamer, die zich afvraagt of Bijleveld wel ‘met haar vuist op tafel heeft geslagen’ om het Amerikaanse stuk alsnog te krijgen.

Dat had ze wel degelijk gedaan, bezweerde Bijleveld. ,,Een deel van de Kamer verkeert blijkbaar in de veronderstelling dat ik niet zelf met de Amerikaanse minister van defensie heb gesproken”, zei Bijleveld over het geheime VS-rapport. ,,Dat is wel zo. Op twee momenten. In persoon. Ik heb dus zeker met mijn vuist op tafel geslagen.”

Volgens CDA-Kamerlid Martijn van Helvert heeft zijn partijgenoot ‘genoeg gedaan’ om het stuk boven tafel te krijgen. ,,Het is niet aan de minister om eenzijdig een vertrouwelijk Amerikaans rapport openbaar te maken.” Wel wil hij dat afspraken met de VS ‘in een volgend conflict’ beter worden vastgelegd.

Uit het stuk bleek dat de Amerikanen aanvankelijk grote risico’s voorzagen bij de aanval en dat er mogelijk burgerdoden zouden vallen. Daarop werd het aanvalsplan aangepast: er werd precisiemunitie gebruikt en de aanval vond ’s nachts plaats.

Maar de eerdere aarzelingen van de Amerikanen waren niet bekend bij de Nederlandse militair die het groene licht voor de aanval moest geven. Ook wist deze zogenoemde red card holder niets van CIA-inlichtingen die wezen op mogelijke burgerslachtoffers.

Zorgvuldig

Volgens VVD-Kamerlid André Bosman is de procedure echter wel zorgvuldig geweest, zoals ook topmilitairen gisteren tijdens een technische briefing volhielden, ook al werd de gevolgde procedure een aantal maanden na de aanval aangepast om herhaling te voorkomen. ,,Dat men niet exact wist hoeveel springstof er in een fabriek lag, is niemand aan te rekenen.”

Volgens ChristenUnie-Kamerlid Joël Voordewind is het proces juist onzorgvuldig verlopen omdat er zoveel slachtoffers zijn gevallen. ,,Er is iets vreselijk misgegaan.”

Minister Ank Bijleveld van Defensie (CDA) tijdens het Tweede Kamerdebat over de burgerslachtoffers die vielen in Hawija. © ANP/Bart Maat

Bombardement op Hawija blijft Bijleveld achtervolgen

AD 14.05.2020 Voor de vierde keer moet minister Ank Bijleveld van Defensie zich vandaag in de Kamer verantwoorden over de misgelopen Nederlandse aanval op Hawija. En weer moet ze vechten voor haar politieke hachje.

Wat gebeurde er in Hawija?
In de nacht van 2 op 3 juni 2015 voerde een Nederlandse F-16 een missie uit in de strijd tegen IS in Irak en Syrië. Nederland was één van de landen die in een coalitie geleid door de Amerikanen luchtaanvallen uitvoerde in Irak.

Doelwit was een bommenfabriek in het Iraakse Hawija. Daar bleken echter veel meer explosieven opgeslagen te liggen dan werd verwacht, waardoor de explosie veel groter was. Naar schatting zijn daarbij zeventig burgerslachtoffers gevallen. Dat Nederland bij de misgelopen aanval was betrokken, erkende het ministerie van Defensie pas ruim vier jaar later, in november 2019.

Lees ook

Spanning in coalitie: iedereen wijst naar iedereen in Irakdossier

Lees meer

Iraaks slachtoffer Nederlandse bommen wacht nog steeds op ‘sorry’ van de minister

Lees meer

Minister Ank Bijleveld (Defensie ) tijdens een eerder debat over het bombardement op Hawija. Ze overleefde al twee moties van wantrouwen.

Minister Ank Bijleveld (Defensie ) tijdens een eerder debat over het bombardement op Hawija. Ze overleefde al twee moties van wantrouwen. © ANP

Wanneer wist het kabinet hiervan en waarom werd de Tweede Kamer niet ingelicht?
De Kamer kon zich niet voorstellen dat bij Defensie pas in het najaar van 2019 het besef was doorgedrongen dat er zoveel doden waren gevallen. De F-16-vlieger moest de ravage toch hebben gezien?

Toch bleef Bijlevelds voorganger, VVD’er Jeanine Hennis, in de jaren na de aanval tegen de Kamer zeggen dat er ‘voor zover bekend’ geen burgerslachtoffers waren gevallen. Daarmee, stelde Bijleveld, had zij de Kamer verkeerd geïnformeerd. Die erkenning leverde Bijleveld in november een zwaar debat op waarin zij, politiek verantwoordelijk voor de fout van haar voorganger, stuntelend een motie van wantrouwen overleefde.

Later bleek Hennis destijds wel geïnformeerd te zijn over de grote schade bij de aanval, maar dat ‘nader onderzoek’ moest vaststellen óf er doden waren gevallen. Ook zou zij premier Mark Rutte hebben geïnformeerd. Die zei daar ‘geen herinnering’ aan te hebben. Er volgde een tweede debat en een tweede (verworpen) motie van wantrouwen. Maar daarmee was de kous nog niet af.

Het Amerikaanse eindrapport leek eerst kwijt en bleek vervolgens nooit te zijn opgemaakt. Maar Amerikaanse defensiewoordvoerders meldden aan Nederlandse media dat er wel degelijk een eindrapport was. In een derde Kamerdebat zei Bijleveld dat Defensie alleen een voorlopig rapport en een aanvullend rapport kreeg. Waarom er geen derde rapport kwam met het stempel ‘closure’, is nog altijd onbekend.

Jeanine Hennis hield vol dat er ‘voor zover bekend’ geen burgerslachtoffers waren gevallen.

Jeanine Hennis hield vol dat er ‘voor zover bekend’ geen burgerslachtoffers waren gevallen. © ANP

Wisten de Amerikanen van de zeventig doden?
Dat is één van de punten waar de Kamer opheldering over wil. Bijleveld blijft zeggen dat het ‘tot op de dag van vandaag nog altijd niet zeker is hoeveel burgerslachtoffers er precies te betreuren zijn in Hawija’. Ook ontkende ze keer op keer dat de Amerikanen de zeventig slachtoffers meetelden in hun statistieken. Maar in maart moest Bijleveld daarvan terugkomen.

De doden werden wel degelijk meegeteld in de Amerikaanse rapportages over burgerslachtoffers die vielen in de strijd tegen IS, lieten de Amerikanen haar weten, alleen gebeurde dat door een administratieve fout pas sinds december 2019. Pijnlijk genoeg werd het nieuwe staatje – met een opmerkelijke piek tussen juni en juni 2015 – nog tijdens het derde Kamerdebat openbaar. Tegen Bijleveld hadden de Amerikanen gezegd ‘alleen bevestigde doden’ mee te tellen.

Is dat het enige waardoor Bijleveld in verlegenheid werd gebracht?
Nee. Zo vroeg de Kamer meermaals om het rapport dat de Amerikanen hadden opgemaakt van de Nederlandse aanval. Bijleveld weigerde dat te geven. Het was geheim, stelde haar Amerikaanse ambtsgenoot, dus ze kon het niet met het parlement delen – ook niet vertrouwelijk.

Maar wat Bijleveld niet lukte, lukte de NOS en NRC in de Amerikaanse rechtszaal wel. Met een beroep op de Amerikaanse versie van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) werd dat onderzoek alsnog openbaar. Daarop stuurde Bijleveld het rapport schielijk alsnog naar de Kamer.

Videostill van het persbureau van IS.

Wat bleek uit dat geheime rapport?
Dat de Amerikanen aanvankelijk grote risico’s zagen bij de aanval. Er zouden burgerslachtoffers kunnen vallen omdat er woongebieden in de buurt lagen van de fabriek, zo lieten ook informanten van de Amerikaanse geheime dienst CIA weten.

Daarop pasten de Amerikanen hun aanvalsplan aan: het bombardement moest ’s nachts plaatsvinden en met meerdere kleine precisiebommen. Op basis van die informatie keurde de Nederlandse commandant de aanval goed. Hij wist niets van de aanvankelijke risico’s. Nederland werd, net als de andere bombarderende landen, niet betrokken bij het deel van het proces waarmee de Amerikanen bepaalden welke doelen er in de strijd tegen IS werden bestookt.

Hoe spannend wordt dit debat?
De Tweede Kamer heeft de messen geslepen. De Tweede Kamer is het zat dat er telkens nieuwe informatie opduikt. ,,Ik ben er klaar mee dat ik steeds door de media geïnformeerd word en niet door de minister’’, zegt Kamerlid Salima Belhaj van regeringspartij D66.

,,Het is irritant. De vraag moet beantwoord worden of wel het maximale is gedaan om slachtoffers te voorkomen.’’ VVD’er André Bosman zegt niet te snappen dat informatie die al bekend leek op het departement, toch niet aan de Kamer werd gegeven.

De oppositie ruikt bloed. ,,Dit is het eerste debat sinds twee maanden dat niet over corona gaat. Dan is er dus wat aan de hand,’’ zegt PvdA-Kamerlid John Kerstens. ,,Dit gaat over de geloofwaardigheid van de minister. Opnieuw. Gek dat de minister zegt dat de VS geen informatie geeft die journalisten wel boven tafel krijgen. Het is lastig vast te stellen of sprake is van welbewuste strategie of van een aaneenschakeling van blunders. Allebei is even erg.’’

Tweede Kamer opnieuw kritisch over optreden minister in Hawija-dossier

NOS 14.05.2020 De Tweede Kamer is opnieuw kritisch over het optreden van minister Bijleveld in het dossier over Hawija, de Iraakse stad waar naar schatting zeventig burgerdoden vielen bij een Nederlandse luchtaanval op een bommenfabriek van IS.

De Kamer vindt dat Bijleveld onvoldoende haar best heeft gedaan om de informatie, waar verschillende Kamerleden om hadden gevraagd, boven tafel te krijgen. Zij wilden onder meer weten hoe tot het bombardement is besloten en of meteen duidelijk was dat er burgerslachtoffers waren gevallen.

Het debat is hier te volgen via NPO Politiek.

Bijleveld heeft informatieverzoeken gedaan, maar mocht van de Amerikanen geen rapporten en documenten aan het parlement geven. Een deel van de Kamerleden vindt dat de minister toen harder met haar vuist op tafel had moeten slaan.

Detective

De informatie kwam namelijk wel naar boven toen NOS en NRC de documenten in de VS hadden opgevraagd. D66-Kamerlid Belhaj: “De Kamer moet steeds als een soort detective optreden om feiten boven tafel te krijgen. Om vervolgens weer allemaal nieuwe feiten in de krant te lezen.”

Die nieuwe feiten waren dat de CIA vooraf had gewaarschuwd dat er burgerdoden zouden kunnen vallen. Een Amerikaanse luchtmachtcommandant die betrokken was bij het Nederlandse bombardement op Hawija had bovendien bedenkingen bij die aanval, en hield rekening met burgerdoden.

Hawija

Nederlandse F16-piloten gooiden in 2015 meerdere bommen op een IS-bommenfabriek in Hawija, waarbij zeker 70 burgers om het leven kwamen en ruim 400 gebouwen werden beschadigd of verwoest. Zij handelden op basis van informatie van de VS.

De CIA meldde al een week voor het bombardement dat er nevenschade zou kunnen ontstaan “omdat er een woonwijk vlakbij ligt”. Het aantal burgerslachtoffers werd vlak van tevoren toch ingeschat op 0, waarna groen licht werd gegeven.

GroenLinks vindt dat de minister zich heeft laten afschepen door een politiek gezien lagere Amerikaanse functionaris. Zij kreeg een afwijzing op haar vragen van een plaatsvervangend onderminister. Kamerlid Van Ojik: “Dat is een diplomatieke oorvijg. De minister heeft niet eens antwoord geëist van haar ambtgenoot.”

Regeringspartijen VVD en CDA vinden dat er geleerd moet worden van wat er fout is gegaan. Bijvoorbeeld door betere afspraken te maken met de Amerikaanse defensie-organisatie in gevallen dat Nederland daar weer mee gaat samenwerken.

Wantrouwen

Ook dit keer kan de minister een motie van wantrouwen verwachten. Dat gebeurde bij een eerder debat vorig jaar ook. Toen stemden de oppositiepartijen, behalve SGP en het Kamerlid Van Haga, voor. De motie haalde geen meerderheid.

Het is nog niet duidelijk hoe dat vandaag zal gaan. Dat hangt voor doorslaggevende partijen zoals D66 en ChristenUnie af van de antwoorden die de minister later vandaag gaat geven.

BEKIJK OOK;

Ank Bijleveld, minister van Defensie tijdens een eerder debat in de Tweede Kamer over de 70 burgerdoden in Irak. Bij een aanval van Nederlandse F-16’s op Hawija in juni 2015 vielen tientallen doden. © ANP

Defensie houdt vol: genoeg informatie om te besluiten tot aanval Hawija

AD 13.05.2020 De Nederlandse militair die goedkeuring moest geven aan de Nederlandse F-16-aanval op de Iraakse stad Hawija had ‘genoeg informatie om de afweging te maken’. Ook functioneerde het proces dat voorafgaand aan het bombardement werd doorlopen ‘voor een groot deel goed’.

Er wás geen andere informatie over wat er in Hawija was opgeslagen, aldus Onno Eichelsheim, plaatsvervangend commandant der strijdkrachten.

Dat zei plaatsvervangend commandant der strijdkrachten Onno Eichelsheim vanmiddag tijdens een briefing in de Tweede Kamer. Bij het Nederlandse bombardement kwamen in de nacht van 2 op 3 juni 2015 waarschijnlijk zeventig burgers om te leven.

De bommenfabriek die werd aangevallen, bevatte meer explosieven dan vooraf werd gedacht. Daarom bleef de schade niet beperkt tot de gebouwen op het industrieterrein, zoals vooraf werd ingeschat, maar werd ook een nabijgelegen woonwijk in puin gelegd.

Dat kwam als een verrassing, stelde luitenant-generaal Eichelsheim. ,,Er wás geen andere informatie over wat er in Hawija was opgeslagen.”

Lees ook;

Lees meer

CIA

De Amerikanen hadden in een eerdere inschatting van het doelwit burgerslachtoffers wél voorzien, onder andere op basis van inlichtingen van geheime dienst CIA. Om het risico daarop in te perken werd andere munitie gebruikt en vond de aanval ’s nachts plaats.

De Nederlandse militair die het groene licht voor de aanval moest geven, wist niets van die Amerikaanse informatie. ,,Nederland was niet betrokken bij het eerste deel van het doelontwikkelingsproces”, aldus Eichelsheim.

Dat kan volgens hem ook niet altijd, omdat niet alle landen dezelfde positie hebben als het om lichtingen gaat en dus ook niet altijd inzage hebben in dezelfde inlichtingen. Toch kon deze zogeheten red card holder een goede afweging maken op basis van de informatie die hij had, stelt de topmilitair.

‘Geen exacte wetenschap’

Kolonel-vlieger Peter Tankink benadrukte dat het doelproces ‘geen exacte wetenschap’ is. ,,Het houdt geen rekening met wapenfouten, verplaatsingen en secundaire explosies.” Juist die secundaire explosie zorgde in Hawija voor een groot aantal slachtoffers. Volgens Tankink vielen de secundaire explosies ‘op basis van eerdere aanvallen’ op dertien soortgelijke explosievenfabrieken juist mee.

Volgens Eichelsheim verloopt het proces ‘heel secuur en minutieus en kan het ‘weken, soms wel maanden duren’, maar is dat geen garantie dat ‘het altijd goed gaat’. ,,Het is een nachtmerrie als je achteraf moet constateren dat er burgerslachtoffers zijn gevallen.”

De Amerikanen pasten in september 2015 het proces waarbij doelen bepaald worden aan. Volgens Eichelsheim was dat de belangrijkste les van Hawija. Bij een aanval op zo’n fabriek ‘in bewoond gebied moet je nog nauwkeuriger beoordelen wat je kunt verwachten’.

Bijleveld weer naar Hawijadebat: ‘Heeft minister met vuist op tafel geslagen?’

NU 13.05.2020 Voor de vierde keer moet minister Ank Bijleveld (Defensie) zich voor de Tweede Kamer verantwoorden voor de gebrekkige informatievoorziening over het Nederlands bombardement op de Iraakse stad Hawija. Donderdag in het debat moet Bijleveld uitleggen waarom de Kamer opnieuw geconfronteerd is met nieuwe informatie over de luchtaanval waarbij zeventig mensen om het leven kwamen.

“We debatteren niet alleen over wat Nederland had moeten weten voorafgaand aan het bombardement, maar ook over de informatiepositie van de Tweede Kamer”, zegt SP-Kamerlid Sadet Karabulut. “Ik heb het gevoel dat de Kamer telkens gepiepeld wordt.”

Aanleiding voor het debat is de Kamerbrief van eind maart waarin Bijleveld erkent de Kamer verkeerd te hebben geïnformeerd over het bombardement. Anders dan dat zij de Kamer eerder meldde, zijn de Amerikanen er wel degelijk van uitgegaan dat bij de Nederlandse aanval zeventig burgerdoden zijn gevallen.

‘Hoe krijgt media informatie wel, maar minister niet?’

In het Kamerdebat van december vorig jaar, waar de defensieminister ternauwernood een motie van wantrouwen doorstond, verzekerde Bijleveld de Kamer nog dat de burgerslachtoffers van Hawija niet zijn meegeteld in de statistieken van de Amerikanen. Navraag achteraf leerde dat de zeventig burgerslachtoffers wel degelijk zijn meegeteld.

Daar komt bij dat uit onderzoek van NRC Handelsblad en NOS is gebleken dat de Amerikanen op voorhand al wisten dat een bombardement op de IS-bommenfabriek grote risico’s met zich meebracht.

Uit informatie, die de twee media op grond van de Amerikaanse Freedom of Information Act (FOIA) boven tafel wisten te krijgen, blijkt dat een aanval op de fabriek tot de hoogste risicocategorie behoorde.

Deze informatie had de Kamer graag willen hebben. “Hoe kan het dat media dit wel boven tafel krijgen, maar het de minister niet lukt?” vraagt Karabulut zich af. Zij wil weten wat Bijleveld heeft gedaan om deze informatie los te krijgen bij de Amerikanen.

ChristenUnie vindt Amerikaans optreden ‘gênant’

Ook coalitiepartijen VVD, D66 en CU zijn geïrriteerd. André Bosman (VVD): “Welke druk heeft de minister gezet op het Pentagon?” D66’er Salima Belhaj: “Heeft de minister met haar vuist op tafel geslagen? Ze heeft beterschap beloofd, dus ik wil weten wat zij heeft gedaan om informatie waar de Kamer om vraagt te krijgen”. Bosman: “De Kamer moet wel goed geïnformeerd worden.”

ChristenUnie-Kamerlid Joel Voordewind noemt de manier waarop de Amerikanen die informatie wel aan media openbaren maar niet delen met het Nederlands parlement zelfs “gênant”.

In een technische briefing woensdag zei plaatsvervangend commandant der strijdkrachten Onno Eichelsheim dat de procedures en processen in aanloop naar het bombardement goed zijn verlopen. Eichelsheim lichtte toe dat de zogenoemde red card holder, de hoogste militair die namens Nederland groen licht geeft voor aanvallen, zich onder meer baseert op inlichtingen van het Amerikaanse CENTCOM en de coalitie vanuit Qatar.

Wat Voordewind betreft had de informatie over de risico’s gedeeld moeten worden. “Generaal Eichelsheim zei dat Nederland waarschijnlijk een ander besluit had genomen als duidelijk was wat de gevaren waren.” Ook met het oog op toekomstige missies waar Nederland aan deel kan nemen is het voor hem van belang dat Nederland als bondgenoot “beter en sneller” geïnformeerd wordt door de Amerikanen.

‘Als alles goed is gegaan, wat is er dan mis gegaan?’

Voor D66 is het van belang dat er meer duidelijkheid komt over wat er exact op welk moment fout is gegaan. “Om te kunnen leren”, zegt Behlaj. “Nu horen we dat alles netjes via de procedures is verlopen. Maar als alles goed is gegaan, wat is er dan misgegaan?”

Dat vindt ook Karabulut. “Dat het kabinet zegt dat ze niets wisten van burgerslachtoffers en het ook niet hadden kunnen weten, leg ik mij niet bij neer.”

Ze verwijst naar berichten dat een ander land uit de internationale coalitie had geweigerd om de aanval op Hawija uit te voeren. “Heeft de minister geprobeerd erachter te komen welk land dit is geweest en op basis van welke informatie heeft dat land besloten af te zien van een luchtaanval?”

‘Nieuwe motie van wantrouwen niet uitgesloten’

De SP’er sluit een nieuwe motie van wantrouwen niet uit. Aan haar oordeel over Bijleveld is sinds het debat van december niet veel veranderd. “Haar optreden deugt niet. De Kamer is herhaaldelijk verkeerd geïnformeerd. Ik vind haar niet meer geloofwaardig.”

Maar hoewel coalitiepartijen VVD, D66 en CU zich hardop afvragen of de CDA-minister wel hard genoeg achter de informatie is aangegaan, zal Bijleveld een nieuwe motie van wantrouwen waarschijnlijk wel overleven.

Voordewind: “De Kamer is verkeerd geïnformeerd met de informatie die zij op dat moment had. Na navraag is dat rechtgezet. Het probleem zit bij de informatievoorziening vanuit de Amerikanen.”

D66’er Belhaj: “Dit is moment waar ze alles moet vertellen dat relevant is. Dit is haar kans om ons volledig te informeren.”

Lees meer over: Politiek 

Bijleveld opnieuw in de problemen

Telegraaf 12.05.2020  Voor de vierde keer moet minister Bijleveld (Defensie) naar de Tweede Kamer komen om verantwoording af te leggen over de burgerdoden die vielen bij een bombardement van Nederlandse F-16’s in het Iraakse Hawija, in juni 2015. De CDA-bewindsvrouw kan er zeker niet gerust op zijn dat ze het debat doorstaat. Het wordt nu wel ’heel ingewikkeld’, zegt coalitiepartner D66.

Aanleiding voor het debat van donderdag zijn documenten die de Amerikaanse overheid heeft vrijgegeven na een beroep op de Amerikaanse versie van de Wet openbaarheid van bestuur door NOS en NRC. Daaruit blijkt dat bij de Amerikaanse geheime dienst CIA twijfels waren over de aanval.

De inschattingen van het risico op burgerslachtoffers was doorgegeven aan de militaire planning van de coalitie tegen Islamitische Staat. De Kamer vroeg meermaals om deze informatie, en Bijleveld heeft er ook om gevraagd bij haar Amerikaanse ambtsgenoot Esper, maar kreeg de informatie niet omdat die vertrouwelijk was.

„Gênant”, vindt CU-Kamerlid Voordewind. „De pers krijgt informatie boven tafel die Defensie niet boven tafel krijgt.” D66-Kamerlid Belhaj vraag zich af: „Heeft Defensie er dan op aangedrongen?” Belhaj vindt het ’irritant’ dat Defensie in het Hawija-dossier ’telkens brokjes informatie’ naar buiten brengt. „We willen gewoon weten hoe het zit. Het wordt zo wel heel ingewikkeld om onze controlerende taak uit te voeren.”

’Militair wist nergens van’

Volgens Defensie was de Nederlandse militair die er in juni 2015 mee instemde bombardement uit te voeren niet op de hoogte van de aarzelingen van de militaire planner. Deze zogeheten red card holder voor Nederlandse deelname kon die informatie dan ook niet betrekken bij zijn beslissing om de aanval al dan niet door te laten gaan, zo meldde Bijleveld de Kamer vorige week.

Wel werd het aanvalsplan aangepast met ’mitigerende maatregelen’, die overigens grotendeels ’operationeel vertrouwelijk’ zijn. Zo werd er ’s nachts gevlogen en werd de munitie aangepast.

Op basis van de inschatting van de nevenschade en de mogelijke impact van secundaire explosies ’was de verwachting’ dat er bij het Nederlandse F-16-bombardement ’geen burgerslachtoffers zouden vallen’. Op basis daarvan besliste de Nederlandse militair die belast was met het eindoordeel, de zogeheten red card holder, na overleg met een Nederlandse juridisch adviseur dat de aanval kon worden uitgevoerd.

„Hoe kan het dat de Amerikanen hebben gewaarschuwd voor burgerslachtoffers terwijl wij er niks van wisten?”, vraagt Voordewind zich af. „Terwijl wij nu wel alle claims krijgen.” Nabestaanden bereiden een schadeclaim voor tegen de Nederlandse staat.

Geloofwaardigheid minister

SP-Kamerlid Karabulut vindt dat de positie van Bijleveld, die bij eerdere debatten ternauwernood een motie van wantrouwen en van afkeuring overleefde, onhoudbaar is geworden. „Alle toezeggingen in eerdere debatten zijn niet waargemaakt. De belofte transparanter te zijn blijkt boterzacht nu de pers informatie openbaart die Defensie had moeten openbaren. Voor burgerslachtoffers is nog niks gedaan. Ziet Defensie het probleem? Nee.”

Het debat van donderdag gaat over ’de geloofwaardigheid van de minister’, zegt PvdA-Kamerlid Kerstens. „Opnieuw. Soms is lastig vast te stellen of er sprake is van welbewuste strategie om de Kamer het bos in te sturen of een aaneenschakeling van blunders. Het is allebei even erg.” Ook de SGP, belangrijk voor steun voor het aanblijven van de minister, is kritisch. „De communicatie tussen de VS en Nederland blijkt in elk geval rommelig.”

Bij de aanval in de nacht van 2 op 3 juni 2015 op een IS-fabriekje van autobommen bleek er veel meer munitie opgeslagen dan vooraf was voorzien. Door ’secundaire explosies’ werden ook honderden gebouwen in de aangrenzende woonwijk getroffen. Er vielen naar schatting zo’n zeventig slachtoffers, waaronder tientallen burgers.

Het optreden van de Nederlandse militairen en het doelwit van de aanslag in de Kamer niet betwist. IS had destijds grote delen van Irak en Syrië onder controle, moordde yezidi’s, christenen en niet-soennitische moslims uit en pleegden veelvuldig aanslagen met autobommen.

BEKIJK MEER VAN; gewapend conflict defensie Ank Bijleveld Hawija

Bijleveld donderdag voor de vierde keer naar Kamer over Hawija

NOS 08.05.2020 De Tweede Kamer vergadert volgende week plenair over het Nederlandse bombardement op de Iraakse plaats Hawija in 2015. Het is voor het eerst sinds het uitbreken van de coronacrisis dat er in de plenaire zaal over iets anders wordt gepraat dan de coronacrisis. Voor de vierde keer moet minister Bijleveld van Defensie zich verantwoorden over de kwestie.

Het debat werd in maart al aangevraagd naar aanleiding van publicaties van de NOS en NRC. Daarin stond dat voorafgaand aan het bombardement op de bommenfabriek van IS al rekening werd gehouden met “nevenschade”, ook al bleek uit de berekeningen dat er nul burgerdoden bij zouden vallen. In werkelijkheid kwamen 70 mensen om en werden 400 gebouwen verwoest of beschadigd. In de fabriek bleken veel meer bommen opgeslagen te liggen dan waar bij het opstellen van de berekeningen vanuit was gegaan.

Daar kwam in maart nog bij dat minister Bijleveld moest toegeven dat de Amerikanen al sinds 2017 de 70 burgerdoden meerekenden in hun statistieken. In december had Bijleveld nog het tegendeel beweerd. Voordat de minister in de Kamer verantwoording kon afleggen, brak de coronacrisis uit en werd het onderwerp vooruitgeschoven.

Amerikanen waarschuwden voor burgerdoden

Twee weken geleden kwam er opnieuw informatie vrij. De NOS en NRC meldden op 21 april dat de CIA vooraf had gewaarschuwd dat er burgerdoden zouden kunnen vallen. Een Amerikaanse luchtmachtcommandant die betrokken was bij het Nederlandse bombardement op Hawija had bovendien bedenkingen bij die aanval, en hield rekening met burgerdoden.

Voor alle coalitielanden in de strijd tegen IS gold in 2015: als vooraf duidelijk was dat er ook maar één burgerdode zou vallen, mocht een aanval niet worden uitgevoerd. Ook de Tweede Kamer is voorgehouden dat het aantal ingecalculeerde burgerdoden nul moest zijn.

De Tweede Kamer heeft het afgelopen halfjaar meermaals gevraagd om het Amerikaanse defensieonderzoek naar de aanval. Maar volgens minister Bijleveld kon dat niet met de Kamer gedeeld worden, omdat het een vertrouwelijk document is.

BEKIJK OOK;

Defensie wist ten tijde van aanval op Hawija niet van Amerikaanse aarzelingen

AD 07.05.2020 De Nederlandse militair die in juni 2015 het groene licht gaf voor het Nederlandse bombardement op de Iraakse stad Hawija wist niet dat de Amerikaanse geheime dienst CIA had gewaarschuwd dat er bij de aanval burgerslachtoffers konden vallen. Hij kon die informatie niet meewegen bij zijn beslissing om de aanval goed te keuren. Uiteindelijk vielen er bij de aanval vermoedelijk zeventig burgerdoden.

Dat schrijft minister Ank Bijleveld van Defensie aan de Tweede Kamer. Nederland was niet betrokken bij het deel van het proces waarmee de Amerikanen bepaalden welke doelen er in de strijd tegen IS werden gebombardeerd.

De Amerikaanse aarzelingen bij de aanval, mede op basis van informatie die de Amerikaanse geheime dienst CIA van informanten kreeg, bleef tot ruim na de Nederlandse luchtaanval enkel in Amerikaanse handen. De risico’s die de VS zag, werden overigens ingeperkt in het uiteindelijke, aangepaste aanvalsplan waarmee de Nederlandse commandant akkoord ging.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Geheim

De informatie die ten grondslag lag aan de aanval kwam vorige maand naar buiten nadat NOS en NRC met succes een beroep deden op de Freedom of Information Act, de Amerikaanse versie van de Wet openbaarheid van bestuur. Bijleveld had de Kamer altijd voorgehouden dat de stukken geheim waren en niet met het parlement konden worden gedeeld.

Bijleveld zegt niet te weten waarom de documenten nu toch openbaar zijn gemaakt terwijl haar Amerikaanse ambtsgenoot Mark Esper in maart van dit jaar nog per brief benadrukte dat dat niet kon. Zelf kreeg Defensie het Amerikaanse onderzoek op 22 januari 2016.

Zorgvuldig proces

Toch houdt Bijleveld vol dat het proces uitgebreid was en zorgvuldig is verlopen. Omdat de Amerikanen in eerste instantie aarzelingen hadden, werden er ‘mitigerende maatregelen’ (die negatieve effecten verminderen of wegnemen) genomen die het risico op burgerslachtoffers tot nul moesten terugbrengen.

Zo werden er precisiebommen afgeworpen en vond de aanval ’s nachts plaats. Bij de berekening van de nevenschade zou die beperkt blijven tot het industriële gebied. ,,Daarnaast”, schrijft Bijleveld, ,,werd ingeschat dat bij een nachtaanval er enkel sprake zou zijn van materiële nevenschade.”

Op basis van de inschatting van de nevenschade en de mogelijke impact van secundaire explosies ‘was de verwachting’ dat er bij het Nederlandse F-16-bombardement ‘geen burgerslachtoffers zouden vallen’.

Op basis daarvan besliste de Nederlandse militair die belast was met het eindoordeel, de zogeheten red card holder, na overleg met een Nederlandse juridisch adviseur dat de aanval kon worden uitgevoerd.

Meer explosieven

Het liep anders. De luchtaanval op het doelwit, een fabriek waar bermbommen werden gemaakt, leverde veel meer schade op dan op basis van de Amerikaanse informatie werd verwacht en er kwamen vermoedelijk zeventig burgers om het leven. In de fabriek lagen veel meer explosieven ‘dan bekend was of kon worden ingeschat door de anti-IS-coalitie’.

De aanval op Hawija was anders dan aanvallen op andere bommenfabrieken, stelt Bijleveld. Toen het daar zo mis ging, pasten de Amerikanen hun procedures voor dergelijke aanvallen op ‘gelijksoortige bommenfabrieken’ aan.

Dat de werkwijze op basis van nieuwe informatie zou worden aangepast, was volgens de minister eveneens standaard gebruik. Ook zou het doelwit niet in de hoogste risicocategorie vallen, zoals uit de Amerikaanse stukken zou blijken.

Volgens Bijleveld wordt er in die categorie onderscheid gemaakt tussen ‘high’ en ‘low’ en viel de bommenfabriek in Hawija onder de lagere rubriek omdat ‘burgerslachtoffers kunnen worden voorkomen als daartoe geplande mitigerende maatregelen worden toegepast’.

Geen juridische verplichting

Zonder die maatregelen, stelt Bijleveld, ‘was deze aanval voor de coalitie überhaupt niet uitvoerbaar geweest, gezien uit de stukken blijkt dat er bij dit doel geen burgerslachtoffers mochten worden verwacht’. Dat er bij aanvallen geen burgerslachtoffers te betreuren mochten zijn, was volgens Bijleveld het ‘uitgangspunt’ van alle bombardementen tegen IS.

Dat was echter geen formele bindende afspraak en ook geen juridische verplichting. ,,Ieder land is immers zelf verantwoordelijk voor de eigen wapeninzet en de proportionaliteitsafweging die daar aan vooraf gaat.

mei 8, 2020 Posted by | 2e kamer, dreiging, Hawija, Irak, is, isis, islam, nederlandse missie, politiek, salafisten, terreur, terrorisme, tweede kamer, veiligheid | , , , , , , , , , | Reacties uitgeschakeld voor Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 11 nasleep onderzoek Hawija Irak

Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 10

Het wordt nu echt een beetje erg te link heren !!!

Corona

Ongeveer 35 militairen zijn zaterdagochtend tijdelijk teruggekeerd uit Irak, waar zij deelnamen aan een trainingsmissie, meldt Defensie. De missie is stilgelegd vanwege het coronavirus. De militairen kwamen aan op vliegbasis Eindhoven met een C-130 Hercules. Vooralsnog ligt de missie op verzoek van de Iraakse en Koerdische autoriteiten stil tot het einde van de ramadan, 24 mei 2020.

Telegraaf 07.07.2020

VK 30.06.2020

Telegraaf 30.06.2020

Telegraaf 18.05.2020

Een aantal van de militairen die op missie zijn in Afghanistan en Irak zouden terug komen naar Nederland. De trainingen in beide landen zijn stilgelegd vanwege het coronavirus.

„Een deel van de mensen zal zeker terugkomen”, zei minister Ank Bijleveld van Defensie toen zij naar het ministerieel crisisoverleg ging. Hoeveel militairen terugkeren, zei ze toen niet. Dat werd later die dag bekend gemaakt.

30.03.2020

De trainingsmissie in Irak is op verzoek van de lokale autoriteiten stilgelegd. Het gaat om een voorzorgsmaatregel. In het noordelijke Erbil trainen enkele tientallen militairen van de Luchtmobiele Brigade Koerdische strijders (peshmerga’s). Bij de hoofdstad Bagdad trainen en adviseren een handvol commando’s Iraakse speciale strijdkrachten.

Militair leider van IS Abdul Nasser Qirdash opgepakt

Een van de leiders van terreurgroep Islamitische Staat (IS) Abdul Nasser Qirdash, is woensdag opgepakt en vastgezet, zo melden Irakese inlichtingendiensten woensdag. De man was ook een potentiële kandidaat om de vorige IS-leider Abu Bakr Al Baghdadi op te volgen.

Abu Bakr Al Baghdadi kwam vorig jaar bij een Amerikaanse militaire operatie om het leven.

Telegraaf 23.04.2020

Telegraaf 18.04.2020

Dochter geliquideerde Iraanse generaal Soleimani wil wraak op Amerikanen

Een oorlog tussen Amerika en Iran was begin dit jaar nog het grootste doemscenario. Dat is veranderd met de coronacrisis, maar die heeft de haat en nijd tussen beide landen allerminst weggenomen. De spanningen nemen zelfs weer toe, waarbij de jongste dochter van de Iraanse generaal Qassem Soleimani zich ontpopt als de onwaarschijnlijke aanjager van een nieuwe gewelddadige confrontatie.

Hervatten trainingsmissie

De NAVO staat klaar om de trainingsmissie in Irak in de strijd tegen terrorisme uit te breiden. Dat zijn de ministers van Defensie overeengekomen, zei secretaris-generaal Jens Stoltenberg na een beraad.

Irak moet de uitbreiding nog goedkeuren. “We blijven alleen als we welkom zijn”, aldus Stoltenberg.

Op dit moment is premier Allawi bezig een regering te vormen. Vorige maand sprak het Iraakse parlement zich juist uit tegen militaire aanwezigheid van andere landen in Irak, naar aanleiding van de Amerikaanse liquidatie van de Iraanse generaal Soleimani op Iraaks grondgebied.

De NAVO wil de trainingsmissie in Irak zo snel mogelijk hervatten en overlegt daarover met de regering in Bagdad, zei topman Jens Stoltenberg dinsdag. De missie van ongeveer vijfhonderd man werd begin vorige maand stilgelegd nadat de VS de Iraanse generaal Qassem Soleimani hadden gedood met een droneaanval.

De operaties van de door de VS geleide anti-IS-coalitie in Irak zijn ook op een lager pitje gezet. Beide missies hebben volgens Stoltenberg opmerkelijke successen geboekt. “Maar we kunnen meer doen.Bij overleg van de ministers van Defensie van de NAVO-landen, woensdag en donderdag in Brussel, staat Irak op de agenda.

Nederland draagt met twee militairen en vier civiele experts bij aan de NAVO-missie en levert enkele tientallen mensen aan de anti-IS-coalitie in Irak.

Hulp vanuit Nederland (tijdelijk) gestopt

Na de militaire escalatie tussen de Verenigde Staten en Iran, waarvan Irak het voornaamste toneel is, wil Nederland de trainingsmissie in Irak mogelijk hervatten. Het handelen van het kabinet in de Iran-crisis stuitte op weerstand in de Tweede Kamer. Zo zijn D66, GroenLinks, PvdA en SP boos dat minister Bijleveld (Defensie) en minister Blok (Buitenlandse Zaken) ‘begrip’ hebben voor de liquidatie van Qassem Soleimani. Het Amerikaanse leger strijdt intussen weer verder tegen IS in Irak.

AD 21.01.2020

Het ministerie van Defensie wil de trainingsmissie in Irak mogelijk hervatten. ‘Het is mogelijk dat die weer gaat beginnen,’ zei minister van Defensie Ank Bijleveld (CDA) vrijdag. Ze wil eerst een militair advies afwachten.

Kortom, het kabinet wil de Nederlandse missie in Irak voortzetten. “De Iraakse premier heeft Nederland niet benaderd om weg te gaan”, zei minister Blok van Buitenlandse Zaken in de Tweede Kamer. Zo’n vijftig Nederlandse militairen zitten in Noord-Irak om hun Iraakse collega’s te trainen en enkele andere militairen zijn uitgezonden naar de hoofdstad Bagdad.

Telegraaf 29.04.2020

AD 05.02.2020

Telegraaf 24.01.2020

Het Iraakse parlement wil dat de buitenlandse troepen uit het land vertrekken. Aanleiding is de Amerikaanse luchtaanval op 10 januari 2020 waarbij de Iraanse generaal Soleimani werd gedood.

Het kabinet wil de missie in Irak voortzetten. Daar trainen enkele tientallen Nederlandse militairen hun Iraakse collega’s. Het Iraakse parlement wil af van de buitenlandse militairen, maar ,,de Iraakse premier heeft Nederland niet benaderd om weg te gaan”, zei minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken in de Tweede Kamer.

Het vertrek uit Irak van de buitenlandse troepen zou de stabiliteit van ,,zo’n cruciaal land” volgens de bewindsman niet ten goede komen. ,,Onze bereidheid is om in coalitieverband te blijven.” De Nederlandse militairen maken onderdeel uit van de internationale coalitie tegen terreurgroep IS.

De spanningen in Irak liepen hoog op door de Amerikaanse droneaanval waarbij de Iraanse generaal Qassem Soleimani nabij Bagdad omkwam. De Iraniërs voerden als vergelding raketaanvallen uit op twee Amerikaanse militaire bases in Irak. Een van de aanvallen was gericht tegen een basis bij Erbil waar de meeste Nederlandse militairen verblijven.

Ook nam het Iraakse parlement na de Amerikaanse droneaanval een niet-bindende resolutie aan waarin de regering werd opgeroepen alle buitenlandse troepen in het land te bewegen te vertrekken. Het was een ,,politiek signaal” en ,,de motie is niet omgezet in beleid”, aldus Blok.

Vanwege de opgelopen spanningen was de missie voorlopig stilgelegd. De militairen verblijven nu op een veilige plek, zei minister Bijleveld van Defensie onlangs.

Alle Nederlandse militairen in het noorden van Irak zitten nu bij elkaar in de stad Erbil. Oorspronkelijk waren ze verdeeld over twee locaties, maar ze zijn nu om “veiligheids-en praktische redenen” op één plek ondergebracht, zegt het ministerie van Defensie. Daarnaast zitten er nog steeds enkele Nederlanders in de hoofdstad Bagdad.

Telegraaf 29.01.2020

Telegraaf 27.01.2020

Vanwege de gespannen situatie zijn de Nederlandse militairen in Irak verplaatst. “Om veiligheidsredenen hielden we rekening met verplaatsingen van Nederlandse militairen in het operatiegebied”, zegt het ministerie van Defensie.

Eerder werd al bekend dat de Nederlandse trainingsmissie in Noord-Irak is stilgelegd en dat in de strijd tegen IS ook het trainen van Iraakse commando’s in Bagdad is opgeschort. Maar toen waren er nog geen plannen over het verplaatsen van militairen.

In totaal zijn er zo’n vijftig Nederlandse militairen in Irak, veertig in de noordelijke stad Erbil en tien in Bagdad. Defensie wil er verder niet veel over kwijt. Maar als er inderdaad verplaatsingen komen, worden volgens Haagse bronnen de meeste Nederlanders waarschijnlijk binnen Irak verplaatst en mogelijk enkele naar Jordanië.

Situatie “zeer zorgelijk”

De nieuwe afweging van Defensie heeft te maken met de Iraanse aanvallen van vannacht op een legerbasis in Irak, waar veel Amerikanen zitten, en ook Nederlanders. Ook landen als Duitsland en Spanje hebben militairen teruggetrokken uit Irak.

AD 25.01.2020

Missie

Ook is de militaire trainingsmissie in Noord-Irak stilgelegd vanwege de spanningen tussen de VS en Iran. Dat meldt het ministerie van Defensie, dat erop wijst dat er nog geen plannen zijn om de Nederlandse militairen terug te halen.

Telegraaf 06.01.2020

Het gaat om veertig Nederlandse militairen in de omgeving van de Noord-Iraakse stad Erbil. Zij trainen Koerdische- en Iraakse militairen in onder meer leiderschap, het onschadelijk maken van bermbommen en het beveiligen van grote gebieden.

Lees meer

Omgekomen bij bombardement VS: wie was generaal Qassem Soleimani?

Telegraaf 07.01.2020

Dood Iraanse generaal

De training van speciale eenheden door Nederlandse militairen in de Iraakse hoofdstad Bagdad was vanwege de spanningen al eerder stopgezet.

De spanning ontstond nadat de Verenigde Staten de Iraanse generaal Qassem Soleimani afgelopen vrijdag bij een drone-aanval hadden gedood. Iran heeft wraak gezworen voor de aanslag op Soleimani.

Telegraaf 06.01.2020

Atoomakkoord

Iran heeft wraak op de VS gezworen. In de regio groeit daardoor de angst voor een escalatie van de situatie en voor gewapende conflicten. Ook heeft het land zich na de dood van Soleimani teruggetrokken uit het atoomakkoord, waardoor Iran verder kan gaan met zijn nucleaire programma en met de verrijking van uranium.

Lees ook:

Wordt het oorlog? Vijf vragen over dodelijke aanval op Iraanse generaal

Generaal Soleimani: de grootste bad guy ter wereld?

Bekijk deze video op RTL XL

Generaal Soleimani had veel macht en invloed in Iran. Diens activiteiten waren de Amerikanen een doorn in het oog, maar het uitschakelen van Soleimani is niet zonder risico’s.

Training gestopt

De Nederlandse groep militaire trainers die Iraakse commando’s in Bagdad opleidt, is daarmee dit weekend gestopt. Dit is een direct gevolg van de spanningen tussen de Verenigde Staten en Iran na de executie van de Iraanse generaal Soleimani op het vliegveld in Bagdad. Dit heeft ministerie van Defensie laten weten.

Het gaat om een groep trainers die varieert tussen drie en twaalf militairen. De Iraakse commando’s worden opgeleid in de strijd tegen Islamitische Staat (IS). De internationale coalitie die strijdt tegen IS wordt aangevoerd door de Verenigde Staten.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Telegraaf 07.01.2020

Overleg

Minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken overlegt over de resolutie met zijn topdiplomaten en andere ministers uit de anti-IS-coalitie, zo meldt een woordvoerder. Er is grote onduidelijkheid ontstaan nu het Iraakse parlement in een niet bindende resolutie heeft uitgesproken dat de internationale coalitie weg moet uit Irak na de aanslag van de Amerikanen op Soleimani en de Iraakse militieleider Muhandis. De internationale coalitie heeft immers een mandaat van de Iraakse regering.

De trainingen die door Nederland in Noord-Irak te Erbil worden gegeven gaan vooralsnog gewoon door. Het gaat om vijftig Nederlanders die de Iraakse-Koerdische peshmerga opleiden. Onduidelijk is wanneer er een duidelijke lijn is tussen de landen van de anti-IS-coalitie.

Telegraaf 19.06.2020

Telegraaf 07.01.2020

Uitwerking resolutie

Volgens de Iraakse premier Adel Abdul Mahdi zijn overheidsfunctionarissen nu bezig een memo op te stellen die duidelijkheid moet geven over juridische en procedurele stappen die genomen moeten worden om de resolutie van het parlement uit te voeren.

Het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse Zaken laat in een verklaring weten teleurgesteld te zijn in het besluit van het Iraakse parlement, meldt persbureau Reuters. Het ministerie benadrukt het belang van de aanwezigheid van Amerikaanse troepen in Irak vanwege de strijd tegen IS.

AD 17.01.2020

Telegraaf 17.01.2020

Telegraaf 15.01.2020

AD 09.01.2020

Terugblik

De militairen zijn in Irak om Iraakse commando’s en Koerdische strijders op te leiden voor de strijd tegen bijvoorbeeld IS.

De Verenigde Staten en hun bondgenoten staken vanwege de verhoogde dreiging van een aanval uit Iran per direct en voor onbepaalde tijd trainingen van Iraakse militairen in opleiding, laat een woordvoerder van de NAVO zaterdag weten. De bescherming van alle troepen die meedoen aan de militaire operatie Inherent Resolve (OIR) wordt opgeschaald.

Dat besluit zou ook Nederlandse militairen en experts onder verscherpt toezicht stellen. Nederland nam samen met veertien andere bondgenoten van de VS deel aan OIR.

“De veiligheid van ons personeel in Irak gaat boven alles”, zegt woordvoerder Dylan White van de NAVO. “Wij blijven alle nodige voorzorgsmaatregelen nemen. De NAVO-missie wordt voortgezet, maar de trainingsactiviteiten worden tijdelijk opgeschort.”

Uit een Kamerbrief (meer) van medio oktober blijkt dat in Noord-Irak en Bagdad ten minste zestig Nederlandse militairen actief zijn, mogelijk gesteund door twintig experts. De Nederlandse militairen geven onder meer trainingen aan Koerdische en Iraakse militairen in het gebied.

Uitgerekend in Bagdad vond in de nacht van vrijdag op zaterdag een nieuwe luchtaanval plaats. Een konvooi van de door Iran gesteunde militiegroepering Popular Mobilisation Forces (PMF) werd onder vuur genomen. Ten minste zes mensen kwamen daarbij om het leven, aldus Iraakse staatsmedia.

Het land vermoedt dat de Amerikanen achter de aanval zitten. In de drie uitgebrande auto’s zouden medici en geen hooggeplaatste militairen hebben gezeten.

Een woordvoerder van de OIR ontkent zaterdagochtend dat de internationale coalitie de laatste dagen luchtaanvallen heeft uitgevoerd ten noorden van Bagdad.

Trump: ‘VS wil oorlog met Iran voorkomen, niet starten’

Conflict tussen Iran en VS escaleert na dood Iraanse generaal

De spanningen tussen de VS en Iran zijn opgelaaid nadat de Amerikanen vrijdag de Iraanse generaal Qassem Soleimani doodden bij een luchtaanval op een vliegveld in Irak. Soleimani gold als de belangrijkste militair en op grootayatollah Ali Khamenei na machtigste man in Iran. Hij wordt zaterdag begraven in Bagdad.

Iran zint op wraak en dreigt hard terug te slaan naar de Amerikanen. President Donald Trump nam daarom de beslissing om drieduizend extra militairen naar het gebied te sturen om de veiligheid in de regio te waarborgen. Eerder deze week ging een bataljon van 750 militairen hen al voor.

Sinds mei hebben de Amerikanen al ongeveer veertienduizend extra militairen naar het Midden-Oosten gestuurd naar aanleiding van de groeiende onrust.

Lees: Iran wil niet betalen voor neerhalen Oekraïens passagierstoestel in 2020 NOS 06.01.2022

lees: Rapport IS dreiging Irak

dossier IRAN AD

Alle artikelen uit het dossier “Dood Iraanse generaal” AD

meer: Escalatie van spanningen tussen de VS en Iran NOS

lees: kamerbrief over ontwikkelingen in Irak 06.01.2020

zie verder ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 9

en zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 8

zie dan ook: Kabinet Rutte 2 en 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 7

en zie verder dan ook:  Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 6

zie dan ook nog:  Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 5

zie verder ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 4

en zie ook nog: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 3

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 2

en zie verder ook nog dan: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 1

Nog meer:

Trump waarschuwt Iran na raketaanval op ambassade VS in Bagdad

MSN 24.12.2020 De Amerikaanse president Donald Trump heeft Iran woensdag gewaarschuwd en gezegd dat hij het land verantwoordelijk houdt voor eventuele toekomstige aanvallen op Amerikanen in Irak. De waarschuwing kwam nadat zondag de Amerikaanse ambassade in Bagdad is bestookt met raketten. Daarbij ontstond schade maar vielen geen doden of gewonden.

„Onze ambassade in Bagdad is zondag geraakt door meerdere raketten”, schreef Trump op Twitter. „Raad waar ze vandaan kwamen: IRAN”, voegde hij eraan toe. „Nu we geluiden opvangen over meer aanvallen op Amerikanen in Irak, heb ik wat vriendelijk advies aan Iran: als één Amerikaan wordt gedood, zal ik Iran verantwoordelijk houden. Denk erom.”

Minister van Buitenlandse Zaken Mike Pompeo wees al met de beschuldigende vinger naar Teheran. De leiding van de Amerikaanse troepen in de regio zei dat de aanval „bijna zeker is uitgevoerd door een door Iran gesteunde militie.”

Aan het begin van dit jaar liepen de spanningen tussen de VS en Iran buitengewoon hoog op nadat de Amerikanen de hooggeplaatste generaal van de Iraanse Revolutionaire Garde Qassem Soleimani hadden omgebracht met een raketaanval.

Iran reageerde maandag al op de Amerikaanse beschuldigingen door te zeggen dat de VS geen „spanningen” moeten uitlokken. „Je eigen burgers in het buitenland in gevaar brengen, zal de aandacht van catastrofale blunders in eigen land niet afleiden”, voegde de Iraanse minister van Buitenlandse Zaken Javad Zarif daar donderdag nog aan toe via Twitter.

Trump waarschuwt Iran na raketaanval op ambassade VS in Bagdad

Telegraaf 24.12.2020  De Amerikaanse president Donald Trump heeft Iran woensdag gewaarschuwd en gezegd dat hij het land verantwoordelijk houdt voor eventuele toekomstige aanvallen op Amerikanen in Irak. De waarschuwing kwam nadat zondag de Amerikaanse ambassade in Bagdad is bestookt met raketten. Daarbij ontstond schade maar vielen geen doden of gewonden.

„Onze ambassade in Bagdad is zondag geraakt door meerdere raketten”, schreef Trump op Twitter. „Raad waar ze vandaan kwamen: IRAN”, voegde hij eraan toe. „Nu we geluiden opvangen over meer aanvallen op Amerikanen in Irak, heb ik wat vriendelijk advies aan Iran: als één Amerikaan wordt gedood, zal ik Iran verantwoordelijk houden. Denk erom.”

Minister van Buitenlandse Zaken Mike Pompeo wees al met de beschuldigende vinger naar Teheran. De leiding van de Amerikaanse troepen in de regio zei dat de aanval „bijna zeker is uitgevoerd door een door Iran gesteunde militie.”

Aan het begin van dit jaar liepen de spanningen tussen de VS en Iran buitengewoon hoog op nadat de Amerikanen de hooggeplaatste generaal van de Iraanse Revolutionaire Garde Qassem Soleimani hadden omgebracht met een raketaanval.

Iran reageerde maandag al op de Amerikaanse beschuldigingen door te zeggen dat de VS geen „spanningen” moeten uitlokken. „Je eigen burgers in het buitenland in gevaar brengen, zal de aandacht van catastrofale blunders in eigen land niet afleiden”, voegde de Iraanse minister van Buitenlandse Zaken Javad Zarif daar donderdag nog aan toe via Twitter.

BEKIJK MEER VAN; Iran

Raketten komen neer bij Amerikaanse ambassade in Irak NOS 16.01.2020

Amerikaanse basis Bagdad beschoten met raketten Telegraaf 16.02.2020

Raketten op VS-basis bij Amerikaanse ambassade Irak AD 16.02.2020

Amerikaanse basis Bagdad beschoten met raketten MSN 16.02.2020

Senaat: Trump mag geen oorlog met Iran beginnen zonder toestemming Congres NOS 14.02.2020

Telegraaf 14.02.2020

Waarom probeert Iran Nederlandse universiteiten te hacken? AD 14.02.2020

‘Iraanse overheidshackers vallen Nederlandse onderwijsinstellingen aan’ NOS 14.02.2020

’Iraanse hackers vallen Nederlandse universiteiten aan’ Telegraaf 14.02.2020

‘Iraanse overheid hackt Nederlandse universiteiten’ AD 14.02.2020

Aantal Amerikaanse gewonden door Iraanse aanval opnieuw hoger NOS 11.02.2020

Lancering Iraanse satelliet mislukt AD 10.02.2020

Canadese nabestaanden vliegramp klagen Iran en ayatollah Khamenei aan voor 1 miljard AD 07.02.2020

Canadese advocaten dagen Iran vanwege neerhalen vliegtuig MSN 07.02.2020

Hoe Iran en Saoedi-Arabië elkaar op een industrieterrein in Rijswijk naar het leven staan AD 04.02.2020

Huurders willen dat Iraans televisiestation vertrekt uit pand waar inval was OmroepWest 04.02.2020

Demonstranten in Irak wijzen nieuwe premier af: ‘Hij is corrupt’ NOS 03.02.2020

Inval in pand Iraanse afscheidingsbeweging in Rijswijk OmroepWest 03.02.2020

Iraniër aangehouden die aanslag zou voorbereiden OmroepWest 03.02.2020

Iraniër in Delft opgepakt voor beramen aanslag in Iran MSN 03.02.2020

Iraniër aangehouden in Delft voor voorbereiden van aanslag in Iran NU 03.02.2020

Iraniër aangehouden in Delft voor terroristische activiteiten tegen Iran NOS 03.02.2020

Oekraïne: Iran wist meteen dat passagierstoestel was neergehaald NOS 03.02.2020

Iran deelt geen bewijs meer over neergehaald vliegtuig na lek Telegraaf 03.02.2020

Iraniër in Delft opgepakt voor beramen aanslag in Iran RTL 03.02.2020

EU-buitenlandchef Borrell gaat maandag naar Iran Telegraaf 02.02.2020

EU-buitenlandchef Borrell gaat maandag naar Iran MSN 02.02.2020

Iraakse parlementariërs eindelijk eens over nieuwe premier NOS 01.02.2020

Amerikaanse soldaten in Irak hervatten jacht op Islamitische Staat AD 01.02.2020

Hersenletsel 64 Amerikaanse militairen door Iraanse aanval MSN 31.01.2020

Aantal gewonden bij Iraanse vergeldingsactie weer naar boven bijgesteld NU 29.01.2020

VS stelt aantal gewonden na Iraanse aanval opnieuw naar boven bij NOS 29.01.2020

‘Vredesplan Trump is een complot tegen islamitische wereld’ MSN 29.01.2020

Nederland, VS en bondgenoten: handen af van betogers Irak Telegraaf 27.01.2020

Nederland en vijftien andere landen veroordelen ‘buitensporig geweld’ in Irak NOS 27.01.2020

Onrust in Irak houdt aan, gewonden bij raketaanval op Green Zone NU 27.01.2020

‘Iraanse president wilde opstappen om doofpot neergehaalde Boeing’ NU 27.01.2020

‘Iraanse president wilde opstappen vanwege doofpot rond neergehaalde Boeing’ MSN 27.01.2020

Raketten treffen Amerikaanse ambassade Bagdad, mogelijk gewonden NOS 27.01.2020

Raketten treffen Amerikaanse ambassade in Bagdad Telegraaf 26.01.2020

Raketten treffen Amerikaanse ambassade in Bagdad AD 26.01.2020

Opnieuw honderd gewonden in Irak bij protesten tegen Iraanse invloed NOS 26.01.2020

Tientallen gewonden bij protesten tegen Iraanse invloed in Irak MSN 26.01.2020

Twaalf doden en tientallen gewonden bij nieuwe demonstraties Irak NU 26.01.2020

Iran zegt capaciteit te hebben om uranium onbeperkt te verrijken NU 26.01.2020

Iran: we hebben 1200 kilo verrijkt uranium NOS 25.01.2020

Drie keer meer slachtoffers Iraanse vergeldingsactie dan eerst gemeld NU 24.01.2020

Toch meer dan dertig Amerikaanse gewonden bij Iraanse vergeldingsaanval NOS 24.01.2020

Hersenletsel bij militairen VS door Iraanse aanval Telegraaf 24.01.2020

Oekraïens vliegtuig met twee raketten uit de lucht geschoten Telegraaf 21.01.2020

Oekraïens vliegtuig met twee raketten uit de lucht geschoten MSN 21.01.2020

Vier betogers en twee agenten omgekomen bij hernieuwde protesten in Irak NU 20.01.2020

Onze man in Teheran mag nog steeds geen verslag doen: ‘Ik wist te veel’ NOS 20.01.2020

Iran dreigt Europa met terugtrekking anti-kernwapenverdrag Telegraaf 20.01.2020

Iran dreigt zich terug te trekken uit non-proliferatieverdrag als kwestie naar VN gaat AD 20.01.2020

Hennis geeft nieuwe verklaring met meer compassie voor Iraakse betogers NOS 20.01.2020

Hennis: neerslaan protesten Irak ontoelaatbaar Telegraaf 20.01.2020

VN-gezant Hennis: neerslaan protesten Irak ontoelaatbaar AD 20.01.2020

Iran wil zwarte dozen neergehaald vliegtuig toch eerst zelf onderzoeken NOS 19.01.2020

Iraanse president noemt Trump ’mondiale onruststoker’ Telegraaf 18.01.2020

Iraanse president noemt Trump ‘mondiale onruststoker’ MSN 18.01.2020

Trump waarschuwt Iran: ‘Khamenei moet op zijn woorden letten’ AD 18.01.2020

Iran belooft Oekraïne zwarte dozen gecrasht vliegtuig Telegraaf 18.01.2020

Iran stuurt zwarte dozen neergehaald vliegtuig naar Oekraïne NOS 18.01.2020

Iran belooft Oekraïne zwarte dozen gecrasht vliegtuig MSN 18.01.2020

Canada wil dat Iran zwarte dozen Oekraïens ramptoestel naar Frankrijk stuurt AD 17.01.2020

Dit weten we over de vliegtuigcrash in Iran NU 17.01.2020

Canadese premier maakt geld vrij voor nabestaanden vliegramp Iran NU 17.01.2020

Khamenei: vliegramp mag dood Soleimani niet overschaduwen NOS 17.01.2020

’Dood aan Amerika’ scandeert menigte tijdens vrijdaggebed in Iran Telegraaf 17.01.2020

Khamenei: Raketaanval was een slag in het gezicht van arrogante VS AD 17.01.2020

Oekraïne: Iran zal zwarte doos van neergeschoten vliegtuig overhandigen NU 17.01.2020

Oekraïne: Iran zal zwarte doos van neergeschoten vliegtuig overhandigen MSN 17.01.2020

Toch elf Amerikanen lichtgewond bij vergeldingsactie van Iran op basis NU 17.01.2020

Toch Amerikaanse gewonden bij Iraanse vergeldingsactie NOS 17.01.2020

Toch Amerikaanse militairen gewond bij Iraanse raketaanval AD 17.01.2020

Toch Amerikaanse militairen gewond door Iraanse raketaanval Telegraaf 17.01.2020

Toch elf Amerikanen gewond bij vergeldingsactie van Iran MSN 17.01.2020

Toch elf Amerikanen lichtgewond bij vergeldingsactie van Iran op basis NU 17.01.2020

Deze vrouwen ontvluchtten Iran: ‘Weg met regime’ NU 16.01.2020

Vliegtuigcrash in Iran: ‘De sector heeft zeker geleerd van MH17’ NU 16.01.2020

Betrokken landen eisen dat Iran nabestaanden vliegtuigcrash compenseert NU 16.01.2020

Europa buigt volgens Iran voor ’pestkop’ Trump Telegraaf 16.01.2020

Iran verrijkt meer uranium dan voor atoomakkoord Telegraaf 16.01.2020

‘VS dreigden Europa met heffingen op auto’s als zij Iran niet zouden beschuldigen’ AD 15.01.2020

Zoon afgezette sjah: regime Iran stort binnen enkele maanden in MSN 15.01.2020

Minister Blok noemt dreigement Iran ‘volstrekt onacceptabel’ MSN 15.01.2020

Britse ambassadeur verlaat Iran na arrestatie NOS 15.01.2020

Europeanen en Iran nu ook met elkaar in de clinch Trouw 15.01.2020

Oekraïne vraagt om zwarte dozen van neergeschoten Boeing: ‘Iraniërs dagenlang voorgelogen’ AD 15.01.2020

President Iran verwerpt idee nieuwe nucleaire ‘Trump-deal’ MSN 15.01.2020

‘Tweede raketinslag Oekraïens vliegtuig gefilmd’ NU 15.01.2020

‘Nieuwe beelden tonen tweede raket bij neerhalen Oekraiëns vliegtuig’ NU 15.01.2020

‘Video toont aan dat twee raketten Oekraïens vliegtuig neerhaalden’ NOS 14.01.2020

Protest Iran houdt aan: ‘Ik sterf liever dan dat ik word gearresteerd’ NOS 14.01.2020

Boris Johnson wil nucleair akkoord Iran vervangen door ‘Trump-deal’ NU 14.01.2020

‘Nieuwe video toont dat twee raketten vliegtuig raakten’ MSN 14.01.2020

‘Iran pakt persoon op die neerschieten Oekraïens vliegtuig filmde’ NU 14.01.2020

Persoon die video van neerhalen vliegtuig Iran online zette, is opgepakt Telegraaf 14.01.2020

‘Plaatser video neerhalen vliegtuig Iran opgepakt’ AD 14.01.2020

Arrestaties in Iran in verband met crash Boeing AD 14.01.2020

Arrestaties in Iran in verband met crash Boeing Telegraaf 14.01.2020

Iran arresteert meerdere mensen voor rol neerschieten Oekraïens vliegtuig NU 14.01.2020

Iran: schuldigen neerhalen Oekraïens vliegtuig worden bestraft NOS 14.01.2020

Animatie: zo haalde Iran Boeing neer Telegraaf 14.01.2020

‘Veiligheidsambtenaren VS: Niet op de hoogte van dreiging op ambassades’ NU 14.01.2020

Arrestaties in Iran om neerhalen vliegtuig RTL 14.01.2020

’Soleimani was een legitiem doelwit’ Telegraaf 13.01.2020

Iran ontkent doofpot na neerschieten Oekraïens passagiersvliegtuig NU 13.01.2020

Angst voor geweld bij neerslaan Iraanse protesten, maar ‘november’ nog ver weg NOS 13.01.2020

Getroffen landen vliegramp beraden zich over stappen tegen Iran Telegraaf 13.01.2020

Vandaag opnieuw protesten in Iran, politiechef ontkent schieten op betogers NOS 13.01.2020

Filmpjes Iraanse protesten tonen bloedig geweld, maar politie ontkent schoten AD 13.01.2020

Iraanse politie ontkent schieten op betogers MSN 13.01.2020

Iraanse politie ontkent schieten op betogers Telegraaf 13.01.2020

Onrustige nacht in Teheran, traangas ingezet tegen demonstranten NU 13.01.2020

Trudeau bij herdenking vliegramp Iran: ‘Niet rusten tot er antwoorden zijn’ NOS 13.01.2020

Premier Canada: ‘We zullen niet rusten tot er gerechtigheid is’ MSN 13.01.2020

Minister VS heeft geen bewijs voor geplande aanslag op ambassades, zoals Trump beweert AD 13.01.2020

Waarom de wereld gematigd reageerde op een Amerikaanse liquidatie Elsevier 12.01.2020

Minister van Defensie VS: Geen hard bewijs dat Iran aanslagen plande NU 12.01.2019

Demonstranten Teheran: ‘Ze liegen dat Amerika onze vijand is’ AD 12.01.2020

Duizenden Iraniërs demonstreren tegen regering Telegraaf 12.01.2020

Iraniërs opnieuw de straat op, Trump waarschuwt Teheran NOS 12.01.2020

Vier gewonden gevallen door raketaanval op Iraakse militaire basis NU 12.01.2020

Militaire basis Irak bestookt door raketten, vier gewonden NOS 12.01.2020

Raketaanval op legerbasis in Irak, meeste Amerikanen waren er al weg RTL 12.01.2020

Raketaanval op legerbasis in Irak, meeste Amerikanen waren er al weg MSN 12.01.2020

Raketten afgevuurd op legerbasis Irak, vier gewonden Telegraaf 12.01.2020

Raketten afgevuurd op legerbasis Irak AD 12.01.2019

Raketten afgevuurd op legerbasis Irak MSN 12.01.2020

Oekraïne: Iran moest bekennen, wij hadden al bewijzen voor raketinslag NOS 12.01.2020

Iran: oorzaak vliegtuigcrash nooit willen verbergen Telegraaf 12.01.2020

Iran: oorzaak vliegtuigcrash nooit willen verbergen MSN 12.01.2020

Iran roept Britse ambassadeur op matje voor bijwonen demonstratie NU 12.01.2020

Iran roept Britse ambassadeur op matje voor bijwonen demonstratie MSN 12.01.2020

Britse ambassadeur gearresteerd bij felle protesten in Teheran AD 12.01.2020

Britse ambassadeur in Iran spreekt demonstreren tegen Telegraaf 12.01.2020

Zeldzame protesten in Iran na vliegtuigcrash Telegraaf 12.01.2020

Felle protesten tegen regering in Iraanse hoofdstad, Britse ambassadeur opgepakt MSN 12.01.2020

Felle protesten tegen regering in Iraanse hoofdstad, Britse ambassadeur opgepakt RTL 12.01.2020

Ineens bekende Iran schuld voor de vliegramp, vanwaar die draai? NOS 11.01.2020

Trudeau eist regeling aansprakelijkheid na erkenning Iran Telegraaf 11.01.2020

Oekraïne eist dat de verantwoordelijken voor Boeing-crash berecht worden NU 11.01.2020

Oekraïne vindt Iraanse excuses niet genoeg, Canada eist gerechtigheid NOS 11.01.2020

Oekraïne: toegeven Iran is stap in goede richting MSN 11.01.2020

Hevig protest in Iran nadat regime heeft toegegeven dat Oekraïense Boeing werd neergehaald VK 11.01.2020

Felle protesten in Iran tegen de machthebbers na erkenning neerhalen Boeing NOS 11.01.2020

Felle protesten in Teheran nadat regime fouten luchtaanval erkent NU 11.01.2020

Protesten in Teheran: betogers roepen om vertrek Khamenei MSN 11.01.2020

Iraanse generaal neemt schuld neerhalen Boeing op zich: ‘Was ik maar dood’ AD 11.01.2020

’Raket ontplofte naast Oekraïens passagiersvliegtuig’ Telegraaf 11.01.2020

Iraanse commandant: Geen communicatie toen vliegtuig werd neergehaald NU 11.01.2020

Commandant Iran: ‘Beslissing binnen tien seconden genomen, dat was een fout’ NOS 11.01.2020

Iraanse commandant: ‘Ik wilde dat ik dood was’ Telegraaf 11.01.2020

Iran geeft neerhalen Boeing toe, noemt het een menselijke fout NOS 11.01.2020

Iran geeft toe Oekraïens toestel neer te hebben gehaald Telegraaf 11.01.2010

Iran erkent neerhalen Oekraïens vliegtuig door menselijke fout NU 11.01.2020

EU blijft trekken aan atoomakkoord met Iran AD 10.01.2020

Iraanse ambassadeur ontkent opruimen plek vliegtuigcrash Telegraaf 11.01.2020

Moment waarop Iran Oekraïens vliegtuig neerschiet vastgelegd NU 10.01.2020

Iran geeft toe Boeing ‘onbedoeld’ te hebben neergehaald VK 11.01.2020

Iran erkent neerhalen Oekraïens vliegtuig door menselijke fout MSN 11.01.2020

Trumps logica begint te werken in Iran-crisis Elsevier 10.01.2020

De VS zijn niet van plan aftocht te blazen uit Irak VK 10.01.2020

EU-luchtvaartautoriteit: Risico’s bij laag vliegen boven Iran NU 10.01.2020

Honderd dagen protesten in Irak: kan de beweging de spanningen weerstaan? NOS 10.01.2020

Huis stemt voor inperken militaire macht Trump Telegraaf 10.01.2020

Trump maakt nieuwe sancties Iran bekend NOS 10.01.2020

Irak wil werk maken van terugtrekking troepen VS Telegraaf 10.01.2020

‘VS deed mislukte liquidatiepoging Iraanse militair’ NOS 10.01.2020

VS probeerde nog een Iraanse topmilitair te liquideren RTL 10.01.2020

Bronnen: VS wilden ook andere Iraanse topmilitair doden Telegraaf 10.01.2020

‘VS wilden nog een andere Iraanse topmilitair doden, maar die actie mislukte’ AD 10.01.2020

VS probeerde nog een Iraanse topmilitair te liquideren MSN 10.01.2020

Iran veegt rampplek schoon Telegraaf 10.01.2020

Ook volgens Bellingcat lijkt de Boeing 737 boven Iran geraakt door een raket NOS 10.01.2020

MIVD beschikt over informatie dat toestel in Iran is neergeschoten Telegraaf 10.01.2020

MIVD: Oekraïens toestel waarschijnlijk neergehaald door luchtafweer Iran NU 10.01.2020

Eigen informatie Nederland: Boeing vermoedelijk uit de lucht geschoten NOS 10.01.2020

MIVD heeft bewijs dat Oekraïense Boeing boven Iran werd neergeschoten AD 10.01.2020

Iran ontkent dat raket vliegtuig neerhaalde en wil bewijs van VS en Canada NU 10.01.2020

Iran: wij haalden toestel niet neer, kom maar met bewijzen NOS 10.01.2020

Iran houdt vol: geen raketaanval op Oekraïens vliegtuig AD 10.01.2020

Video toont moment waarop Oekraïens vliegtuig geraakt wordt door raket AD 10.01.2020

Iran: Oekraïne krijgt toegang tot zwarte dozen Boeing Telegraaf 10.01.2020

Iran nodigt VS uit deel te nemen aan onderzoek vliegtuigcrash Telegraaf 10.01.2020

Iran nodigt ook VS uit deel te nemen aan onderzoek vliegtuigcrash AD 10.01.2020

Iran nodigt VS en Canada uit om crash Oekraïens vliegtuig te onderzoeken NU 10.01.2020

Iran nodigt VS uit voor onderzoek naar vliegramp in Teheran NOS 10.01.2020

Iraanse luchtmacht beging criminele blunder Elsevier 10.01.2020

Iraanse ambassadeur over conflict met VS: ‘Europa zegt veel, maar doet niets’ AD 10.01.2020

Mankement of neergehaald? Wat we weten over de vliegtuigcrash in Iran NU 09.01.2020

Hier zou Oekraïense vliegtuig geraakt worden door raket Iran Telegraaf 09.01.2020

Oorlog tussen Iran en Irak (1980-88) nog in volle gang Elsevier 09.01.2020

Iraanse commandant: ‘We gaan door met raketaanvallen’ NOS 09.01.2020

Democraten niet overtuigd van ’acute dreiging’ Soleimani Telegraaf 09.01.2020

Democraten VS na uitleg niet overtuigd van noodzaak liquidatie Soleimani NOS 09.01.2020

VS: ombrengen Soleimani was zelfverdediging Telegraaf 09.01.2020

Werd Oekraïens vliegtuig ‘per ongeluk’ neergehaald? Zes vragen RTL 09.01.2020

Onderzoek vliegtuigcrash Iran: ‘Terreuraanslag één van de scenario’s’ RTL 09.01.2020

Canadese premier Trudeau: Bewijs toont aan dat Iran Oekraïens vliegtuig neerhaalde NU 09.01.2020

‘Oekraïens vliegtuig neergeschoten door Iraanse raket’ MSN 09.01.2020

Trudeau: er is bewijs dat Iran passagiersvliegtuig met afweerraket neerhaalde NOS 09.01.2020

Trump: Iraniërs wilden Amerikaanse ambassade opblazen Telegraaf 09.01.2020

‘Iran haalde Oekraïens toestel per ongeluk neer met raket’ RTL 09.01.2020

‘VS denkt dat Oekraïens vliegtuig per ongeluk uit de lucht is geschoten door Iraanse raket’ AD 09.01.2020

‘VS vermoedt dat Oekraïens vliegtuig per ongeluk is neergehaald door Iran’ NU 09.01.2020

’Oekraïens vliegtuig per ongeluk uit de lucht geschoten door Iraanse raket’ Telegraaf 09.01.2020

‘Oekraïens vliegtuig neergeschoten door Iraanse raket’ MSN 09.01.2020

Crash Iran: Oekraïne sluit raketaanval of terreur niet uit Telegraaf 09.01.2020

Iran belooft ’spoedig hardere wraak’ op VS Telegraaf 09.01.2020

Iran belooft ‘spoedig hardere wraak’ op VS MSN 09.01.2020

Generaal: Iran wilde Amerikaans personeel doden met raketaanval Telegraaf 09.01.2020

Oekraïens vliegtuig crasht in Iran, oorzaak onduidelijk Elsevier 08.01.2020

Trump versus Teheran: Europa moet kleur bekennen Elsevier 08.01.2020

Nederland moet seculiere strijd in Iran steunen Elsevier 08.01.2020

Opnieuw raketten in Bagdad: 100 meter van Amerikaanse ambassade RTL 08.01.2020

Premier Johnson ontkent softe houding ten opzichte van VS Iran Telegraaf 08.01.2020

Wat wil Trump met Iran? ‘Je merkt aan alles dat er geen strategie is’ NOS 08.01.2020

President Trump slaat niet terug: ‘Gevaar voor oorlog lijkt geweken’ RTL 08.01.2020

Trump: Geen militaire actie, wel nieuwe sancties tegen Iran NU 08.01.2020

Trump: ‘Alles is goed’; Iran: ‘Niet uit op escalatie’ NU 08.01.2020

Trump wil deal met Iran, geen militaire actie Telegraaf 08.01.2020

Trump: krachtige sancties tegen Iran, geen Amerikaanse slachtoffers NOS 08.01.2020

Trump: VS staat niet toe dat Iran wereld bedreigt, maar plant geen tegenaanval AD 08.01.2020

Trump onderneemt geen nieuwe militaire actie tegen Iran MSN 08.01.2020

Trump: ‘Geen Amerikaanse gewonden of doden, geen militaire reactie naar Iran’ NOS 08.01.2020

Donald Trump na aanval Iran: so far, so good Telegraaf 08.01.2020

Iraanse raketaanval: opvallend milde of zorgvuldig uitgekiende wraakactie? NU 08.01.2020

‘Aanval Iran zette deur open voor deëscalatie’ Telegraaf 08.01.2020

Twee raketten raken ’groene zone’ in Bagdad Telegraaf 08.01.2020

Raketinslagen in Groene Zone Bagdad, vlak bij ambassade VS NOS 08.01.2020

Twee raketten ingeslagen in ‘groene zone’ Bagdad AD 08.01.2020

In ogen van Iraanse machthebbers is wraakneming meer dan geslaagd AD 08.01.2020

’Iran zou opzettelijk VS-troepen hebben gemist bij aanval Irak’ Telegraaf 08.01.2020

‘Iran zou opzettelijk VS-troepen hebben gemist bij aanval Irak’ MSN 08.01.2020

Iraakse milities staan klaar voor nieuwe aanval op Amerikaanse bases Telegraaf 08.01.2020

Iran wreekt ‘martelaar Soleimani’ met aanval op Amerikaanse legerbases in Irak AD 08.01.2020

Parlement Irak veroordeelt aanval Iran MSN 08.01.2020

Iran claimt tachtig Amerikanen te hebben gedood MSN 08.01.2020

Olie en goud stijgen hard na Iraanse aanval op VS-bases Telegraaf 08.01.2020

Olie en goud stijgen hard na Iraanse aanval op VS-basis MSN 08.01.2020

Khamenei: de VS zijn in het gezicht geslagen Telegraaf 08.01.2020

Nieuwe reactie Iran ‘nog sterker en vernietigender’ MSN 08.01.2020

Iraanse raketten op VS-bases: ‘Het zou goed kunnen dat het nu klaar is’ NOS 08.01.2020

Vergeldingsactie Iran: raketaanval op Amerikaanse doelen in Irak NU 08.01.2020

Iran vuurt raketten af op Amerikaanse doelen in Irak NU 08.01.2020

Vergelding Iran: raketten treffen Amerikaanse legerbases Irak, geen gewonden MSN 08.01.2020

Beelden: Iran vuurt raketten af op basis VS Telegraaf 08.01.2020

Eerste beelden vliegtuigramp Iran Telegraaf 08.01.2020

Vergelding Iran: raketten treffen Amerikaanse legerbases Irak RTL 08.01.2020

Eerste beelden: Iraanse raketten komen neer op legerbasis VS RTL 08.01.2020

Iran bestookt Amerikaanse bases in Irak, Iraakse premier vraagt om hulp NOS 08.01.2020

Iraans raketvuur op basis VS in Irak Telegraaf 08.01.2020

Soleimani met uren vertraging begraven, na paniek met 56 doden NOS 08.01.2020

Iran: minst erge wraakscenario nog steeds ’historische nachtmerrie’ voor VS Telegraaf 07.01.2020

Frankrijk trekt troepen voorlopig niet terug uit Irak Telegraaf 07.01.2020

Duitsers trekken deel troepen uit Irak terug Telegraaf 07.01.2020

Duitsland trekt deel van troepen terug uit Irak AD 07.01.2020

Irak bevestigt ontvangst brief over terugtrekking leger VS MSN 07.01.2020

Gedode Iraanse generaal wordt dinsdag begraven Telegraaf 07.01.2020

Overal posters van Soleimani, maar niet iedere Iraniër is uit op wraak NOS 07.01.2020

Wie zou doelwit van een Iraanse vergeldingsactie kunnen worden? NOS 07.01.2020

Pentagon neemt afstand van Trump: geen aanval op Iraans cultureel erfgoed NOS 07.01.2020

Uitvaart Soleimani uitgesteld na tientallen doden door vertrapping NU 07.01.2020

Dodental bij uitvaart Soleimani opgelopen tot 56; begrafenis hervat NOS 07.01.2020

Iraanse minister: ‘Krijg geen visum voor vergadering VN in New York’ NU 07.01.2020

NAVO spreekt tijdens spoedvergadering steun aan VS uit in conflict met Iran NU 06.01.2020

NAVO ‘staat achter de VS’ en roept Iran op tot terughoudendheid NOS 06.01.2020

Miljoenen Iraniërs bij afscheid generaal, Khamenei in tranen NOS 06.01.2020

Turkije overlegt met VS en Iran, wil spanningen doen verminderen MSN 06.01.2020

NAVO: Iran moet nooit kernwapen krijgen MSN 06.01.2020

NAVO: Iran moet nooit kernwapen krijgen Telegraaf 06.01.2019

Pelosi wil Trumps militaire bevoegdheid inperken Telegraaf 06.01.2020

Dochter gedode generaal: VS wacht ’donkere dag’ Telegraaf 06.01.2020

Trump dreigt met sancties tegen Irak na wegsturen Amerikaanse troepen NU 06.01.2020

Trump dreigt Irak met sancties als militairen weg moeten Telegraaf 06.01.2020

Europese landen vragen Iran geen geweld te gebruiken Telegraaf 06.01.2020

Oproep Johnson, Merkel en Macron aan Iran: stop geweld en blijf in atoomakkoord NOS 06.01.2020

En verder ook nog:

‘Iran wil wraak met aanslag op Amerikaanse ambassadeur’

Elsevier 16.09.2020 Iran overweegt een moordaanslag op de Amerikaanse ambassadeur in Zuid-Afrika. Dat staat in Amerikaanse inlichtingenrapporten, meldt de Amerikaanse nieuwswebsite Politico op basis van twee bronnen.

Iran is nog steeds op zoek naar vergelding voor de dood van de Iraanse generaal Qassem Soleimani, die dit jaar om het leven kwam bij een Amerikaanse drone-aanval. De Amerikaanse president Donald Trump belooft hard terug te slaan mocht Iran tot actie overgaan.

De Islamitische Republiek Iran zou het hebben gemunt op Lana Marks (66), sinds oktober 2019 de Amerikaanse ambassadeur in Zuid-Afrika. Marks, naast ambassadeur ook ontwerper van damestassen, is al meer dan twintig jaar een kennis van Donald Trump en lid van zijn Mar-a-Lago Club in Florida.

Of Marks doelwit is vanwege haar connectie met Trump of dat er een andere reden is, blijft onduidelijk. De dreiging tegen Marks zou sinds dit voorjaar spelen, maar is in de afgelopen weken concreter geworden.

Lees ook: De gerechtvaardigde dood van schaduw-bevelhebber Soleimani

Volgens Amerikaanse inlichtingen zou Marks een van verscheidene doelwitten voor Iraanse vergelding zijn. De zaak wordt serieus genomen, omdat Iran en aan Iran gelieerde terreurgroepen sinds 1979 verantwoordelijk worden gehouden voor diverse politieke afrekeningen in het buitenland.

Duizend keer zo groot

Als reactie op het nieuws over de mogelijke moordaanslag zegt Trump een Iraanse vergeldingsactie te beantwoorden met een aanval op Iran die duizend keer groter zal zijn. Een buitenlands conflict kan goed uitpakken voor een zittend president in verkiezingstijd.

Maar Trumps verkiezingsbelofte in 2016 was om Amerikaanse troepen uit het Midden-Oosten terug te trekken en de Verenigde Staten niet meer deel te laten nemen aan endless wars – eindeloze oorlogen.

De terugtrekking van troepen uit Irak en Afghanistan is de afgelopen maanden in gang gezet. Daardoor verzwakt de strategische positie van de Verenigde Staten in het Midden-Oosten en wordt adequaat reageren op Iran een stuk moeilijker.

 Donald J. Trump

@realDonaldTrump

15 sep. 2020 According to press reports, Iran may be planning an assassination, or other attack, against the United States in retaliation for the killing of terrorist leader Soleimani, which was carried out for his planning a future attack, murdering U.S. Troops, and the death & suffering…

 Donald J. Trump

@realDonaldTrump

…caused over so many years. Any attack by Iran, in any form, against the United States will be met with an attack on Iran that will be 1,000 times greater in magnitude! 5:04 a.m. · 15 sep. 2020 108,1K 36K mensen tweeten hierover

Lana Marks, ambassadeur van de VS in Zuid-Afrika, en tevens oprichter van een handtassenmerk. Ⓒ ANP

’Iran overweegt moordaanslag op Amerikaanse ambassadeur’

Telegraaf  14.09.2020 De Iraanse regering overweegt een moordaanslag op de Amerikaanse ambassadeur in Zuid-Afrika. Dat zou blijken uit Amerikaanse inlichtingenrapporten, meldt nieuwssite Politico op basis van een ingewijde en iemand die de inlichtingen heeft gezien.

Iran blijft op zoek naar manieren om wraak te nemen voor de dood van de Iraanse generaal Qassem Soleimani die in januari door een Amerikaanse drone-aanval omkwam. Als de aanslag wordt uitgevoerd, zet dat de toch al zeer gespannen verhoudingen tussen de VS en Iran verder onder druk. De Amerikaanse president Donald Trump zou onder zware druk komen te staan om terug te slaan, schrijft Politico.

Amerikaanse functionarissen zijn sinds het voorjaar op de hoogte van een algemene bedreiging tegen de ambassadeur, Lana Marks, aldus de functionarissen. Maar de informatie over de dreiging voor de ambassadeur is de afgelopen weken specifieker geworden. De Iraanse ambassade in Pretoria is betrokken bij het complot, zei de Amerikaanse regeringsfunctionaris. Marks is op de hoogte gebracht van de dreiging, aldus de regeringsfunctionaris.

De Amerikaanse president Donald Trump zou onder zware druk komen te staan om terug te slaan, schrijft Politico. Ⓒ REUTERS

Marks werd in oktober vorig jaar beëdigd als Amerikaanse ambassadeur. Ze kent Trump al meer dan twee decennia. Ze werd geboren in Zuid-Afrika en spreekt enkele van de belangrijkste talen van het land, waaronder Afrikaans en Xhosa. De inlichtingendiensten weten niet precies waarom de Iraniërs het gemunt hebben op Marks, die weinig of geen bekende banden met Iran heeft. Het is mogelijk dat de Iraniërs rekening houden met haar lange vriendschap met Trump, zei de Amerikaanse regeringsfunctionaris.

BEKIJK MEER VAN; terreurdaad overheid Donald Trump Qassem Soleimani Iran

‘Iran bereidt wraakactie voor op moord generaal Soleimani’

AD 14.09.2020 De Iraanse regering zint op wraak na de dood van de Iraanse generaal Qassem Soleimani die in januari door een Amerikaanse drone-aanval omkwam. Uit Amerikaanse inlichtingenrapporten zou blijken dat het land het heeft gemunt op de Amerikaanse ambassadeur in Zuid-Afrika, Lana Marks. Dat meldt nieuwssite Politico op basis van een ingewijde en iemand die de inlichtingen heeft gezien.

Als de aanslag inderdaad wordt uitgevoerd, zet dat de toch al zeer gespannen verhoudingen tussen de VS en Iran verder onder druk. De Amerikaanse president Donald Trump zou in dat geval onder zware druk komen te staan om terug te slaan, schrijft Politico.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Amerikaanse functionarissen zijn sinds het voorjaar op de hoogte van een algemene bedreiging tegen de ambassadeur,  aldus de functionarissen. Maar die informatie is de afgelopen weken specifieker geworden. De Iraanse ambassade in Pretoria is betrokken bij het complot, zei de Amerikaanse regeringsfunctionaris. Marks is inmiddels op de hoogte gebracht van de dreiging, aldus de regeringsfunctionaris.

Marks werd in oktober vorig jaar beëdigd als Amerikaanse ambassadeur. Ze kent Trump al meer dan twee decennia. De inlichtingendiensten weten niet precies waarom de Iraniërs het gemunt hebben op Marks, die weinig of geen bekende banden met Iran heeft. Het is mogelijk dat de Iraniërs rekening houden met haar lange vriendschap met Trump, zei de Amerikaanse regeringsfunctionaris.

Verenigde Staten halen ruim tweeduizend troepen terug uit Irak

NU 09.09.2020 De Verenigde Staten verkleinen hun troepenmacht in Irak van 5.200 naar 3.000 soldaten, schrijven internationale media op basis van de Amerikaanse commandant Kenneth McKenzie in het Midden-Oosten. De herplaatsing moet voor oktober zijn afgerond.

Het restant van de Amerikaanse troepenmacht blijft in Irak aanwezig om het Iraakse leger te trainen en laatste groeperingen van de terreurorganisatie Islamitische Staat (IS) op te sporen.

De herroeping komt niet uit de lucht vallen. Eerder schreef The Washington Post al op basis van bronnen dat de VS zo’n tweeduizend troepen wilde terughalen, terwijl president Donald Trump meermaals heeft bevestigd dat hij de Amerikaanse soldaten naar huis wil halen.

Droneaanval zette verhoudingen tussen VS en Irak op scherp

Amerikaanse troepen in Irak stonden begin dit jaar onder druk, nadat de VS de Iraanse generaal Qassem Soleimani had gedood. Dat gebeurde bij een droneaanval in de Iraakse hoofdstad Bagdad. Volgens Trump was de actie noodzakelijk omdat Soleimani een aanval beraamde op Amerikaanse belangen.

De onaangekondigde droneaanval leidde tot woede in Irak en zette de relatie tussen beide landen op scherp. Het leidde tot het tijdelijke stopzetten van operaties van de internationale coalitie, waar Nederland aan deelneemt.

Het Iraakse parlement stemde daarnaast in een officieuze stemming voor het wegsturen van het Amerikaanse leger en het stopzetten van activiteiten van buitenlandse troepenmachten. Irak ging echter nog niet over tot het actief uitvoeren van dat beleid.

Het terugtrekken van troepen uit het Midden-Oosten geldt als een van de belangrijkste verkiezingsbeloftes van Trump. Eerder ging de VS ook al over tot het terugtrekken van alle troepen uit Afghanistan na een historisch vredesakkoord met de Taliban. De circa vijfduizend Amerikaanse militairen in Irak zijn sinds 2014 in het land gestationeerd.

Lees meer over: Irak Verenigde Staten Buitenland

De overheidsbron heeft gezegd dat de afbouw van de Amerikaanse troepensterkte naar 3500 man 2 à 3 maanden in beslag zal nemen. Het Pentagon had geen commentaar.

Ⓒ HOLLANDSE HOOGTE / ZUMA PRESS

’VS willen derde deel van de soldaten uit Irak terugtrekken’

Telegraaf 28.08.2020 De Verenigde Staten bouwen hun militaire aanwezigheid in Irak de komende maanden mogelijk af van ongeveer 5200 naar 3500 soldaten, stelt een overheidsfunctionaris die anoniem wil blijven tegenover The Wall Street Journal. De terugtrekkingsplannen waren te verwachten nadat de Trump-regering de intentie recentelijk al uitsprak.

De huidige 5200 Amerikaanse militairen in Irak werden daar ingezet om de terreurgroep Islamitische Staat (IS) te bestrijden. Bronnen binnen de door Amerikanen geleide coalitie tegen IS zeggen dat de Irakese strijdkrachten de overblijfselen van IS zelfstandig aankunnen. De VS en Irak bereikten in juni overeenstemming over het afbouwen van de Amerikaanse troepensterkte in de komende maanden. Washington is niet van plan om permanent militair aanwezig te blijven in Irak.

President Donald Trump beloofde in zijn verkiezingscampagne in 2016 om een einde te maken aan Amerika’s „eindeloze oorlogen.” Amerikaanse troepen blijven vooralsnog echter aanwezig in landen als Afghanistan, Irak en Syrië, maar wel in kleinere aantallen.

De overheidsbron heeft gezegd dat de afbouw van de Amerikaanse troepensterkte naar 3500 man 2 à 3 maanden in beslag zal nemen. Het Pentagon had geen commentaar.

Trump beloofde deze maand in een ontmoeting met de Irakese premier dat de VS troepen uit het land zullen terugtrekken. Het Irakese parlement stemde eerder dit jaar voor een afbouw van de buitenlandse troepensterkte in het land.

BEKIJK MEER VAN; oorlog Donald Trump Irak Afghanistan Verenigde Staten Washington Syrië Islamitische Staat

‘VS willen derde deel van de soldaten uit Irak terugtrekken’

AD 28.08.2020 De Verenigde Staten bouwen hun militaire aanwezigheid in Irak de komende maanden mogelijk af van ongeveer 5200 naar 3500 soldaten, stelt een overheidsfunctionaris die anoniem wil blijven tegenover The Wall Street Journal. De terugtrekkingsplannen waren te verwachten nadat de Trump-regering de intentie recentelijk al uitsprak.

De huidige 5200 Amerikaanse militairen in Irak werden daar ingezet om de terreurgroep Islamitische Staat (IS) te bestrijden. Bronnen binnen de door Amerikanen geleide coalitie tegen IS zeggen dat de Irakese strijdkrachten de overblijfselen van IS zelfstandig aankunnen. De VS en Irak bereikten in juni overeenstemming over het afbouwen van de Amerikaanse troepensterkte in de komende maanden. Washington is niet van plan om permanent militair aanwezig te blijven in Irak.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

De overheidsbron heeft gezegd dat de afbouw van de Amerikaanse troepensterkte naar 3500 man twee à drie maanden in beslag zal nemen. Het Pentagon had geen commentaar.

‘Eindeloze oorlogen’

President Donald Trump beloofde in zijn verkiezingscampagne in 2016 om een einde te maken aan Amerika’s ‘eindeloze oorlogen’. Amerikaanse troepen blijven vooralsnog echter aanwezig in landen als Afghanistan, Irak en Syrië, maar wel in kleinere aantallen.

Trump beloofde deze maand in een ontmoeting met de Irakese premier dat de VS troepen uit het land zullen terugtrekken. Het Irakese parlement stemde eerder dit jaar voor een afbouw van de buitenlandse troepensterkte in het land.

Iran: passagiers leefden nog 19 seconden na raketinslag vliegtuig

RTL 23.08.2020 De inzittenden van het passagiersvliegtuig van Ukraine International Airlines, dat in januari in Iran werd neergeschoten met twee raketten, zouden nog negentien seconden hebben geleefd vanaf het moment dat de eerste raket het vliegtuig raakte.

De inhoud van de zwarte doos werd de afgelopen maanden onderzocht in Frankrijk. Vandaag kwam Touraj Dehghani-Zanganeh, het hoofd van de Iraanse burgerluchtvaartorganisatie, met de eerste officiële verklaring over de inhoud van de data en stemopnames uit de cockpit.

Twee raketten

“In de negentien seconden nadat de eerste raket het vliegtuig raakt, wijzen de stemmen van piloten in de cockpit erop dat de passagiers in leven zijn”, zei Dehghani-Zanganeh op de staatstelevisie. Daarna houdt de opname op, vermoedelijk omdat de apparatuur beschadigd is geraakt.

“25 seconden na de eerste inslag, raakt de tweede raket het vliegtuig.” Daarna stort het vliegtuig neer.

Lees ook:

Werd Oekraïens vliegtuig per ongeluk neergehaald? Zes vragen

Alle 176 inzittenden, onder wie negen bemanningsleden, kwamen om het leven bij de actie.

De Iraanse luchtverdediging schoot het passagiersvliegtuig van Ukraine International Airlines (UIA) begin januari uit de lucht, net nadat het was opgestegen bij Teheran.

Per ongeluk neergeschoten

Iran bekende later dat het een ‘rampzalige vergissing’ van het leger was. Het leger stond namelijk in de hoogste staat van paraatheid, vanwege een confrontatie met de Verenigde Staten. Iran heeft toegegeven dat het vliegtuig per ongeluk is neergeschoten, omdat het werd aangezien voor een vijandelijk vliegtuig.

Reconstructie: zo eindigde een gewone vlucht naar Kiev in een tragedie

Het had een gewone passagiersvlucht moeten zijn, vlucht PS752 van Teheran naar Kiev. Maar het werd een catastrofe. 176 mensenlevens waren in één klap weg door een foute beslissing van het Iraanse leger. Een reconstructie van de ramp.

RTL Nieuws; Vliegtuig Vliegtuigongeluk Vliegramp Iran Iran Oekraïne

Iran: Slachtoffers Oekraïens passagiersvliegtuig leefden nog 19 seconden

NU 23.08.2020 De inzittenden van het ramptoestel van Ukraine International Airlines, dat in januari per abuis door Iran uit de lucht werd geschoten, leefden nog zo’n negentien seconden vanaf het moment dat de eerste raket het toestel raakte. Dat maakte het hoofd van de Iraanse luchtvaartautoriteit zondag bekend.

De Boeing 737 van de Oekraïense luchtvaartmaatschappij werd op 8 januari door de Iraanse Revolutionaire Garde (IRG) uit de lucht geschoten. Dat gebeurde enkele uren na een vergeldingsactie tegen Amerikaanse strijdkrachten door Iran. De fout was ontstaan door een verkeerde afstelling van het radarsysteem.

“Negentien seconden nadat de eerste raket het toestel raakte, waren de stemmen van de piloten nog te horen. Dat toont aan dat de passagiers nog in leven waren. Na 25 seconden raakte de tweede raket het vliegtuig”, zei Touraj Dehghani-Zanganeh tegen staatsmedia.

Alle 176 inzittenden, onder wie negen bemanningsleden, kwamen om het leven bij de actie. De meeste doden kwamen uit Iran (82) en Canada (63). Ook waren er slachtoffers uit Oekraïne, Zweden, Afghanistan, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk.

Zwarte dozen worden geanalyseerd

De zwarte dozen van het vliegtuig konden worden gered en werden op 20 juli overhandigd aan Frankrijk, waar de dozen worden uitgelezen.

Iran is momenteel in gesprek met de betrokken landen over het onderzoek naar de ramp. Het hoofd van de Iraanse luchtvaartautoriteit heeft hen gevraagd weg te blijven van politieke analyses naar aanleiding van de informatie uit de zwarte dozen. Eerder liet Iran al weten dat er “een verschrikkelijke fout” was gemaakt.

Iran en de verschillende landen praten momenteel over een compensatie voor de nabestaanden.

Moment waarop Iran Oekraïens vliegtuig neerschiet vastgelegd

Zie ook: Vliegtuigcrash in Iran: ‘De sector heeft zeker geleerd van MH17’

Lees meer over: Iran Buitenland

De plaats waar vlucht 752 neerstortte EPA

Iran: passagiers Oekraïense rampvlucht waren na eerste inslag nog in leven

NOS 23.08.2020 Het Oekraïense passagiersvliegtuig dat in januari boven Teheran werd neergeschoten, werd geraakt door twee raketten. In de 25 seconden tussen de inslagen was een deel van de inzittenden nog in leven.

Dat blijkt uit de analyse van data afkomstig uit de zwarte doos van het toestel, meldt de Iraanse burgerluchtvaartorganisatie. Het is de eerste officiële verklaring over de inhoud van de data en stemopnames uit de cockpit. De zwarte doos werd afgelopen juli naar Frankrijk overgebracht voor onderzoek.

“In de negentien seconden nadat de eerste raket het vliegtuig raakt, wijzen de stemmen van piloten in de cockpit erop dat de passagiers in leven zijn”, zei Touraj Dehghani-Zanganeh van de Iraanse burgerluchtvaartorganisatie op de staatstelevisie. Daarna houdt de opname op, vermoedelijk omdat de apparatuur beschadigd is geraakt.

“25 seconden na de eerste inslag, raakt de tweede raket het vliegtuig.” Daarna stort het vliegtuig neer.

176 doden

Op 8 januari werd vlucht 752 van Ukraine International Airlines neergeschoten, net na vertrek van de luchthaven van Teheran. Bij de ramp kwamen alle 176 inzittenden om het leven.

In eerste instantie ontkende Iran de informatie van westerse veiligheidsdiensten dat het toestel was geraakt door Iraanse luchtafweerraketten. Later gaf Iran toe dat het vliegtuig per ongeluk is neergeschoten, omdat het werd aangezien voor een vijandelijk vliegtuig.

In die periode waren de spanningen tussen Iran en de VS op een hoogtepunt, na de liquidatie van de Iraanse generaal Soleimani door de VS, vijf dagen eerder.

De informatie uit de zwarte doos die nu naar buiten is gebracht is deel van een rapport dat Iran later naar buiten zal brengen.

BEKIJK OOK;

‘Passagiers Oekraïens toestel leefden nog na eerste raketinslag’

AD 23.08.2020 Onderzoek van de zwarte dozen van een in Iran neergehaald Oekraïens passagiersvliegtuig toont aan dat het werd geraakt door twee raketten 25 seconden na elkaar en dat de passagiers nog enige tijd in leven waren na de eerste inslag. Dat zegt het hoofd van de Iraanse burgerluchtvaartorganisatie zondag.

Het betreft het eerste officiële bericht over de inhoud van de cockpitvoicerecorder en de gegevensregistraties, die in juli naar Frankrijk waren gestuurd om te worden gelezen.

Teheran heeft gezegd dat het per ongeluk het Oekraïense vliegtuig in januari neerhaalde, in een tijd van extreme spanningen met de Verenigde Staten. Alle 176 mensen aan boord van de Boeing 737 kwamen om het leven.

,,Negentien seconden nadat de eerste raket het vliegtuig raakte, gaven de stemmen van de piloten in de cockpit aan dat de passagiers in leven waren, 25 seconden later raakte de tweede raket het vliegtuig”, aldus de Iraanse staatstelevisie die het hoofd van de Iraanse burgerluchtvaartorganisatie citeerde. ,,De gegevensanalyse van de zwarte dozen zouden niet moeten worden gepolitiseerd”, voegde hij eraan toe.

De Iraanse luchtverdediging schoot het passagiersvliegtuig van Ukraine International Airlines (UIA) begin januari uit de lucht, net nadat het was opgestegen bij Teheran. Iran erkende later dat het een “rampzalige vergissing” van het leger was dat in de hoogste staat van paraatheid was tijdens een confrontatie met de Verenigde Staten. Iraanse en Oekraïense functionarissen hebben gesprekken gevoerd over de schadeloosstelling van de families van de slachtoffers.

Experts onderzoeken zwarte dozen van in Iran neergehaalde Boeing

AD 20.07.2020 Onderzoekers zijn begonnen met hun onderzoek naar de zwarte dozen van de Boeing 737 die in januari is neergehaald door Iran. Dat heeft die apparatuur met informatie uit het ramptoestel maanden na de ramp alsnog overgedragen aan het Franse onderzoeksbureau voor de burgerluchtvaart (BEA).

Die dienst maakte vanmorgen bekend dat het onderzoek van start is gegaan. Er wordt volgens een woordvoerder eerst geprobeerd om toegang te krijgen tot de informatie uit de cockpitvoicerecorder. Die houdt bij wat voor geluiden zijn te horen in de cockpit. Later zal ook de andere zwarte doos, de flight data recorder, uit het ramptoestel worden onderzocht.

De Iraanse luchtverdediging schoot het passagiersvliegtuig van Ukraine International Airlines (UIA) begin januari uit de lucht, kort na vertrek uit Teheran. Alle 176 passagiers kwamen om het leven. De Iraanse autoriteiten zeggen dat het toestel per ongeluk is neergehaald. Het drama zou het gevolg zijn van een menselijke fout.

Fout

Een commandant van de Iraanse Revolutionaire Garde zei dat zijn eenheid ‘volledige verantwoordelijkheid’ neemt voor het per ongeluk neerhalen van het vliegtuig. Generaal Amir Ali Hajizadeh verklaarde voor de Iraanse staatstelevisie dat hij, toen hij hoorde dat het toestel met 176 passagiers was neergestort, ‘dood wenste te zijn’. Degene die de raket afvuurde, deed dat op eigen houtje, omdat de communicatielijnen werden gestoord.

In eerste instantie ontkende Iran dat het passagiersvliegtuig, waarin onder anderen 82 Iraniërs zaten, per ongeluk was neergehaald en deed de berichten van deskundigen uit de VS en Canada af als ‘psychologische oorlogsvoering’.

Na de bekendmaking gingen tussen de zevenhonderd en duizend demonstranten in Iran de straat op om te protesteren tegen hun eigen regering. Volgens het Iraanse persbureau Fars News verscheurden de demonstranten daarbij foto’s van Qassem Soleimani, de generaal die door een Amerikaanse raket omkwam in buurland Irak.

Waarnemers

© AFP

Het onderzoek wordt bijgewoond door waarnemers uit meerdere landen. Er zijn onderzoekers aanwezig uit Canada, de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk. Ook luchtvaartmaatschappij UIA, vliegtuigbouwer Boeing en motorproducent Safran hebben vertegenwoordigers gestuurd.

© AP

Opnieuw explosie in Iran, nu bij energiecentrale AD 19.07.2020

Iran geteisterd door mysterieuze explosies: ‘Opzet lijkt in het spel’ NU 21.07.2020

Iran: Neerhalen Oekraïens passagiersvliegtuig kwam door radarfout

NU 12.07.2020 Het neerschieten van een Oekraïens passagiersvliegtuig door Iran afgelopen januari, kwam door een verkeerd afgestelde radar en een menselijke inschattingsfout, zeggen autoriteiten zondag. Teheran noemde de gebeurtenis al eerder een “rampzalige fout”.

Bij de crash kwamen alle 176 passagiers en crewleden van de Boeing 737 van Ukraine International Airlines om. Het toestel werd vlak na het opstijgen uit Teheran per ongeluk neergeschoten door de Iraanse Revolutionaire Garde (IRG). Dat gebeurde enkele uren na een vergeldingsactie tegen Amerikaanse strijdkrachten door Iran.

Het ongeluk is veroorzaakt door een menselijke fout tijdens het afstellen van het radarsysteem, zegt Iran nu. Hierdoor kon het luchtafweersysteem het traject van de doelwitten niet langer goed volgen, aldus de Iraanse luchtvaartautoriteit CAO volgens persbureau AFP.

Door de radarfout kreeg de bemanning van het luchtafweergeschut de verkeerde informatie door over het traject van het toestel. Ondanks deze informatie had het duidelijk moeten zijn dat er sprake was van een lijnvlucht, maar de bemanning maakte een identificatiefout, schrijft het CAO in een rapport.

Zwarte dozen gaan naar Frankrijk

Iran gaf onlangs aan de zwarte dozen op 20 juli te overhandigen aan Frankrijk, voor analyse door de Franse luchtvaartautoriteit BEA. De flightrecorders werden al onderzocht in Iran, door een team van deskundigen uit Oekraïne en Canada. In het vliegtuig zaten voornamelijk Iraanse en Canadese staatsburgers.

Enkele uren voor de crash had Iran raketten afgeschoten op Amerikaanse strijdkrachten in Irak. De actie was een vergelding voor de liquidatie van de hooggeplaatste generaal Qassem Soleimani door de VS.

Over de crash op 8 januari was dagenlang onduidelijkheid omdat Iran de ramp eerst weet een aan motorfout. Later gaf het land toe dat Iraanse luchtverdedigingstroepen het toestel per ongeluk hadden neergeschoten.

‘Wou dat ik kon sterven’

Op 11 januari had een hooggeplaatste commandant van de IRG al de volledige verantwoordelijkheid genomen voor het neerschieten van de Boeing. “Ik wou dat ik gestorven was en het ongeluk niet had hoeven meemaken”, zei Amirali Hajizadeh op de staatstelevisie.

De commandant zei dat zijn troepen die nacht op het hoogste niveau van alertheid “klaarstonden voor een oorlog”. Hij zei dat de bemanning slechts 10 seconden de tijd had om de juiste keuze te maken.

Lees meer over: Iran 

Iran: passagiersvliegtuig neergehaald door fout met radar

AD 12.07.2020 Iran zegt dat een blunder met een radarsysteem de belangrijkste menselijke fout was die leidde tot het neerhalen van een passagiersvliegtuig. Daarbij kwamen begin dit jaar alle 176 mensen om het leven die aan boord waren van het toestel van Ukraine International Airlines.

De Iraanse luchtverdediging schoot het toestel op 8 januari kort na het opstijgen bij de hoofdstad Teheran met twee raketten uit de lucht. Het passagiersvliegtuig zou zijn aangezien voor een kruisraket.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Lees meer

Lees meer

De burgerluchtvaartautoriteit zegt in een rapport dat een luchtverdedigingseenheid was ‘vergeten’ om radarinstellingen aan te passen. Daardoor kon het burgertoestel worden aangezien voor een vijandig doelwit. Er zou volgens het rapport zonder toestemming van hogerhand het vuur zijn geopend.

Iran had kort voor het neerhalen van het toestel raketaanvallen uitgevoerd op Amerikaanse doelen in buurland Irak. Die waren bedoeld om de dood te vergelden van generaal Qasem Soleimani, een van de machtigste mannen in Iran. De VS hadden hem in Bagdad met een drone-aanval om het leven gebracht.

Iran geteisterd door reeks mysterieuze explosies en ongelukken

AD 12.07.2020 In een petrochemisch complex in het zuidwesten van Iran heeft zich volgens lokale autoriteiten een explosie voorgedaan. Ook volgde er zondag een grote brand in het complex in de stad Mahschahr, meldt persbureau IRNA.

BEKIJK OOK:

’Bomaanslag’ leidt tot roep om wraak in Iran

BEKIJK OOK:

Neemt Iran wraak na reeks mysterieuze explosies?

De exacte oorzaak is nog steeds onduidelijk. De autoriteiten gaan uit van een olielek in de fabriek Tondgujan. Over slachtoffers en omvang van de schade is nog niks bekend.

Zeven opmerkelijke incidenten binnen twee weken. Wat of wie zit er achter de reeks mysterieuze explosies en ongelukken in Iran?

Een onderzoek van de Iraanse politie heeft vanochtend geconcludeerd dat de explosie en het vuur waarbij op 30 juni 19 mensen omkwamen in Teheran “geenszins een veiligheidsprobleem was”. Hamid Hadavand, plaatsvervangend politiechef van Teheran, meldde dat vanochtend tegen het semi-officiële persbureau Fars.

Ongeveer een dozijn mensen, de meesten van hen in de kliniek, werden na de explosie  gearresteerd en zijn inmiddels op borgtocht vrijgelaten, wachtend op het proces, zei Hadavand in de eerste officiële conclusie over de oorzaak van de mysterieuze ontploffing.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Lees meer

Lees meer

Lees meer

Feit blijft dat de Iraanse brandweer het opmerkelijk druk heeft de laatste weken met explosies en branden: 26 juni was er een explosie op de militaire basis Parchin bij Teheran, 30 juni dus de explosie in de kliniek in dezelfde stad en 7 juli nog eentje in een fabriek daar.

Op 2 juli was de beurt aan de nucleaire installatie bij Natanz, twee dagen later weer een explosie, bij de energiecentrale van Ahvaz én bij de petrochemische installaties van Karoun. Tussendoor nog een opmerkelijke gaslek in de energiecentrale van Shiraz. Allemaal toeval en pech? Met name in het zwijgzame Israël denken velen van niet. Het is juist dat land wel wat waard mee te werken aan schade en vertraging van Irans nucleaire ambities.

Iran zit er zelf ook mee gezien de vage, trage en soms tegenstrijdige berichtgeving in de staatsmedia. Eergisteren werd bijvoorbeeld ontkend dat er explosies waren ten westen van de hoofdstad waar omwonenden toch heel precies vier ‘inslagen’ telden. De meldingen kregen later vage illustraties in de sociale media maar die bleken vals en van branden uit het verleden. Maar wat gebeurde er dan wel donderdag?

Aanslag door nieuwe terreurgroep

Officiële beelden van de explosie op 7 juli, nabij Teheran. © AP

Van de Iraanse autoriteiten valt weinig duidelijkheid te verwachten als nucleaire programma’s in het geding zijn. Zo heette de brand van 2 juli op het terrein van de kerncentrale in Natanz in Midden-Iran aanvankelijk ‘een ongeluk in een onafgemaakte schuur’. Maar satellietbeelden spraken dat toch al snel tegen.

Dit was duidelijk een explosie geweest en geen kleintje. Niet lang daarna erkende een woordvoerder van de Iraanse nucleaire dienst dat er wat was gebeurd in een fabriek voor centrifuges die worden gebruikt om uranium te verrijken.

De schade zou het werk daar kunnen vertragen, heette het nu. Dus toch groter dan een binnenbrandje in een schuur. Maar was het een aanslag door een nieuwe terreurgroep? Sabotage van binnenuit? Of toch een Israëlische raketaanval?

Vragen te over. Net als rond de explosie nabij Parchin, een militaire basis ten zuidoosten van Teheran die ballistische raketten produceert. Half Teheran hoorde de knallen en zag de vuurbol midden in de nacht.

De autoriteiten spreken van ongelukken. Net zoals die elders gebeurden in energiecentrales, klinieken en andere faciliteiten. Het zit tegen deze zomer. Waren inderdaad het gaslekken, zoals de autoriteiten soms beweerden, of toch meer?

Sterke vermoedens

Donald Trumps speciale gezant voor Iran Brian Hook, op 30 juni, op een persconferentie na een ontmoeting met de Israëlische premier Benjamin Netanyahu (rechts). © EPA

De ontploffingen op Parchin en Natanz doen bij waarnemers sterke vermoedens rijzen over een Israëlische hand in dit alles. Ook in de Israëlische media wordt daarover flink gespeculeerd. Voer voor sabotage is bijvoorbeeld een opmerking van Gabi Ashkenazi, Israëls minister van Buitenlandse Zaken. Hij zei vorige week: ,,We ondernemen acties die beter onuitgesproken blijven.”

Kort daarvoor had het Israëlische leger medailles toegekend aan de eenheid die bezig is met hightech-oorlogsvoering voor geheime operationele activiteiten; in mei werd de belangrijkste haven van Iran verlamd door een cyberaanval.

Toeval of niet Israël is al decennia bezig het Iraanse atoomprogramma te ondermijnen. Dat wordt als levensbedreigend aangemerkt aangezien verschillende Iraanse hardliners heel duidelijk hebben uitgesproken de joodse staat van de kaart te willen vegen zodra ze de nucleaire middelen daarvoor hebben.

Bekend in die strijd werd Stuxnet, een schadelijke computerworm die door Amerikaanse en Israëlische spionnen zou zijn losgelaten op Iraanse centrifuges. Israël zou Iraanse atoomwetenschappers hebben vermoord met kleefbommen op hun auto’s.

Harde klap

Maar waarom plots nu al die explosies en incidenten in Iran? Dat is gissen, want geen van de partijen zal hier iets over naar buiten brengen. Het Britse blad The Economist probeert de timing te verklaren van eventuele Israëlische betrokkenheid.

Het slepende conflict over het nucleaire programma van Iran was naar de achtergrond gedrongen door het coronavirus dat enorm huishoudt in zowel Iran als in de Verenigde Staten. ‘De mislukte aanpak van het virus door president Donald Trump heeft zijn herverkiezing twijfelachtig gemaakt en Israël zal misschien denken dat de klok tikt voor een Amerikaanse regering die zich inzet voor maximale druk op Iran’.

Met andere woorden: de kansen om Iran een harde klap uit te delen tegen Irans nucleaire ambities vervliegen. Trumps opvolger Joe Biden wil de Iraniërs wél weer aan de onderhandelingstafel krijgen, terwijl Donald Trump voorstander is van desnoods drastischere acties. Dus zet Israël nu druk op de ketel, zo is de gedachte.

Tussen Washington en Teheran is op dit moment sowieso weinig liefde verloren. Trump was trots op de moord op Qassem Suleimani, de belangrijkste militaire commandant van Iran, en er was een vergeldingsaanval door Iran op een vliegbasis in Irak waarbij wat Amerikaanse soldaten gewond raakten. Daarna werd het stil door COVID-19, totdat het begon te knallen in Teheran.

Interpol: wij gaan Donald Trump niet arresteren

Telegraaf 29.06.2020  Interpol gaat niet voldoen aan het verzoek van Iran om de Amerikaanse president Trump op te pakken. De internationale politieorganisatie zegt dat haar regels het verbieden „elke interventie of activiteit met een politiek, militair, religieus of raciaal karakter te ondernemen.”

Interpol zal dergelijke verzoeken dan ook niet in behandeling nemen, aldus de organisatie in het Franse Lyon. Interpol reageert daarmee op het nieuws over de Iraanse autoriteiten, die een arrestatiebevel uitvaardigden tegen Trump en andere Amerikaanse functionarissen.

Het radicaalislamitische regime in Teheran wil hen aanpakken voor de dood van generaal Qassem Soleimani, een van de machtigste mannen in Iran. Hij kwam begin dit jaar om het leven door een aanval met een Amerikaanse drone in Irak.

De Iraanse justitie wil Trump vervolgen voor moord en terrorisme als hij geen president meer is. De Iraanse autoriteiten deden een beroep op Interpol om hem en de anderen aan te houden.

BEKIJK OOK:

Iraanse media: arrestatiebevel tegen Donald Trump

BEKIJK MEER VAN; politie overheid Donald Trump Qassem Soleimani Iran

Iran wil Trump arresteren voor dood generaal

NU 29.06.2020 Iran heeft een arrestatiebevel uitgevaardigd tegen de Amerikaanse president Donald Trump, vanwege de moord op de Iraanse generaal Qassem Soleimani. Dat heeft het Openbaar Ministerie (OM) in Teheran maandag bekendgemaakt.

Hoofdaanklager Ali Alqasi-Mehr zei dat Iran, naast Trump, 35 vermeende betrokkenen bij de dood van Soleimani wil vervolgen, onder wie overheidsfunctionarissen uit de VS en andere landen. Hij gaf geen details over de identiteiten van de andere verdachten.

Alqasi-Mehr zei dat het Iraans OM van plan is Trump ook te vervolgen als hij de presidentsverkiezingen in november verliest en begin volgend jaar plaatsmaakt voor zijn opvolger.

De Iraanse autoriteiten zeggen Interpol te hebben verzocht de 37 verdachten, inclusief de Amerikaanse president, op de internationale opsporingslijst te plaatsen.

Interpol kan niet bevestigen dat verzoek te hebben ontvangen, maar laat aan NU.nl weten dat dit zou worden afgewezen, omdat de organisatie zich niet mag bezighouden met politieke of militaire zaken.

Het Witte Huis heeft nog niet gereageerd.

Laaien spanningen VS-Iran weer op?

Hoewel Trump niet hoeft te vrezen voor arrestatie, laat de zet van het OM in Teheran zien dat de spanningen tussen Iran en de VS nog niet uit de lucht zijn.

Die begonnen toen de VS in 2018 aankondigde uit het atoomakkoord uit 2015 te stappen en het sanctieregime tegen Iran aanscherpte.

Qassem Soleimani, leider van de Quds-brigade van de Iraanse Revolutionaire Garde en breed gezien als het brein achter het Iraanse buitenlandbeleid, werd op 3 januari van dit jaar gedood bij een Amerikaanse droneaanval in Bagdad. Iran sloeg terug met een raketaanval op Amerikaanse troepen in Irak, waarbij geen doden vielen.

Teheran liet in de nasleep van Soleimani’s dood ook weten zich niet langer gebonden te voelen door het atoomakkoord, tot ontzetting van de drie Europese landen, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Duitsland, die het ook hebben ondertekend.

Zie ook: Wie was de gedode Iraanse generaal Qassem Soleimani?

Lees meer over: Iran Verenigde Staten Donald Trump  Spanningen Iran

Iran wil Trump arresteren om dood generaal te wreken

RTL 29.06.2020 De Iraanse autoriteiten hebben een arrestatiebevel uitgevaardigd tegen Donald Trump. Ze beschuldigen de Amerikaanse president en 36 medeverdachten van moord en terrorisme. Het draait allemaal om de dood van een Iraanse topgeneraal door een Amerikaanse raketaanval, begin dit jaar.

Het was een enorme schok voor Iran, toen op 3 januari generaal Qassem Soleimani werd uitgeschakeld. Hij was het hoofd van een elite-eenheid binnen de Iraanse strijdkrachten. Verantwoordelijk voor geheime operaties buiten Iran, gericht tegen Amerika en zijn bondgenoten.

Olietankers

Zoals de aanvallen op olietankers in de Perzische Golf, waardoor vorig jaar een echte oorlogsdreiging ontstond. Onder meer Nederland stuurde oorlogsschepen om olietankers te kunnen beschermen.

Aanhangers van Soleimani met een portret van de generaal

© @ANP

Het Amerikaanse ministerie van Defensie noemde de uitschakeling van generaal Soleimani noodzakelijk, omdat er direct gevaar zou zijn voor Amerikaanse militairen en diplomaten. Met juridische argumenten werd omkleed dat het geen standrechtelijke executie was, want dat is immers verboden in het internationaal recht.

Moord en terrorisme

Iran denkt daar natuurlijk heel anders over, zoals blijkt uit het arrestatiebevel van vandaag. De Iraanse procureur-generaal wil de Amerikaanse president vervolgen voor moord en terrorisme. Om Trump daadwerkelijk te kunnen oppakken roept Iran de hulp in van Interpol, de politieorganisatie waarbij 194 landen zin aangesloten.

De kans dat president Trump gearresteerd wordt voor de dood van Iraanse topgeneraal is natuurlijk nul. Het gaat om symboolpolitiek, in een zaak die voor Iran tot nu toe rampzalig is verlopen.

Vliegramp verhindert wraak

Iran zwoor natuurlijk wraak, direct na de dood van Soleimani. De wereld vreesde escalatie. Maar toen maakte de Iraanse luchtverdediging op 8 januari een fatale fout. De Iraniërs vuurden twee luchtdoelraketten af op een Amerikaanse kruisraket bij de hoofdstad Teheran.

Tenminste, dat dachten ze. Want het was in werkelijkheid een Oekraïens passagiersvliegtuig. Alle 176 inzittenden kwamen om, onder wie ook 82 Iraniërs en 63 Canadezen van Iraanse afkomst.

Brokstukken van het vliegtuig dat werd neergehaald bij Teheran.

© AFP

Het rampzalige nieuws werd eerst nog enkele dagen geheimgehouden – de Iraanse autoriteiten zeiden dat het een ongeluk was. Maar dat bleek niet vol te houden. Nadat de werkelijk toedracht bekend was gemaakt, gingen woedende Iraniërs de straat op om tegen hun eigen regering te demonstreren.

Wraak nemen op Amerika zat er nu niet meer in. En daarna hadden de Iraanse autoriteiten hun handen vol aan de coronacrisis. Maar nu is blijkbaar voor het land de tijd gekomen om alsnog terug te slaan, met dit arrestatiebevel tegen president Trump.

Interpol wijst arrestatieverzoek af

Interpol gaat niet voldoen aan het verzoek van Iran om de Amerikaanse president Trump op te pakken. De internationale politieorganisatie zegt dat haar regels het verbieden ‘elke interventie of activiteit met een politiek, militair, religieus of raciaal karakter te ondernemen’. Interpol zal dit soort verzoeken dus ook niet in behandeling nemen, laat de organisatie weten.

Lees meer:

Nabestaanden MH17 bieden lotgenoten vliegramp Iran hulp aan: ‘Wij weten hoe het voelt’

RTL Nieuws; Donald Trump Qassem Soleimani Liquidatie Conflict VS-Iran Iran

Iran vaardigt arrestatiebevel uit tegen Trump vanwege liquidatie Soleimani

NOS 29.06.2020 Iran heeft een arrestatiebevel uitgevaardigd tegen president Trump en andere Amerikaanse functionarissen vanwege de liquidatie van de Iraanse generaal Soleimani, afgelopen januari. De Iraanse autoriteiten hebben daarbij om hulp gevraagd van Interpol, meldt staatspersbureau Fars.

Generaal Qassem Soleimani was als leider van de Quds-brigade van de Revolutionaire Garde een van de machtigste mensen van Iran. Hij werd in januari geliquideerd door Amerikaanse raketaanvallen op een vliegveld in de Iraakse hoofdstad Bagdad. President Trump had opdracht gegeven tot de aanval, waarmee volgens hem de “nummer 1 terrorist van de wereld” werd uitgeschakeld. Volgens Trump was Soleimani verantwoordelijk voor de dood van miljoenen mensen en aanvallen op Amerikaanse bases in de regio.

Oorlogsverklaring

Vlak na de liquidatie sprak de Iraanse ambassadeur bij de Verenigde Naties van een daad die gelijkstaat aan een oorlogsverklaring. Iran voerde daarna vergeldingsaanvallen uit op twee Amerikaanse bases in Irak. In eerste instantie zei president Trump dat daar geen gewonden bij waren gevallen. Later bleken toch meer dan dertig Amerikanen gewond te zijn geraakt.

De Nederlandse minister van Defensie Bijleveld zei begrip te hebben voor de liquidatie van Soleimani. Ze verwees naar diens rol in onder meer de Syrische burgeroorlog, als leider van de sjiitische milities. Wel vroeg ze de VS, als NAVO-partner, om uitleg bij deze eenzijdige beslissing tot de aanval op de Iraanse generaal.

BEKIJK OOK;

Iran vaardigt arrestatiebevel uit tegen Donald Trump om dood generaal, Interpol weigert

AD 29.06.2020 De Iraanse autoriteiten hebben een arrestatiebevel uitgevaardigd tegen president Donald Trump en andere Amerikaanse functionarissen. Zij worden volgens het Iraanse persbureau Fars verantwoordelijk gehouden voor de dood van generaal Qassem Soleimani, een van de machtigste mannen in Iran. Interpol weigert te voldoen aan het verzoek.

De leider van de al-Quds-eenheid van de Iraanse Revolutionaire Garde kwam begin dit jaar om het leven door een aanval met een Amerikaanse drone in Irak. De Iraanse justitie zegt dat 36 functionarissen uit de VS en andere landen worden vervolgd voor de dood van Soleimani. Zij worden verdacht van moord en terrorisme.

Trump staat volgens procureur-generaal Ali Alqasi Mehr boven aan de lijst met verdachten. Iran wil de Amerikaanse president vervolgen zodra zijn ambtstermijn erop zit. De Iraanse autoriteiten doen ook een beroep op Interpol. Via die politieorganisatie wordt gevraagd de verdachten aan te houden.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Lees meer

Interpol gaat niet voldoen aan het verzoek. De internationale politieorganisatie zegt dat haar regels het verbieden ‘elke interventie of activiteit met een politiek, militair, religieus of raciaal karakter te ondernemen’.

Propagandastunt

De Iran-gezant van de VS noemde het uitvaardigen van de arrestatiebevelen een politieke stunt. ,,Dit is politiek gemotiveerd. Dit heeft niets te maken met de nationale veiligheid, internationale vrede of het bevorderen van stabiliteit”, zei Brian Hook. ,,Dit is een propagandastunt die door niemand serieus zal worden genomen.”

De VS stelden dat Soleimani achter aanvallen zat op Amerikaanse doelen in het Midden-Oosten. De dood van de machtige commandant deed de toch al gespannen relatie tussen de VS en Iran nog verder verslechteren. Iran sloeg terug met een raketaanval op Amerikaanse militaire doelen in buurland Irak.

Menselijke fout

Het Iraanse leger haalde kort daarop ook een passagiersvliegtuig van Ukraine International Airlines neer bij hoofdstad Teheran. Die crash kostte aan alle 176 mensen aan boord het leven. De Iraanse autoriteiten gaven pas na enige tijd toe het vliegtuig uit de lucht te hebben geschoten en spraken over een menselijke fout.

De relatie tussen de VS en Iran staat al jaren onder druk. Dat komt onder meer doordat president Donald Trump zijn land terugtrok uit het onder zijn voorganger gesloten atoomakkoord met Teheran. Hij legde Iran ook weer zware sancties op. Washington vindt dat Teheran een destabiliserende rol speelt in het Midden-Oosten, waar het onder meer Hezbollah en het Syrische regime steunt.

© AP

© AP

Interpol wijst verzoek af om president Trump op te pakken

MSN 29.06.2020 Interpol gaat niet voldoen aan het verzoek van Iran om de Amerikaanse president Trump op te pakken. De internationale politieorganisatie zegt dat haar regels het verbieden “elke interventie of activiteit met een politiek, militair, religieus of raciaal karakter te ondernemen”.

Interpol zal dergelijke verzoeken dan ook niet in behandeling nemen, aldus de organisatie in het Franse Lyon. Interpol reageert daarmee op het nieuws over de Iraanse autoriteiten, die een arrestatiebevel uitvaardigden tegen Trump en andere Amerikaanse functionarissen. Het radicaalislamitische regime in Teheran wil hen aanpakken voor de dood van generaal Qassem Soleimani, een van de machtigste mannen in Iran. Hij kwam begin dit jaar om het leven door een aanval met een Amerikaanse drone in Irak.

De Iraanse justitie wil Trump vervolgen voor moord en terrorisme als hij geen president meer is. De Iraanse autoriteiten deden een beroep op Interpol om hem en de anderen aan te houden.

Iraanse media: arrestatiebevel tegen Donald Trump

Telegraaf 29.06.2020 Iran heeft een officieel arrestatiebevel uitgevaardigd tegen de Amerikaanse president Donald Trump. Dat meldt het Iraanse persbureau Fars News Agency. De Verenigde Staten hebben er inmiddels op gereageerd.

Trump wordt verdacht van verantwoordelijkheid bij de moordaanslag op generaal Qassem Soleimani, die werd uitgeschakeld op een moment dat de spanningen tussen beide landen hoog opliepen. Ook Interpol wordt ingeschakeld.

Iran zou Trump willen vervolgen zodra zijn termijn als president afloopt. Vijfendertig andere politici en kopstukken ’uit de Verenigde Staten en andere landen’ staan ook op de lijst.

„36 mensen die betrokken waren bij de moord van Soleimani, inclusief de politici en militaire leiders van de VS en andere overheden, zijn geïdentificeerd. Tegen hen is een arrestatiebevel uitgevaardigd. Ook zijn red alerts aangevraagd bij Interpol”, aldus hoofdaanklager in Teheran Ali Alqasi Mehr.

Aanslag Soleimani

Soleimani was een topfiguur in Iran. Hij was commandant van de al-Quds-eenheid, de buitenlandse tak van de gevreesde Iraanse Revolutionaire Garde, en daarmee de belangrijkste militaire- en inlichtingenofficier. Ook was hij persoonlijk bevriend met ayatollah Ali Khamenei. De VS houdt hem verantwoordelijk voor talloze dodelijke aanslagen.

BEKIJK OOK:

Geliquideerde Soleimani trok aan alle touwtjes in het Midden-Oosten

Bij de aanslag op Soleimani, op 3 januari dit jaar, vielen nog tien andere slachtoffers.

BEKIJK OOK:

De laatste uren van ’killer-generaal’ Qassem Soleimani

VS: dit is een stunt

De Iran-gezant van de VS noemde het uitvaardigen van de arrestatiebevelen een politieke stunt. “Dit is politiek gemotiveerd. Dit heeft niets te maken met de nationale veiligheid, internationale vrede of het bevorderen van stabiliteit”, zei Brian Hook. “Dit is een propagandastunt die door niemand serieus zal worden genomen.”

BEKIJK MEER VAN; verkiezingen misdaad overheid Donald Trump Qassem Soleimani Iran Teheran Verenigde Staten

Leger Irak pakt leiders van door Iran gesteunde militie op

AD 26.06.2020 Het Iraakse leger heeft drie leiders van de door Iran gesteunde militie Kataib Hezbollah opgepakt. Dat hebben bronnen rond het leger bekendgemaakt. Bij een aanval op de basis van de militie zijn zeker twintig strijders gearresteerd.

Ook zouden raketten in beslag zijn genomen door het leger. De basis van de militanten staat ten zuiden van Bagdad. Kataib Hezbollah wordt ervan verdacht regelmatig raketten af te vuren op Amerikaanse legerbases en de Amerikaanse ambassade in Bagdad.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

De nieuwe Iraakse premier Mustafa al-Khadimi zei bij zijn aantreden dat hij harder wil gaan optreden tegen de milities die worden gesteund door Iran. Deze milities lijken onderhand sterker te zijn dan het Iraakse leger, wat Iran een grote machtspositie heeft gegeven in Bagdad.

De militie heeft na de actie van het leger op het sociale medium Telegram laten weten zich voor te bereiden op een tegenaanval.

Turkije stuurt troepen naar Noord-Irak in strijd tegen PKK

NOS 17.06.2020 Turkije heeft troepen naar het noorden van Irak gestuurd in de strijd tegen de Koerdische partij PKK, die streeft naar meer autonomie en rechten voor Koerden binnen Turkije. Dat heeft het ministerie van Defensie in Ankara bekendgemaakt. Eerder deze week werden er ook al luchtaanvallen uitgevoerd op vermoedelijke PKK-doelen in dat gebied.

Dat gebeurde toen met gevechtsvliegtuigen en bewapende drones. Vannacht zijn er ook commando’s in het bergachtige gebied in Noord-Irak gedropt. “Turkije richt de pijlen op kampen en kopstukken van de PKK die zich daar schuilhouden en vanuit Iraaks Koerdistan aanslagen op Turkse doelen zouden voorbereiden”, zegt correspondent Mitra Nazar. Het is onduidelijk hoeveel militairen Turkije naar het gebied heeft gestuurd.

Bij de luchtaanvallen eerder deze week werden volgens het Turkse ministerie van Defensie 81 doelen geraakt en werden schuilplaatsen en grotten vernield.

PKK gestationeerd over de grens

De PKK houdt zich niet alleen op in zuidelijk Turkije, maar ook in Koerdische gebieden in Syrië en Irak. Het Turkse leger voert al langer militaire operaties uit in Noord-Irak om de PKK uit te schakelen. Turkije ziet de PKK als terreurorganisatie, en ook de VS en de EU hebben de PKK op de lijst van terroristische organisaties staan. De militante beweging heeft in het verleden veel dodelijke aanslagen gepleegd in Turkije.

De Iraakse regering heeft de Turkse bombardementen veroordeeld. De Turkse luchtmacht is ruim 200 kilometer het Iraakse luchtruim ingevlogen. Irak vreest dat een vluchtelingenkamp in de buurt van de plaats Sinjar is geraakt. Dit is een gebied waar veel jezidi-vluchtelingen verblijven.

BEKIJK OOK;

Turkije bestookt PKK-doelen in Irak

NOS 15.06.2020 Het Turkse leger heeft luchtaanvallen uitgevoerd op Koerdische doelen in het noorden van Irak. Volgens het Turkse ministerie van Defensie zijn 81 doelen geraakt van de Koerdische Arbeiderspartij PKK.

De aanvallen waren vannacht. Onder meer de regio’s Sinjar en Kandil werden getroffen. Volgens de Turken zijn schuilplaatsen en grotten vernield van “terroristen die Turkije bedreigen”. Over slachtoffers is niets bekendgemaakt.

Turkije bestookt vaker doelen van de PKK als vergelding voor aanslagen die leden van de groepering plegen op Turks grondgebied. Die vergeldingsaanvallen vinden geregeld plaats boven Irak, aangezien de PKK daar veel bases heeft.

Operatie Klauw-arend

De vannacht uitgevoerde operatie hebben de Turken ‘Klauwarend’ genoemd. Het zou een reactie zijn op een recente toename van aanvallen door Koerdische militanten in Turkije.

Er is nog geen reactie van de PKK, die als terroristische groepering wordt gezien door onder meer Turkije, de Europese Unie en de Verenigde Staten. Ook Irak heeft nog niet gereageerd.

Turkije bombardeert doelwitten in Noord-Irak

MSN 15.06.2020 Turkse gevechtsvliegtuigen hebben zondagnacht en maandag bombardementen uitgevoerd in het noorden van Irak. Dat heeft het Turkse ministerie van Defensie bekendgemaakt. Volgens het Turkse leger zijn 81 verschillende doelwitten aangevallen. Het is onduidelijk hoeveel mensen zijn omgekomen.

Volgens het Turkse leger waren de aanvallen gericht op schuilplaatsen van Koerdische rebellen van de PKK in onder andere de regio’s Qandil en Sinjar. Het zou een reactie zijn op de aanvallen op Turkse basissen in het gebied. De PKK, dat door de NAVO wordt aangemerkt als terroristische organisatie, heeft nog niet gereageerd op het geweld.

De Iraakse Joint Operation Command veroordeelt de bombardementen, die zouden zijn uitgevoerd op onder andere vluchtelingenkampen. „Dit is in strijd met internationale verdragen en een inbreuk op de Iraakse soevereiniteit.” De organisatie Free Yezidi die zich inzet voor de rechten van jezidi’s in Sinjar noemt de bombardementen „schandalig”.

Ook Nadia Murad, de jezidi-leider die in 2018 de Nobelprijs voor de Vrede kreeg en het misbruik van jezidivrouwen door IS-strijders een gezicht gaf, heeft de bombardementen veroordeeld. Murad schrijft dat er net meer dan 150 families waren teruggekeerd naar Sinjar en dat het gebied nu in een „oorlogszone” is veranderd.

Turkije voert strijd in zowel het noorden van Syrië als het noorden van Irak. Het is in gevecht met de Koerdische organisatie PKK en de YPG, die door Turkije als een verlengstuk van de PKK wordt gezien. De invasie van Noord-Syrië door Turkije vorig jaar werd door de internationale gemeenschap sterk veroordeeld.

VS reduceren ‘komende maanden’ troepenmacht in Irak

AD 12.06.2020 De Verenigde Staten hebben donderdag (lokale tijd) gezegd de troepenmacht in Irak de komende maanden te reduceren. De belofte komt na gesprekken met Bagdad.

,,De twee landen erkenden dat de VS, in het licht van aanzienlijke vooruitgang bij het elimineren van de dreiging van Islamitische Staat, de komende maanden de troepen uit Irak zullen blijven terugdringen’’, aldus een gezamenlijke verklaring van Irak en de VS waarin geen aantallen of een tijdschema werden genoemd. ,,De Verenigde Staten herhaalden dat het geen permanente bases of een permanente militaire aanwezigheid in Irak zoekt noch vraagt’’, staat verder in het document.

Irak beloofde op zijn beurt de bases die Amerikaanse troepen huisvesten te bescheremen, na een reeks raketaanvallen die worden toegeschreven aan pro-Iraanse paramilitaire groepen.

De twee landen hielden donderdag hun eerste strategische dialoog in meer dan een decennium, maanden nadat Iraakse parlementsleden eisten dat de Amerikaanse troepen zich zouden terugtrekken na een Amerikaanse drone-aanval in Bagdad, waarbij de Iraanse topgeneraal Qassem Soleimani werd gedood.

De betrekkingen zijn sindsdien gestabiliseerd onder een nieuwe, VS-vriendelijke Iraakse premier, Mustafa Kadhemi, en de dialoog werd virtueel gehouden vanwege voorzorgsmaatregelen in het kader van de bestrijding van het coronavirus.

Een lid van een Iraakse paramilitaire organisatie inspecteert wat er over van een post van de groep na een aanval van IS in Mukaishefah, ongeveer 200 kiometer noordelijk van Bagdad. Bij de recente aanval kwamen 10 militiemannen om het leven. © AFP

Waarom IS weer de kop opsteekt in Irak

AD 25.05.2020  Terwijl de wereld de handen vol heeft aan de bestrijding van het coronavirus, is terreurorganisatie Islamitische Staat (IS) weer volop actief met grootschalige aanvallen in Syrië en vooral Irak.

Sinds het begin van de dit weekeinde afgesloten ramadan heeft IS de verantwoordelijkheid opgeëist voor meer dan 260 aanslagen in alleen al Irak. Daarbij vielen 426 doden en gewonden. Volgens de eigen propagandakanalen had IS een ‘uitputtingscampagne’ ontketend met een reeks aanslagen in het verloren kalifaat, dat een flink deel van Syrië en Irak besloeg, maar ook van Egypte, Nigeria, Niger, Congo en Mozambique.

Volgens IS-specialist Hassan Hassan, medeauteur van de bestseller ISIS: Inside the Army of Terror, lijkt de terreurorganisatie twee grote tegenslagen nu te boven. De ineenstorting van het kalifaat en – zes maanden geleden – de dood van leider Abu Bakr al-Baghdadi zijn kennelijk verwerkt. Dat wordt vertaald naar meer en meer nieuwe acties, aldus Hassan Hassan. Hij waarschuwt voor een gevaarlijke heropleving van de internationale IS-terreur in een opiniestuk in de Britse krant The Guardian.

Bijzonder slecht nieuws

‘IS heeft sinds het verlies van zijn territorium de aanvallen in Syrië en Irak nooit opgegeven, maar de recente operaties zijn bijzonder slecht nieuws’, schrijft de kenner. ‘Afgezien van die aanslagen is de terreurorganisatie weer zichtbaarder in dorpen en voorsteden van Irak en Syrië. De manier waarop sommige van de aanvallen zijn uitgevoerd, laat zien dat men weer toegang heeft tot informatie over troepenbewegingen en individuen die men wil aanvallen. Dat wijst op vastigheid in het gebied en ook dat men de tijd en de middelen heeft om de aanvallen uit te voeren.’

De jihadisten ruiken dus weer kansen dankzij twee ongedachte bondgenoten: het coronavirus én de aanhoudende conflicten in de regio tussen tegenstanders. In maart riep IS zijn aanhangers zelf al op gebruik te maken van het coronavirus, omdat tegenstanders erdoor waren afgeleid.

De Syrische Democratische Krachten (SDF), die vooral uit Koerdische milities bestaan, zetten hun militaire operaties inderdaad tijdelijk stop. Ook trainingsprogramma’s door westerse landen voor Iraakse troepen werden opgeschort vanwege besmettingsrisico’s. Irak telt inmiddels 4469 besmettingen en 160 doden; Syrië 1114 besmettingen en 26 doden. De trainingen van het Duitse leger in Irak zijn daarom bijvoorbeeld opgeschort.

IS slaat weer vaker toe in Irak: ‘Ze willen duidelijk maken dat ze er nog zijn’

NOS 19.05.2020 Islamitische Staat (IS) is de laatste maanden steeds actiever in delen van Irak. De terreurorganisatie zou in april 87 aanvallen hebben uitgevoerd, behoorlijk meer dan de 36 bevestigde aanslagen in maart.

“Ze willen duidelijk maken dat ze er nog steeds zijn”, vertelt Hisham al-Hashimi vanuit zijn kantoor in Bagdad aan de NOS. Hashimi is een belangrijke Iraakse terreurdeskundige en doet veel onderzoek naar IS.

De bovengenoemde cijfers zijn gebaseerd op de onafhankelijke Amerikaanse denktank Center for Global Policy, waar Hashimi aan verbonden is. Islamitische Staat noemt zelf hogere aantallen. Zo claimt de groep bijvoorbeeld 139 aanslagen in maart.

Op 29 juni 2014 riep de toenmalige IS-leider Abu Bakr al-Baghdadi het kalifaat uit in de Iraakse stad Mosul. De terreurgroep had toen grote delen van Irak en Syrië in handen, maar een internationale coalitie onder leiding van de Verenigde Staten begon de tegenaanval. In maart 2019 verloor IS hun laatste grondgebied in Syrië.

Bekijk hier hoe Islamitische Staat door de jaren heen aan terrein verloor:

NOS/HARM KERSTEN

NOS/HARM KERSTEN

NOS/HARM KERSTEN

NOS/HARM KERSTEN

NOS/HARM KERSTEN

Ook al heeft IS sinds maart 2019 officieel geen grondgebied meer, de terreurgroep is altijd actief gebleven in delen van Irak en Syrië. IS lijkt zich nu vooral te focussen op het noorden van Irak. Hashimi schat dat er in het land momenteel zo’n 4000 actieve strijders zijn.

Bekijk hier de gebieden waar Islamitische Staat momenteel actief is in Syrië en Irak:

NOS/HARM KERSTEN

Volgens Hashimi profiteert de groep van de chaotische politieke situatie in Irak. Zo duurde het zes maanden om een nieuwe regering te vormen. “Deze vertraging heeft ervoor gezorgd dat het leger IS lastig kon bestrijden”, legt de terreurdeskundige uit. “Voor militaire acties heb je politieke beslissingen nodig en die waren er niet.”

Coronacrisis

NOS-correspondent in het Midden-Oosten Daisy Mohr vertelt dat de coronacrisis ook een rol speelt, omdat het de terreurgroep meer ruimte geeft. “Ze maken gebruik van een vacuüm. Wereldwijd zijn de ogen gericht op het bestrijden van het virus. De internationale coalitie heeft zich deels teruggetrokken en trainingen gestaakt. Daarnaast worden Irakese militairen veel ingezet in grote steden om lockdowns te handhaven, waardoor IS-strijders op het platteland hun kans grijpen.”

De terreurorganisatie noemt de coronapandemie in hun propagandablad al-Naba dan ook niet voor niets een godsgeschenk waar ze gebruik van moeten maken. De 31-jarige Murad Jaymz woont in de noordelijke stad Kirkuk en ziet hoe dat gebeurt. Hij vertelt over twee mannen met een bomgordel die zich een aantal weken geleden opbliezen bij een politiebureau. “De aanslag werd opgeëist door IS. Dit gebeurt steeds vaker sinds de coronamaatregelen zijn ingevoerd.”

Toch valt het in de stad nog mee, vertelt Jaymz. “Het zijn vooral de dorpen rondom de stad waar IS toeslaat.” Volgens Mohr is dit een logische strategie. “De woestijngebieden en het platteland zijn bekend terrein voor IS. Ze kunnen zich er goed schuilhouden en vaak is er meer steun voor de groep dan in de steden.”

“Boeren die niet betalen, worden vermoord en hun gewassen in brand gestoken, aldus Hisham al-Hashimi, Iraakse terreurdeskundige.

Hashimi legt uit dat het in de meeste gevallen om gedwongen steun gaat. “Door aanslagen te plegen proberen ze mensen bang te maken, met als doel dat ze zich bij hun organisatie aansluiten.” Ook zet IS veel boeren op het platteland onder druk om zo belastingen te innen. “Ze hebben geld nodig, omdat ze financiële problemen hebben. Boeren die niet betalen, worden vermoord en hun gewassen in brand gestoken.”

Dood Soleimani

Een dieperliggende oorzaak van de toenemende aanwezigheid van de terreurorganisatie is de nasleep van de Amerikaanse aanval op de Iraanse generaal Soleimani en zijn bondgenoot Abu Mahdi al-Muhandis. “Hierdoor zijn de spanningen tussen de VS en Iran opgelopen”, vertelt Mohr. “Het Amerikaanse leger heeft daardoor andere prioriteiten, zoals het bestrijden van pro-Iraanse groepen in Irak.”

Daarnaast is er ook nog de grote onvrede onder een deel van de burgers. Ze zijn boos op de regering vanwege de hoge werkloosheid en slechte economische situatie in het land. Mohr: “Dit is een goede voedingsbodem voor terreurgroepen.”

Een nieuw kalifaat?

Hashimi denkt niet dat de terreurorganisatie in staat is om opnieuw grondgebied te veroveren. “Ze zitten nu niet in de fase van het uitroepen van een kalifaat”, legt hij uit. “Het gaat IS nu vooral om aanslagen plegen en angst zaaien. Ze willen wraak op iedereen die hun kalifaat niet steunde.”

Er zijn al meerdere militaire acties gestart om de terreurgroep terug te dringen. Hashimi vertelt dat er volgende week – na het Suikerfeest – in meerdere delen van Irak een nieuwe, grootschalige militaire campagne gelanceerd wordt tegen IS. Ook benoemt hij het belang van samenwerking met de VS om aanhangers van de terreurgroep op te sporen.

De 31-jarige Jaymz uit Kirkuk hoopt dat die samenwerking weer net zo intensief wordt als voorheen. “Het is al eerder gebleken dat we het alleen niet aankunnen. Alleen met hulp van het Amerikaanse leger kunnen we voorkomen dat IS zal groeien.”

BEKIJK OOK;

Gespierde taal Iran na dreigement uit VS

Telegraaf 23.04.2020 Iran dreigt de VS met een „snelle en beslissende” reactie op eventuele Amerikaanse acties tegen het land. De waarschuwing komt als antwoord op eerdere dreigementen uit Washington.

De Amerikaanse president Donald Trump dreigde woensdag met hard optreden tegen de Iraanse marine, als die Amerikaanse schepen lastigvalt. Hij heeft de Amerikaanse marine opgedragen alle Iraanse kanonneerboten te beschieten en te vernietigen die een lastpost zijn, zo meldt hij op Twitter.

„Wij kondigen aan dat we bij de verdediging van onze nationale veiligheid, maritieme grenzen, onze belangen op zee en de veiligheid van onze schepen volledig vastberaden en serieus zijn”, reageerde de commandant van de Islamitische Revolutionaire Garde, generaal Hossein Salami.

Trumps dreigement kwam nadat onlangs schepen van de Iraanse Revolutionaire Garde Amerikaanse marineschepen „gevaarlijk en intimiderend” hadden benaderd. Elf Iraanse boten zouden herhaaldelijk zes schepen van de VS tijdens oefeningen in internationale wateren in de Perzische Golf hebben lastiggevallen.

De spanningen tussen beide staten waren al toegenomen nadat de VS de Iraanse generaal Qassem Soleimani hadden gedood tijdens een drone-aanval in Irak. Iran nam wraak door een basis in Irak onder vuur te nemen waar Amerikaanse troepen waren gestationeerd.

BEKIJK MEER VAN; gewapend conflict overheid internationale betrekkingen Hossein Salami Donald Trump Verenigde Staten Iraanse Revolutionaire Garde

Gespierde taal Iran na dreigement uit VS

MSN 23.04.2020 Iran dreigt de VS met een “snelle en beslissende” reactie op eventuele Amerikaanse acties tegen het land. De waarschuwing komt als antwoord op eerdere dreigementen uit Washington.

De Amerikaanse president Donald Trump dreigde woensdag met hard optreden tegen de Iraanse marine, als die Amerikaanse schepen lastigvalt. Hij heeft de Amerikaanse marine opgedragen alle Iraanse kanonneerboten te beschieten en te vernietigen die een lastpost zijn, zo meldt hij op Twitter.

“Wij kondigen aan dat we bij de verdediging van onze nationale veiligheid, maritieme grenzen, onze belangen op zee en de veiligheid van onze schepen volledig vastberaden en serieus zijn”, reageerde de commandant van de Islamitische Revolutionaire Garde, generaal Hossein Salami.

‘Gevaarlijk en intimiderend’

Trumps dreigement kwam nadat onlangs schepen van de Iraanse Revolutionaire Garde Amerikaanse marineschepen “gevaarlijk en intimiderend” hadden benaderd. Elf Iraanse boten zouden herhaaldelijk zes schepen van de VS tijdens oefeningen in internationale wateren in de Perzische Golf hebben lastiggevallen.

De spanningen tussen beide staten waren al toegenomen nadat de VS de Iraanse generaal Qassem Soleimani hadden gedood tijdens een drone-aanval in Irak. Iran nam wraak door een basis in Irak onder vuur te nemen waar Amerikaanse troepen waren gestationeerd.

Trump heeft de Amerikaanse marine de opdracht gegeven Iraanse kanonneerboten te beschieten die problemen veroorzaken. Ⓒ Hollandse Hoogte / AFP

Trump dreigt met hard optreden tegen Iraanse marine

Telegraaf 22.04.2020 De Amerikaanse president Donald Trump dreigt met hard optreden tegen de Iraanse marine, als die Amerikaanse schepen lastigvalt. Hij heeft de Amerikaanse marine opgedragen alle Iraanse kanonneerboten te beschieten en te vernietigen die een lastpost zijn, zo meldt hij op Twitter.

Iran reageerde prompt. In plaats van anderen te pesten, kunnen de Verenigde Staten zich beter richten op het redden van hun soldaten die besmet zijn met het coronavirus, liet een woordvoerder van de Iraanse strijdkrachten via het Iraanse persbureau ISNA weten.

Trumps dreigement kwam nadat onlangs schepen van de Iraanse Revolutionaire Garde Amerikaanse marineschepen „gevaarlijk en intimiderend” hadden benaderd, zo zei de marine van de Verenigde Staten. Elf Iraanse boten zouden herhaaldelijk zes schepen van de VS tijdens oefeningen in internationale wateren in de Perzische Golf hebben lastiggevallen. Iraanse vaartuigen zouden zelfs minder dan 10 meter afstand hebben gehouden van een Amerikaans schip.

Bekijk ook:

Dochter geliquideerde Iraanse generaal Soleimani wil wraak op Amerikanen

Liquidatie generaal

De spanningen tussen beide staten waren al verder toegenomen nadat de VS de Iraanse generaal Qassem Soleimani hadden gedood tijdens een drone-aanval in Irak. Iran nam wraak door een basis in Irak onder vuur te nemen waar Amerikaanse troepen waren gestationeerd.

Het Nederlandse fregat De Ruyter doet in de Perzische Golf mee aan een Europese missie om af te schrikken en te voorkomen dat er nog „agressieve acties” zijn die de scheepvaart kunnen hinderen, zoals eerdere aanvallen op olietankers. Iran dwingt sommige olietankers naar Iraanse wateren te varen.

Trump dreigt met hard optreden tegen Iraanse marine

MSN 22.04.2020 De Amerikaanse president Donald Trump dreigt met hard optreden tegen de Iraanse marine, als die Amerikaanse schepen lastigvalt. Hij heeft de Amerikaanse marine de opdracht gegeven alle Iraanse kanonneerboten die een lastpost zijn te beschieten en te vernietigen.

Trump meldt dat op Twitter. Onlangs zei de Amerikaanse marine dat schepen van de Iraanse Revolutionaire Garde Amerikaanse marineschepen “gevaarlijk en intimiderend” hebben benaderd. Elf Iraanse boten zouden herhaaldelijk zes schepen van de Verenigde Staten tijdens oefeningen in internationale wateren in de Perzische Golf hebben lastiggevallen. Iraanse vaartuigen zouden zelfs minder dan 10 meter afstand hebben gehouden van een Amerikaans schip.

De spanningen tussen beide staten waren al verder toegenomen nadat de VS de Iraanse generaal Qassem Soleimani hadden gedood tijdens een drone-aanval in Irak. Iran nam wraak door een basis in Irak onder vuur te nemen waar Amerikaanse troepen waren gestationeerd.

Het Nederlandse fregat De Ruyter doet in de Perzische Golf mee aan een Europese missie om af te schrikken en te voorkomen dat er nog “agressieve acties” zijn die de scheepvaart kunnen hinderen, zoals eerdere aanvallen op olietankers. Iran dwingt sommige olietankers naar Iraanse wateren te varen.

Revolutionaire Garde: ‘Iran heeft eerste militaire satelliet gelanceerd’

NU 22.04.2020 De Iraanse Revolutionaire Garde (IRG) heeft woensdag bekendgemaakt dat Iran zijn eerste militaire satelliet in een baan rond de aarde heeft gebracht. Het is een nieuwe ontwikkeling in het conflict tussen Iran en de Verenigde Staten over de Iraanse kernwapen- en raketprogramma’s.

De Amerikaanse regering zegt te vrezen dat de langeafstandsrakettechnologie die wordt gebruikt om satellieten de ruimte in te schieten ook kan worden gebruikt voor nucleaire wapens. Teheran ontkent satellieten te gebruiken als dekmantel voor de ontwikkeling van betere kernraketten.

“De eerste militaire satelliet van Iran, Noor, is vanmorgen gelanceerd vanuit de centrale woestijn van Iran. De lancering was succesvol en de satelliet is in een baan rond de aarde gebracht”, werd gemeld op de Iraanse staatstelevisie. Noor betekent ‘licht’ in het Perzisch.

In een verklaring stelde de Revolutionaire Garde, een invloedrijk elitekorps onder de directe controle van grootayatollah Ali Khamenei, dat de satelliet zich 425 kilometer boven het aardoppervlak bevindt. Er werden weinig details over de gebruikte raket gedeeld.

Volgens de VS heeft Iran een resolutie van de VN-Veiligheidsraad geschonden. Het gaat om de resolutie waarin Teheran wordt opgeroepen geen activiteiten te ontplooien op het gebied van ballistische raketten die kernkoppen kunnen dragen. Dat geldt ook voor satellietlanceringen. De resolutie bevat echter geen verbod.

Iran zegt dat het ruimteprogramma alleen vreedzame doeleinden dient.

De Amerikaanse president Donald Trump liet later op woensdag via Twitter weten dat hij de Amerikaanse marine opdracht heeft gegeven het vuur te openen als Iraanse vaartuigen Amerikaanse schepen lastigvallen.

‘Washington en Teheran willen geen oorlog’

De regering van Trump stapte in 2018 uit het internationale nucleaire akkoord met Iran en legde het land stevige sancties op om de ontwikkeling van kernwapens te ontmoedigen. Er volgden jaren van toenemende spanningen en verschillende militaire incidenten tussen de VS en Iran.

Deskundigen zeggen dat het onwaarschijnlijk is dat Teheran en Washington aansturen op een direct militair conflict.

“Dit is psychologische oorlogsvoering, bedoeld om een boodschap over te brengen en de tegenstander te vertellen: we zijn klaar om elk offensief te stoppen”, zei Hisham Jaber, oud-generaal in het Libanese leger en militair analist, over de satellietlancering. “Maar niemand is klaar om de consequenties van een oorlog te omarmen. De VS niet, Iran niet, niemand.”

Lees meer over: Iran  Buitenland  Spanningen Iran

De foto die de Iraanse Revolutionaire Garde heeft gedeeld van de lancering van de satelliet AFP

Revolutionaire Garde: Eerste Iraanse militaire satelliet in de ruimte

NOS 22.04.2020 Het is Iran gelukt om een satelliet in een baan rond de aarde te brengen, beweert de Iraanse Revolutionaire Garde, het militaire elitekorps. De lancering doen de spanningen met de Verenigde Staten en Israël verder oplopen. Die landen vrezen dat Iran het ruimteprogramma gebruikt voor militaire doeleinden en het ontwikkelen van raketten.

De satelliet Noor (Licht) zou gelanceerd zijn vanaf een installatie in de Markazi-woestijn. De Iraanse autoriteiten hebben nog niet bevestigd of de satelliet daadwerkelijk in de ruimte is. Volgens de VS kan de technologie waarmee satellieten in de ruimte worden gebracht ook worden gebruikt om ballistische raketten met een kernkop te lanceren.

De Iraanse legerwebsite Sepahnews meldt dat de satelliet multifunctioneel is en ook voor defensiedoeleinden wordt gebruikt. Volgens opperbevelhebber Hossein Salami moet de verdediging van Iran vanuit de ruimte worden uitgebreid; hij noemt de lancering van de satelliet op Sepahnews “een strategische prestatie”.

Spanningen met VS

De relatie tussen Iran en de VS is de laatste jaren snel verslechterd. In 2018 zegde president Trump het internationale atoomakkoord met Iran eenzijdig op en voerde de strenge sancties tegen Iran verder op.

Begin dit jaar liquideerde de Verenigde Staten de Iraanse generaal Soleimani, het hoofd van een elitebrigade van de Revolutionaire Garde. Iran reageerde met een raketaanval op een Iraakse basis waar Amerikaanse militairen waren gestationeerd. Daarbij vielen geen doden.

De situatie in de regio rond de Perzische Golf, cruciaal voor olietransporten, is zeer gespannen. Vorige week meldde het Amerikaanse leger dat elf boten van de Iraanse Revolutionaire Garde schepen van de Amerikaanse marine lastigvielen in de Perzische Golf. Trump reageerde hier vandaag op via Twitter; hij meldt dat hij de marine heeft opgedragen om alle Iraanse boten die Amerikaanse schepen in de regio lastigvallen, te vernietigen.

Donald J. Trump @realDonaldTrump

I have instructed the United States Navy to shoot down and destroy any and all Iranian gunboats if they harass our ships at sea.

Bekijk ook;

VS: ‘Iraanse Revolutionaire Garde provoceerde ons in Perzische Golf’

NOS 16.04.2020 De Amerikaanse defensie zegt dat elf boten van de Iraanse Revolutionaire Garde schepen van de Amerikaanse marine hebben lastiggevallen in de Perzische Golf. De VS noemt de actie “provocatief en gevaarlijk”.

Iraanse revolutionaire garde rond Marineschepen VS

De Iraanse overheid heeft vooralsnog niets over de gebeurtenis gemeld. Een Iraans persbureau meldt het incident wel, maar alleen op basis van het Amerikaanse bericht en zonder eigen overheidsreactie.

Volgens de verklaring van de Amerikanen kwamen de Iraanse schepen op zes militaire schepen van de VS af. Ondanks waarschuwingssignalen voeren ze tot zo’n tien meter in de buurt. Na ongeveer een uur vertrokken ze weer.

De situatie in de regio van de Perzische Golf, wereldwijd de belangrijkste waterweg voor het vervoer van olie, staat onder hoogspanning. Begin dit jaar liquideerde de Verenigde Staten de Iraanse generaal Soleimani, het hoofd van een elitebrigade van de Revolutionaire Garde.

Iran reageerde daarop met een raketaanval op een Iraakse basis waar Amerikaanse militairen waren gestationeerd. Daarbij zijn geen doden gevallen.

Bekijk ook;

VS beschuldigen Iran van lastigvallen Amerikaanse schepen

AD 16.04.2020 Schepen van de Iraanse Revolutionaire Garde hebben woensdag Amerikaanse marineschepen ‘gevaarlijk en intimiderend’ benaderd. Dat laat de Amerikaanse marine weten in een verklaring. Elf Iraanse boten zouden herhaaldelijk zes schepen van de VS tijdens oefeningen in internationale wateren in de Perzische Golf hebben lastiggevallen.

Op een gegeven moment kwamen Iraanse vaartuigen binnen tien meter afstand van een van de Amerikaanse schepen. Dat maakte het risico op een aanvaring groot, aldus de Amerikaanse marine die de Iraniërs waarschuwden via de radio en scheepshoorns. Iran zou met de actie internationale voorschriften ter voorkoming van aanvaringen hebben geschonden.

In Iraanse media wordt geen melding gemaakt van het voorval.
Het incident komt op het moment dat de spanningen tussen beide staten toenemen. Eerder dit jaar hebben de VS de Iraanse generaal Qassem Soleimani gedood tijdens een drone-aanval in Irak. Iran nam wraak door een basis in Irak onder vuur te nemen waar Amerikaanse troepen waren gestationeerd.

Een Amerikaans ziekenhuisschip van de marine komt aan in Los Angeles. © AFP

Analyse zwarte dozen van door Iran neergehaald vliegtuig loopt vertraging op door corona

AD 13.04.2020 Het onderzoek naar de opnames met de vluchtgegevens van het Oekraïense vliegtuig dat begin dit jaar werd neergehaald nabij de Iraanse hoofdstad Teheran, loopt vertraging op door het coronavirus. Iran wil de zwarte dozen op Iraans grondgebied te decoderen, maar experts uit Oekraïne en Canada kunnen nu niet naar Iran afreizen om de gegevens uit te lezen.

Op 8 januari van dit jaar stortte een Boeing 737 van Ukraine International Airlines neer nabij Teheran, de hoofdstad van Iran. Bij de ramp kwamen 196 mensen, voornamelijk uit Iran en Canada, om het leven. Teheran gaf enkele dagen later toe dat het toestel enkele minuten na het opstijgen per vergissing is neergehaald door twee raketten van het Iraanse leger.

Canada en Oekraïne vroegen om de zwarte dozen van het toestel, maar Iran wil die op eigen grondgebied uitlezen. De betrokken landen eisen dat dat gebeurt in aanwezigheid van eigen experts, maar die kunnen nu niet naar Iran vliegen door de strenge reisrestricties rond corona.

Het uitlezen van de vluchtgegevens is dus voorlopig uitgesteld, zegt het Canadese Bureau voor de Veiligheid van Transport (BST). ,,We verwachten dat Iran zich houdt aan zijn afspraken’’, aldus BST.

Amerikaanse strijdkrachten treden hard op in Irak, waar ook Hezbollah actief is. De jacht op Kawtharani is nu geopend. Ⓒ HOLLANDSE HOOGTE / AFP

Tipgeld 10 miljoen dollar: waar zit Hezbollah-commandant?

Telegraaf 11.04.2020 De Verenigde Staten hebben een beloning uitgeloofd van 10 miljoen dollar voor informatie over Muhammad Kawtharani, een hoge militaire commandant van de islamistische groepering Hezbollah in Irak. Kawtharani wordt ervan beschuldigd een sleutelrol te hebben gespeeld bij de coördinatie van pro-Iraanse groepen in Irak.

Kawtharani heeft volgens de Amerikanen een deel van de politieke coördinatie overgenomen van de Iraanse generaal Qassem Soleimani, zo stelde het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken in een verklaring. Soleimani werd begin januari gedood tijdens een Amerikaanse aanval op hem in Bagdad.

Volgens de VS heeft Kawtharani een belangrijk aandeel in „het faciliteren van de acties van groepen die buiten de controle van de regering van Irak opereren en die protesten gewelddadig hebben onderdrukt” en „aanvallen op buitenlandse diplomatieke missies.”

Kawtharani staat al sinds 2013 op de zwarte lijst voor terrorisme.

BEKIJK MEER VAN; overheid terrorisme bomaanslagen Muhammad Kawtharani Qassem Soleimani Irak Hezbollah

VS looft 10 miljoen dollar uit voor informatie over Hezbollah-commandant

NU 11.04.2020 De Verenigde Staten loven een beloning van 10 miljoen dollar (ongeveer 9,1 miljoen euro) uit voor informatie over Mohammad Al Kawtharani, een militaire commandant van de militante Libanese beweging Hezbollah. Hij zou een vertrouweling zijn geweest van de Iraanse generaal Qassem Soleimani, die in januari werd gedood bij een Amerikaans bombardement.

Al Kawtharani zou momenteel pro-Iraanse troepen in Irak aansturen, die voorheen werden aangestuurd door generaal Soleimani.

In die hoedanigheid zou hij volgens het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken groepen helpen die “buiten de Irakese regering om protesten gewelddadig neerslaan en buitenlandse diplomatieke missies aanvallen”.

Het geldbedrag gaat naar de persoon die informatie kan geven over de activiteiten en netwerken van Al Kawtharani, die al sinds 2013 op een Amerikaanse lijst met terroristen staat.

De commandant wordt onder meer verdacht van het vervoeren van Irakese strijders naar Syrië, om de Syrische president Bashar Al Assad te helpen in diens strijd tegen rebellen in zijn land.

Zie ook: Wie was de gedode Iraanse generaal Qassem Soleimani?

Lees meer over: Irak  Hezbollah  Buitenland

VS looft 10 miljoen dollar uit voor informatie over Hezbollah-commandant

NOS 11.04.2020 De Verenigde Staten hebben een beloning van 10 miljoen dollar uitgeloofd voor informatie over Mohammad al-Kawtharani, een hoge Hezbollah-commandant uit Libanon. Hij wordt ervan beschuldigd een sleutelrol te spelen bij de aansturing van pro-Iraanse groepen in Irak.

Kawtharani heeft volgens de Amerikanen een deel van het politieke leiderschap overgenomen van de Iraanse generaal Qassem Soleimani, die begin dit jaar werd gedood bij een Amerikaanse aanval. Zijn dood leidde tot veel woede in Iran.

Volgens de VS speelt Kawtharani een belangrijke rol in het “faciliteren van acties van groepen die buiten de regering van Irak opereren”. Die groepen zijn volgens het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken verantwoordelijk voor het “gewelddadig neerslaan van protesten en aanvallen op buitenlandse diplomatieke missies”.

De Amerikanen hopen met de beloning informatie los te krijgen over de activiteiten van de commandant en zijn netwerk. Kawtharani staat sinds 2013 op hun zwarte lijst voor terrorisme.

Bekijk ook;

Hezbollah-milities komen in Irak bijeen voorafgaand aan de begrafenis van de de Iraans-Iraakse commandant Abu Mahdi Al Muhandis, die ook om het leven kwam bij de aanval waarbij de Iraanse generaal Qassem Soleimani werd gedood. © REUTERS

VS loven hoge beloning uit voor info over ‘opvolger’ Iraanse generaal Soleimani

AD 11.04.2020 De Verenigde Staten hebben een beloning uitgeloofd van 10 miljoen dollar (zo’n 8,3 miljoen euro) voor informatie over Muhammad Kawtharani, een hoge militaire commandant van de islamistische groepering Hezbollah in Irak. Kawtharani wordt ervan beschuldigd een sleutelrol te hebben gespeeld bij de coördinatie van pro-Iraanse groepen in Irak.

Kawtharani heeft volgens de Amerikanen een deel van de politieke coördinatie overgenomen van de Iraanse generaal Qassem Soleimani, zo stelde het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken in een verklaring. Soleimani werd begin januari gedood tijdens een Amerikaanse aanval op hem in Bagdad.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Volgens een verklaring van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken heeft Kawtharani een belangrijk aandeel in ‘het faciliteren van de acties van groepen die buiten de controle van de regering van Irak opereren en die protesten gewelddadig hebben onderdrukt’ en ‘aanvallen op buitenlandse diplomatieke missies’.

Het ministerie zegt dat de geldsom wordt uitgeloofd voor informatie over de activiteiten van Kawtharani, zijn netwerk en bondgenoten. Daarmee wil de VS de ‘financiële mechanismes’ ontregelen van Hezbollah, dat zijn basis heeft in Libanon.

Kawtharani werd in 2013 door de VS aangemerkt als een internationale terrorist, beschuldigd van het financieren van gewapende groeperingen in Irak en het helpen vervoeren van Iraakse strijders naar Syrië om te vechten tegen tegenstanders van het regime van de Syrische president Assad.

Militairen terug uit Irak na stilgelegde missie door corona

Telegraaf 04.04.2020 Zo’n 35 militairen zijn zaterdagochtend teruggekomen uit Irak, waar zij deelnamen aan een trainingsmissie. De missie is stilgelegd vanwege het coronavirus.

Dat meldt het ministerie van Defensie. Minister Bijleveld (Defensie) kondigde onlangs al aan dat een deel van de Nederlandse militairen op missies in het buitenland tijdelijk zou terugkeren. De militairen werden teruggebracht met een C-130 Hercules van de luchtmacht.

Eind maart keerden al ongeveer veertig militairen uit het noordwesten van Afghanistan terug. Daar zijn ongeveer 130 militairen gebleven, omdat een deel van de activiteiten wordt voortgezet. Ook in Kabul zit nog een handjevol Nederlanders, evenals in Jeruzalem. De vier Nederlanders in Burkina Faso, die voor een stilgelegde Amerikaanse trainingsmissie werken, zijn wel terug.

Bij de NAVO-operatie in Litouwen zijn ongeveer 110 Nederlandse militairen actief. Hier zijn coronabesmettingen geconstateerd. Hoeveel dat er zijn, zegt Defensie niet omdat het een lopende missie is. Inmiddels zijn negen Nederlanders uit de Baltische staat teruggekeerd, omdat ze ziek waren of in een risicogroep zaten, aldus de woordvoerder.

Het fregat De Ruyter is en blijft op volle sterkte actief in de Straat van Hormuz in het Midden-Oosten. Op het schip zijn maatregelen genomen om te voorkomen dat het virus aan boord komt. Zo mocht er bij het vorige havenbezoek om bij te laden niemand van boord of aan boord komen.

BEKIJK MEER VAN; krijgsmacht Den Haag Irak Defensie Corona

Militairen tijdelijk teruggekeerd na stilgelegde missie in Irak

MSN 04.04.2020 Ongeveer 35 militairen zijn zaterdagochtend teruggekomen uit Irak, waar zij deelnamen aan een trainingsmissie, meldt Defensie. De missie is stilgelegd vanwege het coronavirus. De militairen kwamen aan op vliegbasis Eindhoven met een C-130 Hercules. Vooralsnog ligt de missie op verzoek van de Iraakse en Koerdische autoriteiten stil tot het einde van de ramadan, 24 mei 2020.

In Irak is een handjevol Nederlandse militairen achtergebleven om voor het materieel en de gebouwen te zorgen. De terugkeerders kregen voor vertrek een medische check op ziekteverschijnselen, zegt een woordvoerder van Defensie. In Nederland hoeven ze niet eerst twee weken in quarantaine, maar ze moeten zich zoals iedereen houden aan de maatregelen van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, RIVM.

Minister Ank Bijleveld van Defensie had onlangs al aangekondigd dat een deel van de Nederlandse militairen op buitenlandse missies tijdelijk zou terugkeren.

Afghanistan

Eind maart keerden al ongeveer veertig militairen uit het noordwesten van Afghanistan terug. Daar zijn ongeveer 130 militairen gebleven, omdat een deel van de activiteiten wordt voortgezet. Ook in Kabul zit nog een handjevol Nederlanders, evenals in Jeruzalem. De vier Nederlanders in Burkina Faso, die voor een stilgelegde Amerikaanse trainingsmissie werken, zijn wel terug.

Bij de NAVO-operatie in Litouwen zijn ongeveer 110 Nederlandse militairen actief. Hier zijn coronabesmettingen geconstateerd. Hoeveel dat er zijn, zegt Defensie niet omdat het een lopende missie is. Inmiddels zijn negen Nederlanders uit de Baltische staat teruggekeerd, omdat ze ziek waren of in een risicogroep zaten, aldus de woordvoerder.

Het fregat De Ruyter is en blijft op volle sterkte actief in de Straat van Hormuz in het Midden-Oosten. Op het schip zijn maatregelen genomen om te voorkomen dat het virus aan boord komt. Zo mocht er bij het vorige havenbezoek om bij te laden niemand van boord of aan boord komen.

Trump: ’Iran bereidt verrassingsaanval voor’

Telegraaf 01.03.2020 De Amerikaanse president denkt dat Iran en zijn bondgenoten een aanval op Amerikaanse troepen of eigendommen in Irak voorbereiden. Hij waarschuwde woensdag via Twitter dat Iran in dat geval een „hoge prijs” zal betalen.

„Op basis van informatie en overtuiging” verklaarde de president dat Iran en zijn bondgenoten een „verrassingsaanval” aan het voorbereiden waren. Hij gaf verder geen details.

De VS voerden vorige maand luchtaanvallen uit op vijf wapenopslagplaatsen van door Iran gesteunde sjiitische milities in Irak. Dat gebeurde als vergelding voor raketbeschietingen door die milities van de luchtmachtbasis Kamp Taji, ten noordwesten van Bagdad. Daarbij kwamen twee Amerikanen en een Brit om het leven.

BEKIJK MEER VAN; gewapend conflict overheid Iran Irak Verenigde Staten Twitter

Trump: ’Iran bereidt verrassingsaanval voor’

MSN 01.04.2020 De Amerikaanse president denkt dat Iran en zijn bondgenoten een aanval op Amerikaanse troepen of eigendommen in Irak voorbereiden. Hij waarschuwde woensdag via Twitter dat Iran in dat geval een „hoge prijs” zal betalen.

„Op basis van informatie en overtuiging” verklaarde de president dat Iran en zijn bondgenoten een „verrassingsaanval” aan het voorbereiden waren. Hij gaf verder geen details.

De VS voerden vorige maand luchtaanvallen uit op vijf wapenopslagplaatsen van door Iran gesteunde sjiitische milities in Irak. Dat gebeurde als vergelding voor raketbeschietingen door die milities van de luchtmachtbasis Kamp Taji, ten noordwesten van Bagdad. Daarbij kwamen twee Amerikanen en een Brit om het leven.

Weer raketaanval op militaire basis nabij Bagdad, derde in week tijd

NOS 17.03.2020 Er zijn opnieuw raketten afgevuurd op een militaire basis in Irak waar militairen van de internationale coalitie gestationeerd zijn. Er zijn geen berichten over gewonden. Het is de derde raketaanval op een Iraakse basis in een week tijd.

De trainingsbasis Besmaya ten zuiden van Bagdad werd bestookt door twee raketten, meldt het Iraakse leger. De raketten kwamen terecht in een gebied dat bestaat uit landbouwgrond en een fabriek. De verantwoordelijkheid voor de aanslag is nog niet opgeëist.

Op de basis worden Iraakse militairen getraind door militairen van de internationale coalitie die door de VS wordt geleid en door NAVO-trainers. Namens de internationale coalitie zitten er Spaanse militairen.

Derde aanval in een week

Woensdag kwamen twee Amerikanen en een Brit om het leven bij raketaanvallen op de Taji-basis ten noorden van Bagdad. In reactie daarop bombardeerde de VS vrijdag vijf wapenopslagfaciliteiten van een door Iran gesteunde aftakking van Hezbollah. Daarbij zouden zes mensen om het leven zijn gekomen, onder wie een burger.

Zaterdag volgde er nog een aanval op de basis in Irak. Daarbij raakten vijf militairen gewond: drie van de internationale coalitie en twee Iraakse militairen.

Bekijk ook;

Weer luchtmachtbasis met buitenlandse troepen bestookt in Irak

MSN 17.03.2020 In Irak is opnieuw een basis met buitenlandse troepen onder vuur genomen. Het Iraakse leger meldt dat raketten insloegen op de basis Besmaya, ten zuiden van Bagdad.

Het gaat om de derde aanval in korte tijd op een militaire installatie met buitenlandse militairen in Irak. Op Besmaya zouden zich onder meer Spaanse troepen bevinden en trainers van de NAVO. Over mogelijke slachtoffers is niets bekendgemaakt.

De afgelopen week zijn ook al twee aanvallen uitgevoerd op luchtmachtbasis Taji, waar zich veel buitenlandse troepen bevinden. De verantwoordelijkheid voor die beschietingen is niet opgeëist. Dat geldt ook voor deze derde aanval.

De Verenigde Staten hebben gezegd dergelijke aanvallen niet te zullen tolereren. De Amerikaanse strijdkrachten voerden vrijdag al een vergeldingsaanval uit op een pro-Iraanse militie in Irak.

Nieuwe raketaanval op internationale legerbasis Bagdad

NOS 14.03.2020 Op de internationale Taji-legerbasis in Irak zijn vanmorgen 33 raketten neergekomen. Daarbij is een onbekend aantal militairen van de Iraakse luchtmacht zwaargewond geraakt. Volgens onbevestigde berichten liepen ook drie Amerikaanse militairen verwondingen op. De verantwoordelijkheid voor de aanval is nog niet opgeëist.

Het is de tweede raketaanval op de internationale legerbasis ten noorden van Bagdad deze week. Bij de eerste aanslag kwamen woensdag twee Amerikaanse militairen en een Brit om het leven.

De Verenigde Staten voerden gisteren een vergeldingsaanval uit op doelen van een pro-Iraanse strijdgroep. De VS houdt die Hezbollah-groepering verantwoordelijk voor het bestoken van de legerbasis. Bij de Amerikaanse aanval kwamen volgens de Iraakse autoriteiten zes Irakezen om het leven, geen van allen lid van de strijdgroep.

Bekijk ook;

Amerikaanse soldaten bij het Taji kamp waar Iraakse en Amerikaanse troepen verblijven, dertig kilometer ten noorden van Bagdad. Ⓒ AFP

Luchtmachtbasis Irak opnieuw bestookt met raketten

Telegraaf 14.03.2020 De luchtmachtbasis Kamp Taji in Irak is zaterdag voor de tweede keer in een week tijd bestookt met raketten. De basis ten noordwesten van Bagdad, waar ook buitenlandse militairen zijn gestationeerd, werd op klaarlichte dag aanvallen. Veiligheidsbronnen meldden twee zwaargewonden. Het zou gaan om militairen van de Iraakse luchtmacht. Zij verkeren in kritieke toestand.

Wie achter de aanval zit is niet bekend. De lanceerinstallatie die de raketten afschoot is gevonden, maar de daders zelf waren toen al weg.

Woensdag werd Kamp Taji ook al gebombardeerd, toen door sjiitische milities. Bij die aanvallen kwamen twee Amerikanen en een Brit om het leven. De VS bestookten daarom in Irak vijf wapenopslagplaatsen van de door Iran gesteunde milities.

Sinds de dood in januari van de Iraanse generaal Qassem Soleimani door een Amerikaanse raket zijn de spanningen in de regio opgelopen. De invloed van Iran in Irak is groot.

Bekijk meer van; krijgsmacht internationale militaire interventie oorlog Qassem Soleimani Irak Bagdad Kamp Taji

Luchtmachtbasis Irak opnieuw bestookt met raketten

AD 14.03.2020 De luchtmachtbasis Kamp Taji in Irak is vandaag voor de tweede keer in een week tijd bestookt met raketten. De basis ten noordwesten van Bagdad, waar ook buitenlandse militairen zijn gestationeerd, werd op klaarlichte dag aanvallen. Door wie is onduidelijk.

Bij de raketaanval raakten volgens het Iraakse leger twee Luchtmacht-militairen zwaargewond. In totaal kwamen tien raketten terecht op de luchtmachtbasis.

Woensdag werd Kamp Taji ook al gebombardeerd, toen door sjiitische milities. Bij die aanvallen kwamen twee Amerikanen en een Brit om het leven. De VS bestookten daarom in Irak vijf wapenopslagplaatsen van de door Iran gesteunde milities.

Sinds de dood in januari van de Iraanse generaal Qassem Soleimani door een Amerikaanse raket zijn de spanningen in de regio opgelopen. De invloed van Iran in Irak is groot.

Luchtmachtbasis Irak opnieuw bestookt met raketten

MSN 14.03.2020 De luchtmachtbasis Kamp Taji in Irak is zaterdag voor de tweede keer in een week tijd bestookt met raketten. De basis ten noordwesten van Bagdad, waar ook buitenlandse militairen zijn gestationeerd, werd op klaarlichte dag aanvallen. Veiligheidsbronnen meldden twee zwaargewonden. Het zou gaan om militairen van de Iraakse luchtmacht. Zij verkeren in kritieke toestand.

Wie achter de aanval zit is niet bekend. De lanceerinstallatie die de raketten afschoot is gevonden, maar de daders zelf waren toen al weg.

Woensdag werd Kamp Taji ook al gebombardeerd, toen door sjiitische milities. Bij die aanvallen kwamen twee Amerikanen en een Brit om het leven. De VS bestookten daarom in Irak vijf wapenopslagplaatsen van de door Iran gesteunde milities.

Sinds de dood in januari van de Iraanse generaal Qassem Soleimani door een Amerikaanse raket zijn de spanningen in de regio opgelopen. De invloed van Iran in Irak is groot.

VS voert raketaanval uit in Irak uit wraak op aanval Amerikaanse basis

NU 13.03.2020 De Verenigde Staten hebben in de nacht van donderdag op vrijdag raketaanvallen uitgevoerd op vijf wapendepots van door Iran gesteunde milities op een vliegveld in aanbouw in Irak. De aanval was een vergeldingsactie op een raketaanval op een Amerikaanse legerbasis in Irak waarbij woensdag drie militairen om het leven kwamen, onder wie een Brit.

De Amerikaanse aanval is bevestigd door het Pentagon. Volgens de VS lagen in de opslaglocaties wapens, die gebruikt konden worden om Amerikaanse en coalitietroepen aan te vallen. Bij de aanval kwamen volgens het Iraakse leger zes mensen om, onder wie drie soldaten, twee politieagenten en een burger. Twaalf anderen raakten gewond.

Het Pentagon noemt de aanvallen “defensief” van aard en een directe reactie op de aanval woensdag die volgens de VS is uitgevoerd door sjiitische milities, die steun krijgen van Iran. De Amerikaanse president Donald Trump gaf het Pentagon na die aanval bevel om een vergeldingsactie uit te voeren.

Iran liet vrijdag weten dat de aanvallen de schuld zijn van de Amerikaanse “aanwezigheid en hun gedrag” in Irak.

Ook het Iraakse leger was niet blij met de bombardementen van de Amerikanen en noemde deze “een schending van de soevereiniteit van de Iraakse strijdkrachten”. De door de VS geleide missie in Irak is gericht tegen Islamitische Staat (IS).

Lees meer over: Irak  Verenigde Staten

VS bombardeert doelen in Irak als vergelding voor raketaanval

NOS 13.03.2020 De Verenigde Staten hebben in Irak luchtaanvallen uitgevoerd op doelen van een pro-Iraanse strijdgroep. De actie is een vergelding voor raketaanvallen woensdag op een internationale legerbasis in Irak. Twee Amerikanen en een Brit kwamen daarbij om het leven. Veertien mensen raakten gewond.

De luchtaanvallen werden uitgevoerd op vijf wapenopslag-faciliteiten van een door Iran gesteunde aftakking van Hezbollah. “In deze gebouwen liggen wapens die gebruikt worden tegen VS- en coalitietroepen”, schrijft het Amerikaanse ministerie van Defensie in een verklaring.

De VS houdt de Hezbollah-groepering verantwoordelijk voor de raketaanvallen op de basis ten noorden van Bagdad. President Trump gaf gisteren toestemming aan het Pentagon voor een vergeldingsactie.

Bekijk ook;

VS slaan met bombardementen terug in Irak

Telegraaf 13.03.2020 De VS hebben in Irak vijf wapenopslagplaatsen van door Iran gesteunde sjiïtische milities gebombardeerd. De bombardementen waren volgens het Pentagon (het Amerikaanse ministerie van Defensie) een vergelding voor raketbeschietingen door die milities van de luchtmachtbasis Kamp Taji, ten noordwesten van Bagdad. Daarbij kwamen woensdag twee Amerikanen en een Brit om het leven.

Defensieminister Mark Esper zei dat de VS geen aanvallen accepteren „op onze mensen, onze belangen en onze bondgenoten.” Doelwit waren verscheidene PMF-milities (Volks-Mobilisatiekrachten) die de VS verantwoordelijk houden voor aanvallen op de Amerikaanse troepen in Iran en hun bondgenoten.

Sommige plaatselijke media meldden dat een Iraanse generaal van de Revolutionaire Garde bij de bombardementen is gedood. Sjiïtische geestelijken in de stad Karbala hebben geklaagd dat de Amerikaanse bombardementen ook een burgerluchthaven in aanbouw bij deze voor sjiïeten heilige stad hebben getroffen.

De Amerikaanse president Donald Trump gaf het Pentagon donderdag toestemming voor de vergeldingsaanval.

BEKIJK OOK:

Commando te huur

BEKIJK OOK:

Analyse: Saoedi’s spelen keihard machtsspel om olie

VS voert wraakactie uit in Irak, maar ontkent dodelijke aanval Syrië

MSN 13.03.2020 De VS heeft een reeks vergeldingsaanvallen uitgevoerd op pro-Iraanse milities in Irak. Het land neemt wraak nadat twee Amerikanen en een Brit omkwamen bij een raketaanval op een legerbasis. “De Amerikanen willen een sterk signaal afgeven”, zegt Midden-Oostencorrespondent Olaf Koens.

Bij de vergeldingsactie zijn vijf wapendepots op verschillende plekken in Irak gebombardeerd, zo bevestigt het Pentagon. Of hierbij slachtoffers zijn gevallen, is nog onduidelijk. Voor de aanval is vooraf toestemming gevraagd aan president Donald Trump.

Woensdag kwamen twee Amerikaanse en een Britse soldaat om leven toen er een raketten werden afgevuurd op de Amerikaanse legerbasis Camp Taji, ten noorden van de Iraakse hoofdstad Bagdad. Veertien andere militairen raakten gewond. Zij zijn allen onderdeel van een internationale coalitie tegen IS, geleid door de VS.

“Het conflict tussen Iran en de Verenigde Staten word uitgevochten in Irak”, legt Midden-Oostencorrespondent Olaf Koens uit. “Het gebeurt wel vaker dat er projectielen worden afgevuurd op Amerikaanse doelen in het land, zoals bijvoorbeeld de ambassade of een legerkamp, maar die raketten raken maar zelden doel.”

Amerika blaast Iraanse generaal op: ‘Velen zullen hem wreken’

Bekijk deze video op RTL XL

‘Steun van Iran’

De raketaanval zou het werk zijn van milities gesteund door Iran. “Alleen de sjiitische Kataib Hezbollah-militie kan een aanval van deze schaal uitvoeren”, zei de Amerikaanse legercommandant Kenneth McKenzie tegen de Senaat.

Kataib heeft banden met het Libanese Hezbollah en krijgt steun van Iran. Volgens de Amerikanen hebben pro-Iraanse rebellen het afgelopen jaar dertien vergelijkbare aanvallen uitgevoerd op westerse bases in Irak.

Liquidatie Soleimani

Begin januari zorgde de dodelijke Amerikaanse drone-aanval op een Iraanse generaal in Bagdad voor een hoop onrust. Het ging om Qassem Soleimani, een zeer invloedrijke en geliefde figuur binnen het Iraanse regime.

Koens: “Bij die aanval kwam ook Abu Mahdi al-Muhandis om het leven, de oprichter van de Kataib Hezbollah-militie. Die organisatie lijkt nu het doelwit te zijn van deze reeks precisiebombardementen. Eergisteren zou het de 63ste verjaardag van Soleimani zijn geweest, misschien dat daarom de aanval op de Amerikaanse basis plaatsvond. In ieder geval willen de Amerikanen hiermee een sterk signaal afgeven.”

26 Iraakse strijders gedood

Gisteren kwamen bij een andere aanval in het oosten van Syrië, nabij de grens met Irak, zeker 26 Irakezen om. Zij maakten deel uit van de pro-Iraanse paramilitaire groep PMF. De Amerikanen ontkennen iets te maken te hebben met deze aanval.

Meer: Chris Koenis Burgeroorlog Syrië  Burgeroorlog Irak  Irak  Syrië

Trump geeft Pentagon toestemming raketaanval te beantwoorden

Telegraaf 12.03.2020  De Amerikaanse president Donald Trump heeft het Pentagon toestemming gegeven de raketaanval op een legerbasis in Irak te beantwoorden. Dat heeft minister van Defensie Mark Esper donderdag gezegd.

Een vermoedelijk door Iran gesteunde militie bestookte woensdag een militair kamp ten noorden van hoofdstad Bagdad. Twee Amerikanen en een Brit kwamen daardoor om het leven.

Bekijk ook:

Commando te huur

Bekijk ook:

Analyse: Saoedi’s spelen keihard machtsspel om olie

Trump geeft Pentagon toestemming raketaanval te beantwoorden

MSN 12.03.2020 De Amerikaanse president Donald Trump heeft het Pentagon toestemming gegeven de raketaanval op een legerbasis in Irak te beantwoorden. Dat heeft minister van Defensie Mark Esper donderdag gezegd.

Een vermoedelijk door Iran gesteunde militie bestookte woensdag een militair kamp ten noorden van hoofdstad Bagdad. Twee Amerikanen en een Brit kwamen daardoor om het leven.

Zeker 18 doden door luchtaanval in Syrië

AD 12.03.2020 Zeker achttien leden van een Iraakse paramilitaire groep zijn woensdagavond door luchtaanvallen in het oosten van Syrië om het leven gekomen. Dat heeft het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten naar buiten gebracht.

De strijders stierven nadat hun stellingen in de buurt van Boukamal, vlakbij de grens met Irak, werden aangevallen.

Voor de luchtaanvallen werden vijftien raketten afgevuurd op een militaire basis in Irak. Twee Amerikanen en een Brit lieten het leven, ongeveer twaalf manschappen van de door de Verenigde Staten geleide internationale coalitie raakten gewond.

Drie militairen omgekomen op Amerikaans basis in Irak door raketaanval

NU 12.03.2020 Bij een raketaanval op een Amerikaanse legerbasis in Irak zijn woensdag drie militairen om het leven gekomen en tientallen anderen gewond geraakt.

De leiding van de legerbasis ten noorden van Bagdad laat weten dat ze geraakt zijn door achttien Katyusha-raketten. “We zijn de aanval samen met de Iraakse inlichtingendiensten aan het onderzoeken”, aldus de leiding.

De drie gestorven militairen zouden twee Amerikanen en een Brit zijn, meldt persbureau Reuters. Zij maken deel uit van de coalitie die de Amerikanen in Irak leiden tegen Islamitische Staat (IS).

Lees meer over: Irak  Buitenland

Drie doden bij raketaanval op Amerikaanse basis in Irak

MSN 12.03.2020 Bij een raketaanval op een legerbasis ten noorden van Bagdad zijn twee Amerikanen en een Brit omgekomen, melden bronnen aan de persbureau’s Reuters en AP. Het Amerikaanse leger bevestigt dat er drie doden zijn gevallen, maar noemt niet de nationaliteit van de slachtoffers. Bij de aanval raakten ook twaalf mensen gewond.

Het gaat volgens Reuters om een aanval met achttien kleine raketten op de Taji-basis. Mogelijk zijn die afgevuurd vanuit een truck.

De slachtoffers maken deel uit van een door de Verenigde Staten geleide internationale coalitie tegen IS. In Irak zijn nog altijd zo’n vijfduizend Amerikaanse militairen gelegerd en ook zo’n vierduizend militairen uit andere landen, onder wie bijna vijfhonderd Britten.

Wie er achter de raketaanval zit is nog niet duidelijk. Mocht het gaan om door Iran gesteunde milities dan dreigen opnieuw spanningen tussen de VS en Iran. De Britse premier Boris Johnson heeft de aanval veroordeeld en zegt samen met de internationale partners de details van de „afschuwelijke aanval” te onderzoeken.

In januari doodden de Amerikanen de Iraanse generaal Qassem Soleimani bij een luchtaanval. Als vergelding vuurde Iran raketten af op een Amerikaanse basis in Irak, waarbij meer dan honderd militairen hersenletsel opliepen.

Ook doden bij luchtaanvallen in Syrië

Woensdagavond zijn bij luchtaanvallen in het oosten van Syrië vlakbij de grens met Irak ook achttien leden van een Iraakse paramilitaire groep om het leven gekomen, meldt het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten. Het gaat om leden van een pro-Iraanse militie.

Wie er achter die aanvallen zit is ook nog niet bekend, maar Amerikaanse functionarissen zeggen tegen persbureau AP dat er in elk geval geen enkel verband is met de raketaanval op de Taji-basis.

Twee Amerikanen en een Brit gedood bij raketaanval op legerbasis bij Bagdad

NOS 11.03.2020 Bij een aanval met raketten op een legerbasis even ten noorden van Bagdad zijn twee Amerikanen en een Brit omgekomen, meldt het Amerikaanse ministerie van Defensie. Of het om militairen gaat of om burgerpersoneel, is niet bekendgemaakt. Twaalf mensen raakten gewond.

  OIR Spokesman Col. Myles B. Caggins III @OIRSpox

The Coalition @CJTFOIR confirms more than 15 small rockets impacted Iraq’s Camp Taji base hosting Coalition troops, March 11 at 7:35 p.m. (Iraq Time). Assessment and investigation ongoing, follow @OIRSpox & @SecMedCell for updates. https://t.co/oNgNfCEYG7

Op de Taji-basis werden achttien raketten afgevuurd vanaf een pick-uptruck waarop een lanceerinstallatie was gemonteerd. De truck werd na de aanval gevonden met nog drie overgebleven raketten, meldt CNN.

In Irak zijn nog ongeveer 5000 Amerikanen gelegerd. In januari protesteerden honderdduizenden mensen in Bagdad tegen de Amerikaanse aanwezigheid. Het Iraakse parlement wil dat alle buitenlandse troepen uit het land vertrekken, maar of de regering hier werk van maakt en op welke termijn, is onduidelijk.

Nederland heeft zo’n vijftig militairen in Irak voor een trainingsmissie, merendeels in het noorden van het land. Die missie werd in januari tijdelijk stilgelegd na de liquidatie van de Iraanse generaal Soleimani, maar zou daarna worden hervat.

Bekijk ook;

Iran gaat zwarte doos neergehaalde Boeing toch met Oekraïne delen

NU 11.03.2020 Iran gaat de zwarte doos van het in januari neergehaalde Oekraïense passagiersvliegtuig toch delen met Kiev, zegt de Iraanse vertegenwoordiger bij de Verenigde Naties.

Op 8 januari stortte de Oekraïense Boeing 737-800 vlak buiten de Iraanse hoofdstad Teheran neer. Drie dagen later gaf Iran toe het vliegtuig per ongeluk te hebben neergeschoten. Bij de crash kwamen alle 176 inzittenden om.

Iran verwachtte die nacht represailles van de Verenigde Staten, omdat het land Amerikaanse militairen in buurland Irak had aangevallen.

In januari zei Teheran al dat de zwarte doos naar Oekraïne zou gaan. Dagen later meldde Iran dit alleen te zullen doen als het uitlezen niet zou lukken.

Moment waarop Iran Oekraïens vliegtuig neerschiet vastgelegd

Al snel onenigheid over analyse data vluchtrecorder

Na de crash ontstond al snel onenigheid over wie de gegevens van de zogeheten vluchtrecorder mocht analyseren. Gewoonlijk is dit de taak van het land waar de crash plaatsvond, maar de maker of eigenaar van het toestel wordt ook vaak betrokken bij het onderzoek.

Nu gaat de doos toch naar Oekraïne, zegt de Iraanse vertegenwoordiger bij de VN Farhad Parvaresh. Ook andere geïnteresseerde landen mogen de zwarte doos volgens Parvaresh analyseren.

Onduidelijk of Boeing data mag analyseren

Of de Amerikaanse vliegtuigbouwer Boeing dan ook toegang tot de vluchtrecorder krijgt, is nog onduidelijk. Eerder zei Iran de recorder in elk geval niet met de VS te zullen delen.

In de Boeing 737-800 van Ukraine International Airlines zaten naast de Oekraïense crewleden veel Iraniërs, Canadezen met een Iraanse achtergrond en Afghanen.

Lees meer over: Iran Buitenland

Minister Blok op fregat De Ruyter: escalatie met Iran voorkomen

Telegraaf 23.02.3030 De militaire aanwezigheid van Nederland in de Perzische Golf moet juist voorkomen dat het conflict met Iran escaleert. Tegelijk is het nodig dat er wordt gepraat. Dat benadrukte minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken tijdens een bezoek aan het fregat De Ruyter in de haven van Abu Dhabi.

Het Nederlandse marineschip doet mee aan een Europese missie, die nu officieel begint. Het machtsvertoon in de Straat van Hormuz is bedoeld om af te schrikken en moet voorkomen dat er nog „agressieve acties” zijn die de scheepvaart kunnen hinderen, aldus Blok. Nederland stuurde de De Ruyter na een reeks aanvallen op olietankers. Nederland als handelsland wil overal op de wereld optreden als handel en stabiliteit worden bedreigd: „We willen niet dat onze schepen worden aangevallen.”

De bewindsman is op rondreis in het Midden-Oosten om door gesprekken met machthebbers te zorgen dat de spanningen afnemen. „Dat we geen oorlogsschepen meer nodig hebben. Dat we uiteindelijk iedereen om de tafel krijgen.”

Het zal niet makkelijk zijn, erkent Blok. Maar hij wijst erop dat hij zaterdag in Iran door het regime is ontvangen. „Als ze niet in de Nederlandse inspanning geïnteresseerd zouden zijn, hadden ze dat allemaal niet gedaan.”

Minister Blok op fregat De Ruyter: escalatie met Iran voorkomen

AD 23.02.2020 De militaire aanwezigheid van Nederland in de Perzische Golf moet juist voorkomen dat het conflict met Iran escaleert. Tegelijk is het nodig dat er wordt gepraat. Dat zei minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken tijdens een bezoek aan het fregat De Ruyter in de haven van Abu Dhabi.

Het Nederlandse marineschip doet mee aan een Europese missie, die nu officieel begint. Het machtsvertoon in de Straat van Hormuz is bedoeld als afschrikmiddel en moet voorkomen dat er nog ‘agressieve acties’ zijn die de scheepvaart kunnen hinderen, aldus Blok,

Lees ook;

Nederlands marineschip gewoon naar zeestraat Iran

Lees meer

Lees meer

Lees meer

Nederland stuurde de De Ruyter na een reeks aanvallen op olietankers. Nederland als handelsland wil overal op de wereld optreden als handel en stabiliteit worden bedreigd: ,,We willen niet dat onze schepen worden aangevallen.”

De bewindsman is op rondreis in het Midden-Oosten om door gesprekken met machthebbers te zorgen dat de spanningen afnemen. ,,Dat we geen oorlogsschepen meer nodig hebben. Dat we uiteindelijk iedereen om de tafel krijgen.” Dat zal niet makkelijk zijn, vervolgde Blok. Maar hij wijst erop dat hij zaterdag in Iran door het regime is ontvangen. ,,Als ze niet in de Nederlandse inspanning geïnteresseerd zouden zijn, hadden ze dat allemaal niet gedaan.”

Marineschip De Ruyter aangekomen in Golfregio

NOS 23.02.2020 Het marinefregat De Ruyter is aangekomen in Abu Dhabi. Vanuit daar gaat het patrouilleren in de Straat van Hormuz.

In de zeestraat was het vorig jaar onrustig, toen olietankers aangevallen werden. Ook enterde de Iraanse Revolutionaire Garde een schip.

Het marinefregat moet voorkomen dat aanvallen plaatsvinden en moet informatie verzamelen in de zeestraat. Het commando ligt in handen van Frankrijk, dat er ook vaart met een fregat. Daarnaast hebben de Amerikanen een aparte missie opgezet in het gebied.

De Ruyter komt in juni weer terug.

Iraniërs laten verkiezingen lopen

AD 23.02.2020 Iraanse kiezers hebben op hun manier hun onvrede geuit over het regime. Ze zijn massaal thuisgebleven bij de parlementsverkiezingen van vrijdag. De opkomst was slechts 42,5 procent. De winst gaat mede daardoor als verwacht naar de hard liners in het regime.

Het zou gaan om de laagste opkomst sinds de revolutie in 1979. Toen werd de pro-Amerikaanse sjah verdreven en kwam het huidige sjiitische regime aan de macht. Minister Abdolreza Rahmani Fazli zei dat ongeveer 24 van de 58 miljoen kiezers hebben gestemd. Dat er niet veel waren gekomen lag volgens hem mede aan het slechte weer en de angst voor het coronavirus.

De definitieve uitslag van de verkiezingen moet nog bekend worden gemaakt, maar de meest conservatieve kandidaten hebben duidelijk gewonnen en zullen een enorme meerderheid in het parlement krijgen. 220 van de 290 zetels gaan naar hardliners en conservatieven. Alle 30 zetels van de hoofdstad Teheran hebben ze ook.

De conservatieve Raad van Hoeders had vooraf de kandidatuur geblokkeerd van ongeveer de helft van de circa 16.000 politici die wilden meedoen. Vooral gematigde politici en hervormers werden door die machtige toezichthouder uitgesloten van deelname. De conservatieven zijn tegen de voorzichtige en mislukte toenadering van president Rouhani tot het Westen.

Sancties

Waarnemers hadden al rekening gehouden met een lage opkomst. Iran kampt vooral door Amerikaanse sancties met grote economische problemen. Veel burgers hebben het financieel zwaar en hebben weinig vertrouwen in de politiek. Sommige stembureaus in Teheran bleven vrijdag grotendeels leeg. Een 29-jarige kiezer in de hoofdstad zei dat het weinig uitmaakt wie de verkiezingen wint. “Ze zijn van hetzelfde laken een pak”, zuchtte de man. “Ik denk niet dat er grote verschillen tussen ze zijn.”

Iran beschuldigt buitenlandse vijanden ervan het nieuwe coronavirus te hebben gebruikt om de parlementsverkiezingen in het land te saboteren.  ,,Hun media lieten geen enkele kans voorbijgaan om mensen te ontmoedigen om te komen stemmen”, zei de hoogste leider ayatollah Ali Khamenei vandaag, refererend naar de vermeende invloed van buitenaf. Zelf sprak hij over een “enorme deelname”, ondanks ‘die negatieve propaganda’. In Iran stierven vooralsnog acht mensen aan het besmettelijke coronavirus. 43 personen raakten besmet.

Repressief

Mogelijk hebben veel Iraniërs de verkiezingen van vrijdag geboycot omdat deelname van kandidaten van de oppositie en van gematigde hervormers, onmogelijk is gemaakt door de repressief heersende sjiitische geestelijkheid. Begin dit jaar vonden felle protesten tegen de regering plaats in hoofdstad Teheran.

Die werden hard neergeslagen door de politie. Volgens Amnesty International kwamen daarbij honderden mensen om het leven. Mogelijk heeft dat invloed gehad voor de opkomst tijdens de parlementsverkiezingen.

Historisch lage opkomst bij Iraanse parlementaire verkiezingen

NU 23.02.2020 Nog niet eerder gingen er zo weinig mensen naar de stembus als vrijdag bij de parlementaire verkiezingen, meldt het Iraanse ministerie van Binnenlandse Zaken zondag. De opkomst lag om en nabij de 42,5 procent, terwijl in hoofdstad Teheran niet meer dan een kwart van de stemgerechtigden stemde.

In beide gevallen gaat het om de laagste opkomst sinds de stichting van de islamitische republiek in 1979. Daarmee is geen gehoor gegeven aan de oproep van grootayatollah Ali Khamenei, die stemmen een “religieuze verplichting” noemde.

Desondanks kan Khamenei tevreden de voorlopige resultaten waarnemen. In Teheran zouden politici, die gelieerd zijn aan de Revolutionaire Garde van Khamenei, alle dertig zetels hebben binnengesleept. Voorlopige uitslagen voorspellen een comfortabele meerderheid, met ruim 179 van de in totaal 290 zetels. Op de definitieve uitslag wordt nog gewacht.

Voorafgaand aan de stemming werden duizenden politici geweerd van deelname van de verkiezingen. Het zou gaan om voornamelijk hervormingsgezinde politici, aldus BBC News.

Vermoedelijk heeft de uitbraak van het coronavirus in het land invloed gehad op de hoeveelheid uitgebrachte stemmen: twee dagen voor de verkiezingen werd voor het eerst het virus gesignaleerd bij een inwoner, waarna in korte tijd nog eens 42 mensen het virus opliepen. Acht patiënten bezweken aan de gevolgen van COVID-19.

Armenië sloot zondag, als gevolg van de uitbraak, voor twee weken de grens met Iran. In het land van Ali Khamenei werden eerder al scholen dichtgegooid en culturele evenementen in veertien provincies opgeschort.

Lees meer over: Iran  Ali Khamenei  Buitenland

Historisch lage opkomst bij Iraanse verkiezingen, in Teheran 25 procent

NOS 23.02.2020 De opkomst bij de parlementaire verkiezingen in Iran is de laagste sinds de stichting van de islamitische republiek in 1979. Dat heeft het Iraanse ministerie van Binnenlandse Zaken bekendgemaakt.

42,5 procent van de kiesgerechtigden is vrijdag naar de stembus gegaan. In de hoofdstad Teheran was dat ruim 25 procent. “Dit viel wel te verwachten”, zegt NOS-correspondent Daisy Mohr. “Omdat zo veel gematigde kandidaten waren uitgesloten van deelname, hadden veel van hun aanhangers aangegeven de verkiezingen te boycotten.”

De uitslag wordt dan ook een overwinning voor de hardliners: zij wonnen bijvoorbeeld in Teheran alle dertig beschikbare parlementszetels. De landelijke resultaten worden later bekend. Mohr: “Uiteindelijk zal het resultaat zijn dat het parlement conservatiever wordt dan het was.”

Zo’n 7000 gematigde en hervormingsgezinde politici mochten van de geestelijke leiding van Iran niet meedoen. Premier Rohani, die ook tot dit kamp wordt gerekend, uitte daar kritiek op. Toch sloot ook hij zich vlak voor de verkiezingen aan bij de dringende oproep van opperste leider Khamenei om te gaan stemmen.

‘Corona-propaganda’

Ayatollah Khamenei wijt de lage opkomst aan “vijandelijke propaganda” over het coronavirus. Diverse media zouden ingespeeld hebben op de angst onder Iraniërs om de ziekte op te lopen.

Twee dagen voor de verkiezingen kreeg het land te maken met de eerste besmetting van het virus. Sindsdien zijn er acht mensen in Iran omgekomen door het coronavirus. Dat is het hoogste aantal buiten China, het centrum van de wereldwijde epidemie.

Iran heeft diverse maatregelen genomen om het toenemende aantal besmettingen in te dammen. Zo blijven in de hoofdstad en zeker tien provincies de scholen de komende dagen dicht. Voetbalwedstrijden, filmvoorstellingen andere openbare evenementen met veel toeschouwers zijn in ieder geval tot vrijdag opgeschort.

Bekijk ook

Khamenei lijkt Iraans parlement stevig in handen te houden

NOS 23.02.2020 Aanhangers van de hoogste leider ayatollah Khamenei stevenen af op een grote meerderheid in het Iraanse parlement. Dat blijkt uit de eerste resultaten van de parlementsverkiezingen van gisteren, die bekend zijn gemaakt op de Iraanse staatstelevisie.

Zo zijn de dertig kandidaten die straks namens de hoofdstad Teheran in het parlement zetelen allemaal gelieerd aan de Revolutionaire Garde. Volgens persbureau Reuters bezet het elitekorps van het Iraanse leger straks 178 van de 290 parlementszetels.

Lage opkomst

Vooraf was al duidelijk dat de conservatieven waarschijnlijk zouden winnen. In aanloop naar de parlementsverkiezingen werden veel hervormingsgezinde kandidaten op verschillende gronden afgewezen.

Het is officieel nog niet bekend hoeveel van de 58 miljoen stemgerechtigde Iraniërs naar de stembus zijn gegaan, maar persbureau Reuters meldt op basis van onbevestigde bronnen dat het opkomstpercentage op 45 procent ligt. Dat zou het laagste percentage zijn sinds de Islamitische Revolutie in 1979.

Khamenei hoopte juist op een hoge opkomst, omdat hij daarmee steviger in het zadel zou komen te zitten. Stemmen was een religieuze plicht, zei hij gisteren nog, en stembureaus bleven vijf uur langer open.

Turbulente tijd

De verkiezingen vinden plaats in een turbulente tijd voor het land. Vanwege de liquidatie van de Iraanse generaal Soleimani vorige maand is de spanning met de VS flink opgelopen. Daarnaast zijn veel Iraniërs ontevreden over de economische situatie en over de manier waarop het regime een aantal crises heeft aangepakt.

Sinds eind vorig jaar roeren ontevreden burgers zich in het hele land, maar de antiregeringsprotesten worden door ordetroepen hard neergeslagen. Volgens anonieme bronnen bij de Iraanse regering zijn er zeker 1500 mensen om het leven gekomen.

Vorige maand gingen betogers opnieuw de straat op, nadat de Iraanse regering het neerhalen van een Oekraïens passagierstoestel bij hoofdstad Teheran had toegegeven. Bij die vliegramp kwamen alle 176 inzittenden om het leven.

Bekijk ook;

Blok wil Iraanse president Rohani verleiden met handel

NOS 22.02.2020 Minister Blok van Buitenlandse Zaken heeft in Teheran tegen de Iraanse president Rohani gezegd dat hij wil dat Iran verandert. “Het land staat nu helemaal aan de verkeerde kant”, licht hij toe aan NOS-verslaggever Albert Bos.

“Ik kom met een heldere boodschap”, zegt Blok. “Irans rol is vaak negatief, ook in de regio. Het land steunt het regime in Syrië, terrorisme in Jemen en maakt kernwapens.”

Blok wil Iran proberen te verleiden met handel. Het land zit in een belabberde economische situatie, mede door internationale sancties. “Als Iran bereid is om zijn gedrag te veranderen, kunnen Nederland en Iran weer handel drijven zodat mensen meer welvaart krijgen.”

Vluchtelingenstroom

Daarnaast heeft Nederland nog een ander belang. Blok vreest bij grote instabiliteit een nieuwe vluchtelingenstroom. Hij is de eerste Europese minister die na de oplopende spanningen van begin dit jaar is ontvangen door de Iraanse president. Eerder reisde EU-buitenlandchef Borell al af naar het land.

Aanleiding voor het bezoek van Blok zijn de ontwikkelingen in het gebied. Nederland heeft een schip gestuurd naar de Straat van Hormuz om een veilige doorvaart te garanderen. Daarnaast wil Blok ook een diplomatiek spoor bewandelen. De komende tijd zullen waarschijnlijk meer Europese ministers volgen.

Bekijk ook;

NAVO-baas Jens Stoltenberg wil meer inzet tegen terrorisme in het Midden-Oosten. Ⓒ AFP

NAVO-landen bereid tot uitbreiding trainingsmissie Irak

Telegraaf 13.02.2020 De NAVO-landen zijn bereid de trainingsmissie in Irak uit te breiden om meer te doen tegen terrorisme. Dat zei topman Jens Stoltenberg na beraad van de NAVO-defensieministers in Brussel. Het wachten is op goedkeuring van Irak, waar premier Allawi bezig is een regering te vormen. „We blijven alleen zolang we welkom zijn”, aldus Stoltenberg.

In eerste instantie worden de opleidingsactiviteiten in Irak van de door de VS geleide coalitie tegen terreurbeweging IS deels overgeheveld naar de NAVO-missie. Die missie van ongeveer vijfhonderd man werd begin januari stilgelegd na de liquidatie van de Iraanse generaal Soleimani door de VS. De missie wordt na hervatting in principe uitgebreid, maar dat kan alleen op uitnodiging van de regering in Bagdad. Over aantallen is niets bekendgemaakt.

De Amerikaanse president Trump vroeg bondgenoten in januari actiever te worden in de strijd tegen terrorisme in het Midden-Oosten. Volgens zijn NAVO-ambassadeur zou het goed zijn als de anti-IS-coalitie zich meer op het uitschakelen van terroristen zou kunnen richten.

BEKIJK OOK:

Hersenletsel bij militairen VS door Iraanse aanval

Nederlandse bijdrage

Nederland draagt met twee militairen en vier civiele experts bij aan de NAVO-missie. Voor de anti-IS-coalitie gaat het om zo’n vijftig mensen: de luchtmobiele brigade traint Koerdische strijders bij de noordelijke stad Erbil en een klein aantal Nederlandse commando’s trainen en adviseren Iraakse collega’s bij Bagdad om het leger en veiligheidsapparaat te versterken.

BEKIJK OOK:

Defensie moet nabestaanden burgerslachtoffers compenseren

Minister Ank Bijleveld heeft „kanttekeningen” gemaakt bij het principebesluit de NAVO-missie uit te breiden. Zij benadrukte de noodzaak van een Iraakse uitnodiging en goede coördinatie met de anti-IS-coalitie. „Dat moet nog verder worden uitgewerkt. Stap-voor-stap. Onze jongens en meisjes blijven voorlopig aan het werk in met name Erbil.”

’Troepen moeten weg’

Het Iraakse parlement nam vorige maand een niet-bindende resolutie aan met de oproep buitenlandse troepen het land uit te zetten.

BEKIJK OOK:

Nederland, VS en bondgenoten: handen af van betogers Irak

BEKIJK MEER VAN; defensie Irak

NAVO wil trainingsmissie Irak uitbreiden, het wachten is op Irak

NOS 12.02.2020 De NAVO staat klaar om de trainingsmissie in Irak in de strijd tegen terrorisme uit te breiden. Dat zijn de ministers van Defensie overeengekomen, zei secretaris-generaal Jens Stoltenberg na een beraad.

Irak moet de uitbreiding nog goedkeuren. “We blijven alleen als we welkom zijn”, aldus Stoltenberg.

Op dit moment is premier Allawi bezig een regering te vormen. Vorige maand sprak het Iraakse parlement zich juist uit tegen militaire aanwezigheid van andere landen in Irak, naar aanleiding van de Amerikaanse liquidatie van de Iraanse generaal Soleimani op Iraaks grondgebied.

De uitbreiding volgt op een oproep van de Amerikaanse president Trump. Hij vroeg bondgenoten in januari actiever te worden in de strijd tegen terrorisme in het Midden-Oosten.

Nederlanders

Een deel van de geplande toename van troepen komt doordat de opleidingsactiviteiten van de door de VS geleide coalitie tegen terreurbeweging IS deels worden overgeheveld naar de NAVO-missie. Momenteel zijn zo’n zestig Nederlandse trainers in Noord-Irak en de hoofdstad Bagdad actief als onderdeel van de anti-IS-coalitie.

De NAVO-missie bestaat op dit moment uit ongeveer vijfhonderd militairen, onder wie twee Nederlandse stafofficieren. De troepen hebben na de liquidatie van Soleimani hun werk neergelegd en wachten op het signaal om hun militaire activiteiten te kunnen hervatten.

Bekijk ook;

NAVO-topman wil trainingsmissie Irak snel hervatten

MSN 11.02.2020 De NAVO wil de trainingsmissie in Irak zo snel mogelijk hervatten en overlegt daarover met de regering in Bagdad, zei topman Jens Stoltenberg dinsdag. De missie van ongeveer vijfhonderd man werd begin vorige maand stilgelegd nadat de VS de Iraanse generaal Qassem Soleimani hadden gedood met een droneaanval.

De operaties van de door de VS geleide anti-IS-coalitie in Irak zijn ook op een lager pitje gezet. Beide missies hebben volgens Stoltenberg opmerkelijke successen geboekt. “Maar we kunnen meer doen. Training van lokale troepen is een van de beste middelen in de strijd tegen terrorisme.” De Amerikaanse president Trump heeft bondgenoten gevraagd actiever te worden in het Midden-Oosten.

Hervatting van de NAVO-missie is wel afhankelijk van een uitnodiging van de Iraakse regering, benadrukte Stoltenberg. Er ligt een plan om beide missies nader tot elkaar te brengen, zodat meer Iraakse strijdkrachten kunnen worden opgeleid. Bij overleg van de ministers van Defensie van de NAVO-landen, woensdag en donderdag in Brussel, staat Irak op de agenda.

Nederland draagt met twee militairen en vier civiele experts bij aan de NAVO-missie en levert enkele tientallen mensen aan de anti-IS-coalitie in Irak.

Iraaks slachtoffer Nederlandse bommen wacht nog steeds op ‘sorry’ van de minister

AD 24.01.2020 In november erkende het ministerie van Defensie dat het Nederlandse bommen waren die het huis én het gezin van Basim Razzo vernietigde. Nu bijna drie maanden later heeft weduwnaar Razzo nog niets gehoord van de Nederlandse autoriteiten. ,,Ik vind dat ik recht heb op een verontschuldiging.’’

Jarenlang zweeg het Nederlandse ministerie van Defensie. Maar afgelopen november gaf minister Ank Bijleveld (CDA) toe dat de bommen die op 20 september 2015 de woningen van Basim Razzo en zijn broer in de Iraakse stad Mosul vernietigde, waren afgeworpen door een Nederlandse piloot.

Bij de aanval kwamen Basims vrouw Mayada, zijn dochter Tuqa (21), zijn broer Mohannad en zijn neef Najib (18) om. Het Nederlandse bombardement bleek gebaseerd op onjuiste informatie van de Amerikanen. Die dachten dat de twee woonhuizen een hoofdkwartier van terreurgroep IS waren. Maar de bewoners bleken niets met IS te maken te hebben, gaf de VS later toe.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Uit fatsoen en als een morele daad van erkenning verwacht ik dat Nederland contact opneemt, aldus Basim Razzo.

Razzo, die zelf zwaargewond raakte bij de aanval: ,,Ik kan geen reden bedenken waarom ik nog niets van de Nederlandse overheid heb gehoord. Uit fatsoen en als een morele daad van erkenning van verantwoordelijkheid verwacht ik dat ze contact opnemen en het juiste doen. Ik vind dat ik recht heb op een officiële verontschuldiging en daarna een echte compensatie voor het verlies van vier levens en twee huizen.’’

De Irakees wordt inmiddels bijgestaan door de Nederlandse advocate Liesbeth Zegveld. Zij gaat de Nederlandse staat aansprakelijk stellen voor de materiële (zijn woning, zijn auto en de medische kosten) en de immateriële schade (het overlijden van vier familieleden). ,,Maar het is eigenlijk schandelijk dat we daarvoor een juridische procedure moeten volgen’’, stelt Zegveld. ,,Er is zeker een schikking mogelijk.’’

Ik heb vertrouwen in de menselijk­heid van het Nederland­se systeem en vertrouw erop dat ik gerechtig­heid krijg, aldus Basim Razzo.

Razzo zelf: ,,Ik heb vertrouwen in de menselijkheid van het Nederlandse systeem en ik vertrouw erop dat ik gerechtigheid zal krijgen.’’ Een eerdere ‘genoegdoening’ van het Amerikaanse leger van 15.000 dollar weigerde hij vanwege het lage bedrag en omdat de VS niet de verantwoordelijkheid voor de aanval op zich wilde nemen.

Basim Razzo verloor zijn gezin en zijn woning in Irak door een Nederlandse bom. De bom werd afgeworpen na foutieve inlichtingen van de Amerikanen. © privé

De woningen van Basim Razzo en zijn broer Mohannad vier weken voor de aanval. © TerraServer, DigitalGlobe

De twee woningen na de aanval © TerraServer, DigitalGlobe

Nederland, dat onderdeel uitmaakt van de door de Amerikanen aangevoerde anti-IS coalitie, wilde jarenlang geen openheid van zaken geven, maar in november erkende Bijleveld de Nederlandse betrokkenheid bij twee incidenten: de aanval op de woning van Razzo en een bombardement in de Iraakse stad Hawija. Bij die aanval op een bommenfrabriek van IS vielen in de directe omgeving meer dan zestig burgerslachtoffers omdat er in het complex veel meer explosieven aanwezig dan de Coalitie dacht.

Hawija

Bij het bombardement in Hawija is veel lastiger te reconstrueren wie precies slachtoffers zijn van de aanval, bij de aanval in Mosul is dat duidelijk: Basim en de enige andere overlevende, zijn schoonzus. Razzo is niet lastig te traceren. ,,Mijn gegevens zijn doorgegeven aan het ministerie.’’ Hij spreekt ook vloeiend Engels; Razzo woonde jarenlang in de VS voor hij terugverhuisde naar Irak.

Een woordvoerder van het ministerie van Defensie zegt niet te weten waarom er nog geen contact met Razzo is opgenomen. Wel zegt hij dat er over enkele weken een brief naar de Tweede Kamer gaat waarin de minister verder ingaat op de afhandeling van de bombardementen. ,,Nederland is wel verantwoordelijk, maar niet aansprakelijk. Desondanks willen we kijken wat we op vrijwillige basis voor de gemeenschappen kunnen doen.’’

Bij het bombardement kwamen Basims vrouw Mayada (links), zijn broer Mohannad (midden), zijn neef Najib (rechts) en zijn dochter Tuqa (onder) om. © privé

© privé

‘Slachtoffers van Nederlandse bom in Hawija melden zich voor compensatie’

NU 17.01.2020 Tientallen mensen eisen een schadevergoeding van de Nederlandse staat voor het vernietigen van een woonwijk in de Iraakse stad Hawija in 2015, meldt Trouw. De slachtoffers worden bijgestaan door advocaat Liesbeth Zegveld.

Zegveld bereidt een zaak tegen de Nederlandse staat voor. Inmiddels hebben zich zestig mensen bij haar gemeld, omdat ze een compensatie van de staat willen voor de veroorzaakte schade.

Dit aantal kan nog oplopen. De hoogleraar, gespecialiseerd in oorlogsrecht, werkt samen met de hulporganisatie Al Gad in de Iraakse stad Kirkuk. Bij deze organisatie hebben zich al duizenden mensen gemeld.

Al Gad werkt sinds oktober aan de Hawija-zaak. Tofan Awad, die de organisatie leidt, identificeert de slachtoffers en controleert of de meldingen kloppen. Hij verzamelt ooggetuigenverklaringen en ondersteunend bewijs.

‘Bewijsmateriaal verzamelen is niet makkelijk’

Bewijsmateriaal verzamelen is “bepaald niet makkelijk”, stelt Awad in Trouw. Hawija was in 2015 bezet door Islamitische Staat (IS). Doordat er geen overheidsziekenhuizen en plaatselijke overheid waren, was er geen goede burgerregistratie. Sterfgevallen moeten nu door getuigen bevestigd zijn en ook gewonden moeten met bewijs komen.

Volgens de organisatie zijn waarschijnlijk niet alle meldingen van slachtoffers van de Nederlandse bom.

Zegveld vraagt zich in Trouw af of de staat zal vasthouden aan de opstelling dat er rechtmatig gehandeld is, maar dat er onjuiste inlichtingen waren over de hoeveelheid explosieven in de fabriek en over de nabijheid van burgers. “Ik hoop dat Nederland voor slachtoffers van Hawija alsnog zijn verantwoordelijkheid neemt”, zegt ze.

Burgerdoden werden lang verzwegen

In juni 2015 voerden Nederlandse F-16’s een luchtaanval uit op een bommenfabriek van IS. Bij de aanval werd ook een woonwijk verwoest. In de fabriek bleken veel meer explosieven te liggen dan vooraf werd aangenomen.

Er vielen minstens zeventig doden. Ook raakten ongeveer honderd mensen gewond. Het Nederlandse kabinet gaf dit in oktober toe, nadat de burgerdoden eerder werden verzwegen.

Zegveld zegt in Trouw dat er “extra leed is toegevoegd door te zwijgen”.

Lees meer over: Irak Politiek

Het industriegebied in Hawija is volledig verwoest NOS

60 mensen willen vergoeding van Staat om aanval Hawija

NOS 17.01.2020 Zestig mensen hebben zich gemeld bij advocaat Liesbeth Zegveld omdat ze een schadevergoeding willen van de Nederlandse Staat wegens het bombardement op Hawija in Irak. Volgens de advocaat kan dat aantal nog oplopen. Zegveld bereidt namens de slachtoffers een schadeclaim voor.

In oktober onthulden NOS en NRC dat in 2015 bij een aanval van een Nederlandse F-16 in Irak zeker zeventig burgers zijn gedood. Door het bombardement op een autobommenfabriek van IS en de daarop volgende explosies werd een wijk in Hawija verwoest. Het was een van de bloedigste aanvallen van de internationale coalitie in de strijd tegen IS.

Rol van Nederland

Slachtoffers en nabestaanden hebben de hulp gevraagd van Zegveld. “Waar het om gaat is de vraag: wat heeft Nederland gedaan om te voorkomen dat er zo veel burgerslachtoffers zouden vallen”, zei ze eerder. Ze vindt dat bewoners gewaarschuwd hadden kunnen worden met pamfletten dat er een bombardement zou komen.

Sinds het nieuws over het bombardement bekend werd heeft de Tweede Kamer meerdere keren over de kwestie gedebatteerd. Daarbij ging het over de vraag of er doelbewust informatie is achtergehouden na het Nederlandse bombardement. Premier Rutte zei in een debat eind november dat er geen sprake is van een doofpot.

Wel erkende hij dat er in een brief van toenmalig minister Hennis over de luchtaanval een fout stond. Er werd gesuggereerd dat er geen burgerdoden waren, terwijl er zo’n 70 slachtoffers bleken te zijn.

Bekijk ook;

Missie Irak mogelijk hervat, links hekelt ‘begrip’ kabinet voor doden Soleimani

Elsevier 17.01.2020 Na de militaire escalatie tussen de Verenigde Staten en Iran, waarvan Irak het voornaamste toneel is, wil Nederland de trainingsmissie in Irak mogelijk hervatten. Het handelen van het kabinet in de Iran-crisis stuit op weerstand in de Tweede Kamer. Zo zijn D66, GroenLinks, PvdA en SP boos dat minister Bijleveld (Defensie) en minister Blok (Buitenlandse Zaken) ‘begrip’ hebben voor de liquidatie van Qassem Soleimani. Het Amerikaanse leger strijdt intussen weer verder tegen IS in Irak.

Het ministerie van Defensie wil de trainingsmissie in Irak mogelijk hervatten. ‘Het is mogelijk dat die weer gaat beginnen,’ zei minister van Defensie Ank Bijleveld (CDA) vrijdag. Ze wil eerst een militair advies afwachten. Over het vertrek van marineschip Zr.Ms. De Ruyter naar de Straat van Hormuz als onderdeel van een Europese missie onder leiding van Frankrijk, die gepland staat voor eind januari, zijn in de Tweede Kamer zorgen geuit. Bijleveld ervaart die zorgen minder: ‘We houden de veiligheidssituatie in de gaten, maar er is minder aanleiding om te denken dat het onveilig is.’

Na dood Soleimani legde Nederland missies in Irak stil

De missies in het Noord-Iraakse Erbil, waar ongeveer veertig Nederlandse mariniers trainingen geven aan Koerdische strijders, en in de hoofdstad Bagdad, waar drie tot twaalf commando’s Iraakse speciale eenheden trainen, zijn begin deze maand stilgelegd. Dat gebeurde kort nadat het Amerikaanse leger de Iraanse terreurleider Qassem Soleimani, generaal van de Islamitische Revolutionaire Garde, had gedood.

Hoewel Nederland geen schade opliep bij de aanval, ligt het kabinet in de Tweede Kamer wel onder vuur over de situatie rond Iran. Onder anderen Kamerleden Sjoerd Sjoerdsma (D66) en Sadet Karabulut (SP) vinden het onterecht dat minister van Buitenlandse Zaken Stef Blok (VVD) en minister Bijleveld ‘begrip’ hebben getoond voor de liquidatie van Soleimani.

Dit omdat Blok naar eigen zeggen geen ‘hele harde informatie’ van Amerika had ontvangen over de rechtvaardiging voor het doden van de Iraanse generaal. Volgens Sjoerdsma en Karabulut heeft de Amerikaanse aanval Nederlandse militairen in gevaar gebracht en is het ‘begrip’ daarom misplaatst. PvdA en GroenLinks hebben eveneens moeite met het ‘begrip’ voor de aanval, die volgens de Verenigde Staten zelfverdediging betrof.

Lees ook het commentaar van Robbert de Witt: Trump verloste Iran van Soleimani, nu zijn burgers aan zet

Kritiek is er ook op minister van Infrastructuur en Waterstaat Cora van Nieuwenhuizen (VVD). Sjoerdsma en Jan Paternotte (D66) en Pieter Omtzigt, Mustafa Ahmaouch en Martijn van Helvert (CDA) hebben haar Kamervragen gesteld over waarom KLM ten tijde van de Iraanse vergeldingsaanval nog boven Iran vloog ‘terwijl er grote spanning was en een aanval verwacht werd’.

Ook vragen de Kamerleden zich af of de luchtvaartmaatschappij wel de aanbevelingen heeft opgevolgd die de Onderzoeksraad voor Veiligheid na de vliegramp met de MH17 heeft gedaan. Vrijdagmiddag liet KLM aan persbureau ANP weten dat er geen KLM-vliegtuig in het luchtruim boven Iran en Irak vloog op het moment dat de vlucht PS752 van Ukraine International Airlines door Iran uit de lucht werd geschoten. Dit besluit was genomen ‘na een uitgebreide risicoanalyse,’ aldus een KLM-woordvoerder.

Amerika hervat strijd tegen IS in Irak ondanks verzoek tot vertrek

De Verenigde Staten hebben de strijd tegen terreurgroep Islamitische Staat (IS) in Irak, waaraan ook Nederlandse militairen deelnemen, deze week hervat na een pauze van tien dagen. Na de liquidatie van Soleimani, waarbij ook de leider van de Iraakse tak van Hezbollah omkwam, had het parlement in Bagdad gestemd voor vertrek van alle Amerikanen uit Irak.

De demissionaire regering van premier Adil Abdul-Mahdi schaarde zich achter die oproep, maar het daadwerkelijke terugtrekkingsbesluit is volgens Mahdi niet aan hem, maar aan de nieuwe regering.

Lees dit stuk uit het weekblad over IS terug; Opdat wij niet vergeten: de gruwelen van het kalifaat

Maandagavond probeerde IS onmiddellijk gebruik te maken van het tijdelijk staken van de strijd tegen IS door het Amerikaanse leger. Op de grens met Syrië voerden terroristen een aanval uit op een Iraakse grenspost, waarbij één dode en vier gewonden vielen, meldt CNN. Bij de reactie van Iraakse militairen is één IS-terrorist gedood. ‘ISIS staat bekend om het exploiteren van de situatie,’ zei de Iraakse kolonel Shaker al-Raishawi.

‘We wisten dat de terreurgroep zou willen profiteren van de huidige spanning tussen Amerika en Iran.’ Zondag kwamen ook al vier raketten neer op de Iraakse legerbasis Balad, enkele tientallen kilometers ten noorden van Bagdad, waar ook Amerikaanse troepen zijn gestationeerd. Daarbij raakten vier Iraakse militairen gewond, maar geen Amerikanen. Niemand heeft de aanval vooralsnog opgeëist.

Iraakse speciale eenheden pakken ‘IS-moefti’ met morbide obesitas

In het noorden van het land boekte Irak donderdag ook een succes in de strijd tegen IS. De Israëlische krant The Jerusalem Post meldt dat een team van Iraakse speciale eenheden in de stad Mosul de ‘IS-moefti’ Shifa Al-Nima heeft gevangengenomen.

Opvallend detail: hij woog tijdens de gevangenneming ruim 135 kilo. Hij was zo zwaar dat hij in een pick-uptruck naar de gevangenis moest worden vervoerd. Naast zijn opdrachten om ‘ongelovigen’ te doden, te martelen en te verkrachten, staat Al-Nima bekend als een man die opriep tot het opblazen van historisch cultureel erfgoed in Mosul.

Nederlandse missie in Irak wordt ‘zo spoedig mogelijk’ hervat

NU 17.01.2020 De internationale coalitie tegen islamitische Staat (IS) heeft besloten om de Nederlandse trainingsmissie in Noord-Irak en Bagdad weer te hervatten, schrijven de ministers Bijleveld van Defensie en Blok van Buitenlandse Zaken vrijdag in een Kamerbrief.

Zo’n twee weken terug werd de operatie tijdelijk stilgelegd vanwege de spanningen tussen Iran en de Verenigde Staten, nadat de Amerikanen bij een luchtaanval de Iraanse generaal Qassem Soleimani doodden.

Ongeveer vijftig Nederlanders zijn actief in Noord-Irak. Ze leiden daar strijders op van Iraaks-Koerdische milities, de peshmerga’s. Die speelden in de afgelopen jaren een belangrijke rol bij de strijd tegen Islamitische Staat. In de Iraakse hoofdstad Bagdad worden commando’s opgeleid.

Met de beslissing negeert de internationale coalitie, onder leiding van de VS, de roep van het Iraakse parlement om alle buitenlandse militairen zo snel mogelijk terug te roepen.

Minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken vertelde woensdag in de Tweede Kamer dat “de Iraakse premier Nederland niet heeft benaderd om weg te gaan”. Hij is sowieso niet enthousiast over die oproep, omdat het de “stabiliteit van zo’n cruciaal land kan aantasten”, aldus de minister.

De Amerikaanse krant The New York Times schreef woensdagavond al dat de VS haar activiteiten in Irak had voortgezet, “zodat IS momentum verliest”. Amerikaanse legerbases waren de afgelopen tien dagen meermaals het doel van Iraanse luchtaanvallen, als vergeldingsacties voor de dood van Soleimani. Voor zover bekend zijn daarbij geen doden gevallen.

Lees meer over: Irak  Defensie  Missie Irak  Buitenland

Nederland hervat trainingsmissie militairen in Irak

AD 17.01.2020 Nederland zet de trainingsmissies in Irak, waarbij enkele tientallen Nederlandse militairen Iraakse soldaten opleiden, voort. Het kabinet sprak eerder deze week dat voornemen uit. Hoewel het Iraakse parlement zegt van de buitenlandse militairen in hun land af te willen, geeft minister Blok van Buitenlandse Zaken aan dat ons land ‘niet is benaderd is om weg te gaan’.

Na de Amerikaanse droneaanval, waarbij de hoogste militaire leider van Iran, Qassem Soleimani, op het vliegveld van Bagdad werd gedood, liepen de spanningen in Irak hoog op. Iran voerde als vergelding voor de dood van generaal Soleimani raketaanvallen uit op twee Amerikaanse bases in het land. Bij die aanvallen vielen geen Amerikaanse of Iraakse slachtoffers.

Een van die aanvallen was gericht tegen een basis bij Erbil waar de meeste Nederlandse militairen verblijven. De Nederlandse militairen maken deel uit van de internationale coalitie tegen terreurgroep IS. Na de Amerikaanse aanval nam het Iraakse parlement een resolutie aan, waarin de regering werd opgeroepen alle buitenlandse troepen te laten vertrekken.

Blok noemde de resolutie een ‘politiek signaal’ en zei dat de motie ‘niet is omgezet in beleid’. Nederland onderbrak vanwege de spanningen echter wel de trainingsmissie, waarbij ongeveer veertig mariniers in het noorden van Irak en zo’n twaalf commando’s bij Bagdad betrokken zijn.  Inmiddels is de situatie in Irak weer gekalmeerd. Het kabinet hervat daarom de Nederlandse missie in het land.

Nederlandse militairen trainen in Erbil Koerdische peshmerga-strijders ANP

Nederlandse trainingsmissie in Irak wordt hervat

NOS 17.01.2020 De Nederlandse trainingsmissie in Irak wordt zo spoedig mogelijk hervat, schrijven de ministers Bijleveld van Defensie en Blok van Buitenlandse Zaken aan de Tweede Kamer. Een precieze datum van hervatting kan nog niet gegeven worden.

Er is volgens de ministers een “zorgvuldige weging van de veiligheidssituatie” gemaakt, waaruit bleek dat de bijdrage aan de anti-IS-coalitie kan worden hervat. Zowel in Noord-Irak als in Bagdad gaan de Nederlandse militairen weer aan de slag.

De missie werd twee weken geleden stilgelegd nadat de spanningen in de regio waren opgelopen vanwege de Amerikaanse liquidatie van de Iraanse generaal Soleimani. Daarop bestookte Iran militaire bases in Irak, waar westerse troepen gelegerd zijn.

Het Iraakse parlement wil dat de buitenlandse troepen uit het land vertrekken, maar het kabinet zei woensdag al dat het de Nederlandse missie wil voortzetten. Minister Blok zei dat de Iraakse regering Nederland niet heeft gevraagd weg te gaan.

Bekijk ook;

Minister Bijleveld kijkt naar weer opstarten missie in Irak

Telegraaf 17.01.2020 Het ministerie van Defensie kijkt of de trainingsmissie in Irak weer kan worden opgestart. Dat zei minister Ank Bijleveld vrijdag. „Het is mogelijk dat die weer gaat beginnen.” De missie werd begin deze maand stilgelegd in verband met de oplopende spanningen tussen Iran en de Verenigde Staten.

Bijleveld wacht een militair advies af voor ze een besluit neemt over de hervatting van de missie. In Erbil, in het noorden van Irak, trainen ongeveer veertig mariniers Koerdische strijders en bij de hoofdstad Bagdad geven drie tot twaalf commando’s les aan Iraakse speciale eenheden.

Bekijk ook: 

Kabinet wil missie in Irak voortzetten 

Bekijk ook: 

Nederlandse militairen Irak mogelijk verplaatst 

De Nederlandse militairen maken deel uit van de internationale coalitie tegen terreurgroep IS. Door de aanval van de Verenigde Staten op de Iraanse generaal Qassem Soleimani bij Bagdad liepen de spanningen in de regio hoog op. Iran schoot als vergelding voor de dood van de generaal raketten af op Amerikaanse bases in Irak. Inmiddels is de situatie gekalmeerd.

Eind deze maand vertrekt ook nog het marineschip Zr. Ms. De Ruyter naar de Straat van Hormuz om daar de vrije doorvaart te garanderen. Dat gebeurt in een Europese missie onder leiding van Frankrijk. In de Tweede Kamer zijn zorgen over de veiligheid van het schip. „We houden de veiligheidssituatie in de gaten, maar er is minder aanleiding om te denken dat het onveilig is”, aldus Bijleveld.

Bekijk meer van; internationale militaire interventie krijgsmacht Ank Bijleveld Qassem Soleimani Irak Iran Defensie

Kabinet wil militairen in Irak houden, ‘geen Iraaks beleid om ze weg te sturen’

NOS 15.01.2020 Het kabinet wil de Nederlandse missie in Irak voortzetten. “De Iraakse premier heeft Nederland niet benaderd om weg te gaan”, zei minister Blok van Buitenlandse Zaken in de Tweede Kamer. Zo’n vijftig Nederlandse militairen zitten in Noord-Irak om hun Iraakse collega’s te trainen en enkele andere militairen zijn uitgezonden naar de hoofdstad Bagdad.

Het Iraakse parlement wil dat de buitenlandse troepen uit het land vertrekken. Aanleiding is de Amerikaanse luchtaanval op 10 januari waarbij de Iraanse generaal Soleimani werd gedood.

Vanwege de opgelopen spanningen is de missie voorlopig stilgelegd. De militairen verblijven nu op een veilige plek, zei minister Bijleveld van Defensie onlangs.

Het kabinet wacht de ontwikkelingen af en hoopt dat de Nederlandse militairen binnenkort weer aan het werk kunnen.

In Erbil, in Noord-Irak, leiden zo’n vijftig Nederlandse trainers Iraaks-Koerdische peshmerga op. De Koerdische strijders worden getraind in onder meer schietvaardigheid, leiderschap en het beveiligen van grote gebieden. In Bagdad begeleiden drie tot twaalf Nederlanders trainers Iraakse commando’s.

Nederland neemt sinds 2015 deel aan de internationale coalitie die in Irak strijdt tegen terreurorganisatie IS.

Na de Amerikaanse aanval nam het Iraakse parlement een niet-bindende resolutie aan om de buitenlandse troepen te laten vertrekken. “Het was een politiek signaal”, zegt minister Blok. “Het is niet omgezet in beleid.”

Bekijk ook;

Kabinet wil missie in Irak voortzetten

AD 15.01.2020 Het kabinet wil de missie in Irak voortzetten. Daar trainen enkele tientallen Nederlandse militairen hun Iraakse collega’s. Het Iraakse parlement wil af van de buitenlandse militairen, maar ,,de Iraakse premier heeft Nederland niet benaderd om weg te gaan”, zei minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken in de Tweede Kamer.

Het vertrek van de buitenlandse troepen zou de stabiliteit van ,,zo’n cruciaal land” volgens de bewindsman niet ten goede komen. ,,Onze bereidheid is om in coalitieverband te blijven.” De Nederlandse militairen maken onderdeel uit van de internationale coalitie tegen terreurgroep IS.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

De spanningen in Irak liepen hoog op door de Amerikaanse droneaanval waarbij de Iraanse generaal Qassem Soleimani nabij Bagdad omkwam. De Iraniërs voerden als vergelding raketaanvallen uit op twee Amerikaanse militaire bases in Irak. Een van de aanvallen was gericht tegen een basis bij Erbil waar de meeste Nederlandse militairen verblijven.

Stilgelegd

De trainingsmissie is vanwege de gespannen situatie stilgelegd. Wanneer de militairen weer aan slag gaan, weet Blok niet. Er zijn ongeveer veertig mariniers in het noorden van Irak om daar Koerdische strijders te trainen. Drie tot twaalf commando’s trainen en adviseren Iraakse special forces bij Bagdad.

Ook nam het Iraakse parlement na de Amerikaanse droneaanval een niet-bindende resolutie aan waarin de regering werd opgeroepen alle buitenlandse troepen in het land te bewegen te vertrekken. Het was een ,,politiek signaal” en ,,de motie is niet omgezet in beleid”, aldus Blok.

Het kabinet heeft ,,begrip” voor de Amerikaanse aanval. Daar hebben D66, SP, PvdA en GroenLinks veel moeite mee. Zij snappen niet dat er begrip is, terwijl het kabinet geen reden heeft gekregen van de VS voor de actie. De Amerikanen beroepen zich op zelfverdediging.

Nederland stuurt ook een marineschip naar de Straat van Hormuz om de vrije doorvaart daar te garanderen. Nog voor Zr. Ms. De Ruyter vertrekt op 28 januari zal Blok de Kamer een brief sturen over de veiligheidssituatie in de regio.

Bijleveld: meeste Nederlandse militairen samengebracht in Erbil

NOS 10.01.2020 Alle Nederlandse militairen in het noorden van Irak zitten nu bij elkaar in de stad Erbil. Oorspronkelijk waren ze verdeeld over twee locaties, maar ze zijn nu om “veiligheids-en praktische redenen” op één plek ondergebracht, zegt het ministerie van Defensie. Daarnaast zitten er nog steeds enkele Nederlanders in de hoofdstad Bagdad.

Minister Bijleveld benadrukte vanochtend dat de militairen allemaal veilig zijn. Al eerder was bekendgemaakt dat in verband met de gespannen situatie in het Midden-Oosten zowel de trainingsmissie in het noorden als de training van Iraakse commando’s in Bagdad is opgeschort. Ook had Defensie al eerder gezegd dat mogelijk militairen zouden worden verplaatst.

Volgens Bijleveld zijn op de plaatsen waar de militairen verblijven genoeg schuilmogelijkheden. “We wachten nu de ontwikkelingen af en kijken ook of de commandant de trainingen weer wil hervatten.” Vanwege die laatste mogelijkheid is het niet de bedoeling dat Nederlandse militairen naar huis worden teruggeroepen. “Ze blijven voorlopig daar, want uiteindelijk is hun werk ook daar.”

De minister van Defensie vindt de situatie erg onzeker en onvoorspelbaar. “We hebben met zijn allen opgeroepen tot de-escalatie en dat gaat minister Blok vanmiddag ook nog weer doen met zijn Europese collega’s”. Bijleveld hoopt dat na de toespraak van president Trump, woensdag, de situatie iets rustiger wordt.

Bekijk ook

Eigen informatie Nederland: Boeing vermoedelijk uit de lucht geschoten

NOS 10.01.2020 Nederlandse inlichtingendiensten bevestigen dat de Oekraïense Boeing 737 die deze week bij Teheran neerstortte, zeer waarschijnlijk uit de lucht is geschoten. Volgens minister Bijleveld beschikt de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst over eigen informatie dat het toestel is geraakt door een luchtafweerraket.

Ook minister Blok zei in Brussel dat de Nederlandse inlichtingendiensten beschikken over eigen informatie. Volgens de diensten is het plausibel dat de Iraanse luchtafweer heeft geschoten. De ramp eiste woensdag het leven van alle 176 inzittenden, vooral Iraniërs en Canadezen.

Onze eigen inlichtingendiensten hebben gekeken naar de informatie, zei minister Blok in Brussel, waar de Europese ministers van Buitenlandse Zaken de situatie in Irak en Iran bespreken, aldus Minister Blok: onze informatie is ook dat het vliegtuig is neergeschoten.

Volgens het Nederlandse kabinet is het nu van belang dat er een grondig onderzoek plaatsvindt. “Het is belangrijk dat we elkaar ondersteunen”, zei Bijleveld. Ze noemde de vliegtuigramp “verschrikkelijk”.

De Nederlandse bevindingen sluiten aan bij wat de Canadese premier Trudeau gisteren zei. Hij stelde op basis van informatie van verschillende inlichtingendiensten dat het toestel door de Iraanse luchtafweer is neergehaald. Iran spreekt dat met klem tegen.

Wat is er precies gebeurd met het Oekraïense vliegtuig? Met onderzoeker Pieter van Huis van Bellingcat en luchtvaartdeskundige Joris Melkert reconstrueren we de mogelijke scenario’s. Deze aflevering van podcast De Dag is hier te beluisteren. Bevalt het? Vergeet je dan niet te abonneren.

Volgens Blok is er contact tussen de Nederlandse specialisten en Canadese specialisten over wat er nodig is. “Canada kan op ons rekenen.”

Blok wil verder dat de Europese ministers vandaag besluiten dat de EU een bemiddelende rol gaat spelen in het conflict tussen de Verenigde Staten en Iran. Voorlopig wil Blok nog geen diplomatieke consequenties trekken. Hij wil vooral praten.

Bekijk ook;

Nederland veroordeelt Iraanse raketaanvallen: kalmte bewaren

Telegraaf 08.01.2020  Nederland veroordeelt de Iraanse aanvallen op legerbases in Irak waar militairen van de coalitie tegen IS zijn ondergebracht. Dat laat minister Blok (Buitenlandse Zaken) weten. Onder de militairen zijn ook Nederlanders. Ze zaten tijdens de beschietingen in de bunkers en zijn ongedeerd.

Het gebruik van ballistische raketten door Iran is zeer zorgelijk”, zegt Blok vanuit Brussel. „We zijn opgelucht dat er geen sprake lijkt van slachtoffers.”

Volgens Blok blijft Nederland inzetten op de-escalatie. De bewindsman is vandaag in Brussel om te spreken over de ontwikkelingen in het Midden-Oosten met EU-buitenlandchef Borell. Vrijdag overleggen daar de EU-buitenlandministers over de situatie in Irak en het opgelaaide geweld tussen de VS en Iran.

Blok heeft inmiddels telefonisch overleg gehad met zijn collega’s uit Irak, Saoedi-Arabië en Oman. „Iran staat bovenaan de agenda tijdens het ingelaste overleg met mijn Europese collega’s in Brussel vrijdag.”

Contact met dat laatste land is relevant omdat eind deze maand een Nederlands marinefregat vertrekt naar de Straat van Hormuz, de zee-engte tussen Iran en Oman, om er een veilige doorvaart af te dwingen. „We streven naar kalmte en het verminderen van spanningen”, zegt Blok. Inmiddels hebben ook andere Europese leiders de Iraanse vergeldingsaanvallen veroordeeld.

Militairen verplaatst

Ondanks dat de Nederlanders in Irak ongedeerd zijn gebleven, blijven er zorgen over hun veiligheid. In het noordelijke Erbil bevinden zich nog zo’n veertig Nederlanders, in Bagdad een handjevol. Omdat Defensie haar mensen minder verspreid wil laten zitten over Bagdad, zullen er mensen moeten verplaatsen. Militairen terughalen is voorlopig niet aan de orde, benadrukt defensieminister Bijleveld.

BEKIJK OOK: 

Khamenei: de VS zijn in het gezicht geslagen 

Zorgen over veiligheid militairen

De Tweede Kamer is bezorgd over de veiligheid van Nederlandse militairen in Irak. Nu de Iraanse wraak niet louter Amerikaanse doelen in Irak treft, maar ook bases waar militairen uit andere landen zitten, is het maar zeer de vraag of Nederland z’n bijdrage aan de strijd tegen Islamitische Staat in Irak kan voortzetten.

BEKIJK OOK: 

Iran middelgrote macht met weinig goede vrienden 

Kamer overlegt

Deze week overlegt de Kamer over de gevolgen van de Iraanse vergeldingsaanvallen. Een van die wraakacties was gericht op een basis in Erbil. Daar zijn zo’n veertig Nederlandse militairen aanwezig voor trainingen aan Koerdische strijders. Het is nog niet goed te overzien wat de gevolgen van de raketaanvallen zijn voor de uitzending of voor de strijd tegen IS in het geheel.

„De strijd tegen IS moet doorgaan”, zegt VVD-Kamerlid Koopmans. „Al is het een zorg wat de nieuwe spanningen voor die strijd betekenen.”

’Een geopolitieke aardverschuiving’, noemt D66-Kamerlid Sjoerdsma de recente escalatie van geweld. „De strijd tegen IS ligt stil, de atoomdeal is opgeblazen, de demonstraties tegen het Iraanse regime zijn de kop ingedrukt. Ik heb geen begrip voor een drieste aanval waarvan Amerika de bondgenoten niet op de hoogte had gebracht.”

Sjoerdsma verwijst daarmee naar de reactie van defensieminister Bijleveld, die zei dat Nederland begrip heeft voor de Amerikaanse drone-aanval op de Iraanse generaal Soleimani, de leider van Iraanse milities in de regio. Volgens de VS is met de uitschakeling van Soleimani een ophanden zijnde aanslag voorkomen. Bewijs daarvoor is niet aan de bondgenoten overhandigd en evenmin aan het Amerikaanse congres.

„De uitlatingen van de minister van Defensie zijn echt onacceptabel”, vindt SP-Kamerlid Karabulut. Zij vindt het terecht dat het kabinet de Iraanse agressie veroordeelt. „Maar begrip voor een Amerikaanse oorlogsdaad is onhoudbaar.”

BEKIJK OOK: 

De laatste uren van ’killer-generaal’ Qassem Soleimani 

Van de baan

CU-Kamerlid Voordewind gaat ervan uit dat de trainingsmissie door Nederlanders in Bagdad voorlopig van de baan is. „Veiligheid voor onze mensen staat voorop. Maar ik hoop toch wel dat de presentie in Erbil kan blijven om de Koerden, de jezidi’s en de christenen te beschermen tegen IS.”

„Voor de strijd tegen IS is dit allemaal geen goed nieuws”, zegt GroenLinks-Kamerlid Van Ojik. „De veiligheid van de Nederlandse militairen gaat boven alles. Als dat betekent dat ze terug moeten, dan is dat maar zo. Intussen moet er diplomatiek iets gebeuren. De VS en Iran zeggen beide dat ze geen oorlog willen, maar blijven intussen op elkaar schieten.”

De PVV wil hoe dan ook dat de Nederlandse militairen terugkomen. „We hebben daar niks te zoeken”, zegt partijleider Wilders. „Ze hadden allang terug moeten zijn.”

BEKIJK OOK: 

Analyse: militaire reactie Trump kan begin van oorlog betekenen 

BEKIJK OOK: 

Iraans raketvuur op basis VS in Irak 

BEKIJK MEER VAN; defensie burgeroorlog Irak Islamitische Staat

Europese Commissie wil ‘dialoog’, minister Blok streeft naar ‘kalmte’

NOS 08.01.2020 Het gebruik van wapens in Iran, Irak en de rest van de regio moet per direct stoppen om “ruimte te geven voor dialoog”. Dat heeft Commissie-voorzitter Ursula von der Leyen van de EU gezegd naar aanleiding van de Iraanse raketaanvallen op Amerikaanse luchtmachtbases in Irak.

Minister Blok van Buitenlandse Zaken laat in een reactie weten dat Nederland de Iraanse aanvallen veroordeelt. “Het gebruik van ballistische raketten door Iran is zeer zorgelijk. We zijn opgelucht dat er geen sprake lijkt van slachtoffers. De in Irak gevestigde Nederlandse troepen zijn in veiligheid en ongedeerd.”

Maandag maakte het kabinet bekend dat de Nederlandse trainingsmissie in het Noord-Iraakse Erbil is stilgelegd vanwege de verslechterde veiligheidssituatie. Het zag toen nog geen reden om de Nederlandse militairen uit de regio terug te trekken, wat sommige andere landen wel hebben gedaan.

Vandaag plaatste bijvoorbeeld Spanje een deel van zijn troepen over naar Koeweit. Dinsdag verplaatste Duitsland ook al een deel van zijn militairen, naar Koeweit en Jordanië. Ook andere landen, zoals Canada, Roemenië en Kroatië, halen hun troepen deels weg uit Irak.

Kalmte

Blok zegt verder dat Nederland blijft inzetten op de-escalatie. “We streven naar kalmte en het verminderen van spanningen.”

De minister is vandaag in Brussel om dit te bespreken met EU-buitenlandchef Josep Borrell. Blok: “De afgelopen dagen belde ik met collega-ministers uit Irak, Saoedi-Arabië en Oman om de noodzaak van de-escalatie te benadrukken. Iran staat bovenaan de agenda tijdens het ingelaste overleg met mijn Europese collega’s in Brussel vrijdag.”

Tweede Kamer

Ook vanuit de Tweede Kamer, officieel nog met kerstreces, komen reacties op de Iraanse raketaanval. Coalitiepartij D66 wil nog deze week een debat voeren over de situatie in Irak, maar andere coalitiepartijen zijn daartegen.

SP-Kamerlid Sadet Karabulut wil dat het kabinet inzet op de-escalatie na de “Iraanse vergeldingsactie op de roekeloze oorlogspolitiek van de VS”. “Actie tegen een oorlog met Iran is nodig”, twittert ze.

VVD-Kamerlid Sven Koopmans spreekt over “nieuwe verwerpelijke Iraanse agressie” en vraagt zich af of Irans “waarschuwingstijd en overwinningsclaims” duiden op een behoefte aan de-escalatie. Tweede Kamerlid Bram van Ojik van GroenLinks wil dat de EU “onmiddellijk diplomatieke actie onderneemt om te voorkomen dat Iran en VS opnieuw naar wapens grijpen en de regio in brand zetten”.

Bekijk ook;

Kamer debatteert via mail met minister Blok over missies in Irak

AD 08.01.2020 De Tweede Kamer houdt nog deze week, tijdens het kerstreces, een schriftelijk debat met minister Blok (Buitenlandse Zaken) over onze bijdrage aan de anti-ISIS-coalitie in Irak.

Nederlandse politici willen duidelijkheid over de acties van het kabinet, ook in Europees verband, nu de regio instabiel is na de liquidatie van de Iraanse generaal Soleimani door de VS.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Iran heeft als wraak al legerbases in Irak gebombardeerd. Die worden gebruikt door Amerikaanse, Europese en Iraakse troepen. Zij werken samen met Iraakse strijdkrachten.

Begrip voor liquidatie

Het kabinet heeft eerder deze week al in een Kamerbrief laten weten begrip te hebben voor de liquidatie door de VS. Uit deze brief bleek ook dat Nederland hiervan niet vooraf op de hoogte was.

Van het grootste belang is nu dat verdere escalatie wordt voorkomen, aldus het kabinet. Alle partijen worden daartoe opgeroepen. Nederland voert op alle niveaus overleg over de situatie.

Toch is D66‘er Sjoerd Sjoerdsma, de initiatiefnemer van het schriftelijke debat, niet te spreken over de houding van het kabinet in deze crisis. ,,Begrijp me goed: ik zal er geen traan om laten dat Soleimani er niet meer is, maar ik verwacht van het kabinet realistisch buitenlandbeleid.”

Geen begrip voor het begrip

Ik vind het een grote fout waar we enorm veel last van hebben, aldus D66‘er Sjoerdsma over liquidatie Iraanse generaal door VS.

De parlementariër snapt niet dat het kabinet, dat niet vooraf over de liquidatie is ingelicht, begrip heeft voor de actie van de Amerikanen. ,,Ik heb geen begrip voor dat begrip, ik vind het een grote fout waar we enorm veel last van hebben.”

Volgens de D66‘er heeft de veiligheid van onze mensen daar nu ‘de hoogste prioriteit’. Ook moet er een groot diplomatiek initiatief komen om de anti-IS-missie in Irak door te laten gaan. Tot slot moet Nederland in het huidige conflict met Iran louter een bemiddelende rol houden.

Nederland geeft in Bagdad met een detachement Special Operations Forces trainingen aan Iraakse Special Forces. In Noord-Irak verzorgen Nederlandse trainers vanuit Erbil trainingen aan Koerdische strijdkrachten. Deze trainingen zijn opgeschort vanwege de veiligheid.

Nederland draagt bij 

Verder is de NAVO-missie in Irak tijdelijk opgeschort. Nederland draagt met een diplomaat, drie civiele experts en twee militairen bij aan deze missie. Ook leveren we een aantal stafofficieren aan het hoofdkwartier van de anti-ISIS-coalitie in Bagdad.

De Kamerleden hebben tot het einde van de middag om hun vragen aan minister Blok in te dienen. Die zal daarop morgen antwoord geven. Deze antwoorden zijn openbaar.

Sjoerd Wiemer Sjoerdsma @swsjoerdsma

Meerderheid voor schriftelijk debat over de geopolitieke aardverschuiving in Irak.

Raketaanval Iran op Amerikaanse doelen in Irak © ANP Graphics

Geen Nederlandse militairen gewond geraakt bij aanval op basis in Erbil

NU 08.01.2020 Op de militaire basis in de Noord-Iraakse stad Erbil zijn geen Nederlandse militairen gewond geraakt, laat een woordvoerder van het Nederlandse ministerie van Defensie woensdag aan NU.nl weten.

De militaire basis in Erbil speelde een belangrijke rol in de strijd tegen IS. Op deze basis zitten veertig Nederlandse militairen. De basis ligt tegen het vliegveld van de stad aan. Vanaf deze basis worden operaties uitgevoerd in zowel Irak als in Syrië.

Ook Iraakse autoriteiten meldden woensdag dat er geen Iraakse militairen zijn omgekomen bij de aanvallen op de Al Asad-legerbasis en op de basis in Erbil.

Alle Nederlandse militairen in Irak zijn ongedeerd na de raketaanvallen in #Irak van afgelopen nacht.

Avatar

Auteur DefensieOnline

De Iraanse Revolutionaire Garde (IRG) bombardeerde in de nacht van dinsdag op woensdag (lokale tijd) twee legerbases in Irak, waar ook Amerikaanse militairen zitten. Iran neemt hiermee wraak voor de dood van generaal Qassem Soleimani, die afgelopen vrijdag werd gedood bij een Amerikaanse droneaanval.

De berichten over eventuele dodelijke slachtoffers lopen uiteen. Volgens de Iraanse staatstelevisie zouden er minstens tachtig “Amerikaanse terroristen” gedood zijn bij de aanvallen. De Amerikaanse president Donald Trump zei eerder dat er geen dodelijke slachtoffers zijn gevallen.

Heb jij nog vragen over de situatie rond Iran?

Zie ook: Aanval op Iraanse generaal is kantelpunt: alles wat je erover moet weten

Lees meer over: Binnenland  Spanningen Iran

Geen Nederlandse militairen gewond geraakt bij aanval op basis in Erbil

MSN 08.01.2020 Op de militaire basis in de Noord-Iraakse stad Erbil zijn geen Nederlandse militairen gewond geraakt, laat een woordvoerder van het Nederlandse ministerie van Defensie woensdag aan NU.nl weten.

De militaire basis in Erbil speelde een belangrijke rol in de strijd tegen IS. De basis ligt tegen het vliegveld van de stad aan. Vanaf deze basis worden operaties uitgevoerd in zowel Irak als in Syrië.

De Iraanse Revolutionaire Garde (IRG) bombardeerde in de nacht van dinsdag op woensdag (lokale tijd) twee legerbases in Irak, waar ook Amerikaanse militairen zitten. Iran neemt hiermee wraak voor de dood van generaal Qassem Soleimani, die afgelopen vrijdag werd gedood bij een Amerikaanse droneaanval.

De berichten over eventuele dodelijke slachtoffers lopen uiteen. Volgens de Iraanse staatstelevisie zouden er minstens tachtig “Amerikaanse terroristen” gedood zijn bij de aanvallen. De Amerikaanse president Donald Trump zei eerder dat er geen dodelijke slachtoffers zijn gevallen.

Nederlandse militairen in Irak worden mogelijk in het land verplaatst

NU 08.01.2020 De Nederlandse militairen in Irak worden om veiligheidsredenen mogelijk in het land verplaatst, meldt het ministerie van Defensie woensdag. Het gaat hierbij alleen om de militairen die niet op de huidige locatie nodig zijn.

In totaal zijn er momenteel ongeveer vijftig Nederlandse militairen in Irak. Hoeveel van hen mogelijk worden verplaatst, wil Defensie in verband met de veiligheid niet zeggen. Ook wordt niet meegedeeld om welke personen het precies gaat.

Veertig Nederlandse militairen zijn actief in het Noord-Iraakse Erbil, waar ze Iraaks-Koerdische milities trainen. De andere tien nemen deel aan een trainingsmissie in de Iraakse hoofdstad Bagdad.

Beide missies, die onderdeel zijn van de internationale coalitie tegen de terroristische organisatie Islamitische Staat (IS), werden afgelopen week al stilgelegd vanwege de oplopende spanningen tussen Iran en de Verenigde Staten.

Iran voert in onder meer Erbil en Bagdad raketaanvallen uit. Dit doet het land vanwege de dood van de Iraanse generaal Qassem Soleimani in Irak. Hij kwam om bij een Amerikaanse raketaanval. Bij de aanvallen zijn geen Nederlanders gewond geraakt.

Reisadvies #Iran: Reis alleen als het noodzakelijk is. De veiligheidssituatie is onvoorspelbaar. Ben je in Iran? Bedenk dan of je verblijf echt nodig is. Door de toegenomen spanningen zijn er minder vluchten van en naar Iran. Lees ook het reisadvies: https://t.co/jLOPBucyj8

Avatar

Auteur

Buitenlandse Zaken past reisadvies voor Iran aan

Het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken heeft het reisadvies voor Iran woensdag aangepast. De geelgekleurde gebieden op de kaart zijn nu oranje, wat inhoudt dat alle reizen behalve noodzakelijke reizen worden afgeraden.

Deze waarschuwing geldt al langere tijd voor de helft van Irak. Voor het andere deel van het land geldt rood, de zwaarste waarschuwing. Rood staat gelijk aan ‘niet reizen’. In het reisadvies staat onder meer dat reizigers demonstraties in Bagdad en in de zuidelijke provincies moeten vermijden.

Door de toegenomen spanningen zijn er minder vluchten van en naar Iran. Meerdere vliegtuigmaatschappijen, waaronder KLM en Lufthansa, hebben woensdag bekendgemaakt niet meer over Iran en Irak te vliegen.

Heb jij nog vragen over de situatie rond Iran?

Lees meer over: Irak  Politiek  Binnenland  Spanningen Iran

Nederlandse militairen in Irak worden mogelijk in het land verplaatst

MSN 08.01.2020 De Nederlandse militairen in Irak worden om veiligheidsredenen mogelijk in het land verplaatst, meldt het ministerie van Defensie woensdag. Het gaat hierbij alleen om de militairen die niet op de huidige locatie nodig zijn.

In totaal zijn er momenteel ongeveer vijftig Nederlandse militairen in Irak. Hoeveel van hen mogelijk worden verplaatst, wil Defensie in verband met de veiligheid niet zeggen. Ook wordt niet meegedeeld om welke personen het precies gaat.

Veertig Nederlandse militairen zijn actief in het Noord-Iraakse Erbil, waar ze Iraaks-Koerdische milities trainen. De andere tien nemen deel aan een trainingsmissie in de Iraakse hoofdstad Bagdad.

Beide missies, die onderdeel zijn van de internationale coalitie tegen de terroristische organisatie Islamitische Staat (IS), werden afgelopen week al stilgelegd vanwege de oplopende spanningen tussen Iran en de Verenigde Staten.

Iran voert in onder meer Erbil en Bagdad raketaanvallen uit. Dit doet het land vanwege de dood van de Iraanse generaal Qassem Soleimani in Irak. Hij kwam om bij een Amerikaanse raketaanval. Door de Iraanse aanvallen zijn geen Nederlandse militairen gewond geraakt.

Buitenlandse Zaken past reisadvies voor Iran aan

Het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken heeft het reisadvies voor Iran woensdag aangepast naar oranje, wat inhoudt dat alle reizen behalve noodzakelijke reizen worden afgeraden. Voorheen werden reizigers gewezen op veiligheidsrisico’s.

Door de toegenomen spanningen zijn daarnaast minder vluchten van een naar Iran. Zo heeft bijvoorbeeld KLM besloten niet meer over Irak en Iran te vliegen.

Nederlandse militairen in Irak mogelijk verplaatst

NOS 08.01.2020 Vanwege de gespannen situatie worden mogelijk Nederlandse militairen in Irak verplaatst. “Om veiligheidsredenen houden we rekening met verplaatsingen van Nederlandse militairen in het operatiegebied”, zegt het ministerie van Defensie.

Eerder werd al bekend dat de Nederlandse trainingsmissie in Noord-Irak is stilgelegd en dat in de strijd tegen IS ook het trainen van Iraakse commando’s in Bagdad is opgeschort. Maar toen waren er nog geen plannen over het verplaatsen van militairen.

In totaal zijn er zo’n vijftig Nederlandse militairen in Irak, veertig in de noordelijke stad Erbil en tien in Bagdad. Defensie wil er verder niet veel over kwijt. Maar als er inderdaad verplaatsingen komen, worden volgens Haagse bronnen de meeste Nederlanders waarschijnlijk binnen Irak verplaatst en mogelijk enkele naar Jordanië.

Situatie “zeer zorgelijk”

De nieuwe afweging van Defensie heeft te maken met de Iraanse aanvallen van vannacht op een legerbasis in Irak, waar veel Amerikanen zitten, en ook Nederlanders. Ook landen als Duitsland en Spanje hebben militairen teruggetrokken uit Irak.

Het kabinet veroordeelt de Iraanse aanvallen van vannacht. Minister Blok noemt het gebruik van ballistische raketten door Iran zeer zorgelijk, maar is opgelucht dat er geen slachtoffers lijken te zijn gevallen. Hij benadrukt dat de Nederlandse troepen in Irak ongedeerd zijn. Het kabinet dringt aan op “de-escalatie”.

Een deel van de Tweede Kamer wilde het kerstreces onderbreken om nog deze week een debat te houden over de situatie, maar daar was net geen meerderheid voor: 75 Kamerleden waren voor, 75 stemden tegen of reageerden niet. Van de regeringspartijen wilde alleen D66 Kamerleden terugroepen van reces. Er komt nog wel een ronde van schriftelijke vragen.

Bekijk ook;

Foto ter illustratie.

Verdeeldheid over terughalen troepen uit Irak

MSN 07.01.2020 NAVO-landen zijn verdeeld over het terugtrekken van militairen uit Irak vanwege de toegenomen spanningen in het land. Duitsland en Roemenië hebben besloten om een deel of alle troepen weg te halen of te verplaatsen. Ook de NAVO verplaatst personeel naar andere landen in de regio. Nederland heeft de trainingsmissies in Bagdad en Noord-Irak stilgelegd.

Frankrijk, Italië en de Verenigde Staten houden hun militairen in het land. Het Verenigd Koninkrijk en Hongarije halen hun troepen niet weg, maar zeggen dat wel te doen als de Iraakse regering dat vraagt.

Maandag verstuurde de VS per abuis een brief naar Irak waarin het terugtrekken van de troepen wordt aangekondigd. Minister van Defensie Mark Esper zei maandag al dat hij niets van de brief wist en dat het document ook niet ondertekend is.

De VS willen geen militairen terughalen uit het Midden-Oosten. Dat land wil zelfs ruim 3000 extra militairen sturen.

Foto ter illustratie.

Verdeeldheid over terughalen troepen uit Irak

Telegraaf 07.01.2020 NAVO-landen zijn verdeeld over het terugtrekken van militairen uit Irak vanwege de toegenomen spanningen in het land. Duitsland en Roemenië hebben besloten om een deel of alle troepen weg te halen of te verplaatsen. Ook de NAVO verplaatst personeel naar andere landen in de regio. Nederland heeft de trainingsmissies in Bagdad en Noord-Irak stilgelegd.

Frankrijk, Italië en de Verenigde Staten houden hun militairen in het land. Het Verenigd Koninkrijk en Hongarije halen hun troepen niet weg, maar zeggen dat wel te doen als de Iraakse regering dat vraagt.

Maandag verstuurde de VS per abuis een brief naar Irak waarin het terugtrekken van de troepen wordt aangekondigd. Minister van Defensie Mark Esper zei maandag al dat hij niets van de brief wist en dat het document ook niet ondertekend is.

BEKIJK OOK: 

Duitsers trekken deel troepen uit Irak terug 

BEKIJK OOK: 

NAVO in de zenuwen om crisis VS – Iran 

De VS willen geen militairen terughalen uit het Midden-Oosten. Dat land wil zelfs ruim 3000 extra militairen sturen.

BEKIJK OOK: 

 Animatie: zo werd Iraanse generaal gedood 

Irak-gezant Hennis noemt risico op oorlog reëel

NOS 07.01.2020 De VN-gezant voor Irak, Jeanine Hennis, acht het risico op een oorlog reëel na de liquidatie van de Iraanse generaal Qassem Soleimani door de Verenigde Staten. Ze zegt dat ze de emoties in Washington en Teheran begrijpt, maar dat oorlogstaal niet helpt om het hoofd koel te houden.

In een interview met het AD zegt ze dat het van groot belang is om de eenheid in Irak te bewaren tussen sjiieten, soennieten en Koerden. “Als dat slecht wordt gemanaged, kan hier zomaar een burgeroorlog ontstaan.”

Op het moment dat Soleimani vrijdag werd uitgeschakeld, stond ze op het punt om vanuit Nederland terug te keren naar Bagdad. “Ik kon het eerlijk gezegd niet geloven. Ik heb alle berichten drie keer gelezen. Dit kon niet waar zijn!”

Grote zorgen

Gisterochtend sprak ze met de Iraakse premier, parlementsvoorzitter en president over de aanslag met een drone op Soleimani. “Ze maken zich grote zorgen.” Het Iraakse parlement stemde zondag in meerderheid voor het vertrek van alle buitenlandse militairen uit het land. “Dit is niet alleen een veiligheidskwestie, maar zo’n vertrek kan ook het begin van een economische crisis inluiden.”

Premier Abdul-Mahdi, die vorige week nog met Soleimani sprak, is volgens Hennis erg getroffen door de aanslag. Soleimani speelde een belangrijke rol bij de bestrijding van terreurgroep IS bij Erbil en Bagdad. Ze heeft met de premier gesproken over het belang van rust en stabiliteit.

Of het vertrek van de buitenlandse troepen haalbare kaart is, is nog maar de vraag. De regering, die daarover moet beslissen, is demissionair. “Bovendien is de stemming geboycot door de Koerden en de soennieten. Het is eigenlijk een sjiitische beslissing. Vandaag is er een vergadering met alle politieke leiders over hoe het verder moet, waarbij de eenheid van Irak vooropstaat.”

Hoofd koel houden

Door de aanslag is de aandacht voor de demonstraties voor betere publieke voorzieningen en meer burgerrechten verdwenen. “Daar zijn vijfhonderd doden bij gevallen en duizenden mensen gewond geraakt. Het is pijnlijk en cynisch,” zegt Hennis. De onrust die nu is ontstaan, noemt ze van een andere orde. “Men is onder de indruk en bang dat een oorlog tussen de VS en Iran wordt uitgevochten op Iraaks grondgebied.”

Haar werk als Irak-gezant van VN-secretaris-generaal António Guterres is om het hoofd koel te houden, goed naar iedereen te luisteren en te adviseren. “Vele Irakezen zijn echt geschrokken door de wijze waarop de aanslag is gebeurd, de timing ervan en de mogelijke gevolgen voor hun land. Want ze snakken naar rust en wederopbouw.”

Minister Bijleveld van Defensie wees gisteren ook al op de “fragiele situatie” die is ontstaan en zei dat er sprake is van escalatie. Ze sprak haar begrip uit voor de liquidatie door de VS en verwees daarbij onder meer naar de rol van Soleimani in Syrië als leider van sjiitische milities. Ook schreef ze in een Kamerbrief dat Iran instabiliteit in de regio in de hand werkt en dat Soleimani daarbij een belangrijke rol speelde. Nederland wil wel een toelichting van de VS op het doden van de generaal.

Bekijk ook;

Jeanine Hennis: oorlog is een reëel risico

Telegraaf 07.01.2020 De Nederlandse VN-gezant Jeanine Hennis noemt de kans op een oorlog na de liquidatie van de Iraanse generaal Qassem Soleimani ’een reëel risico’. De voormalige defensieminister vindt dat ’iedereen zijn best moet doen om het hoofd koel te houden’.

„Allerhande oorlogstaal helpt dan niet”, zegt Hennis, speciaal vertegenwoordiger van VN-secretaris-generaal Antonio Guterres in Irak, in het Parool. Zij roept de diverse bevolkingsgroepen (Koerden, sjiieten en soennieten) op om de eenheid te bewaren.

„Want als dat slecht wordt gemanaged, kan hier zo maar een burgeroorlog ontstaan. Ik hoop dat Irak de tijd wordt gegund om werk te maken van de broodnodige stabiliteit en eenheid.”

Hennis sprak na de aanslag met de Iraakse premier Adil Abdul- Mahdi, parlementsvoorzitter Mohammed al-Halbousi en de president Barham Salih. „Ze zijn zich bewust van het belang van een koel hoofd. Ze maken zich grote zorgen. Een meerderheid heeft zondag in het parlement gestemd voor vertrek van niet alleen de VS, maar van alle buitenlandse troepen. Dit is niet alleen een veiligheidskwestie, maar zo’n vertrek kan ook het begin van een economische crisis inluiden.”

Aanslag op Soleimani

Hennis was vrijdagochtend nog in Nederland toen ze op punt van vertrek naar Bagdad hoorde over de Amerikaanse aanslag op Soleimani en de Iraakse militieleider Muhandis. „Ik kon het eerlijk gezegd niet geloven. Ik heb alle berichten drie keer gelezen. Dit kon niet waar zijn!” De oud-minister van Defensie woonde ook nog een rouwplechtigheid bij voor de Iraakse militieleider Muhandis.

Iraniërs rouwen om de dood van Qasem Soleimani. Ⓒ AFP

„De aanslag heeft premier Abdul Mahdi zeer geraakt”, vervolgt Hennis. „Hij had vorig week een afspraak met Soleimani. Ze kennen elkaar al heel lang. Toen IS voor de poorten van Erbil en Bagdad werd bestreden, speelde Soleimani daar een belangrijke rol bij. In zo’n gesprek spreken we over het belang van rust en stabiliteit.”

BEKIJK OOK:

Analyse : Hennis moet het hoofd koel houden in Irak 

Hennis’ eigen veiligheid

Zelf woont Hennis in de zogenoemde Green Zone bij de Amerikaanse ambassade in Bagdad, een afgezet gebied waarop regelmatig raketten en mortieren worden afgevuurd. Ze verblijft in een VN-compound met goede beveiliging. „Maar als ik een raket op mijn dak krijg, is het uiteraard niet veilig”, zegt Hennis. Ze hoort ook explosies in de buurt. „Ik ben niet bang, dan moet je zo’n baan niet ambiëren.”

BEKIJK MEER VAN; internationale betrekkingen  internationale militaire interventie defensie Jeanine Hennis-Plasschaert Qassem Soleimani António Guterres Adil Abdul- Mahdi Irak Verenigde Staten

Wilders boos om optreden ’naïeve’ Hennis

MSN 07.01.2020 Geert Wilders heeft geen goed woord over voor het optreden van VN-gezant Jeanine Hennis in Irak. De oud-minister van Defensie woonde in Bagdad een rouwplechtigheid bij voor de door Amerika omgebrachte Iraakse militieleider Abu Mahdi al Mohandis. „Walgelijk”, noemt de PVV-leider dat bezoek.

Al Mohandis zat bij de Iraanse generaal in de auto toen die werd uitgeschakeld door een Amerikaanse drone-aanval. „Een bonus”, vindt Wilders. Al-Muhandis was de leider van de Iraakse militie Kataib Hezbollah. „Een terrorist met bloed aan zijn handen, die verantwoordelijk was voor het bewapenen van vrienden van Hezbollah in Libanon. Hij zat achter de aanslagen op de ambassades van de VS en Frankrijk en heeft de dood van veel Amerikanen in Irak op zijn geweten.”

Hennis overlegt als speciaal VN-gezant in Irak met alle partijen. Maar het bijwonen van een rouwplechtigheid is volgens Wilders van een andere orde. „Naar zijn rouwbeklag gaan toont de naïviteit en onprofessionaliteit van Hennis.”

Wilders boos om optreden ’naïeve’ Hennis

Telegraaf 07.01.2020 Geert Wilders heeft geen goed woord over voor het optreden van VN-gezant Jeanine Hennis in Irak. De oud-minister van Defensie woonde in Bagdad een rouwplechtigheid bij voor de door Amerika omgebrachte Iraakse militieleider Abu Mahdi al Mohandis. „Walgelijk”, noemt de PVV-leider dat bezoek.

Mohandis zat bij de Iraanse generaal in de auto toen die werd uitgeschakeld door een Amerikaanse drone-aanval. „Een bonus”, vindt Wilders. Al-Muhandis was de leider van de Iraakse militie Kataib Hezbollah. „Een terrorist met bloed aan zijn handen, die verantwoordelijk was voor het bewapenen van vrienden van Hezbollah in Libanon. Hij zat achter de aanslagen op de ambassades van de VS en Frankrijk en heeft de dood van veel Amerikanen in Irak op zijn geweten.”

Hennis overlegt als speciaal VN-gezant in Irak met alle partijen. Maar het bijwonen van een rouwplechtigheid is volgens Wilders van een andere orde. „Naar zijn rouwbeklag gaan toont de naïviteit en onprofessionaliteit van Hennis.”

Bekijk ook:

Analyse : Hennis moet het hoofd koel houden in Irak 

Bekijk ook:

Jeanine Hennis: oorlog is een reëel risico 

Bekijk ook:

Oud-minister Hennis werkt door in Irak 

Bekijk meer van; overheid gewapend conflict internationale betrekkingen Geert Wilders Jeanine Hennis-Plasschaert Irak

Minister Bijleveld: ‘Kabinet heeft begrip voor liquidatie Iraanse generaal’

NU 07.01.2020 Het kabinet heeft begrip voor de Amerikaanse liquidatie van de Iraanse generaal Qassem Soleimani, zei minister Ank Bijleveld van Defensie maandagavond in de eerste aflevering van talkshow Op1.

“Als je kijkt naar wat Iran heeft gedaan en wat Soleimani is, dat is natuurlijk geen heilig boontje. Dat was een echte boef”, aldus Bijleveld.

Volgens Bijleveld zijn er “vreselijke” dingen in Syrië gebeurd, waar Soleimani – als leider van de sjiitische milities – verantwoordelijk voor kan worden gehouden.

Wel zet de minister een kanttekening bij de Amerikaanse liquidatie. Volgens haar komt Iran en zijn bevolking in een nog veel ingewikkeldere situatie terecht. “En dat mag eigenlijk niet”, aldus Bijleveld. Vrijdag bespreekt buitenlandminister Stef Blok dit in de Europese Raad.

In een Kamerbrief van Bijleveld, Blok en Sigrid Kaag (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) van maandagavond over de situatie in Irak staat dat Nederland de Verenigde Staten als NAVO-partner om verdere toelichting heeft gevraagd “op de aangevoerde juridische basis”. De VS legitimeerde deze week de aanval op de Iraanse generaal als zelfverdediging.

Tienduizenden Iraniërs onthalen lichaam Soleimani bij terugkomst

Zie ook: Wie was de gedode Iraanse generaal Qassem Soleimani?

Lees meer over: Iran Buitenland

Bijleveld heeft begrip voor liquidatie Soleimani, maar wil wel toelichting VS

NOS 07.01.2020 Minister Bijleveld van Defensie zegt dat Nederland begrip heeft voor de Amerikaanse liquidatie van de Iraanse generaal Qassem Soleimani. “Als je kijkt wat Iran daar heeft gedaan, is dat ook verschrikkelijk”, zei Bijleveld in de eerste aflevering van het tv-programma Op1.

Soleimani was “een echte boef”, zei minister Bijleveld: wij hebben er daarom begrip voor dat de liquidatie is gebeurd.

Bijleveld verwees onder meer naar de rol die Soleimani speelde in de oorlog in Syrië, als de leider van sjiitische milities. Ze voegde eraan toe dat er door de liquidatie “een heel fragiele situatie is ontstaan” en dat sprake is van escalatie. Ze noemde dat een gevaar, ook voor de Nederlandse militairen in Irak.

“We moeten tot deëscalatie komen”, zei de minister. Ze refereerde in de uitzending ook aan uitspraken van NAVO-chef Stoltenberg, die specifiek Iran opriep tot kalmte. “Wij doen een beroep op alle landen, ook op de Verenigde Staten. Alle inzet van Nederland is gericht op deëscaleren.”

Toelichting gevraagd

In een Kamerbrief die Bijleveld met haar collega’s Blok (Buitenlandse Zaken) en Kaag (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) maandagavond verstuurde, staat dat Iran “instabiliteit in de regio in de hand werkt” en dat Soleimani daarbij een belangrijke rol speelde.

Nederland heeft de VS als NAVO-partner wel om een toelichting gevraagd “op de aangevoerde juridische basis”. Washington zei eerder dat de liquidatie neerkomt op zelfverdediging omdat er een acute dreiging was voor de Amerikanen.

De ministers kijken in de Kamerbrief ook vooruit naar een ingelaste bijeenkomst van de ministers van Buitenlandse Zaken van de EU, aanstaande vrijdag. “Daarbij zal Nederland de negatieve invloed van Iran op de regionale stabiliteit onderstrepen en wijzen op het belang van de soevereiniteit en territoriale integriteit van Irak.”

Later deze maand vertrekt een Nederlands fregat naar de Straat van Hormuz, met als doel het beschermen van de zeevaart. Bijleveld zei in Op1 dat die missie gewoon doorgaat. Het werk van Nederlandse militairen in Irak, in Bagdad en in de Koerdische stad Erbil, is om veiligheidsredenen stilgelegd.

Bijleveld: Kabinet heeft ’begrip’ voor liquidatie Iraanse generaal

Telegraaf 06.01.2020 Het kabinet heeft „begrip” voor het Amerikaanse besluit om de Iraanse generaal Qassem Soleimani te liquideren. Dat zei minister Ank Bijleveld (Defensie) in het televisieprogramma Op1.

Wij hebben begrip voor het feit dat het is gebeurd”, zei de bewindsvrouw. Soleimani was een „echte boef.” Ze wees onder meer op de rol die hij heeft gespeeld in de oorlog in Syrië.

Maar de dood van de Iraanse generaal maakt de situatie in Irak volgens haar alleen maar ingewikkelder. Alle betrokken partijen moeten inzetten op de-escalatie, vindt Bijleveld.

Door de Amerikaanse actie zijn de spanningen in de regio opgelopen. Iran zegt wraak te zullen nemen. En het Iraakse parlement wil dat alle buitenlandse troepen uit Irak vertrekken.

Bekijk ook: 

Iraaks parlement stemt voor terugtrekken troepen VS 

Bekijk ook: 

Irak bevestigt ontvangst brief over terugtrekking leger VS 

Welke gevolgen de oproep heeft, is nog niet duidelijk. „De komende dagen en weken zal moeten blijken welk vervolg er door de Iraakse regering of het parlement aan de motie zal worden geven”, schrijft het kabinet aan de Kamer.

In Irak zijn enkele tientallen Nederlandse militairen actief voor de internationale coalitie die vecht tegen terreurgroep IS. Hun missie is voorlopig stopgezet, maar zij blijven gewoon in Irak.

Bekijk ook: 

Trainingsmissie in Noord-Irak ook stilgelegd 

Bekijk meer van; defensie  Qassem Soleimani  Ank Bijleveld  Den Haag  Iran  Op1

Coalitie legt ook Nederlandse missie in Noord-Irak stil wegens spanningen

NU 06.01.2020 De internationale coalitie in Irak heeft besloten ook de Nederlandse trainingsmissie in Noord-Irak stil te leggen vanwege de spanningen tussen Iran en de VS. Dat werd zondag besloten, meldt het ministerie van Defensie aan NU.nl. In eerste instantie leek het alleen te gaan om het stopzetten van een kleinere Nederlandse missie in Bagdad.

Ongeveer vijftig Nederlanders zijn actief in Noord-Irak. Ze leiden daar strijders op van Iraaks-Koerdische milities, de peshmerga’s. Die speelden in de afgelopen jaren een belangrijke rol bij de strijd tegen Islamitische Staat.

De commandant ter plekke van de door de Verenigde Staten geleide missie besloot zondag vanwege de spanningen tussen Iran en de VS alle trainingsactiviteiten in het land tijdelijk te staken, aldus een woordvoerder van Defensie. De aanwezige militairen blijven voorlopig wel op hun plek.

Dat besluit leek voor de Nederlandse inzet alleen betrekking te hebben op het trainen van commando’s in de Iraakse hoofdstad Bagdad. Maandag werd duidelijk dat ook de training van Iraaks-Koerdische milities, de peshmerga’s, in de stad Erbil in het noorden van het land wordt gestaakt. Nederlandse trainers brengen de Koerden onder meer schietvaardigheid en beveiligingsvaardigheden bij.

De verhoudingen tussen de Verenigde Staten en Iran en Irak staan op scherp sinds de Iraanse topgeneraal Qassem Soleimani afgelopen vrijdag werd gedood bij een Amerikaanse droneaanval in Bagdad. Ook Abu Mahdi Al Muhandis, leider van de pro-Iraanse Iraakse militie Kataib Hezbollah, kwam daarbij om het leven.

Verontwaardiging in Irak en Iran

In Irak heerst grote verontwaardiging over de onaangekondigde Amerikaanse operatie op Iraaks grondgebied. Zondag nam het Iraakse parlement een niet-bindende resolutie aan, waarin staat dat buitenlandse troepen het land moeten verlaten. De Iraakse premier Adel Abdul Mahdi zegt achter die resolutie te staan.

Soleimani, die gold als de tweede machtigste man van Iran, werd maandag begraven in Teheran. Enorme menigtes woonden de plechtigheden bij of gingen elders in het land de straat op om te rouwen. Volgens Iraanse staatsmedia betrof het miljoenen mensen. De uitvaart werd geleid door de Iraanse opperleider, grootayatollah Ali Khamenei, die openlijk weende voor de gedode generaal.

Tienduizenden Iraniërs onthalen lichaam Soleimani bij terugkomst

Lees meer over: Irak nederland Buitenland

Koerdische peshmerga EPA

Ook Nederlandse trainingsmissie in Noord-Irak stilgelegd

NOS 06.01.2020 Ook de Nederlandse trainingsmissie in Noord-Irak is voorlopig stilgelegd, meldt het ministerie van Defensie. De commandant van de anti-IS-coalitie in Irak heeft alle trainingsactiviteiten opgeschort. De militairen blijven wel in Irak gestationeerd.

Gisteren besloot Nederland na overleg met de internationale coalitie tegen IS al het trainen van Iraakse commando’s in Bagdad op te schorten. Nu wordt ook de missie in Noord-Irak stilgelegd vanwege de veiligheid.

In Erbil, Noord-Irak, leiden zo’n vijftig Nederlandse trainers Iraaks-Koerdische peshmerga op. De Koerdische strijders kregen training in onder meer schietvaardigheid, leiderschap en het beveiligen van grote gebieden.

Gisteren maakte de VS, die de internationale coalitie leidt, bekend dat de trainingen aan Iraakse militairen voorlopig worden stopgezet vanwege herhaaldelijke aanvallen van de sjiitische militie Kataib Hezbollah in de afgelopen maanden. Kataib Hezbollah is de militie die door de VS verantwoordelijk wordt gehouden voor raketaanvallen op Amerikaanse bases in Irak.

Iraakse resolutie

Het Iraakse parlement stemde gisteren voor een resolutie die oproept tot het vertrek van buitenlandse militairen in Irak. Directe aanleiding daarvoor was de gerichte Amerikaanse raketaanval op de luchthaven in Bagdad afgelopen vrijdag, waarbij de Iraanse generaal Soleimani en de Iraakse militieleider Muhandis om het leven kwamen.

Het parlement wil dat er een einde komt aan “het schenden van de Iraakse soevereiniteit”. Nederland, ook lid van de coalitie, zei de resolutie te bestuderen maar wees ook op het mandaat dat de Iraakse regering heeft gegeven voor de buitenlandse militaire aanwezigheid.

Bekijk ook;

2018: Nederlandse trainers zijn met coalitiepartners in het noorden van Irak begonnen met het opleiden van acht pelotons Koerdische Peshmerga-strijders. Ⓒ ANP

Trainingsmissie in Noord-Irak ook stilgelegd

Telegraaf 06.01.2020 De Nederlandse trainingsmissie in het noorden van Irak is ook tijdelijk stilgelegd. De maatregel heeft te maken met de oplopende spanningen in de regio na de dood van de Iraanse generaal Qassem Soleimani door een Amerikaanse droneaanval.

Defensie meldde zondag nog dat circa veertig mariniers in Erbil deze week weer aan de slag zouden gaan. Maar de bevelhebber van de internationale coalitie tegen IS heeft alsnog besloten de activiteiten in het Koerdische Noord-Irak ook op te schorten, aldus een woordvoerder van Defensie maandag.

Special forces

De trainingsmissie bij Bagdad was al eerder gestaakt. Daar trainen en adviseren drie tot twaalf Nederlandse commando’s Iraakse special forces. Er zijn volgens de woordvoerder nog geen plannen om de Nederlandse militairen terug te halen.

Bekijk ook: 

Dochter gedode generaal: VS wacht ’donkere dag’ 

Het Iraakse parlement wil af van de buitenlandse troepen. De volksvertegenwoordiging nam zondag een niet-bindende resolutie aan waarin de regering wordt opgeroepen er alles aan te doen om de buitenlandse militairen te laten vertrekken.

Defensie legt Nederlandse trainingsmissie in Noord-Irak ook tijdelijk stil

AD 06.01.2020 De Nederlandse trainingsmissie in het noorden van Irak is ook tijdelijk stilgelegd. De maatregel heeft te maken met de oplopende spanningen in de regio na de dood van de Iraanse generaal Qassem Soleimani door een Amerikaanse droneaanval.

Defensie meldde gisteren nog dat circa veertig mariniers in Erbil deze week weer aan de slag zouden gaan. Maar de bevelhebber van de internationale coalitie tegen IS heeft alsnog besloten de activiteiten in het Koerdische Noord-Irak ook op te schorten, aldus een woordvoerder van Defensie vandaag.

De opschorting is het gevolg van de oplopende spanningen tussen de VS en Iran na de executie van de Iraanse generaal Soleimani op het vliegveld in Bagdad. De trainingsmissie bij Bagdad was al eerder gestaakt. Daar trainen en adviseren drie tot twaalf Nederlandse commando’s Iraakse speciale eenheden.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Buitenlandse troepen

De Irakezen worden opgeleid in de strijd tegen Islamitische Staat (IS). De internationale coalitie die strijdt tegen IS wordt aangevoerd door de Verenigde Staten. Er zijn volgens de woordvoerder nog geen plannen om de Nederlandse militairen terug te halen. Het Iraakse parlement wil echter af van de buitenlandse troepen.

De volksvertegenwoordiging nam gisteren een niet-bindende resolutie aan waarin de regering wordt opgeroepen er alles aan te doen om de buitenlandse militairen te laten vertrekken. Minister Blok van Buitenlandse Zaken overlegt met zijn topdiplomaten en andere ministers uit de anti-IS-coalitie.

Weinig hulp Duitsland

Duitsland, dat een klein detachement soldaten in Irak heeft, heeft laten weten ‘niet heel hulpvaardig’ te zijn als het gaat om het dreigen met sancties als Bagdad de Amerikaanse troepen de deur wijst. De Duitse minister van Buitenlandse Zaken, Heiko Maas, liet dat vandaag weten in een radio-interview.

,,De internationale gemeenschap heeft grote investeringen gedaan om Irak te helpen stabiliseren en weer op te bouwen’’, sprak Maas. ,,Het risico bestaat dat alles verloren gaat, als de situatie zich op deze manier blijft ontwikkelen.’’ Maas wil Irak met argumenten overtuigen in plaats van dreigementen, maar stelt dat Irak het ‘laatste woord’ heeft.

‘Alles terugbetalen’

De Amerikaanse president Trump heeft gezegd Irak alleen te zullen verlaten als het land de kosten vergoedt van de ‘buitengewoon dure’ militaire vliegbasis die zijn land daar bouwde. De aanleg van de basis heeft miljarden gekost, aldus Trump. ,,Wij gaan niet weg totdat ze ons dat terugbetalen.’’

,,Als Irak ons vraagt te vertrekken, dan leggen we ze sancties op zoals ze nog nooit eerder hebben gezien’’, reageert de president. Tegen verslaggevers zei Trump dat de voortdurende Amerikaanse aanwezigheid in het Midden-Oosten de ‘slechtste beslissing’ is die de Verenigde Staten ooit hebben gemaakt.

Kamer: begrip voor stilleggen missies in Irak

NOS 06.01.2020 In de Tweede Kamer is begrip voor het stilleggen van de Nederlandse trainingsmissie in Noord-Irak. Er leven ook vragen, maar de meeste Kamerleden vinden de veiligheid van mensen ter plekke vooropstaan.

Gezien alle ontwikkelingen in de regio pleiten Kamerleden vooral voor rust en kalmte.

“We moeten nu het hoofd koel houden en geen overhaaste conclusies trekken”, zegt VVD-Kamerlid Koopmans. “Laten we in gesprek blijven en geen emotionele beslissingen nemen”, vindt CDA-Kamerlid Van Helvert.

Gisteren besloot de commandant van de anti-IS-coalitie al het trainen van Iraakse commando’s in Bagdad op te schorten. Vandaag werd bekend dat ook de missie in Noord-Irak is stilgelegd vanwege de veiligheid.

Politiek onduidelijk

De Nederlandse militairen blijven voorlopig wel in Irak gestationeerd. Zolang politiek onduidelijk is hoe het verder gaat in Irak vindt een meerderheid in de Kamer een pas op de plaats het beste.

De SP, al langer tegenstander van de aanwezigheid van militairen ter plekke, pleit wel voor een “onmiddellijk vertrek van alle aanwezigen”. Kamerlid Karabulut: “De minister moet de Nederlandse militairen terughalen, uit respect voor de wens van het Iraakse parlement. De missie had al eerder opgeschort moeten worden vanwege de onderdrukking van vreedzame demonstranten door het veiligheidsapparaat.” SP en D66 willen snel duidelijkheid van minister Blok over hoe het nu verder moet.

Gerichte Amerikaanse raketaanval

Het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken liet gisteren weten de resolutie te bestuderen waarin het Iraakse parlement zich uitspreekt tegen militaire aanwezigheid van andere landen in Irak. De resolutie is het antwoord van het Iraakse parlement op de gerichte Amerikaanse raketaanval vrijdag in Bagdad, waarbij de Iraanse generaal Soleimani en de Iraakse militieleider Muhandis werden gedood.

Vrijwel alle partijen in de Kamer noemen de oproep tot overleg van de Europese leiders verstandig.

Partijen, waaronder GroenLinks en CDA, benadrukken dat de diplomatieke lijn met Irak open moet blijven. “We zitten daar op verzoek van Irak”, aldus CDA-Kamerlid Van Helvert. GroenLinks Kamerlid Van Ojik noemt het “logisch dat de training stopt als die niet gewenst is”.

Komende zaterdag spreken de Duitse bondskanselier Merkel en de Russische president Poetin over de situatie in het gebied.

In Erbil, Noord-Irak, leidden zo’n vijftig Nederlandse trainers Iraaks-Koerdische peshmerga op. De Koerdische strijders werden getraind in onder meer schietvaardigheid, leiderschap en het beveiligen van grote gebieden. In Bagdad begeleidden drie tot twaalf Nederlanders trainers Iraakse commando’s.

Nederland neemt sinds 2015 deel aan de internationale coalitie die in Irak strijdt tegen terreurorganisatie ISIS.

VN-gezant Jeanine Hennis: Oorlog is een reëel risico

AD 06.01.2020 De Nederlandse VN-gezant Jeanine Hennis zit in het oog van de wereldcrisis na de aanslag op Soleimani. Ze sprak gisteren met de Iraakse premier, parlementsvoorzitter en president en woonde een rouwplechtigheid voor de Iraakse militieleider PMF-leider Muhandis bij.

Ze stond op het punt terug te gaan naar Bagdad. Jeanine Hennis, speciaal vertegenwoordiger van VN-secretaris-generaal Antonio Guterres, heeft oud en nieuw in Nederland gevierd. Net voor haar vertrek naar Bagdad vrijdagochtend zag ze de eerste nieuwsberichten over de Amerikaanse aanslag op de Iraanse generaal Soleimani en de Iraakse militieleider Mohandis.

Hennis: ,,Ik kon het eerlijk gezegd niet geloven. Ik heb alle berichten drie keer gelezen. Dit kon niet waar zijn! Vrijdag is gebedsdag, dus normaal gesproken een rustdag in Irak. Door vertraging kwam ik pas zaterdag aan. Dat had niets met de aanslag te maken. Het vliegveld in Bagdad is door die aanslag maar een half uur dicht geweest.’’

U woont in de Green Zone bij de Amerikaanse ambassade, waar het raketten en mortieren regent.

,,Dat is afgelopen nachten gebeurd en vannacht vermoedelijk weer. Je moet je voorstellen dat ik op een compound zit met goede beveiliging, hoge muren en omringd door checkpoints. Maar als ik een raket op mijn dak krijg, is het uiteraard niet veilig. Het is geen prettig moment als zo’n alarm afgaat. Je hoort ook direct explosies in de buurt. Ik ben niet bang, dan moet je zo’n baan niet ambiëren.’’

Wat merkt u aan onrust op straat?

,,Er zijn al maandenlang demonstraties aan de gang. Maar de recente onrust is van een andere orde. De VN-compound bevindt zich niet ver van de Amerikaanse ambassade. Als ik daar langsrijd, zie ik dat de muren vorige week zijn beschadigd en dat er graffiti op wordt is gespoten. Die muren worden dan nu weer gewit. Men is onder de indruk en bang dat een oorlog tussen de VS en Iran wordt uitgevochten op Iraaks grondgebied.’’

Wat kunt u als VN-gezant doen in Bagdad als de spanning zo hoog oploopt?

,,Ik kan niet toveren, maar wel goed luisteren en op basis daarvan adviseren. De strategie is wel ‘het hoofd koel houden.’ Vele Irakezen zijn echt geschrokken door de wijze waarop de aanslag is gebeurd, de timing ervan en de mogelijke gevolgen voor hun land. Want ze snakken naar rust en wederopbouw.’’

U spreekt met de hoofdrolspelers, Iraaks premier Adil Abdul- Mahdi, parlementsvoorzitter Mohammed al-Halbousi en de president Barham Salih.

,,Maandagochtend heb ik de heren gesproken. Ze zijn zich bewust van het belang van een koel hoofd. Ze maken zich grote zorgen. Een meerderheid heeft zondag in het parlement gestemd voor vertrek van niet alleen de VS, maar van alle buitenlandse troepen. Dit is niet alleen een veiligheidskwestie, maar zo’n vertrek kan ook het begin van een economische crisis inluiden.’’

Iedereen moet zijn best doen het hoofd koel te houden. Allerhande oorlogs­taal helpt dan niet, aldus Hennis.

Hoe is premier Abdul Mahdi er aan toe?

,,De aanslag heeft hem zeer geraakt. Hij had vorig week een afspraak met Soleimani. Ze kennen elkaar al heel lang. Toen IS voor de poorten van Erbil en Bagdad werd bestreden, speelde Soleimani daar een belangrijke rol bij. In zo’n gesprek spreken we over op het belang van rust en stabiliteit en de boodschap die daarvoor nodig is. Ik probeer er voor hem te zijn om het belang van Irak en de Irakezen te dienen.’’

Hoe weegt u de zet van de Amerikaanse president Trump om Soleimani te executeren?

,,De spanningen tussen de VS en Iran zijn bekend. We weten dat die spanning juist via en in andere landen tot uiting komt. Er werd in Irak gedemonstreerd voor betere publieke voorzieningen en meer burgerrechten: de aandacht daarvoor is nu volledig weg. Daar zijn vijfhonderd doden bij gevallen en duizenden mensen gewond geraakt. Het is pijnlijk en cynisch.’’

Nu wil het parlement alle buitenlandse troepen uit Irak weg hebben. Kan dat?

,,De Iraakse regering heeft nu de demissionaire status. De vraag is of ze die motie kunnen uitvoeren. Bovendien is de stemming geboycot door de Koerden en de soennieten. Het is eigenlijk een sjiitische beslissing. Vandaag is er een vergadering met alle politieke leiders over hoe het verder moet, waarbij de eenheid van Irak voorop staat.’’

Vreest u dat het oorlog wordt?

,,Dat is een reëel risico. Ik begrijp de emoties in Washington en Teheran. Maar iedereen moet zijn best doen het hoofd koel te houden. Allerhande oorlogstaal helpt dan niet. En de eenheid moet bewaard worden tussen de verschillende bevolkingsgroepen: Koerden, sjiieten en de soennieten. Want als dat slecht wordt gemanaged, kan hier zo maar een burgeroorlog ontstaan. Ik hoop dat Irak de tijd wordt gegund om werk te maken van de broodnodige stabiliteit en eenheid.’’

Rutte dringt in gesprek met premier Irak aan op kalmte

MSN 06.01.2020  Premier Mark Rutte heeft in een telefoongesprek met de Iraakse premier Adil Abdul-Mahdi aangedrongen de kalmte te bewaren. “Niemand heeft baat bij verdere escalatie”, twitterde hij na het onderhoud.

De spanningen zijn hoog opgelopen door de dood van de Iraanse generaal Qassem Soleimani. Hij kwam bij het vliegveld van Bagdad om het leven door een Amerikaanse droneaanval.

In Irak is woedend gereageerd op de Amerikaanse actie waarbij ook een invloedrijke Iraakse militieleider het leven verloor. Het parlement wil dat alle buitenlandse militairen Irak verlaten.

Er zijn rond de zestig Nederlandse militairen in Irak, de meerderheid zit in het Koerdische noorden. De meeste militairen maken deel uit van een trainingsmissie van de internationale coalitie tegen IS. Deze missie is stilgelegd.

Nederlandse trainingsmissie ook in Noord-Irak stilgelegd

MSN 06.01.2020 De militaire trainingsmissie in Noord-Irak is stilgelegd vanwege de spanningen tussen de VS en Iran. Dat meldt het ministerie van Defensie, dat erop wijst dat er nog geen plannen zijn om de Nederlandse militairen terug te halen.

Het gaat om veertig Nederlandse militairen in de omgeving van de Noord-Iraakse stad Erbil. Zij trainen Koerdische- en Iraakse militairen in onder meer leiderschap, het onschadelijk maken van bermbommen en het beveiligen van grote gebieden.

Lees meer

Omgekomen bij bombardement VS: wie was generaal Qassem Soleimani?

Dood Iraanse generaal

De training van speciale eenheden door Nederlandse militairen in de Iraakse hoofdstad Bagdad was vanwege de spanningen al eerder stopgezet.

De spanning ontstond nadat de Verenigde Staten de Iraanse generaal Qassem Soleimani afgelopen vrijdag bij een drone-aanval hadden gedood. Iran heeft wraak gezworen voor de aanslag op Soleimani.

Atoomakkoord

Iran heeft wraak op de VS gezworen. In de regio groeit daardoor de angst voor een escalatie van de situatie en voor gewapende conflicten. Ook heeft het land zich na de dood van Soleimani teruggetrokken uit het atoomakkoord, waardoor Iran verder kan gaan met zijn nucleaire programma en met de verrijking van uranium.

Lees ook:

Wordt het oorlog? Vijf vragen over dodelijke aanval op Iraanse generaal

Generaal Soleimani: de grootste bad guy ter wereld?

Bekijk deze video op RTL XL

Generaal Soleimani had veel macht en invloed in Iran. Diens activiteiten waren de Amerikanen een doorn in het oog, maar het uitschakelen van Soleimani is niet zonder risico’s.

RTL Nieuws; Qassim Soleimani  Ministerie van Defensie  Defensie  Irak  Iran  Verenigde Staten

Deel trainingsmissie Irak opgeschort, Nederland overlegt hoe het verder moet

NOS 05.01.2020 Het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken bestudeert de resolutie waarin het Iraakse parlement zich heeft uitgesproken tegen militaire aanwezigheid van andere landen in Irak. Ook Nederland is militair aanwezig in Irak namens de internationale coalitie in de strijd tegen Islamitische Staat. De coalitie wordt geleid door de VS.

De resolutie is het antwoord van het Iraakse parlement op de luchtaanvallen van de VS afgelopen vrijdag in Bagdad, waarbij de Iraanse generaal Soleimani en de Iraakse militieleider Muhandis werden geliquideerd. De resolutie is niet bindend, maar premier Abdul-Mahdi zei vandaag dat het beter is voor beide landen als de Amerikanen verdwijnen uit Irak. Hij sprak van een ‘voor ons of tegen ons-beleid’ van de Amerikanen.

Mandaat van regering

Buitenlandse Zaken zegt in overleg te zijn met de andere landen uit de internationale coalitie tegen Islamitische Staat. Het ministerie benadrukt dat de buitenlandse troepen op dit moment in Irak zitten met een mandaat van Iraakse regering om IS te bestrijden.

Het trainen van Iraakse commando’s in Bagdad wordt voorlopig stopgezet, heeft de internationale coalitie besloten. In de hoofdstad trainden drie tot twaalf Nederlanders Irakezen. De trainingen in Erbil, in het noorden van het land, gaan wel door. Daar leiden zo’n vijftig Nederlandse trainers strijders van de Iraaks-Koerdische peshmerga op.

Bekijk ook;

Nederlandse trainingsmissie in Irak gaat voorlopig door

NU 05.01.2020 De trainingsmissie van Nederlandse militairen in Noord-Irak gaat voorlopig door, bevestigt een woordvoerder van het ministerie van Buitenlandse Zaken aan NU.nl. In Bagdad wordt een kleinere trainingsmissie wel tijdelijk stilgelegd.

Als onderdeel van een door de Verenigde Staten geleide internationale coalitie zijn er zo’n zestig Nederlandse militairen in Irak gestationeerd.

De verhoudingen tussen de Verenigde Staten en Iran en Irak staan op scherp sinds de Iraanse topgeneraal Qassem Soleimani afgelopen vrijdag is gedood bij een Amerikaanse droneaanval in Bagdad. Hierbij kwam ook de hooggeplaatste Iraakse militieleider Abu Mahdi Al Muhandis om het leven.

Iraakse parlement wil buitenlandse troepen wegsturen

In Irak heerst een grote verontwaardiging over de onaangekondigde aanval op Iraaks grondgebied. Zondag nam het Iraakse parlement een niet-bindende resolutie aan waarmee het buitenlandse troepen het land uit wil sturen. De Iraakse premier Adel Abdul Mahdi gaf eerder aan deze te zullen goedkeuren.

Militaire troepen van de Verenigde Staten en bondgenoten zijn sinds 2014 in in Irak als onderdeel van een internationale coalitie tegen Islamitische Staat (IS) en vochten samen met Iraakse strijdkrachten tegen de terreurgroep. Hoewel ze er met toestemming van de Iraakse regering zijn, is de aanwezigheid van buitenlandse militairen in Irak een politiek gevoelig onderwerp.

Tienduizenden Iraniërs onthalen lichaam Soleimani bij terugkomst

Missie in Erbil gaat door

De woordvoerder van Buitenlandse Zaken benadrukt dat de Nederlandse militairen er zijn op uitnodiging van de Iraakse regering. “We bestuderen de resolutie van het Iraakse parlement en staan in contact met partners.”

In het noorden van Irak bij Erbil leiden zo’n veertig Nederlandse mariniers Koerdische strijdkrachten op. Deze missie in het relatief rustige noorden gaat voorlopig door.

Een andere trainingsmissie in Bagdad, waar drie tot twaalf Nederlandse commando’s werken, is wel tijdelijk door de internationale coalitie stopgezet, zegt de woordvoerder van Buitenlandse Zaken. Er zijn veiligheidsmaatregelen genomen, maar er zou nog geen reden zijn om hen terug te laten komen.

Spanningen lopen op

Maandag houdt de NAVO een spoedberaad in Brussel over de oplopende spanningen in het Midden-Oosten. Zaterdag werd bekendgemaakt dat er extra veiligheidsmaatregelen worden genomen om NAVO-troepen te beschermen tegen eventuele represailles.

Sinds de dood van Soleimani vrijdag vliegen er bedreigingen over en weer tussen de Verenigde Staten en Iran. De grootayatollah Ali Khamenei heeft belooft “harde wraak” te nemen voor de dood van Soleimani. De Amerikaanse president Donald Trump dreigt met een “harde en snelle” aanval te komen als er represailles tegen Amerikaanse belangen komen.

Zie ook: Aanval op Iraanse generaal is kantelpunt: alles wat je erover moet weten

Lees meer over: Buitenland

Oud-minister Hennis werkt door in Irak

Telegraaf 05.01.2020 Oud-minister Jeanine Hennis-Plasschaert werkt gewoon door in Irak. Het ministerie van Buitenlandse Zaken riep vanwege de opgelopen spanningen in de regio Nederlanders op om de Iraakse hoofdstad Bagdad te verlaten.

Hennis-Plasschaert werkt sinds 2018 in Irak, als gezant van de Verenigde Naties (VN). Die organisatie kon in eerste instantie niet vertellen of zij de hoofdstad, of zelfs het land, heeft verlaten. „Om veiligheidsredenen kunnen wij niks vertellen over haar huidige locatie of toekomstige plannen”, liet een woordvoerder weten.

Maar dat bleek een misverstand, meldde de VN later aan deze krant. De organisatie kan haar exacte locatie niet doorgeven, maar de oud-minister werkt wel gewoon door in Irak. De VN-woordvoerder laat weten dat Hennis en haar staf van de ’best mogelijke veiligheid’ worden voorzien door de VN.

Bekijk ook: 

Zet liquidatie generaal hele regio in vuur en vlam? 

Reisadvies

Voor Irak gold vanuit Nederland al langer een rood reisadvies. En de situatie is ernstiger geworden sinds de Iraanse generaal Qassam Soleimani deze week in Bagdad werd gedood door de Verenigde Staten. „Het reisadvies was al rood, roder dan dit kan niet”, liet het ministerie van Buitenlandse Zaken eerder weten. Dat ging gepaard met een oproep aan Nederlanders om te vertrekken uit de Iraakse hoofdstad.

Bekijk ook: 

De laatste uren van ’killer-generaal’ Qassem Soleimani 

Of dat ook gebeurt , is onduidelijk. Het ministerie meldt zondag dat het geen cijfers heeft over hoeveel Nederlanders de afgelopen dagen uit Bagdad of Irak vertrokken zijn. „Mensen hoeven zich niet te melden bij ons als ze in Irak zijn of vertrekken”, laat een woordvoerder weten. „Daarom weten we niet precies hoeveel Nederlanders er op dit moment in het land zijn.”

Bekijk meer van; internationale betrekkingen gewapend conflict Qassam Soleimani Jeanine Hennis-Plasschaert Irak Bagdad Buitenlandse Zaken

Nederland bevriest training Iraakse commando’s

AD 05.01.2020 De Nederlandse groep militaire trainers die Iraakse commando’s in Bagdad opleidt, is daarmee dit weekend gestopt. Dit is een direct gevolg van de spanningen tussen de Verenigde Staten en Iran na de executie van de Iraanse generaal Soleimani op het vliegveld in Bagdad. Dit heeft ministerie van Defensie laten weten.

Het gaat om een groep trainers die varieert tussen drie en twaalf militairen. De Iraakse commando’s worden opgeleid in de strijd tegen Islamitische Staat (IS). De internationale coalitie die strijdt tegen IS wordt aangevoerd door de Verenigde Staten.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken overlegt met zijn topdiplomaten en andere ministers uit de anti-IS-coalitie, zo meldt een woordvoerder. Er is grote onduidelijkheid ontstaan nu het Iraakse parlement in een niet bindende resolutie heeft uitgesproken dat de internationale coalitie weg moet uit Irak na de aanslag van de Amerikanen op Soleimani en de Iraakse militieleider Muhandis. De internationale coalitie heeft immers een mandaat van de Iraakse regering.

De trainingen die door Nederland in Noord-Irak te Erbil worden gegeven gaan vooralsnog gewoon door. Het gaat om vijftig Nederlanders die de Iraakse-Koerdische peshmerga opleiden. Onduidelijk is wanneer er een duidelijke lijn is tussen de landen van de anti-IS-coalitie

Uitwerking resolutie

Volgens de Iraakse premier Adel Abdul Mahdi zijn overheidsfunctionarissen nu bezig een memo op te stellen die duidelijkheid moet geven over juridische en procedurele stappen die genomen moeten worden om de resolutie van het parlement uit te voeren.

Het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse Zaken laat in een verklaring weten teleurgesteld te zijn in het besluit van het Iraakse parlement, meldt persbureau Reuters. Het ministerie benadrukt het belang van de aanwezigheid van Amerikaanse troepen in Irak vanwege de strijd tegen IS.

VS en bondgenoten staken trainingsmissie in Irak, militairen extra beveiligd

NU 04.01.2020 De Verenigde Staten en hun bondgenoten staken vanwege de verhoogde dreiging van een aanval uit Iran per direct en voor onbepaalde tijd trainingen van Iraakse militairen in opleiding, laat een woordvoerder van de NAVO zaterdag weten. De bescherming van alle troepen die meedoen aan de militaire operatie Inherent Resolve (OIR) wordt opgeschaald.

Dat besluit zou ook Nederlandse militairen en experts onder verscherpt toezicht stellen. Nederland nam samen met veertien andere bondgenoten van de VS deel aan OIR.

“De veiligheid van ons personeel in Irak gaat boven alles”, zegt woordvoerder Dylan White van de NAVO. “Wij blijven alle nodige voorzorgsmaatregelen nemen. De NAVO-missie wordt voortgezet, maar de trainingsactiviteiten worden tijdelijk opgeschort.”

Uit een Kamerbrief (meer) van medio oktober blijkt dat in Noord-Irak en Bagdad ten minste zestig Nederlandse militairen actief zijn, mogelijk gesteund door twintig experts. De Nederlandse militairen geven onder meer trainingen aan Koerdische en Iraakse militairen in het gebied.

Uitgerekend in Bagdad vond in de nacht van vrijdag op zaterdag een nieuwe luchtaanval plaats. Een konvooi van de door Iran gesteunde militiegroepering Popular Mobilisation Forces (PMF) werd onder vuur genomen. Ten minste zes mensen kwamen daarbij om het leven, aldus Iraakse staatsmedia.

Het land vermoedt dat de Amerikanen achter de aanval zitten. In de drie uitgebrande auto’s zouden medici en geen hooggeplaatste militairen hebben gezeten.

Een woordvoerder van de OIR ontkent zaterdagochtend dat de internationale coalitie de laatste dagen luchtaanvallen heeft uitgevoerd ten noorden van Bagdad.

Trump: ‘VS wil oorlog met Iran voorkomen, niet starten’

Conflict tussen Iran en VS escaleert na dood Iraanse generaal

De spanningen tussen de VS en Iran zijn opgelaaid nadat de Amerikanen vrijdag de Iraanse generaal Qassem Soleimani doodden bij een luchtaanval op een vliegveld in Irak. Soleimani gold als de belangrijkste militair en op grootayatollah Ali Khamenei na machtigste man in Iran. Hij wordt zaterdag begraven in Bagdad.

Iran zint op wraak en dreigt hard terug te slaan naar de Amerikanen. President Donald Trump nam daarom de beslissing om drieduizend extra militairen naar het gebied te sturen om de veiligheid in de regio te waarborgen. Eerder deze week ging een bataljon van 750 militairen hen al voor.

Sinds mei hebben de Amerikanen al ongeveer veertienduizend extra militairen naar het Midden-Oosten gestuurd naar aanleiding van de groeiende onrust.

Democraat Sanders wil met wet macht Trump aan banden leggen

De lijn van Trump kwam hem op kritiek van de Democraten te staan. Chuck Schumer, de Democratische fractievoorzitter in de Senaat, vindt dat Trump “niet het recht heeft om een oorlog met Iran te beginnen”. Volgens hem moet het Amerikaanse Congres, waarin de Democraten de scepter zwaaien, daar toestemming voor geven.

Presidentskandidaat Bernie Sanders wil verdere “militaire plannen” van Trump met een wetsvoorstel dwarsbomen. In de nacht van vrijdag op zaterdag introduceerde hij een maatregel waarmee het Congres straks vrijwel iedere uitgave van Trump in het Midden-Oosten moet goedkeuren.

Zie ook: Aanval op Iraanse generaal is kantelpunt: alles wat je erover moet weten

Lees meer over: Iran  Verenigde Staten  Donald Trump  Buitenland  Spanningen Iran

Politieke partijen bezorgd over deelname missie in Golfregio

AD 03.01.2020 Partijen in de Tweede Kamer zijn bezorgd dat deelname van een Nederlands marineschip aan een missie in de Perzische Golf te gevaarlijk wordt nu de spanning in de regio verder is opgelopen. Iran zweert wraak nadat de Iraanse generaal Qassem Soleimani is omgekomen bij een Amerikaanse luchtaanval in Irak.

Volgens regeringspartij D66 moet het kabinet ‘opnieuw wegen’ of deelname aan de missie niet extra risicovol is geworden. Die missie kan ook ‘juist nu belangrijk zijn’, maar die overweging moet het kabinet maken, zegt D66-Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma. Eind januari gaat een Nederlands marineschip naar de Straat van Hormuz, als onderdeel van een door Frankrijk geleide diplomatiek-militaire missie.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Ook regeringspartij ChristenUnie wil van het kabinet weten in hoeverre deze aanval van invloed is op de komende maritieme missie. Kamerlid Sadet Karabulut van oppositiepartij SP vindt dat het sturen van het schip ‘alleen maar onverstandiger is geworden’ onder de nieuwe omstandigheden. Zij hoopt dat de regering het besluit terugdraait.

Oppositiepartij GroenLinks wil dat de komende weken wordt geprobeerd om samen met andere Europese landen als Frankrijk en Denemarken op diplomatiek niveau de boel te sussen. De spanningen tussen Iran en de Verenigde Staten lopen al langer op. De Europese Unie staat een gematigder koers richting het regime in Teheran voor. ,,We hebben nog een paar weken om dat op Europees niveau van de grond te tillen voordat de missie begint’’, zegt GroenLinks-Kamerlid Bram van Ojik.

Kabinet

Het kabinet ziet daar vooralsnog geen aanleiding toe. Het ministerie van Defensie wijst erop dat het fregat Zr. Ms. De Ruyter dat zal deelnemen aan de missie, pas eind januari vertrekt. Dan zijn de gemoederen mogelijk weer wat bedaard. Tot die tijd houdt het kabinet de boel nauwlettend in de gaten.

Het fregat moet deelnemen aan een Europese missie die de vaarroutes door de nauwe zeestraat tussen Iran en het Arabisch schiereiland veilig moet houden. De De Ruyter blijft zes maanden in deze Straat van Hormuz, het westelijke deel van de Golf van Oman en het oostelijke deel van de Perzische Golf.

Minister Stef Blok noemt de situatie in de regio na de dood van Soleimani ‘zorgelijk en ernstig’.  ,,Het is van groot belang dat de kalmte in de regio bewaard wordt”, zegt hij. Wel heeft hij begrip voor de aanval van de Verenigde Staten. Iran werkt instabiliteit in de regio in de hand, aldus Blok. De gedode generaal Qassem Soleimani ‘had daar een rol in’.

Veiligheid

Het kabinet heeft Nederlanders in Irak opgeroepen zo mogelijk het land te verlaten. Het kabinet volgt de situatie op de voet en ‘staat in contact met internationale partners’ beklemtoont de minister. ,,De veiligheid van Nederlanders in de regio heeft altijd onze volle aandacht, ook nu.”

Ook partijen in de Tweede Kamer zijn bezorgd. De Verenigde Staten zijn ‘terecht woedend over eerder onaanvaardbaar Iraans geweld’, vindt VVD-Kamerlid Sven Koopmans. ,,Iran stookt conflicten in de regio op, steunt terroristen en Soleimani had hierin een centrale rol. Dus ik begrijp de Amerikaanse woede.’’

Wel vindt Koopmans de actie onbezonnen. ,,Een persoonsgerichte aanval op een generaal is een ongekende en risicovolle stap. Escalatie is niet het antwoord, de landen moeten nu snel in gesprek, zo nodig met hulp van anderen.”

Volgens D66’er Sjoerdsma hebben ‘mensen in de regio geleden onder Suleimani’s beleid van dood en verderf ‘. ,,Zij zullen vandaag opgelucht adem halen.’’ ChristenUnie-Kamerlid Joël Voordewind noemt het zaak de banden met democratische krachten in Irak aan te halen en te zorgen dat de invloed van Iran in Irak wordt verminderd.

Militairen

Het ministerie van Defensie bekijkt nog of de Nederlandse militairen die in het noorden van Irak zijn gelegerd hun werk veilig kunnen blijven doen. Bij eerdere momenten dat de spanningen in Irak of in de regio hoog opliepen, kregen zij bijvoorbeeld het bevel voorlopig binnen te blijven. Dat gebeurde voor het laatst in mei vorig jaar.

De militairen zijn in Irak om Iraakse commando’s en Koerdische strijders op te leiden voor de strijd tegen bijvoorbeeld IS.

Kettingreactie

Andere landen zijn eveneens bang dat de dood van Soleimani een kettingreactie in gang zet die kan leiden tot nog meer geweld. Charles Michel, de voorzitter van de Europese Raad, roept op om verdere escalatie ‘ten koste van alles’ af te wenden. Volgens hem moet ‘de cirkel van geweld’ in Irak doorbroken worden.

In Rusland heeft de voorzitter van de buitenlandcommissie van het Russische Hogerhuis, Konstantin Kosatsjev, de actie van de Amerikanen ‘roekeloos’genoemd. Volgens hem zal dit leiden tot verdere escalatie in de regio. ,,De dood van Soleimani kan Iran dwingen kernwapens te produceren, zelfs als het land dat niet van plan was’’, zegt hij.

januari 5, 2020 Posted by | 2e kamer, Abdul Nasser Qirdash, Adel Abdul Mahdi, Besmaya, Irak, iran, is, isis, nederlandse missie, perzische golf, Qassem Soleimani, tweede kamer | , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , | Reacties uitgeschakeld voor Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 10

Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 9

Ank Bijleveld, minister van Defensie en premier Mark Rutte tijdens het debat gisteravond

Verlenging Missie Irak tot 2021

De Tweede Kamer is akkoord met een verlenging van de missie in Irak tot eind 2021. Maar partijen dringen er wel op aan om druk te zetten op de Iraakse regering om het harde optreden tegen betogers te stoppen.

De missie maakt deel uit van de strijd van een internationale coalitie tegen terreurgroep IS. Ongeveer zestig Nederlandse militairen trainen Iraakse en Koerdische militairen. Ook zijn er kleine bijdrages aan missies van de NAVO en EU.

De dreiging van IS is nog steeds niet verdwenen en daarom moet Nederland volgens een ruime meerderheid van de Kamer actief blijven in het Arabische land. Over de verlenging werd 19.12.2019 gedebatteerd.

AD 08.05.2020

AD 20.12.2019

Motie van wantrouwen

Informatie over burgerdoden heeft geen rol gespeeld in de beslissing over de verlenging van de missie in Syrië en Irak.

Dat zei premier Mark Rutte 27.11.2019 in een urenlang debat. Het kabinet overleefde een motie van wantrouwen van de SP.

Telegraaf 05.03.2020

AD 04.03.2020

De Tweede Kamer debatteerde met premier Rutte en minister Bijleveld over het bombardement. De vraag was vooral wie daar op welk moment vanaf wist. Een motie van wantrouwen van de SP tegen Rutte en Bijleveld kreeg geen Kamermeerderheid.

Met terugwerkende kracht is het lastig te begrijpen hoe er in juni 2015 door het toenmalige kabinet is gereageerd op het bericht dat bij een aanval van een Nederlandse F-16 op een IS-bommenfabriek in het Iraakse Hawija waarschijnlijk burgerslachtoffers waren gevallen. Internationale media spraken direct al van zo’n zeventig slachtoffers.

Hoewel het kabinet twee weken later over een verlenging van de missie van de militairen moest beslissen, is de informatie niet gedeeld in de ministerraad. Toenmalig Defensieminister Jeanine Hennis vermoedt dat ze premier Rutte destijds wel heeft geïnformeerd en ze weet het zeker over toenmalige collega Koenders van Buitenlandse Zaken. Die twee zeggen daar geen herinnering aan te hebben.

Daar moet allemaal niets achter worden gezocht, hield Rutte gisteren 27.11.2019 vol tegenover een kritische Tweede Kamer. Alles is destijds ‘volgens de regels verlopen’. De informatie over de burgerdoden ‘is niet bewust achtergehouden uit angst dat de verlenging in gevaar zou komen’, zoals de oppositie vermoedt.

Telegraaf 11.02.2020

Mogelijke burgerslachtoffers waren “niet relevant” voor het besluit om te verlengen, zo verdedigde Rutte het Kabinetsoptreden. “Er is altijd een risico op burgerslachtoffers.”

Alle procedures zijn correct gevolgd na de melding van burgerslachtoffers door een Nederlandse aanval in Irak in 2015, benadrukte premier Mark Rutte woensdagavond. Maar hij snapt ook het “ongemak” dat er bij de Kamer hierover heerst.

Rutte kon zich informatie van Hennis niet herinneren

Waarom gingen de alarmbellen niet af toen media een dag na de aanval meldden dat er zeker zeventig burgerdoden waren gevallen, vroegen partijen herhaald. “Omdat het werd onderzocht”,zo verklaarde Rutte keer op keer. En de internationale coalitie kon op basis van die openbare bronnen niks vaststellen.

Daarna sleepte het dossier zich weer verder…….!!!!!!

Het industriegebied in Hawija Irak is volledig verwoest  foto NOS

Schadecompensatie

Dertig slachtoffers en nabestaanden van Nederlandse bombardementen in Irak willen daarvoor gecompenseerd worden door de Nederlandse staat. Dat bevestigt hun advocaat Liesbeth Zegveld.

Bij een aanval door een Nederlandse F-16 op de plaats Hawija kwamen in juni 2015 zeker zeventig onschuldige burgers om het leven, onthulden de NOS en NRC vorige maand. Het bombardement was gericht op een autobommenfabriek van IS, maar doordat daar veel meer munitie lag dan gedacht, werd ook de wijk eromheen verwoest.

Telegraaf 07.03.2020

Zegveld vertegenwoordigt 28 nabestaanden van het bombardement op Hawija en twee mensen die slachtoffer zijn geworden van een Nederlandse aanval op een woonhuis in de stad Mosul, een paar maanden later. Daarbij vielen vier doden.

“Waar het om gaat is de vraag: wat heeft Nederland gedaan om te voorkomen dat er zo veel burgerslachtoffers zouden vallen”, zegt Zegveld. “Het is natuurlijk een IS-gebied, maar bewoners hadden bijvoorbeeld gewaarschuwd kunnen worden met pamfletten met de tekst: mensen, het is niet zeker dat het hier vannacht veilig is.”

Geen rechtszaak

De slachtoffers hebben aangegeven hulp te willen en zijn via een journalist en een lokale organisatie in contact gekomen met Zegveld. De zaak is nog in een pril stadium; de groep nabestaanden breidt zich nog steeds uit. De advocaat heeft nu twee vertaalde verklaringen.

Ze zegt een rechtszaak te willen voorkomen. “Het is een schande als het tot een vordering zou moeten leiden.” Ze wil met de lijst met namen naar Defensie in de verwachting dat die de nabestaanden gaat compenseren.

Defensieminister Bijleveld liet tijdens een debat woensdagavond 27.11.2019 nogmaals weten inderdaad met een regeling voor nabestaanden bezig te zijn. Hoe die eruit moet komen te zien is onduidelijk. Eerder zei ze dat het geen erkenning is van schuld, maar een blijk van goede wil.

‘Nederland had plicht om te helpen’

Advocaat Zegveld vindt dat Nederland de slachtoffers eerder had moeten helpen. “Het is idioot als je mensen vijf jaar laat zitten. Er is geen proactieve houding. Ze hadden heel veel schade kunnen beperken door mensen tegemoet te komen, dat is ook hun plicht.” De advocaat zegt ook dat Nederland de plicht had om na de aanval hulp te bieden.

Instanties die de NOS heeft gesproken, denken dat er in totaal honderden mensen zijn die een naaste zijn verloren of materiële schade hebben.

Een Nederlands bombardement in Irak vier jaar geleden is gruwelijk misgegaan, zo blijkt uit onderzoek van NOS en NRC. Tientallen burgers kwamen bij een luchtaanval op een bommenfabriek in Hawija om het leven. Hoe dat precies heeft kunnen gebeuren, is onduidelijk. Inwoners van het stadje vinden de schuldvraag niet zo interessant.

Zij vragen zich vooral af wanneer ze eindelijk een schadevergoeding krijgen.

De enorme ravage die het bombardement op 3 juni 2015 aanricht blijft bij de internationale media niet onopgemerkt. Op beelden van die nacht is te zien hoe het ziekenhuis in Hawija overspoeld wordt met gewonden. Inwoners spreken van “een atoombom die insloeg” en die vijftig kilometer verderop, in Kirkuk, nog te horen was. “Een complete woonwijk is verwoest”, schrijft persbureau Reuters.

De wijk werd door de Amerikaanse generaal John Hesterman op een persconferentie na de luchtaanval omschreven als een “industriegebied”. Dat is wat overdreven als je oude foto’s van de wijk bekijkt. Er stonden inderdaad grote gebouwen: een elektriciteitscentrale, een brandweerkazerne en een ijsfabriek. Maar er was vooral laagbouw: kleine panden waar winkeltjes, een naaiatelier en een theehuis voor een levendige sfeer zorgden.

Bekijk ook;

Dossier luchtaanval Hawija

Live AD

Teruglezen: Het Tweede Kamerdebat over burgerdoden Irak NRC

Verslaggever Inge Lengton live bij het debat;

  Tweets by ‎@IngeLengton

Dossier Luchtaanval Hawija NRC

lees: Stand van zaken over de uitvoering van verschillende moties en toezeggingen 24.03.2020

lees: Brief van de minister van Defensie aan dhr. M. Esper, minister van Defensie van de Verenigde Staten bijlage 1 13.01.2020

lees: Vertaling van de antwoordbrief van de ondersecretaris van defensie van de Verenigde Staten bijlage 2 28.02.2020

lees: Besluit en bijlage Def op Wob-verzoek defensie onderzoek Hawija Redacted 17.02.2020

lees: Brief MIN DEF Antwoorden Kamervragen burgerslachtoffers Karabulut 25.11.2019

lees: Brief MIN DEF Beantwoording nadere vragen over de wapeninzet in Hawija 25.11.2019

lees: Brief MIN DEF SV Karabulut over passage uit boek missie F16 25.11.2019

lees: Beantwoording nadere vragen over de wapeninzet in Hawija brief 25.11.2019

lees: regeling Werkzaamheden over antwoorden op vragen over de 70 burgerdoden in Irak Brief 20.11.2019

lees: Feitenrelaas inzake de transparantie over burgerslachtoffers bij luchtaanvallen brief 05.11.2019

lees: Transparantie burgerslachtoffers bij luchtaanvallen in de strijd tegen ISIS brief 04.11.2019

lees: kamerbrief over het iob onderzoek naar stabilisatieprogrammas in syrie  7 september 2018

lees: rapport review of the monitoring systems of three projects in syria  7 september 2018

lees: Civilian Casualty Review Report Redacted 17.04.2018

lees: kamerbrief met voortgangsrapportage nederlandse bijdrage in strijd tegen isis 13.04.2018

lees: kamerbrief aanvullende artikel 100 brief nederlandse bijdrage aan de strijd tegen isis 29.01.2016

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 8

Zie ook: Kabinet Rutte 2 en 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 7

zie ook:  Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 6

zie ook:  Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 5

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 4

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 3

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 2

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 1

Bijleveld donderdag voor de vierde keer naar Kamer over Hawija

NOS 08.05.2020 De Tweede Kamer vergadert volgende week plenair over het Nederlandse bombardement op de Iraakse plaats Hawija in 2015. Het is voor het eerst sinds het uitbreken van de coronacrisis dat er in de plenaire zaal over iets anders wordt gepraat dan de coronacrisis. Voor de vierde keer moet minister Bijleveld van Defensie zich verantwoorden over de kwestie.

Het debat werd in maart al aangevraagd naar aanleiding van publicaties van de NOS en NRC. Daarin stond dat voorafgaand aan het bombardement op de bommenfabriek van IS al rekening werd gehouden met “nevenschade”, ook al bleek uit de berekeningen dat er nul burgerdoden bij zouden vallen. In werkelijkheid kwamen 70 mensen om en werden 400 gebouwen verwoest of beschadigd. In de fabriek bleken veel meer bommen opgeslagen te liggen dan waar bij het opstellen van de berekeningen vanuit was gegaan.

Daar kwam in maart nog bij dat minister Bijleveld moest toegeven dat de Amerikanen al sinds 2017 de 70 burgerdoden meerekenden in hun statistieken. In december had Bijleveld nog het tegendeel beweerd. Voordat de minister in de Kamer verantwoording kon afleggen, brak de coronacrisis uit en werd het onderwerp vooruitgeschoven.

Amerikanen waarschuwden voor burgerdoden

Twee weken geleden kwam er opnieuw informatie vrij. De NOS en NRC meldden op 21 april dat de CIA vooraf had gewaarschuwd dat er burgerdoden zouden kunnen vallen. Een Amerikaanse luchtmachtcommandant die betrokken was bij het Nederlandse bombardement op Hawija had bovendien bedenkingen bij die aanval, en hield rekening met burgerdoden.

Voor alle coalitielanden in de strijd tegen IS gold in 2015: als vooraf duidelijk was dat er ook maar één burgerdode zou vallen, mocht een aanval niet worden uitgevoerd. Ook de Tweede Kamer is voorgehouden dat het aantal ingecalculeerde burgerdoden nul moest zijn.

De Tweede Kamer heeft het afgelopen halfjaar meermaals gevraagd om het Amerikaanse defensieonderzoek naar de aanval. Maar volgens minister Bijleveld kon dat niet met de Kamer gedeeld worden, omdat het een vertrouwelijk document is.

BEKIJK OOK;

Defensie wist ten tijde van aanval op Hawija niet van Amerikaanse aarzelingen

AD 07.05.2020 De Nederlandse militair die in juni 2015 het groene licht gaf voor het Nederlandse bombardement op de Iraakse stad Hawija wist niet dat de Amerikaanse geheime dienst CIA had gewaarschuwd dat er bij de aanval burgerslachtoffers konden vallen. Hij kon die informatie niet meewegen bij zijn beslissing om de aanval goed te keuren. Uiteindelijk vielen er bij de aanval vermoedelijk zeventig burgerdoden.

Dat schrijft minister Ank Bijleveld van Defensie aan de Tweede Kamer. Nederland was niet betrokken bij het deel van het proces waarmee de Amerikanen bepaalden welke doelen er in de strijd tegen IS werden gebombardeerd.

De Amerikaanse aarzelingen bij de aanval, mede op basis van informatie die de Amerikaanse geheime dienst CIA van informanten kreeg, bleef tot ruim na de Nederlandse luchtaanval enkel in Amerikaanse handen. De risico’s die de VS zag, werden overigens ingeperkt in het uiteindelijke, aangepaste aanvalsplan waarmee de Nederlandse commandant akkoord ging.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Geheim

De informatie die ten grondslag lag aan de aanval kwam vorige maand naar buiten nadat NOS en NRC met succes een beroep deden op de Freedom of Information Act, de Amerikaanse versie van de Wet openbaarheid van bestuur. Bijleveld had de Kamer altijd voorgehouden dat de stukken geheim waren en niet met het parlement konden worden gedeeld.

Bijleveld zegt niet te weten waarom de documenten nu toch openbaar zijn gemaakt terwijl haar Amerikaanse ambtsgenoot Mark Esper in maart van dit jaar nog per brief benadrukte dat dat niet kon. Zelf kreeg Defensie het Amerikaanse onderzoek op 22 januari 2016.

Zorgvuldig proces

Toch houdt Bijleveld vol dat het proces uitgebreid was en zorgvuldig is verlopen. Omdat de Amerikanen in eerste instantie aarzelingen hadden, werden er ‘mitigerende maatregelen’ (die negatieve effecten verminderen of wegnemen) genomen die het risico op burgerslachtoffers tot nul moesten terugbrengen.

Zo werden er precisiebommen afgeworpen en vond de aanval ’s nachts plaats. Bij de berekening van de nevenschade zou die beperkt blijven tot het industriële gebied. ,,Daarnaast”, schrijft Bijleveld, ,,werd ingeschat dat bij een nachtaanval er enkel sprake zou zijn van materiële nevenschade.”

Op basis van de inschatting van de nevenschade en de mogelijke impact van secundaire explosies ‘was de verwachting’ dat er bij het Nederlandse F-16-bombardement ‘geen burgerslachtoffers zouden vallen’.

Op basis daarvan besliste de Nederlandse militair die belast was met het eindoordeel, de zogeheten red card holder, na overleg met een Nederlandse juridisch adviseur dat de aanval kon worden uitgevoerd.

Meer explosieven

Het liep anders. De luchtaanval op het doelwit, een fabriek waar bermbommen werden gemaakt, leverde veel meer schade op dan op basis van de Amerikaanse informatie werd verwacht en er kwamen vermoedelijk zeventig burgers om het leven. In de fabriek lagen veel meer explosieven ‘dan bekend was of kon worden ingeschat door de anti-IS-coalitie’.

De aanval op Hawija was anders dan aanvallen op andere bommenfabrieken, stelt Bijleveld. Toen het daar zo mis ging, pasten de Amerikanen hun procedures voor dergelijke aanvallen op ‘gelijksoortige bommenfabrieken’ aan.

Dat de werkwijze op basis van nieuwe informatie zou worden aangepast, was volgens de minister eveneens standaard gebruik. Ook zou het doelwit niet in de hoogste risicocategorie vallen, zoals uit de Amerikaanse stukken zou blijken.

Volgens Bijleveld wordt er in die categorie onderscheid gemaakt tussen ‘high’ en ‘low’ en viel de bommenfabriek in Hawija onder de lagere rubriek omdat ‘burgerslachtoffers kunnen worden voorkomen als daartoe geplande mitigerende maatregelen worden toegepast’.

Geen juridische verplichting

Zonder die maatregelen, stelt Bijleveld, ‘was deze aanval voor de coalitie überhaupt niet uitvoerbaar geweest, gezien uit de stukken blijkt dat er bij dit doel geen burgerslachtoffers mochten worden verwacht’. Dat er bij aanvallen geen burgerslachtoffers te betreuren mochten zijn, was volgens Bijleveld het ‘uitgangspunt’ van alle bombardementen tegen IS.

Dat was echter geen formele bindende afspraak en ook geen juridische verplichting. ,,Ieder land is immers zelf verantwoordelijk voor de eigen wapeninzet en de proportionaliteitsafweging die daar aan vooraf gaat.

Nabestaanden en gewonden luchtaanval Hawija dienen claim in bij Defensie

NOS 29.04.2020 Een groep van 52 Irakezen heeft deze week een schadeclaim ingediend bij het ministerie van Defensie. Ze stellen dat ze het slachtoffer zijn van de Nederlandse luchtaanval op de Iraakse stad Hawija in 2015. Een aantal van hen verloor een of meerdere familieleden, anderen zeggen dat ze zwaar lichamelijk letsel hebben overgehouden aan het bombardement op de autobommenfabriek van terreurgroep IS.

In de fabriek lag veel meer munitie opgeslagen dan gedacht, waardoor de fabriek explodeerde. Honderden omliggende huizen raakten beschadigd of werden verwoest. Bij de aanval kwamen zeker 70 burgers om het leven. De slachtoffers die nu een schadeclaim hebben ingediend, verloren samen 21 naasten.

Volgens Liesbeth Zegveld, de advocaat van de Irakezen, was de aanval “niet proportioneel in het licht van het verwachte concrete en directe militaire voordeel”. Zegveld vindt dat er meer voorzorgsmaatregelen hadden moeten worden getroffen om te voorkomen dat er bij de aanval zoveel mensen zouden omkomen.

Minister beloofde schadevergoeding

Minister Bijleveld van Defensie heeft in de Tweede Kamer meerdere keren gezegd dat geen enkele dode was ingecalculeerd, maar dat de hoeveelheid munitie die in de fabriek lag niet was te voorzien. Volgens Zegveld erkent het kabinet daarmee dat er sprake was van een ongeluk, wat Nederland in haar ogen aansprakelijk maakt voor het aangedane leed.

Nadat in oktober bekend was geworden dat Nederland verantwoordelijk was voor de aanval, zegde minister Bijleveld de Kamer al toe te gaan kijken naar de mogelijkheid om een schadevergoeding uit te keren. Hoe ze dat wil gaan doen, is nog niet bekend. Zegveld zegt daar niet langer op te willen wachten en heeft daarom de claim ingediend.

Vijf kinderen

Een van de Irakezen is de 39-jarige witgoedmonteur Abdallah. Hij verloor bij de aanval zijn vrouw en vijf kinderen. Twee andere kinderen overleefden de aanval. Het gezin was op de vlucht en op doorreis, maar mochten van IS niet verder reizen. Hierdoor moesten ze naar eigen zeggen noodgedwongen een woning huren in Hawija.

Het gezin woonden op ruim 200 meter van de bommenfabriek. Hun huis stortte door de explosie na de bomaanval in. Sommige van zijn kinderen waren op slag dood. Anderen overleden op weg naar het ziekenhuis. Volgens Zegveld heeft de Iraakse overheid vastgesteld dat het gezin geen banden had met IS.

Ook de 63-jarige Shuja’a verloor een zoon. Hij werkte als nachtwaker in een autoshowroom op het terrein waar ook de bommenfabriek stond. De man raakte ernstig gewond bij de aanval en overleed enkele dagen later aan zijn verwondingen.

Nabestaanden van het bombardement op Hawija dienen schadeclaim in bij Defensie

De Zoetermeerse postbode Alaa en zijn vrouw Wafaa, wier zoon een oog verloor, behoren ook tot de indieners. Wafaa heeft blijvend letsel door de glasscherven die ze in haar rug heeft gekregen. Ze willen onder andere dat hun medische kosten worden vergoed.

Volgens Zegveld zijn er behalve de 52 Irakezen nog meer slachtoffers uit Hawija die zich achter de claim gaan scharen, maar worden hun gegevens momenteel verzameld.

Twee miljoen dollar

Eerder diende Zegveld al een schadeclaim in namens Basim Razzo. Hij verloor in hetzelfde jaar zijn familie bij een Nederlandse aanval op Mosul, omdat er werd gedacht dat zijn huis een IS-hoofdkwartier was. Dat bleek niet niet zo te zijn.

Razzo wil 2 miljoen dollar van de Nederlandse overheid. Volgens Zegveld is er binnenkort een gesprek tussen het ministerie van Defensie en Razzo over de schadeclaim.

Bekijk ook;

’Amerikanen waarschuwden voor burgerslachtoffers bij aanval Hawija’

Telegraaf 21.04.2020 De Amerikaanse inlichtingendienst CIA waarschuwde een week voor de Nederlandse luchtaanval op de Iraakse stad Hawija al voor mogelijke burgerslachtoffers omdat een woonwijk vlakbij lag. Na de operatie is de procedure voor aanvallen op dergelijke doelen aangescherpt.

Dat blijkt uit documenten die NRC en NOS na tussenkomst van de rechter hebben gekregen van het Amerikaanse ministerie van Defensie. Minister Ank Bijleveld van Defensie heeft de informatie niet gedeeld met de Tweede Kamer.

BEKIJK OOK:

Bijleveld lichtte kamer verkeerd in over burgerdoden aanval Hawija

Bij de aanval op de stad nabij Kirkuk kwamen naar schatting zeker zeventig burgers om het leven. Het doelwit was een bommenfabriek van terreurgroep Islamitische Staat (IS). De aanval werd vooraf in de categorie geplaatst met de hoogste kans op burgerslachtoffers.

BEKIJK OOK:

Woede om kwalificatie ’moordenaars’ voor militairen

BEKIJK OOK:

Defensie moet nabestaanden burgerslachtoffers compenseren

De CIA had op basis van vier informanten de internationale coalitie tegen IS getipt over de bommenfabriek en tegelijk gewezen op de nabije woonwijk en de mogelijkheid van burgerslachtoffers. „Daardoor had men redelijkerwijs kunnen concluderen dat er burgerslachtoffers hadden kunnen vallen als gevolg van de aanval”, aldus een Amerikaanse commandant in augustus 2015.

Bomfabriek

Uit de stukken blijkt dat de procedures in september 2015 zijn aangepast. Er werd bepaald dat er meer onderzoek moest komen naar doelen met kans op secundaire explosies in dichtbevolkte gebieden. In Hawija was vooraf niet ingeschat hoeveel explosieven er lagen opgeslagen in de bomfabriek.

Bijleveld liet de Kamer weten dat de operatie volgens de regels is verlopen. Dat er burgerslachtoffers vielen kwam volgens haar omdat er veel meer explosieven in de fabriek lagen dan vooraf ingeschat. Maar dat vooraf ook al werd gewaarschuwd voor mogelijke burgerslachtoffers heeft ze niet gemeld.

Het is een precaire kwestie voor de minister. Eerder moest zij de Kamer al vertellen dat die over de aanval verkeerd is geïnformeerd. Bijleveld kreeg vorig jaar al een motie van wantrouwen van bijna de hele oppositie aan haar broek over de zaak.

De Kamer heeft eerder gezegd alle informatie te willen hebben. Bijleveld heeft het Amerikaanse ministerie van Defensie meermaals gevraagd geheime documenten over de zaak met de Kamer te mogen delen, maar kreeg hiervoor geen toestemming.

BEKIJK MEER VAN; gewapend conflict defensie Ank Bijleveld Tweede Kamer der Staten-Generaal Islamitische Staat

‘Amerikanen waarschuwden vooraf voor burgerdoden Hawija’

NU 21.04.2020 De Amerikaanse krijgsmacht waarschuwde op voorhand voor burgerdoden bij het voorgenomen Nederlandse bombardement op een bommenfabriek van IS in de Iraakse stad Hawija. Dat blijkt dinsdag uit stukken van de Amerikaanse krijgsmacht, die zijn opgevraagd door NRC en NOS.

Bij het bombardement door Nederlandse F-16’s in de nacht van 2 op 3 juni 2015 kwamen naar schatting zeventig burgers om het leven.

NOS en NRC deden een beroep op de Amerikaanse Freedom of Information Act om de stukken in handen te krijgen. Ze bevatten onder meer een Amerikaans defensieonderzoek naar het bombardement in Hawija.

Uit de documenten blijkt dat de inlichtingendienst CIA op voorhand had gewaarschuwd voor potentiële burgerslachtoffers, omdat de fabriek in een woongebied stond. Het doelwit werd wat dat betreft gerekend tot de hoogste risicocategorie.

Minister Ank Bijleveld (Defensie) schreef aan de Tweede Kamer dat de grote gevolgen van het bombardement niet waren te voorzien. De enorme explosies in Hawija werden veroorzaakt door een grote hoeveelheid munitie in de fabriek. Die was groter dan “bekend was of kon worden ingeschat”, aldus Bijleveld. Ze stelde dat het bombardement volgens de geldende procedures is verlopen.

In de nasleep van het bombardement scherpte de internationale coalitie in september 2015 de procedure voor aanvallen op IS-bommenfabrieken aan. Dat heeft het kabinet niet aan de Kamer verteld, hoewel het parlement meerdere keren om die informatie heeft gevraagd.

Geen analyse van risico op secundaire explosies

De Amerikaanse documenten wekken ook de indruk dat inlichtingen van CIA-informanten in het gebied niet zijn benut. De mogelijkheid van secundaire explosies door opgeslagen explosieven en munitie in de fabriek is nooit serieus verkend.

“Het was niet redelijk om te veronderstellen dat er geen nevenschade zou zijn, aangezien het doel een bommenfabriek was met civiele gebouwen dicht bij het gebied”, schreef een Amerikaanse luchtmachtcommandant in een analyse.

Het kabinet had met de Tweede Kamer afgesproken dat bombardementen niet mochten worden uitgevoerd als op voorhand werd ingeschat dat er burgerdoden konden vallen.

Volgens minister Bijleveld was het Amerikaanse defensieonderzoek naar de aanval vertrouwelijk en kon het daarom niet aan de Kamer worden verstrekt.

Lees meer over: Irak Politiek

Amerikanen waarschuwden voor burgerdoden bij Nederlands bombardement Hawija

NOS 21.04.2020 Een Amerikaanse luchtmachtcommandant die betrokken was bij het Nederlandse bombardement op Hawija in Irak had bedenkingen bij die aanval, en hield er vooraf al rekening mee dat er burgers zouden omkomen. Hij kreeg de opdracht een aanvalsplan op te stellen waarbij de bommenfabriek vernietigd zou worden en het aantal burgerdoden op papier nul zou zijn. Op zijn advies is de procedure daarna aangepast.

Dat staat in een onderzoek dat het Amerikaanse ministerie van Defensie in 2015 naar de Nederlandse luchtaanval heeft gedaan. Het is één van de documenten (.pdf) die het Amerikaanse ministerie, met tussenkomst van een Amerikaanse rechter, heeft verstrekt aan de NOS en NRC.

Nederlandse F16-piloten gooiden in 2015 meerdere bommen op een IS-bommenfabriek in Hawija, waarbij zeker 70 burgers om het leven kwamen en ruim 400 gebouwen werden beschadigd of verwoest. De CIA meldde al een week voor het bombardement dat er nevenschade zou kunnen ontstaan “omdat er een woonwijk vlakbij ligt”. Door het bombardement werden 136 gebouwen vernietigd, waarvan er 25 in de woonwijk stonden. Nog eens 127 gebouwen raakten zwaar beschadigd.

De Tweede Kamer heeft het afgelopen halfjaar meermaals gevraagd om het Amerikaanse defensieonderzoek naar de aanval. Maar volgens minister Bijleveld van Defensie kon dat niet met de Kamer gedeeld worden, omdat het een vertrouwelijk document is.

Het gaat om het grootste onderzoek naar de zaak. De minister heeft in de Tweede Kamer altijd volgehouden dat Defensie en het Openbaar Ministerie de zaak hebben onderzocht en dat de luchtaanval volgens de geldende procedures is verlopen. Dat er aan Amerikaanse zijde na afloop kanttekeningen zijn geplaatst bij die procedure, en dat de procedure daarop is aangepast, is de Kamer echter nooit verteld.

Volledig irrelevant

Voor alle coalitielanden in de strijd tegen IS gold in 2015: als vooraf duidelijk was dat er ook maar één burgerdode zou vallen, mocht een aanval niet worden uitgevoerd. Ook met de Tweede Kamer was afgesproken dat het aantal vooraf ingecalculeerde doden burgerdoden nul zou zijn.

Daarom werd gewerkt met Collateral Damage Estimation (CDE): een Amerikaanse methode waarmee wordt uitgerekend hoe burgerdoden kunnen worden voorkomen. Uit deze CDE-berekening bleek dat het aantal doden alleen nul zou zijn als de aanval op Hawija ’s nachts zou worden uitgevoerd, met zes kleine precisiegeleide bommen waarvan sommige met een vertraging zouden ontploffen. Behalve de bommenfabriek zou dan alleen een “schuur” worden geraakt.

Maar dit bleek een papieren werkelijkheid. “Al deze details waren volledig irrelevant in het licht van wat er daadwerkelijk gebeurde na afloop”, schrijft de Amerikaanse luchtmachtcommandant, wiens mannen de berekening voor Hawija maakten.

Tweede explosie

Een CDE kan namelijk niet berekenen wat het effect is van “secundaire explosies”. En dat was precies het probleem bij de aanval op Hawija: nadat de bommen waren ingeslagen ontplofte de enorme hoeveelheid munitie in de fabriek, waardoor het omliggende gebied werd verwoest.

Minister Bijleveld schreef in november aan de Kamer dat dat kwam doordat er veel meer munitie in de fabriek lag dan “bekend was of kon worden ingeschat”. Volgens de Amerikanen daarentegen is er nooit een serieuze analyse gemaakt van het mogelijke effect van een tweede explosie, omdat ze geen enkele informatie hadden over “de hoeveelheid en soort munitie in de fabriek”. Toch stemde de Nederlandse ‘red card holder’ in met de aanval, dat is de militair die formeel toestemming geeft voor dergelijke acties.

“Het was niet redelijk om te veronderstellen dat er geen nevenschade zou zijn, aangezien het doel een bommenfabriek was met civiele gebouwen dicht bij het gebied”, aldus Luchtmachtcommandant VS.

De luchtmachtcommandant beschrijft in zijn analyse hoe hij voor een ingewikkelde opdracht stond, omdat hij moest toewerken naar een situatie waarin het aantal geschatte burgerdoden op papier nul zou zijn. “Mijn mannen hebben uren aan het doel gewerkt, alleen maar om deze CDE ‘uitvoerbaar’ te maken”. Het probleem is volgens hem dat “de klant” enerzijds het doelwit volledig wil vernietigen, maar anderzijds geen burgerdoden wil. “Dit kan ertoe leiden dat er een buitensporige hoeveelheid kleine bommen wordt gebruikt om aan beide tegenstrijdige eisen te voldoen.”

Volgens de luchtmachtcommandant was de omvang van de explosie weliswaar een verrassing, maar niet dat er burgers bij de aanval zouden omkomen. “Het was niet redelijk om te veronderstellen dat er geen nevenschade zou zijn, aangezien het doel een bommenfabriek was met civiele gebouwen dicht bij het gebied.”

Meer onderzoek

Dat de aanval riskant was blijkt ook uit de waarschuwing die de CIA vooraf gaf. Op basis van vier informanten had de CIA de internationale coalitie getipt over de aanwezigheid van de bommenfabriek, waarbij meteen gewezen werd op de mogelijkheid van burgerdoden in de aangrenzende woonwijk. Niet voor niets kreeg de aanval vooraf de kwalificatie ‘CDE 5’; de gradatie met het hoogste risico op burgerdoden.

De luchtmachtcommandant adviseert daarom dat sommige aanvallen voortaan wellicht niet uitgevoerd moeten worden als het belang niet groot genoeg is. Zover wil de opsteller van het rapport niet gaan. Het leidt tot de aanbeveling dat er in de toekomst “meer onderzoek moet worden gedaan naar doelen in dichtbevolkte gebieden met mogelijke secundaire explosies.” Die is overgenomen door de toenmalige opperbevelhebber van de internationale strijd tegen IS.

Er staat ook nog een tweede aanbeveling in het rapport, maar de inhoud daarvan is weggelakt.

Bekijk hieronder een aantal belangrijke passages uit de documenten:

 

1/3 Al in juni 2015 wordt het aantal van 70 burgerdoden door de Amerikanen genoemd als hard cijfer NOS

2/3 De luchtmachtcommandant vond het niet redelijk om te denken dat er geen burgerdoden zouden vallen NOS

 

3/3 De Amerikaanse opperbevelhebber Sean MacFarland neemt de aanbeveling over NOS

Anderhalf jaar procederen

In oktober 2018 deden de NOS en NRC, met een beroep op de Freedom of Information Act (FOIA), een verzoek om alle Hawija-onderzoeken bij Centcom, het hoofdkwartier van het Amerikaanse leger. Nadat antwoord uitbleef is met behulp van een Amerikaanse advocaat, een procedure gestart bij de Amerikaanse rechter.

Die bepaalde in januari dat beide partijen afspraken moesten maken over het verloop van de procedure en de rechtbank daarvan op de hoogte moesten houden. De uitkomst was dat voor 1 april alle documenten verstrekt zouden worden. Dat is afgelopen vrijdag gebeurd.

‘Amerikanen kenden risico’s bombardement Hawija’

AD 21.04.2020 De Amerikanen wisten voorafgaand aan het Nederlandse bombardement op de Iraakse stad Hawija dat er mogelijk veel burgerslachtoffers zouden vallen. Toen er ook daadwerkelijk zo’n zeventig burgers omkwamen bij de luchtaanval, paste de anti-IS-coalitie de procedure voor bombardementen aan om herhaling te voorkomen.

Dat melden NOS en NRC op basis van Amerikaanse stukken die zij kregen na een beroep op de Freedom of Information Act, de Amerikaanse versie van de Wob. Het kabinet heeft het Amerikaanse onderzoek naar de misgelopen luchtaanval nooit met de Kamer gedeeld, terwijl de Kamer daar meermaals om heeft gevraagd.

Volgens Defensie konden zij het stuk niet geven, omdat het Amerikaanse rapport geheim was. Nu het door de Amerikanen is vrijgegeven, gaat het alsnog naar de Kamer. Het is niet duidelijk of de Amerikaanse aarzelingen bij het bombardement ook vooraf werden gedeeld met Nederland of de andere landen die in de coalitie doelen van IS bestookten.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Hoogste risicocategorie

Uit de Amerikaanse documenten blijkt dat de bommenfabriek in Hawija in de hoogste risicocategorie viel. Bij de Nederlandse luchtaanval vielen in de nacht van 4 op 5 juni 2015 naar schatting zeventig burgerdoden. De Amerikaanse geheime dienst CIA had in de regio vier informanten die waarschuwden voor een groot aantal burgerslachtoffers, omdat er woongebieden in de buurt waren.

Een hoge Amerikaanse legerofficier stelt in augustus 2015 dat er veel maatregelen zijn genomen om de kans op burgerslachtoffers naar nul terug te brengen. Zo werden door de F-16 meerdere kleine precisiebommen afgeworpen en vond de aanval ’s nachts plaats. De inschatting was dat alleen een schuur in de buurt van de explosievenfabriek zou worden geraakt.

Er bleek echter, schreef Bijleveld in november 2019 aan de Kamer, veel meer munitie in de fabriek aanwezig dan vooraf werd ingeschat. De Amerikanen stellen volgens de NOS echter dat er nooit een serieuze analyse was gemaakt van het mogelijke effect van een tweede explosie, omdat ze geen enkele informatie hadden over ‘de hoeveelheid en soort munitie in de fabriek’.

Procedure aangescherpt

Toen er na afloop van de luchtaanval toch veel meer ‘nevenschade’ te betreuren was, werd geconstateerd dat de regels wel waren nageleefd, maar dat de regels onvolkomenheden verwoonden. In september 2015 werd de procedure voor luchtaanvallen daardoor aangescherpt.

Er moest in het vervolg ‘meer onderzoek worden gedaan naar doelen die zich in dichtbevolkte gebieden bevinden en die het risico van secundaire explosies kennen’.  Volgens het ministerie van Defensie worden die procedures ‘continu geëvalueerd’ en aangepast.

Regeringspartij D66 wil ‘zo snel als verantwoord’ in deze coronacrisis een debat met minister Ank Bijleveld van Defensie. ,,Ik zou er moedeloos van kunnen worden, maar ben juist strijdbaar om de waarheid boven tafel te krijgen”, stelt Kamerlid Salima Belhaj.

Ook SP-Kamerlid Sadet Karabulut wil dat de Kamer ondanks de coronamaatregelen ‘zo snel mogelijk’ een debat inplant. ,,Dit is onacceptabel.” Volgens Karabulut is de positie van Bijleveld ‘onhoudbaar.’ De CDA-bewindsvrouw moest zich al drie keer eerder in debatten verantwoorden over Hawija.

Kamervragen

Uiterlijk volgende week moet zij een lijst met 90 Kamervragen over Hawija beantwoorden. Die werden gesteld nadat Bijleveld in maart aan het parlement meldde dat de burgerdoden die in juni 2015 bij een Nederlandse aanval in Irak vielen, wel degelijk werden meegeteld in de Amerikaanse statistieken.

Eerder ontkende de CDA-bewindsvrouw tegenover de Kamer keer op keer dat de Amerikanen deze doden meetelden. Door een Amerikaanse administratieve fout werden de burgerslachtoffers pas in december 2019 in de statistieken opgenomen.

‘Amerikanen waarschuwden vooraf voor burgerdoden bij bombardement Hawija’

MSN 21.04.2020 De Amerikaanse krijgsmacht waarschuwde op voorhand voor burgerdoden bij het Nederlandse bombardement op een bommenfabriek van IS in de Iraakse stad Hawija. Dat blijkt uit stukken van de Amerikaanse krijgsmacht, die zijn opgevraagd door NRC en NOS.

Bij het bombardement door Nederlandse F16’s in de nacht van 2 op 3 juni 2015 vielen naar schatting zeventig dodelijke burgerslachtoffers.

NOS en NRC deden een beroep op de Amerikaanse Freedom of Information Act om de stukken in handen te krijgen. Ze bevatten onder meer een Amerikaanse defensieonderzoek naar het bombardement in Hawija.

Uit de documenten blijkt dat de inlichtingendienst CIA op voorhand waarschuwde voor burgerslachtoffers, omdat de fabriek in een woongebied stond. Het doelwit werd wat dat betreft gerekend tot de hoogste risicocategorie.

Minister Ank Bijleveld (Defensie) schreef aan de Tweede Kamer dat de enorme effecten van het bombardement niet konden worden voorzien. De enorme explosies in Hawija werden veroorzaakt door een grote hoeveelheid munitie in de fabriek. Die was groter dan “bekend was of kon worden ingeschat”, aldus Bijleveld. Ze stelde dat het bombardement volgens de geldende procedures verliep.

In de nasleep van het bombardement scherpte de internationale coalitie in september 2015 de procedure voor aanvallen op IS-bomfabrieken aan. Dat werd door het kabinet niet aan de Kamer verteld, hoewel het parlement meerdere keren om die informatie heeft gevraagd.

Geen analyse van risico op secundaire explosies

De Amerikaanse documenten wekken ook het beeld dat inlichtingen van CIA-informanten in het gebied. Er werd nooit een serieuze verkenning gedaan van mogelijke secundaire explosies door opgeslagen explosieven en munitie in de fabriek.

“Het was niet redelijk om te veronderstellen dat er geen nevenschade zou zijn, aangezien het doel een bommenfabriek was met civiele gebouwen dicht bij het gebied”, schreef een Amerikaanse luchtmachtcommandant in een analyse.

Het kabinet had met de Tweede Kamer afgesproken dat bombardementen niet mochten worden uitgevoerd, als op voorhand werd ingeschat dat er burgerdoden konden vallen.

Volgens minister Bijleveld was het Amerikaanse defensieonderzoek naar de aanval vertrouwelijk en kon het daarom niet aan de Kamer worden verstrekt.

Bijleveld moet 90 Kamervragen beantwoorden na gegoochel met cijfers over burgerdoden Hawija

AD 07.04.2020 De Tweede Kamer is het gegoochel met cijfers over burgerdoden bij een Nederlandse aanval in Irak  beu en wil een tijdlijn zien. Zo hoopt zij precies na te gaan wanneer minister Ank Bijleveld van Defensie wat wist en in hoeverre zij de Kamer – al dan niet bewust – verkeerd heeft geïnformeerd.

Bijleveld meldde vorige maand aan het parlement dat de burgerdoden die in juni 2015 bij een Nederlandse aanval in Irak vielen, wel degelijk werden meegeteld in de Amerikaanse statistieken. Eerder ontkende de CDA-bewindsvrouw tegenover de Kamer keer op keer dat de Amerikanen deze doden ook meetelden in hun rapportages over burgerslachtoffers die in de strijd tegen IS vielen.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

De Kamer wil daarom nu een overzicht van alle ‘mondelinge en schriftelijke’ contacten zien die het ministerie van Defensie had met Centcom, het Amerikaanse hoofdkwartier van waaruit de militaire missie tegen IS wordt aangestuurd. Ook wordt gevraagd of het kabinet nog wel vertrouwen heeft in de informatie die Centcom verstrekt.

Explosievenfabriek

Het zijn een paar van de in totaal 90 kritische Kamervragen over het omstreden Nederlandse bombardement op de Iraakse stad Hawija, die Bijleveld vóór 28 april moet beantwoorden. Bij die F-16-aanval vielen bijna vijf jaar geleden ongewild ongeveer zeventig burgerslachtoffers omdat in het doelwit, een explosievenfabriek, meer springstof bleek opgeslagen dan gedacht.

Bijleveld hield in de drie Kamerdebatten over de kwestie vol dat de Amerikanen de doden ‘nooit bevestigd’ hadden en dat zij dus ook niet kon bevestigen dat die doden werkelijk te betreuren waren. Dat bleek te wijten aan een administratieve fout, die op 5 december 2019 werd rechtgezet. Toen werden de zeventig burgerslachtoffers alsnog in de statistieken opgenomen.

Een Nederlandse F-16 vertrekt naar het Midden-Oosten. © ANP

Correctie

De correctie van de Amerikanen kwam pas op 28 februari per brief bij Bijleveld terecht. Toch wachtte zij tot 24 maart voordat zij de Kamer informeerde. De Kamer wil daarom weten ‘om welke reden het toezenden aan de Kamer zolang op zich heeft laten wachten’.

De organisatie Airwars, die al jaren onderzoek doet naar burgerslachtoffers die vallen bij bombardementen, stelde al eerder dat er in grafieken een opmerkelijke piek te zien was tussen mei en juli 2015. De verklaring daarvoor, stelde de organisatie, kon alleen de Nederlandse aanval op Hawija zijn.

Dat de Amerikanen op 5 december hun statistieken aanpasten, is extra pijnlijk voor Bijleveld omdat zij op 19 december in het laatste debat over de kwestie nog volhield dat de zeventig burgerdoden ‘geen onderdeel’ uitmaakten van de grafieken.

Bijleveld lichtte Kamer verkeerd in: VS telde zeventig burgerdoden Hawija wel mee

NOS 24.03.2020 De Amerikanen gaan er wel degelijk al jaren van uit dat er bij de luchtaanval op Hawija zeventig burgerdoden zijn gevallen. Dat schrijft minister Bijleveld vandaag in een brief aan de Tweede Kamer. Dat is anders dan de minister eerder aan de Tweede Kamer meldde.

De kwestie draait om de vraag of de Amerikanen de zeventig burgerdoden wel of niet meerekenen in hun statistieken. In december liet Bijleveld de Kamer weten het te hebben nagevraagd bij Centcom (het hoofdkwartier van de militaire missies) en dat de burgerslachtoffers in Hawija die “zeer waarschijnlijk bij deze wapeninzet zijn gevallen, geen deel uitmaken van het totale aantal van 1347”. Bijleveld doelde daarmee op het totale aantal door de Amerikanen gerapporteerde burgerdoden in Syrië en Irak.

Daar komt Bijleveld nu dus van terug. Ze heeft het nagevraagd bij haar Amerikaanse collega van Defensie, en die heeft via zijn onderminister laten weten dat de Amerikanen al sinds 2017 de doden in Hawija meetellen in de statistieken. Volgens Bijleveld ligt de schuld van het verkeerd inlichten bij de Amerikanen. “Ik betreur dat deze informatie afwijkt van de informatie die eerder van Centcom is ontvangen en is gemeld in het interpellatiedebat”, schrijft ze aan de Kamer.

Rutte

Dat de Amerikanen geen duidelijkheid zouden geven over het aantal doden vormde een cruciaal element in de verdedigingslinie van premier Rutte en minister Bijleveld in het debat in november. Omdat de Amerikanen het officiële dodental nooit hadden vastgesteld, was de ernst van de situatie op het ministerie van Defensie nooit helemaal duidelijk. Het is daarom niet vreemd dat zowel de Tweede Kamer als collega-ministers nooit zijn gewezen op de ernst van het incident, zo was de redenatie van het kabinet.

“Centcom zegt zelf dat er op geen enkele manier is vast te stellen hoeveel burgerslachtoffers er zijn gevallen,” zei Rutte in het debat. Na afloop noemde hij het aantal “een gerucht” en “geen relevant getal”.

Debat

Eerder al lieten Amerikaanse defensiewoordvoerders aan NRC en NOS weten dat het aantal van zeventig doden wel degelijk deel uitmaakte van de statistieken. Dat het aantal nooit “bevestigd was”, zoals het kabinet meermalen schreef, is volgens hen logisch. Centcom baseert zich doorgaans op berichtgeving van media en ngo’s, omdat onderzoek op de grond nagenoeg onmogelijk is. De conclusie dat het “waarschijnlijk” is dat er zeventig burgerdoden zijn gevallen, is dan ook de hardste conclusie die Centcom kan geven.

Bij het Nederlandse bombardement op Hawija vielen in 2015 dus zeventig burgerslachtoffers.

Door de Tweede Kamer was al een debat aangevraagd om het voor de vierde maal te hebben over de luchtaanval op Hawija, naar aanleiding van documenten die waren vrijgegeven. Het is vanwege de coronacrisis onduidelijk wanneer het debat zal plaatsvinden.

Te gek voor woorden

GroenLinks-Kamerlid Isabelle Diks vindt het “te gek voor woorden” dat Bijleveld nu met deze nieuwe informatie komt. Toch heeft de bestrijding van corona wat haar betreft vanzelfsprekend voorrang.

SP’er Sadet Karabulut wil voor nu een zogeheten schriftelijk overleg, zodat er toch gedebatteerd kan worden over de kwestie zonder dat de Kamerleden en de minister bij elkaar hoeven te komen. “Maar we komen hier over te spreken”, laat ze weten. “De minister heeft veel vragen te beantwoorden.”

Bekijk ook;

Bijleveld lichtte kamer verkeerd in over burgerdoden aanval Hawija

Telegraaf 24.03.2020 De burgerdoden van de Nederlandse luchtaanval op Hawija in Irak zijn wel degelijk opgenomen in de Amerikaanse maandelijkse rapporten over burgerslachtoffers van de internationale strijd tegen terreurgroep IS. Minister Ank Bijleveld van Defensie zei eerder in de Tweede Kamer dat dit niet zo was. De bewindsvrouw schrijft aan de Kamer dat te betreuren.

Bijleveld had eind vorig jaar, toen ze de Kamer inlichtte, andere informatie van de Amerikanen gekregen. „Ik ben uitgegaan van de informatie die ik via officiële kanalen van CENTCOM ontving”, schrijft ze aan de Kamer. CENTCOM is het Amerikaanse militaire hoofdkwartier belast met de strijd tegen IS. Eind vorige maand heeft het Pentagon Bijleveld laten weten dat Hawija toch is meegenomen in de statistieken.

Luchtaanval op IS

De Tweede Kamer wil precies weten hoe de Nederlandse luchtaanval op de IS-bommenfabriek in Hawija in juni 2015 is verlopen. Al direct na de aanval repten internationale media over zeventig burgerslachtoffers, maar een officieel dodental is nooit vastgesteld. De Kamer is in de maanden na de aanval onjuist over de burgerdoden geïnformeerd door toenmalig minister Jeanine Hennis van Defensie. Pas afgelopen najaar werd de Kamer op de hoogte gebracht.

Bijleveld overleefde begin november ternauwernood een „heel heftig debat” over de kwestie. Ondanks „oprechte excuses” steunde bijna de hele oppositie een motie van wantrouwen tegen haar. Later die maand moest premier Mark Rutte zich ook in de Kamer in een urenlang debat voor de kwestie verantwoorden. Vooral dat de alarmbellen binnen het kabinet niet afgingen nadat media zoveel burgerdoden hadden gemeld, riep veel vragen op.

Een definitief eindrapport van de Amerikanen naar de aanval van Nederlandse F-16’s is er ook nooit gekomen. Bijleveld heeft nu van het Pentagon te horen gekregen dat zo’n ’closure report’ destijds „geen vereiste” was voor onderzoek naar meldingen over burgerslachtoffers. De Amerikanen blijven er verder bij dat de rapporten over de aanval op Hawija niet gedeeld kunnen worden met de Tweede Kamer, ook niet vertrouwelijk. Bijleveld had daarom verzocht.

BEKIJK MEER VAN; gewapend conflict defensie Ank Bijleveld Hawija Irak Tweede Kamer der Staten-Generaal Islamitische Staat Defensie

Nabestaande luchtaanval Mosul wil twee miljoen dollar van Nederlandse staat

NOS 06.03.2020 Basim Razzo, een Irakees die zijn familie verloor bij een Nederlandse luchtaanval in Mosul in 2015, wil ruim twee miljoen dollar van de Nederlandse overheid. De man stelt de staat aansprakelijk voor de dood van zijn vrouw, dochter, broer, en neef en voor het verlies van zijn huis en inkomen.

Volgens zijn advocaat Liesbeth Zegveld was de luchtaanval een “internationale onrechtmatige daad” omdat het woonhuis geen militair doelwit was. “Gezien de zeer beperkte en tegenstrijdige inlichtingen had Nederland moeten afzien van de aanval”, schrijft ze aan Defensie.

Het verhaal van Basim Razzo

Razzo werkt in 2015 bij een telecombedrijf en woont met zijn vrouw en 21-jarige dochter in een villawijk in Mosul. Zijn broer en schoonzus wonen met hun twee kinderen in de villa ernaast. Zijn zoon verblijft in Erbil. Op videobeelden die de VS heeft vrijgegeven is te zien hoe op 21 september 2015 twee bommen beide huizen in enkele seconden verwoesten. Alleen Basim en zijn schoonzus overleven de aanval.

Vergissing

In november erkende minister Bijleveld van Defensie dat de aanval was uitgevoerd door Nederlandse F-16-piloten, en dat het een vergissing was. De inlichtingen “die hebben geleid tot het identificeren van het doel waren onjuist”, liet ze de Kamer weten.

Een van de Nederlandse piloten die de aanval uitvoerden, zei tegen De Telegraaf dat hij nachtenlang niet kon slapen toe hij ontdekte dat bij de aanval een onschuldige familie om het leven was gekomen. Dat was “een klap in mijn gezicht”, vertelde hij.

Het Amerikaanse ministerie van Defensie deed uitgebreid onderzoek naar de aanval. The New York Times kreeg het rapport in 2017 in handen. Daarin staat dat de internationale coalitie dacht dat de twee villa’s van IS’ers waren.

Met een drone hadden ze de huizen ongeveer anderhalf uur geobserveerd. Ze zagen geen wapens, maar het viel op dat er geen vrouwen en kinderen bij de huizen te zien waren, alleen mannen. Ook werd de poort opengedaan als er een auto aankwam, wat de indrukt wekte dat er een toegangscontrole was. Achteraf kwamen ze tot de conclusie dat er niets was dat de familie linkte aan IS.

Vijftienduizend dollar

Als blijk van goede wil boden de Amerikanen na de aanval Razzo 15.000 dollar aan. Dat heet hij geweigerd, omdat het volgens hem in geen verhouding staat tot alle schade die hij heeft geleden.

Sinds de aanval is Razzo naar eigen zeggen niet meer in staat om te werken. Hij kreeg granaatscherven in zijn rug en kan maar een paar honderd meter lopen. Een vervolgoperatie zou uitkomst kunnen bieden, maar daar heeft hij het geld niet voor.

Het huis van Basim Razzo voor de aanval Basim Razzo

Omdat de aanval is uitgevoerd door Nederlandse piloten, en Nederland de inlichtingen heeft beoordeeld en de aanval heeft goedgekeurd, wordt de staat nu aansprakelijk gesteld.

Bijleveld

Nadat minister Bijleveld in november had erkend dat Nederland betrokken was bij de luchtaanvallen in Hawija en Mosul, kondigde ze zelf al aan dat ze gaat onderzoeken hoe ze de slachtoffers van beide aanvallen financieel kan compenseren. Op de uitkomst van dat onderzoek wil Razzo dus niet wachten.

Uit eerdere betalingen die Nederland heeft gedaan aan nabestaanden in Afghanistan, blijkt dat de kans klein is dat Nederland een bedrag voorstelt dat in de buurt komt van de eis van Razzo. Tot dusver ging het om nooit meer dan enkele tienduizenden euro’s.

Advocaat Zegveld heeft het kabinet drie weken gegeven om te reageren.

Slachtoffer Nederlandse vergisbom claimt miljoenen smartengeld

Telegraaf 06.03.2020  De Irakees die vier familieleden verloor door een Nederlands vergisbombardement op Mosoel, vraagt de Nederlandse staat smartengeld. De claim kan oplopen tot twee miljoen dollar.

Basim Razzo verloor zijn dochter, vrouw, broer en neef bij het bombardement in de nacht van 21 september 2015. Hij raakte niet alleen zijn dierbaren kwijt maar ook zijn huis, grond, baan en reputatie. Ook raakte hij blijvend gehandicapt. En dat allemaal omdat de Amerikaanse inlichtingendienst had gemeld dat Razzo’s huis eigenlijk een IS-hoofdkwartier was. Razzo had niets met IS te maken.

De Telegraaf onthulde in november dat een Nederlandse F-16-vlieger de aanval op het woonhuis had gepland en uitgevoerd, op basis van die foute informatie. De vlieger deed zijn verhaal in deze krant en in het boek Missie F-16: „Ik werd misselijk toen ik het hoorde. Ik kon twee nachten niet slapen.”

’Bombardement onrechtmatig’

Minister Bijleveld van Defensie stelde na de onthullingen over Nederlandse vergisbombardementen dat Nederland ’wel verantwoordelijk maar niet aansprakelijk is’ in geval van burgerslachtoffers in de strijd tegen IS. Advocate Liesbeth Zegveld stelt de staat toch aansprakelijk. „Het bombardement is onrechtmatig.

Het gebruik van geweld tegen personen die niet rechtstreeks aan vijandelijkheden deelnemen is verboden op grond van geschreven en ongeschreven humanitair recht. Zeker gezien de beperkte en tegenstrijdige inlichtingen had Nederland dienen af te zien van de luchtaanval.” Volgens Zegveld is Nederland medeverantwoordelijk, omdat het samen optrekt met de Amerikanen, van wie de inlichtingen kwamen.

Razzo heeft goede hoop: „Ik ben natuurlijk nerveus voor de uitkomst van de zaak. Dit is de laatste kans.” Bij een poging om de schade te verhalen in de VS kreeg hij een aanbod van slechts 15.000 dollar. „Dat heb ik natuurlijk van de hand gewezen. Ik zei: dat is belachelijk, een belediging.” Zijn Amerikaanse advocaat had de schade becijferd op tussen de 1 en 2 miljoen dollar.

De aanval werd uitgevoerd op basis van slechts anderhalf uur videomateriaal van een Amerikaanse drone. Op die beelden waren geen wapens of verdachte activiteiten te zien, alleen iemand die het hek open deed voor een naderende BMW. Dat werd uitgelegd als signaal dat er een hooggeplaatst figuur aan kwam rijden.

Basim Razzo

’Vrouw bedekt onder puin’

„Ik keek nog wat YouTube-filmpjes die nacht”, vertelt Razzo. „Ik riep mijn dochter Tuka dat ze moest gaan slapen. Rond middernacht ging ik naast mijn vrouw in bed liggen. Ik werd wakker van een ongelofelijke explosie, een geluid dat ik nog nooit had gehoord.

Het rook branderig. Ik zag de sterrenhemel, dus het dak van de slaapkamer was ingestort. Ik keek opzij en zag dat mijn vrouw met puin was bedekt. Ik wist meteen dat ze weg was. Ik riep naar mijn dochter Tuka. Geen antwoord.”

De Nederlandse vlieger had ook de planning gedaan voor de aanval. „Het was een officiële missie waarvan we al dagen van tevoren wisten dat we hem gingen doen. Ik was de mission commander. Alles tot aan de debriefing was succesvol. Pas weken later hoorde ik dat er iets aan de hand was met deze missie.”

BEKIJK OOK:

Nabestaande Nederlandse vergisbom wil genoegdoening

BEKIJK OOK:

F-16-vlieger ziek van vergisbom

© Foto Evert-Jan Daniels Een Nederlandse F-16 in Jordanië, van waaruit de aanvallen op Irak werden uitgevoerd.

Slachtoffer Nederlandse luchtaanval eist 2,3 miljoen dollar

MSN 06.03.2020 Een burgerslachtoffer van een Nederlandse luchtaanval in Irak eist 2,3 miljoen dollar (ruim twee miljoen euro) aan smartengeld en andere vergoedingen van Nederland. De 61-jarige Basim Razzo, hoofd van een Irakese familie waarvan vier leden omkwamen bij een Nederlandse luchtaanval in september 2015, heeft vrijdag minister Ank Bijleveld (Defensie, CDA) aansprakelijk gesteld.

Het is de eerste schadeclaim van een burgerslachtoffer als gevolg van een Nederlandse militaire actie in de strijd tegen Islamitische Staat (2014-2018). Het kabinet schreef begin november vorig jaar dat bij twee Nederlandse luchtaanvallen burgerdoden waren gevallen, vier in Mosul en een onbekend aantal in Hawija, in het noorden van Irak.

Bij het bombardement op Mosul was er volgens Amerikaanse inlichtingen een hoofdkwartier van IS gevestigd in de twee villa’s. In werkelijkheid woonden er twee families die geen banden hadden met IS. Razzo, opgeleid in de VS en in Mosul actief als accountmanager voor het Chinese telecombedrijf Huawei, brak tijdens het bombardement zijn heup, linkervoet en schaambeen. Door granaatscherven in zijn rug kan hij niet meer lopen en werken. Zijn vrouw, dochter, broer en neefje kwamen om. Beide villa’s werden verwoest.

Volgens Razzo’s advocaat Zegveld was de aanval onrechtmatig. „Het oorlogsrecht verbiedt het bombarderen van burgerdoelen, en er was geen legitieme reden waarom dat hier toch gebeurde”, aldus de advocaat.

Het inlichtingenproces dat voorafging aan het bombardement toont volgens Zegveld grote tekortkomingen. Uit Amerikaanse documenten blijkt volgens haar dat analisten verregaande conclusies trokken op basis van relatief kortdurende beelden van drones boven de villa’s. Verdeeld over drie dagen was er een uur en 35 minuten gefilmd. Dat is „uitzonderlijk kort en afwijkend van de militaire norm”, zegt Zegveld.

Volgens Nederland moet een doel „uren en zelfs dagen achter elkaar” worden gefilmd om een goed beeld te krijgen, aldus de advocaat. De beelden van de Amerikaanse drones toonden slechts de villa’s en een man die een hek opende voor een naderende auto. Strijders, wapens, zwarte vlaggen of andere signalen van de aanwezigheid van IS werden niet waargenomen. Wel dook er later informatie op dat er in de buurt van de villa’s een IS-hoofdkwartier was geweest. Het Amerikaanse leger heeft beelden van de aanval op YouTube gezet.

Eerder, in 2017, hadden de VS al hun fout toegegeven aan Razzo en hem een bedrag van 15.000 dollar geboden. Dat heeft hij geweigerd omdat het bedrag veel te laag was om alle schade te compenseren en bijvoorbeeld een rugoperatie te kunnen betalen. Omdat Nederland toegaf de bom te hebben gegooid, heeft Razzo nu minister Bijleveld aansprakelijk gesteld.

Overigens lijkt de kans klein dat Razzo de gevraagde twee miljoen dollar krijgt. Bij eerdere schadevergoedingen, bijvoorbeeld in Afghanistan, heeft Defensie nooit zulke hoge bedragen uitgekeerd.

Luchtmacht wil opheldering van OM dat bombardement Irak ‘moord’ noemt

AD 04.03.2020 De hoogste generaal van de luchtmacht, Dennis Luyt, wil opheldering van het Openbare Ministerie waarom ze een bombardement in Irak bestempelen als ‘moord’. Denk-kamerleden noemden dat ook zo in een debat vorig jaar november en worden daarvoor nu niet vervolgd nadat 3500 militairen aangifte deden.

 LtGen Dennis Luyt @dennisluyt

We zoeken uit bij ⁦<a href=”https://twitter.com/Het_OM?ref_src=twsrc%5Etfw”>@Het_OM</a>⁩ wat ze nu precies gezegd hebben. Want ik kan me niet voorstellen dat het OM het binnen de regels van het oorlogsrecht en met mandaat toepassen van geweld door onze militairen als ‘moord’ bestempelt. To be continued! <a href=”https://t.co/xplLPu8zY7″>https://t.co/xplLPu8zY7</a>

De uitleg van het OM om de Kamerleden niet te vervolgen maakt veel los onder militairen. Generaal Luyt kan zich niet voorstellen dat het geweld dat militairen mét toestemming van de politiek mogen gebruiken, wordt bestempeld als ‘moord’, zo laat hij in een reactie op Twitter weten. Zeker niet als dat binnen de regels van het oorlogsrecht wordt gedaan. Ook Kamerleden zijn ontstemd. VVD-er André Bosman heeft een debat aangevraagd met minister Ferd Grapperhaus van Justitie en Veiligheid.

Inmiddels is er overleg tussen ministers Ank Bijleveld van Defensie en Ferd Grapperhaus van Justitie en Veiligheid over de passage in een brief die het OM stuurde aan advocaat Michael Ruperti. Hij deed namens de 3500 mensen aangifte tegen de Denk-Kamerleden Özturk en Azarkan omdat ze militairen beschuldigden van moord. Dat gebeurde in een debat over een bombardement waarbij 74 doden vielen, zeer waarschijnlijk ook burgers.

Het OM vindt de uitlating niet strafbaar. In beginsel is het beledigend, maar in dit geval niet onnodig grievend omdat moord juridisch immers ‘doden met voorbedachten rade’ is, zo staat in de brief. Bij dit bombardement – net als bij zo veel militaire acties – is daarvan sprake, aldus het OM. Al heeft die voorbedachten rade geen betrekking op de eventuele burgerdoden.

Lees ook;

Lees meer

Tientallen reacties

Vooral die uitleg schokt veel militairen die aangifte deden. Bij advocaat Michael Ruperti kwamen vanmorgen tientallen reacties binnen van militairen. Ruperti heeft aangekondigd een procedure te starten om af te dwingen dat het OM de Denk-Kamerleden alsnog moet vervolgen.

Volgens hem klopt de redenering van het OM niet. Sinds de strafzaak tegen militair Eric O. die bij een schietincident betrokken was in Irak in 2003 ligt er een afspraak dat militairen die handelen volgens het oorlogsrecht en het geweldsmandaat dat de politiek hen opdraagt, niet vervolgd kunnen worden voor moord. Als er iets misgaat en er onbedoeld dodelijke slachtoffers vallen, kunnen ze wel worden vervolgd omdat ze het dienstvoorschrift niet hebben nageleefd.

Denk-Kamerleden niet vervolgd voor moordbeschuldiging tegen militairen

NOS 04.03.2020 Het Openbaar Ministerie gaat twee Kamerleden van Denk niet vervolgen voor het gebruik van het woord ‘moord’ in verband met een bombardement door de Nederlandse luchtmacht in 2015 in Irak. Bij dat bombardement op een bommenfabriek van Islamitische Staat in de stad Hawija kwamen meer dan zeventig burgers om.

De uitspraken zijn gedaan in de Tweede kamer en vallen daarom onder de parlementaire onschendbaarheid, concludeert het OM. Daarbij is de term ‘moord’ dagelijks taalgebruik wanneer iemand een ander doodt. Dodelijk geweld door militairen binnen hun bevoegdheden valt niet onder deze term, maar het OM vindt de uitlatingen niet onnodig beledigend.

Denk-Kamerleden Öztürk en Azarkan zouden daarom niets strafbaars hebben gedaan. Tijdens een Kamerdebat in november nam Denk-Kamerlid Öztürk het woord ‘moord’ in de mond. “Deze minister ziet niet de ernst van deze moord in”, zei hij. Zijn partijgenoot Azarkan verdedigde dat ’s avonds in het tv-programma Pauw.

Azarkan niet verrast

Azarkan zei vanochtend in het NOS Radio 1 Journaal dat het OM hem nog niet op de hoogte had gebracht van het besluit, maar dat het nieuws hem niet verbaast. “Vrijwel elke rechtsgeleerde was van mening dat wat de heer Öztürk in de Kamer zei onder het recht valt van een Kamerlid.”

Ook zou Öztürk nooit de militairen zelf hebben willen aanvallen. “Het was een debat met de minister van Defensie. Daar richtte hij zich toe. Dat advocaat Ruperti daar een heel circus van maakt en aangifte doet, terwijl hij weet dat dat kansloos is, dat is buitengewoon jammer.”

Advocaat Ruperti deed samen met 1200 militairen en veteranen aangifte tegen de beide Kamerleden. Zij zouden zich schuldig hebben gemaakt aan het zaaien van haat, belediging en laster. Ook eisten ze dat de Kamerleden openlijk hun excuses zouden aanbieden.

Ruperti zei tegen het AD dat hij naar het gerechtshof stapt om het OM te dwingen de zaak voor de rechter te brengen.

Vakbond mogelijk naar rechter

De militaire vakbond ACOM laat het er niet bij zitten. “We vinden dit weer een trap na, niet van de Kamerleden maar van het Openbaar Ministerie”, zei voorzitter Jan Kropf in het NOS Radio 1 Journaal. “Dit betekent dat iedereen, militairen maar ook politieagenten, die in de lijn van hun werk een slachtoffer maakt een moordenaar is.”

Kropf stelt dat je met de redenering van het OM militairen die op missie gaan van poging tot moord kunt beschuldigen. “Ik vind dat een hele rare kwalificatie.”

Vakbond ACOM overweegt naar de rechter te stappen om het OM tot vervolging van de Kamerleden te dwingen. “Wat natuurlijk de discussie is, is of het vrij mogen spreken in een Kamerdebat betekent dat je dit moet toelaten. Want waar ligt dan de grens?”

 Andre Bosman @andrebosman

Bizarre uitspraak van @Het_OM . Snappen ze daar iets van oorlogsrecht? Deze uitspraak zet de militair in een volstrekt fout daglicht en doet onrecht aan de inzet van de militair. Hier moet @ferdgrapperhaus zeer snel uitleg over geven!

15 uur geleden

VVD-Kamerlid Bosman noemt het besluit van het OM bizar. “Deze uitspraak zet de militair in een volstrekt fout daglicht en doet onrecht aan de inzet van de militair”, schrijft hij op Twitter. Hij wil uitleg van minister Grapperhaus van Justitie.

Bekijk ook;

OM betreurt ophef over term moord na bombardement

AD 04.03.2020 Het Openbaar Ministerie betreurt de ophef die is ontstaan over de uitleg om twee DENK-kamerleden niet te vervolgen nadat ze militairen beschuldigden van moord na een bombardement in Irak.

De officier van justitie schreef in een brief aan de 3500 militairen die aangifte deden dat de DENK-kamerleden Özturk en Azarkan niets strafbaars hebben gedaan omdat er in juridische zin sprake is van moord, zoals bij heel veel militaire operaties. Die uitleg leidde bij militairen van hoog tot laag geschokte reacties. Luchtmachtgeneraal Dennis Luyt wilde opheldering van het OM en ook minister van Defensie Ank Bijleveld reageerde ontstemd. ,,Ik sta voor mijn mensen. De kwalificatie moord of moordenaars in verband met het werk dat zij moeten doen, werp ik verre van mij.’’

Het OM vindt nu dat het beter had moeten uitleggen dat militairen niet beticht kunnen worden van een strafbaar feit zolang zij binnen hun geweldsinstructie handelen. In het dagelijks taalgebruik wordt moord echter wel vaak gebruikt voor het doden van een ander, en zo hebben ook de twee DENK-kamerleden dat volgens het OM ook gedaan. Voor het OM valt dat binnen de vrijheid van het politieke debat en is dat niet strafbaar.

Advocaat Michael Ruperti, die aangifte deed namens de 3500 militairen, neemt geen genoegen met die uitleg. ,,In brief staat duidelijk dat militaire operaties gekwalificeerd worden als moord. Dat hadden ze niet moeten doen.”

DENK-Kamerlid Selcuk Öztürk niet vervolgd om ‘moord-opmerking’

MSN 04.03.2020 DENK-Kamerlid Selçuk Öztürk wordt niet vervolgd om zijn ‘moord-opmerking’, waarmee hij eind vorig jaar in opspraak kwam. Het Openbaar Ministerie oordeelt dat hij niets strafbaars heeft gedaan. Dat schrijft het AD.

Aangifte militairen

Ruim zeshonderd militairen en veteranen deden vorig jaar aangifte tegen Tweede Kamerlid Selcuk Öztürk (DENK). Zij vonden dat die over de schreef ging toen hij de Nederlandse luchtaanval die Iraakse burgers in 2015 het leven kostte ‘moord’ noemde. Öztürk maakte zich volgens de militairen daarmee schuldig aan het zaaien van haat, belediging en laster.

Kamerdebat

De gewraakte term viel eind vorig jaar in het Kamerdebat over de luchtaanval. Het kwam Öztürk meteen op een schrobbering te staan van voorzitter Khadija Arib en vrijwel alle andere aanwezige Kamerleden. Ze vroegen hem zijn woorden terug te nemen, maar hij weigerde. De nabestaanden spreken ook van moord, stelde hij.

Parlementaire onschendbaarheid

Volgens het AD schrijft het Openbaar Ministerie (OM) nu in een brief aan de advocaat van Öztürkdat hij niet vervolgd kan worden. Omdat hij zijn uitspraak deed tijdens een debat in de Tweede Kamer, geniet hij parlementaire onschendbaarheid.

Uitspraak op tv

Later die avond herhaalde mede-partijgenoot Farid Azarkan de uitspraak op tv. Maar ook Azarkan wordt volgens het OM niet veroordeeld. De uitspraak was weliswaar ‘beledigend’, maar volgens de brief niet ‘onnodig grievend’ en daarom niet strafbaar.

OM: Denk mag ons leger ‘moordenaars’ noemen

Telegraaf 04.03.2020 De Denk-Kamerleden die Nederlandse militairen beschuldigden van moord na een bombardement in Irak, worden niet vervolgd. Bij de aanval vielen vermoedelijk ook burgerdoden.

De Kamerleden hebben volgens het Openbaar Ministerie niets strafbaars gedaan. Bij de militaire actie was er sprake van „doden met voorbedachten rade” en dat is in juridische zin „moord”, aldus het OM. Vooral die uitleg schokt militairen die aangifte deden. Dat meldt het AD

Denk-Kamerlid Selçuk Özturk raakte in november in opspraak tijdens een debat over een Nederlands bombardement bij het Iraakse Hawija, waarbij 74 slachtoffers vielen, vermoedelijk ook veel burgers. Dat kon gebeuren omdat de informatie niet deugde. De vliegers viel niets te verwijten.

Toch zei Özturk dat de militairen „willens en wetens” onschuldige burgers hebben vermoord. Zijn partijgenoot Farid Azarkan herhaalde dat diezelfde avond op tv.

BEKIJK MEER VAN; defensie misdaad Selçuk Öztürk Amsterdam Denk-Kamerleden

Defensie wist dat bombardement Hawija gevaarlijker kon zijn dan berekend

NU 18.02.2020 Het ministerie van Defensie wist dat het bombardement op de Iraakse stad Hawija in 2015 gevaarlijker kon uitpakken dan was gebleken uit de risicoanalyse, blijkt uit documenten die de rijksoverheid maandag heeft vrijgegeven. Door het bombardement vielen minstens zeventig doden.

In de documenten is te lezen dat er voorafgaand aan het bombardement een Collateral Damage Estimate (CDE) is uitgevoerd. Hierbij wordt berekend hoe groot de risico’s van een aanval zijn.

Defensie keek ook naar aanvallen die in het verleden zijn uitgevoerd en wat voor schade bijkomende explosies als gevolg van de bommen zouden veroorzaken. Hieruit bleek dat de extra schade van het bombardement groter kon zijn dan in de CDE was berekend.

Wel zou deze schade naar verwachting binnen het complex blijven dat Defensie wilde aanvallen. Ook had de missie alleen tot materiële schade moeten leiden, doordat deze ’s nachts werd uitgevoerd. De officier die moest bepalen of de aanval zou doorgaan, besloot dat het militaire voordeel belangrijker was dan de mogelijke extra schade.

De vliegers die de missie hebben uitgevoerd, hebben dit volgens het ministerie van Defensie “zorgvuldig en zonder fouten” gedaan. Ook zou het juiste doel zijn geraakt. De bijkomende schade van de missie kwam neer op de verwoesting van vierhonderd gebouwen.

Kabinet verzweeg burgerdoden lange tijd

In juni 2015 voerden Nederlandse F-16’s een luchtaanval uit op een bommenfabriek van IS. Bij de aanval werd ook een woonwijk verwoest.

In de fabriek bleken veel meer explosieven te liggen dan vooraf werd aangenomen. Naast de tientallen dodelijke slachtoffers raakten ongeveer honderd mensen gewond.

Een aantal dagen na de aanval zei de toenmalige defensieminister Jeanine Hennis-Plasschaert in een antwoord op Kamervragen dat er voor zover bekend geen burgerslachtoffers waren gevallen.

De Luchtmacht wist echter direct dat er zogenoemde nevenschade was. Ook bleek later uit een Amerikaans rapport dat de kans groot was dat er bij de aanval wel degelijk burgerslachtoffers waren gevallen. De Kamer bleek dus verkeerd geïnformeerd.

Huidig minister van Defensie Ank Bijleveld verklaarde in november vorig jaar – een aantal weken nadat NRC en de NOS eigen onderzoek naar de luchtaanval publiceerden – dat het ministerie van Algemene Zaken en premier Mark Rutte op de hoogte waren van de burgerdoden. Een dag later zei Rutte dat hij zich dit niet kon herinneren.

Zie ook: Waarom kan Rutte zich de burgerdoden in Hawija niet herinneren?

Lees meer over: Irak Politiek

OM-onderzoek naar burgerdoden Hawija was laat en beperkt

NOS 18.02.2020 Het onderzoek van het Openbaar Ministerie naar het bombardement in Hawija was beperkt en kwam pas na een jaar op gang. Dat blijkt uit interne documenten en antwoorden van het OM die in bezit zijn van NOS en NRC.

Bij de aanval van een Nederlandse F-16 op de bommenfabriek van IS in 2015 kwamen zeker zeventig Iraakse burgers om het leven, bleek in oktober vorig jaar. Een complete wijk werd verwoest. Het was een van de bloedigste aanvallen van de internationale coalitie in de strijd tegen IS.

Het onderzoek van het OM kende meerdere beperkingen. Pas na vijftien maanden werden de piloten voor het eerst gehoord. Betrokken militairen uit andere coalitielanden kregen bovendien niet het verzoek om mee te werken en er is geen onderzoek gedaan in Irak. Bovendien had het Openbaar Ministerie alleen de beschikking over informatie die in het bezit was van Nederland.

Minister Bijleveld van Defensie werd in november naar de Kamer geroepen om zich te verantwoorden voor het incident. Het kabinet beschouwde de zaak als afgehandeld omdat het Openbaar Ministerie de gebeurtenis heeft onderzocht. “Die hebben ernaar gekeken en die hebben vastgesteld dat hier rechtmatig is gehandeld”, zei Bijleveld.

Geen onderzoek rechtmatigheid

De rechtmatigheid van de aanval is echter nooit specifiek onderzocht. Dat gebeurt alleen als Defensie aangifte doet tegen een militair. Het uitgangspunt was volgens het OM om “effectief onderzoek te doen naar de feiten en omstandigheden waaronder de burgerslachtoffers zijn gevallen.” Het onderzoek was niet gericht op de vraag “of de geweldsaanwending rechtmatig is”. Die vraag zou pas opkomen als er nieuwe aanwijzingen waren dat militairen het oorlogsrecht hadden geschonden.

Wel is er geprobeerd om meer duidelijkheid te krijgen over het aantal burgerdoden, al waren de onderzoeksmethoden “zeer beperkt” omdat onderzoekers Irak niet in konden en men “in grote mate afhankelijk was van informatie van derden”.

Het OM wilde naar buiten toe voorkomen dat het beeld zou ontstaan “alsof het OM ‘goedkeuring’ heeft gegeven aan de inzet”, schrijft een medewerker in een mail aan zijn collega’s. “Dit is wat het OM betreft een ongewenst effect.”

Jaloud-zaak

Het doel van het onderzoek was vooral om problemen in de toekomst te voorkomen, zo blijkt uit antwoorden van het OM. “Gezien de mogelijkheid van een klacht (…) dient Nederland effectief onderzoek te doen”.

Aanleiding voor deze werkwijze was de Jaloud-zaak. In 2014 had het Europees Hof voor de Rechten van de Mens geoordeeld dat het Openbaar Ministerie ernstig tekort was geschoten in het onderzoek naar de dood van de Irakees Azhar Jaloud. Die was in 2004 doodgeschoten bij een checkpoint in Irak. Het OM oordeelde dat de Nederlandse luitenant die hierbij betrokken was geen blaam trof. De familie van Jaloud startte een zogeheten artikel 12-procedure, om het OM alsnog tot vervolging te dwingen.

Vanwege het stevige oordeel van het Europees Hof in de Jaloud-zaak, en de mogelijkheid dat ook nabestaanden van toekomstige slachtoffers een procedure beginnen, besloot het Openbaar Ministerie voortaan elk incident te onderzoeken waarbij melding wordt gedaan van burgerdoden.

Jaar later

Dat het vijftien maanden duurde voordat de twee piloten van het Hawija-bombardement werden gehoord is opvallend, omdat in de Jaloud-zaak het Europees Hof het OM juist had verweten dat de betrokken militair “met een vertraging van zes uur” werd geïnterviewd. Die militair had daardoor volgens het Europees Hof de kans gekregen zijn eigen versie van de werkelijkheid te construeren.

Dat het onderzoek zo lang op zich liet wachten lag in eerste instantie aan Defensie. Hoewel er op de video van de piloten een ongekende explosie te zien is, en de fabriek dicht bij een woonwijk lag, spreekt de luchtmachtcommandant in zijn verslag van het bombardement met geen woord over de mogelijkheid van burgerdoden. Hij benoemt alleen de aanzienlijke schade aan diverse gebouwen. Was dat wel gebeurd, dan was er volgens het OM direct een onderzoek gestart.

Verslaggever Lex Runderkamp bezocht de plek waar de Nederlandse F-16-bom viel. Hij zag vier jaar na dato nog veel schade:

Dit is de plek waar de Nederlandse F-16-bom viel

Maar ook als Den Haag een paar dagen later bericht krijgt van het Pentagon, dat er waarschijnlijk burgerdoden zijn gevallen bij de aanval, wordt het OM niet ingelicht. Defensie besluit in plaats daarvan zelf onderzoek te gaan doen.

Ook het ministerie van Justitie en Veiligheid, waar ze weet hebben van de mogelijke burgerdoden, informeert het OM niet. Mogelijk gaan ze ervan uit dat het OM al is ingelicht door Defensie. “Er wordt nu, zoals gebruikelijk, onderzoek uitgevoerd (…) Ook het OM en de Koninklijke Marechaussee zijn hierbij betrokken”, schrijft een ambtenaar twee dagen na de aanval aan de minister van Justitie. Dat klopt dus niet.

Telefonisch interview

Pas als Defensie een tweede rapport uit de Verenigde Staten ontvangt, wordt in maart 2016 – negen maanden na de aanval – het OM op de hoogte gebracht. Die starten nog dezelfde dag een onderzoek.

Maar ook het OM wacht dan nog een half jaar met horen van de piloten. Het onderzoek loopt vertraging op doordat het specialistisch onderzoeksteam van de marechaussee dat belast is met de zaak, onderzoek moet doen naar een mortierongeluk in Mali. Pas in september 2016 vindt het eerste interview plaats. Een van de twee piloten is op dat moment met verlof in Nederland, en moet telefonisch worden geïnterviewd door de marechaussee vanuit Jordanië.

Het OM werkt inmiddels aan een nieuwe procedure waarin onder andere geregeld moet worden dat Defensie eerder melding maakt van mogelijke burgerdoden als men daar weet van heeft. Hoe dat geregeld moet worden, is nog onduidelijk, laat het OM weten. “We kunnen Defensie hier niet zonder meer toe verplichten.”

De vlucht werd uitgevoerd vanaf de luchtmachtbasis in Jordanië Defensie

Hoe Nederland groen licht gaf voor een bomaanval waarbij 70 doden vielen

NOS 18.02.2020 Bij een Nederlandse luchtaanval in Irak in 2015 zijn zeker zeventig mannen, vrouwen en kinderen om het leven gekomen, bleek eind oktober. Driemaal werd er over gedebatteerd in de Tweede Kamer, maar een belangrijke vraag bleef onbeantwoord: hoe heeft het mis kunnen gaan? Nu, vier maanden later, is een deel van die vraag te beantwoorden.

Een reconstructie op basis van interne documenten die op verzoek van NOS en NRC zijn verstrekt met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur en gesprekken met diverse betrokkenen.

In het voorjaar van 2015 weet bijna niemand in Hawija dat aan de rand van hun stad de grootste bommenfabriek van terreurgroep IS ooit staat. Voor de bezetting door IS was het een druk gebied met garages en kleine autobedrijfjes. Nu worden er autobommen gefabriceerd, die mogelijk worden ingezet in een groot deel van Irak. Het fabrieksterrein is afgesloten voor burgers, om te voorkomen dat het bestaan van de fabriek uitkomt.

Trucks, humvees en bommenauto’s

Toch krijgt de internationale coalitie eind mei lucht van de bommenfabriek. Meerdere bronnen uit Hawija – mogelijk infiltranten bij IS – bevestigen dat er tientallen trucks, humvees en bommenauto’s in het gebouw staan. Het is een geweldige opsteker voor de coalitie, die samen met de Koerdische Peshmerga probeert de frontlinie bij het nabijgelegen Kirkuk te verdedigen en regelmatig te maken heeft met IS-autobommen.

Beelden van een drone, die permanent boven Hawija hangt, worden bestudeerd. Hoeveel auto’s rijden de fabriek binnen? Hoe groot is de fabriek en hoeveel munitie zou er kunnen liggen? Hoe ziet het dagelijks leven op straat eruit? De coalitie krijgt foto’s van dicht bij de fabriek, waarop te zien is dat er nog meer auto’s en explosieven naar binnen worden gebracht.

Nul doden

Voor alle coalitielanden geldt in 2015: als vooraf duidelijk is dat er ook maar één burgerdode zal vallen, mag een aanval niet uitgevoerd worden. Om dat te berekenen, wordt gebruikgemaakt van Amerikaanse software die de zogenaamde Non-combatant Casualty Cut-off Value (NCV) berekent: het aantal burgers dat mogelijk om zal komen bij de aanval. De procedure begint met het trekken van een cirkel rondom het doel waar de schade naar verwachting zal optreden.

Op onderstaande satellietbeelden is goed te zien hoe het het complete industrieterrein in Hawija is weggevaagd door de aanval. Beweeg naar links of rechts om het verschil te zien.

voor en na

De berekening wordt gemaakt door Amerikaanse militairen in Qatar, maar omdat Nederland de aanval op Hawija heeft toegewezen gekregen, kijkt een Nederlandse militair – de zogeheten Red Card Holder – over de schouder van zijn Amerikaanse collega’s mee. De bommenfabriek ligt op tweehonderd meter van een woonwijk. Zonder voorzorgsmaatregelen lijken burgerdoden niet te voorkomen, dus worden er maatregelen in het systeem ingevoerd.

Ondanks het gebruik van een precisiegeleide glijbom volgt uit de berekening dat er mogelijk een klein aantal burgers zal omkomen. Pas als wordt ingevoerd dat de aanval ’s nachts zal plaatsvinden – als niemand meer op straat is – komt de uitkomst op NCV = 0. De aanval mag in principe doorgaan.

Maar in de Amerikaanse procedure, de Collateral Damage Estimation (CDE), kan één ding niet: het is niet in staat om uit te rekenen hoe groot de impact is van de tweede ontploffing, die zal ontstaan door het exploderen van de munitie in de fabriek. Een losse inschatting moet worden gemaakt, op basis van eerdere aanvallen op bommenfabrieken.

Daaruit komt naar voren dat de nevenschade groter zou kunnen zijn dan de CDE aangeeft. Maar omdat de impact naar verwachting beperkt zal blijven tot het industriegebied, gaat men ervan uit dat er alleen materiële schade zal zijn. De aanval krijgt groen licht van de Nederlandse Red Card Holder.

Volledig fout

Op 2 juni scheert rond middernacht de eerste Nederlandse F-16 vlak over de stad. De bewoners van Hawija weten dan hoe laat het is: ze rennen in het donker naar buiten, in afwachting van de bom die zal vallen. Een paar minuten later volgt een tweede F-16, een korte knal en een gigantische tweede explosie die 400 huizen tot op een kilometer verderop gedeeltelijk doet instorten en op 60 kilometer nog te horen is. Meer dan 70 burgers verliezen het leven.

IS is een geweldige slag toegebracht. De Koerdische militairen in Kirkuk zijn opgelucht. Maar de schade in Hawija is gigantisch. De uitkomst van de berekeningen blijkt volledig fout te zijn. Er ligt 18.000 kilo springstof in de fabriek, veel meer dan ze verwacht en berekend hadden. Niet alleen het industriegebied, maar ook de nabijgelegen wijken worden daardoor getroffen. Of de informatie van een informant uit Hawija – die NOS en NRC vertelde dat hij gemeld heeft dat vier vrachtwagens de fabriek daags voor de aanval waren binnengereden – de internationale coalitie heeft bereikt is niet duidelijk.

De F-16’s vliegen nog een extra rondje boven Hawija om een Battle Damage Assessment te doen, maar door de enorme hitte en rook blijkt dat onmogelijk. Onbemande vliegtuigjes moeten worden ingezet om de schade op te nemen. Later die week worden nog meerdere vluchten uitgevoerd, en blijkt hoe groot de schade op de grond is.

Ook vier jaar later was die nog goed te zien, zag onze verslaggever in oktober !!

Op het ministerie van Defensie in Den Haag kijkt men na afloop puur naar de rechtmatigheid van de aanval. Hoe men zo verrast kon zijn door de hoeveelheid explosieven, en of de procedures wel voldoen, wordt niet onderzocht. Alleen de Amerikanen hebben daarnaar gekeken. In een rapport dat ook naar Nederland is gestuurd, komen ze met twee aanbevelingen, waarvan één door het Amerikaanse Centcom wordt overgenomen, zo staat in het rapport.

Wat die aanbevelingen zijn wil Defensie niet kwijt, omdat de informatie door de Amerikanen is geclassificeerd. Wel is duidelijk dat Nederland sinds Hawija geen enkele aanval meer heeft uitgevoerd op bommenfabrieken in de buurt van woonwijken.

Bekijk ook;

In de wijk waar de bom is gevallen staat niets meer overeind NOS

Bombardement in Hawija was riskanter dan berekend, maar werd toch doorgezet

NOS 18.02.2020 Voor het Nederlandse bombardement in het Iraakse Hawija, waarbij zeker zeventig burgers om het leven kwamen, was bekend dat “de verwachte nevenschade groter zou kunnen zijn” dan uit berekeningen naar voren kwam. Dat blijkt uit interne documenten van Defensie, die met een beroep van NOS en NRC op de Wet openbaarheid van bestuur zijn vrijgegeven.

De berekeningen werden gemaakt in de zogenoemde CDE, de Collateral Damage Estimation. Daarmee werd ingeschat hoeveel burgerdoden er te verwachten waren. Voor alle landen in de internationale coalitie gold in 2015: als vooraf duidelijk was dat er ook maar één burgerdode zou vallen, mocht een aanval niet worden uitgevoerd. Ook bij de aanval op Hawija was dat berekende aantal nul.

Maar de Amerikaanse software was niet in staat om uit te rekenen hoe groot de impact zou zijn van een tweede ontploffing, die kan ontstaan bij het bombarderen van een bommenfabriek, zoals in Hawija. Dus werd een inschatting gemaakt op basis van eerdere aanvallen op bommenfabrieken. Men concludeerde daaruit dat de verwachte nevenschade groter zou kunnen zijn dan de berekeningen lieten zien, maar dat de schade “niet buiten het industriële complex zou reiken en er bij nacht dus alleen materiële schade zou zijn”.

Met de kennis van nu blijkt dat een misvatting te zijn geweest. Meer dan 400 gebouwen raakten beschadigd, en meer dan zeventig burgers kwamen om het leven. Defensie wijt dat aan de aanwezigheid van meer munitie in de fabriek dan men van tevoren wist. De procedure deugde wel, concludeert het ministerie.

“De mogelijke schade werd door de Nederlandse Red Card Holder (RCH) beoordeeld als niet buitensporig in verhouding tot het verwachte militaire voordeel”. Zo staat beschreven in het onderzoek dat Defensie zelf naar het incident deed.

Verslaggever Lex Runderkamp was vorig najaar in Hawija; vier jaar na de bomaanval was daar nog veel schade te zien.

Dit is de plek waar de Nederlandse F-16-bom viel

Driemaal moest het kabinet zich dit najaar voor de kwestie verantwoorden in de Tweede Kamer. Volgens premier Rutte kon de Kamer al die jaren niet worden bijgepraat over het incident omdat het “protocol” het op dat moment niet toeliet vanwege de veiligheid van de vliegers.

“Het is niet zo dat kennis over wel of geen burgerslachtoffers gedeeld had kunnen worden met de Kamer, want vanwege de veiligheid van vliegers was het protocol op dat moment dat dit niet met de Kamer werd gedeeld”,Premier Rutte op 27 november in de Tweede Kamer

NRC en NOS vroegen ook alle documenten op die betrekking hebben op het transparantiebeleid van het kabinet, maar nergens blijkt dat er een protocol was dat niet toestond dat de Kamer werd geïnformeerd. Het enige protocol dat is gedeeld is “de procedure minimaliseren/melden burgerslachtoffers”, waarin de afspraken staan die de betrokken ministeries maakten bij de aanvang van de missie tegen IS in 2014.

Uit dat protocol blijkt juist het tegendeel: “Per casus (…) wordt bezien of de Tweede Kamer op de hoogte moet worden gesteld”, zo is de afspraak bij incidenten met burgerdoden. In geen enkel document wordt verwezen naar de veiligheid van de vliegers of afspraken die met vliegers zouden zijn gemaakt.

Pas als minister van Defensie Bijleveld in 2019 gehoor wil geven aan de wens van Kamer om transparanter te zijn, wordt de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) gevraagd om een analyse te maken van de “mogelijke risico’s voor de veiligheid” wanneer het beleid zou worden aangepast. Wat de uitkomst van die analyse is, wordt niet vermeld.

Bekijk ook;

 

Nederland hoort nabestaanden van burgerslachtoffers te compenseren

NU 10.02.2020 Als Nederland deelneemt aan een militaire ingreep in het buitenland en burgerslachtoffers veroorzaakt, dan kan de Staat volgens de wet verplicht worden om schadeclaims van bijvoorbeeld nabestaanden te honoreren, blijkt uit een in 2014 opgesteld document dat maandag door het ministerie van Defensie is vrijgegeven.

In de nota worden geen procedures genoemd die slachtoffers moeten doorlopen. Ook eventuele geldbedragen worden niet verder uitgelicht.

De richtlijnen van het departement staan haaks op de lijn die Defensieminister Ank Bijleveld volhield rondom de doden bij luchtaanvallen in 2015 in de Iraakse stad Hawija. Tenminste zeventig mensen kwamen daarbij om het leven. Bijleveld stelde dat nabestaanden voor compensatie in eerste instantie bij Irakese autoriteiten moesten aankloppen, omdat Irak onder andere Nederland had gevraagd om hulp in de strijd tegen Islamitische Staat (IS).

Een woordvoerder van Defensie laat in gesprek met het NRC weten dat het departement nog steeds achter dat standpunt staat. Echter blijkt uit het document dat er geen verdrag is met Irak waarin mogelijke schadeclaims zijn opgenomen. “Noch is er de verwachting dat dit verdrag er gaat komen.”

‘Document gaat rol spelen in mogelijke zaak Irakezen tegen de Staat’

Het dagblad berichtte al eerder dat tientallen Irakezen een schadeclaim voorbereiden tegen de Nederlandse Staat, omdat zij vinden dat ze slachtoffer zijn geworden van de luchtaanval in Hawija. Hun advocaat Liesbeth Zegveld voorspelt dat het document “een rol gaat spelen bij de komende procedure”.

Nederland nam van oktober 2014 tot en met juni 2016 deel aan de missie om IS te bestrijden in Irak. In 2018 werd de missie weer hervat en uitgebreid naar Syrië. Nederlandse F-16’s hebben ongeveer drieduizend missies voltooid en in zeven van de tien missies hun wapens ingezet.

Lees meer over: Politiek  Ministerie van Defensie

De omgeving van de explosievenfabriek in Hawija werd volledig verwoest NOS

Defensie had in 2014 al richtlijn voor compensatie burgerslachtoffers Irak

NOS 10.02.2020 Defensie heeft in 2014 intern al afgesproken dat Nederland een schadevergoeding zou betalen aan nabestaanden van eventuele slachtoffers van Nederlands militair ingrijpen in Irak.

Dat blijkt uit stukken uit dat jaar die het ministerie van Defensie vandaag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Toch heeft het kabinet geen enkele poging gedaan om nabestaanden van Nederlandse bombardementen in Hawija en Mosul te compenseren.

Bij een bombardement door een Nederlandse F-16 kwamen in 2015 in Hawija zeker zeventig burgers om het leven. Het doelwit was een bommenfabriek van Islamitische Staat, maar daar lag zo’n grote hoeveelheid explosieven dat een nabijgelegen wijk volledig werd verwoest.

Nadat de NOS en NRC Handelsblad daar in oktober over hadden bericht, zei minister Bijleveld dat zij ervan uitging dat Irak voor de schadevergoeding voor de nabestaanden zou opdraaien. “Het is de internationale afspraak dat het in het land zelf wordt afgewikkeld”, zei Bijleveld, al moest ze wel erkennen dat dit “niet allemaal zo makkelijk en soepel” zou gaan.

Compensatieregelingen

Uit de interne stukken die nu naar de Kamer zijn gestuurd, blijkt dat Defensie in 2014 ervan uitging dat Nederland een verantwoordelijkheid zou hebben voor eventuele burgerslachtoffers.

“Indien er sprake is van burgerslachtoffers door Nederland, worden er compensatieregelingen opgesteld”, meldt een bijlage bij de nota ‘Procedure minimaliseren/melden burgerslachtoffers’ van het ministerie van Defensie.

“Er is geen verdrag met Irak waarin eventuele schadeclaims zijn opgenomen, noch is er de verwachting dat er een verdrag gaat komen. De Nederlandse staat kan op basis van wettelijke aansprakelijkheid worden aangesproken. Deze aansprakelijkheid is niet uit te sluiten. We kennen hiervoor geen standaardprocedures of geldbedragen.”

Verslaggever Lex Runderkamp bezocht de plek waar de Nederlandse F-16-bom viel. Zo zag het er in oktober uit:

Dit is de plek waar de Nederlandse F-16-bom viel

“Dit document gaat zeker een rol spelen bij de komende procedure van de slachtoffers van Hawija en Mosul”, zegt advocaat Liesbeth Zegveld die zestig nabestaanden bijstaat. “Er blijkt namelijk duidelijk uit dat Nederland verantwoordelijkheid neemt voor burgerslachtoffers, inclusief de civiele procedures die hieruit voortvloeien. En zo hoort het ook.”

Volgens minister Bijleveld is nooit met zekerheid vastgesteld dat er bij de Nederlandse luchtaanval op de bommenfabriek in Hawija burgers zijn omgekomen. Bij een aanval op Mosul in 2015, waarbij het doel geen IS-hoofdkwartier maar een woonhuis bleek te zijn, staat volgens de minister wel vast dat er twee burgers zijn overleden. Toch heeft defensie ook in die zaak nooit contact gezocht met de nabestaanden.

Pas na de publicatie van NOS en NRC over Hawija heeft de minister aan de Kamer toegezegd om te gaan kijken naar de mogelijkheid om een schadevergoeding uit te keren.

Niet eerder mogelijk

Een woordvoerder van het ministerie van Defensie zegt dat het tot nu toe niet mogelijk was om over te gaan tot het aanbieden van een vrijwillige vergoeding, want dat zou hebben “geleid tot het openbaar worden van de exacte locatie, datum en het vermoedelijke aantal burgerslachtoffers van deze aanvallen. Naar het oordeel van het kabinet was dit gedurende de hele inzetperiode omwille van veiligheidsredenen niet mogelijk.”

Met andere woorden: zolang de aanvallen niet publiekelijk door het kabinet waren erkend, hoefde er niet te worden overgaan tot het uitkeren van vergoedingen.

De volledige reactie van Defensie

Zoals de minister in de brief van 4 november 2019 heeft aangegeven, geldt op grond van het algemene internationaalrechtelijke beginsel van soevereiniteit van een staat, dat het aan Irak zelf is hoe wordt omgegaan met schade die als gevolg van het verzoek tot militaire steun wordt veroorzaakt.

Hieruit vloeit voort dat Iraakse burgers in eerste instantie terecht kunnen bij de Iraakse autoriteiten. Voor staatsaansprakelijkheid en de verdeling daarvan is geen specifiek verdrag tussen Nederland en Irak vereist. De uitspraken over de verantwoordelijkheid van Irak zijn gebaseerd op de algemeen geldende rechtsregels daaromtrent in het internationaal recht.

Zowel voor Hawija als Mosul is Defensie van mening dat er geen sprake is van onrechtmatig geweldgebruik. Daarmee is er geen sprake van civielrechtelijke aansprakelijkheid en vormen deze gevallen geen aanleiding om over te gaan tot het uitkeren van een schadevergoeding. Wel kan Defensie besluiten over te gaan tot een vrijwillige vergoeding.

Het aanbieden van een vrijwillige vergoeding voordat Defensie betrokkenheid bij de Hawija- en Mosul-casus had vrijgegeven, had echter geleid tot het openbaar worden van de exacte locatie, datum en het vermoedelijke aantal burgerslachtoffers van deze aanvallen. Naar het oordeel van het kabinet was dit gedurende de hele inzetperiode omwille van veiligheidsredenen niet mogelijk. De Kamer is hierover geïnformeerd in de brief van 4 november jl.

Momenteel onderzoekt Defensie de mogelijkheden om de getroffen gemeenschappen n.a.v. de wapeninzet te compenseren door middel van een vrijwillige vergoeding.

Bekijk ook;

Iraaks slachtoffer Nederlandse bommen wacht nog steeds op ‘sorry’ van de minister

AD 24.01.2020 In november erkende het ministerie van Defensie dat het Nederlandse bommen waren die het huis én het gezin van Basim Razzo vernietigde. Nu bijna drie maanden later heeft weduwnaar Razzo nog niets gehoord van de Nederlandse autoriteiten. ,,Ik vind dat ik recht heb op een verontschuldiging.’’

Jarenlang zweeg het Nederlandse ministerie van Defensie. Maar afgelopen november gaf minister Ank Bijleveld (CDA) toe dat de bommen die op 20 september 2015 de woningen van Basim Razzo en zijn broer in de Iraakse stad Mosul vernietigde, waren afgeworpen door een Nederlandse piloot.

Bij de aanval kwamen Basims vrouw Mayada, zijn dochter Tuqa (21), zijn broer Mohannad en zijn neef Najib (18) om. Het Nederlandse bombardement bleek gebaseerd op onjuiste informatie van de Amerikanen. Die dachten dat de twee woonhuizen een hoofdkwartier van terreurgroep IS waren. Maar de bewoners bleken niets met IS te maken te hebben, gaf de VS later toe.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Uit fatsoen en als een morele daad van erkenning verwacht ik dat Nederland contact opneemt, aldus Basim Razzo.

Razzo, die zelf zwaargewond raakte bij de aanval: ,,Ik kan geen reden bedenken waarom ik nog niets van de Nederlandse overheid heb gehoord. Uit fatsoen en als een morele daad van erkenning van verantwoordelijkheid verwacht ik dat ze contact opnemen en het juiste doen. Ik vind dat ik recht heb op een officiële verontschuldiging en daarna een echte compensatie voor het verlies van vier levens en twee huizen.’’

De Irakees wordt inmiddels bijgestaan door de Nederlandse advocate Liesbeth Zegveld. Zij gaat de Nederlandse staat aansprakelijk stellen voor de materiële (zijn woning, zijn auto en de medische kosten) en de immateriële schade (het overlijden van vier familieleden). ,,Maar het is eigenlijk schandelijk dat we daarvoor een juridische procedure moeten volgen’’, stelt Zegveld. ,,Er is zeker een schikking mogelijk.’’

Ik heb vertrouwen in de menselijk­heid van het Nederland­se systeem en vertrouw erop dat ik gerechtig­heid krijg, aldus Basim Razzo.

Razzo zelf: ,,Ik heb vertrouwen in de menselijkheid van het Nederlandse systeem en ik vertrouw erop dat ik gerechtigheid zal krijgen.’’ Een eerdere ‘genoegdoening’ van het Amerikaanse leger van 15.000 dollar weigerde hij vanwege het lage bedrag en omdat de VS niet de verantwoordelijkheid voor de aanval op zich wilde nemen.

Basim Razzo verloor zijn gezin en zijn woning in Irak door een Nederlandse bom. De bom werd afgeworpen na foutieve inlichtingen van de Amerikanen. © privé

De woningen van Basim Razzo en zijn broer Mohannad vier weken voor de aanval. © TerraServer, DigitalGlobe

De twee woningen na de aanval © TerraServer, DigitalGlobe

Nederland, dat onderdeel uitmaakt van de door de Amerikanen aangevoerde anti-IS coalitie, wilde jarenlang geen openheid van zaken geven, maar in november erkende Bijleveld de Nederlandse betrokkenheid bij twee incidenten: de aanval op de woning van Razzo en een bombardement in de Iraakse stad Hawija. Bij die aanval op een bommenfrabriek van IS vielen in de directe omgeving meer dan zestig burgerslachtoffers omdat er in het complex veel meer explosieven aanwezig dan de Coalitie dacht.

Hawija

Bij het bombardement in Hawija is veel lastiger te reconstrueren wie precies slachtoffers zijn van de aanval, bij de aanval in Mosul is dat duidelijk: Basim en de enige andere overlevende, zijn schoonzus. Razzo is niet lastig te traceren. ,,Mijn gegevens zijn doorgegeven aan het ministerie.’’ Hij spreekt ook vloeiend Engels; Razzo woonde jarenlang in de VS voor hij terugverhuisde naar Irak.

Een woordvoerder van het ministerie van Defensie zegt niet te weten waarom er nog geen contact met Razzo is opgenomen. Wel zegt hij dat er over enkele weken een brief naar de Tweede Kamer gaat waarin de minister verder ingaat op de afhandeling van de bombardementen. ,,Nederland is wel verantwoordelijk, maar niet aansprakelijk. Desondanks willen we kijken wat we op vrijwillige basis voor de gemeenschappen kunnen doen.’’

Bij het bombardement kwamen Basims vrouw Mayada (links), zijn broer Mohannad (midden), zijn neef Najib (rechts) en zijn dochter Tuqa (onder) om. © privé

© privé

‘Slachtoffers van Nederlandse bom in Hawija melden zich voor compensatie’

NU 17.01.2020 Tientallen mensen eisen een schadevergoeding van de Nederlandse staat voor het vernietigen van een woonwijk in de Iraakse stad Hawija in 2015, meldt Trouw. De slachtoffers worden bijgestaan door advocaat Liesbeth Zegveld.

Zegveld bereidt een zaak tegen de Nederlandse staat voor. Inmiddels hebben zich zestig mensen bij haar gemeld, omdat ze een compensatie van de staat willen voor de veroorzaakte schade.

Dit aantal kan nog oplopen. De hoogleraar, gespecialiseerd in oorlogsrecht, werkt samen met de hulporganisatie Al Gad in de Iraakse stad Kirkuk. Bij deze organisatie hebben zich al duizenden mensen gemeld.

Al Gad werkt sinds oktober aan de Hawija-zaak. Tofan Awad, die de organisatie leidt, identificeert de slachtoffers en controleert of de meldingen kloppen. Hij verzamelt ooggetuigenverklaringen en ondersteunend bewijs.

‘Bewijsmateriaal verzamelen is niet makkelijk’

Bewijsmateriaal verzamelen is “bepaald niet makkelijk”, stelt Awad in Trouw. Hawija was in 2015 bezet door Islamitische Staat (IS). Doordat er geen overheidsziekenhuizen en plaatselijke overheid waren, was er geen goede burgerregistratie. Sterfgevallen moeten nu door getuigen bevestigd zijn en ook gewonden moeten met bewijs komen.

Volgens de organisatie zijn waarschijnlijk niet alle meldingen van slachtoffers van de Nederlandse bom.

Zegveld vraagt zich in Trouw af of de staat zal vasthouden aan de opstelling dat er rechtmatig gehandeld is, maar dat er onjuiste inlichtingen waren over de hoeveelheid explosieven in de fabriek en over de nabijheid van burgers. “Ik hoop dat Nederland voor slachtoffers van Hawija alsnog zijn verantwoordelijkheid neemt”, zegt ze.

Burgerdoden werden lang verzwegen

In juni 2015 voerden Nederlandse F-16’s een luchtaanval uit op een bommenfabriek van IS. Bij de aanval werd ook een woonwijk verwoest. In de fabriek bleken veel meer explosieven te liggen dan vooraf werd aangenomen.

Er vielen minstens zeventig doden. Ook raakten ongeveer honderd mensen gewond. Het Nederlandse kabinet gaf dit in oktober toe, nadat de burgerdoden eerder werden verzwegen.

Zegveld zegt in Trouw dat er “extra leed is toegevoegd door te zwijgen”.

Lees meer over: Irak Politiek

Het industriegebied in Hawija is volledig verwoest NOS

60 mensen willen vergoeding van Staat om aanval Hawija

NOS 17.01.2020 Zestig mensen hebben zich gemeld bij advocaat Liesbeth Zegveld omdat ze een schadevergoeding willen van de Nederlandse Staat wegens het bombardement op Hawija in Irak. Volgens de advocaat kan dat aantal nog oplopen. Zegveld bereidt namens de slachtoffers een schadeclaim voor.

In oktober onthulden NOS en NRC dat in 2015 bij een aanval van een Nederlandse F-16 in Irak zeker zeventig burgers zijn gedood. Door het bombardement op een autobommenfabriek van IS en de daarop volgende explosies werd een wijk in Hawija verwoest. Het was een van de bloedigste aanvallen van de internationale coalitie in de strijd tegen IS.

Rol van Nederland

Slachtoffers en nabestaanden hebben de hulp gevraagd van Zegveld. “Waar het om gaat is de vraag: wat heeft Nederland gedaan om te voorkomen dat er zo veel burgerslachtoffers zouden vallen”, zei ze eerder. Ze vindt dat bewoners gewaarschuwd hadden kunnen worden met pamfletten dat er een bombardement zou komen.

Sinds het nieuws over het bombardement bekend werd heeft de Tweede Kamer meerdere keren over de kwestie gedebatteerd. Daarbij ging het over de vraag of er doelbewust informatie is achtergehouden na het Nederlandse bombardement. Premier Rutte zei in een debat eind november dat er geen sprake is van een doofpot.

Wel erkende hij dat er in een brief van toenmalig minister Hennis over de luchtaanval een fout stond. Er werd gesuggereerd dat er geen burgerdoden waren, terwijl er zo’n 70 slachtoffers bleken te zijn.

Bekijk ook;

VS en bondgenoten staken trainingsmissie in Irak, militairen extra beveiligd

NU 04.01.2020 De Verenigde Staten en hun bondgenoten staken vanwege de verhoogde dreiging van een aanval uit Iran per direct en voor onbepaalde tijd trainingen van Iraakse militairen in opleiding, laat een woordvoerder van de NAVO zaterdag weten. De bescherming van alle troepen die meedoen aan de militaire operatie Inherent Resolve (OIR) wordt opgeschaald.

Dat besluit zou ook Nederlandse militairen en experts onder verscherpt toezicht stellen. Nederland nam samen met veertien andere bondgenoten van de VS deel aan OIR.

“De veiligheid van ons personeel in Irak gaat boven alles”, zegt woordvoerder Dylan White van de NAVO. “Wij blijven alle nodige voorzorgsmaatregelen nemen. De NAVO-missie wordt voortgezet, maar de trainingsactiviteiten worden tijdelijk opgeschort.”

Uit een Kamerbrief (meer) van medio oktober blijkt dat in Noord-Irak en Bagdad ten minste zestig Nederlandse militairen actief zijn, mogelijk gesteund door twintig experts. De Nederlandse militairen geven onder meer trainingen aan Koerdische en Iraakse militairen in het gebied.

Uitgerekend in Bagdad vond in de nacht van vrijdag op zaterdag een nieuwe luchtaanval plaats. Een konvooi van de door Iran gesteunde militiegroepering Popular Mobilisation Forces (PMF) werd onder vuur genomen. Ten minste zes mensen kwamen daarbij om het leven, aldus Iraakse staatsmedia.

Het land vermoedt dat de Amerikanen achter de aanval zitten. In de drie uitgebrande auto’s zouden medici en geen hooggeplaatste militairen hebben gezeten.

Een woordvoerder van de OIR ontkent zaterdagochtend dat de internationale coalitie de laatste dagen luchtaanvallen heeft uitgevoerd ten noorden van Bagdad.

Trump: ‘VS wil oorlog met Iran voorkomen, niet starten’

Conflict tussen Iran en VS escaleert na dood Iraanse generaal

De spanningen tussen de VS en Iran zijn opgelaaid nadat de Amerikanen vrijdag de Iraanse generaal Qassem Soleimani doodden bij een luchtaanval op een vliegveld in Irak. Soleimani gold als de belangrijkste militair en op grootayatollah Ali Khamenei na machtigste man in Iran. Hij wordt zaterdag begraven in Bagdad.

Iran zint op wraak en dreigt hard terug te slaan naar de Amerikanen. President Donald Trump nam daarom de beslissing om drieduizend extra militairen naar het gebied te sturen om de veiligheid in de regio te waarborgen. Eerder deze week ging een bataljon van 750 militairen hen al voor.

Sinds mei hebben de Amerikanen al ongeveer veertienduizend extra militairen naar het Midden-Oosten gestuurd naar aanleiding van de groeiende onrust.

Democraat Sanders wil met wet macht Trump aan banden leggen

De lijn van Trump kwam hem op kritiek van de Democraten te staan. Chuck Schumer, de Democratische fractievoorzitter in de Senaat, vindt dat Trump “niet het recht heeft om een oorlog met Iran te beginnen”. Volgens hem moet het Amerikaanse Congres, waarin de Democraten de scepter zwaaien, daar toestemming voor geven.

Presidentskandidaat Bernie Sanders wil verdere “militaire plannen” van Trump met een wetsvoorstel dwarsbomen. In de nacht van vrijdag op zaterdag introduceerde hij een maatregel waarmee het Congres straks vrijwel iedere uitgave van Trump in het Midden-Oosten moet goedkeuren.

Zie ook: Aanval op Iraanse generaal is kantelpunt: alles wat je erover moet weten

Lees meer over: Iran  Verenigde Staten  Donald Trump  Buitenland  Spanningen Iran

Onder dit soort erbarmelijke omstandigheden moesten de Nederlandse commando’s in Irak hun ’medische wonderen’ verrichten. Ⓒ Ministerie van Defensie

Nederlandse gewondenverzorgers onderscheiden voor werk in Irak

Telegraaf 19.12.2019 Nederlandse militaire gewondenverzorgers hebben eind 2016 in Irak honderden levens gered tijdens de slag om Mosul. Aan de inzet van deze special forces medics werd geen ruchtbaarheid gegeven, maar deze komt naar buiten nu veertien militairen van het Korps Commandotroepen en MARSOF-mariniers ervoor worden onderscheiden.

Elitemilitairen geven altijd hoog op van hun training. Daarop zijn kapitein Matthijs en de korporaals Nick, Henk en Joris geen uitzondering. Maar wat zij tussen oktober en december 2016 te verstouwen kregen, daar kon geen training hen op voorbereiden. De commando’s waren in Noord-Irak voor het opleiden van lokale speciale eenheden, toen de strijd tegen IS naar een climax ging met de aanval op Mosul, het laatste bolwerk van het kalifaat.

In het veld krijgen teamleider Matthijs en gewondenverzorger Nick door dat er grote behoefte is aan militairen die een opvangpost kunnen bemannen buiten Mosul. De plek waar de eerste medische handelingen zullen worden verricht om gewonden te stabiliseren voor vervoer naar een ziekenhuis, een uur verderop in Erbil. Met niet meer dan wat ze in hun rugzakken hebben, vertrekt een groepje commando’s en mariniers richting het aanstaande front.

Ⓒ Ministerie van Defensie

„’s Ochtends stond ik nog op de schietbaan instructie te geven, ’s avonds waren we bezig de tenten op te zetten die we van de Irakezen hadden gekregen; en toen kwamen al de eerste gewonden”, vertelt geneeskundige Henk. Zijn leidinggevende Matthijs knikt. „We hebben spullen en medicijnen bij elkaar gezocht en zijn aan de slag gegaan. Ons werk doen op een geïsoleerde plek, met weinig middelen, zonder hulp van buitenaf; dat is waarvoor special forces zijn opgezet.”

Van ’s ochtends vroeg tot het invallen van de duisternis krijgen de Nederlanders een stroom van ernstig gewonden in hun tenten. Eerst veel burgers, dan vooral militairen. De mensen worden neergelegd op veldbedjes en daar moeten Nick, Henk en Joris werk doen dat in Nederland het domein is van traumateams: schotwonden ontsmetten en hechten, tourniquets waarmee ernstige bloedingen worden gestopt aanleggen en door explosieven afgeblazen ledematen verbinden. Tijd om erover na te denken is er nauwelijks. De ambulances blijven komen.

Levensreddend werk in een tentje in Irak.

Levensreddend werk in een tentje in Irak.

Ⓒ Ministerie van Defensie

„Je komt in een soort van rush. Je doet je ding en blijft doorgaan. De positieve feedback van de Irakezen helpt en wanneer je ziet dat je mensen kunt redden, krijg je daar ook een boost van”, vertelt korporaal Henk. „Er waren ook wel minder leuke dingen”, zegt Nick met gevoel voor understatement. „Mensen die onder je ogen dood gaan en kinderlijkjes die worden binnengebracht; maar je kunt het er wel met de man naast je over hebben. Als je dan denkt: we hebben er alles aan gedaan, dan is het goed.”

Collega Joris knikt. „Als we ’s avonds het bloed van de vloer dweilden, hadden we het er ook wel over. Natuurlijk maak je krankzinnige situaties mee. Dat je aan het lunchen bent in een ruimte waar in de hoek drie bodybags liggen. Je kunt die stoffelijke overschotten meegeven aan een ambulance, maar wat als er dan nieuwe gewonden worden binnengebracht die naar het ziekenhuis moeten? Dan kun je die ambulance beter laten wachten en de lege plekken voor die patiënten gebruiken. Dat soort ethische dilemma’s waren er vrijwel permanent en er is niemand die deze voor je oplost.”

Bewijs

Maar liefst 798 gewonden passeren de Nederlandse post, die mee verhuist met het opschuivende front. De Nederlanders ’verliezen’ maar tien tot twintig patiënten. Het team concludeert dat de meeste gewonden het zonder de eerste hulp niet hadden gehaald. Het belang dat de Irakezen aan het werk hechten, is volgens Matthijs het ultieme bewijs van het Nederlandse succes. Toen de commando’s en mariniers vanwege het wachten op politieke toestemming voor een verplaatsing niet actief waren, werd een deel van de operatie in Mosul stilgelegd.

Ⓒ Ministerie van Defensie

„Zonder de zekerheid dat iemand voor ze zou zorgen wanneer ze gewond raakten, was de wil van de Irakezen om te vechten niet groot”, legt de officier uit. „Dat is logisch. Als militair wil je die zekerheid hebben. Ik weet na Mosul dat als je gewond raakt, je niet in betere handen kunt zijn dan bij deze jongens.”

’Zonder hen was ik dood in Iraakse greppel geëindigd’

De Nederlandse cameraman Sebastiaan Knoops werkte zich bij CNN op naar de eredivisie van de tv-journalistiek: filmen in oorlogs- en crisisgebieden. Alles ging crescendo, tot een oktoberdag in 2016, die hij alleen dankzij onwaarschijnlijk veel geluk en Nederlandse gewondenverzorgers wist te overleven.

Knoops is die dag vanuit het Iraakse Erbil onderweg naar Mosul. De CNN-ploeg rijdt in een gepantserde suv en heeft een Britse oud-militair van de elite-eenheid SAS bij zich als veiligheidsadviseur. De dreiging blijkt alleen niet van het slagveld te komen, maar vanuit het brein van de lokale chauffeur.

„Hij kreeg een epileptische aanval”, vertelt Knoops. „De chauffeur duwde het gaspedaal daardoor helemaal in en de auto ging steeds harder rijden. Onze veiligheidsman probeerde zijn voet van het pedaal te krijgen, maar dat lukte niet. We schijnen tegen de 200 km/u te hebben gereden en toen flipte de auto. Ik ben eruit geslingerd en met mijn hoofd tegen een rots geklapt.”

Cameraman Sebastiaan Knoops dankt zijn leven aan de hulp van de Nederlandse commando’s in Irak.

Cameraman Sebastiaan Knoops dankt zijn leven aan de hulp van de Nederlandse commando’s in Irak.

Midden in de woestijn eindigen met zwaar inwendig letsel, ernstig hoofd- en hersenletsel en veel bloedverlies. De kans dit te overleven zou normaal heel erg klein zijn, constateert Knoops nu. Maar na het ongeluk keren zijn kansen. Een ambulancebemanning ziet de crash gebeuren. Nog voor de wielen van de over de kop geslagen suv zijn gestopt met draaien, beginnen de broeders met de hulpverlening. Het tweede geluk is dat de Nederlandse commando’s zich twee dagen eerder hebben gemeld bij de lokale autoriteiten. Daardoor weten de ambulancemedewerkers waar ze Knoops heen kunnen brengen.

„Een van de risico’s die je loopt met hersenschade, is stikken”, vertelt de Nederlander. „De commando’s hadden twee uur voor mijn ongeluk zuurstofflessen gekregen, Daarmee konden ze me redden. Ze brachten me daarna naar Erbil. Ik was de hele tijd bij bewustzijn, maar ik kan me er niets meer van herinneren. De hele maand na het ongeluk ben ik kwijt. Ik heb alles wat er is gebeurd van anderen gehoord.”

“De hele maand na het ongeluk ben ik kwijt”

In Erbil kiezen de elitemilitairen er op advies van een Nederlandse arts voor Knoops naar een privéziekenhuis te brengen. Die keuze blijkt essentieel. De zorg in het hospitaal is uitstekend. De artsen doen hun werk zo goed, dat de cameraman in Nederland niet opnieuw onder het mes hoeft. Hij kan er beginnen met revalidatie. Terwijl Knoops werkt aan wat een volledig herstel zal worden, staan de commando’s aan zijn bed.

„Ze hadden nog wat voor me meegenomen: mijn laarzen. Ik dacht dat ik die kwijt was geraakt, maar zij bleken die voor me te hebben bewaard. Ik kreeg ze terug met het stof en de modder er nog op. Het is heel simpel, zonder de Nederlanders was ik dood in een Iraakse greppel geëindigd. Daarom ben ik ze enorm dankbaar.”

Bekijk meer van; gewapend conflict krijgsmacht Sebastiaan Knoops Mosoel Irak

Missie in Irak tot 2021, Kamer wil druk op Bagdad

Telegraaf 19.12.2019 De Tweede Kamer is akkoord met een verlenging van de missie in Irak tot eind 2021. Maar partijen dringen er wel op aan om druk te zetten op de Iraakse regering om het harde optreden tegen betogers te stoppen.

De missie maakt deel uit van de strijd van een internationale coalitie tegen terreurgroep IS. Ongeveer zestig Nederlandse militairen trainen Iraakse en Koerdische militairen. Ook zijn er kleine bijdrages aan missies van de NAVO en EU.

De dreiging van IS is nog steeds niet verdwenen en daarom moet Nederland volgens een ruime meerderheid van de Kamer actief blijven in het Arabische land. Over de verlenging werd donderdag gedebatteerd.

In het midden en zuiden van Irak wordt al vele weken betoogd tegen de slechte economische toestand, de corruptie en de invloed van Iran. De politie treedt hard op. Er vielen al meer dan vijfhonderd doden.

Demonstraties Irak

De Kamer is zeer bezorgd over het neerslaan van de demonstraties. Er moet een „stevig signaal” naar de regering in Bagdad worden gestuurd dat een regering die zo optreedt niet op steun hoeft te rekenen, zei Joël Voordewind (ChristenUnie). Volgens Bram van Ojik (GroenLinks) moet gekeken worden of de missie kan worden aangepast.

Het kabinet deelt de zorgen van de Kamer. We gaan niet zonder voorwaarden door met de missie, aldus minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken). Als de Iraakse regering grenzen overschrijdt, zal dat volgens hem helder worden aangegeven. Door Nederland getrainde troepen zouden niet betrokken zijn bij het onderdrukken van de protesten.

Meerderheid

Een ruime meerderheid van de Kamer steunt de verlenging. Sadet Karabulut (SP) vindt dat de bijdrage moet worden opgeschort vanwege het harde optreden tegen de betogers. SP, PVV en DENK stemmen tegen verlenging.

Bekijk meer van; burgerlijke onrust Irak Tweede Kamer der Staten-Generaal

Kamer steunt missie in Irak, maar wil druk op regering om geweld tegen betogers

AD 19.12.2019 De Tweede Kamer is akkoord met een verlenging van de missie in Irak tot eind 2021. Maar partijen dringen er wel op aan om druk te zetten op de Iraakse regering om het harde optreden tegen betogers te stoppen.

De missie maakt deel uit van de strijd van een internationale coalitie tegen terreurgroep IS. Ongeveer zestig Nederlandse militairen trainen Iraakse en Koerdische militairen. Ook zijn er kleine bijdrages aan missies van de NAVO en EU.

De dreiging van IS is nog steeds niet verdwenen en daarom moet Nederland volgens een ruime meerderheid van de Kamer actief blijven in het Arabische land. Over de verlenging werd vanmiddag gedebatteerd.

In het midden en zuiden van Irak wordt al vele weken betoogd tegen de slechte economische toestand, de corruptie en de invloed van Iran. De politie treedt hard op. Er vielen al meer dan vijfhonderd doden.

Demonstraties

De Kamer is zeer bezorgd over het neerslaan van de demonstraties. Er moet een ‘stevig signaal’ naar de regering in Bagdad worden gestuurd dat een regering die zo optreedt niet op steun hoeft te rekenen, zei Joël Voordewind (ChristenUnie). Volgens Bram van Ojik (GroenLinks) moet gekeken worden of de missie kan worden aangepast.

Het kabinet deelt de zorgen van de Kamer. We gaan niet zonder voorwaarden door met de missie, aldus minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken). Als de Iraakse regering grenzen overschrijdt, zal dat volgens hem helder worden aangegeven. Door Nederland getrainde troepen zouden niet betrokken zijn bij het onderdrukken van de protesten.

Een ruime meerderheid van de Kamer steunt de verlenging. Sadet Karabulut (SP) vindt dat de bijdrage moet worden opgeschort vanwege het harde optreden tegen de betogers. SP, PVV en Denk stemmen tegen verlenging.

Bijleveld gaat Amerikanen nog een keer vragen naar burgerdoden Hawija

NOS 19.12.2019 Minister Bijleveld van Defensie gaat nog een keer bij de Amerikaanse legerleiding navragen op welk moment duidelijk was dat er bij het bombardement van Nederlandse F16’s op het Iraakse Hawija zeker 70 burgers zijn gedood.

Dat zegde ze toe in het interpellatiedebat over de kwestie in de Tweede Kamer. Het kabinet heeft tot nu toe gezegd dat nooit officieel is vastgesteld hoeveel burgerdoden er zijn gevallen, en dat daarom de ernst van de situatie nooit echt is doorgedrongen in Den Haag. Pas vorige maand drong dat besef door, zegt het kabinet.

Maar een Amerikaanse kolonel meldt vandaag aan de NOS en NRC Handelsblad dat de 70 doden van de luchtaanval in 2015 al sinds 1,5 jaar worden meegerekend in het totale aantal burgerdoden dat bij de missie in Irak is gevallen. Tijdens het debat eisten Kamerleden van onder meer SP en D66 daar opheldering over. Vooral oppositiepartijen vermoeden dat de Kamer onjuist is geïnformeerd over de burgerslachtoffers door Nederlands vuur.

Officiële lijn

Bijleveld verwees naar de officiële informatie die ze van de Amerikanen krijgt. “Daar moet ik het mee doen, de informatie uit de officiële lijn.” Ze heeft op verzoek van de Kamer specifiek gevraagd of de mogelijke burgerdoden van Hawija zijn meegeteld bij het totaal. Ze las het officiële antwoord van het Amerikaanse hoofdkwartier Centcom in de Kamer voor.

Daarin staat dat alleen de daadwerkelijk vastgestelde burgerdoden zijn meegeteld. Bij Hawija is het wel aannemelijk dat er onschuldige slachtoffers zijn gevallen, maar het precieze aantal is volgens Centcom niet vast te stellen.

“Ik vind het waardeloos wat er nu gebeurt”, zei Bijleveld tijdens het debat. De kolonel die de NOS en NRC gesproken hebben is volgens haar niet een woordvoerder van Centcom.

“Maar ik ben uiteraard bereid om nog een keer navraag te doen. En als ik nieuwe informatie krijg, zal ik dat delen met de Kamer. Ik wil geen enkele burgerdode verzwijgen. Het kabinet vindt het al akelig genoeg dat dit gebeurd is in Hawija.”

Woordvoerder Centcom

In het debat meldde minister Bijleveld dat kolonel Myles Caggins geen officiële woordvoerder van Centcom is. Hij is dat wel, maar niet voor het hoofdkwartier van Centcom in Florida. Caggins werkt namens Centcom in Bagdad als woordvoerder van de internationale coalitie Operatie Inherent Resolve, waar Nederland deel van uitmaakt.

Sinds 2016 worden de burgerdoden-rapportages niet meer gemaakt door het Centcom-hoofdkwartier in Florida, maar door een team dat werkzaam is voor de internationale coalitie. Namens hen voert Caggins het woord. Het Nederlandse ministerie van Defensie onderhoudt contacten met Centcom via een Nederlandse liaison die werkzaam is namens Nederland in Florida.

Bekijk ook;

© Foto Bart Maat/ANP Minster Ank Bijleveld van Defensie (CDA) moest donderdag opnieuw naar de Kamer over het bombardement van Nederlandse F-16’s op Hawija.

Opnieuw irritatie in Kamer om Hawija-bombardement

MSN 19.12.2019 Het lag nog op de loer, op de laatste dag voor het Kerstreces: een nieuw politiek ongeluk. Na het aftreden van staatssecretaris Menno Snel (Financiën, D66), woensdag vanwege de toeslagenaffaire, waren donderdag alle ogen gericht op CDA’er Ank Bijleveld. De minister van Defensie wachtte een lastig debat rondom ‘Hawija’, het Nederlandse bombardement in Irak in juni 2015. Het was alweer het derde debat over dit onderwerp in twee maanden tijd, de SP had het aangevraagd.

De centrale vraag in het debat: vielen er nu wel of niet zeventig doden als gevolg van die bomaanval, ruim vier jaar geleden? Een Nederlandse F-16 mikte op een bommenfabriek van terreurgroep IS en veroorzaakte onbedoeld een kettingreactie aan explosies. Volgens Bijleveld is het precieze aantal burgerdoden nooit vastgesteld door ‘Centcom’, het Amerikaanse opperbevel.

De minister bezwoer de Tweede Kamer donderdag dat dit deze week nog „op zeer hoog niveau” door de Amerikanen is bevestigd. Hierover waren twijfels ontstaan door berichtgeving in radioprogramma De Nieuws BV. Volgens Bijleveld zijn de Hawija-slachtoffers nooit meegeteld in de officiële lijst met burgerdoden in de strijd tegen IS.

Maar klopt dit wel? Donderdag concludeerde Airwars, een collectief dat onderzoek doet naar burgerslachtoffers, dat ‘Hawija’ wel degelijk in tabellen is verwerkt. Een opvallende piek in het aantal burgerdoden rond juni 2015 zou alleen te verklaren zijn door het Nederlandse bombardement.

Vlak voor het debat kwamen NRC en NOS met nog een bevestiging. Volgens kolonel Myles Caggins, woordvoerder bij Centcom in Bagdad, telt de internationale anti-IS-coalitie „de ongeveer zeventig doden uit de luchtaanval op Hawija in 2015 al zeker achttien maanden mee in het totale aantal burgerdoden”. Het zette het debat op scherp. Houdt het kabinet iets achter?

Begin november leek er nog niet veel aan de hand. Toen bevestigde Defensie de zeventig doden nog. Eind van de maand trokken zowel Bijleveld als premier Mark Rutte (VVD) dat getal echter plotseling in twijfel. In een Kamerdebat, op 27 november, zeiden ze dat helemaal niet vaststond dat er zoveel doden waren gevallen – navraag bij Centcom had dat uitgewezen. Na het debat betitelde de premier tegenover BNR de getallen over zeventig doden zelfs als „geruchten” en „irrelevant”.

Deze donderdag was Bijleveld in het debat duidelijk verrast door de verklaring van Caggins dat de zeventig doden wat de VS betreft onbetwist zijn. Ze noemde de kolonel „een meneer die ik niet ken” en de almaar groeiende verwarring „vervelend en waardeloos”. Ze voelde zich zelfs genoodzaakt om te citeren uit een officieel antwoord van Centcom waarin het opperbevel zwart op wit verklaart dat de burgerdoden in Hawija „waarschijnlijk” zijn maar „onmogelijk te bevestigen” – en dus ook niet in de tabellen staan.

„Ik zal nooit enigerlei slachtoffer ontkennen”, zei de minister, „maar ik moet het doen met de officiële lijn”. Die was „altijd consistent” geweest, aldus Bijleveld. „Maar wat het ingewikkeld maakt is dat die kolonel nu weer wat anders zegt.”

Het leidde tot irritatie in de Kamer. Hoe kan het opperbevel steeds iets anders zeggen? Nemen de Amerikanen Nederland soms „niet serieus genoeg”, wilde Isabelle Diks (GroenLinks) weten. En is die onduidelijke informatievoorziening niet problematisch bij missies waarin ook Nederlandse militairen hun leven riskeren? CDA-Kamerlid Martijn van Helvert eiste op hoge toon dat Kamervoorzitter Khadija Arib een brief stuurt aan Centcom waarin de Kamer „zeer nauwkeurige communicatie” eist van het Amerikaanse leger.

De ergernis over de onduidelijke communicatie van de Amerikanen kwam Bijleveld niet slecht uit. Wat een debat had moeten worden over de vraag of de minister de Kamer onjuist heeft geïnformeerd, werd uiteindelijk een debat over de enorme ruis die er kennelijk op de transatlantische lijn zit.

Met medewerking van Jannie Schipper en Kees Versteegh.

Correctie (19 december 2019): In een eerdere versie werd er verwezen naar een piek in data over burgerslachtoffers in maart 2017, dat moet juni 2015 zijn. Hierboven is de tekst aangepast.

Ook derde debat Hawija doet mist rond Nederlands bombardement niet verdwijnen

AD 19.12.2019 De mist rond het Nederlandse bombardement in het Iraakse Hawija is na drie Kamerdebatten nog altijd niet opgetrokken. Er blijft onduidelijkheid bestaan over informatie die minister Ank Bijleveld van Defensie daarover aan de Kamer heeft gegeven. ,,Ik vind het eerlijk gezegd ook waardeloos dat dit gebeurt.”

Bijleveld moest zich gisteren weer verantwoorden voor de luchtaanval die een Nederlandse F-16 uitvoerde in de nacht van 2 op 3 juni 2015 in Irak. Daarbij was een bommenfabriek het doelwit, maar omdat daar meer springstof lag dan gedacht, vielen er burgerdoden. Mogelijk wel zeventig.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Lijnrecht

Dit keer wordt Bijleveld in de problemen gebracht door woordvoerders van het Amerikaanse commandocentrum Centcom. Na vragen door verschillende media geven die woordvoerders antwoorden die lijnrecht ingaan tegen de informatie die Bijlevelds ministerie van Defensie ontving.

Zo zei een woordvoerder tegen radioprogramma De Nieuws BV dat er door Centcom wel degelijk een eindrapport van de Nederlandse aanval was opgemaakt. Bijleveld had dit altijd ontkend. Daar blijft ze ook bij: ,,Centcom heeft keer op keer bevestigd dat er geen closure report is.” Defensie kreeg een voorlopig rapport en een aanvullend rapport en daarmee beschouwde Centcom de zaak gesloten. Waarom er geen derde rapport kwam met ‘closure’ erop, is niet bekend.

Piek

Het komt behoorlijk onzorgvul­dig en chaotisch over, aldus GroenLinks-Kamerlid Isabelle Diks.

Maar toen het debat al in volle gang was, kwamen NOS en NRC met nieuws over de officiële tabel van het aantal bevestigde burgerslachtoffers, die tussen mei en juli 2015 opeens een opmerkelijke piek laat zien in het aantal doden. Bijleveld schreef de Kamer dat dit níet door Hawija veroorzaakt is, maar een woordvoerder van de missie tegen IS zegt dat de zeventig burgerdoden die daar vielen wél worden meegeteld in de statistieken – al anderhalf jaar.

,,U zegt: het heeft niets met Hawija te maken”, zei SP-Kamerlid Sadet Karabulut, die het debat aanvroeg. ,,Maar dat blijkt wél zo te zijn.” GroenLinks-Kamerlid Isabelle Diks vroeg zich af ‘wat is er in vredesnaam aan de hand met de informatie-uitwisseling tussen Centcom en het ministerie’. ,,Het komt behoorlijk onzorgvuldig en chaotisch over.” Ook Bijleveld was zichtbaar getergd door de nieuwe informatie van ‘een kolonel in Bagdad’.

Officieel antwoord

Volgens de CDA-bewindsvrouw had ze deze week nog officieel de vraag aan Centcom gesteld of Hawija onderdeel is van het totaal aantal bevestigde slachtoffers. ,,Ik lees u het officiële antwoord even voor, in het Engels: ‘No, Centcom only reports confirmed numbers’.” Alleen bevestigde doden. En ze herhaalde: ,,Ik moet handelen op basis van officiële informatie en documenten, niet op mediaberichten.”

De Kamer wil wel dat Bijleveld nogmaals bij Centcom informeert hoe het nou écht zit. Bijleveld kan het boek Hawija daarmee nog niet dichtdoen. Vorige maand voerde Bijleveld al twee keer eerder een moeizaam debat met de Kamer over de kwestie, waarbij ze een motie van wantrouwen doorstond omdat de coalitiepartijen haar bleven steunen.

VS spreekt Bijleveld tegen: burgerdoden Hawija al 1,5 jaar meegeteld

NOS 19.12.2019 “Een gerucht” en “geen relevant getal”. Dat zei premier Rutte na afloop van het debat eind november over de zeventig burgerdoden van het Nederlandse bombardement in Hawija. Toch stelt een woordvoerder van het Amerikaanse Centcom, het hoofdkwartier van de Amerikaanse militaire missies, dat de 70 burgerdoden al zeker 1,5 jaar worden meegeteld in de statistieken.

Vanmiddag wordt minister Bijleveld van Defensie daarom opnieuw over de kwestie bevraagd in de Tweede Kamer.

Het was een cruciaal element in de verdedigingslinie van premier Rutte en minister Bijleveld tijdens het debat. Omdat de Amerikanen het officiële dodental nooit hadden vastgesteld, was de ernst van de situatie op het ministerie van Defensie nooit helemaal duidelijk.

“Centcom zegt zelf dat er op geen enkele manier is vast te stellen hoeveel burgerslachtoffers er zijn gevallen,” aldus Rutte. Het is daarom niet vreemd dat zowel de Tweede Kamer als collega-ministers nooit zijn gewezen op de ernst van het incident, zo is de redenatie van het kabinet. Sterker nog, zo stelde Rutte na afloop, het is nog altijd niet duidelijk hoeveel mensen zijn omgekomen.

Doden tellen al anderhalf jaar mee

Dat ligt toch anders, blijkt uit antwoorden die NRC en NOS vandaag ontvingen van de Amerikaanse woordvoerder van de missie in Bagdad, kolonel Myles Caggins. “De internationale coalitie telt de ongeveer zeventig doden uit de 2015 Hawija luchtaanval al zeker achttien maanden mee in het totale aantal burgerdoden”, mailt hij op vragen van NOS en NRC. In totaal zouden er 1347 doden zijn gevallen bij aanvallen van de internationale coalitie, waaronder dus de 70 uit Hawija.

Gisteren nog liet Bijleveld weten het zelf ook te hebben nagevraagd bij Centcom, en dat de burgerslachtoffers die “zeer waarschijnlijk bij deze wapeninzet zijn gevallen, geen onderdeel uitmaken van het totale aantal van 1347”.

‘Misverstand’

Los van de antwoorden van kolonel Caggins zijn er nog meer aanwijzingen dat de Amerikanen al veel langer uitgaan van 70 doden.

Zo staat dat dodental in een e-mail die NOS en NRC in december 2018 ontvingen van Centcom. Kolonel Sean Ryan, op dat moment woordvoerder van de operatie tegen IS, liet weten dat bij de aanval op Hawija “helaas 70 burgers zijn gedood.”

Als minister Bijleveld in het tweede debat geconfronteerd wordt met de e-mail zegt ze dat dit is nagevraagd bij Centcom en dat dit op een misverstand berust. “Het is ook voor Centcom onduidelijk waarom de betrokken woordvoerder tegenover NRC en NOS is afgeweken van de officiële conclusies”, zegt ze. Ook Centcom komt met een nieuwe verklaring: “Het aantal burgerdoden kunnen we niet bevestigen.”

Na het debat hebben NOS en NRC opnieuw contact gezocht met kolonel Ryan, die inmiddels een andere baan heeft bij het Amerikaanse leger. Hij neemt het aantal van zeventig niet terug en laat weten dat zijn informatie in 2018 afkomstig was van de strike cell, een team uit Qatar dat alle informatie voor en na een luchtaanval bijhoudt. Volgens Ryan wordt deze informatie “constant geëvalueerd en geüpdatet”. Als er nieuw bewijs is over burgerdoden, dan past het team de informatie aan.

Op de vraag van NOS en NRC aan Centcom hoe het kan dat volgens Ryan het aantal doden in 2018 wél is vast te stellen, en op dit moment niet meer, komt geen antwoord.

Een enorme piek in 2015

Een tweede aanwijzing is een rapport (.pdf) uit 2018 van de National Defense University, een Amerikaanse militaire opleiding. In een grafiek met het aantal door Centcom officieel gerapporteerde burgerslachtoffers, is een enorme piek te zien in juni 2015, het moment van de aanval op Hawija. Volgens de grafiek zijn er tussen de vijftig en honderd officieel gemelde doden en gewonden in die maand.

Minister Bijleveld liet gisteren weten, na vragen van SP-Kamerlid Sadet Karabulut, dat in de grafiek inderdaad het aantal officieel bevestigde burgerslachtoffers te zien is. Maar het gaat hier volgens Bijleveld niet om de aanval op Hawija. In deze periode voerde de internationale coalitie namelijk “alleen al in de omgeving Kirkuk ruim veertig luchtaanvallen uit”.

De ontkenning van Bijleveld is opvallend, omdat er in deze periode nauwelijks bevestigde burgerslachtoffers zijn gevallen. Airwars – dat fulltime onderzoek doet naar burgerslachtoffers – analyseerde alle rapportages over burgerslachtoffers van Centcom. De conclusie: Centcom heeft over deze periode (mei-juli 2015), los van Hawija, slechts zes burgerdoden en vier gewonden bij luchtaanvallen in Irak gemeld.

Chris Woods, de directeur van Airwars, vindt het antwoord van de minister dan ook onbegrijpelijk. “Iedereen die even de tijd neemt om de cijfers te analyseren, ziet dat het wel om Hawija moet gaan.”

De tachtig mysterieuze doden

De derde aanwijzing is een maandrapportage die Centcom in april 2017 publiceerde. Daarin schrijft Centcom onderaan het verslag dat er nog tachtig doden zijn gevallen die “tot nu toe niet zijn gerapporteerd”.

Drie Amerikaanse hoge militairen lieten na deze publicatie aan Airwars en het Amerikaanse Foreign Policy weten dat het om doden gaat die gevallen zijn bij bombardementen van niet-Amerikaanse landen. “Maar de bondgenoten hebben de Verenigde Staten en de internationale coalitie onder druk gezet om details over deze aanvallen niet naar buiten te brengen”, aldus Foreign Policy.

Chris Woods van Airwars is, na het analyseren van alle aanvallen, ervan overtuigd dat zeventig van de tachtig doden betrekking hebben op Hawija. Volgens hem hebben de Amerikanen de cijfers in 2017 naar buiten gebracht uit frustratie over het gebrek aan transparantie bij de andere coalitielanden, waaronder Nederland.

Bekijk ook;

Bijleveld opnieuw op het matje om onduidelijkheid burgerdoden Hawija

NU 19.12.2019 Opnieuw is er onduidelijkheid over het aantal doden als gevolg van het Nederlandse bombardement op de Iraakse stad Hawija. Minister Ank Bijleveld (Defensie) moest zich donderdag opnieuw tegenover de Tweede Kamer verantwoorden naar aanleiding van nieuwe berichten dat er wel degelijk bevestigd wordt dat er zeventig doden zijn gevallen, terwijl het kabinet blijft volhouden dat er geen specifieke aantallen zijn vastgesteld.

“De aantallen zijn niet bevestigd”, hield Bijleveld de Kamer voor in een speciaal ingelast interpellatiedebat.

Eerder deze week meldde het radioprogramma De Nieuws BV dat uit navraag is gebleken dat Centcom, het Amerikaanse commandocentrum dat het aantal slachtoffers bij de luchtaanvallen in kaart brengt, wel een afsluitend rapport heeft opgemaakt over de bombardementen op Hawija. En daar zijn zeventig doden bij gevallen, wist de woordvoerder tegenover De Nieuws BV te melden.

Minister Bijleveld en premier Mark Rutte stelden onlangs in een debat juist dat dit zogenoemde closure report over de aanval op Hawija, nooit is opgemaakt.

SP wil opheldering en erkenning

Rutte en Bijleveld moesten in het debat eind november opheldering bieden of het kabinet voor de Kamer bewust heeft verzwegen dat bij het bombardement burgerslachtoffers zijn gevallen. Dat was volgens Rutte niet het geval, omdat er dus geen definitief oordeel was geveld over het specifieke aantal doden. Het aantal van zeventig doden deed hij tegenover BNR Nieuwsradio af als “geen relevant getal” en een “een gerucht”.

SP-Kamerlid Sadet Karabulut wil opheldering over de tegenstrijdige berichten. Ook eist zij erkenning van het kabinet dat er wel degelijk burgerdoden zijn gevallen en duidelijkheid of er toch een eindrapport is en of de Kamer door het kabinet verkeerd is geïnformeerd. Zij roept het kabinet op om de rapporten van Centcom openbaar te maken.

Bijleveld: woordvoerder heeft zich vergist

Om de zaak voor het kabinet nog gecompliceerder te maken, meldden NRC Handelsblad en NOS nog tijdens het debat dat kolonel Myles Caggings, woordvoerder bij Centcom in Bagdad, dat de zeventig doden in Hawija al zeker achttien maanden meetellen in de overzichten van het aantal burgerdoden. Ook de Amerikaanse kolonel Sean Ryan bevestigt de zeventig burgerdoden

Bijleveld benadrukte donderdag nogmaals dat het kabinet de Kamer juist heeft geïnformeerd. Volgens de CDA-bewindsvrouw heeft de woordvoerder van Centcom zich tegenover De Nieuws BV vergist. De woordvoerder heeft verwezen naar een rapport uit juni 2015, maar dat rapport heeft nooit de stempel closure report gekregen. Bijleveld: “Navraag leert dat de woordvoerder doelde op het rapport waar de kamer over is gerapporteerd. Deze week heeft Centcom nogmaals bevestigd dat er geen closure report is.”

De kolonels in de berichtgeving van NRC en NOS zijn volgens Bijleveld niet de officiële woordvoerders van Centcom. Dat er opnieuw onduidelijk is ontstaan noemt de minister “waardeloos”.

D66 eist actie van kabinet: zorg voor eindrapport

Maar daar neemt onder meer coalitiepartij D66 geen genoegen mee. Kamerlid Salima Belhaj wil dat de minister gaat uitzoeken waarom er nooit een eindrapportage is opgemaakt en wat Nederland heeft gedaan om duidelijkheid hierover te krijgen.

Zij wil dat het kabinet bij Centcom alsnog het verzoek doet om een eindrapportage op te maken en om volledige medewerking te verlenen. “Transparantie over burgerdoden hoort bij een volwaardige democratie.”

Lees meer over: Politiek

Bijleveld: Kamer niet verkeerd geïnformeerd over Nederlandse luchtaanval in Irak

AD 18.12.2019 De Tweede Kamer is niet verkeerd geïnformeerd over een eindrapport van de Amerikanen over het  Nederlandse bombardement op het Iraakse Hawija. Daarbij vielen in 2015 mogelijk 70 burgerdoden. Dat schrijft minister Ank Bijleveld van Defensie vanavond aan de Tweede Kamer. Morgen wacht haar op de valreep van het kerstreces wederom een zwaar debat over de kwestie.

Deze week meldde radioprogramma De Nieuws B.V. dat het Amerikaanse commandocentrum Centcom op vragen van het programma antwoordde dat er wel degelijk een zogeheten closure report was opgemaakt. Bijleveld ontkende vorige maand in een Kamerdebat dat de Amerikanen ooit zo’n definitief eindrapport hadden opgemaakt. Bij de luchtaanval van een Nederlandse F-16 op een bommenfabriek in Irak waren waarschijnlijk zeventig burgerslachtoffers te betreuren.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

‘Verwarring’

Dat leidde tot vragen uit de Tweede Kamer. Had de minister de Kamer nou weer verkeerd geïnformeerd? SP-Kamerlid Sadet Karabulut slaagde er met hulp van regeringspartij D66 in een debat aan te vragen. In aanloop naar dat – voor Bijleveld derde – debat over de kwestie schrijft de CDA-bewindsvrouw dat er sprake is van ‘verwarring’.

Een persvoorlichter van Centcom gaf aan De Nieuws B.V. weliswaar mondeling aan dat er een closure report is gemaakt, maar bij navraag door het ministerie van Defensie op ‘zeer hoog militair niveau’ wordt ‘nogmaals bevestigd dat er nooit een closure report is opgevraagd’. De persvoorlichter heeft volgens Bijleveld voor ‘verwarring’ gezorgd.

Persvoorlichter

Bijleveld heeft twee Centcom-rapporten: het voorlopige rapport van 15 juni  2015 over de Nederlandse aanval en het aanvullende onderzoek van 20 augustus 2015. Uit navraag blijkt dat de persvoorlichter op dat rapport heeft gedoeld, aldus Bijleveld. Daarop zijn niet de woorden ‘closure report’ te lezen, melden ingewijden, wat wél op het afgeronde Amerikaanse onderzoek naar twee burgerdoden door een Nederlandse bom in de Iraakse stad Mosul staat.

Ondanks Bijlevelds ontkenning kan het debat  morgen nog wel eens spannend worden voor de minister. Coalitiepartijen zijn bang dat D66 uit is op de scalp van de CDA-minister nu D66-staatssecretaris Snel vandaag het veld ruimde over de toeslagenaffaire bij de Belastingdienst. Begin november haalde een motie van wantrouwen tegen Bijleveld het net niet, omdat de voltallige coalitie achter haar bleef staan.

Het is overigens niet de eerste keer dat Centcom-woordvoerders tegen de media andere dingen zeggen dan hoge militairen aan het ministerie laten weten. Eerder was er al verwarring over het schriftelijke antwoord van Centcom op vragen van NRC dat er in Hawija zeventig burgerdoden waren gevallen. Volgens Bijleveld houdt Centcom echter tegen haar ministerie vol dat het exacte aantal niet met zekerheid is te zeggen.

Op pad met VN-gezant Hennis: ’70 burgerdoden had ik heus wel onthouden’

Elsevier 04.12.2019 Oud-minister van Defensie Jeanine Hennis (VVD) voelt zich in de rug aangevallen door de Haagse rel over de burgerdoden bij een bombardement in Irak in juni 2015. Zij kreeg het verwijt dat zij de Kamer zou hebben voorgelogen, maar kon zich hiertegen niet verdedigen. In Elsevier Weekblad spreekt zij zich voor het eerst uit over deze kwestie.

Minister Ank Bijleveld (CDA) meldde op 4 november in een Kamerbrief dat er bij het bombardement 70 burgerdoden vielen en dat Hennis destijds de Kamer verkeerd had ingelicht. Hennis kreeg de avond tevoren te horen wat Bijleveld van plan was. Uit de reportage in Elsevier Weekblad blijkt dat zij hierdoor compleet werd overvallen. Zij was onderweg, had geen toegang tot de documenten van destijds en kon zich niet verweren.

Lees het hele interview met Jeanine Hennis: ‘Het aantal van 70 doden zou ik echt wel hebben onthouden’

Kwestie werd in Irak opgepikt en uitvergroot op sociale media

Hennis bezweert dat ze de Kamer niet heeft voorgelogen. De kwestie werd ook in Irak opgepikt en op sociale media uitvergroot. ‘Als het aantal van 70 burgerdoden toen bekend was geweest, dan had ik dat heus wel onthouden,’ zegt ze in het interview.

november 28, 2019 Posted by | 2e kamer, Centcom, debat, dreiging, Hawija, Irak, is, isis, islam, Liesbeth Zegveld, Mark rutte, politiek, terreur, terreurdreiging, tweede kamer | , , , , , , , , , , , , , , , , , , , | Reacties uitgeschakeld voor Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 9

De nog veel langere arm van Erdogan in IS-gebied, Syrië, Irak en verder !! – deel 12 – de nasleep

Hoger beroep

De Rechtbank in Den Haag bepaalde maandag 11.11.2019 dat de Nederlandse staat zich moet inspannen om 56 kinderen uit kampen in Syrië terug te halen.

Het Kabinet gaat echter in hoger beroep tegen de uitspraak die Nederland verplicht zich maximaal in te spannen om de 56 IS-kinderen van Nederlandse IS-reizigers terug te halen. Dat schrijven minister Ferdinand Grapperhaus (Justitie en Veiligheid, CDA) en Stef Blok (Buitenlandse Zaken, VVD) dinsdag 12.11.2019 in een brief aan de Tweede Kamer.

De rechtbank in Den Haag bepaalde maandag 11.11.2019 dat de Nederlandse staat een inspanningsverplichting heeft binnen veertien dagen de kinderen van vrouwen die naar IS-gebied in Syrië of Irak zijn gereisd, terug te halen. Ook als er beroep zou worden ingesteld. Deze verplichting geldt niet voor de vrouwen zelf. Het kort geding was aangespannen door 23 vrouwen die naar Syrië of Irak waren afgereisd, die samen 56 kinderen hebben.

Deze afbeelding heeft een leeg alt-atribuut; de bestandsnaam is 8738e-asiel2b252822529.jpg

Terughalen andere IS-vrouwen uit Syrië niet uitgesloten

Het terughalen van Nederlandse IS’ers uit kampen in Noord-Syrië wordt zeker geen gewoonte. Dat was de boodschap van de ministers Grapperhaus (Jusititie en Veiligheid) en Kaag (Buitenlandse Zaken) in de Tweede Kamer. Maar ze sluiten niet uit dat het nog een keer gebeurt. “We bekijken het van geval tot geval”, zei Grapperhaus. Ook moet de veiligheidssituatie in de regio het toestaan.

Nederland haalde vorige maand Ilham B. uit Gouda en drie kinderen naar Nederland. Tot dan toe zei het kabinet steeds dat het ophalen van IS-vrouwen en kinderen uit Syrische kampen te gevaarlijk was. Maar nu bestond de vrees dat B.’s strafzaak zou vervallen als zij niet voor een Nederlandse rechter werd gebracht. En zij mag haar straf niet ontlopen, zei Grapperhaus vanmiddag in een debat over de teruggehaalde IS-vrouw.

De minister wees erop dat het bij de vrouw uit Gouda om een specifiek geval ging. De strafrechter had sinds begin 2019 al een paar keer aangegeven dat zij echt hiernaartoe moest komen om nog berecht te kunnen worden. En vorige maand was het even iets minder gevaarlijk in het gebied waar ze in een door Koerden bewaakt kamp zat. Daar is gebruik van gemaakt, zei Grapperhaus.

Veiligheidssituatie is fragiel

Hij voegde daaraan toe dat het nog eens kan voorkomen dat een Nederlandse strafrechter verzoekt om een Syrië-ganger naar Nederland te halen. Dan zal opnieuw bekeken worden of er geen andere oplossing is, of het gebied veilig genoeg is en of de internationale betrekkingen het toelaten. En dan kan er ook een andere afweging worden gemaakt, benadrukte hij. Want de veiligheidssituatie in Syrië is “fragiel en fluïde”.

Een meerderheid van de Kamer steunt het besluit om B. naar Nederland te halen en heeft er begrip voor dat hierover pas achteraf informatie is gegeven. Onder meer de regeringspartijen VVD en CDA willen dat Syriëgangers bij voorkeur worden berecht in de Syrische regio.

Maar als het echt niet anders kan, dan kunnen ze met deze oplossing leven. Ze willen wel dat de Syriëgangers onder langdurig toezicht komen te staan en dat de Tweede Kamer regelmatig op de hoogte wordt gebracht over de stand van zaken.

Met name de PVV, Forum voor Democratie, de fractie-Van Haga en JA21 vinden het niet kunnen dat Nederland “willens en wetens terroristen naar Nederland haalt”. Zij gaan ervan uit dat hiermee een precedent is geschapen en dat er nu veel meer IS-gangers naar Nederland zullen worden gehaald.

Kamerlid Markuszower zei vanmorgen dat “we allemaal weten dat mevrouw Kaag heel graag terroristen om zich heen heeft”. Dat leidde tot een harde botsing met een groot deel van de Kamer. Ook Kamerlid Eerdmans van JA21 vond de uitspraak te ver gaan.

Met terugkeer IS’er laait debat weer op: ‘Stel je voor dat we zo zouden zijn omgegaan met SS’ers’

Met de verrassende repatriëring van IS-ganger Ilham B. en drie jonge kinderen uit een Koerdisch kamp, laait het politieke debat op. Minister Ferd Grapperhaus (Justitie) krijgt de volle laag, want de Syriëgangers zijn ook een heet hangijzer aan het Binnenhof.

Foto ter illustratie. Enkele tientallen Nederlandse mannen en vrouwen zitten nog in detentiekampen in Syrië.

Ze ‘verlangde’ ooit ‘naar het kalifaat’, maar wilde na jaren in een Koerdisch kamp nu vooral terug naar Nederland. Met een zeer geheime operatie van de Nederlandse overheid slaagde dat dit weekend: Ilham B. en haar twee kinderen (2 en 5 jaar) werden samen met een 12-jarig kind van andere ouders overgedragen aan de Nederlandse autoriteiten.

Lees ook;

Uit Syrië opgehaalde IS-vrouw Ilham. B. aangekomen in Nederland en woensdag voorgeleid

Zorgen in Gouda om terughalen IS-vrouw Ilham B.: ‘Zij mag niet zomaar terugkeren in de samenleving’

Tot ieders verbazing, erkende haar advocaat Tamara Buruma. ,,Ik had alle hoop zo langzamerhand verloren.’’

Raqqa

Ilham vertoefde in Gouda in fanatieke kringen, jaren terug. Rond 2013 besloot ze naar het IS-kalifaat te gaan, trouwde met een Vlaamse jihadist en streek neer in Aleppo en later in IS-hoofdstad Raqqa. Daar bleef ze – ondanks kritiek en bombardementen -de extremist die ze was: ,,Dat er een raket op je huis valt, is levenservaring.’’

Leden van Koerdische veiligheidstroepen begeleiden drie kinderen die in de Syrische stad Qamishli zijn overgedragen aan Nederlandse diplomaten.

Leden van Koerdische veiligheidstroepen begeleiden drie kinderen die in de Syrische stad Qamishli zijn overgedragen aan Nederlandse diplomaten. © AFP

Later kwam ze in handen van Koerdische strijders, toen het IS-gebied werd overlopen. En de laatste jaren sleet ze dus in een kamp, waarbij het verlangen naar terugkeer naar haar geboorteland groeide.

Ophalen

Door haar terugkeer ontvouwt zich ook weer een wat weggeëbde politieke discussie. In politiek Den Haag staan partijen, ook binnen de coalitie, lijnrecht tegenover elkaar als het gaat om het ‘ophalen’ van voormalig IS-strijders en sympathisanten.

Grapperhaus liep over een dun koord: D66 is juist voor terugkeer en berechting, terwijl VVD en oppositiepartijen als PVV niets willen weten voor welke repatriëring dan ook.

VVD-Tweede Kamerlid Ulysse Ellian spreekt van een ‘onbegrijpelijke actie’. ,, Mijn bloed kookt. De rechtsstaat afwijzen, democratie afwijzen, mensenrechten op grote schaal schenden, en dan wel lekker terug naar Nederland? Stel je voor dat we ooit zo zouden zijn omgegaan met SS’ers. Ongelooflijk.’’

Grapper­haus stelt voorop dat B. bij terugkeer op Nederlands grondge­bied wordt aangehou­den. Er loopt immers al een strafzaak tegen haar

Ook PVV-leider Geert Wilders stelt het kabinet een pittig debat in het vooruitzicht. ,,Het is onacceptabel en onaanvaardbaar dat we de vijand, islamitische IS’ers, hierheen halen. Die terreurvrouwen hebben hun recht verspeeld ooit nog voet op Nederlandse bodem te zetten.’’

Straffeloosheid voorkomen

Toch is de redenering van Grapperhaus een andere, blijkt uit zijn toelichting. Hij stelt voorop dat B. bij terugkeer op Nederlands grondgebied wordt aangehouden. Er loopt immers al een strafzaak tegen haar. De Raad voor de Kinderbescherming zal zich over de kinderen ontfermen.

Grapperhaus wil juist dat B. haar strafzaak niet ontloopt: ,,Teneinde straffeloosheid te voorkomen.’’ Ofwel: als we haar niet hadden opgehaald, was ze misschien in vrijheid op een dag het kamp uitgewandeld.

Dat is precies wat D66 prijst: ,,Goed voor de veiligheid van Nederland: deze IS-vrouwen hierheen halen, berechten en voorkomen dat ze van de radar verdwijnen.’’

Demissionair minister Ferd Grapperhaus (Justitie).

Demissionair minister Ferd Grapperhaus (Justitie). © ANP

Bovendien werd de overheid de afgelopen jaren meermaals door rechters aangespoord om meer te doen om IS-gangers terug naar Nederland te halen. Allereerst de kinderen die niet voor de reis hadden gekozen.

Zo werd het 12-jarige meisje dat nu terugkeert jaren geleden door haar moeder meegenomen naar Syrië, tegen de wil van de vader in. Die vader spande in Nederland een rechtszaak aan die de repatriëring in gang zette.

Maar door verschillende rechterlijke uitspraken moest de overheid ook meer doen om de vrouwen en mannen tegen wie hier in Nederland rechtszaken lopen ‘op te halen’. Zij moesten, vond het gerechtshof bijvoorbeeld, de kans krijgen om hun proces bij te wonen.

Veilig genoeg

Grapperhaus reageerde in algemene zin steeds afwijzend. De kabinetslijn was: het is te gevaarlijk die gebieden in te gaan om mensen op te halen. Pas als Koerden of Turken hen in rustig gebied overdragen, zou er actie worden ondernomen. Kennelijk was het oordeel nu dat het (veilig genoeg) kon.

Zeldzaam is het wel: in 2019 werden twee weeskinderen gerepatrieerd, vaker ontsnapten Nederlandse vrouwen uit kampen in Syrië; het afgelopen jaar zeker tien. Slechts enkelen melden zich bij een Nederlands consulaat in Turkije en werden gearresteerd. Anderen vluchtten naar een deel van Syrië waar jihadisten de baas zijn.

Kamp al-Hol in Syrië.

Kamp al-Hol in Syrië. © AP

Ook B. vroeg sinds 2018 omwille van haar rechtszaak om terugkeer. Een rechter honoreerde dat, maar omdat Nederland geen actie ondernam, dreigde haar zaak naar de prullenbak te worden verwezen, zegt haar advocaat Buruma. ,,Ze moest worden teruggehaald, maar actie bleef uit. Dan kan het moment komen waarop wordt gezegd: kennelijk wil Nederland haar niet vervolgen en komt de zaak te vervallen.’’

B. is bovendien niet de laatste. Er zitten, volgens cijfers van inlichtingendienst AIVD, nog zo’n 45 Nederlandse mannen en vrouwen en 75 kinderen in kampen en gevangenissen.

De overdracht zou in Qamishli zijn geweest, aan de grens met Turkije | Foto: AFP

‘Goudse IS-vrouw Ilham B. en drie kinderen opgehaald uit Syrië’

Het is niet ondenkbaar dat er straks meer Nederlandse IS-vrouwen en -kinderen vanuit Syrische detentiekampen terug worden gehaald. Het kabinet deed dat gisteren voor het eerst, om te voorkomen dat het strafproces tegen een vrouwelijke Syriëganger zou vervallen.

“Het wordt voor het kabinet nu een stuk lastiger vol te houden dat terughalen uit Syrië echt niet kan, omdat het daar te onveilig is”, zegt Bibi van Ginkel van denktank The GloCal Connection. De terrorisme- en internationaal recht-specialist acht het waarschijnlijk dat er meer IS-vrouwen zullen volgen. “Ook in andere rechtszaken tegen Nederlandse IS-vrouwen zal de rechter zeggen: dit is een vergelijkbare situatie.”

‘Nederland moet ze ophalen’

In minstens tien van dit soort strafzaken hebben verdachten een beroep gedaan op dezelfde procedure die gisteren geleid heeft tot het ophalen van Ilham B. met haar gezin. André Seebregts vertegenwoordigt met zijn advocatenkantoor tien Nederlandse vrouwen met zeker 25 kinderen in Syrische kampen.

“Als wij gelijk krijgen met die procedures, dan vervallen die strafzaken. Dan kunnen de verdachten gaan en staan waar ze maar willen en dat wil Nederland niet. Dus om dat te voorkomen, moet Nederland ze ophalen”, zegt Seebregts. De kans dat dit ook gebeurt, is volgens de advocaat groter nu het kabinet terreurverdachte B. met haar gezin heeft laten ophalen. Vandaag kwam het gezin aan in Nederland.

Grondwettelijk recht

De procedure waar het hier over gaat, is in feite een beroep op het grondwettelijke recht voor verdachten om bij hun proces aanwezig te mogen zijn. Dat heeft dus ook B. uit Gouda gedaan. Tegen haar loopt sinds 2016 een rechtszaak. Er zou een streep worden gezet door haar vervolging als de Staat geen concrete stappen zou zetten om haar terug te halen, oordeelde de rechtbank van Rotterdam in februari.

De rechter vond het onredelijk de vervolging voort te zetten als Nederland geen moeite zou doen om haar terug te halen. Bij een streep door het strafproces zou terreurverdachte B. nooit meer berecht kunnen worden voor haar daden. “Ik denk dat het OM hier echt zorgen over heeft gehad”, zegt Van Ginkel. Want ook bij de rechtszaken tegen tientallen andere IS-vrouwen zou dit kunnen gebeuren, zoals advocaat Seebregts al aangaf.

Kabinet: uitzonderlijke gelegenheid

Het demissionaire kabinet is altijd tegenstander geweest van het ophalen van vrouwelijke Syriëgangers en hun kinderen. Het hoofdargument: het zou er te onveilig zijn voor Nederlandse ambtenaren. Maar nu deed zich “een uitzonderlijke gelegenheid voor om de verdachte en haar twee kinderen over te brengen naar Nederland”, legt justitieminister Grapperhaus uit in een Kamerbrief. Verdere details geeft het kabinet niet.

Buruma zegt tegen de NOS dat ze nog geen contact met B. heeft gehad. “Maar dit is natuurlijk iets waar we ons al ruim drie jaar heel actief voor in hebben gezet”, zegt ze. “Om haar in Nederland een strafzaak te kunnen laten hebben en laten bijwonen. En dat dat nu eindelijk toch plaatsvindt, terwijl we eigenlijk de hoop al hadden opgegeven, is heel goed nieuws. Het is toch wel een verrassing, omdat Nederland dit natuurlijk eigenlijk al veel eerder had kunnen doen en zich daar telkens zo tegen verzette.”

Syriëgezant De Bont: ‘We zijn hier om de wet uit te voeren’

De discussie over het terughalen van Syriëgangers en hun kinderen is al jaren een heet hangijzer in Nederland. Meer conservatieve partijen als VVD en PVV zijn faliekant tegen. De gezinnen zouden het recht om terug te keren hebben verspeeld en vanwege radicalisering een gevaar vormen voor de samenleving.

Ook de Jezidi-gemeenschap in Nederland spreekt zich uit tegen de komst van IS-vrouwen. “De IS-vrouwen waren erger dan de strijders”, zei een slachtoffer tegen de NOS. Ze hoopte dat de IS aanhangers in Syrië en Irak worden berecht en nooit meer vrijkomen.

Meer progressieve partijen zoals D66 en GroenLinks vinden juist dat berechting in Nederland veiliger is. Ze verwijzen daarbij onder meer naar een uitgelekte memo van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid. Daarin stond dat het beter is om in Nederland toezicht te houden op IS-kinderen, omdat de kans anders groot is dat ze radicaliseren en vervolgens terugkeren.

Kinderen

En mensenrechtenorganisaties hameren er al jaren op dat de kinderen niets verkeerd hebben gedaan en het recht hebben om naar Nederland te komen. Ook de kinderombudsvrouw roept al jaren op om de kinderen uit het voormalige IS-kalifaat terug te halen.

Momenteel zitten er zo’n 75 kinderen met een of twee Nederlandse ouders vast in gevangeniskampen in Syrië. De AIVD schrijft dat er ook 45 volwassenen vastzitten, maar onduidelijk is hoe veel vrouwen dat zijn. De leefomstandigheden in de kampen zijn volgens mensenrechtenorganisaties erbarmelijk.

De Nederlandse Syriëganger Ilham B, uit Gouda is door Nederland uit het noorden van Syrië opgehaald. Dat meldt de NOS, op basis van haar advocaat. Ook zijn haar twee kinderen meegenomen, samen met een derde kind waarvan nog niet bekend is wie de ouders zijn.

Ze verbleven in een Koerdisch gevangenenkamp. De Nederlandse Syriëgezant Emiel de Bont en ten minste één Nederlandse vertegenwoordiger van het ministerie van Buitenlandse Zaken zijn in Qamishli, bij de Turkse grens. De Nederlanders worden nu overgebracht naar de Iraakse stad Erbil, waar een Nederlands consulaat is.

Op een persconferentie nam De Bont het woord. ‘Wij zijn hier met een duidelijk mandaat, om een kleine groep Nederlanders op te halen’, zei hij. Hij verwees naar uitspraken in rechtszaken die het ophalen van de Nederlanders mogelijk maakt.

‘Onacceptabel en onaanvaardbaar’

De Syrische Koerden hadden de overdracht van ‘IS-burgers aan de Nederlandse autoriteiten’ vrijdag aangekondigd. Dat leidde tot bezorgde reacties in de Tweede Kamer. ‘Als dit waar is hebben Kaag en Grapperhaus een groot politiek probleem’, twitterde PVV-leider Geert Wilders. ‘Het is onacceptabel en onaanvaardbaar dat we de islamitische vijand van ISIS hierheen halen.’ CDA-Kamerlid Anne Kuik wil ‘zo snel mogelijk opheldering’.

Tijdens de Syrische burgeroorlog trokken ook buitenlanders naar Syrië om zich aan te sluiten bij Islamitische Staat. De Koerden hebben veel van die Syriëgangers gevangengenomen toen het ‘kalifaat’ van IS instortte. De Koerdische autoriteiten hebben buitenlandse overheden opgeroepen om hun burgers te repatriëren, maar veel landen voelen daar weinig voor. De ministeries van Justitie en Buitenlandse Zaken willen zaterdag geen commentaar geven op de zaak.

‘Dit had veel eerder gemoeten’

De advocate van Ilham B., Tamara Buruma, zegt tegen de NOS blij te zijn dat Nederland ‘eindelijk verantwoordelijkheid neemt’, nu haar cliënte uit Syrië is gehaald. ‘Het is zeer betreurenswaardig dat iemand die zich al zo vroeg heeft gemeld bij de Nederlandse autoriteiten, hier zo lang op moest wachten. Dit had veel eerder gemoeten, maar ik ben toch blij dat het nu is gebeurd’, zegt Buruma.

Ze zegt al drie jaar bezig te zijn om Ilham B. in Nederland te krijgen. De Goudse B. wordt sinds maart 2016 in Nederland vervolgd omdat ze naar het kalifaat reisde en zich aansloot bij terreurorganisatie IS. Ze kan niet bij verstrek worden veroordeeld, omdat ze bij de zitting aanwezig wil zijn.

Politieke vragen in Gouda

Het CDA in Gouda heeft zaterdag meteen schriftelijke vragen gesteld aan het college van burgemeester en wethouders (B&W). De partij wil weten of het gemeentebestuur ook vindt ‘dat er geen automatisme kan zijn om personen, die bewust hebben gekozen voor het kalifaat, terug te laten keren in de Goudse samenleving’. Ook wil het CDA onder meer weten of er veiligheidsrisico’s zijn en hoe het college daar mee om zal gaan.

‘Als CDA Gouda willen we dat we in Gouda veilig kunnen leven met Gouwenaars die zich inzetten voor onze stad’, zegt de fractie. ‘Als je bewust weggaat en aansluit bij een gruwelijk regime dat zich keert tegen alle vrijheden die we kennen in onze samenleving dan past dat niet meer.’

BEKIJK OOK

Lees: Kabinet gaat vijf Syriëgangers terughalen naar Nederland NU 09.11.2021

Lees: Grapperhaus wil vijf Syriëgangers repatriëren NOS 09.11.2021

Lees: Nederland gaat vijf Syriëgangers terughalen Telegraaf 09.11.2021

Lees: Nederland overlegt over terughalen vijf Syriëgangers en hun elf kinderen AD 09.11.2021

Lees: Nederland gaat vijf Syriëgangers terughalen om te voorkomen dat ze straf ontlopen  RTL 09.11.2021

Lees: Aan terughalen IS-vrouwen valt niet te ontkomen, dit staat ze hier te wachten AD 11.10.2021

Lees: Rechter legt regering nieuwe deadline op voor ophalen van IS-vrouwen uit Syrië NOS 11.10.2021

Lees: Rechter stelt kabinet deadline voor het ophalen van vijf IS-vrouwen NOS 06.07.2021

Lees: Kabinet moet binnen drie maanden beslissen over ophalen vijf IS-vrouwen RTL 06.07.2021

Lees: Rechter stelt kabinet ultimatum: nog drie maanden om Nederlandse IS-vrouwen op te halen AD 06.07.2021

Lees: Kabinet moet binnen drie maanden beslissen over ophalen vijf IS-vrouwen MSN 06.07.2021

Lees: Ongeveer 15 Nederlandse IS-vrouwen ontsnapten uit Koerdische kampen NOS 05.07.2021

Lees: Naar schatting vijftien Nederlandse vrouwen uit kampen in Syrië ontsnapt NU 05.07.2021

Lees: ’Zo’n 15 Nederlandse IS-vrouwen uit kampen ontsnapt’ Telegraaf 05.07.2021

Lees: Ongeveer vijftien Nederlandse vrouwen uit kampen in Syrië ontsnapt AD 05.07.2021

Ilham B. terug in Nederland: ‘Waarschijnlijk zullen meer IS-vrouwen volgen’ NOS 06.06.2021

Syriëganger is aangekomen in Nederland en verschijnt woensdag voor rechter NU 06.06.2021

Opgehaalde Syriëganger en kinderen aangekomen in Nederland NOS 06.06.2021

Ministerie bevestigt ophalen Syriëganger, vrouw wordt in Nederland vervolgd NU 05.06.2021

IS-ganger uit Syrië opgehaald voor berechting in Nederland RTL 05.06.2021

IS-ganger Ilham B. zal in Nederland worden aangehouden en vervolgd AD 05.06.2021

LEES OOK: Rechter geeft minister langer de tijd om ‘Goudse Syriëganger’ terug te halen

Advocaat teruggehaalde Syriëganger: ‘Dit had veel eerder gemoeten’ NOS 05.06.2021

Overgedragen Syriëganger is Ilham B., ook haar kinderen opgehaald NU 05.06.2021

Overgedragen Syriëganger zou Ilham B. zijn, ook haar kinderen opgehaald MSN 05.06.2021

IS-vrouw en kinderen overgedragen aan Nederlandse delegatie ‘Ik had alle hoop zo langzamerhand verloren’ AD 05.06.2021

Nederlandse IS-vrouw Ilham B. met drie kinderen opgehaald uit Syrië NOS 05.06.2021

Koerden: Nederlandse delegatie heeft in Syrië IS-kinderen opgehaald NU 05.06.2021

Nederland haalt IS-ganger en kinderen op uit Syrië Telegraaf 05.06.2021

Nederland haalt IS-ganger en kinderen op uit Syrië MSN 05.06.2021

AD 20.03.2021

Telegraaf 11.01.2021

Telegraaf 12.12.2020

28.11.2020

27.11.2020

Angela B.

Het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft contact met de Turkse autoriteiten over een 25-jarige Nederlandse Syriëganger. Zij meldde zich recent met haar zoontje bij het Nederlandse consulaat in Istanbul.

Hoewel het ministerie geen mededelingen over de identiteit van de vrouw doet, gaat het volgens ingewijden om Angela B.

AD 05.01.2021

B. vertrok in 2014 vanuit Soesterberg naar het ‘IS-kalifaat’ in Syrië. Ze trouwde er met een Portugese jihadist en kreeg in het kalifaat twee kinderen; een dochter en zoon. Haar dochter is inmiddels overleden, net als haar eerste man. Daarna zou ze zijn hertrouwd met een andere Portugese jihadist, schrijft het AD. Ze bleef tot de val van IS in 2019 in het kalifaat.

Juist de meest radicale Nederlandse jihadvrouwen wisten te ontsnappen uit gevangenenkamp Al Hol in Syrië. Nu vindt de eerste haar weg naar ons land. Het is de vraag of we hier raad weten met de meest gehaaide bruiden van terreurorganisatie IS, waaronder Angela B., die zich momenteel opmaakt om hierheen te komen.

Zo vrezen experts dat er op de nieuwe, kleine terreurafdeling voor vrouwelijke gevangenen in Zwolle onvoldoende mogelijkheid is om de extremistische vrouwen te scheiden van degenen die wél van hun meest radicale denkbeelden af lijken te zijn. Volgens het ministerie van Justitie en Veiligheid is die ruimte er wel. Bronnen melden dat het er op lijkt dat de meest geharde vrouwen onlangs uit gevangenenkamp Al Hol wisten te ontsnappen, om vervolgens neer te strijken in de stad Idlib, vlakbij de Turkse grens. Daar zou een groep van zo’n vijftien Nederlandse vrouwen verblijven.

Ook Angela B. bleef IS trouw, maar meldde zich deze week toch bij een consulaat in Turkije na een verblijf in het Syrische Idlib. Daar zitten ook andere Nederlandse vrouwen die het – veelal met geld uit ons land – lukte om weg te komen uit de kampen. Samir A., in Nederland al jaren geleden veroordeeld voor terrorisme, zamelde het geld in en sluisde het door om smokkelaars van te betalen. Eén van de vrouwen die daar verblijft, plaatste op haar Facebookaccount een filmpje van Syrië, dat zwart kleurt als de vlaggen van IS. ‘Oh God, geef ons de dagen terug’, staat erbij.

De Nederlandse vrouw heeft zich deze week gemeld bij het Nederlandse consulaat in de Turkse stad Istanbul. Het gaat om ‘jihadbruid’ Angela B.

Dat bevestigen ingewijden aan ANP na berichtgeving van diverse media. Het ministerie van Buitenlandse Zaken wil alleen zeggen dat zich een 25-jarige, Nederlandse vrouw met een zoontje bij het consulaat heeft gemeld.

In Turkse detentie

De vrouw zit momenteel in Turkse detentie. Waarschijnlijk zullen de Turkse autoriteiten haar uitzetten, wat zou betekenen dat ze onder begeleiding van de marechaussee terug naar Nederland komt.

Lees ook:

Ze willen terug naar Nederland, maar hoe gevaarlijk zijn de vrouwen van IS?

Het kabinet zegt al jaren geen Syriëgangers op te halen uit het strijdgebied, omdat het daar te gevaarlijk is. Maar nu B. zich heeft gemeld bij een Nederlandse diplomatieke post, verandert dat de zaak.

Kamp Al-Hol

Een jaar geleden filmde een ploeg van Sky News in het kamp. Uit de reportage valt op te maken dat het radicale gedachtengoed van IS daar nog voortleeft:

Het is niet de eerste keer dat een vrouwelijke Syriëganger terug naar Nederland komt. Vorig jaar december kwam een 28-jarige vrouw uit Gouda terug. Zij werd bij aankomst direct aangehouden, haar kind van 4 werd overgedragen aan de Raad voor de Kinderbescherming.

Ontsnapt uit Al Hol

B. kwam na de val van IS terecht in het overvolle gevangenkamp Al Hol. In de zomer ontsnapteze met een groep Nederlandse IS-vrouwen uit dat kamp, mogelijk met hulp van mensensmokkelaars. Journalist Sinan Can sprak haar vorig jaar in Al Hol voor zijn documentairereeks De Lokroep. In dat gesprek zei B. te begrijpen dat mensen in Nederland niet staan te wachten op haar terugkeer. “Maar waarom moet de jeugd van mijn zoon worden afgenomen, terwijl het leven mijn dochter al is afgenomen?”, zei ze.

Als B. door Turkije wordt uitgezet, vliegt ze onder begeleiding van de marechaussee terug naar Nederland. Daarna wordt ze direct opgepakt, vergelijkbaar met de vrouwen die begin deze maand werden aangehouden op Schiphol en de 28-jarige vrouw uit Gouda die bijna een jaar geleden terugkeerde. Haar kind van 4 werd toen overgedragen aan de Raad voor de Kinderbescherming.

BEKIJK OOK;

Telegraaf 08.10.2020

Telegraaf 16.10.2020

Telegraaf 25.03.2020

Telegraaf 28.02.2020

AD 28.02.2020

AD 20.02.2020

Het standpunt van het kabinet is nog altijd dat IS-strijders in de regio berecht moeten worden. Vooral VVD en CDA blijven tegen terugkeer. Wat de kinderen betreft moet het kabinet dat beleid aanpassen, vind de rechter in Den Haag. De meeste kinderen zijn nog onder de twaalf jaar oud en hebben allemaal de Nederlandse nationaliteit.

08.02.2020

  

Uitspraak rechter in Nederland

Ze leven in een acute noodsituatie, onder erbarmelijke omstandigheden. Nederland moet binnen twee weken er daarom alles aan doen om 56 IS-kinderen terug te halen, zo oordeelde de rechter maandag 11.11.2019 in een kort geding.

Telegraaf 30.12.2019

Hoe nu verder?

Telegraaf 10.07.2020

AD 26.06.2020

Telegraaf 22.06.2020

Oproep VN terugkeer Syriëganger

De Verenigde Naties doen een dringend beroep op landen hun landgenoten op te halen die vastzitten in kampen in het door Koerden gecontroleerde noordoosten van Syrië. Het gaat vooral om kinderen en vrouwen van gesneuvelde of gevangen strijders van de radicaalislamitische IS. Onder hen zijn ook Nederlanders.

De zogenoemde Hoge Commissaris voor de Rechten van de Mens van de VN, Michelle Bachelet, wijst op de benarde situatie in de overvolle kampen. Ook vreest ze voor extra problemen door het coronavirus.

BEKIJK OOK:

’Regering haalt IS-kinderen uit Syrië naar Frankrijk’

De oproep komt een dag na berichten dat Frankrijk opnieuw een groep IS-kinderen uit Syrië heeft opgehaald. Vorig jaar namen de Fransen ook twee Nederlandse IS-weeskinderen mee.

De Franse regering heeft inmiddels meerdere kinderen van radicaal-islamitische IS-strijders opgehaald uit het noordoosten van Syrië en naar Frankrijk gebracht, laat het ministerie van Buitenlandse Zaken weten in een verklaring. De kinderen zaten in een kamp in Noordoost-Syrië.

Volgens het Franse Centrum voor Analyse van Terrorisme (CAT) zijn niet alle kinderen wees, maar hebben moeders toestemming gegeven om de kinderen naar Frankrijk te brengen.

Het gaat om kinderen van Franse IS-strijders die zijn gedood of in de gevangenis zitten. Dat zegt een Frans analysecentrum voor terrorisme (CAT) te hebben vernomen.

Een deel van de IS-kinderen is wees. Bij de anderen zouden de moeders toestemming hebben gegeven voor de repatriëring, die zondagochtend zou zijn geweest. De kinderen zaten vast in kampen van de Koerden. De regering in Parijs noemde de teruggebrachte kinderen erg jong en kwetsbaar. De moeders zouden niet naar Frankrijk mogen.

Frankrijk repatrieert al langer IS-kinderen uit de kampen in het noordoosten van Syrië. Vorig jaar werden ook Nederlandse kinderen door de Franse overheid teruggehaald.

Het Nederlandse kabinet is niet van plan de kinderen terug te halen. Wel liet minister Grapperhaus van Justitie vorige week weten dat hij kijkt naar het repatriëren van “individuele gevallen”, zoals Syriëganger Ilham B. Naar verluidt zitten er deze keer geen Nederlandse kinderen bij.

AD 19.06.2020

Meer tijd

De rechter heeft het kabinet een half jaar langer de tijd gegeven om een Syriëganger naar Nederland terug te halen en hier te berechten. Volgens de NOS gaat het om de Goudse Ilham B. die zich aansloot bij terreurgroep Islamitische Staat (IS).

De vrouw wordt nu vastgehouden in een kamp in Noord-Syrië. De rechter bepaalde in februari dat de zaak stopgezet werd als de vrouw niet voor 2 juni in Nederland zou zijn.

AD 30.12.2019

AD 15.11.2019

Hoe groot is de kans dat de kinderen over twee weken in Nederland zijn?

Niet heel groot. Met name omdat er nog tal van zaken opgelost moeten worden voordat de kinderen daadwerkelijk teruggehaald kunnen worden. Zo is het kort geding aangespannen door 23 IS-vrouwen. Zij willen ook gerepatrieerd worden. Dat maakt de zaak aanzienlijk complexer. Nederland hoeft de vrouwen namelijk niet terug te halen, zo oordeelde de voorzieningenrechter. “Zij zijn welbewust naar Syrië of Irak gegaan om zich aan te sluiten bij IS, een terroristische organisatie”.

AD 11.01.2020

AD 06.12.2019

Het vonnis van de rechter:

‘Er is sprake van een ernstige en acute noodsituatie’

Volgens de advocaten van de vrouwen willen de Koerdische milities de kinderen alleen niet scheiden van hun moeders. Als dat klopt, moet Nederland ook pogen de vrouwen terug te halen, aldus de rechter. Dat druist in tegen het kabinetsbeleid. Het kabinet wil dat Nederlandse IS’ers in de regio zelf berecht worden. Daardoor lijkt de zaak enkel in een stroomversnelling te kunnen komen als de Koerdische milities óf het kabinet op korte termijn radicaal wijzigt van standpunt.

Hoe verloopt het terughalen in de praktijk?

De kinderen moeten, eventueel met hun moeders, worden opgehaald uit overvolle detentiekampen in het noordoosten van Syrië. Volgens de Nederlandse Staat is dat onveilig gebied, waar Nederland geen zeggenschap heeft. Om die reden wil Nederland enkel IS’ers repatriëren als ze zich hebben gemeld bij een Nederlandse ambassade of consulaat.

De Amerikanen hebben aangeboden te helpen met de repatriëring van Nederlanders in de Syrische kampen. Een hulpverzoek neerleggen bij de VS zou onder de “inspanningsverplichting” kunnen vallen die door de rechter aan de Staat is opgelegd. Hoogleraar staats- en bestuursrecht Jon Schilder, verbonden aan de Vrije Universiteit Amsterdam, benadrukt dat die term juridisch alleen niet heel streng is. “Er is geen resultaatverplichting. Daarom is er bijvoorbeeld ook geen dwangsom opgelegd.”

Telegraaf 26.11.2019

Verder benadrukt de rechter dat Nederland geen “substantiële veiligheidsrisico’s” hoeft te nemen bij het terughalen. De inspanningsverplichting is op die manier breed te interpreteren en het is volgens Schilder moeilijk te controleren of Nederland zich voldoende heeft ingespannen de kinderen terug te halen. “De rechter zal zich daar niet snel aan willen branden, omdat hij niet op de stoel van de politiek wil zitten.”

AD 23.11.2019

AD 23.11.2019

Is de uitspraak definitief?

Nee. De Staat kan net als in soortgelijke zaken in België en Duitsland nog in hoger beroep. De uitspraak verdeelt de politiek. Als het aan de VVD ligt wordt er hoe dan ook doorgeprocedeerd en het CDA noemt de uitspraak “risicovol”, terwijl hun coalitiepartners D66 en ChristenUnie juist tevreden reageren. Premier Rutte liet enkel weten de uitspraak “te bestuderen”.

AD 22.11.2019

‘Volstrekt unieke zaak’

“Volstrekt uniek”, zegt hoogleraar staats- en bestuursrecht Jon Schilder, verbonden aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Volgens hem zal het verloop van de zaak belangrijk zijn voor soortgelijke zaken in de toekomst. “Mensen vroegen me vooraf ook wat ik verwachtte van de uitspraak. Ik had werkelijk geen idee. Er is geen precedent.”

Nederland haalde eerder al wel twee weeskinderen van IS’ers terug uit het noordoosten van Syrië. Maar dat was met hulp van Frankrijk en daarbij waren verder geen volwassenen IS’ers bij betrokken. In Duitsland en België oordeelden rechters eerder ook al dat IS-kinderen opgehaald moeten worden, inclusief moeders. In beide landen is de Staat in hoger beroep gegaan.

Als er hoger beroep wordt aangetekend, is de kans sowieso klein dat de kinderen op korte termijn worden teruggehaald. “En als ze dan doorgaan tot de Hoge Raad ben je zo jaren verder”, zegt hoogleraar Schilder. Over het terughalen van IS’ers is veel discussie onder experts.

Turkije stuurt de IS-strijders terug

Turkije begon maandag 11.11.2019 met het terugsturen van opgepakte strijders van Islamitische Staat (IS) naar hun land van herkomst. Zo luidt althans het dreigement van de Turkse minister van Binnenlandse Zaken.

Wat betekent deze aankondiging voor Nederland?

Vijf vragen;

Komen polderjihadisten nu massaal terug?

Nee. Ten eerste is het nog afwachten of Turkije de daad bij het woord voert. Ten tweede leek de minister met name te doelen op IS-strijders die Turkije eerder heeft opgepakt in Noord-Syrië, tijdens de militaire operatie daar. Onbekend is of daar Nederlanders bij zitten.

Er zitten wel Nederlandse Syriëgangers in een Turkse cel, maar dat is slechts een handvol. Loes F. uit Geleen en Souad D. uit Franeker zijn twee jihadvrouwen die al langer in de cel zitten en terug willen. Ook Xaviera Rose-Claire S. uit Apeldoorn zit vast in Turkije. Ruim een week geleden meldden zich nog twee Nederlandse vrouwen bij de Nederlandse ambassade in Ankara, in de hoop terug te keren. In totaal gaat het om naar schatting een zevental Nederlandse jihadisten, onder wie ook twee of drie mannen.

Bekijk ook: 

Turkse minister: Turkije begint maandag met terugsturen IS’ers 

Terugsturen, hoe gaat dat?

Er zijn al eerder nederjihadisten overgevlogen uit Turkije naar Nederland. Reda N. en Oussama A. kwamen met een gewoon lijnvliegtuig, maar onder begeleiding van de marechaussee. Na aankomst op Schiphol werden ze aangehouden en afgevoerd naar de terroristenafdeling van de gevangenis in Vught.

En wat als hun paspoort is afgepakt?

Een van de twee dames die zich een week geleden meldden op de Nederlandse ambassade, heeft alleen nog maar de Marokkaanse nationaliteit. Dat betekent echter niet dat ze niet teruggestuurd kan worden naar Nederland. Wel dat ze, als ze is berecht en haar straf heeft uitgezeten, het land uit wordt gezet.

Wat voor straffen krijgen ze hier?

De straffen voor vrouwen komen neer op zo’n anderhalf tot twee jaar cel. Voor mannen, van wie de kans veel groter is dat ze hebben gevochten of zich schuldig hebben gemaakt aan gruwelen, is een jaar of zes de norm. Vorig jaar kreeg de Utrechtse strijder Oussama A. 7,5 jaar omdat hij had gesold met het lijk van een IS-slachtoffer. Zijn vriend Reda N. kwam er vanaf met 4,5 jaar omdat bij hem hard bewijs ontbreekt dat hij gruweldaden heeft begaan.

En hoeveel IS’ers zitten er nog aan te komen?

Voor Nederland is de flinke groep IS- vrouwen in de Koerdische kampen in Noord-Syrië van groter belang dan die nu al in een Turkse cel zitten. Het gaat om zo’n vijftien mannen en veertig vrouwen plus tegen de honderd kinderen met een Nederlandse link. Het kabinet staat onder steeds grotere druk om hen terug te halen naar Nederland. Maandag 18.11.2019 doet de kortgedingrechter daarover uitspraak.

Telegraaf 30.12.2019

Dossier terugkeer-is Elsevier

Dossier IS-terugkeerders NRC

Lees: Grapperhaus: terughalen andere IS-vrouwen uit Syrië niet uitgesloten NOS 01.07.2021

Lees: Rode Kruis roept kabinet op vrouwen en kinderen terug te halen uit Syrië NU 01.07.2021

Lees: Nederland haalt Syriëgangers niet actief terug, maar waarom Ilham B. wel? NU 30.06.2021

lees: Uitspraak kort geding tegen de Staat namens 23 vrouwen en 56 kinderen 12.11.2019

Zie ook: De nog veel langere arm van Erdogan en verder nog meer !! – deel 11

Zie ook: Nieuwe hoop Kinderpardon versus Asielbeleid !!! ???

Zie ook: Verhoogde dreiging door aanslagen en extremisme – deel 16

Zie ook: Van Hoofddoekjes, Burka’s, kruizen en Boerkini’s – deel 11 – nasleep

Zie ook: Religie in de 21e eeuw

zie ook: IS versus Beeldenstorm 21e eeuw

Zie ook: De dreiging der Kruistochten in de 21e eeuw

Zie ook: Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 8

Zie ook: Kabinet Rutte 2 en 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 7

Zie ook: Terugblik Jason W. Hofstadgroep Laakse Antheunisstraat

Zie ook: Dreigen er terroristische acties van ISIS-activisten ook in Den Haag ??? deel 2

Haal onze kinderen wel uit de Syrische kampen

AD 20.03.2021 Het gerechtshof oordeelde dat ons land niet verplicht is Nederlandse kinderen uit Syrië te halen. De Hoge Raad bevestigde dit. Er wordt niet gedacht aan de belangen van de kinderen, stelt Mirjam Blaak.

De Belgische regering besloot begin deze maand dat ze de kinderen van IS-strijders tot 12 jaar gaan terughalen naar België. Dat is goed nieuws.

Tientallen Nederlandse kinderen zitten ook vast in de Syrische kampen. De Nederlandse overheid weigert echter om deze kinderen op te halen. De rechtbank oordeelde dat Nederland zich hiervoor moet inspannen, maar het hof oordeelde vervolgens dat de Nederlandse overheid deze verplichting niet heeft. De uitspraak van het hof werd door de Hoge Raad bevestigd. Defence for Children vindt dat er onvoldoende rekening wordt gehouden met de rechten en belangen van deze kinderen. Wij vinden dat onze overheid wel degelijk de plicht heeft om deze kinderen te beschermen nu hun ouders dit niet kunnen.

Voor de heel jonge kinderen geldt vaak dat hun ouders hen niet kunnen beschermen

In twee recente zaken stelde het VN-Kinderrechtencomité vast dat landen de verplichting hebben om de mensenrechten van minderjarige onderdanen in de Syrische kampen te beschermen, ondanks het feit dat deze kampen onder controle staan van een niet-statelijke gewapende groep. Wij vinden dat de Nederlandse overheid deze verplichting niet nakomt. In het VN-Kinderrechtenverdrag staat dat de overheid de taak heeft om kinderen te beschermen als hun ouders dat niet kunnen of willen.

Voor de vaak nog heel jonge kinderen in de kampen geldt dat hun ouders hen niet kunnen beschermen. De overheid heeft, naast de juridische verplichting, ook de morele plicht er alles aan te doen om deze kinderen in veiligheid te brengen. Dat geldt óók als kinderen door hun ouders in een onveilige situatie zijn gebracht.

Als ouders op Nederlandse bodem hun kinderen in een onveilige situatie brengen, aarzelen we toch ook niet om in te grijpen en de kinderen te beschermen? Het terughalen van de kinderen is mogelijk. Andere landen gingen ons al voor. Bovendien zijn we voorbereid op de terugkomst van de kinderen.

De Raad voor de Kinderbescherming heeft terugkeerplannen opgesteld waarin staat waar de kinderen gaan wonen en welke zorg en behandeling worden ingezet. Het is dan ook onbegrijpelijk dat de overheid de afgelopen jaren achterover heeft geleund en niets heeft gedaan. Deze kinderen hebben geen tijd meer om te wachten.

Het leven en de ontwikkeling van de kinderen staan op het spel. We doen dan ook een noodoproep aan de formerende partijen: neem dit onderwerp mee in het formatieakkoord en haal deze kinderen op!

Mirjam Blaak is directeur van Defence for Children.

Definitief terugkeerverbod voor Britse IS-bruid (21) die trouwde met Nederlandse jihadist

AD 26.02.2021 Na jaren juridisch getouwtrek hebben de hoogste rechters in Engeland bepaald dat de Londense ‘IS-bruid’ Shamima Begum niet naar het land mag terugkeren om haar zaak te bepleiten. De nu 21-jarige vertrok zes jaar geleden naar het ‘kalifaat’ van Islamitische Staat langs de rivier de Eufraat. In 2019 nam de regering haar de Britse nationaliteit af.

Na de ineenstorting van het schrikbewind van IS in Syrië en Irak verbleef Begum in gevangeniskampen waar ze heeft geprobeerd het afnemen van haar Britse nationaliteit en het verbod terug te keren aan te vechten. De opperrechters lijken daar nu eindelijk een punt achter te hebben gezet. Volgens Britse media zijn ze niet alleen bezorgd over de bedoelingen van Begum, maar vrezen ze ook dat een heleboel jihadisten ook zouden terugkomen, als Begums poging was geslaagd.

Begum trouwde kort na aankomst in de Syrische stad Raqqa met de Arnhemse IS-strijder Yago Riedijk. Ze heeft daarom ook met de gedachte gespeeld naar Nederland te gaan. Begum kreeg drie kinderen die allemaal zijn overleden. Voor zover bekend zitten beiden opgesloten in het noordoosten van Syrië, dat door Koerden wordt beheerst.

De Britse regering ontnam haar het staatsburgerschap in 2019, nadat een journalist haar in een Koerdisch gevangenenkamp vond. De regering zei dat ze wel recht had op de Bengaalse nationaliteit, omdat haar ouders uit Bangladesh komen. Als dat niet het geval was geweest, had de regering haar niet de Britse nationaliteit kunnen ontnemen omdat iemand niet zonder nationaliteit mag komen te zitten, volgens de Britse wet.

Begum en haar advocaten hebben de Bengaalse optie aangevochten. En de voormalige jihadiste wilde toestemming om naar Engeland terug te keren om de nationaliteit terug te krijgen. Haar advocaten zeggen dat ze de zaak niet goed hebben kunnen voorbereiden, omdat ze haar amper hebben kunnen spreken. Zij mag geen telefoons gebruiken zolang ze vastzit in het kamp. De vrouw wordt door de Britse inlichtingendienst MI5 nog steeds gezien als bedreiging voor de Britse samenleving, vanwege haar eerdere toewijding aan IS.

Riedijk

De Nederlandse jihadist Yago Riedijk (26) verklaarde in maart 2019 dat hij Syrië niet verlaat zonder zijn vrouw. Het IS-stel vertrok enkele weken geleden uit de restanten van het kalifaat en gaf zich over aan Koerdische strijders. Begum, die als 15-jarig schoolmeisje uit Groot-Brittannië vertrok, zit nu vast in een speciale afdeling voor IS-vrouwen in een vluchtelingenkamp in Noord-Syrië. Riedijk zit in een Koerdische gevangenis in hetzelfde gebied. Hij is in Nederland al bij verstek tot zes jaar cel veroordeeld, omdat hij zich had aangesloten bij een terroristische organisatie.

,,Ik wil terug naar Nederland. Dat is mijn droom, dat ik gewoon mijn kind kan opvoeden in Nederland. Maar mijn vrouw en kind achterlaten in Syrië, dat wil ik niet’’, zei de Arnhemmer destijds in een interview met deze krant. Dat vond plaats in een kantoor van de Koerdische autoriteiten, waar hij vanuit de gevangenis naartoe was gebracht.

Yago Riedijk tijdens en interview. © Wladimir van Wilgenburg

Syriëganger Angela B. opgepakt op Schiphol op verdenking van terrorisme | NU – Het laatste nieuws het eerst op NU.nl

NU 07.01.2021 De Nederlandse Angela B., die in 2014 naar Syrië vertrok, is dinsdag aangehouden op Schiphol. De 25-jarige vrouw uit Soest heeft vermoedelijk deelgenomen aan de gewapende strijd in Syrië, zo meldt het Openbaar Ministerie (OM) donderdag.

Justitie verdenkt B. van deelname aan een terroristische organisatie en het voorbereiden van terroristische misdrijven.

Volgens het OM verbleef B. sinds de zomer van 2014 in het strijdgebied van Islamitische Staat (IS). In Syrië trouwde ze met een Portugese IS-strijder en met hem kreeg ze twee kinderen. Haar man en een van de kinderen zijn omgekomen, aldus het OM.

Na de val van het kalifaat van IS in 2019 kwam B. in het vluchtelingenkamp Al Hol in het noordoosten van Syrië terecht. Haar driejarige dochter overleed in dat kamp. Dat kwam doordat het meisje tijdens de vlucht uit het strijdgebied door een granaatscherf was getroffen.

Samen met haar driejarige zoontje meldde B. zich eind vorig jaar bij de Nederlandse ambassade in Istanboel. Dinsdag vlogen ze onder begeleiding van de marechaussee terug naar Nederland.

B. zit momenteel vast. De kinderbescherming heeft zich ontfermd over haar kind.

Het kabinet zegt al jaren geen Syriëgangers op te halen, omdat het in het strijdgebied te gevaarlijk is. Dat B. zich bij een Nederlandse diplomatieke post meldde, veranderde de zaak.

Lees meer over:  Syrië  Syriëgangers  Binnenland

Vrouwen in het vluchtelingenkamp al-Hol, waar Angela B. tot afgelopen zomer verbleef AFP

Syriëganger Angela B. vastgezet in Nederland

NOS 07.01.2021 Syriëganger Angela B. is terug in Nederland. Bij aankomst op Schiphol is de 25-jarige B. aangehouden en vandaag is haar hechtenis met twee weken verlengd, meldt het Openbaar Ministerie.

B. vertrok in 2014 vanuit Soesterberg naar het strijdgebied in Syrië om zich aan te sluiten bij de terroristische organisatie Islamitische Staat. Ze trouwde er met een strijder en kreeg een dochter en een zoon. De dochter is inmiddels omgekomen, net als haar man.

Na de val van IS kwam B. terecht in een gevangenenkamp, waaruit ze afgelopen zomer met een groep Nederlandse IS-vrouwen ontsnapte, waarna ze in Turkije terechtkwam. Onlangs meldde ze zich met haar 3-jarige zoon bij het Nederlandse consulaat in Istanbul.

Kinderbescherming

Dinsdag is B. onder begeleiding van de marechaussee naar Nederland gevlogen, waar ze is aangehouden op verdenking van deelname aan een terroristische organisatie en het voorbereiden van terroristische misdrijven. Haar zoontje is overgedragen aan de Raad voor de Kinderbescherming.

De Soesterbergse is onder meer bekend van de documentairereeks De lokroep, waarin journalist Sinan Can vorig jaar met haar sprak. Ze ontkende daarin deelname aan de IS-strijd. Wel zei ze het te begrijpen als Nederlanders niet zitten te wachten op haar terugkeer.

BEKIJK OOK;

Terugkeerster uit Syrië aangehouden op Schiphol

Telegraaf 07.01.2021 Een 25-jarige vrouw uit Soest is op Schiphol aangehouden op verdenking van deelname aan een terroristische organisatie en voorbereiden van terroristische misdrijven. Het Openbaar Ministerie vermoedt dat zij heeft deelgenomen aan de gewapende strijd in Syrië. De rechter-commissaris in Rotterdam heeft de vrouw donderdag voor twee weken in bewaring gesteld.

De vrouw zou vanaf augustus 2014 in het strijdgebied van Islamitische Staat zijn geweest. Na aankomst in Syrië trouwde ze met een IS-strijder en kreeg met hem twee kinderen. Haar man en een van de kinderen zouden zijn omgekomen, aldus het OM.

De vrouw meldde zich eind vorig jaar met haar 3-jarige zoontje bij het Nederlandse consulaat-generaal in Istanbul. Zij is dinsdag onder begeleiding van de Koninklijke Marechaussee naar Nederland gevlogen en vervolgens aangehouden. Haar kind is door de Raad voor de Kinderbescherming ondergebracht op een veilige plek.

BEKIJK MEER VAN; terrorisme luchtvaart Schiphol Syrië

Ontsnapte IS-bruid wil niet terug naar Nederland: ‘Ik probeer hier mijn eigen leven te leiden’

AD 05.01.2021 Een grote groep Nederlandse IS-vrouwen ontsnapte de afgelopen maanden uit Syrische detentiekampen. Sommigen keren terug naar Nederland, andere blijven in jihad-gebied. Voor het eerst vertelt een van hen: ,,Waarom zou ik terugkomen? Dan ga ik de gevangenis is.”

Hoe je ontsnapt uit een kamp waar duizenden (ex)leden van een van ‘s werelds meest beruchte terreurgroepen worden vastgehouden? Vrij klassiek: ,,We moesten met drie vrouwen en zes kinderen in een kleine opslagruimte van een auto kruipen. Heel ongemakkelijk, maar we deden alles om het kamp uit te komen.” De Koerdische bewakers merkten haar en de anderen niet op. Of waren betaald om ze niet op te merken.

Lees ook;

En zo glipte een Nederlandse bekeerlinge detentiecentrum Al Hol uit. De twintiger vertelt nu haar verhaal, op voorwaarde van anonimiteit, nadat deze krant contact wist te leggen. Haar naam is bij de redactie bekend en staat op de sanctielijst terrorisme.

Ze is een van ongeveer vijftien Nederlandse IS-vrouwen die de afgelopen maanden zijn ontsnapt uit detentiekampen in noordoost-Syrië. Daar worden al jarenlang duizenden Europese ‘jihadbruiden’ en hun kinderen vastgehouden door de Koerden, die de macht hebben in het gebied.

De laatste resten van het kalifaat: IS werd verslagen in Bahguz, Syrië. © AFP

Terugkeer

De vrouwen werden naar de kampen gebracht nadat het kalifaat van IS instortte. Europese landen willen de vrouwen niet helpen bij terugkeer, ze maakten immers jarenlang onderdeel uit van een terroristische groepering. Honderden vrouwen nemen daarom het heft in eigen handen en gaan er zelf vandoor.

De Nederlandse is jaren geleden naar Syrië vertrokken ‘omdat ze zich afgewezen voelde door de Nederlandse samenleving’. ,,Toen ik me bekeerde en besloot mijn lichaam te bedekken, kreeg ik vaak rotopmerkingen. Soms werd op me gespuugd. Terwijl ik gewoon een student was die wou afstuderen en gaan werken. Ik denk dat die afkeer mij er toe aanzette te vertrekken.”

© AFP

In Syrië woont ze eerst in Homs, later in Raqqa, de hoofdstad van het kalifaat. Ze krijgt er in 2017 een dochter, haar man komt om in de strijd. Als Raqqa valt, trekt ze met haar nieuwe man mee naar Baghuz, de stad die als laatste stukje kalifaat overblijft. ,,Daar vlogen de kogels je letterlijk om de oren.” Als IS ook die stad prijs moet geven, wordt ze afgevoerd naar een detentiekamp. Daar laat ze zich scheiden van haar tweede man.

Over haar tijd in het kalifaat zegt ze: ,,Wij vrouwen kregen niet veel mee van het geweld.” Het is het verhaal dat vrijwel alle IS-vrouwen vertellen: wij waren huisvrouwen, zorgen voor de kinderen en het eten, de gruwelijkheden van IS gingen aan ons voorbij.

© AFP

Angst

Over haar tijd in het detentiekamp vertelt ze meer: ,,De omstandigheden waren erbarmelijk. Er was tekort aan water in de zomer en aan gas voor de kachels in de winter. Kinderen waren ondervoed, er was geen medische zorg. We leefden continu in angst, er was geschreeuw, er werd geschoten.”

Na een aantal maanden begint ze aan haar ontsnapping. Daarvoor is dan al een levendige ‘handel’ in het kamp. ,,De nummers van smokkelaars gingen rond.” Vrouwen leggen via (verboden) telefoons contact met IS-sympathisanten of familie. ,,Ik ben online gaan bedelen om geld, via Instagram, Facebook, Telegram en kreeg contact met iemand in Idlib (een plaats in het noordwesten van Syrië, red). Hij kon me helpen. Omdat hij kon onderhandelen met de smokkelaar, werd het goedkoper. Ik heb ongeveer 10.500 dollar (8600 euro) moeten betalen.”

Smokkelaar

President Assad wil ook Idlib in handen krijgen. © EPA

De smokkelaar zegt haar met haar dochter ‘s ochtends vroeg naar de markt in het kamp te komen. In de bergingsruimte van de auto wordt ze uit Al Hol gesmokkeld, naar de plaats Al-Hassaka, een kilometer of 40 verderop. ,,Daar werden we in een verborgen ruimte in een vrachtwagen gestopt.

Na een paar uur moesten we midden in de nacht overstappen op een bootje, en kwamen we aan in Manbij. Vanuit daar zijn we met een motor naar Jarablus gereden waar we van huis naar huis zijn gebracht. Ik denk dat ik wel twintig huizen in vijf dagen heb gezien. Uiteindelijk zijn we een rivier overgestoken en in een auto naar Idlib gereden.”

De regio Idlib is het laatste gebied in Syrië dat nog niet is terugveroverd door het regeringsleger van president Assad. De regio is in handen van een lappendeken van oppositiegroepen, waarvan het jihadistische Hayat Tahrir al-Sham (HTS) de grootste is.

Die groep geldt als het Syrische verlengstuk van al-Qaeda. Maar het gebied is in de loop der jaren ook een toevluchtsoord geworden voor duizenden voormalige IS’ers. De regio is omsingeld door Syrische troepen, die het gebied onder meer vanuit de lucht bestoken. Het is wachten op de grote aanval waarmee Assad het laatste gebied wil terugveroveren.

De Nederlandse vrouw is inmiddels de tweede vrouw van de man die haar heeft geholpen uit Al Hol te komen, hij komt uit het gebied. ,,Ik woonde eerst bij hem en zijn eerste vrouw in, nu in een huurhuis even verderop. Mijn man is om de dag bij mij. Het gebied hier valt onder HTS, maar de bombardementen zijn nog ver weg gelukkig.”

Nederlandse vrouwen

Ze is niet de enige Nederlander daar. Volgens inlichtingendienst AIVD zijn er ‘nog dertig volwassen Nederlanders bij jihadistische groeperingen in noordwest-Syrië’. Onder meer deze krant schreef eerder dit jaar al over een groep van zo’n tien tot vijftien Nederlandse vrouwen die uit Al Hol naar Idlib ontsnapten. ,,De Nederlandse vrouwen hier kennen elkaar allemaal, maar we bemoeien ons niet met elkaar.”

Zeker één van hen reisde verder: de beruchte jihadiste Angela B. uit Soesterberg, naar Turkije. Ze meldde zich vorige maand bij het Nederlandse consulaat in Istanboel. Van daaruit zal ze onder begeleiding van de marechaussee naar Nederland worden gevlogen en hier worden vastgezet en berecht.

© AFP

,,Doe een smeekbede voor een geliefde zuster die terugkeert naar Nederland. Laat Allah haar pad makkelijk maken”, schreef de Nederlandse vrouw over Angela B. op social media. Uit haar berichten blijkt ook dat ze nog steeds een radicaal gedachtegoed aanhangt.

Zo vraagt ze Allah om kracht voor de mannen en vrouwen die nog gevangen zitten, citeert ze islamitische theologen die populair zijn onder salafisten en deelt ze een cartoon waarin een persoon op het graf van het magazine Charlie urineert. Ook post ze een filmpje waarin Syrië zwart kleurt als de vlaggen van IS. ,,Oh God, geef ons de dagen terug”, staat erbij.

De vrouw wil niet terug naar Nederland. ,,Dan kom ik in de gevangenis en wordt mijn dochter van me afgepakt. Ik probeer hier mijn eigen leven te leiden en niet betrokken te raken bij andere mensen of groepen. Dat is na al die jaren een van de beste beslissingen die ik heb gemaakt, denk ik.”

‘Sommige vrouwen worden als cash-cow gebruikt’
Het ontsnappingsverhaal van de Nederlandse vrouw klinkt aannemelijk, stelt de Russisch-Amerikaanse onderzoekster Vera Mironova. Zij is verbonden aan de Harvard Universiteit in de VS en deed onderzoek naar de ontsnappingen. Ze heeft veel contact gehad met IS-vrouwen in de kampen en hun smokkelaars.

,,Niemand weet precies hoeveel vrouwen zijn ontsnapt. Het gaat nog steeds door in ieder geval. Mannen in Idlib helpen vaak bij die ontsnappingen omdat ze een vrouw of tweede vrouw zoeken. Dat doen ze soms voor hun genot, maar ook omdat een Westerse vrouw een cash-cow kan zijn.

In Idlib is veel armoede en deze vrouwen betalen veel geld voor hun ontsnapping. Je ziet ook dat mannen van heel andere strijdgroepen toch een IS-vrouw nemen. Het draait allemaal om geld.”

Mironova gelooft weinig van ‘het redelijk normale leven’ dat de Nederlandse vrouw zegt te hebben. ,,Dat is bullshit. De vrouwen en kinderen in Idlib blijven vooral binnen omdat ze niet willen opvallen. Ze hebben een wankel bestaan: vandaag hebben ze nog bescherming, maar niemand weet hoe dat morgen is.”

Nederland hoeft gewonde Syriëgangster niet terug te halen

Telegraaf 02.07.2020 De Nederlandse staat hoeft een gewonde Nederlands-Marokkaanse vrouw niet terug te halen uit een Syrisch vluchtelingenkamp. De rechtbank in Den Haag volgt met die uitspraak een eerdere uitspraak van het gerechtshof, dat de Staat niet verplicht is vrouwen en kinderen terug te halen die naar het gebied van Islamitische Staat zijn afgereisd.

De Hoge Raad bekrachtigde dat deze week nog. Omdat de vrouwen uit eigen beweging naar het strijdgebied zijn vertrokken mocht het gerechtshof volgens de Raad oordelen dat de Nederlandse staat „ondanks de zwaarwegende belangen van de vrouwen en de kinderen hen niet naar Nederland hoeft te halen en zich daarvoor ook niet hoeft in te spannen.”

De vrouw spande een kort geding aan omdat haar situatie in haar ogen om een uitzondering vraagt. Ze liep ernstige brandwonden op toen een gasfles ontplofte en een tent in brand vloog. Ze zegt dat ze onvoldoende medische zorg krijgt in het kamp en dat de hygiëne daar onvoldoende is voor iemand met dergelijke brandwonden.

De rechter vindt niet dat er sprake is van een ernstige medische en humanitaire noodsituatie, zoals de vrouw stelde. Ze is vrijwillig naar het strijdgebied afgereisd en heeft daarmee het risico aanvaard dat ze in een situatie terecht kon komen waarin ze medische zorg nodig zou hebben.

Dat die zorg niet aan de Nederlandse normen voldoet, is volgens de rechter geen doorslaggevend argument. Bij de eerdere uitspraken van het hof en de Hoge Raad waren de erbarmelijke omstandigheden in de kampen al meegewogen.

BEKIJK MEER VAN; samenleving proces Den Haag Hoge Raad Islamitische Staat

Nederland hoeft gewonde Syriëgangster niet terug te halen

AD 02.07.2020 De Nederlandse staat hoeft een gewonde Nederlands-Marokkaanse vrouw, de 52-jarige Naima el O., niet terug te halen uit een Syrisch vluchtelingenkamp. De rechtbank in Den Haag volgt met die uitspraak een eerdere uitspraak van het gerechtshof, dat de Staat niet verplicht is vrouwen en kinderen terug te halen die naar het gebied van Islamitische Staat zijn afgereisd.

De Hoge Raad bekrachtigde dat deze week nog. Omdat de vrouwen uit eigen beweging naar het strijdgebied zijn vertrokken mocht het gerechtshof volgens de Raad oordelen dat de Nederlandse staat ,,ondanks de zwaarwegende belangen van de vrouwen en de kinderen hen niet naar Nederland hoeft te halen en zich daarvoor ook niet hoeft in te spannen”.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Lees meer

Lees meer

Lees meer

Lees meer

Lees meer

El O. spande een kort geding aan omdat haar situatie in haar ogen om een uitzondering vraagt. Ze liep in mei zware brandwonden op toen een gasfles ontplofte en haar tent in brand vloog. Ze zegt dat ze onvoldoende medische zorg krijgt in het kamp en dat de hygiëne daar onvoldoende is voor iemand met dergelijke brandwonden. Volgens haar advocate zijn de wonden van de vrouw gaan ontsteken.

Twee kleine kinderen

De rechter vindt niet dat er sprake is van een ernstige medische en humanitaire noodsituatie, zoals de vrouw stelde. Ze is vrijwillig naar het strijdgebied afgereisd en heeft daarmee het risico aanvaard dat ze in een situatie terecht kon komen waarin ze medische zorg nodig zou hebben.

Dat die zorg niet aan de Nederlandse normen voldoet, is volgens de rechter geen doorslaggevend argument. Bij de eerdere uitspraken van het hof en de Hoge Raad waren de erbarmelijke omstandigheden in de kampen al meegewogen.

El O. reisde zes jaar geleden naar Syrië en nam haar twee kinderen mee. Haar toen 15-jarige zoon overleed in Syrië. Sinds 2017 zit El O. samen met haar dochter Meryem en twee kleinkinderen in het detentiekamp.

Nederland hoeft gewonde Syriëgangster niet terug te halen

MSN 02.07.2020 De Nederlandse staat hoeft een gewonde Nederlands-Marokkaanse vrouw niet terug te halen uit een Syrisch vluchtelingenkamp. De rechtbank in Den Haag volgt met die uitspraak een eerdere uitspraak van het gerechtshof, dat de Staat niet verplicht is vrouwen en kinderen terug te halen die naar het gebied van Islamitische Staat zijn afgereisd.

De Hoge Raad bekrachtigde dat deze week nog. Omdat de vrouwen uit eigen beweging naar het strijdgebied zijn vertrokken mocht het gerechtshof volgens de Raad oordelen dat de Nederlandse staat „ondanks de zwaarwegende belangen van de vrouwen en de kinderen hen niet naar Nederland hoeft te halen en zich daarvoor ook niet hoeft in te spannen.”

De vrouw spande een kort geding aan omdat haar situatie in haar ogen om een uitzondering vraagt. Ze liep ernstige brandwonden op toen een gasfles ontplofte en een tent in brand vloog. Ze zegt dat ze onvoldoende medische zorg krijgt in het kamp en dat de hygiëne daar onvoldoende is voor iemand met dergelijke brandwonden.

De rechter vindt niet dat er sprake is van een ernstige medische en humanitaire noodsituatie, zoals de vrouw stelde. Ze is vrijwillig naar het strijdgebied afgereisd en heeft daarmee het risico aanvaard dat ze in een situatie terecht kon komen waarin ze medische zorg nodig zou hebben.

Dat die zorg niet aan de Nederlandse normen voldoet, is volgens de rechter geen doorslaggevend argument. Bij de eerdere uitspraken van het hof en de Hoge Raad waren de erbarmelijke omstandigheden in de kampen al meegewogen.

Grapperhaus erkent ontsnapping minimaal tien IS-vrouwen: ‘Dat is altijd een risico’

AD 30.06.2020 Het kabinet erkent dat ‘zeker een tiental’ IS-gangers is ontsnapt uit een Syrisch detentiekamp. Het gaat voor een deel om de 23 Nederlandse Syriëgangers die eisen dat de Nederlandse staat hen helpt bij hun terugkeer.

Minister Grapperhaus liet zich nog niet eerder uit over de ontsnappingen, maar erkent de ontsnappingen nu. ,,Ik kan er geen zeker getal op plakken hoeveel dat er zijn, maar het is zeker een tiental vrouwen.”

Lees ook;

Lees meer

Verder stelde hij: ,,Ontsnappen is altijd een risico geweest. Dat heb ik altijd al gezegd. We doen er alles aan om dit te voorkomen en er zijn Europese arrestatiebevelen uitgevaardigd tegen hen. Ze staan gesignaleerd.”

De Nederlandse vrouwen ontsnapten met hun kinderen uit het detentiekamp Al Hol en vluchtten naar het laatste stukje Syrië dat nog onder controle staat van (jihadistische) oppositiegroepen: de regio Idlib. De vrouwen en kinderen verblijven er nu samen in een huis, in de nabijheid van de Turkse grens.

Vrouwen en kinderen in een kamp voor familieleden van buitenlandse IS-strijders in het noorden van Syrië. © AFP

Zij willen eigenlijk terug naar Nederland, maar het kabinet wil hen alleen repatriëren als ze zich melden bij een Nederlands consulaat. Veel liever ziet Grapperhaus de vrouwen berecht in de regio.

Zaak

De vrouwen spanden daarop eind vorig jaar een kort geding aan tegen de Nederlandse staat. Eerst oordeelde de rechtbank dat Nederland wel een verplichting had zich in te spannen de 56 kinderen van de vrouwen terug te halen en daarmee eventueel ook de moeders zelf. In november zette het gerechtshof in hoger beroep echter een streep door die uitspraak. Volgens het hof is het niet aan de rechter om een beslissing te nemen, maar aan de politiek. De Hoge Raad bevestigde dit vonnis deze week nog eens.

Als ik de minister zou zijn, zou ik buikpijn hebben, aldus Sjoerd Sjoerdsma (D66).

Toch vindt D66-Tweede Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma dat Grapperhaus een risico neemt. Door de vrouwen niet hierheen te halen voor berechting, lopen ze nu weg, waardoor ze tot het plegen van aanslagen zouden kunnen overgaan, is zijn redenering.

,,Als ik de minister zou zijn, zou ik buikpijn hebben. Syriëgangers en IS’ers die berecht zouden moeten worden, zijn ontsnapt en ontlopen hun straf. De minister haalt zijn schouders op, terwijl zij vrij rondlopen in Syrië. Terwijl ze onder de radar terug kunnen keren naar Nederland’’, aldus Sjoerdsma.

Grapperhaus houdt echter voet bij stuk. Alle seinen staan op groen voor berechting hier, stelt de minister. De AIVD probeert zicht te houden op de vrouwen en hun kinderen en het Openbaar Ministerie verzamelt bewijzen als het hier ooit tot een rechtszaak zou komen.

,,Wij, maar ook andere landen doen er alles aan om hen in het vizier te houden, maar het is een gevaarlijk, onoverzichtelijk gebied. Het is niet doenlijk te voorkomen dat deze mensen ontsnappen uit die kampen, die immers niet door ons worden geleid.”

Volgens VVD en CDA is de ‘ongerustheid’ van D66 naïef.  ,,Als het aan D66 had gelegen hadden we deze gevaarlijke mensen al lang naar hier gehaald. Ik wil juist dat we voorkomen dat ze hierheen komen om ooit weer aanslagen te kunnen plegen”, zei Dilan Yeşilgöz.

Hoge Raad: Nederland hoeft vrouwen en kinderen niet uit Syrië te halen

NU 26.06.2020 De Nederlandse Staat hoeft zich niet in te spannen om naar Syrië of Irak uitgereisde vrouwen en hun kinderen te repatriëren, zo oordeelt de Hoge Raad vrijdag. Hiermee is de cassatie van de groep vrouwen afgewezen.

De 23 vrouwen zijn enkele jaren geleden uitgereisd naar Syrië en/of Irak. Sommigen van hen hadden op dat moment al kinderen, een ander deel van de in totaal 56 kinderen waar de zaak om draait is daar geboren. Ze verblijven nu onder erbarmelijke omstandigheden in Koerdische opvangkampen.

Het gerechtshof oordeelde eerder dat Nederland niet gedwongen kan worden om de vrouwen en kinderen te repatriëren, omdat het gaat om een politieke kwestie. Dit wordt nu onderstreept door de Hoge Raad.

Het huidige beleid is dat de Nederlandse uitreizigers niet actief worden opgehaald, omdat het nog altijd gaat om onveilig gebied. Het kabinet wil ambtenaren niet in gevaar brengen en zegt ook dat de nationale veiligheid in gevaar zou kunnen komen als de vrouwen terugkeren.

“Gelet op deze belangen van de Staat en op de omstandigheid dat de vrouwen uit eigen beweging zijn uitgereisd naar het jihadistisch strijdgebied, mocht het gerechtshof oordelen dat de Nederlandse Staat – ondanks de zwaarwegende belangen van de vrouwen en de kinderen – hen niet naar Nederland hoeft te halen en zich daarvoor ook niet hoeft in te spannen”, aldus de Hoge Raad.

Advocaten beraden zich op verdere stappen

De advocaten van de vrouwen laten in een reactie weten zich te beraden op verdere stappen. Mogelijk stappen ze naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens of starten ze nieuwe civiele procedures op.

“We zijn altijd helder geweest”, zei minister van Justitie en Veiligheid Ferd Grapperhaus eerder. “Deze vrouwen hebben zelf de keuze gemaakt om, al dan niet met hun minderjarige kinderen, uit te reizen naar IS-gebied en zich aan te sluiten bij een terroristische organisatie.”

IS-kinderen (en hun moeders) terughalen of niet?

Lees meer over: Syrië  Syriëgangers  Binnenland 

Staat hoeft IS-vrouwen niet terug te halen, oordeelt Hoge Raad

NOS 26.06.2020 De Nederlandse overheid is niet verplicht om Nederlandse IS-vrouwen en hun kinderen terug te halen uit Noord-Syrië. Dat heeft de Hoge Raad bepaald.

Vorig jaar spande een aantal vrouwen een kort geding aan tegen de Nederlandse Staat omdat zij en hun kinderen in erbarmelijke en gevaarlijke omstandigheden in opvangkampen voor IS-vrouwen in Noord-Syrië verblijven. Zij willen dat Nederland hen terug haalt.

Door de rechtbank werden zij in het gelijk gesteld, maar in hoger beroep bepaalde het gerechtshof in Den Haag dat de vrouwen niet teruggehaald hoeven te worden. “De rechter mag niet op de stoel van de politiek gaan zitten”, oordeelde het hof. De Hoge Raad onderschrijft deze uitspraak.

Mensenrechtenverdragen zijn niet rechtstreeks van toepassing op de situatie van de vrouwen omdat zij zich buiten Nederlands grondgebied bevinden, zei de voorzitter van de Hoge Raad bij het voorlezen van de uitspraak.

Daarnaast kan het repatriëren van de vrouwen en hun kinderen de nationale veiligheid in Nederland en andere Schengenlanden in gevaar brengen en zijn er veiligheidsrisico’s voor de Nederlandse ambtenaren die hen moeten ophalen uit Noord-Syrië. Ook weegt mee dat de vrouwen uit eigen beweging naar het jihadistische strijdgebied zijn gereisd.

Teleurgesteld

De advocaten van de vrouwen reageren teleurgesteld op de uitspraak “maar putten voor onze cliënten hoop uit de opening die de Hoge Raad laat om in individuele gevallen toch een bevel tot repatriëring te krijgen”.

“Wij hopen bovendien dat het Europees Hof voor de Rechten van de Mens binnenkort zal beslissen dat de bescherming die het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens verleent tegen detentie en marteling zich uitstrekt tot onze cliënten. Daarover is momenteel een Franse zaak aanhangig.”

Minister Grapperhaus laat in reactie weten niet per se blij te zijn met de uitspraak. “Want dat is niet het juiste woord, het is namelijk een heel lastige en akelige situatie.”

BEKIJK OOK;

Hoge Raad: Staat hoeft IS-vrouwen en kinderen niet terug te halen

Telegraaf 26.06.2020 Nederland hoeft 23 Nederlandse IS-vrouwen en hun 56 kinderen niet terug te halen uit opvangkampen in Noord-Syrië en hoeft zich daar evenmin voor in te spannen. Dat heeft de Hoge Raad vrijdagmorgen besloten.

De rechtbank in Den Haag besloot in november dat Nederland alles in het werk moest stellen om in ieder geval de kinderen terug te halen, die met hun moeders onder erbarmelijke omstandigheden in twee opvangkampen zitten.

In hoger beroep vernietigde het hof die uitspraak. Volgens het hof was die beslissing aan de politiek en moet de rechter niet op de stoel van de overheid gaan zitten.

De advocaten van de vrouwen tekenden tegen die beslissing cassatie aan bij de Hoge Raad.

Band met Nederland

De vrouwen hebben allemaal de Nederlandse nationaliteit, of beroepen zich op een ander soort band, en vinden daarom dat Nederland verplicht is om hen te repatriëren. Door dat niet te doen zou de overheid hun mensenrechten schenden.

Daar is de Hoge Raad het niet mee eens. De vrouwen en kinderen kunnen zich tegen de Nederlandse staat niet beroepen op mensenrechtenverdragen omdat ze zich buiten Nederlands grondgebied bevinden. Er is ook geen sprake van zodanig uitzonderlijke omstandigheden dat daar toch verantwoordelijkheid van Nederland uit voortvloeit. De situatie in de kampen is weliswaar slecht, maar niet uitzonderlijk, oordeelt de hoogste rechter.

Niet onrechtmatig gehandeld

De Hoge Raad vindt evenmin dat Nederland onrechtmatig handelt door de vrouwen en kinderen niet te willen terughalen. De vrouwen vinden dat de staat een zwaardere verantwoordelijkheid heeft tegenover hen als staatsburgers en daarom verplicht is om schending van hun mensenrechten tegen te gaan.

De Staat beroept zich onder meer op de nationale veiligheid en op die van de Schengenlanden. Die zou in gevaar kunnen komen als de vrouwen terugkeren. Ook wees de Staat op de veiligheidsrisico’s voor degenen die de vrouwen zouden moeten ophalen en op de gevolgen voor de internationale betrekkingen.

Terughoudendheid

De HR vindt, net zoals het hof dat eerder stelde, dat de rechter terughoudend moet zijn met het vellen van oordelen over door de staat gemaakte afwegingen. Daarnaast hebben de vrouwen er zelf voor gekozen om naar jihadistisch strijdgebied te gaan. Het besluit van de Staat om de vrouwen en kinderen niet terug te halen en zich daar evenmin voor in te spannen, is daarom niet onrechtmatig, aldus de Hoge Raad.

Reactie advocaat Seebregts

Advocaat André Seebregts reageerde teleurgesteld op de beslissing, maar constateert ook dat de Hoge Raad „de deur op een kier zet voor individuele gevallen.” De Hoge Raad kon alleen een oordeel vellen over de beslissing om niet alle vrouwen en kinderen te repatriëren. In een advies aan de Hoge Raad schreef de advocaat-generaal al eerder dat de Staat eigenlijk per geval zou moeten beoordelen of repatriëring mogelijk en nodig is. Vooral waar het gaat om de kinderen. De vrouwen kozen er nu voor om in de procedure niet de individuele gevallen centraal te stellen.

Seebregts zegt de uitspraak eerst goed te willen bestuderen, maar sluit nieuwe kort gedingen en een gang naar het Europees hof voor de rechten van de mens niet uit

BEKIJK OOK:

VN: landen moeten kinderen en vrouwen van IS-strijders terughalen

BEKIJK OOK:

’Regering haalt IS-kinderen uit Syrië naar Frankrijk’

BEKIJK MEER VAN; proces Den Haag Syrië Nederland Hoge Raad IS-gebied

Hoge Raad: Nederland hoeft IS-vrouwen en kinderen niet terug te halen

RTL 26.06.2020 De Nederlandse staat hoeft de IS-vrouwen en hun kinderen niet terug te halen naar Nederland. Dat heeft de Hoge Raad vandaag besloten. De zaak was aangespannen namens 23 vrouwen en hun 56 kinderen. Zij zijn enkele jaren geleden naar IS-gebied in Syrië of Irak vertrokken.

Een aantal kinderen is meegereisd, een aantal is daar geboren. Nu zitten zij in opvangkampen in Noord-Syrië, onder erbarmelijke en gevaarlijke omstandigheden. Een aantal zou al zijn ontsnapt. De vrouwen hebben de Nederlandse nationaliteit.

Beleidsvrijheid

De rechtbank bepaalde in november dat de Staat binnen twee weken al het nodige moest doen om in ieder geval de kinderen te repatriëren. De Staat ging in hoger beroep en kreeg gelijk. Het hof bepaalde dat de rechter niet op de stoel van de politiek mag gaan zitten.

Lees ook:

‘Overheid moet IS-vrouwen en kinderen niet naar Nederland halen’

Volgens het hof heeft de overheid ‘beleidsvrijheid’ en moet de rechter zeer terughoudend zijn met ingrijpen. De advocaten van de vrouwen gingen hiertegen in cassatie en stapten naar de Hoge Raad.

De advocaat-generaal adviseerde de Hoge Raad toen om de vrouwen en kinderen niet terug te halen. Volgens de advocaat-generaal zijn de mogelijkheden van de Staat om de situatie van de IS-uitreizigers te beïnvloeden onvoldoende.

RTL Nieuws; Burgeroorlog Syrië Nederland Syrië

Hoge Raad doet uitspraak over Syriëgangers, maar een deel van de vrouwen zelf is al op de weg terug

AD 25.06.2020 Vrijdagmorgen doet de Hoge Raad uitspraak in de procedure waarin 23 Nederlandse Syriëgangers eisen dat de Nederlandse staat helpt bij hun terugkeer. Een deel van de vrouwen heeft de uitspraak niet afgewacht en is uit een Syrisch detentiekamp ontsnapt.

Waar een groot deel van de wereld de afgelopen maanden in coronalockdown zat, stonden de ontwikkelingen in het Syrische strijdgebied niet stil. Een groep van zo’n vijftien Nederlandse vrouwen ontsnapte met hun kinderen uit het detentiekamp Al Hol en vluchtte naar het laatste stukje Syrië dat nog onder controle staat van (jihadistische) oppositiegroepen: de regio Idlib,  zo bevestigen bronnen aan deze site. De vrouwen en kinderen verblijven er nu samen in een huis, in de nabijheid van de Turkse grens.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Onder meer vanwege de ontsnappingen van verschillende groepen Europese Syriëgangers hebben de Koerdische bewakers van de kampen de afgelopen weken alle vrouwen opnieuw geregistreerd. Volgens achtergebleven Nederlandse vrouwen gebruikten de bewakers tasers om de orde te handhaven.

Kort geding

Er zijn de afgelopen zeven jaar zo’n 300 Nederlanders naar het strijdgebied in Syrië en irak gereisd. De meesten sloten zich aan bij jihadistische, terroristische groeperingen als IS en Jabhat al-Nusra. Sommige vrouwen vluchtten zelf uit het kalifaat, anderen bleven tot aan de val van IS bij de groep en werden daarna gevangen genomen in Al Hol of Al Roj.

Een groep van 23 vrouwen in de kampen spande eind vorig jaar een kort geding aan tegen de Nederlandse staat: zij willen terug naar Nederland en vinden dat de staat daar een rol in moet spelen.

In eerste instantie oordeelde de rechtbank dat Nederland wel een verplichting had zich in te spannen de 56 kinderen van de vrouwen terug te halen en daarmee eventueel ook de moeders zelf. In november zette het gerechtshof in hoger beroep een streep door die uitspraak. Volgens het hof is het niet aan de rechter om een beslissing te nemen, maar aan de politiek.

Die politiek staat op het standpunt dat de vrouwen zich zelf moeten melden bij een Nederlands consulaat in Turkije of Irak. Pas dan kan Nederland hen helpen terug te keren. Direct na terugkeer worden ze dan opgesloten en berecht omdat ze zich hebben aangesloten bij een terroristische groepering

De advocaten van de vrouwen gingen in cassatie tegen de uitspraak, vrijdag oordeelt de Hoge Raad daarin. De raad kan de uitspraak van het gerechtshof overeind laten of terugverwijzen naar een ander gerechtshof.

Smokkelaars

Tot in maart zaten er, volgens inlichtingendienst AIVD, zo’n 35 Nederlandse vrouwen (vaak met hun kinderen) vast in de kampen. Inmiddels is een deel van die vrouwen ontsnapt. Daar zitten ook vrouwen tussen die meedoen aan het kort geding, stelt Andre Seebregts, een van hun advocaten. Verder wil hij niets over die zaak kwijt.

Sommige vrouwen kondigden na de uitspraak in november al aan andere oplossingen te gaan zoeken om naar Nederland te komen. Ook waren sommigen bang dat hun kinderen, naarmate ze ouder worden, van hen gescheiden zouden worden door de Koerdische bewakers.

De vrouwen hebben waarschijnlijk smokkelaars gebruikt om uit het kamp te komen. De kosten daarvan liggen, volgens onderzoekers die toegang hadden tot besloten Telegram-groepen van Europese vrouwen in Al Hol, tussen de 4500 en 7500 dollar per persoon.

Hoe de vrouwen aan dat geld zijn gekomen is nog onduidelijk. Wel hebben er de afgelopen maanden al meerdere familieleden van Syriëgangers voor de rechter moeten komen omdat ze de afgelopen jaren geld hebben overgemaakt naar hun broers of dochters in het strijdgebied. Ook in jihadistische kringen in Amsterdam zou de afgelopen jaren geld zijn ingezameld.

Mogelijk willen de vrouwen nu via Idlib de Turkse grens oversteken en daar een Nederlands consulaat bereiken. Anderen zouden in de regio willen blijven.

Groep IS-vrouwen vlucht uit Koerdisch gevangenkamp naar Idlib

NOS 19.06.2020 Een groep van Nederlandse IS-vrouwen die vastzat in een Koerdisch gevangenkamp is naar de Noord-Syrische stad Idlib gevlucht. Dat schrijft De Telegraaf. Advocaat André Seebregts bevestigt de vlucht van de zogenoemde ‘jihadbruiden’ aan de NOS.

Volgens Seebregts zijn de vrouwen gevlucht vanwege een combinatie van factoren. “Ze zijn wanhopig vanwege de slechte humanitaire situatie. Er is angst over het lot van hun kinderen, zo sluiten de Koerden de oudere jongens op. En er is veel onzekerheid over hun toekomst.”

De vrouwen zitten nu in een gemeenschappelijke woning in de Syrische provincie Idlib. Volgens de krant gaat het om een groep van vijftien vrouwen van (overleden) IS-strijders. Er zijn ook kinderen bij. Bij de uittocht zijn mogelijk mensensmokkelaars betrokken geweest. Over de identiteit van de vrouwen wil de advocaat niets kwijt.

Slechte levensomstandigheden

Over de ‘jihadbruiden’ is in Nederland veel discussie. Tientallen vrouwen reisden sinds 2014 af naar het kalifaat in Syrië en Irak. Een aantal van hen keerde via Turkije terug naar Nederland, maar veel anderen belandden in twee Koerdische gevangenkampen in Noord-Syrië. De meeste vrouwen zitten vast in kamp al-Hol.

De levensomstandigheden in die kampen zijn slecht. Zo zijn er tekorten aan voedsel en medicijnen. Nederland wil de Syriëgangers niet actief terughalen, maar wil terugkeerders wel vervolgen. Gisteren maakte minister Grapperhaus bekend te onderzoeken of een IS-vrouw, Ilham B., toch kan worden teruggehaald voor vervolging. B. maakt geen deel uit van de vrouwen die zijn gevlucht naar Idlib.

Kinderen

Ook is er veel te doen om de kinderen van IS-strijders, van wie sommigen zijn geboren in voormalig IS-gebied. Met name over oudere kinderen bestaat de vrees dat zij hebben meegevochten met de terreurgroep.

De Hoge Raad moet nog uitspraak doen in een zaak over het terughalen van 23 IS-vrouwen en hun 56 kinderen. Eind vorig jaar bepaalde een rechtbank dat de Nederlandse staat zich moet inspannen om hen te repatriëren, maar ministers Grapperhaus en Blok gingen hiertegen in beroep. Een gerechtshof draaide de uitspraak later terug, waarop de zaak bij de Hoge Raad terechtkwam.

BEKIJK OOK;

Groep Nederlandse IS-vrouwen uit Koerdisch kamp gevlucht

NU 19.06.2020 Een groep Nederlandse IS-vrouwen en een aantal kinderen zijn uit een Koerdisch kamp gevlucht, bevestigt advocaat André Seebregts aan NU.nl na berichtgeving van De Telegraaf. Zij zitten volgens de krant nu in de Noord-Syrische stad Idlib.

Volgens Seebregts zijn ze vertrokken uit een Koerdisch kamp vanwege de leefomstandigheden daar, die steeds slechter worden. Er is onder meer een gebrek eten, water en medicijnen. Daarnaast is er geweld van bewakers van het kamp en medekampbewoners.

Maar de vrouwen zouden vooral bang zijn om hun kinderen kwijt te raken. Wanneer zij een bepaalde leeftijd bereiken, halen Koerdische bewakers ze uit de kampen en sluiten ze hen op in een gevangenis, zegt Seebregts.

De advocaat wil niets kwijt over de identiteit van de vrouwen, hoeveel het er zijn of uit welk kamp ze gevlucht zijn. Ook is onduidelijk hoeveel kinderen zijn meegereisd. Volgens De Telegraaf gaat het om vijftien IS-vrouwen.

In de Syrische kampen al Hol en al Roj bevinden zich tientallen Nederlandse bruiden van (overleden) IS-strijders en hun kinderen. Bij de val van de Islamtische Staat wisten sommige Syriëgangers te ontsnappen naar Nederland, maar velen kwamen vast te zitten in kampen.

IS-vrouwen zijn politiek omstreden

Seebregts is een van de advocaten die een kort geding tegen de Staat heeft aangespannen over de situatie. Namens 23 Syriëgangers en 56 kinderen pleitte hij dat de Nederlandse Staat een zorgplicht heeft en hen moet repatriëren.

Het kabinet vindt echter dat de Syriëgangers een gevaar voor de nationale veiligheid vormen en wil hen het liefst in de regio zelf laten berechten. Het kabinet heeft altijd ingezet op vervolging in de regio. In een enkel geval is hier een uitzondering op gemaakt, omdat de rechtszaak anders dreigt te mislukken. De Syriëganger die teruggehaald wordt is vermoedelijk Ilham B. Zij zou niet bij de groep gevluchte vrouwen horen volgens De Telegraaf.

Over het lot van de kinderen is nog veel onduidelijk. De rechtbank in Den Haag oordeelde dat Nederland al het mogelijke moet doen om de 56 kinderen terug te halen, maar hiertegen is de Staat in hoger beroep gegaan. De zaak ligt nu bij de Raad van State. Uiterlijk eind volgende maand wordt een oordeel verwacht.

IS-kinderen (en hun moeders) terughalen of niet?

Lees meer over: Islamitische Staat  Binnenland  Buitenland 

Rechter geeft minister langer de tijd om ‘Goudse Syriëganger’ terug te halen

OmroepWest 18.06.2020 De rechter heeft het kabinet een half jaar langer de tijd gegeven om een Syriëganger naar Nederland te halen en hier te berechten. Volgens de NOS gaat het om de Goudse Ilham B. die zich aansloot bij terreurgroep Islamitische Staat (IS).

De vrouw wordt nu vastgehouden in een kamp in Noord-Syrië. De rechter bepaalde in februari dat de zaak stopgezet werd als de vrouw niet voor 2 juni in Nederland zou zijn.

Minister Grapperhaus schrijft donderdag aan de Tweede Kamer dat de rechter heeft besloten de uitspraak van februari te herzien. Hij krijgt nog maximaal zes maanden voor deze zaak, maar hij moet dan volgens de rechtbank wel ‘concrete daden’ laten zien.

Het kabinet wil Syriëgangers die van terroristische misdrijven worden verdacht, toch naar Nederland halen om ze te berechten. Minister Ferd Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) overlegt met een aantal Europese landen over samenwerking om uitreizigers op te halen.

Berechten in de regio

Het ophalen van Syriëgangers is een gevoelig onderwerp in de Tweede Kamer. Het kabinet zegt dat het te gevaarlijk is om ze op te halen. Een Kamermeerderheid wil niet dat uitreizigers die zich hebben aangesloten bij IS worden teruggehaald. Het kabinet zet in op berechting in de regio.

LEES OOK: ‘Nederland moet Syriëganger Ilham B. terughalen, anders stopt de rechtszaak tegen de Goudse’

Meer over dit onderwerp: SYRIE SYRIEGANGER GOUDA ILHAM B

Meer tijd voor repatriëring Syriëganger om haar in Nederland te berechten

NU 18.06.2020 Het kabinet krijgt extra tijd voor de repatriatie van een Syriëganger die vastzit in een kamp in Syrië. Aanvankelijk moest dat medio mei al gebeuren van de rechtbank Rotterdam. Mede doordat justitieminister Ferd Grapperhaus heeft laten weten dat “vervolging in Nederland de voorkeur geniet”, krijgt de Nederlandse Staat zes maanden extra voor de operatie.

De zaak die de rechtbank Rotterdam behandelt, draait vermoedelijk om Ilham B. Zij vertrok in maart 2016 om zich aan te sluiten bij de terreurorganisatie Islamitische Staat (IS) en wordt verdacht van het plegen van een terroristisch misdrijf.

Als zij niet wordt teruggehaald voor het proces, moet de rechtbank Rotterdam de vervolging stopzetten. De Staat kan niet nogmaals een zaak starten voor hetzelfde feit. Als de zaak uiteindelijk wordt stopgezet, kan dat van invloed zijn op de vervolging van tientallen andere IS-sympathisanten.

Het kabinet heeft altijd ingezet op vervolging in de regio. Repatriëring zou vanwege de onveilige situatie in Syrië niet haalbaar zijn. Bovendien zouden de Syriëgangers een gevaar voor de nationale veiligheid vormen.

In een Kamerbrief lijkt het kabinet in deze zaak van standpunt te zijn veranderd. Minister Grapperhaus schrijft dat de voorkeur in dit geval uitgaat naar berechting in Nederland.

‘Gebied waarin Syriëganger zich bevindt, is te onveilig voor repatriëring’

Het blijft nog wel de vraag hoe de Syriëganger naar Nederland komt. De repatriëring van B. blijft moeilijk, schrijft Grapperhaus. “De veiligheidssituatie is sinds september vorig jaar niet wezenlijk verbeterd. IS blijft actief en pleegt geregeld aanslagen.”

Mede daardoor acht het kabinet het onverantwoord om een team naar Syrië te sturen om de IS-sympathisant terug te halen. De optie om haar alsnog in de regio te berechten, wordt daarom nog opengehouden.

Lees meer over: Syriëgangers Binnenland 

’Overheid moet IS-vrouwen en kinderen niet naar Nederland halen’

Telegraaf 24.04.2020  Nederland moet IS-vrouwen en hun kinderen niet terughalen naar Nederland. Dat adviseert de advocaat-generaal de Hoge Raad. De uitspraak van het hof zou in stand moeten blijven, zo staat in het advies. Het staat de Hoge Raad vrij om dit advies al dan niet te volgen. De uitspraak wordt voor de zomer verwacht.

De rechtbank bepaalde in november dat de Staat binnen twee weken al het nodige moest doen om in ieder geval de kinderen te repatriëren. De Staat ging in hoger beroep en kreeg gelijk. Het hof bepaalde dat de rechter niet op de stoel van de politiek mag gaan zitten. Volgens het hof heeft de overheid „beleidsvrijheid” en moet de rechter zeer terughoudend zijn met ingrijpen. De advocaten van de vrouwen gingen hiertegen in cassatie.

BEKIJK OOK:

‘Nederlandse kinderen uit IS-gebied naar huis’

De zaak was aangespannen namens 23 vrouwen en hun 56 kinderen. Zij zijn enkele jaren geleden naar IS-gebied in Syrië of Irak vertrokken. Een aantal kinderen is meegereisd, een aantal is daar geboren. Nu zitten zij in opvangkampen in Noord-Syrië, onder erbarmelijke en gevaarlijke omstandigheden.

Volgens de AG zijn de mogelijkheden van de Staat om de situatie van de IS-uitreizigers te beïnvloeden onvoldoende. “Het hof heeft daarom terecht geoordeeld dat de mensenrechtenverdragen niet rechtstreeks van toepassing zijn.”

De AG tekent bij zijn advies wel aan dat de Staat per geval hoort te beoordelen of repatriëring een mogelijkheid is, vooral in het geval van de kinderen pleit volgens hem veel. “Eiseressen hebben er echter voor gekozen om in dit geding niet de individuele gevallen van hen en hun kinderen centraal te stellen. Ook is de inzet van hun vorderingen uitsluitend dat de vrouwen en de kinderen tezamen worden gerepatrieerd – en niet de kinderen alleen.”

Hierdoor staat in de zaak bij de Hoge Raad alleen de rechtmatigheid van het door de Staat gevoerde repatriëringsbeleid ter beoordeling, en niet het beleid voor individuele gevallen.

BEKIJK MEER VAN; familie proces wetgeving Staat Hooggerechtshof van de Verenigde Staten

‘Overheid moet IS-vrouwen en kinderen niet naar Nederland halen’

AD 24.04.2020 Nederland moet IS-vrouwen en hun kinderen niet terughalen naar Nederland. Dat adviseert de advocaat-generaal de Hoge Raad. De uitspraak van het hof zou in stand moeten blijven, zo staat in het advies. Het staat de Hoge Raad vrij om dit advies al dan niet te volgen. De uitspraak wordt voor de zomer verwacht.

De rechtbank bepaalde in november dat de Staat binnen twee weken al het nodige moest doen om in ieder geval de kinderen te repatriëren. De Staat ging in hoger beroep en kreeg gelijk. Het hof bepaalde dat de rechter niet op de stoel van de politiek mag gaan zitten. Volgens het hof heeft de overheid ‘beleidsvrijheid’ en moet de rechter zeer terughoudend zijn met ingrijpen. De advocaten van de vrouwen gingen hiertegen in cassatie.

Lees ook;

Lees meer

De zaak was aangespannen namens 23 vrouwen en hun 56 kinderen. Zij zijn enkele jaren geleden naar IS-gebied in Syrië of Irak vertrokken. Een aantal kinderen is meegereisd, een aantal is daar geboren. Nu zitten zij in opvangkampen in Noord-Syrië, onder erbarmelijke en gevaarlijke omstandigheden.

Volgens de advocaat-generaal zijn de mogelijkheden van de Staat om de situatie van de IS-uitreizigers te beïnvloeden onvoldoende. ,,Het hof heeft daarom terecht geoordeeld dat de mensenrechtenverdragen niet rechtstreeks van toepassing zijn.”

Per geval

De advocaat-generaal tekent bij zijn advies wel aan dat de Staat per geval hoort te beoordelen of repatriëring een mogelijkheid is, vooral in het geval van de kinderen. Ook moeten vrouwen en kinderen uitsluitend samen worden gerepatrieerd – en niet de kinderen alleen.

Teruggekeerde Syriëgangster uit Gouda blijft langer vastzitten

AD 02.04.2020 Kaoutar S. uit Gouda zat in Syrië jarenlang bij jihadistische groeperingen, trouwde er drie keer met verschillende jihadisten en verspreidde via sociale media propaganda voor het kalifaat. Dat stelde het Openbaar Ministerie donderdagochtend in een eerste pro-formazitting tegen de inmiddels teruggekeerde Syriëgangster.

S. vertrok in december 2013 naar Syrië. In Gouda maakte ze onderdeel uit van een geradicaliseerde groep vrouwen waarvan er meerdere naar Syrië reisden. Ook een nichtje van Kaoutar S. (nu 28)., Ilham B. uit Gouda, reisde naar het strijdgebied.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Volgens Justitie trouwde S. in Syrië eerst met een Nederlandse jihadist. ,,Hij was in eerste instantie aangesloten bij een aan Al-Qaida verwante groepering’’, stelde officier van justitie Bert Haneveld vanmorgen in de rechtbank Rotterdam.

Later sloten de twee zich bij IS aan. S. kreeg in 2015 een kind samen met de Nederlandse man. In die periode zou de Goudse ook via social media ‘kalifaat-propaganda’ hebben verspreid: ze liet onder meer via twitter foto’s zien over hoe geweldig het leven in IS-gebied was, met het doel andere vrouwen erheen te krijgen.

Twee keer hertrouwd en gescheiden

Nadat de Nederlander omkwam bij een verkeersongeluk, hertrouwde S. twee keer. Haar tweede man sneuvelde in de strijd, van haar derde man liet ze zich uiteindelijk via een IS-rechtbank scheiden. ,,Volgens de vrouw ging ze alleen voor het geloof naar Syrië, maar vastgesteld kan worden dat ze geradicaliseerd was’’, aldus het OM.

Ambassade in Ankara

Na de val van het kalifaat belandde S. samen met duizenden andere IS-vrouwen in Koerdische gevangenkampen in Noord-Syrië. Samen met een andere Nederlandse, Fatima H. uit Tilburg, wist ze te ontsnappen uit kamp Al-Hol, met behulp van smokkelaars bereikten ze Turkije.

Daar meldden ze zich eind vorig jaar met hun kinderen bij de Nederlandse ambassade in Ankara. In december zetten de Turken haar op het vliegtuig naar Nederland, op Schiphol werd ze direct aangehouden en vastgezet op de terrorisme-afdeling van de gevangenis in Vught. Fatima H. werd al eerder op het vliegtuig gezet en kwam in februari al voor het eerst voor de rechter.

De afgelopen drie jaar zijn er zo’n tien Nederlandse vrouwen teruggekeerd uit Syrië, vaak met hun kinderen. Ze krijgen hier gevangenisstraffen van twee tot drie jaar, deels voorwaardelijk. In de Koerdische kampen zitten momenteel nog zo’n 35 Nederlandse vrouwen en hun kinderen vast.

Het onderzoek van het Openbaar Ministerie naar de zes jaar dat S. zich in Syrië bevond is nog niet klaar. Advocate Mirjam Levy wil dat verder onderzocht wordt of het twitteraccount waarvan jihadpropaganda is verspreid wel echt van Kaoutar S. was.

Vanwege de coronaepidemie waren alleen de rechters, de officier van justitie en enkele medewerkers van de rechtbank in de rechtszaal. De verdachte, de advocaat en de pers volgden de zaak via verschillende beeldverbindingen. De volgende zitting staat gepland voor 24 juni 2020.

Is Fatima H. een naïef Tilburgs meisje of een doorgewinterde jihadbruid?

AD 27.02.2020 Op het eerste oog is ze een meisje zoals zovelen. Maar Fatima H. (24) maakte in haar jonge leven al veel meer mee dan de meeste andere mensen in een heel leven. Vandaag kwam ze voor het eerst voor de rechter. Volgens justitie is ze een onvervalste jihadbruid, Fatima’s advocaat houdt het erop dat het haar allemaal is overkomen.

De handen van Fatima H. liggen gevouwen in de schoot van haar lange, crèmekleurige rok. Daarboven draagt ze een witte blouse en een witte hoofddoek. Vanonder dat gewaad kijkt ze met bescheiden oogopslag de wereld in, haar uitstraling is zachtaardig.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Volgens justitie zit hier een vrouw die een actieve rol vervulde in de strijd van Islamitische Staat in Syrië. Die het martelaarschap verheerlijkte, een foto rondstuurde met een kalasjnikov en andere mensen aanspoorde om ook naar het kalifaat te komen. Haar verhaal – dat ze alleen met kinderen werkte – wordt niet geloofd.

Fatima, nu 24 jaar oud, zegt dat ze in 2013 afreisde omdat een van oorsprong Vlaamse vriendin die al in Syrië zat constant aan haar hoofd zeurde. Fatima was 17, volgens haar raadsvrouw een naïef Tilburgs meisje. Het is het jaar dat ze haar opleiding aan het ROC afrondde. Direct na aankomst in Syrië zou ze min of meer zijn gedwongen te trouwen met een inmiddels overleden Belgische strijder, met wie ze twee kinderen kreeg. Ze kreeg klappen als ze huilde om de familie die ze achterliet in Brabant. Ze raakte gewond door rondvliegende scherven.

Smokkelaars

Fatima kwam na de val van het kalifaat in een Koerdisch kamp terecht, en wist daar met de hulp van smokkelaars uit te ontsnappen. Daarna belandde ze in Turkije. Eind vorig jaar volgde uitzetting naar Nederland. Sindsdien zit de Tilburgse in de gevangenis in Vught. Vandaag verscheen ze voor het eerst in het openbaar.

Fatima beseft dat ze heel wat uit te leggen heeft, zegt haar advocate Tamara Buruma. En dat wil ze ook. Justitie wil graag meer weten over een chatgesprek dat ze voerde met een meisje in Nederland. Daarin vertelt ze over gewelddadigheden in het gebied waar ze is. Een Facebookaccount dat haar toebehoorde stond vol met IS-propaganda. Eerder moesten twee van haar familieleden voor de rechter komen omdat ze Fatima financieel ondersteund hadden. Haar moeder stuurde 910 euro, van haar nicht kreeg ze 2275 euro.

Fatima bepleit haar onschuld. Ze stelt dat ze in de zes jaar dat ze in het strijdgebied verbleef niet altijd controle had over haar telefoon en sociale media. Haar echtgenoot, de eerder genoemde vriendin en een andere Belgische zouden haar soms hebben afgenomen. Haar advocaat diende vandaag het verzoek in de twee vrouwen te laten getuigen. Dat verzoek werd toegewezen.

Trauma

Haar toekomst oogt uiterst troebel. Ze is getraumatiseerd door de periode in het kalifaat, stelt haar advocate. In de gevangenis heeft ze het zwaar. Haar twee kinderen wonen bij haar zus. Complicerende factor is dat de staat haar Nederlandse paspoort heeft afgepakt. Na een eventuele vrijlating dreigt uitzetting naar Marokko, het land waar haar ouders vandaan komen en waarvan ze ook een paspoort heeft.

Het liefste wil ze weer even bij haar ouders in Tilburg wonen. Haar kinderen weer zien, tot rust komen. De rechter begrijpt het, zegt hij, maar kan er niet in meegaan. Daarvoor zijn de feiten waarvan ze wordt verdacht te ernstig. Ze blijft vastzitten, in elk geval tot een volgende pro-formazitting in mei.

Ook Xaviera S. uit Apeldoorn, die in 2014 afreisde en bijna tegelijk met Fatima Turkije werd uitgezet, blijft voorlopig achter slot en grendel, om dezelfde reden. Ook haar zaak werd vandaag behandeld, maar zelf was ze niet aanwezig. Bijzonder in haar geval is dat ze zeven maanden zwanger is. Ze verblijft in het gevangenisziekenhuis in Scheveningen. De rechter vindt dat ze die gevangenis voor de bevalling tijdelijk mag verlaten.

Nederlandse jihad-bruiden Fatima (24) en Xaviera (26) komen voorlopig niet vrij

AD 27.02.2020 Twee Nederlandse vrouwen die jarenlang in IS-gebied verbleven, komen voorlopig niet vrij. Dat bepaalde de rechter in Rotterdam vandaag. Fatima H. uit Tilburg en Xaviera S. uit Apeldoorn werden eind vorig jaar opgepakt nadat ze door Turkije werden uitgezet.

In het geval van Xaviera komt er waarschijnlijk wel snel een schorsing van de hechtenis. Zij is zeven maanden zwanger en de rechter acht het niet wenselijk om de bevalling binnen de gevangenismuren te laten plaatsvinden.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Hun advocaten betoogden dat er te weinig grond is om hen vast te houden. Ze zouden niets te maken gehad hebben met de oorlog in Syrië en met de wandaden van IS in de jaren dat ze daar verbleven. Fatima ging in 2013 naar Syrië, Xaviera – die niet bij de zitting aanwezig was – in 2014.

De officier van justitie ziet dat anders. Uit chatberichten en foto’s zou blijken dat de vrouwen weet hadden van de strijd, en ook dat ze die strijd steunden. Van beide vrouwen zijn berichten aangetroffen waarin het martelaarschap verheerlijkt wordt, stelt de officier.

Zowel Fatima als Xaviera zouden volgens hun advocaten met heel andere verwachtingen zijn afgereisd. Xaviera was net getrouwd en wilde met haar man ‘een goed islamitisch leven kunnen leiden’. Fatima, destijds 17 jaar oud, werd bestookt met berichten van een vriendin, en liet zich overhalen, min of meer om maar van het gezeur af te zijn, zo verklaarde haar advocaat.

Kinderen

Fatima (24) heeft twee jonge kinderen die nu bij haar zus wonen. Ze zegt getraumatiseerd te zijn door haar periode in IS-gebied en wil graag weer bij haar ouders in Tilburg wonen. De zeven maanden zwangere Xaviera (26) verblijft nu in het gevangenisziekenhuis in Scheveningen.

De rechter oordeelt dat de verdenkingen tegen de vrouwen te serieus zijn om hen voorlopig vrij te laten. Wel wordt een schorsing in het geval van Xaviera dus in overweging genomen, vanwege haar zwangerschap. Daarover wordt beslist zodra de reclassering hierover een advies heeft uitgebracht. Ook zegt de rechter dat het moment dat zij het proces thuis mag afwachten dichter bij komt, omdat ze voor de feiten waar ze van verdacht wordt ook al anderhalf jaar vastzat in Turkije.

De komende maanden vindt in beide zaken verder onderzoek plaats, in mei vinden nieuwe zittingen plaats. Overigens: beide zaken lopen dan wel gelijk op, maar staan verder los van elkaar.

Rechter waarschuwt Staat: ’Haal IS-vrouw terug’

Telegraaf 19.02.2020 Als de Nederlandse Staat niet snel werk maakt van het terughalen van een Nederlandse uitreizigster, zal de rechtszaak tegen haar worden beëindigd. Dat heeft de rechtbank in Rotterdam besloten.

Het gaat om één van de tien vrouwen die het Openbaar Ministerie wil vervolgen wegens het uitreizen naar Syrië, en waarvan de rechtbank eerder al oordeelde dat de Staat zich moet inspannen om de vrouwen en hun kinderen hierheen te krijgen en te berechten.

De vrouw, die in een Koerdisch kamp in Noord-Syrië zit, heeft zelf een verzoek ingediend de rechtszaak tegen haar te beëindigen. De rechtbank stelt dat de afgelopen twee jaar nergens uit is gebleken dat de Staat zich heeft ingezet om haar hierheen te krijgen voor haar berechting. Daarmee is het volgens de rechtbank „onredelijk dat de vervolging van de betrokkene nog langer” doorgaat.

Het OM heeft de rechter nog om enige tijd gevraagd, en daarin wordt het tegemoetgekomen. De rechtbank geeft de Staat nog ruim drie maanden de tijd om te laten zien dat stappen zijn gezet. Op 2 juni gaat de zaak verder.

Advocaat Tamara Buruma, die de uitreizigster verdedigt, is tevreden met de beslissing van de rechtbank, zo laat ze weten: „Mijn cliënte wil het liefste terug naar Nederland om hier te worden berecht en haar verhaal te kunnen doen voor de rechter.” Maar als de Staat haar niet wil terughalen, dan wil de uitreizigster „nu liever de zekerheid dat deze rechtszaak eindigt”, aldus de raadsvrouw.

De zaak ligt in politiek Den Haag uiterst gevoelig. Minister Ferd Grapperhaus (Justitie) lichtte de Tweede Kamer woensdag in over de deadline die de rechtbank stelt, maar schrijft alleen dat het kabinet de uitspraak „en de mogelijke gevolgen ervan bestudeert.”

Onder meer VVD en CDA zijn fel tegen het terughalen van de vrouwen. De rechtbank in Den Haag bepaalde eind vorig jaar dat de Staat er alles aan moet doen kinderen van vrouwen die zich bij Islamitische Staat aansloten, terug te halen. Maar ook dát vinden veel partijen problematisch. Ze zijn bang dat daarmee de deur op een kier komt te staan voor de ouders.

‘Nederland moet Syriëganger Ilham B. terughalen, anders stopt de rechtszaak tegen de Goudse’

OmroepWest 19.02.2020 Als de Nederlandse Staat niet snel werk maakt van het terughalen van een Syriëganger die zich aansloot bij IS, zal de rechtszaak tegen haar worden beëindigd. Dat heeft de rechtbank van Rotterdam besloten. Volgens de NOS gaat het om Ilham B. uit Gouda.

B., die in een Koerdisch kamp in Noord-Syrië zit, wordt sinds maart 2016 in Nederland vervolgd, omdat ze afreisde naar het kalifaat en zich aansloot bij terreurbeweging IS. Ze is een van de tien vrouwen die het Openbaar Ministerie (OM) wil vervolgen vanwege het uitreizen naar Syrië. De rechtbank oordeelde eerder al dat de Staat zich moet inspannen om hen en hun kinderen hierheen te krijgen en te berechten.

De rechtbank stelt dat de afgelopen twee jaar nergens uit is gebleken dat de Staat zich heeft ingezet om haar hierheen te krijgen voor haar berechting. Daarmee is het volgens de rechtbank ‘onredelijk dat de vervolging van de betrokkene nog langer’ doorgaat. De rechter geeft de staat nog ruim drie maanden om te laten zien dat er stappen zijn gezet. B. diende zelf een verzoek in om de rechtszaak tegen haar te beëindigen.

Politiek gevoelig

De zaak ligt in politiek Den Haag uiterst gevoelig. Minister Ferd Grapperhaus van Justitie en Veiligheid lichtte de Tweede Kamer woensdag in over de deadline die de rechtbank stelt, maar schrijft alleen dat het kabinet de uitspraak ‘en de mogelijke gevolgen ervan bestudeert’.

Onder meer VVD en CDA zijn fel tegen het terughalen van de vrouwen. De rechtbank in Den Haag bepaalde eind vorig jaar dat de Staat er alles aan moet doen kinderen van vrouwen die zich bij IS aansloten, terug te halen. Maar ook dat vinden veel partijen problematisch. Ze zijn bang dat daarmee de deur op een kier komt te staan voor de ouders.

De zaak gaat op 2 juni 2020 verder.

LEES OOK: Taakstraf voor ouders die geld overmaken naar dochter in Syrië

Meer over dit onderwerp: GOUDA SYRIË ILHAM B. IS-GANGER

Proces tegen Syriëganger stopgezet als Nederland terugkeer blijft uitstellen

NU 19.02.2020 De vervolging van een Syriëganger wordt stopgezet als de Nederlandse staat de IS-sympathisant niet snel terughaalt naar Nederland, meldt minister van Justitie Ferd Grapperhaus woensdag in een brief aan de Tweede Kamer.

Volgens de rechtbank in Rotterdam heeft Nederland de afgelopen twee jaar amper tot geen concrete stappen genomen om de betrokkene naar Nederland te halen. De Staat krijgt drie extra maanden om de Syriëganger alsnog binnen eigen grenzen te krijgen, “anders is het onder huidige omstandigheden onredelijk dat de vervolging in Nederland doorgang vindt”, zo citeert Grapperhaus de rechter.

Het zou gaan om Ilham B., die in maart 2016 vertrok om zich aan te sluiten bij terreurorganisatie Islamitische Staat (IS). Zij wordt officieel verdacht van het plegen van een terroristisch misdrijf.

Als de vrouw niet veroordeeld wordt, kan zij zonder vervolging terugkeren naar Nederland en kan de Staat niet nogmaals een zaak tegen haar starten voor hetzelfde feit.

Repatriëring Syriëgangers ligt zeer gevoelig

Binnen de Nederlandse politiek ligt het terughalen van Syriëgangers zeer gevoelig, omdat het een groot risico zou zijn voor de nationale veiligheid. De rechtbank heeft dat argument waargenomen, maar ziet geen reden de eis aan te passen.

Minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken) probeerde vorig jaar landen in de regio over te halen om Syriëgangers daar te berechten, maar kreeg onder meer van zijn Irakese ambtgenoot Mohamed Ali Alhakim nul op het rekest.

Uitspraak kan gevolgen hebben voor tientallen andere Syriëgangers

Mocht de rechtbank definitief oordelen dat het proces tegen B. wordt stopgezet, kan dat gevolgen hebben voor de vervolging van tientallen andere IS-sympathisanten die vanuit Nederland zijn vertrokken naar Syrië. Hun advocaten kunnen dan ook vragen om stopzetten van vervolging. Het Openbaar Ministerie maakte zich daarom in oktober al hard voor de repatriëring van 29 Nederlandse Syriëgangers.

Volgens Grapperhaus bestudeert het kabinet de uitspraak van de rechtbank, en wordt de Tweede Kamer op een later moment geïnformeerd.

Lees meer over: Syrië Syriëgangers Buitenland

Proces tegen Syriëganger voorbij als Nederland geen actie onderneemt

NOS 19.02.2020 De rechtbank in Rotterdam geeft de Staat nog drie maanden de tijd om concrete stappen te nemen in het terughalen van een Syriëganger die in vluchtelingenkamp Ain-Issa in Noordoost-Syrië zit. Anders is het proces tegen haar voorbij. De uitspraak kan grote gevolgen hebben voor tientallen andere vrouwen die ook in Syrië verblijven.

Het gaat om Ilham B. uit Gouda die sinds maart 2016 in Nederland wordt vervolgd omdat ze naar het kalifaat reisde en zich aansloot bij terreurorganisatie IS. Haar advocaat had gevraagd om het stopzetten van de zaak, omdat B. al jaren “onder de bedreiging van strafvervolging leeft” en “inmiddels meer behoefte heeft aan duidelijkheid”. Tegen haar is een internationaal arrestatiebevel uitgevaardigd.

Nederland deed te weinig

De rechtbank eist al twee jaar dat het Openbaar Ministerie er alles aan zou doen om ervoor te zorgen dat de vrouw naar Nederland zou worden gehaald, door haar via de Koerdische Autonome Regio naar het Nederlandse consulaat-generaal in Erbil te brengen, zodat ze uiteindelijk het proces tegen haar kan bijwonen.

Maar nu ziet de rechtbank dat de afgelopen twee jaar niet gebleken is dat Nederland moeite gedaan heeft om de vrouw terug naar Nederland te krijgen. Volgens de rechter is het daarom onredelijk dat de vervolging nog langer voortduurt. Het OM vroeg zes maanden tijd, maar de rechter geeft justitie drie maanden. Nederland heeft altijd het standpunt gehad dat het jihadstrijders niet terughaalt uit het buitenland.

Mogelijk grote gevolgen

De uitspraak van de rechter kan grote gevolgen hebben. Als de staat de Syriëganger niet binnen drie maanden ophaalt, zou ze zonder kans op vervolging terug kunnen naar Nederland. Omdat de zaak tegen haar dan stopt, kan ze niet meer vervolgd worden voor hetzelfde feit.

Volgens advocaat André Seebregts, die de zaken van vijf vrouwen in een soortgelijke zaak aanhangig heeft gemaakt, moet de staat nu echt iets gaan doen. “Het springende punt is dat de vrouwen niet worden gehaald, en zonder de vrouwen is er geen rechtszaak. Ook voor hen geldt dat er dossiers zijn en dat er helemaal niets gebeurt. Ze worden hier niet naartoe gehaald.”

Seebregts zegt dat er twee opties zijn. “Of de overheid gaat zich nu echt serieus inspannen om de vrouwen op te halen waardoor de vrouwen een rechtszaak krijgen. Of ze doen het niet, en dan wordt de zaak beëindigd.”

Minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid zegt dat het kabinet de uitspraak bestudeert. “Op een later moment zullen we de Tweede Kamer informeren over de uitkomsten.”

Bekijk ook;

Rechter: ‘Vervolging IS-verdachte stopzetten als terughalen te lang duurt’

AD 19.02.2020 De vervolging van Syriëgangster Ilham B. uit Gouda moet worden stopgezet als het ministerie van Justitie niet kan aantonen dat het zich inspant om de vrouw terug te halen naar Nederland.

Dat stelt de rechtbank Rotterdam vanmiddag. Daarmee zouden B. en tientallen andere Nederlandse jihadisten mogelijk hun straf ontlopen als ze ooit terugkomen naar Nederland, aangezien ze niet twee keer voor hetzelfde feit kunnen worden vervolgd.

Ilham B. wordt sinds 2016 in Nederland vervolgd omdat ze uitreisde naar Syrië en zich daar aansloot bij terreurorganisatie Islamitische Staat (IS). In dat jaar werd ook een internationaal arrestatiebevel tegen haar uitgevaardigd. Inmiddels zit de Goudse met haar kinderen al ruim twee jaar vast in een Koerdisch detentiekamp in Noord-Syrië.

De rechtbank heeft twee jaar geleden een ‘bevel tot gevangenneming’ uitgevaardigd en om uitlevering gevraagd. Ook B. wil naar Nederland om aanwezig te kunnen zijn bij haar eigen proces.

Het ministerie van Justitie staat al jaren op het standpunt dat het de 35 Nederlandse IS-vrouwen (en hun 90 kinderen) die gevangen zitten in de kampen, niet terug wil halen. Ze kunnen een gevaar voor de Nederlandse veiligheid vormen.

Grote consequenties

De advocaat van Ilham B. vroeg daarom om stopzetten van de vervolging van de vrouw: de zaak sleept al jaren voort en het ziet er niet naar uit dat B. binnenkort naar Nederland kan komen.

Dat verzoek kan grote consequenties hebben: als een zaak gesloten is, kan een verdachte niet nogmaals voor hetzelfde feit worden vervolgd. Daardoor zouden B. en nog zo’n 30 andere IS’ers voor wie de rechtbank om repatriëring heeft gevraagd in Nederland vrijuit kunnen gaan. Als ze ooit alsnog een keer terugkomen.

De rechtbank in Rotterdam oordeelt vandaag dat blijkt ‘dat de minister niet uitdrukkelijk op het standpunt staat dat de vrouw in Nederland voor de rechter komt’. ,,Nu de minister hecht aan enerzijds de nationale veiligheid en aan anderzijds de berechting voor een rechter en dus niet noodzakelijkerwijs de Nederlandse rechter en verder gelet op de lange duur van de vervolging en het ontbreken van concrete stappen om verzoekster naar Nederland over te brengen, is de rechtbank onder de huidige omstandigheden van oordeel dat het onredelijk is dat de vervolging in Nederland thans nog langer doorgang vindt.”

De rechtbank stopt die vervolging echter niet direct. De officier van justitie heeft nog drie maanden de tijd om ‘duidelijkheid te krijgen over de voortgang in de zaak.’

Rechtbank stelt Staat ultimatum over vrouwelijke Syriëganger

RTL 19.02.2020 Nederland moet concrete stappen nemen om een vrouwelijke jihadstrijder op te halen, anders wordt de rechtszaak beëindigd. Dat oordeelt de rechtbank Rotterdam in een tussenvonnis. Tot op heden heeft het kabinet altijd geweigerd om jihadstrijders op te halen. Ministers Grapperhaus en Blok laten weten de uitspraak nu te gaan bestuderen.

Regeringspartij D66 wil actie van het kabinet. “We moeten alles doen om te voorkomen dat verschrikkelijke misdadigers van IS vrijuit gaan, dat kan het kabinet niet laten gebeuren”, zegt D66-Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma. “Het kabinet moet hier goed naar kijken en de nodige actie ondernemen.”

Al twee jaar verzoek tot ophalen

Al twee jaar vraagt de rechtbank om het ophalen van de vrouw. Zolang de vrouw niet wordt teruggehaald, ziet de rechtbank geen reden om de rechtszaak nog langer door te zetten, zo staat in het tussenvonnis.

De rechtbank heeft geoordeeld dat sinds het begin van de rechtszaak, twee jaar geleden, er geen concrete stappen zijn gezet om de vrouw naar Nederland te brengen. Daarom oordeelt de rechtbank dat het onredelijk is om nog langer verder te gaan met de berechting. Wel geeft de rechtbank het Openbaar Ministerie nog drie maanden de tijd om duidelijkheid te krijgen.

Als de vrouw uiteindelijk niet verder wordt vervolgd, kan het ervoor zorgen dat áls ze zelfstandig naar Nederland terugkeert, op vrije voeten blijft.

Kabinet tegen terughalen

De Nederlandse regering wil jihadstrijders niet terughalen uit het buitenland. Alleen als ze zich zelf melden bij een Nederlandse ambassade of consulaat, worden ze naar Nederland vervoerd en berecht.

Lees ook:

Hof: Nederland hoeft IS-vrouwen en kinderen niet terug te halen uit Syrië

‘Dilemma voor het kabinet’

“Tot nu toe heeft het kabinet elke keer geweigerd om jihadisten op te halen. Er is overleg geweest met autoriteiten in het gebied, maar tot concrete acties heeft het nooit geleid. Nu de rechtbank zegt de vervolging te stoppen, zit het kabinet met een lastige kwestie”, zegt politiek verslaggever Fons Lambie.

“Het feit dat het kabinet het nodig vindt om de Kamer over dit tussenvonnis te informeren, geeft ook wel aan dat het een dilemma is. Heel zwart-wit kun je zeggen: of je laat de uitreizigster daar en accepteert dat de vervolging niet doorgaat, of je gaat toch stappen ondernemen.”

Bij regeringspartijen ligt de kwestie heel gevoelig. “Regeringspartijen verschillen van mening. VVD en CDA zijn keihard: niet halen, terwijl D66 het kabinet al een aantal keren heeft verzocht om vrouwen en kinderen op te halen.”

Beelden uit kamp Al-Hol: ‘Islamitische Staat blijft bestaan’

Bekijk deze video op RTL XL

Het zou een tijdelijk kamp moeten worden, maar nu wonen 74.000 mensen in Al-Hol in het noordoosten van Syrië. In het kamp worden vrouwen en kinderen uit het gevallen kalifaat opgevangen.

Blok wil overleg over berechting van Europese IS’ers door Koerden

NOS 07.02.2020 Minister Blok wil bekijken of het “perspectief biedt” om IS-strijders te berechten door de Koerdische autoriteiten in het noorden van Syrië. Hij zegt dat in reactie op een aankondiging van de Koerden, gisteren. Blok gaat daarover eerst praten met andere landen in West-Europa.

In Koerdische detentiecentra in Noord-Syrië zitten ruim 2000 buitenlanders die worden verdacht van lidmaatschap van IS. Er zijn ook Nederlanders bij. De Koerden zijn teleurgesteld dat westerse landen Syriëgangers niet repatriëren en dat er geen internationaal tribunaal is. Daarom kwamen ze gisteren met het plan om in maart zelf tot berechting over te gaan middels een nieuw speciaal tribunaal.

Eerlijke berechting

Blok benadrukte na de ministerraad dat het de voorkeur van het kabinet blijft om de betrokkenen voor een internationaal tribunaal te brengen. Een tweede mogelijkheid is berechting in Irak, als daar tenminste een eerlijke rechtsgang kan worden gegarandeerd en de doodstraf niet wordt toegepast.

Van beide opties is tot nu toe niets terechtgekomen. Ook bij een door de Koerden georganiseerde procedure in Syrië zijn volgens Blok vraagtekens te zetten: “Wordt dat een eerlijke berechting? Het is een gebied dat niet als land wordt erkend. Ik ken geen wetgeving en geen rechterlijke macht in dat gebied.”

Tweede Kamer

Maar hij wil wel bij de Koerden navragen hoe zo’n tribunaal er dan in de praktijk moet uitzien. En ook daarbij zal hij juridische waarborgen eisen. Ook bij de coalitiepartijen in de Tweede Kamer gaan stemmen op om deze optie serieus te bekijken.

Het kabinet blijft erbij dat het in principe geen IS-verdachten naar Nederland haalt.

Bekijk ook;

Blok: praten met Koerden over berechting Syrië-gangers

Telegraaf 07.02.2020 Minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken) is bereid te praten met de Koerden in het noordoosten van Syrië over de berechting van Nederlandse jihadisten die daar vastzitten. Dat zei hij vrijdag na aandringen van de grootste regeringspartijen. Tot dusver hield het kabinet vol dat dat onmogelijk is omdat de Koerden geen autonoom land besturen en Nederland geen officiële betrekkingen met hen onderhoudt.

De Koerden, die een aantal gevangenenkampen in het noordoosten van Syrië beheren, wilden jihadisten uit onder andere Europa oorspronkelijk terugsturen naar hun landen van herkomst. Donderdag verschenen berichten dat ze buitenlandse strijders van Islamitische Staat toch zouden willen berechten.

Als dat klopt, is het „zeer de moeite waard om het gesprek aan te gaan”, zegt Blok. „Dan moeten we dat zeker doen.” Hij ziet nog wel obstakels, omdat de Koerden volgens hem niet beschikken over de noodzakelijke wetgeving en rechterlijke macht. Bovendien wil Blok zeker weten dat IS-gangers daar niet de doodstraf kunnen krijgen, want daar wil Nederland niet aan meewerken. De Koerden hebben volgens Tweede Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma al duidelijk gemaakt dat zij die straf niet zullen opleggen.

Nederland zal hoe dan ook weer optrekken met de Europese landen die al langer samen zoeken naar een manier om Syrië-gangers te berechten, aldus Blok. Hij gaat met hen overleggen hoe ze verdergaan. Bij de ommezwaai van de Koerden waren „kennelijk al Finse overheidsvertegenwoordigers betrokken”, begreep de minister.

Of berechting door de Koerden nu de beste kansen biedt op het voor de rechter brengen van Syrië-gangers, durft Blok nog niet te zeggen. Een internationaal tribunaal in Irak of Syrië heeft nog altijd de voorkeur van Nederland, onderstreept hij. En als dat te hoog gegrepen blijkt, komt eerst de Iraakse rechter nog in aanmerking als die zich bijvoorbeeld van de doodstraf onthoudt.

Koerden willen buitenlandse IS’ers zelf berechten, minister Blok gaat met ze praten

AD 07.02.2020 De koerden in het Noord-Oosten van Syrië willen in maart beginnen met het berechten van buitenlandse IS-strijders, onder wie ook Nederlanders. Ze zijn het getreuzel van Europese landen bij het terughalen van de jihadisten beu. Minister Blok van Buitenlandse Zaken stelde vrijdagmiddag daar met de Koerden over te willen gaan praten.

In Koerdische gevangenissen en detentiekampen zitten duizenden internationale jihadisten van zo’n vijftig verschillende nationaliteiten vast. Zij hebben zich de afgelopen twee jaar overgegeven of zijn gevangen genomen tijdens de ondergang van het IS-kalifaat. Onder hen ook 15 mannen, 35 vrouwen en 90 kinderen uit Nederland.

,,We hebben besloten om deze mensen vanaf maart te gaan berechten”, meldde Abdulkarim Omar, voorzitter van het comité voor buitenlandse betrekkingen van de Syrische Koerden gisteravond. ,,Geen enkel land wilde hun eigen IS-leden terug om hen thuis te berechten. Daarna bleek dat het ook niet zou lukken om een internationaal tribunaal op te zetten. Maar deze mensen moeten wel berecht worden, dus we gaan een eigen, speciale rechtbank opzetten om hen te berechten en verwachten daarbij de hulp van andere landen.”

Geen doodstraf

De Koerden hebben een zekere vorm van autonomie in Noordoost Syrië, ze hanteren ook hun eigen rechtssysteem. Daarin hebben ze de afgelopen jaren al honderden lokale IS-strijders berecht. De straffen variëren van 1 tot 20 jaar cel. De Koerden hebben geen doodstraf, die straf wordt in buurland Irak wel geregeld opgelegd aan IS’ers.

Volgens Britse media staan er zaken tegen dertig Britten gepland. Omar reageerde gisteren niet op de vraag van deze krant of er in maart ook al Nederlanders voor moeten komen. Onduidelijk is ook nog of de Koerden alleen doelen op berechting van de mannen of dat ook de vrouwen in de rechtbank moeten verschijnen.

Een groot deel van de Nederlandse Syriëgangers heeft aangegeven terug te willen naar Nederland om hier berecht te worden. Ook vrezen de vrouwen voor de gezondheid van hun kinderen omdat de omstandigheden in de overvolle kampen slecht zijn. Tegen de meeste Nederlandse jihadisten in Koerdische detentie lopen hier ook al strafzaken. Enkele van hen, zoals Yago R. uit Arnhem, zijn in Nederland al bij verstek tot zes jaar cel veroordeeld. In een interview met deze krant vorig jaar zei hij niet geweten te hebben van de misdaden die IS pleegde.

Nederland wil de Syriëgangers niet ophalen omdat ze er zelf voor hebben gekozen daarheen te gaan. Afgelopen najaar spanden 23 vrouwen een kort geding aan tegen de Nederlandse staat omdat die te weinig zou doen om hen en hun kinderen terug te halen. Dat verzoek werd in hoger beroep afgewezen. Volgens het Gerechtshof is de beslissing aan de politiek en niet aan de rechter. De zaak loopt inmiddels bij de Hoge Raad.

Zorgen: ‘deze processen duren 15 minuten’

Advocaat André Seebregts, die een groot deel van de vrouwen bijstaat, heeft zorgen over de Koerdische plannen. ,,Ik ben afgelopen zomer zelf bij de rechtbank daar geweest en daar kan nu geen proces worden gevoerd naar onze maatstaven. Er is geen sprake van het horen van getuigen of bijstand van een advocaat. In 15 minuten is een zaak klaar en berecht.”

Vrouwen en kinderen in detentiekamp Al Hol in Syrië. © AFP

Koerdische strijders bewaken het detentiekamp al-Hol in Noord-Syrië AFP

Koerden gaan Europese IS’ers vanaf maart berechten in Syrië

NOS 06.02.2020 Gevangen IS-strijders worden vanaf volgende maand berecht door de Koerdische autoriteiten in Noord-Syrië. Dat meldt de spreekbuis van het Koerdische bestuur in het gebied, het Rojava Information Center.

De Koerdische autoriteiten zijn het beu om westerse landen steeds te moeten vragen hun Syriëgangers op te halen. “Geen enkele staat heeft ze gerepatrieerd en er is ook geen internationaal tribunaal opgezet”, staat in de verklaring. “Daarom hebben we besloten om buitenlandse IS’ers vanaf maart zelf te berechten.”

Zo’n 140 Nederlanders

Ruim 2000 buitenlanders die worden verdacht van deelname aan terreurgroep Islamitische Staat zitten vast in Koerdische detentiecentra in Noord-Syrië. Inclusief vijftig volwassen Nederlanders en negentig kinderen met ouders uit Nederland. Duizenden andere buitenlandse vrouwen en kinderen zitten eveneens vast in de kampen.

De Koerden zijn van plan een speciaal tribunaal op te richten. The Telegraph schrijft dat in ieder geval tien Britse verdachten in maart aan de beurt zijn voor hun rechtszaak. Het is onduidelijk of er ook berechtingen van Nederlanders gepland staan.

Het wel of niet terughalen van IS-verdachten, hun partners of kinderen is al jaren een heet hangijzer in de landen van herkomst. Eind november oordeelde het gerechtshof in Den Haag dat Nederland IS-vrouwen en kinderen niet terug hoeft te halen uit kampen in Noord-Syrië. Daarmee werd een eerder oordeel van de rechter teruggedraaid.

Bekijk ook;

‘Koerden berechten Europese IS’ers vanaf maart mogelijk zelf’

NU 06.02.2020 De Koerdische autoriteiten in Noord-Syrië zijn van plan om Europese IS-strijders vanaf maart te berechten, meldt het Rojava Information Center, de spreekbuis van de Koerdische autoriteiten in de regio donderdag in een verklaring.

De Koerden willen dat de IS’ers ook worden berecht als overheden van de Europese landen waar ze vandaan komen niet meewerken. Ze menen dat de landen zelf te weinig doen om hun Syriëgangers op te halen.

Zo zouden pas tien procent van de kinderen van IS-strijders die in Syrië vastzaten aan hun thuisland zijn uitgeleverd. De Koerden klagen dat geen enkele staat hun Syriëgangers gerepatrieerd heeft en dat er geen internationaal tribunaal is opgezet.

Ze zijn nu van plan om de Syriëgangers vanaf maart via hun eigen rechtssysteem te berechten. De Koerden zeggen een speciaal tribunaal op te richten voor de berechting. Tot nu toe hebben ze alleen Syrische en Iraakse IS’ers berecht.

Op dit moment worden duizenden mensen die worden verdacht van deelname aan terreurgroep Islamitische Staat door de Koerden in detentiekampen vastgehouden. Ook veel vrouwen en kinderen zitten in die kampen. Onder hen zijn vijftig volwassen en negentig kinderen uit Nederland.

In november oordeelde het gerechtshof in Den Haag dat Nederland de Nederlandse IS-vrouwen en kinderen niet hoeft terug te halen uit Noord-Syrië. Eerder oordeelde de rechter dat dit wel moest gebeuren. Die beslissing werd dus teruggedraaid.

Lees meer over: Syrië  Syriëgangers  Buitenland

Hoge Raad behandelt cassatie over terughalen vrouwen uit Syrië versneld

NU 10.01.2020 De Hoge Raad heeft vrijdag bekendgemaakt de cassatie in de zaak over het terughalen van Nederlandse vrouwen en hun kinderen uit Syrië versneld te behandelen.

“Dit gebeurt op verzoek van hun advocaat, in verband met de spoedeisendheid van de vordering”, zo laat de Hoge Raad weten.

De rechtbank oordeelde eerder dat de Nederlandse Staat zich moet inspannen om de 56 kinderen en hun negentien moeders terug te halen, maar dat vonnis werd in het hoger beroep vernietigd. De advocaat van de vrouwen is in cassatie gegaan.

Aan de Hoge Raad is vanwege de nijpende situatie van de vrouwen en kinderen verzocht om de zaak voor het einde van januari te behandelen, maar dit gaat niet lukken. “De Hoge Raad is cassatierechter en heeft mede tot taak het bewaken van de rechtseenheid en de ontwikkeling van het recht. Hij heeft daardoor – anders dan een rechtbank of een gerechtshof in kort geding – minder mogelijkheden om met de spoedeisendheid van een zaak rekening te houden.”

Wel heeft de Hoge Raad kans gezien de normale termijnen wat in te korten. Zo wordt de termijn voor de schriftelijke uitwisseling van stukken bijvoorbeeld op zes weken in plaats van drie maanden gesteld.

Voor de zomer wordt definitief uitspraak gedaan.

Zie ook: Advocaat: Staat vertraagt cassatie in zaak IS-vrouwen terwijl nood hoog is

Lees meer over: Syriëgangers  Binnenland

Hoge Raad: voor de zomer uitspraak over terughalen IS-vrouwen en -kinderen

NOS 10.01.2020 De Hoge Raad verwacht voor de zomer een uitspraak te doen over het terughalen van IS-vrouwen en hun kinderen. Op verzoek van hun advocaten is de procedure enigszins versneld, maar de uitspraak is maanden later dan waar de advocaten op hadden gehoopt.

De zaak draait om 23 IS-vrouwen en 56 kinderen. Begin november bepaalde de rechtbank dat Nederland zich moet inspannen om de kinderen zo snel mogelijk op te halen uit detentiekampen in het noorden van Syrië.

De ministers Blok en Grapperhaus gingen hiertegen in beroep, waarna het gerechtshof later in november de uitspraak terugdraaide. Volgens het hof is het aan de politiek en niet aan de rechter om te beslissen of de vrouwen en kinderen worden teruggehaald.

Voor einde winter

Hierop gingen de advocaten van de vrouwen en kinderen in cassatie. Ook verzochten ze de Hoge Raad om de zaak met spoed te behandelen, waarbij ze hoopten op een uitspraak in januari, of in elk geval voor het einde van de winter.

De Hoge Raad maakte vandaag bekend dat de zaak slechts beperkt versneld kan worden. Omdat de Hoge Raad de rechtseenheid en de ontwikkeling van het recht moet bewaken, zijn er minder mogelijkheden voor een versnelde behandeling dan bij een rechtbank of gerechtshof, staat in een verklaring.

Wel worden de termijnen verkort waarbinnen processtukken moeten worden uitgewisseld en de partijen op elkaar moeten reageren. Op basis daarvan verwacht de Hoge Raad een uitspraak voor de zomer.

Teleurgesteld

Advocaat Robert van Galen, die de vrouwen en kinderen bijstaat, reageert teleurgesteld. “Die mensen kunnen doodgaan, gemarteld worden door Assad. Dat zijn onschuldige kinderen. Je zou hopen dat de Hoge Raad het spoedeisende daarvan inziet.”

De raadsman is het er ook niet mee eens dat de staat tien weken de tijd krijgt om te reageren op de bezwaren van de advocaten. “Terwijl wij in het hoger beroep bij het hof binnen vier dagen moesten reageren. Als wij dat in vier dagen kunnen doen, waarom zou het dan bij de staat tien weken moeten duren?”

Bekijk ook;

Hoge Raad maakt haast: voor zomer uitspraak zaak IS-vrouwen

Telegraaf 10.01.2020 De Hoge Raad gaat haast maken met de cassatie-procedure over de mogelijke terugkeer van Nederlandse IS-vrouwen die verblijven in detentiekampen in Noord-Syrië. De verwachting is dat er voor de zomer een uitspraak is.

De advocaten van de 23 vrouwen en hun 56 kinderen die de zaak hadden aangespannen, hebben de Hoge Raad tot spoed gemaand. Volgens hen traineert de Nederlandse staat de procedure.

Bekijk ook: 

Twee IS-vrouwen terug in Nederland met kinderen 

Bekijk ook: 

Nederlandse ’IS-vrouwen’ vrijgesproken in Turkije 

De rechtbank bepaalde in november dat de Staat binnen twee weken al het nodige moest doen om in ieder geval de kinderen te repatriëren. De Staat ging in hoger beroep en kreeg gelijk. Het hof bepaalde dat de rechter niet op de stoel van de politiek mag gaan zitten. Volgens het hof heeft de overheid „beleidsvrijheid” en moet de rechter zeer terughoudend zijn met ingrijpen.

Bekijk ook: 

IS-vrouwen naar Hoge Raad om Staat te dwingen hen terug te halen 

Advocaat Elpiniki Kolokatsi bepleitte namens de vrouwen dat er snel duidelijkheid moet komen. „Iedere winter sterven er kinderen door de verschrikkelijke omstandigheden in de kampen.” Daarbovenop is de situatie volgens haar nu heikel omdat de Syrische president Bashar al-Assad heeft aangegeven de vrouwen mogelijk zelf te willen berechten. „Dat zou betekenen dat ze de doodstraf kunnen krijgen.”

Bekijk meer van; proces politiek samenleving wetgeving Den Haag Syrië Hoge Raad De Staat

Hoge Raad: zaak IS-vrouwen wordt versneld behandeld

AD 10.01.2020 De Hoge Raad zal de de zaak van 23 IS-vrouwen en hun 56 kinderen, die nu in Syrische detentiekampen zitten, versneld behandelen, zo meldt ze vanochtend. De Raad verwacht nu voor de zomer uitspraak te doen. De advocaten van de vrouwen vinden dat toch ‘teleurstellend langzaam’. ,,Worden de kinderen nu opgeofferd?’’

De vrouwen eisten eind vorig jaar in een kortgeding dat de Nederlandse overheid hen en hun kinderen terug zou halen uit Syrië, waar ze vast zitten in door Koerden bewaakte detentiekampen. De rechtbank oordeelde in eerste instantie dat de Staat haar best moest doen om de kinderen zo snel mogelijk naar Nederland te repatriëren, ook als dat zou inhouden dat de moeders mee zouden komen.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

De Staat ging tegen die beslissing in beroep waarop het Gerechtshof eind november oordeelde dat de beslissing over het wel of niet terughalen van de gedetineerde Syriëgangers en hun kinderen niet aan de rechter maar aan de politiek is. De vrouwen gingen op hun beurt tegen die beslissing in cassatie bij de Hoge Raad. De advocaten van de vrouwen vroegen de Raad die zaak versneld te behandelen omdat de omstandigheden in de kampen slecht zijn en ze vrezen voor de gezondheid van de kinderen.

Spoedeisend

Een procedure bij de Hoge Raad duurt doorgaans lang. In een persbericht stelt de Raad nu het spoedeisende karakter van de zaak in te zien. ,,Maar er kan niet volledig aan het verzoek van de advocaten worden tegemoetgekomen.’’ Voor de uitwisseling van stukken staat normaal een termijn van drie maanden, die word nu verkort tot zes weken. Daarna krijgen alle partijen nog twee weken voor een reactie. Daarna doet de Raad uitspraak. ,,De verwachting is dat die uitspraak nog voor de zomer komt.’’

Teleurstellend

De advocaten van de vrouwen hadden eigenlijk al in januari een uitspraak van de Hoge Raad gewild. ,,De wintermaanden kunnen bedreigend zijn voor de gezondheid van de kinderen. Ook is er een kans dat het Assad-regime de kampen de komende periode over gaat nemen’’, stelt advocaat Robert van Galen die de cassatie-zaak begeleidt.

,,We vinden deze uitspraak teleurstellend. Het staat ook in schril contrast met de snelheid die is gehanteerd bij het kortgeding en het hoger beroep. We hebben de Hoge Raad al op 29 november om spoed gevraagd, het besluit komt nu pas.’’

Van Galen stelt dat het vooral de Staat is die de procedure rekt. ,,Waarom moet het zo lang duren? Alle argumenten zijn al bekend. Premier Rutte heeft al eens gezegd dat wat hem betreft Syriëgangers het beste daar kunnen sneuvelen, maar worden nu ook de kinderen opgeofferd?’’

De Hoge Raad kijkt niet opnieuw inhoudelijk naar de zaak, maar beoordeelt het verloop van de rechtsgang. Ze kan het vonnis van het Gerechtshof in stand laten of de zaak terugverwijzen naar een (ander) Gerechtshof. In dat laatste geval zullen de advocaten ook daar weer om een spoedbehandeling vragen.

Volgende week besluit over terughalen IS-vrouwen

Telegraaf 03.01.2020 De Hoge Raad bespreekt volgende week of er haast moet worden gemaakt met de cassatie-procedure over de mogelijke terugkeer van Nederlandse IS-vrouwen die verblijven in detentiekampen in Noord-Syrië. De advocaten van de 23 vrouwen en hun 56 kinderen die de zaak hadden aangespannen, hebben de Hoge Raad tot spoed gemaand. Volgens hen traineert de Nederlandse staat de procedure.

Het is niet duidelijk hoe snel er een uitspraak van de Hoge Raad komt als er daadwerkelijk spoed achter zit. Als er geen haast is, komt het oordeel waarschijnlijk niet voor de zomer.

De rechtbank bepaalde in november dat de Staat binnen twee weken al het nodige moest doen om in ieder geval de kinderen te repatriëren. De Staat ging in hoger beroep en kreeg gelijk. Het hof bepaalde dat de rechter niet op de stoel van de politiek mag gaan zitten.

BEKIJK OOK: 

Turkije stuurde al 150 IS-strijders naar huis 

BEKIJK OOK: 

’De kinderen zijn het slachtoffer’ 

BEKIJK OOK: 

Het veroorzaken van humanitaire rampen is een winstgevende business 

BEKIJK MEER VAN; proces politiek samenleving Hoge Raad

Advocaat: Staat vertraagt cassatie in zaak IS-vrouwen terwijl nood hoog is

NU 31.12.2019 De Nederlandse Staat wil niet meewerken aan een snelle afwikkeling van de cassatie die gaat over het al dan niet terughalen van 23 IS-vrouwen en hun 56 kinderen uit Syrische detentiekampen. Dat laat de advocaat van de vrouwen, Robert van Galen, aan NU.nl weten.

In november besloot het gerechtshof in Den Haag dat de overheid zich niet hoeft in te spannen om de groep vrouwen en kinderen naar Nederland te halen. De rechtbank oordeelde juist dat dit in het geval van de kinderen wel geprobeerd moest worden.

De uitspraak in hoger beroep gebeurde op verzoek van de Staat juist wel na een spoedprocedure. Waarom de overheid hier nu niet aan wil meewerken, wordt volgens Van Galen niet goed onderbouwd. “Ik heb het zelf in ieder geval niet begrepen”, aldus de advocaat die de verdediging voert in de cassatieprocedure.

Een woordvoerder van het ministerie van Justitie en Veiligheid zegt in een reactie dat de “Staat de procedure zorgvuldig behandeld” en verder niet inhoudelijk wil reageren zolang de zaak onder de rechter is.

Advocaat verbaasd over reactie Hoge Raad

Wat Van Galen nog meer verbaast, is dat de Hoge Raad liet weten geen spoedprocedure te kunnen toepassen en niet in januari of voor het einde van de winter uitspraak te kunnen doen, omdat de Staat daar niet aan meewerkt. “De Hoge Raad gebruikt hierbij een heel zwakke redenering die een serieuze jurist onwaardig is.”

De wet staat gewoon toe dat de procedure wordt ingekort. “En dat weet de Hoge Raad ook wel, dus dat doet vermoeden dat de Hoge Raad de ware reden om geen spoedprocedure te willen volgen niet wil opgeven”, vervolgt hij.

“Wellicht ontbreekt de moed om snel uitspraak te doen in deze zaak. We hebben maandag nogmaals verzocht om deze procedure versneld af te wikkelen.” Gebeurt dit niet, dan wordt er mogelijk pas in juli vlak voor de zomer uitspraak gedaan.

De Hoge Raad laat weten dat er nog geen formele beslissing is genomen en tot die tijd niet inhoudelijk te willen reageren. Die beslissing wordt in de loop van januari verwacht.

Noodzaak is volgens verdediging groot

De noodzaak voor een snelle procedure is volgens Van Galen groot omdat de toestanden in de detentiekampen “verschrikkelijk” zijn. De situatie voor de vrouwen en kinderen zou daarnaast gevaarlijk worden als de Syrische president Bashar Al Assad de controle krijgt over de kampen. Die ligt nu nog in handen van de Koerden.

Zo heeft Al Assad onlangs laten weten dat de IS-strijders in de kampen door lokale rechtbanken moeten worden berecht “met alle risico’s van dien voor foltering tijdens detentie”, aldus advocaat André Seebregts, die de vrouwen eerder bijstond, in een reactie.

In hoger beroep haalde Seebregts rapporten van de Verenigde Naties (VN) waarin werd beschreven dat Al Assad kinderen heeft laten martelen en zelfs vermoorden.

Zie ook: ‘Regime Assad martelt 13.000 gevangenen dood’

Kabinet wil uitreizigers niet ophalen vanwege gevaar

Volgens het huidige kabinetsbeleid worden Nederlandse uitreizigers niet actief opgehaald uit Syrië. Het kabinet wil Nederlandse ambtenaren niet in gevaar brengen door ze naar een onveilig gebied te sturen.

Minister van Justitie en Veiligheid Ferd Grapperhaus zei na de uitspraak van het hof altijd helder te zijn geweest. “Deze vrouwen hebben zelf de keuze gemaakt om, al dan niet met hun minderjarige kinderen, uit te reizen naar IS-gebied en zich aan te sluiten bij een terroristische organisatie”, aldus Grapperhaus. “Het kabinet haalt de vrouwen en hun kinderen niet actief terug uit dit gebied.”

Zie ook: Blok: Banden aanhalen met Al Assad maakt Nederland ongeloofwaardig

Lees meer over: Binnenland

Dit bewoog de teruggestuurde IS-bruid  Telegraaf 29.12.2019

Teruggekeerde IS-vrouw Kaoutar (28) zat zes jaar in Syrië

AD 29.12.2019 Syriëgangster Kaoutar S. (28) uit Gouda en haar zoontje (4) werden gisteravond door Turkije op het vliegtuig naar Nederland gezet. De vrolijke ‘spring in ’t veld’ vertrok al naar Syrië voordat IS er het kalifaat uitriep.

Het tijdschrift Vrij Nederland maakte vier jaar geleden een reconstructie van moslima’s die vielen voor de strijders van IS. De 21-jarige S. beschreven zij als een vrolijke, grappige en lange jongedame die geen onbekende was van de Goudse politie. Ze spraken haar voor het eerst bij een picknick van moslima’s uit de wijk Oosterwei. Daar rende ze rond in een lange jurk. Ondanks haar traditionele kleding deed S. gewoon fanatiek mee met een potje voetbal, tekenden de verslaggevers Jaco Alberts en Harry Lensink op.

Vrouwelijke Syriëganger (28) aangehouden na terugkeer op Schiphol

NU 29.12.2019 Een vrouwelijke Syriëganger (28) is zaterdag aangehouden op Schiphol nadat ze met haar vierjarige kind was teruggekeerd uit Turkije. Dat meldt het Openbaar Ministerie (OM).

Volgens het Landelijk Parket is de vrouw afkomstig uit Gouda en vertrok ze in december 2013 naar Syrië. Op 30 oktober van dit jaar zou de vrouw zich met haar kind hebben gemeld bij het Nederlandse consulaat in Ankara.

Haar kind is overgedragen aan de Raad voor de Kinderbescherming.

28-jarige vrouwelijke Syriëganger vanavond na terugkeer op Schiphol aangehouden. Meegereisd kind (4) overgedragen aan raad voor de kinderbescherming. Vrouw vertrok in december 2013 naar Syrië. Op 30 oktober 2019 meldde zij zich bij het Nederlandse consulaat in Ankara.

Avatar

 Auteur

landelijk parket

Het Turkse persbureau Anadolu meldde zaterdagavond al eerder dat er twee mensen met de Nederlandse nationaliteit het land zouden zijn uitgezet omdat ze banden zouden hebben met een terroristische organisatie. Dit schreef Anadolu op basis van informatie van het Turkse ministerie van Binnenlandse Zaken.

In november werden ook al twee vrouwelijke Syriëgangers door Turkije teruggestuurd naar Nederland. Bij een van de vrouwen hoorden ook twee jonge kinderen die zijn opgevangen door de Kinderbescherming. De vrouwen zitten voorlopig nog vast.

Behalve de Nederlandse vrouwen heeft Turkije ook Duitsers, een Amerikaan en een Brit teruggestuurd.

Lees meer over: Syriëgangers  Binnenland

Syriëgangster uit Gouda aangehouden op Schiphol

OmroepWest 29.12.2019 Een 28-jarige vrouwelijke Syriëganger uit Gouda is zaterdag door Turkije het land uitgezet en op Schiphol aangehouden. Haar meegereisde kind van vier is overgedragen aan de Raad voor de Kinderbescherming, meldt het Openbaar Ministerie.

De vrouw uit Gouda was in december 2013 naar Syrië vertrokken. Eind oktober meldde ze zich bij het Nederlandse consulaat in Ankara.

Eerder zaterdag meldden de Turkse autoriteiten dat er twee Nederlandse terroristen het land waren uitgezet. Vorige maand is Turkije begonnen met de repatriëring van gevangengenomen militanten van Islamitische Staat (IS) naar hun land van herkomst. Volgens president Recep Tayyip Erdogan zitten er 1201 strijders van IS in Turkse gevangenissen.

Meer over dit onderwerp: SYRIËGANGER GOUDA OPENBAAR MINISTERIE

Syriëgangster (28) gearresteerd op Schiphol

Telegraaf 29.12.2019 De twee Nederlanders die door de Turkse regering op het vliegtuig zijn gezet zijn een 28-jarige vrouw en een vierjarig kind. Dat heeft het OM bevestigd. De twee zijn inmiddels terug in Nederland, de vrouw is zaterdagavond direct op Schiphol aangehouden.

Het kind is overgedragen aan de Raad voor de Kinderbescherming. De vrouw, afkomstig uit Gouda, vertrok in december 2013 naar Syrië. Op 30 oktober 2019 meldde zij zich bij het Nederlandse consulaat in Ankara.

Premier Mark Rutte zei vorige maand opheldering te vragen aan Turkije. Het was toen niet duidelijk om hoeveel Nederlandse uitreizigers het daar gaat.

Xaviera S. en Fatima H.

In november stuurde Turkije al twee IS-vrouwen terug naar Nederland. Xaviera en Fatima werden bij aankomst meteen gevangen gezet. Van H., die hoogzwanger is, is haar paspoort afgepakt. Volgens Belgische media is ze getrouwd geweest met de beruchte Vlaamse jihadist Ali El Morabit. Hij zou ook de vader zijn van haar twee kinderen.

S. werd in Turkije berecht voor lidmaatschap van IS maar na een korte straf vrijgelaten. Vanuit het kalifaat was ze actief op sociale media. Ze bedreigde columnist Ebru Umar met de dood, stuurde foto’s van kalasjnikovs en bejubelde terroristische aanslagen en onthoofdingen. Xaviera trouwde met Dadi M., een Algerijn uit Eindhoven. Dadi bestelde zijn vrouw bij een huwelijksbureau in het kalifaat. Nederland heeft hem tot ongewenst vreemdeling verklaard en Xaviera mag waarschijnlijk Algerije niet in, dus de kans dat het paar elkaar nog in de armen sluit, lijkt klein.

‘Turkije stuurt Nederlandse terroristen terug’

MSN 28.12.2019 Twee Nederlandse vermeende terroristen zijn door de Turkse regering op het vliegtuig naar Nederland gezet. Dat meldt het Turkse persbureau Anadolu zaterdag op basis van informatie van het Turkse ministerie van Binnenlandse Zaken. Het is niet bekend of het om IS-strijders gaat.

Het Openbaar Ministerie in Nederland en het ministerie van Buitenlandse Zaken kunnen het bericht nog niet bevestigen.

Sinds half november heeft Turkije al meer dan honderd buitenlandse terroristen teruggestuurd naar hun eigen land. Het gaat om strijders die Turkije eerder heeft opgepakt in Noord-Syrië tijdens de militaire operatie daar.

De Nederlandse ambassade in Ankara AFP

Turkije stuurt twee ‘terroristen’ terug naar Nederland

NOS 28.12.2019 Turkije heeft twee vermeende Nederlandse terroristen op het vliegtuig gezet naar Nederland. Dat schrijft het Turkse ministerie van Binnenlandse Zaken op Twitter.

  T.C. İçişleri Bakanlığı @TC_icisleri

Yabancı Terörist Savaşçıların (YTS) ülkelerine iadelerine devam edilmektedir. Bu kapsamda bugün, Hollanda uyruklu 2️⃣ Yabancı Terörist Savaşçı, ülkelerine sınır dışı edildi. ❗Kamuoyuna saygıyla duyurulur

Mogelijk gaat het om Syriëgangers, meldt het Turkse persbureau Anadolu. Turkije schrijft enkel dat het twee “terroristen” betreft, zonder te noemen bij welke groepering de twee zich hadden aangesloten.

Het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken en het Openbaar Ministerie komen later vanavond met een reactie.

In november stuurde Turkije ook al twee Syriëgangers terug naar Nederland. Toen ging het om twee IS-vrouwen. Een van de vrouwen had zich eind oktober gemeld bij de Nederlandse ambassade in Ankara. De ander was in januari 2018 aangehouden in Turkije.

Sinds 11 november heeft Turkije al 110 buitenlandse Syriëgangers naar hun land van herkomst teruggestuurd, meldt Anadolu.

Bekijk ook;

’Turkije stuurt twee Nederlandse terroristen terug’

Telegraaf 28.12.2019 Twee Nederlandse vermeende terroristen zijn door de Turkse regering op het vliegtuig naar Nederland gezet. Dat meldt het Turkse persbureau Anadolu zaterdag op basis van informatie van het Turkse ministerie van Binnenlandse Zaken. Het is niet bekend of het om IS-strijders gaat.

Het Openbaar Ministerie in Nederland kan het bericht nog niet bevestigen.

Sinds half november heeft Turkije al meer dan honderd buitenlandse terroristen teruggestuurd naar hun eigen land. Het gaat om strijders die Turkije eerder heeft opgepakt in Noord-Syrië tijdens de militaire operatie daar.

Premier Mark Rutte zei vorige maand opheldering te vragen aan Turkije. Het was toen niet duidelijk om hoeveel Nederlandse uitreizigers het daar gaat.

Bekijk ook: 

Dit betekent terugsturen IS’ers voor Nederland 

Xaviera S. en Fatima H.

In november stuurde Turkije ook al twee IS-vrouwen terug naar Nederland. Xaviera en Fatima werden bij aankomst meteen gevangen gezet. Van H., die hoogzwanger is, is haar paspoort afgepakt. Volgens Belgische media is ze getrouwd geweest met de beruchte Vlaamse jihadist Ali El Morabit. Hij zou ook de vader zijn van haar twee kinderen.

Bekijk ook: 

Inval bij familie van hoogzwangere IS-bruid 

S. werd in Turkije berecht voor lidmaatschap van IS maar na een korte straf vrijgelaten. Vanuit het kalifaat was ze actief op sociale media. Ze bedreigde columnist Ebru Umar met de dood, stuurde foto’s van kalasjnikovs en bejubelde terroristische aanslagen en onthoofdingen. Xaviera trouwde met Dadi M., een Algerijn uit Eindhoven. Dadi bestelde zijn vrouw bij een huwelijksbureau in het kalifaat. Nederland heeft hem tot ongewenst vreemdeling verklaard en Xaviera mag waarschijnlijk Algerije niet in, dus de kans dat het paar elkaar nog in de armen sluit, lijkt klein.

Bekijk ook: 

Teruggekeerde IS-bruiden zijn Xaviera en Fatima 

‘Turkije stuurt Nederlandse terroristen terug’

AD 28.12.2019 Twee Nederlandse vermeende terroristen zijn door de Turkse regering op het vliegtuig naar Nederland gezet. Dat meldt het Turkse persbureau Anadolu zaterdag op basis van informatie van het Turkse ministerie van Binnenlandse Zaken. Het is niet duidelijk of het om IS-strijders gaat.

Het Openbaar Ministerie in Nederland en het ministerie van Buitenlandse Zaken kunnen het bericht nog niet bevestigen.

Sinds half november heeft Turkije al meer dan honderd buitenlandse terroristen teruggestuurd naar hun eigen land. Het gaat om strijders die Turkije eerder heeft opgepakt in Noord-Syrië tijdens de militaire operatie daar.

Joost Lagendijk terug in Turkije: ‘Ik herkende de agent van 2,5 jaar eerder’

NU 27.12.2019 2019 was het jaar waarin Joost Lagendijk, oud-Europarlementariër en voormalig voorzitter van de Turkije delegatie van het Europees Parlement, na een kleine drie jaar ballingschap weer terug mocht naar zijn woonplaats Istanboel. Dit is zijn verhaal.

Als Lagendijk in september 2016 op het vliegveld in Istanboel apart wordt genomen, denkt hij er niet veel van. Mogelijk gaat het net zoals eerder bij zijn vertrek naar Nederland om “een uurtje intimidatie”. Dat blijkt niet het geval. Lagendijk moet de volgende ochtend op het eerste vliegtuig zitten, terug naar Amsterdam.

De Nederlander, die na zijn huwelijk in 2006 met de Turkse journaliste Nevin Sungur liefkozend de nationale schoonzoon wordt genoemd, is na tien jaar niet meer welkom in ‘zijn’ Turkije.

De officiële reden voor zijn verbanning krijgt de 62-jarige Lagendijk nooit de horen. Wel heeft hij zo zijn vermoedens. Lagendijk werkte voor de krant Zaman en de Suleyman Shah Universiteit in Istanbul, die volgens Ankara aan de Gülen-beweging gelieerd zijn. Deze groep wordt door de Turkse regering verantwoordelijk gehouden de mislukte staatsgreep in juli 2016. Zowel de krant als de universiteit gaat datzelfde jaar nog op slot.

Het ministerie van Buitenlandse Zaken, Frans Timmermans, het Europees Parlement; allemaal zijn ze de afgelopen jaren in de weer geweest om Lagendijk weer terug te krijgen naar Turkije. Makkelijk is dat niet, zeker niet wanneer Nederland en Turkije in maart 2017 in een diplomatie rel verwikkeld raken.

Wie is Joost Lagendijk?

  • Joost Lagendijk was van 1998 tot 2009 lid van het Europees Parlement
  • Vanaf 2009 woonde en werkte hij in Turkije als columnist en universitair docent
  • Op dit moment is hij politiek analist en correspondent voor BNR Nieuwsradio in Turkije

‘Er zijn een hoop mensen in Turkije die het slechter hebben’

De oud-GroenLinks-politicus is afgesneden van zijn leven in Istanboel, van zijn Turkse vrouw en hun woning. “Ik zei als grap vaak dat ik een banneling in eigen land was. Ik heb gelukkig mijn vrouw uiteindelijk nog regelmatig kunnen zien en dankzij vrienden heb ik steeds een vaste plek in Nederland gehad. Maar er was een moment, tussen een verhuizing in, waarop ik erg ontheemd was. Ik was iemand met een paar koffers, wat boeken en verder niets.”

Lagendijk kan zich in Nederland misschien nog wel meer dan vanuit Turkije richten op zijn werk voor de Nederlandse media. Met de ruzie tussen beide landen en het referendum over het presidentiële systeem in Turkije is er genoeg om over te praten.

Ook wordt het, naarmate het politieke klimaat in Turkije verder verhardt, makkelijker om zijn eigen situatie te relativeren.

“Het is heel vervelend wat mij is overkomen, maar als je dan hoort hoe vrienden en bekenden in Turkije in de gevangenis zitten, hoe ze hun baan kwijt zijn geraakt of hoe ze met hun hele hebben en houwen het land hebben moeten verlaten, dan weet je dat er een hoop mensen zijn die het nog slechter hebben”, zegt Lagendijk.

Het politieke klimaat is in Turkije de afgelopen drie jaar verhard. (Foto: Reuters)

Niet altijd voldoende belangstelling voor het andere geluid

De situatie in Turkije onder Erdogan betekent dat de berichtgeving in Nederland, zeker sinds de mislukte staatsgreep in 2016, buitengewoon negatief is, merkt ook Lagendijk. Dat maakt zijn optredens in de media als Turkijekenner er niet makkelijker op.

“Ik heb altijd geprobeerd niet in het Turkije-bashen mee te gaan. Ik ben kritisch geweest waar nodig, maar ik heb tevens geprobeerd uit te leggen waarom de dingen gebeuren en om aandacht vragen voor het feit dat er in Turkije ook een hoop mensen zijn die het niet met Erdogan eens zijn. Dat is lastig, omdat er soms geen belangstelling voor is, maar ook omdat is er niet altijd voldoende kennis over het land is.”

Hij kan de ontwikkelingen in Turkije vanuit Nederland prima volgen, maar mist op den duur wel de korte gesprekken in de winkels, op de markt, tijdens wandelingen en van de straat. “Die flarden die je oppikt en die ervaringen die je opdoet zijn zo belangrijk. Ik kon op het einde de zaken nog becommentariëren, maar het gevoel erbij ontbrak. Dat was enorm jammer”, herinnert Lagendijk zich.

Lagendijk merkt dat er in Nederland niet altijd voldoende kennis over Turkije is. (Foto: Guus Schoonewille)

Erdogan wil Lagendijk niet meer zien

Na het herstel van de betrekkingen en het uitwisselen van ambassadeurs lijkt er schot in zijn zaak te komen. Saban Disli, de nieuwe Turkse ambassadeur in Nederland, is een oude bekende van Lagendijk uit zijn tijd als voorzitter van van de Turkije delegatie in het Europees parlement. Disli drukt hem op het hart de kwestie te zullen oplossen.

In het najaar van 2018 wordt het op het hoogste politieke niveau aangekaart, maar tegen ieders verwachting geeft president Erdogan premier Rutte te kennen dat Lagendijk er niet meer in komt. “Toen hebben mijn vrouw en ik besloten het hoofdstuk van een terugkeer maar te sluiten. We waren toen al twee jaar bezig en op een gegeven moment moet je iets anders gaan doen.”

Lagendijk en zijn vrouw huren een huis op het Griekse eiland Kos in de verwachting dat de situatie nog wel een aantal jaar zal voortduren. Zo kan hij dicht bij Turkije wonen en kan zijn vrouw relatief eenvoudig tussen Kos en het nabij gelegen Bodrum heen en weer pendelen.

President Erdogan wilde hem niet meer in Turkije terugzien, zo weet Lagendijk. (Foto: Getty Images)

Opnieuw aangehouden

Op 23 april van dit jaar, nota bene de verjaardag van zijn vrouw en het Feest van de Nationale Onafhankelijkheid en Dag van het Kind in Turkije, krijgt Lagendijk plots een belletje van Disli dat de zaak opgelost is. In mei keert hij voor het eerst in bijna drie jaar weer terug naar Turkije, een terugkeer die als een even grote verrassing als zijn gedwongen vertrek komt.

Iedereen is ingelicht, Disli heeft zijn vluchtgegevens en bij aankomst staat consul Bart van Bolhuis op hem te wachten. Toch wordt hij bij aankomst opnieuw aangehouden door de politie.

“Ik herkende de agent nog van 2,5 jaar eerder. Ik dacht bij mezelf: ‘het zal toch niet?’ Gelukkig mocht ik na controle door naar de douane. Het was een spannend maar uiteindelijk ook emotioneel moment om weer terug te keren.” De reden dat hij het land weer in mag krijgt hij net zo min te horen als de reden dat hij destijds moest vertrekken.

‘Normale leven van de mensen gaat door’

Er is in zijn afwezigheid een hoop gebeurd in Turkije. Het land is omgeschakeld naar een nieuwe regeringsvorm met nog meer macht voor Erdogan, maakte een economische crisis door en was in de eerste helft van 2019 in de ban van de lokale verkiezingen, waarbij de oppositie voor het eerst in 25 jaar de macht in de hoofdstad Ankara en het economische machtscentrum Istanboel veroverde.

“Wat ik bovenal gemerkt heb, en dat klinkt als een open deur, is dat het voor de meeste mensen hun normale leven gewoon doorgaat. De gesprekken gaan vooral over de alledaagse dingen, zoals de prijzen van producten in de winkels of op de markt.”

Lagendijk ziet tevens dat veel Turken het moeilijk hebben te midden van de economische neergang, niet in de laatste plaats in zijn eigen vriendenkring van journalisten en mediaprofessionals. Velen van hen zijn hun baan kwijtgeraakt.

“Wel is het zo dat de verkiezing van Ekrem Imamoglu als burgemeester van Istanboel heeft een boost gegeven heeft aan iedereen die op licht aan het einde van de tunnel zat te wachten.”

De verkiezing van Imamoglu in Istanboel heeft mensen hoop gegeven, ziet Lagendijk. (Foto: EPA)

‘Te besmet voor werk in Turkije’

Lagendijk weet dat hij in Turkije niet meer aan de bak komt. Daarvoor is hij naar eigen zeggen “te besmet” vanwege zijn werk voor Zaman en de Suleyman Shah Universiteit. “Er is geen instelling die me nog iets gaat aanbieden”, zegt hij.

Hij legt zich daarom allereerst toe op het leven als bijna gepensioneerde, maar ook op activiteiten voor de Nederlandse media, zoals BNR en De Groene. “Zonder concessies te doen maar wel in de verwachting dat dit media zijn die in Turkije redelijk onder de radar blijven, wat anno nu wel zo prettig is.”

Lagendijk voelt zich inmiddels, een half jaar na terugkeer “ondanks alle problemen”, toch weer thuis in Turkije. “Volgens mij loop ik op dit moment geen risico meer, maar het blijft Turkije: je weet het nooit helemaal zeker.”

Istanboel en Turkije voelen voor Lagendijk als thuis. (Foto: NU.nl)

Lees meer over: Turkije

Meer dan 235.000 Syriërs ontheemd door nieuwe gevechten in Idlib

NU 27.12.2019 Meer dan 235.000 inwoners van de Syrische provincie Idlib zijn tussen 12 en 25 december ontheemd geraakt door het oplaaiende geweld in de regio, melden de Verenigde Naties vrijdag. De organisatie zegt dat veel vluchtelingen dringend behoefte hebben aan humanitaire hulp. De vraag naar hulp wordt versterkt door de winter.

De noordwestelijke provincie Idlib is het laatste belangrijke Syrische gebied dat nog in handen van rebellen is. Troepen van de Syrische president Bashar Al Assad zijn op 16 december gestart met nieuwe aanvallen op deze rebellen.

Als gevolg van het geweld in het zuiden van Idlib is een grote vluchtelingenstroom op gang gekomen. Eerder deze week werd al duidelijk dat tienduizenden inwoners waren gevlucht. Nu blijkt dat in de afgelopen twee weken meer dan 235.000 personen ontheemd zijn geraakt.

De stad Ma’arrat al-Nu’man en het aangrenzende platteland zijn zo goed als verlaten, blijkt uit informatie van de VN. Steeds meer inwoners van Saraqab, een stad die bijna 40 kilometer noordelijker ligt, en mensen uit omgeving slaan op de vlucht. Zij zijn bang dat het geweld zich naar uitbreidt naar hun woonplaats.

De meeste mensen vluchten naar de steden Idlib en Ariha. Daar worden ze opgevangen in onder meer moskeeën, evenementenhallen, garages en scholen. Er zijn ook veel Syriërs onderweg naar vluchtelingenkampen in het noordwesten van de provincie.

Syriërs uit Ma’arrat al-Nu’man met hun bezettingen in het noorden van Idlib. (Foto: Reuters)

Ontheemden al eerder op de vlucht geweest

Volgens de VN moeten de groepen direct humanitaire hulp ontvangen in de vorm van voedsel en onderdak. Ook is er dringend behoefte aan psychosociale ondersteuning. De organisatie maakt zich vanwege de wintermaanden extra zorgen over kwetsbare groepen als vrouwen, kinderen, ouderen en personen met beperkingen.

De meeste ontheemden zijn volgen de VN al eerder een keer ontheemd geraakt. Tienduizenden families in het zuidoosten van Idlib die naar het noorden willen reizen, zouden te bang voor de reis zijn. Zo vrezen ze dat ze onderweg worden getroffen door luchtaanvallen.

De situatie in het noordwesten van Syrië is al lange tijd instabiel. Tussen eind april en eind augustus zijn in dit deel van het land naar schatting 400.000 ontheemd geraakt, aldus de VN. De burgeroorlog in Syrië woedt inmiddels al zo’n 8,5 jaar.

Lees meer over: Syrië Buitenland

De vluchtelingenstroom richting Turkse grens, bij Hazano AFP

235.000 mensen op de vlucht door jongste gevechten in Idlib

NOS 27.12.2019 Door de jongste gevechten in de Syrische provincie Idlib zijn nog eens 235.000 mensen op de vlucht geslagen. Ze hebben dringend voedsel, onderdak en medische hulp nodig, vooral nu het winter wordt, zegt het VN-bureau voor humanitaire hulp OCHA.

Het Syrische leger en zijn bondgenoten hebben de bombardementen vanaf 16 december opgevoerd. Aan het front ten zuiden van Idlib-stad zijn de gevechten op 19 december hervat. Het Syrische leger probeert met Russische en Iraanse hulp de opstandige milities te verdrijven.

Inwoners van Maarat al-Numan op de vlucht op 24 december Reuters

De burgerbevolking is in het gebied ten zuiden van Idlib-stad nu bijna overal vertrokken. Ook ten oosten van de stad slaan mensen op de vlucht, omdat ze bang zijn dat de strijd naar hun woongebied overslaat. De vluchtelingen trekken naar het noorden en vinden onderdak in moskeeën, bedrijfspanden, scholen en vluchtelingenkampen.

‘We werden in de nacht geraakt door raketten’

Het noordwestelijk gelegen Idlib is het laatste gebied Syrië dat in handen is van rebellen. Het Syrische leger probeert de provincie sinds april met hulp van Rusland te heroveren.

In de eerste maanden sloegen naar schatting al 400.000 mensen op de vlucht. Een deel van de vluchtelingen zoekt een veilig heenkomen in Turkije. Het Turkse staatspersbureau meldde zondag dat in een paar dagen tijd 25.000 vluchtelingen de grens waren overgestoken.

President Trump riep Syrië, Iran en Rusland gisteren op te voorkomen dat de strijd om Idlib een bloedbad wordt.

Bekijk ook;

Hoogste Turkse rechter: blokkade Wikipedia in strijd met vrije meningsuiting

NOS 26.12.2019 De blokkade van de online encyclopedie Wikipedia in Turkije is in strijd met de vrijheid van meningsuiting. Dat heeft de hoogste Turkse rechtsinstantie bepaald.

Volgens staatspersbureau Anadolu oordeelden de rechters van het Constitutioneel Hof met tien tegen zes in het voordeel van Wikipedia. Het is niet duidelijk of de regering de site nu weer toegankelijk maakt.

De blokkade van Wikipedia begon in april 2017, nadat de encyclopedie had geweigerd om teksten te verwijderen waarin Turkije wordt gelinkt aan terreurorganisaties, waaronder Islamitische Staat. Volgens Turkije was er sprake van een lastercampagne.

De Turkse media-waakhond blokkeerde de website met een beroep op een wet waarmee websites kunnen worden verboden die obsceen zijn of een bedreiging vormen voor de nationale veiligheid. Wikipedia weigerde de teksten weg te halen, omdat er dan sprake zou zijn van censuur.

Wat moet je zonder Wiki?

Blokkades van websites zijn niet uniek in Turkije. Onder president Erdogan gingen sinds 2015 tientallen nieuwssites op zwart. Ook hadden de Turken de afgelopen jaren geregeld geen toegang tot socialemediaplatforms zoals YouTube, Facebook en Twitter.

Bekijk ook;

Turkse rechter: Blokkade Wikipedia is schending meningsvrijheid

AD 26.12.2019 De blokkade van de online-encyclopedie Wikipedia in Turkije is een schending van de vrijheid van meningsuiting. Dat heeft het Turkse constitutionele hof vandaag bepaald. De uitspraak maakt de weg vrij voor het opheffen van de blokkade.

De blokkade werd in april 2017 ingesteld. Volgens de Turkse autoriteiten waren er bijdragen op de site waarin Turkije werd beschuldigd van banden met terroristische organisaties en weigerden de beheerders die aan te passen.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

De Wikimedia Foundation ging eerder tevergeefs bij de rechtbank in beroep tegen de blokkade.

Trump waarschuwt Rusland, Syrië en Iran om situatie Idlib

NOS 26.12.2019 De Amerikaanse president Trump heeft Iran, Rusland en Syrië gewaarschuwd om te stoppen met hun militair ingrijpen in de Syrische provincie Idlib. “Rusland, Syrië en Iran zijn duizenden onschuldige mensen in Idlib aan het vermoorden, of stevenen daarop af”, schrijft hij op Twitter. “Doe het niet!” Volgens hem stelt Turkije alles in het werk om dit “bloedbad” te voorkomen.

In juni adresseerde Trump de drie landen ook al, hij sprak toen van een “slachtpartij”. Enkele maanden later trok hij de Amerikaanse troepen terug uit Noord-Syrië.

  Donald J. Trump @realDonaldTrump

Russia, Syria, and Iran are killing, or on their way to killing, thousands of innocent civilians in Idlib Province. Don’t do it! Turkey is working hard to stop this carnage.

Russische hulp

Idlib is als laatste rebellenbolwerk in Syrië niet in handen van president Assad. In de provincie is het al langere tijd onrustig, maar recent laaide het geweld weer hevig op. Met zijn tweet verwijst Trump naar een reeks bombardementen van afgelopen weken. Toen hervatte Assad met hulp van Rusland zijn poging om het bolwerk te veroveren op de rebellen.

‘We werden in de nacht geraakt door raketten’

In Idlib woonden zo’n 3 miljoen mensen. Veel van hen zijn door het aanhoudende geweld gevlucht. Zij proberen de grens naar Turkije over te steken. De afgelopen weken zouden zeker 200.000 burgers zijn vertrokken.

De Verenigde Naties waarschuwde eerder voor een humanitaire ramp langs de grens met buurland Turkije. In Turkije zitten nu zo’n 3,7 miljoen Syrische vluchtelingen. De Turkse president Erdogan waarschuwde vorige week dat het land niet meer vluchtelingen kan opvangen.

Trump roept op tot einde geweld Noordwest-Syrië

Telegraaf 26.12.2019 De Amerikaanse president Donald Trump heeft donderdag Rusland, Syrië en Iran opgeroepen te stoppen met het geweld in de Syrische provincie Idlib. Daar zijn tienduizenden mensen hun huis ontvlucht vanwege de intensieve bombardementen door het Syrische regime en zijn bondgenoten.

„Rusland, Syrië en Iran vermoorden zo duizenden burgers”, twitterde Trump donderdag. „Doe het niet!” Idlib is het laatste grote oppositiebolwerk dat niet in handen is van de Syrische president Bashar al-Assad. Sinds het begin van de hevige bombardementen op 16 december zijn zeker tachtig burgers omgekomen in de noordwestelijke provincie. Volgens het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten zijn ook meer dan 40.000 mensen ontheemd geraakt.

Turkije riep dinsdag al op de aanvallen „onmiddellijk te beëindigen.” Trump prees die inspanningen van de regering in Ankara. „Turkije werkt hard om dit bloedbad te stoppen.”

Trump trok in oktober de Amerikaanse troepen terug uit het gebied. Sindsdien is het geweld opgelaaid.

BEKIJK MEER VAN; burgeroorlog Donald Trump Idlib Syrië Rusland

Trump roept op tot einde geweld Noordwest-Syrië

MSN 26.12.2019 De Amerikaanse president Donald Trump heeft donderdag Rusland, Syrië en Iran opgeroepen te stoppen met het geweld in de Syrische provincie Idlib. Daar zijn tienduizenden mensen hun huis ontvlucht vanwege de intensieve bombardementen door het Syrische regime en zijn bondgenoten.

“Rusland, Syrië en Iran vermoorden zo duizenden burgers”, twitterde Trump donderdag. “Doe het niet!” Idlib is het laatste grote oppositiebolwerk dat niet in handen is van de Syrische president Bashar al-Assad.

Sinds het begin van de hevige bombardementen op 16 december zijn zeker tachtig burgers omgekomen in de noordwestelijke provincie. Volgens het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten zijn ook meer dan 40.000 mensen ontheemd geraakt.

Turkije riep dinsdag al op de aanvallen “onmiddellijk te beëindigen”. Trump prees die inspanningen van de regering in Ankara. “Turkije werkt hard om dit bloedbad te stoppen”.

Trump trok in oktober de Amerikaanse troepen terug uit het gebied. Sindsdien is het geweld opgelaaid.

Turkije boos vanwege verblijfsvergunningen voor mogelijke Gülen-aanhangers

NOS 19.12.2019 Turkije vindt het “onacceptabel” dat Nederland verblijfsvergunningen heeft gegeven aan Turkse asielzoekers, omdat hun dossiers mogelijk in handen zijn gevallen van de Turkse autoriteiten.

De asielaanvragen kwamen waarschijnlijk van aanhangers van Fethullah Gülen, die door Turkije verantwoordelijk wordt gehouden voor de mislukte coup in 2016.

Arrestatie vertrouwenspersoon

Recent werd een Turkse vertrouwenspersoon die voor Nederland werkte aan de asielzaken gearresteerd in Turkije . De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) besloot vervolgens in het “zeer beperkte aantal” zaken de asielverzoeken in te willigen, “om de veiligheid van de aanvragers te waarborgen”.

Hoewel Turkije in een persbericht op de site van het Turkse ministerie van Buitenlandse Zaken in het midden laat of het de dossiers in handen heeft, zijn de aanvragers volgens het land wel Gülen-aanhangers.

VN-verdrag

Daarmee gaat Nederland in tegen een VN-verdrag uit 1951 over de status van vluchtelingen, aldus Turkije. “Want daarin staat dat individuen die worden verdacht van terreurmisdrijven geen vluchtelingstatus kunnen krijgen.”

Turkije beschouwt de Gülen-beweging als een terreurorganisatie. Verder benadrukt Ankara niet te stoppen met het vervolgen van Gülen-leden die volgens het land betrokken waren bij de mislukte staatsgreep.

Bekijk ook;

Weer honderden arrestaties in Turkije om betrokkenheid bij coup

AD 17.12.2019 De Turkse politie heeft vandaag 243 mensen opgepakt die betrokken zouden zijn geweest bij de mislukte couppoging in 2016. Dat meldt het Turkse staatspersbureau Anadolu. De arrestanten zouden aan de kant staan van de islamitische geestelijke Fethullah Gülen, die door de Turkse president Recep Tayyip Erdogan verantwoordelijk wordt gehouden voor de mislukte staatsgreep.

De arrestanten zouden onder meer gebruik hebben gemaakt van ByLock, een berichtendienst die volgens de Turkse regering werd gebruikt tijdens de mislukte staatsgreep. Berichten die via de applicatie worden verstuurd zijn gecodeerd.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Sinds de couppoging in 2016 zijn tienduizenden mensen vastgezet. De 78-jarige Gülen zelf woont al jaren in de Amerikaanse staat Pennsylvania. Turkije heeft de VS om zijn uitlevering gevraagd.

Anadolu bericht geregeld over huiszoekingen en arrestaties. Afgelopen vrijdag werden nog minstens 150 mensen gearresteerd wegens betrokkenheid bij de staatsgreep.

Turkije: 371.000 Syrische vluchtelingen weer thuis na inval in Syrië

NU 17.12.2019 Zo’n 371.000 Syrische vluchtelingen zijn vanuit Turkije teruggekeerd naar hun thuisland, meldt de Turkse president Recep Tayyip Erdogan dinsdag. De groep keerde huiswaarts na de Turkse inval in het grensgebied met Syrië.

Turkije huisvest nog altijd meer dan drie miljoen vluchtelingen uit het buurland. Erdogan is dinsdag in Zwitserland bij de start van het allereerste Global Refugee Forum.

Erdogan begon in oktober een offensief in het noordoosten van Syrië, met het doel een “bufferzone tegen terrorisme” te creëren zodat een miljoen in Turkije gevestigde vluchtelingen kunnen terugkeren naar Syrië. Het offensief stopte ruim een week later. Op dat moment waren al zo’n vijfhonderd doden gevallen.

De strijd werd gestaakt na een overleg met de Verenigde Staten. Met de Amerikanen was onder meer afgesproken dat Erdogan zijn beoogde “veilige zone” mag creëren en dat de Koerdische militie YPG, die Turkije als een verlengstuk van de PKK beschouwt, het grensgebied verlaat.

Erdogan: Meer vluchtelingen keren snel huiswaarts

Nu de eerste Syriërs zijn teruggekeerd, kunnen volgens Erdogan huizen en scholen worden gebouwd in de zone. Hij zegt dat binnen een “zeer korte tijd” honderdduizenden andere Syrische vluchtelingen zullen volgen. De terugkeer van de groep naar Syrië is op vrijwillige basis, aldus Erdogan.

Hij meldt ook dat de teruggekeerde Syriërs vrijwillig naar huis zijn gegaan. Of dit in alle gevallen klopt, wordt in twijfel getrokken. Mensenrechtenorganisaties Human Rights Watch en Amnesty International meldden eerder dit jaar dat tientallen vluchtelingen gedwongen terugkeerden naar Syrië.

Koerdische demonstranten in Genève. (Foto: Reuters)

Turkije bekritiseert beleid Europese Unie

Volgens Erdogan heeft Turkije in de afgelopen negen jaren 40 miljard dollar (35,8 miljard euro) uitgegeven aan de opvang van vluchtelingen Dat is flink meer dan wat de Europese Unie heeft uitgegeven: 6 miljard dollar (5,4 miljard euro). Turkije vindt dat Europese landen meer moeten doen om de lasten te verdelen.

Koerdische demonstranten hebben zich dinsdag verzameld voor het gebouw van de Verenigde Naties in Genève, waar de driedaagse bijeenkomst wordt gehouden. Zij voeren daar actie tegen Erdogan en zijn beleid jegens Koerden.

Lees meer over: Turkije  Syrië  Buitenland  Turkse inval Syrië

Vertrouwelijke informatie Turkse asielzoekers mogelijk in handen Turkije

NOS 15.11.2019 Vertrouwelijke, persoonlijke informatie van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) over een aantal Turkse asielzoekers is mogelijk in handen gevallen van de Turkse autoriteiten, meldt de IND. De dienst heeft de asielzoekers daarom een verblijfsvergunning gegeven.

Turkije heeft de asieldossiers mogelijk in beslag genomen na de arrestatie van een Turkse vertrouwenspersoon die werkt voor Nederland en andere EU-landen, schrijft de dienst op zijn website. Hoeveel gedupeerden er zijn, zegt de IND niet, behalve dat het om een “zeer beperkt aantal zaken” gaat.

De asielaanvragen komen mogelijk van aanhangers van Fethullah Gülen, die door Turkije verantwoordelijk wordt gehouden voor de mislukte coup in 2016. Omdat zij daar worden vervolgd, maken zij in de EU kans op asiel.

RTL Nieuws sprak met een Gülenaanhanger die van de IND een brief heeft gehad dat zijn gegevens bij de Turkse overheid zijn beland. De vertrouwenspersoon is volgens de nieuwszender een advocaat die voor de Nederlandse ambassade verhalen van Turkse vluchtelingen checkte.

IND-dossier Turken mogelijk in handen Turkije

Telegraaf 15.12.2019 Gevoelige informatie van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) over een aantal Turkse asielzoekers is mogelijk in handen gevallen van de Turkse autoriteiten. De IND heeft de asielzoekers daarom een verblijfsvergunning toegekend.

Turkije zou de dossiers kunnen hebben bemachtigd door de arrestatie van „een Turkse vertrouwenspersoon” die voor Nederland en andere EU-landen werkte, meldt de IND.

Volgens RTL Nieuws gaat het om advocaat Yilmaz S. Hij zou de vreemdelingendienst hebben geholpen om na te gaan of een asielzoeker in Turkije gevaar loopt, bijvoorbeeld als tegenstander van president Recep Tayyip Erdogan, en in aanmerking komt voor asiel.

Duitse en Turkse media melden dat S. al in september is opgepakt in Turkije. Hij zou ervan worden verdacht dat hij PKK’ers en aanhangers van de Gülenbeweging aan asiel hielp in onder meer Duitsland en Nederland.

Zorgen om gezin

Gedupeerden zeggen ongerust te zijn. „Na de coup is een heksenjacht geopend op Gülenaanhangers in Turkije. Mijn naam is waarschijnlijk door mijn zakelijk partner bij de regering terechtgekomen. De situatie verslechterde snel, en toen ben ik zonder mijn gezin gevlucht. Ik leef nu al meer dan drie jaar zonder hen”, verklaart een van hen tegen RTL Nieuws.

„Ik maak me grote zorgen om de veiligheid van mijn gezin en mijn familie die is achtergebleven. En ik vrees voor mijn veiligheid hier. Want Erdogan heeft fanatieke aanhang, ook in Nederland.”

Nieuw hoofdpijndossier Broekers-Knol?

D66 wil dat staatssecretaris Ankie Broekers-Knol naar de Tweede Kamer komt met tekst en uitleg. Moet de IND informatie die zij in zulke gevallen deelt voortaan niet beveiligen of anonimiseren, vraagt de regeringspartij zich af.

Kamerlid Jan Paternotte wil ook weten hoeveel mensen precies zijn gedupeerd. De IND benadrukt dat het om „een zeer beperkt aantal zaken” gaat.

Bekijk meer van; vluchtelingen illegalen migratie Turkije Immigratie- en Naturalisatiedienst

Gevoelige IND-dossiers Turken mogelijk in handen Turkije

AD 15.12.2019 Gevoelige informatie van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) over een aantal Turkse asielzoekers is mogelijk in handen gevallen van de Turkse autoriteiten. De IND heeft de asielzoekers daarom een verblijfsvergunning toegekend.

Turkije zou de dossiers kunnen hebben bemachtigd door de arrestatie van ‘een Turkse vertrouwenspersoon’ die voor Nederland en andere EU-landen werkte, meldt de IND. Volgens RTL Nieuws gaat het om advocaat Yilmaz S. Hij zou de vreemdelingendienst hebben geholpen om na te gaan of een asielzoeker in Turkije gevaar loopt, bijvoorbeeld als tegenstander van president Recep Tayyip Erdogan, en in aanmerking komt voor asiel.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Duitse en Turkse media melden dat S. al in september is opgepakt. Hij zou ervan worden verdacht dat hij PKK’ers en aanhangers van de Gülenbeweging aan asiel hielp in onder meer Duitsland en Nederland.

D66 wil dat staatssecretaris Ankie Broekers-Knol naar de Tweede Kamer komt om tekst en uitleg te geven. De regeringspartij vraagt zich af of de IND informatie die zij in zulke gevallen deelt voortaan niet moet beveiligen of anonimiseren. D66-Kamerlid Jan Paternotte wil ook weten hoeveel mensen precies zijn gedupeerd. De IND benadrukt dat het om ‘een zeer beperkt aantal zaken’ gaat.

Angst na arrestatie Turkse advocaat: ‘Grote zorgen om mijn gezin en familie’

MSN 14.12.2019 Onder Turkse vluchtelingen in Nederland heerst grote angst dat hun gegevens bij de Turkse regering in Ankara zijn terechtgekomen. De immigratiedienst IND verzekerde hen dat hun gegevens veilig zouden zijn. Nu een Turkse advocaat is opgepakt die door Nederland werd ingehuurd, liggen tientallen gevoelige dossiers op het bureau van de Turkse overheid.

Eén van de vluchtelingen die zeker weet dat zijn dossier bij de Turkse overheid ligt, is Metin (niet zijn echte naam). Hij vluchtte in 2016 na de mislukte coup het land uit. Want als aanhanger van Fethullah Gülen, die verantwoordelijk werd gehouden voor de coup, was hij zijn leven daarna niet meer zeker: de Turkse regering begon een klopjacht op Gülens aanhangers.

Gezin achtergebleven

Metin: “Na de coup is een heksenjacht geopend op Gülenaanhangers in Turkije. Mijn naam is waarschijnlijk door mijn zakelijk partner bij de regering terechtgekomen. De situatie verslechterde snel, en toen ben ik zonder mijn gezin gevlucht. Ik leef nu al meer dan drie jaar zonder hen.”

Nadat hij was vertrokken, heeft de regering in het bijzijn van zijn gezin een huiszoeking gedaan. Alles werd overhoop gehaald. “Dat was heel intimiderend.” Metin zat ondertussen al in Nederland. Hij is niet de enige. Sinds de mislukte couppoging stijgt het aantal Turkse aanvragen voor asiel enorm.

Fanatieke aanhang

Metin: “Ik maak me grote zorgen om de veiligheid van mijn gezin en mijn familie die is achtergebleven. En ik vrees voor mijn veiligheid hier. Want Erdogan heeft fanatieke aanhang, ook in Nederland. Ik maak me zorgen dat één van hen mij iets zal aandoen.”

Metin ziet met lede ogen aan hoe aanhangers van Gülen worden behandeld in Turkije. “Ze worden in gevangenissen gestopt en gemarteld. Mensen worden zonder beschuldiging vastgehouden. Sommigen zitten al drie jaar zonder aanklacht vast. Totaal onschuldig.”

Waarom worden Gülenaanhangers vervolgd in Turkije?

Fethullah Gülen is een invloedrijke Turkse geestelijke met aanhangers over de hele wereld. Hij predikt via eigen scholen, bedrijven en media een eigen uitleg van de islam. Critici zeggen dat zijn beweging af wil van het secularisme of dat die van Turkije een islamitische staat wil maken.

Sinds 1999 verblijft Gülen in ballingschap in de Verenigde Staten. De Turkse overheid van president Erdogan verdenkt hem ervan het brein te zijn achter de mislukte coup in 2016. Ze zien de Gülenbeweging daarom als een terroristische organisatie. Zelf blijft Gülen herhalen dat hij daar niet bij betrokken was.

Uit verschillende internationale rapporten over de situatie in Turkije blijkt dat veel aanhangers van de Gülenbeweging in Turkije worden opgepakt of ontslagen.

In Nederland vroeg Metin een verblijfsvergunning aan via de IND. Om zijn verhaal te checken, huurde de Nederlandse ambassade een advocaat in, Yilmaz S. Het is een normale procedure dat de ambassades in Turkije hiervoor advocaten inhuren. Maar Yilmaz S werd opgepakt, en met hem werden alle vertrouwelijke dossiers van de Turkse vluchtelingen in beslag genomen.

Gevoelige informatie uit Nederland

Midden-Oostencorrespondent Olaf Koens: “Yilmaz S. werkte voor onder meer de Duitse en de Nederlandse ambassade. En hij had toegang tot gevoelige dossiers, belastend voor de betrokkenen in Nederland en hun familieleden hier in Turkije.

Maar Yilmaz S. werd door de Turken gevolgd, en uiteindelijk opgepakt op verdenking van spionage. Problematisch, want daarmee hebben de Turkse autoriteiten toegang gekregen tot de gevoelige informatie uit Nederland. Met alle gevolgen van dien.”

Toen Metin hoorde dat in Turkije onderzoek naar hem zou worden gedaan, maakte hij al bezwaar. Maar volgens zijn advocaat zou zijn informatie veilig zijn. Nu blijkt dat zijn angst terecht was. Hij heeft een brief van de IND gekregen waarin staat dat zijn dossier in handen is van de Turkse overheid.

In de brief staat: “U moet er ernstig rekening mee houden dat uw gegevens bekend zijn geraakt bij de Turkse autoriteiten, vanwege de arrestatie van een advocaat die onder andere werkzaamheden verrichtte voor de Nederlandse ambassade in Turkije.”

Turkse asielaanvragen

In 2015 waren er 56 Turkse asielaanvragen. In 2016, het jaar van de mislukte coup, verviervoudigde het naar 235. In 2017 waren het er 481, en in 2018 vroeg een recordaantal van 1382 Turken asiel aan in Nederland. Dat is 5 procent van het totaal aantal aanvragen in Nederland. Daarmee staat Turkije in de top 5 van landen waaruit de meeste asielaanvragen komen. Dit jaar zijn tot nu toe 1159 verzoeken gedaan

Bron: IND

Uitleg van staatssecretaris

D66 wil uitleg over de kwestie van staatssecretaris Broekers-Knol (asiel). De partij wil weten hoeveel dossiers in handen zijn gekomen van de Turkse overheid en hoe de staatssecretaris ervoor gaat zorgen dat vluchtelingen als Metin veilig zijn. D66-Kamerlid Jan Paternotte: “Het zijn mensen die vluchten naar Nederland. Dan moet je heel voorzichtig omgaan met hun persoonsinformatie. En ervoor zorgen dat die zeker niet in handen komt van de regering waarvoor ze juist zijn gevlucht.”

Hij stelt voor anoniem informatie uit Turkije te gaan halen. “Je moet zorgen dat die persoonsgegevens daar niet zo makkelijk beschikbaar zijn voor de Turkse regering.”

Ondanks de angst waarin Metin nu leeft, heeft hij ook weer een beetje hoop. Hij is bezig zijn gezin, dat hij al meer dan drie jaar niet heeft gezien, naar Nederland te halen.

IS-vrouwen stappen naar hoogste rechter om terugkeer af te dwingen

NOS 06.12.2019 Nederlandse IS-vrouwen in Syrië stappen naar de Hoge Raad om terugkeer naar Nederland af te dwingen. Het is nog niet duidelijk wanneer de cassatiezaak dient. Advocaat André Seebregts hoopt op een spoedprocedure; in dat geval zou de zaak al volgende maand kunnen worden behandeld.

De rechtbank bepaalde eerder al dat de Nederlandse overheid zich moet inspannen om IS-kinderen terug te halen, mogelijk met de moeders. Maar het gerechtshof haalde later een streep door dat vonnis; het vindt dat de rechter niet op de stoel van de politiek moet gaan zitten.

Marteling

Advocaat Seebregts vraagt zich af of de politiek dit besluit in redelijkheid heeft genomen. Volgens hem lopen kinderen en hun moeders het risico om gemarteld te worden door het leger van president Assad. “Zijn troepen zitten rond de kampen en kunnen daar zo naar binnen”, zei hij in het NOS Radio 1 Journaal. “Troepen van Assad hebben eerder kinderen gemarteld en gedood.”

Een rechter kan in dit geval ingrijpen en de moeders en kinderen terughalen naar Nederland, aldus Seebregts.

Winter

Verder wijst de advocaat erop dat kinderen van IS-moeders dreigen te sterven nu het winter is. Vorige winter zijn volgens hem ook veel kinderen omgekomen door de kou.

Bekijk ook;

IS-vrouwen naar Hoge Raad om Staat te dwingen hen terug te halen

Telegraaf 06.12.2019 Nederlandse IS-vrouwen die verblijven in detentiekampen in Noord-Syrië hopen dat de Hoge Raad snel een besluit neemt over hun terugkeer naar Nederland. Hun advocaat André Seebregts stapt namens de 23 vrouwen en hun 56 kinderen naar de hoogste rechtbank, zo bevestigt de raadsman. De raad neemt normaliter ruim de tijd voor procedures, maar Seebregts denkt dat er al in januari een vonnis kan volgen.

„In uitzonderlijke gevallen kan het heel snel gaan. We spannen een kort geding aan omdat het buitengewoon dringend is.” Seebregts waarschuwt voor de komst van de troepen van de Syrische president Bashar al-Assad. „Kinderen dreigen gefolterd te worden en er is erg veel geweld van de zijde van andere vrouwen in het kamp. En de winter komt eraan; vorige winter zijn er veel kinderen gestorven.”

De rechtbank bepaalde in november dat de Staat binnen twee weken al het nodige moest doen om in ieder geval de kinderen te repatriëren. Voor de volwassenen bestaat die verplichting niet. De Staat ging in hoger beroep en kreeg gelijk. Het hof bepaalde dat de rechter niet op de stoel van de politiek mag gaan zitten.

Bekijk meer van; proces misdaad

Nederlandse IS vrouwen doen ultieme poging terugkeer met kinderen af te dwingen

AD 06.12.2019 Nederlandse IS vrouwen wenden zich tot de allerhoogste rechter om hun eigen terugkeer en die van hun kinderen naar ons land af te dwingen. In cassatie hopen hun advocaten aan te tonen dat de rechtbank het niet kan maken ze in detentiekampen in Syrië aan hun lot – en mogelijk martelingen – over te laten.

De advocaten denken dat de vrouwen kans maken door in cassatie te gaan en dringen aan op een snelle behandeling. Die vindt alleen bij uitzondering plaats, meestal duren procedures bij de Hoge Raad lang. Advocaat André Seebregts doet het woord: ,,Op zijn vroegst zou er dan in januari een uitspraak komen.”

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Lees meer

Kinderen staan op het punt te sterven, de winter komt er weer aan, aldus Advocaat André Seebregts.

Het is de laatste stap in het proces dat namens 23 bruiden van IS en hun 56 kinderen is aangespannen. In eerste instantie oordeelde de rechter twee weken na de zitting in het kort geding dat de kinderen moeten worden teruggehaald, desnoods door ook hun moeders mee te nemen.

Hoewel de vrouwen hun recht op hulp van de staat hebben verspeeld, moeten hun foute beslissingen de rechten van de kinderen niet in de weg staan, aldus de rechter. Nederland moet aangeboden hulp accepteren, maar hoeft geen eigen mensen in gevaar te brengen om de vrouwen hierheen te krijgen.

Hoger beroep

Een tweede rechter zette in hoger beroep vrijwel meteen een streep door die uitspraak. De rechtbank kan niet op de stoel van de politiek gaan zitten, zo oordeelde hij, precies zoals de staat had betoogd.

Maar daar valt volgens Seebregts veel op af te dingen. Hij en de andere advocaten betwisten vooral of Nederland ‘in redelijkheid tot beleid is gekomen’. ,,Kinderen staan op het punt te sterven, de winter komt er weer aan. President Assad komt dichterbij, wat betekent dat de vrouwen en kinderen gemarteld dreigen te worden. Een rechter kan ingrijpen bij een uitzicht op foltering.”

Marteling

Dat kan ook als marteling al heeft plaatsgevonden. In de zaak van de Nederlands-Pakistaanse terreurverdachte Sabir K. vroeg Amerika om uitlevering, nadat K. was teruggekeerd naar Nederland na marteling in een Pakistaans gevangenencomplex. Hardnekkige aanwijzingen dat Amerikaanse autoriteiten een rol hadden gespeeld bij de overdracht aan de Pakistaanse inlichtingendienst, wetende dat hij zou worden gefolterd, zorgde dat de rechter een streep zette door uitlevering.

,,Het is niet zo dat de politiek carte blanche heeft. Maar door deze uitspraak in het hoger beroep komt het daar wel heel dichtbij in de buurt’’, zegt Seebregts. Het ministerie van Justitie en Veiligheid wil niet reageren op de ontwikkeling, ‘omdat de zaak dan opnieuw onder de rechter is’,  laat een woordvoerder weten.

Advocaat André Seebregts, raadsman van de vrouwelijke Syriëgangers. © ANP

Assad: IS’ers in Koerdische kampen moeten door Syrië berecht worden

NU 27.11.2019 IS-strijders die momenteel vastzitten in de Koerdische gevangeniskampen in Syrië worden wat de Syrische president Bashar Al Assad betreft berecht in lokale rechtbanken die gespecialiseerd zijn in terrorismezaken. Dat zegt Al Assad woensdag tegenover het Franse weekblad Paris Match.

“Alle terroristen die zich bevinden in gebieden die onder controle staan van de Syrische staat zullen onderworpen worden aan de Syrische wet”, aldus de dictator.

Het is nog onduidelijk wat dat betekent voor het lot van de Europese IS-gangers in de Syrische kampen, onder wie 55 Nederlanders en 95 Nederlandse kinderen.

Onlangs won de Nederlandse staat het hoger beroep in de zaak die draaide om de verplichting om 19 Nederlandse vrouwen en 56 Nederlandse kinderen uit de Syrische kampen terug te halen.

Het gerechtshof in Den Haag stelde de Staat in het gelijk en vindt dat de Nederlandse staat niet gedwongen kan worden om de vrouwen en kinderen te repatriëren, omdat dat een politieke afweging is.

Kabinet wil banden met Al Assad niet aanhalen

Het huidige kabinetsbeleid houdt in dat Nederlandse uitreizigers niet actief worden opgehaald uit Syrië. Het kabinet vindt het gebied te gevaarlijk om Nederlandse diplomaten en militairen naartoe te sturen en ziet liever dat de Syriëgangers in Irak berecht worden.

Of dat ook zal gebeuren, valt te bezien. De Irakezen hebben in een eerder stadium aangegeven niets te voelen voor het verzoek. Intussen dreigen de Nederlanders die vastzitten in handen te komen van Al Assad.

Wat het CDA betreft is dat een reden om de diplomatieke banden met het regime van Al Assad te herstellen. Minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken) zei in een interview met NU.nl echter dat een herstel van de relaties met Al Assad uitgesloten is, ook niet als Nederlandse IS’ers in handen van Al Assad vallen.

‘Koerden moeten controle Noord-Syrië overdragen aan Al Assad

Al Assad wordt in het vraaggesprek met Paris Match gevraagd naar de deal die hij heeft gesloten met de Koerdische strijdkrachten die tot voor kort met steun van de VS het noorden van Syrië controleerden.

De Koerden golden jarenlang als bondgenoten van de westerse coalitie in de strijd tegen IS. De duizenden IS’ers die zijn gevangengenomen, zijn vervolgens vastgezet in kampen die bewaakt worden door de Koerden. Naar schatting worden er meer dan tienduizend Syrische en Iraakse IS’ers en ongeveer tweeduizend buitenlandse IS’ers, onder wie ook Europeanen, vastgehouden in de Koerdische kampen.

Nadat de Amerikaanse president Donald Trump kort geleden de Amerikaanse troepen uit Syrië terugtrok en Turkije de aanval tegen de Koerden in Syrië inzette, wendden de Koerden zich tot Rusland en Al Assad voor bescherming die zij tot voor kort van de Amerikanen kregen. Wat Al Assad betreft komt de bescherming met een prijs: uiteindelijk zullen de Koerden de controle over het gebied in het noorden van Syrië moeten overdragen aan Al Assad, lichtte hij eerder toe.

Lees meer over: Syrië  Buitenland

In Syrië en Irak verblijven ongeveer 1400 IS-kinderen van wie minstens één ouder EU-burger is, zei EU-commissaris Julian King (Veiligheid) onlangs. Ⓒ ZUMAPRESS.com

EU-parlement: haal IS-kinderen terug

Telegraaf 26.11.2019 EU-landen moeten kinderen met hun nationaliteit uit de kampen in Noordoost-Syrië terughalen. Een grote meerderheid van het Europees Parlement (495 tegen 58) riep woensdag de 28 lidstaten daartoe op.

De EU zou daarbij een coördinerende rol moeten spelen. De oproep is onderdeel van een niet-bindende resolutie ter gelegenheid van de dertigste verjaardag van het VN-Verdrag voor de Rechten van het Kind.

Saskia Bricmont van de Europese Groenen hekelde het gebrek aan actie van de EU-landen. Volgens haar zitten enkele honderden Europese ’jihadistenkinderen’, van wie de meesten jonger dan 5 jaar, onder erbarmelijke omstandigheden in kampen in het noordoosten van Syrië. In sommige gevallen worden hulporganisaties die kinderen willen repatriëren door hun overheid tegengewerkt, stelt zij.

Bekijk ook: 

Hof: Staat hoeft ’IS-kinderen’ niet terug te halen 

Bekijk ook: 

Terughalen IS-kinderen geen uitgemaakte zaak 

Risico’s

In Syrië en Irak verblijven ongeveer 1400 IS-kinderen van wie minstens één ouder EU-burger is, zei EU-commissaris Julian King (Veiligheid) onlangs. Hij verwelkomde het besluit van sommige lidstaten om kinderen terug te halen en wees erop dat de Europese Commissie behulpzaam kan zijn. De Nederlandse regering wil vanwege de risico’s geen kinderen van IS-strijders terughalen. Volgens de AIVD verblijven 90 kinderen met een Nederlandse link in Syrisch-Koerdische kampen of detentie.

Bekijk ook: 

Turkije spreekt jihad-vrouwen Loes en Souad vrij 

Bekijk ook: 

Misplaatste empathie voor jihadvrouwen 

Turkse rechtbank spreekt twee Nederlandse Syriëgangers vrij

NU 26.11.2019 Een rechtbank in Turkije heeft twee Nederlandse Syriëgangers vrijgesproken van lidmaatschap van terreurgroep IS, meldt de NOS. De rechter meent dat er te weinig bewijs is tegen Souad D. en Loes F. De twee vrouwen woonden jarenlang in het door IS zelfverklaarde kalifaat.

De advocaat van D., Yasar Özdemir, bevestigt de vrijspraak aan de NOS. Wel loopt er nog een hoger beroep.

Als de twee vrouwen ook in hoger beroep worden vrijgesproken kan dat eventuele vervolging in Nederland bemoeilijken, omdat verdachten die in het buitenland zijn vrijgesproken niet opnieuw mogen worden vervolgd voor hetzelfde vergrijp.

D. en F. zijn in Syrië getrouwd met een Nederlandse IS-strijder uit Amersfoort. Zelf zeggen ze dat hun man, Baraa Ahmad, niet meer is aangesloten bij IS.

In afwachting van hoger beroep mogen de twee vrouwen Turkije niet verlaten. De uitspraak hiervan wordt volgens hun advocaat binnen een paar maanden verwacht.

Naar verwachting worden D. en F. na het hoger beroep in Turkije teruggestuurd naar Nederland. Twee IS-vrouwen die onlangs door Turkije naar Nederland werden teruggestuurd, werden direct na aankomst op Schiphol aangehouden.

Lees meer over: Turkije  Syrië  Buitenland

Vrouw in Koerdisch kamp in Noord-Syrië waar familie van IS-strijders worden vastgehouden (archief) AFP

Twee Nederlandse Syriëgangers vrijgesproken in Turkije

NOS 26.11.2019 Een rechtbank in Turkije heeft twee Nederlandse Syriëgangers, Souad D. en Loes F., vrijgesproken van lidmaatschap van terreurgroep IS. Volgens de rechter is er onvoldoende bewijs tegen de twee vrouwen, die jarenlang in het zelfverklaarde kalifaat van IS woonden. In afwachting van hoger beroep mogen ze Turkije niet uit.

Advocaat Yasar Özdemir, die D. bijstaat, bevestigt dat de vrouwen zijn vrijgesproken in Turkije en dat er nog een hoger beroep loopt. Hij verwacht binnen een paar maanden een uitspraak.

Mochten de twee vrouwen uit Franeker en Geleen ook in hoger beroep in Turkije worden vrijgesproken van lidmaatschap van een terreurbeweging, dan bemoeilijkt dat een eventuele vervolging in Nederland. Wettelijk mogen verdachten die in het buitenland zijn vrijgesproken niet opnieuw worden vervolgd voor hetzelfde vergrijp.

Baghouz

D. en F. zijn in Syrië getrouwd met een Nederlandse IS-strijder uit Amersfoort, Baraa Ahmad. Hoewel ze zeggen dat hun man afstand had genomen van de terreurgroep, leefden ze jarenlang in het hart van het ‘kalifaat’.

De eerste jaren woonden ze in Raqqa, destijds de hoofdstad van de terreurbeweging. Later verbleven ze in de oostelijke stad Baghouz, het laatste bolwerk van IS, waar kort voor de val van het kalifaat vooral de meest geharde strijders zich ophielden. Tijdens het slotoffensief om Baghouz sloegen F. en D. op de vlucht.

Turkije zette onlangs twee IS-vrouwen op het vliegtuig naar Schiphol, waar ze direct na aankomst zijn aangehouden. De verwachting is dat Souad D. en Loes F. na het hoger beroep in Turkije eveneens worden teruggestuurd naar Nederland.

Bekijk ook;

Staat wint hoger beroep en hoeft vrouwen en kinderen niet uit Syrië te halen

NU 22.11.2019 De Nederlandse Staat hoeft zich toch niet in te spannen om 56 kinderen en hun negentien moeders vanuit Syrië naar Nederland te halen. Hiermee is het door de Staat aangespannen spoedappel door het gerechtshof in Den Haag vrijdag gegrond verklaard.

Nederland kan volgens het hof niet gedwongen worden om de vrouwen en kinderen te repatriëren, omdat het gaat om een politieke kwestie.

“Het kabinet heeft op het vlak van nationale veiligheid en buitenland een ruime mate van beleidsvrijheid”, laat een persrechter weten aan NU.nl. “Daar zitten grenzen aan, maar die zijn volgens het hof in deze zaak niet overschreden.”

Volgens het huidige kabinetsbeleid worden Nederlandse uitreizigers niet actief opgehaald uit Syrië. Het kabinet wil Nederlandse ambtenaren niet in gevaar brengen door ze naar een onveilig gebied te sturen.

De uitspraak van het hof is een teleurstelling voor de vrouwen en hun familieleden. Zij spanden het kort geding aan omdat zij onder erbarmelijke omstandigheden in detentiekampen in Syrië verblijven.

De rechtbank onderschreef dit eerder en vond dat de overheid zich moest inspannen om in ieder geval de kinderen terug te halen naar Nederland. Als de Koerden, die de leiding hebben over de kampen, de kinderen alleen samen met hun moeders zouden laten vertrekken, moest ook geprobeerd worden hen op te halen.

Met de uitspraak van het hof is die inspanningsverplichting tenietgedaan. Er is nog wel een mogelijkheid om tegen de uitspraak in cassatie te gaan.

Rutte wil uitspraak eerst bestuderen

Premier Markt Rutte liet in in eerste reactie weten de uitspraak eerst te willen bestuderen voordat hij daar inhoudelijk op ingaat. Wel noemt hij het “mooi als we gelijk krijgen”.

Minister van Justitie en Veiligheid Ferd Grapperhaus zegt de uitspraak van het hof als ondersteuning van het kabinetsbeleid te zien.

“We zijn altijd helder geweest. Deze vrouwen hebben zelf de keuze gemaakt om, al dan niet met hun minderjarige kinderen, uit te reizen naar IS-gebied en zich aan te sluiten bij een terroristische organisatie”, aldus Grapperhaus. “Het kabinet haalt de vrouwen en hun kinderen niet actief terug uit dit gebied.”

Het kabinet ziet het liefst dat de vrouwen in de regio berecht worden. Irak heeft al laten weten daar voorlopig nog niet aan te willen voldoen.

IS-kinderen (en hun moeders) terughalen of niet?

IS-kinderen (en hun moeders) terughalen of niet?

Overheid kan ook besluiten tot afnemen Nederlanderschap

Personen met de Nederlandse nationaliteit die zich melden bij een Nederlandse ambassade worden wel naar ons land teruggestuurd.

Bij personen met een dubbele nationaliteit kan het Nederlanderschap worden afgepakt. Dat gebeurde onlangs bij een vrouw die zich meldde bij de Nederlandse ambassade in Turkije. Zij beschikt ook over de Marokkaanse nationaliteit, maar werd ondanks een verzoek van Nederland aan Turkije om haar niet naar Nederland te sturen toch op een vliegtuig naar Schiphol gezet. Daar werd ze dinsdag aangehouden.

Vrijdag werd besloten om haar voor zeker veertien dagen langer vast te zetten. Ook voor een vrouw van 25 jaar uit Apeldoorn, die zich eveneens bij de ambassade in Turkije had gemeld, blijft vastzitten.

Lees meer over: Syriëgangers Binnenland

Het spoedappel diende bij het gerechtshof in Den Haag ANP

Staat hoeft kinderen IS’ers toch niet terug te halen uit Syrië

NOS 22.11.2019 De Nederlandse staat hoeft IS-vrouwen en hun kinderen in kampen in het noordoosten van Syrië niet terug te halen. Dat heeft het gerechtshof in Den Haag bepaald in een spoedappel dat was ingesteld door de ministers Blok en Grapperhaus.

In een kort geding oordeelde de rechter tien dagen geleden dat de Staat zijn best moet doen om in elk geval de kinderen terug te halen. Het zou onrechtmatig zijn om dat niet te doen. Die uitspraak is nu dus teruggedraaid.

De zaak draait om 23 IS-vrouwen en 56 kinderen die verblijven in de kampen Al-Hol en Al-Roj in noordoost-Syrië. De landsadvocaat had bepleit dat de rechter afzijdig moet blijven in de kwestie, omdat het kabinet en het parlement de politieke afwegingen in deze specifieke situatie moeten maken.

Beladen zitting

“De rechter zegt eigenlijk hetzelfde als de landsadvocaat vanochtend zei: dit is politiek, dit is beleid dat door het kabinet wordt gemaakt en een rechter hoort daar niet over te oordelen”, zegt verslaggever Mattijs van de Wiel. De rechter kan volgens het hof alleen in uitzonderlijke gevallen bepalen dat de staat onrechtmatig handelt. Van zo’n uitzondering is hier dus geen sprake.

“Het was een beladen zitting”, vertelt Van de Wiel. “Met een zaal vol familieleden van vrouwen die zijn uitgereisd. Veel van die mensen zeggen: mijn dochter of nicht is helemaal geen terrorist. Deze mensen waren muisstil toen ze het aanhoorden, want zij willen hun kleinkinderen zien en hadden al hun hoop hierop gevestigd. Ze gingen weg zonder commentaar te geven.”

Een vader reageert zeer teleurgesteld en weet niet hoe deze uitspraak zal aankomen bij zijn dochter.

‘De kans bestaat dat ze nu over de hekken gaan klimmen’

Jezidi’s in ons land reageren juist tevreden op de uitspraak. De etnische en religieuze minderheidsgroep werd vooral in Irak hard getroffen door IS. Veel mannen werden vermoord. Vrouwen en meisjes van de jezidi’s werden verkracht en tot slaaf gemaakt door leden van IS.

Jezidi’s in ons land zijn blij met deze uitspraak

Minister Grapperhaus toonde zich in een eerste reactie tevreden. “Ik zie de uitspraak van het hof als ondersteuning van het kabinetsbeleid. We zijn altijd helder geweest. Deze vrouwen hebben zelf de keuze gemaakt om al dan niet met hun minderjarige kinderen naar IS-gebied uit te reizen en zich aan te sluiten bij een terroristische organisatie. Het kabinet haalt hen niet actief terug uit dit gebied.”

Bekijk ook;

Hof: Staat hoeft ’IS-kinderen’ niet terug te halen

Telegraaf 22.11.2019 De Nederlandse Staat hoeft zich niet in te spannen om de 56 kinderen van IS-vrouwen terug te halen. Ook voor de moeders zelf hoeft Nederland niet in actie te komen. Dat oordeelde de voorzieningenrechter in Den Haag vrijdag in hoger beroep. Daarmee gaat een streep door de uitspraak van vorige week. Toen beval de rechter Nederland nog om de kinderen te gaan halen.

Volgens de landsadvocaat moet de rechter zich niet bemoeien met buitenlands beleid – daar gaan het kabinet en de Tweede Kamer over, zeker waar het wespennesten betreft als Noord-Syrië. De rechter gaat in die argumentatie mee. Dat is een meevaller voor het kabinet.

De vrouwen vragen Nederland om hen te komen halen, maar dat ligt op het terrein van de betrokken ministeries, stelt de rechter. „De staat heeft hierin beleidsvrijheid. Dat betekent dat de rechter, zeker in kort geding, zeer terughoudend moet zijn.”

Vorige week oordeelde de rechter nog in kort geding dat Nederland zich wel degelijk moet inspannen om de kinderen terug te halen. De families van de IS-vrouwen staan nu weer met lege handen. Veel van hen waren boos en in tranen. Ze hadden al hun hoop gevestigd op deze uitspraak. Er zijn op korte termijn geen mogelijkheden meer bij een hogere rechter.

Bekijk ook: 

Twee IS-vrouwen terug in Nederland met kinderen 

Bekijk ook: 

’De kinderen zijn het slachtoffer’ 

De kinderen hebben allen de Nederlandse nationaliteit en zijn jonger dan twaalf jaar, de meesten zelfs onder de zes jaar. De vrouwen zijn de afgelopen jaren uitgereisd naar het strijdgebied in Syrië of Irak waar Islamitische Staat het voor het zeggen had. Ze zitten nu vast in kampen die door de Koerden worden beheerd.

Ze willen terug naar Nederland, maar het kabinet weigert ze actief terug te halen. Het regeringsbeleid is nog steeds dat Nederland geen Nederlanders terughaalt uit Syrië. Alleen wie erin slaagt om een diplomatieke post te bereiken, kan eventueel hulp krijgen.

„Voor de families is het misschien lastig te begrijpen waarom Nederland niets wil doen voor deze vrouwen en kinderen”, legde de landsadvocaat vrijdagochtend uit. „Maar de Staat moet een afweging maken tussen abstracte belangen als nationale veiligheid en internationale betrekkingen en concludeert dat Nederland op dit moment daar geen actie wil ondernemen.

Nederland zet niet zomaar alle andere belangen opzij als iemand zegt: het valt hier toch tegen, haal me maar terug. Dit is nou eenmaal de harde kant van buitenlands beleid.”

Bekijk ook: 

Dit betekent terugsturen IS’ers voor Nederland 

Bekijk ook: 

Rechter oordeelt: Nederland moet kinderen IS-vrouwen terughalen 

Bekijk ook: 

Door Turkije teruggestuurde IS-vrouwen vastgezet 

Volgens advocaat Tom de Boer (namens de vrouwen) heeft de Nederlandse staat zich de afgelopen maanden achter steeds weer nieuwe valse argumenten verscholen om maar niets te hoeven doen. Zelfs nadat de rechter vorige week bepaalde dat Nederland zijn best moet doen om de kinderen terug te halen.

Zijn collega André Seebregts benadrukte dat Nederland wel degelijk de belangen van de kinderen en de vrouwen in het oog moet houden. De situatie in de kampen verslechtert steeds verder. De winter staat voor de deur, net als de troepen van Assad die niet terugdeinzen voor moord en verkrachting van kinderen. Dan zijn er nog de ultra-radicale Russische en Tsjetsjeense IS-vrouwen die een islamitisch schrikbewind uitoefenen over het kamp.

Voor Nederland is het echter te gevaarlijk om een ophaalexpeditie te sturen naar het onoverzichtelijke gebied, stelde de landsadvocaat. Seebregts vond dat onzin. „De Denen hebben eergisteren nog een weeskind opgehaald.” Een onvergelijkbare actie, aldus de landsadvocaat. „Bij de Denen ging maar om één weeskind, niet om om 23 vrouwen en 56 kinderen.”

Bekijk ook: 

Door Turkije teruggestuurde IS-vrouwen vastgezet 

Eerste reactie Rutte

Premier Mark Rutte heeft aan het begin van zijn wekelijkse persconferentie laten weten dat hij de uitspraak nog goed moet bestuderen. „Het is op zich mooi als we gelijk krijgen.”

Reactie minister Grapperhaus

Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) wil de uitspraak bestuderen. „Maar ik kan zeggen dat ik de uitspraak als ondersteuning van het kabinetsbeleid zie. We zijn altijd helder geweest. Deze vrouwen hebben zelf de keuze gemaakt om, al dan niet met hun minderjarige kinderen, uit te reizen naar IS-gebied en zich aan te sluiten bij een terroristische organisatie”, zegt de CDA-bewindsman. „Het kabinet haalt de vrouwen en hun kinderen niet actief terug uit dit gebied.”

Bekijk meer van; conflicten, oorlog en vrede misdaad Grapperhaus Nederland Den Haag

Gerechtshof: Nederland hoeft vrouwen en kinderen niet terug te halen uit Syrië

AD 22.11.2019 Nederland hoeft 23 IS-vrouwen en hun 56 kinderen niet op te halen uit detentiekampen in Noord-Syrië. Het Gerechtshof in Den Haag  heeft zojuist een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag vernietigd. Die rechtbank oordeelde twee weken geleden dat de Nederlandse staat de kinderen wel moest terughalen, ook als dat betekende dat hun moeders mee zouden komen.

De beslissing om de IS-gezinnen wel of niet op te halen is aan de politiek en niet aan de de rechter, zo oordeelde het Gerechtshof vanmiddag. ,,Het is duidelijk dat de vrouwen en kinderen onder erbarmelijke omstandigheden leven. Het gaat dus om fundamentele rechten van de kinderen: om het recht van leven en ontwikkeling.”

Het Hof is echter ook van mening dat de staat beleidsvrijheid heeft en de rechter daarom terughoudend moet zijn. ,,Het is aan de politiek, niet aan de rechter om over erbarmelijke omstandigheden te oordelen.” Daarom wees het Gerechtshof alle vorderingen van de vrouwen af.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Opvallend

Dat is een opvallende beslissing, omdat de rechtbank in Den Haag eerder deze maand in een kort geding besloot dat het Nederlandse kabinet een ‘inspanningsverplichting’ heeft om ervoor te zorgen dat 56 kinderen van Nederlandse IS’ers terug worden gehaald uit de detentiekampen in Noord-Syrië waar ze nu verblijven.

Het is niet de schuld van de kinderen dat ze daar beland zijn, aldus de rechter. Voor hun 23 moeders die in dezelfde kampen zitten, gold die verplichting niet. Als de moeders mee zouden moeten komen met hun kinderen, omdat de Koerden de kinderen niet alleen laten vertrekken, dan is dat maar zo, stelde de rechtbank.

Politiek

Door dat oordeel staat met de uitspraak van vandaag dus een dikke streep. Tot grote teleurstelling van de tientallen familieleden in de rechtszaal. Zij beseffen dat het nu weer volslagen onduidelijk is wanneer ze hun kleinkinderen, neefjes en nichtjes weer zullen zien. Als dat ooit al gebeurt.

Het lot van de IS-vrouwen ligt nu deels weer in de handen van de politiek. Het kabinet en Kamermeerderheid zijn daar niet van plan actie te ondernemen om de vrouwen en kinderen op te halen, zo is het standpunt.

Al zegt premier Rutte dat hij de uitspraak eerst nog wil bestuderen. Het huidige beleid is dat Nederland IS’ers pas actief helpt terug te keren naar Nederland als ze zichzelf melden op een ambassade of consulaat in Turkije of Irak.

Van daaruit worden zij teruggevlogen naar Schiphol en daar aangehouden, vastgezet en berecht. De kinderen gaan dan naar familie of een pleeggezin. Eerder deze maand doken er bij de Nederlandse ambassade in Ankara nog twee vrouwen op die waren ontsnapt uit een Syrisch detentiekamp. De kans dat meer vrouwen dat nu gaan proberen is groot.

‘Terughalen ook risico’

Dat het kabinet echt  niet wil dat de Nederlandse jihadvrouwen en hun kinderen terugkomen werd vandaag in de Haagse rechtbank wederom duidelijk. ,,Ook terughalen van alleen de kinderen is ook een risico, dat kan tot wrok leiden bij de vrouwen en familie.” Familieleden en advocaten van de vrouwen vinden dat terughalen juist wel moet én kan.  ,,Denemarken heeft 48 uur geleden nog kinderen opgehaald in Syrië.”

Maar, zo oordeelde de rechtbank, als de Koerdische bewakers van de kampen de kinderen alleen willen meegeven als de moeders meegaan, dan moet Nederland ook de moeders terugnemen. De rechtbank stelde echter ook dat de situatie ter plekke wel veilig genoeg moet zijn voor Nederlandse militairen of ambtenaren om de vrouwen en kinderen op te halen.

Het kabinet is tegen dat oordeel in beroep gegaan omdat het van oordeel blijft dat Nederland de vrouwen en kinderen alleen verder kan helpen als ze zichzelf melden bij een Nederlandse ambassade of consulaat in Turkije of Irak. De vrouwen kunnen daar uit zichzelf moeilijk komen: de kampen worden bewaakt en alleen met behulp van smokkelaars kunnen ze in Turkije of Irak komen.

‘Ze wisten waar ze heen gingen’

De landsadvocaat betoogde vanochtend dat de rechter eigenlijk helemaal niet over het wel of niet terughalen van de vrouwen en kinderen gaat: het is een politieke beslissing. ,,Het heeft onder meer gevolgen voor het buitenlands beleid van Nederland en daar gaat de politiek over.”

De Nederlandse Staat stelde aan het begin van het hoger beroep in Den Haag dat de vrouwen ‘precies wisten waar ze heen gingen’.  ,,Want ook toen er nog geen kalifaat was (voor 2014), was er al een jihadistische strijd aan de gang. Ze hadden in Nederland een keuze hoe hun leven vorm te geven. Ze hebben die keus gemaakt”, aldus de landsadvocaat.

,,De vrouwen hebben zichzelf in gevaarlijke omstandigheden gebracht en vragen pas nu ze in kampen zitten om repatriëring van zichzelf en hun kinderen.” Daar komt bij, meldt de advocaat, dat in Syrië 5,6 miljoen kinderen onder slechte omstandigheden leven, nog meer mensen hebben humanitaire hulp nodig.

De Staat vindt ook dat er van de vrouwen net zoveel dreiging uitgaat als van de mannen. ,,Inlichtingendienst AIVD wijst er op dat deze vrouwen lang in strijdgebied zijn geweest, gemiddeld drie jaar. Ook na terugkomst blijft de vraag of ze afscheid nemen van jihadistisch gedachtegoed.

Ze zijn een bedreiging voor de nationale veiligheid.” Er is dan ook geen enkel West-Europees land dat beleid heeft om de vrouwen actief terug te halen. Er zijn enkele weeskinderen teruggehaald, vanwege humanitaire redenen, stelt de advocaat.

De Staat ziet de kinderen als slachtoffer van de keuzes van hun ouders. Het alleen terughalen van de kinderen is ook een risico, stelt de landsadvocaat. ,,,Dan kan wrok ontstaan bij vrouwen die achterblijven of familieleden hier.” Familieleden zien dat duidelijk anders, zij lachen om de opmerking van de advocaat.

De landsadvocaat: ,,We kunnen begrijpen dat familieleden nu denken: omdat de Staat iets niet doet, gaan mijn kinderen en kleinkinderen straks dood. Dat is moeilijk, zeker omdat daar het abstracte belang van de staat tegenover staat. Maar repatriëring is een politieke beslissing.” De rechter gaat daar dus, volgens de landsadvocaat, niet om.

Vrees voor martelingen

Advocaat Seebregts, die de vrouwen bijstaat, wijst erop dat Denemarken eerder deze week nog twee weeskinderen heeft opgehaald in het gebied. ,,Dus wat Nederland te gevaarlijk vindt, hebben de Denen 48 uur geleden nog gedaan.” Ook vrezen de advocaten dat het Syrische leger de controle over de kampen gaat overnemen.

,,De Syrische inlichtingendiensten zullen zeker met die vrouwen willen praten. En we weten wat dat kan inhouden.” De advocaat doelt daarmee op de slechte reputatie die het Syrische regime heeft wat betreft mensenrechten.

De inlichtingendiensten zijn vaak beschuldigd van (seksuele) mishandeling en marteling. Ook van kinderen. ,,Er zijn hier vandaag veel ouders en andere familieleden, ze hebben ook foto’s doorgestuurd van de kinderen in de kampen. Die hopen ze snel weer te kunnen zien.”

Seebregts vraagt de rechtbank ook nog extra te kijken naar de zaak van de Amsterdamse Chadia B. Zij heeft geen kinderen, maar wel zware psychische klachten als psychoses. Ze is zwaargewond geraakt en mist nu een voet.

Door haar psychische problemen moeten andere vrouwen haar verzorgen. ,,Ze ligt in een tent in haar eigen uitwerpselen, kinderen gooien stenen naar haar. Haar situatie is, zo mogelijk, nog schrijnender dan die van de anderen.”

 Tobias den Hartog @TobiasdenHartog

Rutte over uitspraak IS-vrouwen: ik vind het natuurlijk niet vervelend om gelijk te krijgen, maar ik zeg altijd dat we de uitspraak eerst willen bestuderen. Dat zeg ik ook als we verliezen, dus dat zeg ik nu ook. #isvrouwen

3:43 PM – Nov 22, 2019 See Tobias den Hartog’s other Tweets

Bekijk hier de reactie van minister-president Rutte op het nieuws.

Hof: Nederland hoeft IS-vrouwen en kinderen niet terug te halen uit Syrië

RTL 22.11.2019 De Nederlandse staat hoeft er niet alles aan te doen om IS-vrouwen en hun kinderen terug te halen uit kampen in Syrië. Dat besluit is aan de politiek en niet aan de rechter, heeft het gerechtshof vanmiddag besloten.

Het oordeel van de rechtbank wordt daarmee vernietigd. Die had eerder bepaald dat de overheid zich moet inspannen voor IS-kinderen, maar stelde de overheid niet verplicht om IS-vrouwen terug te halen.

Tijdens zijn wekelijkse persmoment reageerde premier Mark Rutte vanmiddag tevreden op de uitspraak. Hij wilde er verder niet te diep op ingaan. “Wij werken aan de mogelijkheid tot berechting in de regio. Dat is onze stip aan de horizon. Berechting in de regio is buitengewoon complex, maar niet onmogelijk.”

Lees ook:

Dit zijn de twee teruggekeerde IS-vrouwen: ‘Bewijs gruwelijkheden lastig te vinden’

Reactie minister Grapperhaus

“Het Kabinet zal het gemotiveerd arrest inhoudelijk bestuderen. Maar ik kan in eerste reactie zeggen dat ik de uitspraak van het Hof als ondersteuning van het kabinetsbeleid zie. We zijn altijd helder geweest.”

Hij vervolgt: “Deze vrouwen hebben zelf de keuze gemaakt om, al dan niet met hun minderjarige kinderen, uit te reizen naar IS-gebied en zich aan te sluiten bij een terroristische organisatie. Het kabinet haalt de vrouwen en hun kinderen niet actief terug uit dit gebied.”

Het kort geding was aangespannen namens 23 vrouwen en hun 56 kinderen, die vastzitten in twee kampen in het noorden van Syrië. Ze zitten daar onder schrijnende omstandigheden. Volgens hun advocaat is er hier absoluut geen sprake van een politiek belang, wat door de Staat wel betoogd wordt. “Het gaat om hun individuele belangen, zij lopen schade op door het handelen van de Staat.”

Kinderombudsvrouw Margrite Kalverboer zegt vrijdag in een reactie dat ze het kabinet meerdere malen heeft opgeroepen om zich tot het uiterste in te spannen om de Nederlandse kinderen in Syrische kampen terug te halen naar Nederland. “De vaak jonge kinderen zitten daar onder erbarmelijke omstandigheden, en de situatie lijkt te verslechteren.”

Vader IS-kinderen hoopt op terugkeer dochter en zoon uit Syrisch kamp

Bekijk deze video op RTL XL

Jeremy kan niet wachten tot zijn dochter en zoon eindelijk weer thuis zijn. Hun moeder en zijn ex nam ze jaren geleden mee naar Syrië.

De rechter oordeelde begin vorige week in een kort geding dat de Staat er alles aan moet doen om op korte termijn de kinderen naar Nederland te halen. Voor de terugkeer van de IS-vrouwen zelf hoeft de Staat zich niet in te zetten, oordeelde de rechter.

Maar als de Koerden die de kampen bewaken de kinderen niet zonder moeders willen laten vertrekken, moet de overheid wel kijken of ze zowel moeders als kinderen kan terughalen. Dat moest ook per direct gebeuren. Als er binnen twee weken niets zou zijn gedaan, zou een dwangsom volgen.

Lees ook:

Staat moet kinderen van IS-vrouwen terughalen uit Syrië

De VS hebben herhaaldelijk aangeboden om Syriëgangers op te halen en terug te brengen naar Nederland. Het beleid van het kabinet tot nu toe was om betrokkenen niet-actief terug te halen, maar de rechter bepaalde dat dit beleid niet kan gelden voor de kinderen.

Buitenlandse Zaken laat weten dat er contact is geweest met de Amerikanen en met Europese landen maar wat er precies is besproken, zegt het ministerie niet. Ook de landsadvocaat zei vandaag dat er ‘stappen zijn gezet’, maar dat er verder niets over gezegd kan worden.

ANP; Islamitische Staat  Syrië

Het gerechtshof tijdens het spoedappèl tegen het vonnis over de IS-kinderen.

Het gerechtshof tijdens het spoedappèl tegen het vonnis over de IS-kinderen. Foto Marco de Swart/ANP

Hof: staat hoeft IS-kinderen niet terug te halen

NRC 22.11.2019 De Nederlandse staat hoeft de kinderen van IS-vrouwen die in kampen in Noord-Syrië zitten, niet terug te halen. Deze uitspraak in hoger beroep is een meevaller voor het kabinet.

De staat hoeft zich niet in te spannen om 56 kinderen en 23 vrouwen terug te halen uit twee kampen uit Noord-Syrië. Dat heeft het Haagse gerechtshof vrijdagmiddag bepaald. De uitspraak kwam ongeveer anderhalf uur na de zitting, met een korte motivering. Het hof vindt dat het aan de staat is om te bepalen of de vrouwen en kinderen moeten terugkeren. Over twee weken wordt een uitgebreide toelichting gepubliceerd.

De beslissing kwam na het hoger beroep dat de staat had ingesteld inzake de mogelijke terugkeer van de kinderen en vrouwen uit Noord-Syrië. De staat was in hoger beroep gegaan tegen het vonnis in het kort geding van bijna twee weken geleden.

De voorzieningenrechter had bepaald dat de staat zich moest inspannen om de kinderen van 23 vrouwelijke uitreizigers naar Islamitische Staat terug te halen. Dit onder meer vanwege de „erbarmelijke omstandigheden” in de kampen Al-Hol en Al-Roj.

Eventueel zouden ook de vrouwen moeten terugkomen, als de Koerden niet zouden toestaan dat moeders van de kinderen werden gescheiden. Het hof bepaalde vrijdag dat het aan de staat is om te oordelen over die omstandigheden en de gevolgen daarvan voor de vrouwen en kinderen.

De uitspraak van vrijdagmiddag gaat in tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter. Het is een grote meevaller voor het kabinet en regeringspartijen VVD en CDA. Die zijn tegen terugkeer van de moeders en kinderen.

Volgens het kabinet is het gebied te onveilig en onstabiel om tot repatriëring van de vrouwen en kinderen te kunnen overgaan. Zowel het kabinet als de regeringspartijen VVD en CDA zien in de terugkeer van met name de moeders een gevaar voor de nationale veiligheid.

Lees ook: de weerstand tegen terugkeer kinderen uit Noord-Syrië bleef, ondanks het vonnis van 11 november

„De kans is groot dat een aantal van hen niet afscheid heeft genomen van het jihadistisch gedachtengoed”, aldus de landsadvocaat vanmorgen voor het Hof. Hij wees erop dat de groep vrouwen om wie het gaat al lang in het strijdgebied zit, gemiddeld drie jaar.

Buitenlands beleid

Ook vond de advocaat namens de staat dat de rechter zich niet met het buitenlands beleid moet bemoeien. „Nederland is niet een van de actoren in het gebied”, aldus de landsadvocaat in zijn pleidooi. „Turkije, Syrië, Rusland, de Koerden en de VS zijn dat wel.”

Een rechterlijk besluit om de vrouwen en kinderen terug te halen, zou de staat dwingen met die landen te gaan onderhandelen, inclusief Syrië, waarmee Den Haag alle diplomatieke banden heeft doorbroken. Een rechter kan zoiets nooit van het kabinet eisen, dat ook nog eens gesteund wordt door een Kamermeerderheid, aldus de landsadvocaat.

De advocaten André Seebregts en Tom de Boer stelden daartegenover dat het de plicht van de staat is zijn onderdanen te beschermen tegen de zeer zware omstandigheden in de kampen, maar ook tegen marteling, verkrachting en moord.

De kans daarop is groot als de Syriërs hun invloed in het noorden van hun land uitbreiden en de kampen overnemen van de Koerden, aldus de advocaten van de moeders. Zij citeerden diverse rapporten van de VN en andere organisaties waarin beschreven staat hoe vrouwen en kinderen behandeld worden en overlijden in Syrische gevangenschap.

„De staat handelt onrechtmatig als ze niet al het mogelijke in het werk stelt om te voorkomen dat haar onderdanen dat lot treft”, betoogde advocaat De Boer.

Daarvoor wijkt ook het primaat van de staat in het buitenlands beleid, zei hij. Dat geldt eens te meer omdat de Koerden, de VS en het Rode Kruis Nederland hebben aangeboden om bij de repatriëring van de vrouwen en de kinderen te helpen. „Het recht dwingt de staat tot actie”, aldus De Boer.

Verder wees Seebregts erop dat nog deze week een vertegenwoordiger van de Deense regering in het gebied is geweest om een weeskind op te halen. „Dat geeft aan dat het gebied veiliger is dan de staat betoogt”, aldus Seebregts.

De argumenten over en weer waren verder grotendeels dezelfde als die van drie weken geleden. Net als de vorige keer was er de nodige belangstelling van de familie van de uitreizigers.

Hof: IS-vrouwen en kinderen niet terughalen

MSN 22.11.2019 De Staat hoeft Nederlandse IS-vrouwen en hun kinderen die in Noord-Syrische kampen zitten, toch niet terug te halen naar Nederland. Het hof in Den Haag haalt met deze uitspraak een streep door de uitspraak van de rechtbank begin vorige week.

Het kort geding was aangespannen namens 23 vrouwen en hun 56 kinderen, die vastzitten in twee kampen in het noorden van Syrië. Ze zitten daar onder schrijnende omstandigheden. De Nederlandse staat was in beroep gegaan.

Een vrouw met kind in het al-Hol kamp in Noord-Syrië waar IS-families zijn opgesloten. Beeld AFP

Staat hoeft IS-kinderen toch niet terug te halen

Trouw 22.11.2019 De Staat hoeft Nederlandse IS-vrouwen en hun kinderen die in Noord-Syrische kampen zitten, toch niet terug te halen naar Nederland. Het hof in Den Haag haalt met deze uitspraak een streep door de uitspraak van de rechtbank begin vorige week.

Het kort geding was aangespannen namens 23 vrouwen en hun 56 kinderen, die vastzitten in twee kampen in het noorden van Syrië, vlakbij de grens met Irak. De Nederlandse staat was in beroep gegaan.

De uitspraak is een toch nog onverwachte steun in de rug van de regering en coalitiepartijen VVD en CDA. Die willen nog altijd Nederlandse IS-strijders in de regio laten berechten, ondanks grote praktische problemen om dit te organiseren. Vooral D66 drong juist aan op berechting in Nederland, omdat deze mensen en hun kinderen anders altijd ‘onder de radar’ terug kunnen keren.

Tijdens de zitting betoogde de landsadvocaat namens de Nederlandse staat dat de rechter terughoudend moet zijn als het gaat om politieke afwegingen rond buitenlands beleid en internationale betrekkingen. Zeker bij een kort geding.

“Het beleid hangt in sterke mate af van politieke afwegingen in verband met de specifieke situatie en komt tot stand in samenspraak tussen regering en volksvertegenwoordiging. Het is niet aan de burgerlijke rechter om die afweging te maken”, aldus de landsadvocaat.

Volgens de advocaat  van de vrouwen is er hier absoluut geen sprake van een politiek belang, wat door de Staat wel betoogd wordt. “Het gaat om hun individuele belangen, zij lopen schade op door het handelen van de Staat”, aldus André Seebregts.

Niet zonder hun moeders

De rechter oordeelde begin vorige week in een kort geding dat de Staat er alles aan moet doen om op korte termijn de kinderen naar Nederland te halen. Voor de terugkeer van de IS-vrouwen zelf hoeft de Staat zich niet in te zetten, oordeelde de rechter.

Maar als de Koerden die de kampen bewaken de kinderen niet zonder moeders willen laten vertrekken, moet de overheid wel kijken of ze zowel moeders als kinderen kan terughalen. Dat moest ook per direct gebeuren. Als er binnen twee weken niets zou zijn gedaan, zou een dwangsom volgen.

De Koerden gaven daarom de afgelopen week opnieuw aan dat Nederland welkom is om de kinderen en hun moeders terug te halen. Daarvoor is de situatie veilig genoeg, aldus een woordvoerder van de door Koerden geleide Syrische Democratische Strijdkrachten (SDF) tegen de NOS.

Ook de VS hebben herhaaldelijk aangeboden om Syriëgangers op te halen en terug te brengen naar Nederland. Het beleid van het kabinet tot nu toe was om betrokkenen niet-actief terug te halen, maar de rechter bepaalde dat dit beleid niet kan gelden voor de kinderen.

Buitenlandse Zaken laat weten dat er contact is geweest met de Amerikanen en met Europese landen, maar wat er precies is besproken, zegt het ministerie niet. Ook de landsadvocaat zei vrijdag dat er “stappen zijn gezet”, maar dat er verder niets over gezegd kan worden.

De vrouwen zijn de afgelopen jaren uitgereisd naar het strijdgebied in Syrië of Irak waar Islamitische Staat het voor het zeggen had. Ze zitten nu vast in kampen die door de Koerden worden beheerd. De omstandigheden in de kampen zijn erbarmelijk.

Er is veel agressie en geweld, weinig voedsel en water, er heersen ziektes, mensen worden gemarteld en er zijn bombardementen. Ze willen terug naar Nederland, maar tot nu toe weigerde het kabinet ze actief terug te halen.

Lees ook:

Krista zit in een opvangkamp in Syrië: ‘Neem desnoods alleen mijn kinderen mee naar Nederland’

De Nederlandse Krista van T. bleef met haar echtgenoot tot het einde bij terreurbeweging Islamitische Staat. Nu is ze weduwe en zit ze in een overvol opvangkamp in Noord-Syrië, mét haar vier kinderen. ‘Waarom neemt Nederland hen niet terug?’

Meer over; Nederland misdaad, recht en justitie conflicten, oorlog en vrede samenleving gewapend conflict Syrië Wendelmoet Boersema

Een vrouw in een Koerdisch kamp in Noord-Syrië waar familie van IS-strijders worden vastgehouden AFP

Teruggestuurde IS-vrouwen blijven twee weken langer vastzitten

NOS 22.11.2019 Twee IS-vrouwen die dinsdag door Turkije teruggestuurd zijn naar Nederland blijven nog eens veertien dagen vastzitten. Ze worden verdacht van deelname aan een terroristische organisatie. De twee verbleven in het strijdgebied van Islamitische Staat in Syrië.

De vrouwen kwamen dinsdagavond samen met twee kinderen aan op Schiphol. Het gaat om de 24-jarige Fatimah H. uit Tilburg met haar kinderen van 3 en 4 en de 25-jarige Xaviera S. uit Apeldoorn. De kinderen zijn overgedragen aan een voogd van Jeugdbescherming.

De vrouw uit Tilburg meldde zich eind oktober bij de Nederlandse ambassade in Ankara. Eind oktober werd haar Nederlandse nationaliteit ingetrokken. In januari 2018 werd de vrouw uit Apeldoorn in Turkije aangehouden. Turkije stuurt sinds enkele dagen buitenlandse IS’ers terug naar hun land van herkomst.

Na hun aankomst op Schiphol werden de vrouwen door de Koninklijke Marechaussee aangehouden en overgedragen aan de politie.

Bekijk ook;

Door Turkije teruggestuurde IS-vrouwen vastgezet

Telegraaf 22.11.2019 De twee vrouwen die dinsdag op Schiphol zijn aangehouden na terugkeer uit het strijdgebied van Islamitische Staat in Syrië, zijn voor veertien dagen in bewaring gesteld door de rechter-commissaris in Rotterdam. Dat heeft het Openbaar Ministerie bekendgemaakt. Het tweetal wordt verdacht van deelname aan een terroristische organisatie.

Het gaat om een vrouw van 24 uit Tilburg en een vrouw van 25 uit Apeldoorn, met twee kinderen van 3 en 4 jaar.

De 24-jarige vrouw heeft zich eind oktober gemeld bij de Nederlandse ambassade in Ankara. Op 30 oktober is haar Nederlandse nationaliteit ingetrokken. De andere vrouw is in januari 2018 aangehouden in Turkije. Turkije heeft beiden het land uitgezet en teruggestuurd naar Nederland.

De kinderen zijn overgedragen aan de Raad voor de Kinderbescherming.

Nederland heeft erop aangedrongen de vrouw die haar nationaliteit is ontnomen, niet terug te sturen. Minister Ferd Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) heeft hierover meerdere keren met de Turkse minister van Binnenlandse Zaken gesproken. Ook werd er een ambtelijke missie naar Turkije gestuurd.

Uitzetting

Na vervolging, berechting en een eventuele celstraf zal Nederland erop inzetten de vrouw uit te zetten naar Marokko, het land waarvan ze nog wél staatsburger is.

Een derde vrouw, die zich eind oktober samen met de 25-jarige vrouw meldde en die nog wel de Nederlandse nationaliteit heeft, krijgt momenteel consulaire bijstand. Verwacht wordt dat zij binnenkort naar Nederland wordt uitgezet, in afstemming met de Turkse autoriteiten.

Bekijk meer van; rechterlijke macht conflicten, oorlog en vrede samenleving terrorisme Turkije Den Haag Luchthaven Schiphol

Koerden: Nederland kan IS-vrouwen in Syrië nog steeds ophalen

NOS 21.11.2019 Ondanks de onrustige situatie in het noorden van Syrië is repatriëring van 23 Nederlandse IS-vrouwen en hun kinderen nog steeds mogelijk. Dat zegt een woordvoerder van de door Koerden geleide Syrische Democratische Strijdkrachten (SDF) tegen de NOS.

Morgen dient het hoger beroep dat de Nederlandse Staat aanspande, nadat een rechter besliste dat Nederland IS-kinderen zo snel mogelijk terug moet halen uit het gebied. De landsadvocaat noemde het in die zaak “uit oogpunt van internationale betrekkingen en veiligheid ondenkbaar” dat Nederland vrouwen en kinderen op korte termijn zou kunnen terughalen.

Lastiger, maar mogelijk

Sinds Turkije enkele weken geleden een offensief startte tegen de SDF, is de situatie in Noord-Syrië veranderd. In het gebied zijn nu Russische en Syrische regeringstroepen aanwezig, terwijl de Amerikanen zich juist grotendeels terugtrokken. Op sommige plaatsen wordt nog gevochten.

Volgens SDF-woordvoerder Kino Gabriel betekent dat niet dat repatriëring niet meer mogelijk is. “We controleren dit gebied nog steeds. Het is nog steeds mogelijk, al zal het wat lastiger worden. Maar als er overeenstemming is, zorgen wij voor een oplossing.” Repatriëring zou volgens hem of over de weg richting Iraaks Koerdistan plaatsvinden, of met helikopters.

Nog niets van Nederland gehoord

De voorzieningenrechter in Den Haag bepaalde op 11 november dat de Nederlandse overheid er alles aan moet doen om Nederlandse kinderen uit IS-kampen in Noord-Syrië te halen. Abdelkarim Omar, woordvoerder van de door Koerden geleide Autonome Administratie in Noord-Oost Syrië, zegt tegen de NOS dat zij sindsdien nog niets van de Nederlandse overheid hebben gehoord.

‘We hebben besloten kinderen niet van hun moeders te scheiden’

In juni dit jaar werden twee Nederlandse weeskinderen al overgedragen aan de Nederlandse regering. “Als de Nederlandse overheid nog een keer wil onderhandelen, weten ze hoe we ze kunnen overdragen, want dat hebben we eerder gedaan,” zegt Omar. “Maar er is nog niet naar gevraagd, er is geen contact over.”

Moeders mee naar Nederland

Overigens blijven de Syrische Koerden erbij dat de moeders van de IS-kinderen mee moeten naar Nederland. “Wij hebben de vrouwen niet berecht, dus we kunnen de kinderen onmogelijk van hun moeders scheiden”, zegt woordvoerder Omar. “Onder welk internationaal recht kunnen we de kinderen van de moeders scheiden?”

De rechter in Den Haag hield al rekening met die mogelijkheid. Wanneer de Koerden niet bereid zijn om de kinderen alleen te laten gaan, moeten de vrouwen ook worden gerepatrieerd, stond in het vonnis. Volgens de rechter moet de Nederlandse staat nu dus niet alleen de kinderen, maar ook hun moeders terug naar Nederland halen.

Inval bij moeder van jihadiste Xaviera S. in Apeldoorn

AD 21.11.2019 Rond de terugkomst van jihadiste Xaviera S. heeft de politie een inval gedaan bij haar moeder in Apeldoorn, dat bevestigt een naast familielid van Xaviera. De mobiel en computer van Xaviera S. haar moeder is daarbij in beslag genomen voor onderzoek, vertelt de bron, wiens naam bekend is bij de redactie.

Het landelijk parket van het Openbaar Ministerie bevestigt dat de gegevensdragers dinsdagavond in beslag zijn genomen op een adres in Apeldoorn.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Xaviera S., die in 2013 naar Syrië vertrok als vrouw van een IS-soldaat, keerde onlangs vanuit Turkije terug naar Nederland. Omdat de jihadiste daar al een straf uitzat voor haar lidmaatschap van IS – en tweemaal voor hetzelfde feit bestraft worden niet kan – zoekt justitie nu naar nieuw bewijs van andere strafbare feiten die ze begaan heeft in het kalifaat.

Marion van San, criminoloog aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, volgt het gezin op de voet. ,,Ik wist dat Xaviera terug zou keren. Ik had vorige week nog contact met haar moeder. Maar de laatste dagen reageerde ze nergens op. Dat zou dus kunnen komen doordat die mobiel in beslag is genomen.’’

Zwanger

Van San heeft ook veel vragen. ,,Er gaan berichten uit dat ze zwanger zou zijn. Dat zou voor mij nieuw zijn. Daar heb ik haar moeder niet over gehoord. Ik kan dat niet bevestigen of uitsluiten.’’ Ook het naaste familielid weet niet of Xaviera S. inderdaad zwanger is.

André Seebregts, de nieuwe advocaat van Xaviera, kan er ook geen antwoord op geven. Op dit moment is inhoudelijk reageren voor hem onmogelijk, vertelt hij. Ook de inval bij de familie kan hij niet bevestigen. ,,Mijn cliënt zit in volledige beperkingen dus ik kan daar niets over zeggen’’, luidt zijn korte reactie. Morgen wordt S. voorgeleid aan de rechter-commissaris.

Grapperhaus: uitzetting IS-vrouwen door Turkije zeer teleurstellend

NOS 20.11.2019 Minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid noemt het “zeer teleurstellend” dat Turkije gisteren twee IS-vrouwen op het vliegtuig heeft gezet naar Nederland.

“En dan druk ik mij hoffelijk uit, omdat dat een minister betaamt”, zegt Grapperhaus in een reactie in de Tweede Kamer. Hij heeft de afgelopen dagen van alles geprobeerd om zijn Turkse collega op andere gedachten te brengen, maar dat heeft dus niet geholpen.

Marokkaanse

Turkije stuurde gisteren de 25-jarige Xaviera S. uit Apeldoorn en de 23-jarige Fatimah H. uit Tilburg met haar twee kinderen naar Nederland. Van Fatimah H. is de Nederlandse nationaliteit ingetrokken. Ze is nu alleen nog Marokkaanse.

Turkije heeft twee redenen genoemd waarom zij desondanks naar Nederland is gestuurd. Het land zegt onvoldoende uitleveringsafspraken te hebben met Marokko. En Turkije zegt dat zij ooit wel Nederlandse was, en dat Nederland er zelf voor heeft gekozen die nationaliteit af te pakken.

“Dit geeft allemaal aan dat het een heftige problematiek is”, zegt Grapperhaus. “De Turken zeggen dat zij te maken hebben met IS’ers uit veel landen met veel verschillende nationaliteiten.”

Vervolgen

Beide vrouwen zitten vast. Fatimah H. als ongewenst vreemdeling. Het Openbaar Ministerie gaat hen vervolgen. Als de Marokkaanse vrouw wordt veroordeeld zit ze in Nederland haar straf uit en wordt dan uitgezet naar Marokko, is het plan. Of die uitzetting naar Marokko ook gaat lukken is onduidelijk. Grapperhaus wil daar niet op vooruitlopen.

Hij is toch optimistisch over de toekomstige samenwerking met Turkije. Er zijn nog een paar IS’ers in Turkije waar Nederland de nationaliteit van heeft ingetrokken, maar de minister heeft geen aanwijzingen dat zij binnenkort ook op het vliegtuig worden gezet. Voor Nederlandse IS’ers geldt dat als Turkije hen niet wil vervolgen, ze dan worden geaccepteerd door Nederland.

Bekijk ook;

Een foto uit een kamp in al-Hol in Noordoost-Syrië AFP

IS-vrouwen en kinderen terug in Nederland, wat gebeurt er met ze?

NOS 20.11.2019 Dat IS-vrouwen vanuit Turkije terug naar Nederland konden komen, was voor de Nederlandse instanties geen verrassing. Ze treffen al een tijd lang voorbereidingen om zo’n terugkeer zo goed mogelijk te regelen. Gisteren gebeurde het; Turkije zette twee IS-vrouwen en twee kinderen op het vliegtuig naar Schiphol.

Als het telefoontje uit Ankara komt, weten alle betrokkenen wat er moet gebeuren. Terwijl de vrouwen en kinderen in het vliegtuig zitten, bepaalt de kinderrechter dat de kinderen worden toegewezen aan Jeugdbescherming. De ouder wordt op dat moment geschorst van het ouderlijk gezag.

Medewerkers van de Raad voor de Kinderbescherming staan op Schiphol te wachten om alles in goede banen te leiden. De moeder moet na aankomst meteen afscheid nemen van haar kinderen.

Gisteravond gebeurde dit bij de 23-jarige Fatimah H. uit Tilburg. Haar kinderen van 3 en 4 werden overgedragen aan een voogd van Jeugdbescherming, terwijl zij in hechtenis werd genomen. De voogd neemt vanaf dat moment alle beslissingen.

Berecht in Nederland

De afgelopen jaren meldden zich zo’n tien Syriëgangers bij een Nederlandse diplomatieke post in Turkije. In alle gevallen werden ze door Turkije aan Nederland overgedragen, om vervolgens in Nederland te worden berecht.

Met H. is vooraf afgesproken wat haar op Schiphol te wachten staat. Haar wordt geadviseerd om aan de kinderen te laten merken dat ze het goed vindt dat ze met de Kinderbescherming meegaan. Zo is een mogelijk trauma het minst hevig voor het kind, is de gedachte.

Vanaf Schiphol rijdt gespecialiseerd personeel met de kinderen naar een opvanggezin. Dit is de eerste, tijdelijke, opvang. In de eerste drie maanden worden de kinderen vaak onderzocht; onder anderen een radicaliseringsdeskundige en een psychiater gaan met ze in gesprek.

Er wordt van uitgegaan dat de kinderen getraumatiseerd zijn. De voogd van Jeugdbescherming heeft daarom veel contact met de kinderen en het opvanggezin.

Terwijl de kinderen worden opgevangen in het pleeggezin, gaat de moeder de Penitentiaire Inrichting Vught of gevangenis De Schie in Rotterdam. Daar zijn de enige zogenoemde Terroristenafdelingen van Nederland. Ze wordt daar vastgezet en extra beveiligd binnen een speciaal programma, om haar ideologisch te beperken.

Vrijdag wordt ze in Rotterdam voorgeleid aan de rechter-commissaris in Rotterdam. Die bepaalt of hij het voorarrest met 14 dagen verlengt.

Fatima H. had zich eind oktober gemeld bij de Nederlandse ambassade in Ankara. Ook de 25-jarige Xaviera S. zat op de vlucht. Zij is in in 2014 naar Syrië gereisd. Ook S. is vastgezet in een van de penitentiaire inrichtingen en wacht vervolging.

De straf die H. boven het hoofd hangt, is afhankelijk van de verdenking en het bewijsmateriaal. Het Openbaar Ministerie zegt er al zeker van te zijn dat ze na 2015, toen het kalifaat werd uitgeroepen, naar Syrië is gereisd. Ze wordt daarom verdacht van “deelname aan een terroristische organisatie”.

De straf die daar in Nederland op staat is zes jaar cel. Ook als de vrouwen zich erop beroepen dat ze alleen voor hun man en kinderen zorgden, kunnen ze bestraft worden. In eerdere zaken is dat al gebeurd.

Volgens het OM hoeft een verdachte geen oorlogsmisdaden te plegen om berecht te worden. De vrouw heeft het voortbestaan van IS met haar daden verlengd, is de argumentatie. Dat is voldoende om een straf opgelegd te krijgen.

De straf van zes jaar staat los van wat iemand verder gedaan heeft. Mocht iemand bijvoorbeeld iemand hebben vermoord, dan is er een levenslange celstraf mogelijk, maar zoiets is in Nederland nog niet voorgekomen.

Komen er nog meer IS-vrouwen naar Nederland?

Zeker is dat er nog groepen IS-vrouwen en -strijders in het buitenland zitten. Ze bevinden zich met name in Syrië, Turkije en Irak. Volgens de AIVD zijn er uit Nederland de afgelopen jaren in totaal ongeveer 300 mensen met “jihadistische intentie” afgereisd naar Syrië en Irak. Een derde van hen is vrouw.

Op dit moment zitten er 95 kinderen, 35 vrouwen en 15 mannen met de Nederlandse nationaliteit in Syrische kampen. Volgens de AIVD zijn er nog 20 volwassenen en 30 kinderen in Turkije. Slechts een aantal van hen zit vast en zou dus nog kunnen worden uitgezet.

Concrete plannen om deze mensen terug te laten keren zijn er nu niet. Wel bepaalde een rechter vorige week dat Nederland zich moet inspannen om 56 IS-kinderen zo snel mogelijk op te halen uit detentiekampen in het noordoosten van Syrië. Politiek is over het onderwerp veel discussie; vrijdag dient daarom een door het kabinet aangespannen hoger beroep.

Bekijk ook;

Hoe Fatima H. zonder Nederlands paspoort toch naar Nederland kwam

MSN 20.11.2019 Turkije heeft gisteravond twee IS-vrouwen en hun kinderen naar Nederland gestuurd. Eén van de twee, Fatima H. , heeft alleen de Marokkaanse nationaliteit, nadat recent haar Nederlandse nationaliteit werd afgenomen. Nederland zou er alles aan hebben gedaan om te voorkomen dat ze naar Nederland zou komen. Tevergeefs.

30 oktober melden zich twee IS-vrouwen met hun kinderen op de Nederlandse ambassade in Ankara. Ze zijn ontsnapt uit een opvangkamp in Noord-Syrië. Eén van hen is de 23-jarige Fatima H. Minister Grapperhaus van Justitie heeft toevallig die dag ook bekendgemaakt de nationaliteit van Fatima H. in te trekken vanwege haar betrokkenheid bij terroristische activiteiten als IS’er.

Nederland zit met Fatima H. in haar maag. Ze is geen Nederlands staatsburger meer en zal daarom ook niet door Nederland worden teruggenomen. Ze heeft alleen nog de Marokkaanse nationaliteit.

Lees ook:

Dit zijn de twee teruggekeerde IS-vrouwen: ‘Bewijs gruwelijkheden lastig te vinden’

Vanaf eind oktober is er contact met Turkije. Beide landen, Turkije en Nederland, houden contact over eventuele terugkeer. Ondertussen begint Turkije langzaam duidelijk te maken aan andere landen dat het heel veel meer IS’ers zal terugsturen naar de landen waar ze oorspronkelijk vandaag komen.

In Nederland berecht

Het kabinet geeft aan dat een andere IS-vrouw, de 25-jarige Xaviera S., wel naar Nederland kan komen. “Dat is staand Nederlands beleid”, zegt Grapperhaus vandaag. “IS’ers die zich in Turkije melden bij de Nederlandse ambassade of consulaat, worden geholpen om terug naar Nederland te gaan.” In Nederland worden ze dan berecht voor hun terroristische activiteiten.

Maar het probleem voor Nederland zit bij Fatima H., die niet langer de Nederlandse nationaliteit heeft. “Daar heb ik met mijn Turkse collega uitgebreid contact over gehad”, zegt Grapperhaus. Hij belt twee keer met de Turkse minister van Binnenlandse Zaken. Het eerste telefonische gesprek vindt plaats op dinsdag 5 november. “Ik heb de Turken aangegeven dat die dame alleen Marokkaans is en dus naar Marokko moet worden uitgezet.”

NCTV naar Turkije

Om zijn punt kracht bij te zetten, stuurt hij donderdag 7 november een delegatie van de Nationaal Coördinator Terrorisme en Veiligheid naar de Turkse hoofdstad Ankara voor overleg met de verantwoordelijke bewindspersoon. Om de druk op Turkije zoveel mogelijk op te voeren om de vrouw niet naar Nederland te sturen, zit bij het overleg volgens bronnen ook een ambtenaar van het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken.

Lees ook:

Door Turkije teruggestuurde IS-vrouwen en kinderen aangekomen in Nederland

De dag erna, op vrijdag 8 november, maakt de Turkse minister van Binnenlandse Zaken bekend dat Turkije alle IS’ers die in Syrië en Irak hebben gezeten en zich nu in Turkije bevinden, terugstuurt naar de Europese landen van herkomst. Dat gaat Turkije doen vanaf maandag 11 november.

Vreemdelingendetentie

Die dag belt Grapperhaus voor de tweede keer met de Turkse minister. Het leidt tot niets. Ingewijden benadrukken dat geen sprake is van een hoogoplopende ruzie of een diplomatieke crisis. Dat is bewust, de verhoudingen tussen beide landen zijn pas net weer een beetje hersteld, na een langdurige verslechtering. Een escalatie is niet in het belang van Nederland.

Al het overleg ten spijt zet Turkije beide vrouwen en hun kinderen dinsdagavond 19 november op het vliegtuig. Kort na 21.00 uur landen ze op Schiphol. De vrouwen worden aangehouden. De kinderen zijn ondergebracht bij de Raad voor de Kinderbescherming. Fatima H. komt in vreemdelingendetentie te zitten. Daarmee is ze officieel niet in Nederland. Ze is er wel, maar ze is er niet, zegt een ingewijde over de uitkomst van de politieke patstelling.

Eerst straf, dan naar Marokko

Fatima H. en Xaviera S. worden door het Openbaar Ministerie vervolgd voor terrorisme. Als ze worden veroordeeld zitten ze hier hun straf uit. De Marokkaanse vrouw wordt na haar eventuele gevangenisstraf uitgezet naar Marokko.

“Ze is hierheen gestuurd. Dat is natuurlijk teleurstellend”, zegt Grapperhaus. “Ze is in vreemdelingenbewaring gesteld en niet tot Nederland toegelaten. Ze zal in Nederland vervolgd worden. Het uitgangspunt is dat ze, als ze wordt berecht, hier haar straf uitzit en daarna aan Marokko wordt uitgeleverd.”

Lees ook:

Nederlandse IS-vrouwen met kinderen willen terug na ontsnapping uit kamp

RTL Nieuws; Ferdinand Grapperhaus  NCTV  Islamitische Staat  Burgeroorlog Syrië  Turkije  Syrië  Irak

Xaviera S. uit Apeldoorn werd bij een huwelijksbureau in het kalifaat besteld door de radicale Algerijn Dadi M. Ⓒ AFP

Teruggekeerde IS-bruiden zijn Xaviera en Fatima

Telegraaf 20.11.2019 IS-vrouwen Fatima en Xaviera zijn in Nederland om te worden berecht voor terrorisme. Wie zijn deze dames uit Tilburg en Apeldoorn?

Fatima H. uit Tilburg is morgen jarig, maar veel reden tot feest is er niet. Ze moet naar de terroristenafdeling van de gevangenis, haar Nederlandse paspoort is afgepakt en zelfs haar moeder en nichtje staan terecht omdat ze haar geld hadden opgestuurd toen ze nog in Syrië zat.

Volgens Belgische media is ze getrouwd geweest met de beruchte Vlaamse jihadist Ali El Morabit. Hij radicaliseerde in de kweekvijver voor fanatisme Sharia4Belgium voor hij naar Syrië vertrok. Bij verstek werd hij veroordeeld tot vijf jaar celstraf. Hij zou ook de vader van haar twee kinderen (circa 2 en 3 jaar oud) zijn, die ook zijn teruggevlogen naar Nederland.

Fatima meldde zich op eind vorige maand bij de Nederlandse ambassade in Ankara. Diezelfde dag werd haar de Nederlandse nationaliteit afgenomen en werd ze tot ongewenst vreemdeling verklaard. Minister Grapperhaus schrijft aan de Tweede Kamer dat het kabinet betreurt dat Turkije haar en de kinderen desondanks toch naar Nederland heeft gestuurd.

Haar Tilburgse moeder en haar nichtje moesten zich eerder deze maand in de Rotterdamse rechtbank verdedigen omdat ze 2900 euro naar Syrië hadden gestuurd via een ‘IS-bankier’. Fatima had hen daarom gevraagd met het bericht: ‘Mama, ik ben zwanger. Stuur alsjeblieft geld.’ Fatima H. zou moeten getuigen in de zaak tegen haar familieleden.

Wanneer ze op enig moment een in Nederland opgelegde straf heeft uitgezeten zal Fatima H. worden uitgezet naar Marokko.

Xaviera

De tweede dame die onder begeleiding van de marechaussee is teruggevlogen naar Nederland en de terroristenafdeling in Vught is Xaviera S. uit Apeldoorn. Deze Antilliaans-Nederlandse heeft haar paspoort nog wel. Ze is in Turkije berecht voor lidmaatschap van IS maar na een korte straf vrijgelaten.

Omdat ze in Turkije haar straf heeft uitgezeten voor lidmaatschap van een terroristische organisatie, kan het voor justitie in Nederland lastig worden om haar hier nog lang achter de tralies te houden.

Xaviera radicaliseerde een aantal jaar geleden binnen korte tijd. Het ene moment rookte ze nog een blowtje en zat ze aan de alcohol, het andere moment vertrok ze naar het kalifaat van IS.

Zij groeide op als een moeilijk meisje en werd zeer vroeg zwanger. Van haar studie op het Sprengeloo College kwam weinig terecht, van haar vijftiende tot haar achttiende zwierf ze met haar kind van onderkomen naar opvanghuis.

Toen ze zich tot de islam bekeerde, kwam ze even in rustiger vaarwater. Maar toen was ze plots verdwenen. Vanuit het kalifaat was ze actief op sociale media. Ze bedreigde columnist Ebru Umar met de dood, stuurde foto’s van kalasjnikovs en bejubelde terroristische aanslagen en onthoofdingen.

Ook schreef ze aan schrijfster Brenda Stoter Boscolo dat ze met haar AK-47 naar haar toe wilde komen en dat ze ’maar al te graag haar kop zou laten rollen’. ,,Ja, dit is een dreigement, lelijke nakomeling van apen en zwijnen.’’

De Apeldoornse is in Turkije wreed gescheiden van haar radicale echtgenoot. Die heet Dadi M., een Algerijn uit Eindhoven. Ook hij zat korte tijd in de cel voordat de Turken hem op straat zetten. Nederland heeft hem tot ongewenst vreemdeling verklaard en Xaviera mag waarschijnlijk Algerije niet in, dus de kans dat het paar elkaar nog in de armen sluit, lijkt klein.

Ook hun eerste ontmoeting moet weinig romantisch zijn verlopen. Dadi bestelde haar bij een huwelijksbureau in het kalifaat. Dat koppelde weduwen of net gearriveerde vrouwen aan een nieuwe echtgenoot. IS-strijders konden opgeven wat voor soort bruid ze verlangden, waarna ze een vrouw naar keuze konden afhalen. Dat werd Xaviera.

Xaviera lijkt in fanatisme weinig onder te doen voor haar man, maar die stond wel al langer op de radar. Al in 2002 was hij in beeld als ronselaar voor de taliban in Afghanistan. Hij reisde naar Iran in een poging dat land te bereiken maar dat mislukte.

Bekijk meer van; terrorisme islam familie rechterlijke macht conflicten, oorlog en vrede Xaviera Hollander Fatima H. Nederland Syrië Turkije

Dit zijn de twee teruggekeerde IS-vrouwen: ‘Bewijs gruwelijkheden lastig te vinden’

MSN 20.11.2019 Turkije heeft twee IS-vrouwen teruggestuurd naar Nederland. De 25-jarige Xaviera S. uit Apeldoorn was een bekeerlinge die razendsnel radicaliseerde en zonder haar kind naar Syrië afreisde. De 23-jarige Fatima H. uit Tilburg kreeg in het kalifaat twee kinderen met een belangrijke IS-strijder uit België.

De Antilliaans-Nederlandse Xaviera S. reisde in 2013 af naar Syrië. Vlak voor haar vertrek schreef ze op Facebook hoe blij ze was dat ze naar het kalifaat ging.

“Ik wou een doel hebben in mijn leven, mij gelukkig voelen. Ik zag zusters lopen met een ghimaar (halflange hoofddoek, red.) en het eerste wat ik zei was: ‘Mashallah, zo hoor ik er ook bij te lopen, dit is hoe ik moet leven.”

Bekeerling

Xaviera had een moeilijke jeugd. Ze kreeg op haar zestiende een kind, volgde een zorgopleiding, maar werd meerdere keren van school gestuurd. In de zomer van 2012 belandde Xaviera met haar kindje op straat. Ze zwierf van opvang naar opvang. Het ging steeds slechter met haar. Op Facebook schrijft ze daarover: “Ik begon te blowen, te drinken en ging veel uit.” Daarna bekeerde ze met hulp van haar tante en vond zingeving in de islam.

Xaviera vertrok zonder haar kindje naar het kalifaat. Van daaruit was ze actief op sociale media. Ze verscheen meerdere keren met kalasjnikovs op straat. Daar zijn ook foto’s van. Volgens de verhalen trouwde ze daar met een Nederlandse IS-strijder die later nog twee of drie vrouwen erbij kreeg.

Fatima H.

Naast Xaviera werd ook Fatima H. maandag door Turkije teruggestuurd naar Nederland. Van haar is bekend dat ze kinderen heeft van 2 en 3 jaar. Die zijn in Syrië geboren en hebben vermoedelijk geen geldige geboortebewijzen. De moslima komt uit Tilburg. Wanneer Fatima naar IS-gebied is gegaan, is niet bekend.

De 23-jarige Fatima zou met een Belgische jihadist zijn getrouwd. Hij is waarschijnlijk ook de vader van haar kinderen. Hij had een hoge functie bij een drone-eenheid bij IS.

Fatima ontsnapte vorige maand uit het Syrische opvangkamp Al-Hol. Op 30 oktober meldde ze zich op de Nederlandse ambassade in Ankara en vroeg om hulp van de ambassade om terug te keren naar Nederland. Turkije zette Fatima H. uit naar Nederland, samen met haar twee kinderen.

Kritisch uitlaten

Journalist Brenda Stoter doet al jarenlang onderzoek naar IS-vrouwen die naar het kalifaat gingen. Ze reisde zelf veel door het Midden-Oosten en bezocht vele vluchtelingenkampen. Ze kent veel verhalen achter de Nederlandse IS-vrouwen.

© Aangeboden door RTL Nederland

“Deze vrouwen zijn niet naïef. Ze wisten heel goed waarom ze naar Syrië afreisden”, zegt Stoter. Xaviera bedreigde haar na kritische berichtgeving. Ze stuurde haar een foto van een kalasjnikov en schreef daarbij dat ze ‘haar hoofd maar al te graag (zou) willen laten rollen’.

Zingeving

Volgens Stoter zijn het vaak bekeerlingen, zoals Xaviera, die naar IS-gebied trokken. “Vaak hebben deze meiden een problematisch verleden en zijn ze een zoektocht gestart. Ze zoeken naar zingeving.”

“De meeste vrouwen winnen online informatie in over het kalifaat. Ze zoeken via platforms en Facebookpagina’s naar informatie. Daar wisselen ze ook verhalen uit. Vrouwen in het kalifaat delen op die online platforms ook hun verhalen. Dat het zo geweldig is. Via via worden vrouwen uitgenodigd om naar Syrië te komen”, zegt Stoter die zelf ook infiltreerde in online platforms.

De islam geeft de vrouwen een nieuwe toekomst en houvast, zegt Stoter. “De islam biedt duidelijke kaders en regels. Daar hebben deze vrouwen behoefte aan. En de islam biedt de mogelijkheid om opnieuw geboren te worden: je het oude leven achter je te laten en een nieuw leven te starten.”

© Aangeboden door RTL Nederland

‘Ze wisten van de onthoofdingen’

Precieze cijfers zijn er niet, maar waarschijnlijk zijn er ruim 100 Nederlandse (jonge) vrouwen naar IS-gebied getrokken. Sommigen gingen alleen, anderen met hun man en kinderen. Ze kwamen vaak in Raqqa terecht; de hoofdstad van IS.

“Eind 2013 zag je dat veel vrouwen er alleen heen gingen om daar een man te zoeken. Ze gingen in Syrië het huishouden runnen of lesgeven aan kinderen. De vrouwen hielpen mee het systeem in stand te houden.”

Gruwelijkheden

Of ze deelnamen aan de gruwelijkheden?  “Er zijn zeker vrouwen die zich daaraan schuldig hebben gemaakt, maar bewijs daarvoor is vaak lastig te vinden. Maar de vrouwen zijn niet met een naïeve reden daar naar toe gegaan. Ze wisten van de onthoofdingen, slavernij en verkrachtingen. Overwinningen van IS werden door de vrouwen gedeeld.”

Stoter sprak ook veel jezidi’s. In 2014 en 2015 is deze bevolkingsgroep door IS aangevallen, vermoord of als slaven verkocht. “Ik sprak veel jezidi’s die door IS-vrouwen zijn mishandeld, verkracht of als slaaf misbruikt. De jezidi’s noemden de IS-vrouwen barbaarser dan de IS-mannen.”

Weinig bijstand

De vrouwen worden vrijdag voorgeleid aan de rechter-commissaris in Rotterdam. De in Tilburg geboren Fatima H. hoeft in Nederland op weinig bijstand te rekenen. De overheid heeft haar Nederlandse nationaliteit afgenomen omdat ze betrokken was bij een terreurorganisatie.

Ze heeft wel nog wel de Marokkaanse nationaliteit. Na vervolging en berechting wil het kabinet de vrouw uitzetten naar het land van haar tweede nationaliteit: Marokko.

Fatima is nu gedwongen gescheiden van haar twee kinderen. De Raad voor Kinderbescherming heeft zich ontfermd over haar twee kinderen die bij een gezinsvoogd gaan wonen.

In de cel

Xaviera S. heeft nog wel de Nederlandse nationaliteit. Zij wordt in het geval van een veroordeling niet het land uitgezet.

Hoe haal je 56 Nederlandse kinderen veilig op uit Syrië? Een verkenning van de mogelijke routes

Trouw 20.11.2019 Nederland heeft steeds gezegd dat het te onveilig is om kinderen van IS-vrouwen op te halen uit de kampen in Syrië. Ter plekke lijken toch verschillende scenario’s mogelijk.

De rechter bepaalde onlangs dat Nederland zich in moet spannen om 56 Nederlandse kinderen van IS-vrouwen op te halen uit Noordoost-Syrië. Ook de moeders zal Nederland moeten opnemen als de Syrische Koerden de kinderen anders niet laten gaan. Veel te gevaarlijk, vindt Den Haag, dat tegen het vonnis in beroep is gegaan. Maar hoe groot zijn de risico’s eigenlijk? Een verkenning van mogelijke routes.

Over de weg van de kampen naar Irak

Ook al zijn de Turken in oktober Noordoost-Syrië binnengevallen, de kampen waar de kinderen en vrouwen zitten, zijn over de weg nog bereikbaar. Het strijdgebied is ver van de kampen: zeker anderhalf uur rijden van Al-Hol (het grootste en meest zuidelijk gelegen kamp) en bijna drie uur van Al-Roj (dat noordoostelijker ligt). Journalisten en hulpverleners uit allerlei landen begeven zich op alle routes naar de kampen, zonder militaire begeleiding.

Een bus met vrouwen en kinderen valt natuurlijk wel meer op. Maar vooralsnog zijn de grensovergangen met Irak nog steeds in handen van gewapende Koerden, weliswaar allemaal met verschillende petten op. De door de Turken gehate Koerdische SDF mag zich weliswaar niet meer binnen dertig kilometer van de Turkse grens bevinden, maar kamp Al-Hol ligt daarbuiten. De Koerden zullen geneigd zijn de Nederlanders te helpen bij het transport.

Zij zijn blij als die kampen eindelijk worden leeggehaald. Ze kosten veel geld en bewakers worden er aangevallen. Vervoer vanaf Al-Hol naar Irak zou dan als volgt gaan: het eerste stuk over een weg met checkpoints van de SDF, het laatste stuk langs checkpoints van dienstplichtige Koerden (een militie los van de SDF), samen met Asayish, de Koerdische politie.

Ophalen bij Al-Roj

Als de Nederlanders niet naar Al-Hol willen rijden, omdat er nog wat Arabische dorpen in de buurt zijn waar mogelijk IS-sympathisanten zitten, is er nog een optie: de Koerden vervoeren de vrouwen van Al-Hol naar Al-Roj en Nederland pikt iedereen daar op. Al-Roj ligt in Koerdisch ‘heartland’ en dicht bij een grensovergang naar Irak.

Het is gebied waar weer Amerikaanse patrouilles rijden. Bovendien lijkt het waarschijnlijk dat een ophaalmissie wordt begeleid door Nederlandse militairen. Die zijn sowieso in de buurt: er is nog steeds een Nederlandse trainingsmissie in Irak.

Maar hoe zit het dan met het regeringsleger van Assad dat zich steeds meer laat zien in dit deel van Syrië? Dat leger neemt inderdaad steeds meer plekken in, vooral aan de grens met Turkije en bij het strijdgebied. Maar ze zijn nog ver van deze route.

Op termijn zal de regeringsvlag mogelijk wel weer overal wapperen. En dat zou betekenen dat Nederland niet meer met de Koerden, maar met de Syrische president Assad moet dealen. Assad met wie Nederland alle diplomatieke banden heeft verbroken.

Door de lucht, met Chinook transportvliegtuigen

Al-Hol ligt maar zo’n vijftien kilometer van de Iraakse grens. Met Chinook-transporthelikopters is prima te landen naast het kamp. Het is groot open gebied, wat weinig mogelijkheden biedt voor grondvuur, zoals dat lang een dreiging was bij het vliegveld van Bagdad.

Mocht het door geld en onderdelentekorten geplaagde Nederlandse leger zelf geen Chinooks kunnen regelen, dan zijn er altijd nog de Amerikanen die daarbij hulp hebben aangeboden. Zij hebben al andere landen, zoals Kosovo, geholpen hun eigen mensen terug te halen.

Vraag het de Nederlandse ambtenaren

Dat het niet zo moeilijk is om de kampen te bereiken weet de Nederlandse staat overigens al lang. Zowel Al-Hol als Al-Roj is in het afgelopen jaar met regelmaat bezocht door leden van een Nederlandse inlichtingendienst die de vrouwen uitgebreid hebben verhoord. Interessant zou zijn om van die Nederlandse ambtenaren te horen welke route zij in Syrië hebben afgelegd en door wie ze daarbij zijn begeleid.

Lees ook:

Wie de macht heeft in Noord-Syrië? Niemand die het nog weet

In Noord-Syrië is het chaos troef. Militairen van allerlei pluimage bewegen er door elkaar heen. ‘In de kern hebben we hier vrede nodig.’

Meer over; conflicten, oorlog en vrede Nederland gewapend conflict Al-Hol Irak Al-Roj Hans Jaap Melissen

Door Turkije teruggestuurde IS-vrouwen en kinderen komen aan in Nederland

MSN 19.11.2019Twee IS-vrouwen zijn vanuit Turkije teruggestuurd naar Nederland. Ze zijn vanavond geland. Een van de vrouwen heeft de Nederlandse nationaliteit, van de ander is de nationaliteit afgepakt. Ook de twee kinderen van de tweede vrouw zijn in Nederland aangekomen.

Een van de vrouwen had zich eind oktober bij de ambassade in Ankara gemeld met het verzoek om hulp om naar Nederland terug te keren. Haar Nederlandse paspoort is echter afgenomen en ze is hier ongewenst verklaard.

Toegang geweigerd

Minister Ferd Grapperhaus van Justitie en Veiligheid schrijft aan de Tweede Kamer dat hij hier meerdere keren met de minister van Binnenlandse Zaken van Turkije over heeft gesproken. Het kabinet betreurt het dat de vrouw toch naar Nederland is gestuurd.

De 25-jarige vrouw is bij aankomst in Nederland de toegang geweigerd. Ze is vastgezet en zal worden vervolgd voor deelneming aan een terroristische organisatie. Daarna wil Nederland haar uitzetten naar Marokko, het land waar ze wel een paspoort van heeft. Haar kinderen van 3 en 4 jaar oud zijn overgedragen aan de Kinderbescherming.

Andere vrouw

Naast deze vrouw is ook een 23-jarige vrouw naar Nederland uitgezet die sinds januari 2018 in Turkije in vreemdelingendetentie zat. Zij heeft wel de Nederlandse nationaliteit. Ook zij is aangehouden op verdenking van deelneming aan een terroristische organisatie en zal hier worden vervolgd en berecht.

Twee door Turkije teruggestuurde IS-vrouwen opgepakt op Schiphol

NU 19.11.2019 Twee vrouwen die zich in het strijdgebied van IS in Syrië bevonden en later vastzaten in Turkije, zijn het land uitgezet en dinsdagavond na aankomst op Schiphol aangehouden, meldt het Openbaar Ministerie (OM).

De vrouwen worden verdacht van deelname aan een terroristische organisatie. Het gaat om een vrouw van 23 jaar en een van 25 jaar met twee kinderen. De kinderen zijn drie en vier jaar oud.

De vrouwen zijn door Turkije op het vliegtuig naar Nederland gezet. De 25-jarige vrouw had zich eind oktober gemeld bij de Nederlandse ambassade in Ankara. De andere vrouw zat sinds januari 2018 al vast in Turkije.

Hoewel het Nederlanderschap van een van de vrouwen was ingetrokken, is zij toch door de Turkse autoriteiten naar Nederland gestuurd. In een Kamerbrief zegt het kabinet het te betreuren dat Turkije haar alsnog heeft teruggestuurd. Het kabinet wil dat ze na vervolging, berechting en een eventuele detentieperiode wordt uitgezet naar Marokko.

Beide vrouwen worden vrijdag voorgeleid aan de rechter-commissaris in Rotterdam. De kinderen zijn overgedragen aan de Raad voor de Kinderbescherming.

Turkije wil meeste IS-strijders voor einde jaar terugsturen

Turkije is vorige week begonnen met het terugsturen van gevangenen IS-strijders naar hun thuisland. Het is nog onduidelijk om hoeveel gevangen het precies gaat.

Toch zegt Ankara dinsdag te denken voor het einde van het jaar de meeste IS-strijders terug te hebben gestuurd naar hun thuisland. Daarbij gaat het ook om gevangenen wiens nationaliteit al is ingetrokken. “Ze hebben niet het recht om burgers hun nationaliteit te ontnemen”, aldus de Turkse minister van Binnenlandse zaken Süleyman Soylu.

Behalve de Nederlandse vrouwen heeft Turkije tot nu toe tien Duitsers, een Amerikaan en een Brit teruggestuurd.

Lees meer over: Syriëgangers  Binnenland

Vrouw in Koerdisch kamp in Noord-Syrië waar familie van IS-strijders worden vastgehouden (archief) AFP

Turkije stuurt twee IS-vrouwen terug naar Nederland

NOS 19.11.2019 Turkije heeft twee IS-vrouwen teruggestuurd naar Nederland. Ze zijn na aankomst op Schiphol door de marechaussee aangehouden en overgedragen aan de politie. Ze worden verdacht van het deelnemen aan een terroristische organisatie. Een van de twee vrouwen is haar Nederlandse nationaliteit ontnomen.

Het gaat om een vrouw van 23 en een van 25 jaar met twee kinderen van 3 en 4 jaar. De 25-jarige vrouw had zich eind oktober gemeld bij de Nederlandse ambassade in Ankara. De andere vrouw is in januari 2018 aangehouden in Turkije.

Het kabinet had aan Turkije laten weten dat de vrouw van wie het Nederlanderschap is ingetrokken tot ongewenste vreemdeling is verklaard en daarom niet naar Nederland zou moeten worden uitgezet, maar Turkije deed dat toch.

Deze vrouw is op Schiphol de toegang tot Nederland geweigerd en vervolgens aangehouden. Na vervolging en berechting wil het kabinet de vrouw uitzetten naar het land van haar tweede nationaliteit: Marokko. De kinderen van de vrouw zijn overgedragen aan de Raad voor de Kinderbescherming.

Beide vrouwen worden vrijdag voorgeleid aan de rechter-commissaris in Rotterdam.

Bekijk ook;

Twee IS-vrouwen terug in Nederland met kinderen

Telegraaf 19.11.2019 Turkije heeft twee IS-vrouwen naar Nederland teruggestuurd. Ze zijn dinsdagavond aangekomen op Schiphol en meteen aangehouden. Een van de vrouwen had ook twee kinderen bij zich.

Van die vrouw, Fatima H. uit Tilburg, is onlangs de Nederlandse nationaliteit afgenomen en ze is tot ongewenst vreemdeling verklaard. Minister Grapperhaus schrijft aan de Tweede Kamer dat het kabinet betreurt dat Turkije haar en de kinderen desondanks toch naar Nederland heeft gestuurd.

Bij aankomst op Schiphol is de vrouw meteen opgepakt door de Koninklijke Marechaussee. Ze wordt hier vervolgd, berecht en na een eventuele gevangenisstraf uitgezet naar Marokko, het land van haar andere nationaliteit. De kinderen, 3 en 4 jaar oud, zijn overgedragen aan de kinderbescherming.

Terroristische organisatie

Met dezelfde vlucht is ook nog een andere vrouw teruggekeerd naar Nederland. Zij heeft wel een Nederlands paspoort en is onder begeleiding van de marechaussee naar Nederland gekomen. Ook deze vrouw is aangehouden en wordt nu in Nederland vervolgd.

Het Openbaar Ministerie meldt in een bericht dat de vrouwen worden verdacht van deelneming aan een terroristische organisatie.

De vrouwelijke Syriëgangers waren met hun kinderen ontsnapt uit een gevangenkamp in Syrië. Nog voor de Turkse inval in Noord-Syrië, wisten de vrouwen met hun kinderen te ontsnappen uit het door Koerdische strijders gerunde gevangenenkamp Al Hol.

Grapperhaus meldde eind oktober al aan de Kamer dat de twee vrouwen zich hadden gemeld bij de Nederlandse ambassade in Turkije. Het was niet voor het eerst dat dat gebeurt. Nederland heeft afspraken met Turkije dat IS-vrouwen en hun kinderen in overleg teruggestuurd kunnen worden.

Bekijk meer van; terreurdaad samenleving terrorisme Amsterdam Syrië Islamitische Staat

Twee IS-vrouwen teruggekeerd in Nederland en aangehouden

AD 19.11.2019 Twee door Turkije teruggestuurde vrouwelijke Syriëgangers zijn met hun kinderen in Nederland aangekomen. De vrouwen zijn op Schiphol direct aangehouden. Dat meldt het Openbaar Ministerie.

Het gaat om vrouwen van 23 en 25 jaar oud en twee kinderen van 3 en 4 jaar oud. De vrouwen worden verdacht van deelneming aan een terroristische organisatie. De Koninklijke Marechaussee hield de vrouwen aan en heeft hen overgedragen aan de politie. De kinderen zijn overgedragen aan de Kinderbescherming.

De 25-jarige vrouw heeft zich eind oktober gemeld bij de Nederlandse ambassade in Ankara. De andere vrouw is in januari 2018 aangehouden in Turkije. De vrouwen worden vrijdag voorgeleid aan de rechter-commissaris in Rotterdam.

Terugsturen

Turkije is deze week begonnen met het terugsturen van opgepakte strijders van Islamitische Staat (IS) naar hun land van herkomst. Het gaat om IS-strijders die Turkije eerder heeft opgepakt in Noord-Syrië tijdens de militaire operatie daar.

Minister Suleyman Soylu meldde begin deze maand al dat Ankara de strijders wilde terugsturen, maar gaf toen geen termijn. De Turkse regering ergert zich aan de passiviteit van Europese landen bij het terughalen van Syriëgangers.

Door Turkije teruggestuurde IS-vrouwen en kinderen komen aan in Nederland

RTL 19.11.2019 Twee IS-vrouwen zijn vanuit Turkije teruggestuurd naar Nederland. Ze zijn vanavond geland. Een van de vrouwen heeft de Nederlandse nationaliteit, van de ander is de nationaliteit afgepakt. Ook de twee kinderen van de tweede vrouw zijn in Nederland aangekomen.

Een van de vrouwen had zich eind oktober bij de ambassade in Ankara gemeld met het verzoek om hulp om naar Nederland terug te keren. Haar Nederlandse paspoort is echter afgenomen en ze is hier ongewenst verklaard.

Lees ook:

Turkije bedankt Nederland voor terugnemen IS’ers

Toegang geweigerd

Minister Ferd Grapperhaus van Justitie en Veiligheid schrijft aan de Tweede Kamer dat hij hier meerdere keren met de minister van Binnenlandse Zaken van Turkije over heeft gesproken. Het kabinet betreurt het dat de vrouw toch naar Nederland is gestuurd.

De 25-jarige vrouw is bij aankomst in Nederland de toegang geweigerd. Ze is vastgezet en zal worden vervolgd voor deelneming aan een terroristische organisatie. Daarna wil Nederland haar uitzetten naar Marokko, het land waar ze wel een paspoort van heeft. Haar kinderen van 3 en 4 jaar oud zijn overgedragen aan de Kinderbescherming.

Andere vrouw

Naast deze vrouw is ook een 23-jarige vrouw naar Nederland uitgezet die sinds januari 2018 in Turkije in vreemdelingendetentie zat. Zij heeft wel de Nederlandse nationaliteit. Ook zij is aangehouden op verdenking van deelneming aan een terroristische organisatie en zal hier worden vervolgd en berecht.

Lees ook:

Staat moet kinderen van IS-vrouwen terughalen uit Syrië

RTL Nieuws; Recep Tayyip Erdogan  Islamitische Staat  Turkije  Nederland

Blok: Banden aanhalen met Al Assad maakt Nederland ongeloofwaardig

NU 14.11.2019 Het CDA-voorstel om de diplomatieke banden met de Syrische dictator Bashar Al Assad aan te halen maakt het Nederlands mensenrechtenbeleid in het buitenland “ongeloofwaardig” en zal als een beloning worden gezien door dictators en autocratische regimes die hun bevolking onderdrukken. Dat zei minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken) donderdag tijdens een debat in de Tweede Kamer.

“Iedere potentaat en iedere mensenrechtenschender wil horen dat als je maar lang genoeg blijft zitten, de banden weer worden aangehaald. Dat signaal mogen we als Nederland nooit uitzenden”, aldus de bewindsman. “Al Assad verdient geen plek aan de onderhandelingstafel, maar een plek in de beklaagdenbank.”

Nederland heeft in 2012 samen met een groot aantal Europese landen de diplomatieke banden met het regime van Al Assad verbroken. Al Assad wordt verantwoordelijk gehouden voor honderdduizenden doden en miljoenen vluchtelingen als gevolg van de Syrische burgeroorlog die sinds 2011 gaande is.

Nederlandse IS’ers mogelijk in handen van Al Assad

Nadat de Amerikaanse president Donald Trump de troepen uit Syrië trok en Turkije overging tot een militaire inval in Noord-Syrië, zit Al Assad, met de steun van Rusland stevig in het zadel. Omdat er momenteel Nederlandse IS-strijders in gevangenenkampen vastzitten in Syrië, is de mogelijkheid aanwezig dat de Nederlandse uitreizigers in handen vallen van Al Assad.

CDA-Kamerlid Martijn van Helvert vindt dat Nederland op het laagste diplomatieke niveau de banden met Al Assad moet herstellen. Onder meer om te zorgen dat de Nederlandse IS’ers hun straf niet ontlopen.

Wat minister Blok betreft is het uitgesloten dat er met Al Assad onderhandeld zal worden. Met onder meer gifgasaanvallen tegen de eigen bevolking is het volgens Blok geen optie om zijn “gruwelijke misdrijven” te negeren.

Blok bestrijdt het beeld dat Al Assad stevig in het zadel zit. “Zijn positie is wankeler dan wordt aangenomen”, aldus de minister. Hij wijst op de internationale sancties tegen de Syrische leider die zijn bondgenoten Rusland en Iran duidelijk moeten maken dat zij “failliete boedel” steunen.

‘Waarom wel diplomatieke banden met China en Saoedi-Arabië?’

Van Helvert hield de minister voor dat Nederland wel tot op het hoogste diplomatieke niveau banden onderhoudt met China, dat zich met onder andere de onderdrukking van de Oeigoeren ook schuldig maakt aan mensenrechtenschendingen.

Hij kreeg bijval van SP’er Sadet Karabulut die wees op de vriendschappelijke relaties met Saoedi-Arabië dat een bloedige oorlog voert in Jemen waar het aantal dodelijke slachtoffers is opgelopen tot honderdduizend en waar de kroonprins Mohammad Bin Salman verantwoordelijk wordt gehouden voor de moord op de journalist Jamal Kashoggi.

Lees meer over: Syrië Politiek Stef Blok

Blok: Geen plek voor Assad aan onderhandelingstafel

AD 14.11.2019 Het kabinet neemt afstand van het voorstel van het CDA om met de Syrische dictator Bashar al-Assad te gaan praten. ,,Assad verdient geen plaats aan de onderhandelingstafel, maar een plaats in de beklaagdenbank”, stelde minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken. ,,Bij voorkeur van het Internationaal Strafhof in Den Haag.”

Blok reageerde in het debat over de begroting van zijn departement op het pleidooi van CDA-Kamerlid Martijn van Helvert om de diplomatieke banden met het regime Assad aan te halen. Dat is volgens Van Helvert nodig omdat pogingen Assad te verdrijven niet zijn gelukt, maar het kabinet wel IS-strijders in de regio wil berechten. Daarvoor is volgens de CDA’er overleg nodig.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Totaal ongeloofwaardig

Dat wijst Blok af. ,,Als Nederland nu de leiding neemt in het praten Syrië, worden we totaal ongeloofwaardig als pleitbezorger voor mensenrechten.” De VVD-bewindsman wil een door Assad geleid Syrië ook niet accepteren. ,,De onderbouwing van de heer Van Helvert van ‘hij zit er nog dus we moeten ons erbij neerleggen’ is de droom van elke potentaat. Dat signaal mogen we nooit gaan uitzenden als Nederland.”

Daarbij is de positie van Assad volgens Blok ‘wankeler dan wordt gesuggereerd’. ,,Als je zoveel schade hebt aangericht in je eigen land, kun je niet meer op een geloofwaardige manier functioneren.” Hij stelde dat verschillende westerse landen ‘de duimschroeven hebben aangehaald’ door sancties in te stellen. ,,We ook laten aan de bondgenoten van Syrië, zoals Rusland, weten dat ze een failliete boedel steunen.”

Mensenrechten

Van Helvert wierp tegen dat het kabinet wel betrekkingen onderhoudt met China, een land waar ook sprake is van mensenrechtenschendingen. SP-Kamerlid Sadet Karabulut noemde ook Saoedi-Arabië als voorbeeld van een land waar de mensenrechten te wensen overlaten. Met vertegenwoordigers van beide regeringen sprak de Tweede Kamer donderdag nog.

IS-kinderen ophalen? Neem wel de juiste weg!

AD 14.11.2019 De rechter heeft bepaald dat Nederland ‘zijn’ IS-kinderen moet ophalen uit gevangenkampen in Noord-Syrië. Maar kan dat eigenlijk nog wel nu het gebied vanwege de Amerikaanse terugtrekking en Turkse invasie een chaotisch en gevaarlijk gebied is geworden?

© AFP Het klinkt in theorie allemaal zo simpel: even de Nederlandse IS-kinderen en mogelijk ook hun moeders ophalen uit Noord-Syrië. Maar, zoals zo vaak, ligt het in de praktijk een stuk moeilijker en ingewikkelder.

Want sinds begin oktober dit jaar – toen Turkije Noord-Syrië binnenviel nadat president Trump onverwacht Amerikaanse soldaten had teruggetrokken – is het relatief rustige Koerdische noorden van Syrië veranderd in een gevaarlijke en uiterst chaotische regio.

En dat zei de rechter die maandag in kort geding oordeelde dat Nederland de kinderen moet ophalen, er ook bij: ,,Er kan niet van de Staat worden verwacht dat ze grote veiligheidsrisico’s neemt.’’

In Noord-Syrië vechten namelijk nu de volgende partijen: het Turkse leger, pro-Turkse Syrische milities, SDF-Koerden, Amerikanen, het Syrische leger, pro-Assad-milities, het Russische leger en loslopende IS-slaapcellen die aanslagen plegen.

Het probleem voor een mogelijke Nederlandse ophaalmissie is dat het grootste gevangenkamp waar de IS-vrouwen en kinderen zich bevinden, het al-Hawl-kamp, middenin dit woelige gebied ligt. Van de 23 vrouwen en 56 kinderen die meededen aan het kort geding zitten er 16 vrouwen en 41 kinderen in dat kamp. De anderen (7 vrouwen en 15 kinderen) zitten in kamp Al-Roj, dicht tegen de Turkse grens.

Lees ook;

Wat vraag je iemand die de laatste kus van zijn vermoorde vrouw nog op zijn lippen voelt branden?

Lees meer

Rechter: Kinderen van IS-vrouwen moeten worden teruggehaald uit Syrië

Lees meer

Turkije begint maandag met terugsturen IS'ers naar land van herkomst

Lees meer

Britse journalist onthutst na bezoek aan Syrisch vluchtelingenkamp: ‘In Al-Hol wordt een mini-kalifaat gecreëerd’

Britse journalist onthutst na bezoek aan Syrisch vluchtelingenkamp: ‘In Al-Hol wordt een mini-kalifaat gecreëerd’

Lees meer

Ophaalmissie

Als er al een ophaalmissie komt, zal die hoogstwaarschijnlijk worden georganiseerd vanuit het rustige Erbil, in het veilige Koerdische deel van Noord-Irak. Vanuit Erbil is er slechts één mogelijkheid voor de Nederlandse ophaalmissie om het gevaarlijke Noord-Syrië te bereiken. En wel via de strategisch Semalka-grensovergang, de enige werkende grens tussen Iraakse Koerden en Syrische Koerden.

Tot nu toe is de Semalka-grensovergang nog in handen van de SDF, van de Syrische Koerden dus. Maar Turkije ligt op slechts drie kilometer afstand. Als de Turken het willen en een beetje doorrijden, kunnen ze Semalka binnen een halfuur innemen en dus de grens afsluiten.

Zelfde geldt voor het Syrische leger en de Russen. Zij zitten al nabij de stad Al Malikyah (in het Koerdisch: Derik). Ook daarvandaan is het slechts 30 minuten naar de Semalka-grensovergang.

Met andere woorden: Als de Nederlandse ophaalmissie via de Semalka-overgang Noord-Syrië in gaat, bestaat de kans dat de Koerden daarna de controle over de grens verliezen. Dan kan je niet meer terug naar het veilige Noord-Irak en zit de Nederlandse ophaalmissie dus vast in Noord-Syrië.

© EPA Al-Hawl-kamp

CDA wil banden met Al Assad aanhalen, maar Kamer wijst het voorstel af

NU 13.11.2019 CDA-Kamerlid Martijn van Helvert stelt voor dat Nederland de diplomatieke banden met de Syrische president Bashar Al Assad aanhaalt. Volgens Van Helvert is dat nodig om een oplossing te vinden voor de berechting van Nederlandse IS-strijders en de terugkeer van Syriërs die het regime van Al Assad ontvluchtten.

De christelijke partij deed het voorstel woensdag in een debat in de Tweede Kamer, maar vond weinig steun bij zowel de oppositie als de coalitiepartijen.

“Praten met Al Assad kan gezien worden als politiek gezichtsverlies”, aldus Van Helvert. Tegelijkertijd ziet hij dat het de Amerikanen, de Europese partners, maar ook Islamitische Staat niet gelukt is om Al Assad ten val te brengen en dat de Syrische dictator weer stevig in het zadel zit.

De CDA’er schat in dat een toekomst van Syrië met Al Assad zorgt voor de stabiliteit die nodig is om onder meer de Syrische vluchtelingen in Nederland terug te sturen. En nu Irak de berechting van Nederlandse IS-strijders die momenteel in Syrië vastzitten niet ziet zitten, moet de optie dat zij in Syrië berecht worden opgehouden worden.

CDA krijgt kritiek van oppositie en coalitie

De VVD snapt niet waarom Nederland “een knieval” in de richting van Al Assad moet maken en op eigen houtje de banden moet aanhalen.

De partij pleitte er in het verleden voor om juist met dictators in gesprek te gaan, maar een herstel van diplomatieke banden met Al Assad gaat VVD-Kamerlid Sven Koopmans te ver. “Hoe kan Al Assad, die honderdduizenden burgerdoden op zijn geweten heeft, bijdragen aan stabiliteit? Welke stabiliteit?”, meent Koopmans.

Ook D66’er Sjoerd Sjoerdsma ziet niets in het voorstel. “Al Assad is Islamitische Staat in een net pak. Hij is pleegvader van IS.” Sjoerdsma wijst erop dat Al Assad heeft bijgedragen aan de opkomst van IS door radicale jihadisten uit de Syrische gevangenissen vrij te laten. Berechting van de Nederlandse IS’ers overlaten aan Al Assad is volgens de D66’er een slecht plan, aangezien de Syrische president IS’ers in het verleden heeft vrijgelaten.

GroenLinks waarschuwt dat het aanhalen van de diplomatieke banden door Al Assad gezien zal worden als een beloning voor “zijn walgelijke gedrag”. De PvdA wijst erop dat de Syrische vluchtelingen het schrikbewind van Al Assad juist ontvluchtten.

Blok wil banden niet aanhalen

Het ziet er dan ook niet naar uit dat het kabinet gehoor zal geven aan de oproep van het CDA. Minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken) zei dit weekend in een interview met NU.nl dat er voor Al Assad geen toekomst is in Syrië.

Blok zei niet te kunnen uitsluiten dat de Nederlandse IS’ers die momenteel vastzitten in Syrië in handen vallen van Al Assad, maar dat betekent niet dat Nederland de diplomatieke banden zal herstellen.

“Ik laat me niet door Al Assad chanteren om de diplomatieke banden aan te halen. Voor Al Assad is er geen toekomst in Syrië. De misdrijven tegen de menselijkheid die hij heeft gepleegd, zijn zó verschrikkelijk. Hij kan niet blijven”, aldus Blok.

Zie ook: Blok over Nederland op wereldtoneel: ‘Laat me niet chanteren door Assad’

CDA wijst op diplomatieke banden met China

Van Helvert is het met de Kamer eens dat Al Assad verantwoordelijk is voor gruwelijkheden tegen de eigen bevolking, maar herhaalt dat het de westerse bondgenoten niet gelukt is om hem af te zetten.

Nu Al Assad, na het vertrek van de Amerikanen en de inval van Turkije, met de hulp van Rusland steviger in het zadel zit, vindt Van Helvert dat Nederland in ieder geval de banden op het laagste diplomatieke niveau moet aanhalen.

Hij wijst zijn collega-Kamerleden er ook op dat Nederland op het allerhoogste niveau goede banden onderhoudt met China, terwijl het land op grote schaal mensenrechtenschendingen begaat, zoals de onderdrukking van de Oeigoeren.

Lees meer over: Syrië  Politiek

Kamer wijst CDA-plan om banden met Assad aan te halen af

AD 13.11.2019 Het CDA pleit voor het aanhalen van diplomatieke banden met het regime van de Syrische dictator Assad. Nu duidelijk is dat de pogingen om hem ten val te brengen niet zijn gelukt en het kabinet vasthoudt aan de wens om IS-strijders in de regio te berechten, is dat volgens de regeringspartij de enige optie.

Dat stelde Kamerlid Martijn van Helvert bij het debat over de begroting Buitenlandse Zaken. Volgens de CDA’er is het nu eenmaal zo dat Assad in het zadel zit én blijft, vooral nu de Amerikanen hun troepen uit Syrië hebben teruggetrokken. ,,Kiezen we voor een blijvende destabilisatie, met mogelijk een nieuwe vluchtelingenstroom? Dan moeten we doorgaan op de ingeslagen weg. Maar het CDA wil kiezen voor stabilisatie.”

CDA-Kamerlid Martijn van Helvert tijdens een eerder debat in de Tweede Kamer. © ANP/Phil Nijhuis

Dat nam de rest van de Kamer Van Helvert niet in dank af, getuige de Kamerleden die zich verdrongen bij de interruptiemicrofoon. ,,De stabiliteit van Assad is de stabiliteit van het mortuarium”, vond PVV-Kamerlid Raymond de Roon. ,,Dit is een klap in het gezicht van de miljoenen mensen die slachtoffer zijn geworden van Assad”, stelde GroenLinks-Kamerlid Bram van Ojik. En is Van Helvert de gifgasaanvallen tegen zijn eigen mensen vergeten?, vroeg PvdA’er Lilianne Ploumen zich af.

Van Helvert stelde te begrijpen dat zijn collega-Kamerleden hem wilden vertellen ‘hoe verschrikkelijk Assad is’. ,,Dat weet ik. Dat ben ik het absoluut met u eens.” Daarom werd ook geprobeerd Assad ‘weg te sturen’. ,,Maar dat is niet gelukt.”

Ik ben het absoluut met u eens dat Assad verschrik­ke­lijk is, aldus Martijn van Helvert, CDA.

Samenwerken

Met die realiteit moet nu rekening worden gehouden, vindt hij. Hij noemde Koerden en vervolgde christenen als voorbeeld. ,,Die zeggen: spreek met Assad, want de Turken zijn vele malen erger”, aldus Van Helvert, die benadrukte dat hij er niet voor pleit om álle banden te herstellen. ,,Ik vraag om consulaire samenwerking.” Ook dat is onbespreekbaar voor de Kamer. Nederland verbrak in 2012 de banden met Syrië.

Minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken wil pas morgen, als hij aan het woord komt, op de oproep van het CDA reageren. Eerder deze week zei hij nog dat er voor Assad geen toekomst is in Syrië.

In 2015 stelde toenmalig VVD-fractievoorzitter Halbe Zijlstra dat Nederland moest samenwerken met dictators. Dat kwam hem toen ook op veel kritiek te staan. ,,Ik dacht dat de doctrine ‘knuffelen met dictators’ van het toneel was verdwenen met het vertrek van Zijlstra”, hoonde D66-Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma.

,,Je moet met slechte mensen praten om een einde te maken aan de hele slechte dingen die ze doen”, erkende VVD-Kamerlid Sven Koopmans. Maar hij wil dat dat via internationale organisaties gaat. ,,Ik snap niet waarom Nederland voorop moet lopen.”

Van Helvert vindt oud-Syrië-gezant Koos van Dam aan zijn zijde, die al langer stelt dat EU-landen de betrekkingen met het Syrische regime niet hadden moeten verbreken. Deze week werd bekend dat een aantal EU-landen weer in gesprek zijn met de Syrische autoriteiten. ,,Na meer dan acht jaar oorlog begint bij sommigen het kwartje te vallen.” Wel denkt Van Dam dat de oorlog nog lang niet voorbij is en het lange tijd zal duren voor de betrekkingen echt worden hersteld.

De rechter besloot afgelopen week dat 56 kinderen van IS-vrouwen door de Nederlandse staat moeten worden teruggehaald.

Een vrouw duwt een kinderwagen voort in Kamp Al-Hol, waar veel ’IS-bruiden’ opgesloten zitten. Ⓒ Foto AFP

Assad en IS hand in hand

Telegraaf 13.11.2019 Het CDA heeft zijn hoop gevestigd op Bashar al-Assad voor de berechting en opsluiting van IS-terroristen, maar het was de Syrische dictator zelf die instrumenteel was bij de opmars van de extremisten. Hij zette de gevangenissen openen voor honderden, mogelijk zelfs duizenden jihadstrijders, kocht hun olie en verplaatste ze door het hele land, zodat zij tegen de gematigde rebellen konden vechten.

Het doel van Assad was om de oppositie in diskrediet te brengen en de oorlog in zijn land af te schilderen als er een tussen zijn regime en extremisten. Tussen goed en kwaad, waarbij het Westen uiteindelijk voor hem zou kiezen. Die tactiek werpt nu, na jaren oorlog en honderdduizenden doden, zijn vruchten af. Volgens Kamerlid Martijn van Helvert moet Nederland zijn afschuw voor het regime laten varen en een „opening naar Assad” zoeken. Dat is volgens hem de enige manier om IS’ers in de regio te berechten.

Bekijk ook: 

CDA: ga met Assad praten 

Uitvalsbasis

De Syrische dictator heeft de jihadisten altijd als middel ingezet. Zijn land diende, na de Amerikaanse bezetting van Irak in 2003, als uitvalsbasis voor terreuraanslagen tegen de Amerikanen in het buurland. Daarbij kwamen duizenden soldaten om het leven. Toen hij de extremisten niet meer nodig had, sloot hij een groot deel van hen op, om ze na de uitbraak van de opstand tegen zijn regime in 2011 weer vrij te laten.

Zij zouden voor een groot deel het leiderschap gaan vormen van de Syrische tak van IS. Een van de gevangenen die uit de beruchte Sednaya-gevangenis werd vrijgelaten was Amr al-Absi. Die stond later in nauw contact met de extremisten die verantwoordelijk waren voor dodelijke aanslagen in Parijs en Brussel. Ook was hij de baas van Jihadi John, de Britse extremist verantwoordelijk voor het onthoofden van tal van westerse gevangenen. Al-Absi kwam drie jaar geleden om bij een Amerikaanse luchtaanval.

De Syrische president Bashar al-Assad vierde eerder deze week de geboorte van de profeet Mohammed in de Al-Murabet Mosque in Damascus.

De Syrische president Bashar al-Assad vierde eerder deze week de geboorte van de profeet Mohammed in de Al-Murabet Mosque in Damascus. Ⓒ FOTO EPA

Assad liet in 2013 bij een gevangenenruil met een extremistische beweging ook een van de breinen achter de aanslagen van 11 september vrij. Deze Mohammed Haydar Zammer, die een belangrijke rol speelde bij het samenstellen van de Hamburgse cel rond Mohammed Atta, sloot zich direct aan bij Islamitische Staat. Hij wordt nu door de Koerden vastgehouden in het noordoosten van Syrië.

Al-Baghdadi

De hulp van Assad aan Islamitische Staat reikt veel verder. Een oud-inlichtingenofficier van zijn regime verklaarde enkele jaren geleden dat het regime niet alleen de extremisten heeft vrijgelaten, „het hielp hen bij het opzetten van hun militaire brigades”. En in plaats van de strijd met hen aan te gaan, verplaatste hij hen door heel het land zodat zij de rebellen, diens belangrijkste tegenstanders, konden bevechten.

Het laatste – bekende – grote transport vond vorig jaar plaats. Toen hielp het regime, aldus het Syrische Observatorium voor de Mensenrechten, met het overbrengen van zeker 400 IS-strijders van een van hun laatste bolwerken in het oosten van Syrië naar de provincie Idlib. De komst van die groep maakte het later voor IS-leider Abu Bakr al-Baghdadi mogelijk om daar naartoe te vluchten.

Assads doel is ook hier duidelijk. Hij staat op het punt een grote offensief in Idlib te beginnen, het laatste grote gebied dat in handen is van de rebellen. Dat zijn weliswaar voor het merendeel ook jihadisten, maar net een graadje minder erger dan IS. Door Islamitische Staat daarnaartoe te halen, hoopt hij dat het Westen zijn bezwaren tegen het offensief, in een gebied waar ook miljoenen burgers wonen, zal laten varen.

Eigen gewin

Zo zet Assad, die ook jarenlang olie kocht van de extremisten, Islamitische Staat voortdurend in voor eigen gewin. Mocht hij, zoals het CDA wil, een rol gaan spelen bij de gevangenname van IS-strijders dan zal hij daar ongetwijfeld iets voor terug willen zien. Geld bijvoorbeeld. De lakei van Rusland en Iran heeft honderden miljarden nodig voor de wederopbouw van zijn land.

Maar de man die verantwoordelijk is voor honderdduizenden doden, gigantische gifgasaanvallen en kerkers waar tot op de dag van vandaag gevangenen worden doodgemarteld, zal waarschijnlijk niet aarzelen om de extremisten, als hem dat uitkomt, in de toekomst weer vrij te laten.

Bekijk meer van; terrorisme burgeroorlog Bashar al-Assad Martijn van Helvert Abu Bakr al-Baghdadi Syrië Islamitische Staat Christen-Democratisch Appèl

CDA: ga met Assad praten

Telegraaf 13.11.2019 Nederland moet z’n morele bezwaren laten varen en gaan praten met de Syrische dictator Assad. Dat wil het CDA. De partij roept het kabinet vandaag bij het begrotingsdebat Buitenlandse Zaken op de diplomatieke betrekkingen met Damascus te herstellen.

Volgens Kamerlid Martijn van Helvert is een ’opening naar Assad’ de enige manier waarop Nederland IS-strijders in de regio kan berechten. „We kunnen wel blijven zeggen: wat een enge man, die Assad, maar daarmee schieten we uiteindelijk niets op.”

Het kabinet wil geen IS-aanhangers naar Nederland halen en wil een tribunaal in Irak om jihadisten daar te kunnen berechten. Irak staat niet te springen, en wil alleen landgenoten berechten of jihadisten die hun misdaden in Irak hebben begaan.

Bekijk ook: 

’Stel Nederland niet bloot aan dit gevaar’ 

Nederland heeft al sinds maart 2012 geen diplomatieke banden meer met het Syrische regime, dat verantwoordelijk is voor honderdduizenden doden. Volgens minister Blok (Buitenlandse Zaken) is er geen toekomst voor Syrië als Assad president blijft.

Toch, of we het nou leuk vinden of niet, is Assad de oorlog aan het winnen, stelt Van Helvert vast. „Dat heeft noch onze afschuw noch de Toyota’s die we hebben geschonken aan de gewapende oppositiegroepen kunnen voorkomen.”

Kinderen

Het CDA sluit met z’n oproep aan bij de discussie over het al dan niet terughalen van kinderen van IS-aanhangers. Afgelopen maandag oordeelde de rechter dat de Staat zich moet inspannen om 56 kinderen van 23 IS-vrouwen die nu vastzitten in Koerdische gevangenkampen in Noord-Syrië, terug te halen. Het kabinet gaat tegen deze uitspraak in beroep via een zogeheten turbo-appèl.

Bekijk ook: 

’De kinderen zijn het slachtoffer’ 

Ministers Blok en Grapperhaus (Justitie) vinden dat de rechter te weinig rekening heeft gehouden met internationale betrekkingen. Het kabinet vindt dat het zelf het buitenlandbeleid bepaalt, en niet de rechter.

Intussen moet Nederland wel een begin maken met het uitvoeren van het vonnis. Dat doet het door gesprekken te voeren met de Amerikanen, die Nederland wil helpen met de repatriëring van IS’ers. Het uitvoeren van het vonnis is een dilemma: het kabinet wil geen onomkeerbare stappen zetten en zal toch IS-families moeten terughalen.

Bekijk meer van; Bashar al-Assad Martijn van Helvert Nederland Syrië Christen-Democratisch Appèl

‘Ik wil geen Amerikaanse hulp om IS-vrouwen te halen’ Video

Telegraaf 12.11.2019 De Amerikaanse ambassadeur Pete Hoekstra heeft opnieuw gezegd dat de VS Nederland kan helpen bij het ophalen van IS-vrouwen en hun kinderen. De fractievoorzitters van de coalitiepartijen reageren verdeeld op het aanbod.

Ambassadeur VS herhaalt: wij kunnen helpen bij ophalen IS-vrouwen en -kinderen

NOS 12.11.2019 De VS is nog steeds bereid te helpen bij het terughalen van IS-vrouwen en hun kinderen naar Nederland. Dat zegt de Amerikaanse ambassadeur in Nederland Hoekstra tegen de NOS. “Als Nederland hulp vraagt van Amerika voor het repatriëren van de vrouwen en kinderen, dan doen we alles wat we kunnen om dat mogelijk te maken.”

De mogelijkheid van Amerikaanse hulp is actueel geworden door een uitspraak van de rechter, gisteren. Die oordeelde in een kort geding dat Nederland zijn best moet doen om 56 IS-kinderen zo snel mogelijk terug te halen uit Noord-Syrië. De zaak was aangespannen door een aantal moeders die met hun kinderen vastzitten in de overvolle gevangenkampen Al-Roj en Al-Hol.

Repatriëren

Nederland wil de vrouwen niet ophalen omdat die er zelf voor hebben gekozen om naar IS-gebied te gaan. Ook wordt een terughaalactie als te gevaarlijk beschouwd. De VS pleit al langer voor het terughalen van uitgereisde jihadisten naar het land van herkomst. “We willen deze IS-families gerepatrieerd hebben”, herhaalt Hoekstra. “Landen kunnen dan zelf beslissen of ze de mensen willen vervolgen of re-integreren.”

Hoe de hulp van Amerika eruit zou zien is nog niet te zeggen. “Het ligt eraan om hoeveel mensen het gaat, waar ze zijn. We zullen het alleen doen als we denken dat het veilig kan.” Op de vraag of Nederland al om hulp heeft gevraagd aan Amerika geeft de ambassadeur geen duidelijk antwoord. “Op dit moment is het aan Nederland om als er een verzoek is gedaan, daarover iets bekend te maken.”

Bekijk ook;

Staat in hoger beroep tegen uitspraak over terughalen 56 IS-kinderen

NU 12.11.2019 De Nederlandse Staat gaat in hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank in Den Haag die maandag bepaalde dat het kabinet zich moet inspannen om 56 kinderen van IS-vrouwen vanuit Syrië naar Nederland te halen, schrijft minister van Justitie Ferd Grapperhaus dinsdag in een brief aan de Tweede Kamer.

Volgens de minister roept de uitspraak vragen op over aspecten die “mogelijk onvoldoende zijn meegewogen”. Als voorbeeld noemt hij de internationale betrekkingen.

In totaal spanden 23 vrouwen een kort geding aan tegen de Staat, omdat zij en hun kinderen in de kampen in acuut gevaar zouden zijn. De rechtbank erkende maandag dit gevaar en sprak van een “schrijnende situatie”.

In het geval van de vrouwen geldt echter dat zij alleen teruggehaald moeten worden als de Koerden, die de regie over de kampen hebben, de kinderen alleen samen met hun moeders laten gaan.

“De vrouwen hebben niet het zelfstandige recht om naar Nederland teruggehaald te worden, omdat zij met hun volle verstand zijn afgereisd naar Syrië en zich hebben aangesloten bij IS, een terroristische organisatie”, aldus de rechtbank maandag.

Het kabinet wil dat de vrouwen in de regio worden berecht en de rechtbank vindt dat Nederland het recht heeft om uit te vinden of dat eventueel mogelijk is.

Nederland kan niet gedwongen worden om kinderen te repatriëren

De rechtbank zei ook dat Nederland niet gedwongen kan worden om de kinderen te repatriëren, omdat het in Syrië wel degelijk gevaarlijk is door de instabiele situatie in het land. Wel moet Nederland zich hiervoor inspannen. “De Staat hoeft geen onnodige veiligheidsrisico’s te nemen, maar moet wel alle mogelijkheden die er zijn – zoals de door de Amerikanen geboden hulp – benutten”, aldus de rechtbank.

Dat komt erop neer dat de Nederlandse regering alles moet doen wat in haar macht ligt. Als de overheid zegt dat het niet mogelijk is, dan moet worden bewezen dat er alles aan gedaan is.

Dat betekent volgens advocaat André Seebregts, die het merendeel van de eisers bijstaat, dat Nederland binnen de gestelde termijn van veertien dagen contact moet opnemen met de Koerden, dan wel de Amerikanen.

Lees meer over: Syrië Politiek  Syriëgangers  Binnenland

Staat in beroep tegen uitspraak rechter over IS-kinderen

Telegraaf 12.11.2019 De Staat gaat in beroep tegen het vonnis van de rechter over het terughalen van IS-kinderen uit Syrië.

Dat laten ministers Grapperhaus (Justitie) en Blok (Buitenlandse Zaken) dinsdag weten in een brief aan de Tweede Kamer.

Maandag oordeelde de voorzieningenrechter dat de Staat een inspanningsverplichting moet leveren om 56 kinderen van jihadistische uitreizigers terug te halen die vastzitten in Koerdische gevangenkampen in Noord-Syrië. Volgens het kabinet is dat te gevaarlijk.

De rechter heeft echter bepaald dat het vonnis direct moet worden uitgevoerd, erkent het kabinet. „Dat betekent dat het kabinet een aanvang zal maken met de nakoming van de inspanningsverplichting.”

Wat dit precies betekent, is nog niet duidelijk. Premier Rutte zegt daarover dat die plannen ’zich niet lenen voor een openbare discussie’. „Maar dat wij naar de volgende rechter gaan, betekent niet dat wij niks moeten doen.”

Daarbij gaat het om gesprekken met andere Europese landen die IS-aanhangers in Syrië hebben en om afstemming met de Verenigde Staten, die Nederland hebben aangeboden mee te helpen met het repatriëren van IS’ers uit het strijdgebied.

Eerder dit jaar lag er ook zo’n inspanningsverplichting. Toen moest het kabinet van de rechtbank Rotterdam moeite doen om IS-vrouwen terug te halen, nadat zij een zaak hadden aangespannen tegen de Staat. Grapperhaus en Blok kwamen toen tot de conclusie dat dat te gevaarlijk was.

Bekijk ook: 

Dit betekent terugsturen IS’ers voor Nederland 

Vragen

Het kabinet legt zich intussen niet zomaar neer bij het vonnis. „De uitspraak roept vragen op over een aantal aspecten dat mogelijk onvoldoende is meegewogen, waaronder internationale betrekkingen”, schrijven de ministers. Dat Nederland in de Schengenzone zit waarin EU-burgers kunnen doorreizen, speelt daarbij ook een rol, zegt Grapperhaus. Bovendien vindt het kabinet dat het zelf het buitenlandbeleid bepaalt, en niet de rechter.

 Bekijk ook: 

Terughalen IS-kinderen geen uitgemaakte zaak 

Bekijk ook: 

IS-kinderen moeten niet gestraft worden voor de misdrijven van hun ouders 

Bekijk ook: 

Analyse: IS’ers gaan terugkeer op den duur afdwingen 

Bekijk meer van

Kabinet: hoger beroep tegen vonnis IS-vrouwen

AD 12.11.2019 De Nederlandse Staat gaat in hoger beroep tegen het vonnis over het repatriëren van kinderen van IS-vrouwen. Dat hebben ministers Ferd Grapperhaus (Justitie) en Stef Blok (Buitenlandse Zaken) in een brief geschreven aan de Tweede Kamer.

De rechter in Den Haag besloot gisteren dat Nederland al wat mogelijk is moet doen om de 56 kinderen van 23 vrouwen terug te halen naar Nederland die nu nog in Syrische kampen verblijven.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Lees meer

Het kabinet wil dat niet. Toch erkent het dat het een inspanningsverplichting moet doen, zoals de rechter heeft bevolen. De uitspraak roept volgens de ministers echter ‘vragen op’ over ‘aspecten’ als de internationale betrekkingen. Deze zouden onvoldoende zijn ‘meegewogen’.

Het is de vraag wat het kabinet gaat doen tot het hoger beroep is ingediend. De Amerikaanse ambassadeur Pete Hoekstra zei vanmorgen nog dat de VS wil helpen bij het repatriëren van IS-vrouwen en kinderen.

Het kabinet heeft steeds gezegd dat het geen IS’ers wil ophalen in ‘gevaarlijk gebied’, maar met de hulp van de VS zouden zij een Nederlands consulaat kunnen bereiken. Grapperhaus zegt dat het die hulp van de VS ‘zal aannemen’.

De situatie rond de twee kampen waar de vrouwen en kinderen zitten is echter wel veranderd sinds de VS zijn begonnen met terugtrekking uit het gebied, waardoor onduidelijk is wat er nu mogelijk is.

Minister Grapperhaus, minister Blok en Ankie Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, tijdens een debat in de Tweede Kamer. © ANP

Hoger beroep geen verrassing

Advocaten van de IS-vrouwen hielden er al rekening mee dat de Staat in beroep zou gaan tegen het terughalen van kinderen uit twee kampen in Noord-Syrië. De Staat heeft zich namelijk steeds verzet tegen het actief ophalen van 23 Nederlandse IS-vrouwen en hun 56 kinderen, stelt advocaat André Seebregts vandaag in een eerste reactie. Hij neemt het verder voor kennisgeving aan.

Seebregts wijst erop dat de rechter bepaald heeft dat de Staat binnen veertien dagen al het nodige moet doen om in ieder geval de kinderen te repatriëren, ook als er beroep zou worden ingesteld. Voor de IS-vrouwen bestaat die verplichting niet. De advocaten denken dat de vrouwen meteen meekomen, omdat de Koerden ook van hen af willen.

Minister Ferd Grapperhaus (Justitie) heeft dinsdagmiddag in de Tweede Kamer gezegd dat er geen concrete aanwijzingen zijn dat Turkije door hen gevangen genomen IS-strijders op het vliegtuig laat zetten naar Nederland. Turkije zei vrijdag dat het IS’ers wil gaan uitzetten, die momenteel daar in gevangenissen zitten.

Nederland hoopt juist dat IS’ers, ook die van Nederlandse komaf, in de regio zullen worden berecht. Maar Turkije zei dit niet aan te kunnen. Uit contact met de Turken is echter niet gebleken dat er direct IS’ers te verwachten zijn. De aankondiging dat Turkije IS’ers zou gaan uitzetten zou gaan om gevallen waarbij ‘al langer bekende voornemens tot uitzetting’ waren, aldus Grapperhaus.

Kabinet in beroep tegen vonnis IS-kinderen

NOS 12.11.2019 Het kabinet gaat in hoger beroep tegen de uitspraak van de Haagse rechter over het terughalen van IS-kinderen. De ministers Grapperhaus en Blok schrijven dat aan de Tweede Kamer.

De kortgedingrechter bepaalde gisteren dat Nederland zich moet inspannen om 56 kinderen van Nederlandse IS-leden zo snel mogelijk op te halen uit detentiekampen in Syrië. Hun moeders hebben geen recht op repatriëring. Maar als de autoriteiten ter plaatse de kinderen louter samen met hun moeders laten gaan, moet Nederland ook de moeders terughalen.

Internationale betrekkingen

Grapperhaus en Blok schrijven dat de uitspraak vragen oproept “over een aantal aspecten, dat mogelijk onvoldoende is meegewogen, waaronder de internationale betrekkingen”. Door in beroep te gaan wil het kabinet hier zo spoedig mogelijk duidelijkheid over.

Overigens kondigen de bewindslieden ook aan dat het kabinet zal beginnen met het nakomen van de inspanningsverplichting die de rechter heeft opgelegd. De rechter bepaalde dat het vonnis direct moet worden uitgevoerd.

Volgens advocaat Seebregts, die de IS-vrouwen bijstaat, verandert het hoger beroep dus niets aan de uitspraak van de rechter. “We zullen de vinger aan de pols houden”, zegt hij.

Verdeeld

Het kabinet heeft zich tot nu toe steeds op het standpunt gesteld dat uitreizigers in principe geen hulp krijgen bij hun terugkeer als ze niet zelf een ambassade in Turkije of Irak weten te bereiken. De regeringspartijen zijn verdeeld over de kwestie. VVD en CDA benadrukken vooral dat door de rechterlijke uitspraak mogelijk IS’ers naar Nederland komen, met alle risico’s van dien. D66 en ChristenUnie vinden het juist een risico om kinderen van IS’ers in Syrië te laten radicaliseren.

Slachtoffers van IS in de Jezidi-gemeenschap zijn bezorgd over de mogelijke terugkeer van IS-vrouwen naar Nederland. “Zij hielpen strijders bij het verkrachten van onze vrouwen”:

Jezidi’s over de terugkeer van Nederlandse IS-aanhangers

Bekijk ook;

Staat in hoger beroep tegen uitspraak terughalen IS-kinderen

OmroepWest 12.11.2019 Het kabinet gaat in hoger beroep tegen de uitspraak van de Haagse rechter over het terughalen van IS-kinderen. Ministers Grapperhaus en Blok schrijven dat aan de Tweede Kamer. Maandag bepaalde de rechtbank dat de Staat verplicht is om er alles aan te doen om IS-kinderen in Syrië terug naar Nederland te halen.

De ministers schrijven dat de uitspraak vragen oproept, waar ze in hoger beroep antwoord op hopen te krijgen. Zo zouden een aantal aspecten ‘mogelijk onvoldoende zijn meegewogen. Waaronder de internationale betrekkingen.’

Het kabinet gaat wel beginnen met het nakomen van de inspanningsplicht die de voorzieningenrechter heeft opgelegd. De rechter bepaalde dat het vonnis direct moet worden uitgevoerd.

Voogdij

Volgens de rechter hebben de kinderen in de kampen niet voor het kalifaat gekozen, maar hebben ze nu wel te maken met de noodsituatie in Noord-Syrië. Zo kreeg Jeugdzorg Haaglanden in september de voogdij over twee kinderen in een IS-kamp, nadat de moeder was overleden en de vader niet te vinden was. De kinderen zitten nog altijd in Syrië.

De Raad van de Kinderbescherming vertelde dat de kinderen in het vluchtelingenkamp te weinig voedsel en medische zorg krijgen en dat zij hierdoor ernstige medische klachten hebben.

Slachtoffer van handelen ouders

‘De overheid dient zich het schrijnende lot van de kinderen aan te trekken’, zei de rechter maandag. ‘Zij zijn het slachtoffer van handelen van hun moeder of ouders.’ De kinderen hebben allen de Nederlandse nationaliteit en zijn onder de twaalf jaar.

Voor de vrouwen heeft de Staat geen verplichting om ze terug naar Nederland te halen. Volgens de rechter hebben ze bewust voor een reis naar het strijdgebied gekozen. Alleen als de Koerden kinderen niet willen laten vertrekken zonder hun moeders ontstaat er volgens de rechter een nieuwe situatie, en dan moet de overheid volgens het vonnis kijken of het mogelijk is om beide groepen terug te halen.

LEES OOK: Nederland moet kinderen uit IS-gebied terughalen

Meer over dit onderwerp: JEUGDBESCHERMING DEN HAAG

Een vrouw met kind in het Syrische vluchtelingenkamp Al-Hol waar ook strijders van IS zitten. Foto Delil Souleiman/AFP

Kabinet in hoger beroep tegen uitspraak IS-kinderen

NRC 12.11.2019 De rechtbank in Den Haag bepaalde maandag dat de Nederlandse staat zich moet inspannen om 56 kinderen uit kampen in Syrië terug te halen. Het kabinet gaat echter in hoger beroep tegen de uitspraak die Nederland verplicht zich maximaal in te spannen om de 56 kinderen van Nederlandse uitreizigers terug te halen.

Dat schrijven minister Ferdinand Grapperhaus (Justitie en Veiligheid, CDA) en Stef Blok (Buitenlandse Zaken, VVD) dinsdag in een brief aan de Tweede Kamer.

De rechtbank in Den Haag bepaalde maandag dat de Nederlandse staat een inspanningsverplichting heeft binnen veertien dagen de kinderen van vrouwen die naar IS-gebied in Syrië of Irak zijn gereisd, terug te halen. Ook als er beroep zou worden ingesteld. Deze verplichting geldt niet voor de vrouwen zelf. Het kort geding was aangespannen door 23 vrouwen die naar Syrië of Irak waren afgereisd, die samen 56 kinderen hebben.

Het standpunt van het kabinet is nog altijd dat IS-strijders in de regio berecht moeten worden. Vooral VVD en CDA blijven tegen terugkeer. Wat de kinderen betreft moet het kabinet dat beleid aanpassen, vind de rechter in Den Haag. De meeste kinderen zijn nog onder de twaalf jaar oud en hebben allemaal de Nederlandse nationaliteit.

Lees ook:Weerstand tegen terugkeer kinderen uit Noord-Syrië blijft

Dreiging

De vrouwen en kinderen verblijven momenteel onder slechte omstandigheden in de vluchtelingenkampen Al-Hol of Al-Roj in het noorden van Syrië. Volgens de rechter verkeren de kinderen in een „acute noodsituatie”. Momenteel is het gebied zeer instabiel door het vertrek van Amerikaanse militairen langs de grens en de inval van Turkije die daarop volgde.

De kinderen leven in de kampen volgens de rechter onder dreiging van „bombardementen, seksueel misbruik, marteling, de afwezigheid van onderwijs, kindersterfte, ijzige kou in de winter, overbevolking, vermijdbare ziektes, indoctrinatie en een gebrek aan water, voedsel en sanitaire voorzieningen en medische zorg”. De vrouwen wisten volgens de rechter echter waar zij aan begonnen toen zij naar het strijdgebied reisden.

Wat de situatie bemoeilijkt is dat de Koerden hebben gezegd dat zij de kinderen alleen uit de kampen willen laten gaan als de moeders mee mogen. De VS die nog steeds aanwezig zijn in Syrië en Europese landen al vaker hebben opgeroepen om uitreizigers terug te halen, hebben toegezegd te willen helpen met het ophalen van uitreizigers.

Volgens de laatste cijfers van de AIVD verblijven er nog ongeveer 55 Nederlandse volwassenen en 90 kinderen in detentiekampen in Syrië. Turkije is maandag begonnen met het terugsturen van buitenlandse IS’ers naar de landen van herkomst. Maandag werd onder meer een Amerikaan teruggestuurd. Het is nog niet bekend of Turkije ook Nederlanders gaat terugsturen.

Volgens Turkije zitten er ongeveer 1.200 IS-strijders vast in het land. Daarnaast zijn er nog eens 287 IS’ers gevangengenomen tijdens de recente militaire operatie van Turkije in het noordoosten van Syrië.

De veelal heel jonge IS-kinderen leven in overbevolkte kampen in Noord-Syrië, waar een continue dreiging is van bombardementen.

De veelal heel jonge IS-kinderen leven in overbevolkte kampen in Noord-Syrië, waar een continue dreiging is van bombardementen. Ⓒ AFP

IS-vonnis zorgt voor puzzel

Telegraaf 11.11.2019 Nederland moet er ’alles aan doen’ om 56 kinderen van Nederlandse IS-strijders terug te halen uit Koerdische kampen in Noord-Syrië. Dat heeft de Haagse rechter tijdens een kort geding besloten. Betekent dit dat we straks niet alleen de kinderen maar ook de moeders moeten gaan repatriëren? Het kabinet gaat het vonnis bestuderen. Zeven vragen over deze uitspraak.

1 Om wie gaat het ook alweer?

Om 23 vrouwen uit het kalifaat en in totaal 56 kinderen met Nederlandse wortels. Zij hebben de rechtszaak aangespannen. En vinden dat Nederland hen moet ophalen. Van de kinderen is meer dan zeventig procent jonger dan zes jaar; niet één is ouder dan twaalf jaar. Een deel is in het kalifaat geboren.

2 Zijn de IS-kinderen gevaarlijk?

Dat is de grote vraag. In de barbaarse propagandavideo’s van IS speelden kinderen een hoofdrol. Ze zwaaiden met wapens, schoten gevangenen dood en sneden hun de keel door. Het is onduidelijk of Nederlandse kinderen hebben gefigureerd in de horrorvideo’s. Vorige week verscheen op sociale media een interview met een jongen in kamp al-Hol, die zwoer tegenstanders van IS af te zullen slachten.

De AIVD beschouwt alleen kinderen vanaf negen jaar als dreiging. Dat betekent niet dat jongere kinderen ongevoelig zijn voor de omgeving vol haat waarin ze verkeren. De rechter onderstreept dat terreurbestrijder NCTV kinderen nu wil terughalen, voor ze verder kunnen radicaliseren en eventueel later, onder de radar en vol wraakgevoelens, terugkeren naar Nederland.

3 De ouders hebben er zelf voor gekozen om te vertrekken, waarom komt het probleem dan nu op het bordje van Nederland?

De rechter onderkent dat de ouders de hoofddaders zijn. Maar hier komt het kinderrechtenverdrag om de hoek kijken. De kinderen zitten daar vanwege hun ouders. In de kampen heerst een noodsituatie. Het is er koud, overbevolkt en er is een continue dreiging van bombardementen. En daarom moet Nederland er alles aan doen de kinderen terug te halen, vindt de rechter. Voor de ouders gaat die vlieger niet op. Zij moeten hun eigen boontjes doppen.

4 Maar krijgen we straks de moeders er niet alsnog gratis bij?

Die kans bestaat inderdaad. Koerden die de IS-kampen bewaken, hebben al aangegeven dat ze de IS-kinderen niet laten gaan zonder hun moeders. Dat wordt in het vonnis ook expliciet benoemd. Volgens de Nederlandse rechter ontstaat er in dat geval een ’nieuwe situatie’. En zal Nederland zich óók voor hen moeten inspannen.

5 Wat houdt die inspanningsverplichting precies in?

Daarover geeft het vonnis geen duidelijkheid. Sterker: de rechter wil zich er niet te nauw mee bemoeien. Dat de kinderen met dit oordeel in de hand snel kunnen terugkeren ’is niet zeker’. Nederland heeft altijd aangegeven dat er geen actie kan worden ondernomen, omdat het in Syrië te gevaarlijk is. Van de Staat kan niet worden verwacht dat er ’grote veiligheidsrisico’s worden genomen’, vindt de rechter.

6 Maar hoe hard is deze uitspraak dan?

In feite laat de rechter hiermee de nooduitgang voor de Staat wagenwijd openstaan. Die kan ’niet worden gedwongen iets te doen waartoe hij feitelijk niet in staat is’; de situatie in Noord-Syrië is ’onduidelijk en onrustig’.

Hoewel zowel de Koerden als de Amerikanen hulp hebben toegezegd bij het wegsluizen van de IS’ers, ’is het de vraag of die bereidheid er nog steeds voldoende is’. Kortom, een echte stok achter de deur ontbreekt.

7 De advocaat is blij met de uitspraak. Hoe leest hij die?

André Seebregts is optimistisch, hij denkt dat het een kwestie van een paar weken is voor de kinderen – en hun moeders – terugkeren naar Nederland. „Natuurlijk stelt de rechter het heel omzichtig. Maar het staat er wel: Nederland zal nu echt moeten aantonen dat de Koerden de kinderen willen laten gaan zonder de moeders.

En dat doen de Koerden niet, want die zien de bui al hangen. Als de kinderen weg zijn, bekommert niemand zich meer om de vrouwen. De kans is dus groot dat ze samen moeten terugkeren.”

Dan is er nog de druk uit de VS op Europa om zijn eigen jihadisten terug te nemen. „De rechter stelt dat Nederland moet ingaan op Amerikaanse hulp bij het terughalen. De VS hebben wel tien keer gezegd dat ze vinden dat Europese IS’ers in Europa moeten worden berecht. Niemand twijfelt eraan dat dat dus nog steeds geldt.”

Bekijk meer van; terrorisme islam Daniël van Dam Silvan Schoonhoven Nederland Syrië

Uitspraak over IS-kinderen zorgt voor vraagtekens en ‘lichtpunten’

NOS 11.11.2019 Ze leven in een acute noodsituatie, onder erbarmelijke omstandigheden. Nederland moet binnen twee weken er daarom alles aan doen om 56 IS-kinderen terug te halen, zo oordeelde de rechter vandaag in een kort geding. Hoe nu verder?

Hoe groot is de kans dat de kinderen over twee weken in Nederland zijn?

Niet heel groot. Met name omdat er nog tal van zaken opgelost moeten worden voordat de kinderen daadwerkelijk teruggehaald kunnen worden. Zo is het kort geding aangespannen door 23 IS-vrouwen. Zij willen ook gerepatrieerd worden. Dat maakt de zaak aanzienlijk complexer. Nederland hoeft de vrouwen namelijk niet terug te halen, zo oordeelde de voorzieningenrechter. “Zij zijn welbewust naar Syrië of Irak gegaan om zich aan te sluiten bij IS, een terroristische organisatie”.

Het vonnis van de rechter:

‘Er is sprake van een ernstige en acute noodsituatie’

Volgens de advocaten van de vrouwen willen de Koerdische milities de kinderen alleen niet scheiden van hun moeders. Als dat klopt, moet Nederland ook pogen de vrouwen terug te halen, aldus de rechter. Dat druist in tegen het kabinetsbeleid. Het kabinet wil dat Nederlandse IS’ers in de regio zelf berecht worden. Daardoor lijkt de zaak enkel in een stroomversnelling te kunnen komen als de Koerdische milities óf het kabinet op korte termijn radicaal wijzigt van standpunt.

Hoe verloopt het terughalen in de praktijk?

De kinderen moeten, eventueel met hun moeders, worden opgehaald uit overvolle detentiekampen in het noordoosten van Syrië. Volgens de Nederlandse Staat is dat onveilig gebied, waar Nederland geen zeggenschap heeft. Om die reden wil Nederland enkel IS’ers repatriëren als ze zich hebben gemeld bij een Nederlandse ambassade of consulaat.

De Amerikanen hebben aangeboden te helpen met de repatriëring van Nederlanders in de Syrische kampen. Een hulpverzoek neerleggen bij de VS zou onder de “inspanningsverplichting” kunnen vallen die door de rechter aan de Staat is opgelegd. Hoogleraar staats- en bestuursrecht Jon Schilder, verbonden aan de Vrije Universiteit Amsterdam, benadrukt dat die term juridisch alleen niet heel streng is. “Er is geen resultaatverplichting. Daarom is er bijvoorbeeld ook geen dwangsom opgelegd.”

Verder benadrukt de rechter dat Nederland geen “substantiële veiligheidsrisico’s” hoeft te nemen bij het terughalen. De inspanningsverplichting is op die manier breed te interpreteren en het is volgens Schilder moeilijk te controleren of Nederland zich voldoende heeft ingespannen de kinderen terug te halen. “De rechter zal zich daar niet snel aan willen branden, omdat hij niet op de stoel van de politiek wil zitten.”

Is de uitspraak definitief?

Nee. De Staat kan net als in soortgelijke zaken in België en Duitsland nog in hoger beroep. De uitspraak verdeelt de politiek. Als het aan de VVD ligt wordt er hoe dan ook doorgeprocedeerd en het CDA noemt de uitspraak “risicovol”, terwijl hun coalitiepartners D66 en ChristenUnie juist tevreden reageren. Premier Rutte liet enkel weten de uitspraak “te bestuderen”.

‘Volstrekt unieke zaak’

“Volstrekt uniek”, zegt hoogleraar staats- en bestuursrecht Jon Schilder, verbonden aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Volgens hem zal het verloop van de zaak belangrijk zijn voor soortgelijke zaken in de toekomst. “Mensen vroegen me vooraf ook wat ik verwachtte van de uitspraak. Ik had werkelijk geen idee. Er is geen precedent.”

Nederland haalde eerder al wel twee weeskinderen van IS’ers terug uit het noordoosten van Syrië. Maar dat was met hulp van Frankrijk en daarbij waren verder geen volwassenen IS’ers bij betrokken. In Duitsland en België oordeelden rechters eerder ook al dat IS-kinderen opgehaald moeten worden, inclusief moeders. In beide landen is de Staat in hoger beroep gegaan.

Als er hoger beroep wordt aangetekend, is de kans sowieso klein dat de kinderen op korte termijn worden teruggehaald. “En als ze dan doorgaan tot de Hoge Raad ben je zo jaren verder”, zegt hoogleraar Schilder. Over het terughalen van IS’ers is veel discussie onder experts.

Hoe wordt er gereageerd op de uitspraak?

Een van de Nederlandse vrouwen laat aan de NOS vanuit een Syrisch kamp weten dat ze “superblij” is met de uitspraak. Ze ziet het als “een lichtpuntje in deze lange, ellendige periode”.

Familieleden in Nederland reageren gemengd. Ze vrezen dat een eventueel hoger beroep vertraging zal opleveren. De vader van een van de vrouw die met vijf kinderen in het kamp al-Hol zit, zegt op een duidelijkere uitspraak te hebben gewild: “Er zijn hier een hoop open eindjes. De overheid krijgt alle ruimte.”

Een vader van een van de IS-vrouwen zegt de uitspraak “dubbel” te vinden:

Een beetje hoop en veel wantrouwen

Kinderorganisaties zijn verheugd met de uitspraak. Zij willen de kinderen, waarvan driekwart jonger is dan 6 jaar, liever vandaag dan morgen terughalen vanwege de onrust in de regio en de naderende winter. Voor elk kind ligt een deradicaliseringsplan klaar, als dat nodig blijkt.

Kinderombudsman Margrite Kalverboer zegt “met belangstelling” te kijken wat het kabinet met de uitspraak gaat doen. Advocaat Seebregts, die een deel van de vrouwen bijstaat, hoopt dat er “binnen twee weken” duidelijkheid is.

Bekijk ook

Terughalen IS-kinderen geen uitgemaakte zaak

Telegraaf 11.11.2019 Nederland legt zich niet zomaar neer bij de uitspraak van de rechter dat de Staat 56 IS-kinderen moet terughalen uit Syrië. Het kabinet gaat de uitspraak bestuderen, zo hield premier Rutte maandag de boot af.

VVD-Kamerlid Yesilgöz gaat er van uit dat de Staat in beroep gaat tegen de uitspraak. Zij noemt de uitspraak ’frustrerend’. „Het is gevaarlijk om ze op te halen. Bovendien is het gevaarlijk om ze naar Nederland te halen omdat die kinderen zijn geïndoctrineerd met IS-gedachtengoed en sommige van hen trainingen hebben gehad.” En al gaat het alleen om de kinderen, en niet om de 23 moeders, die hebben straks wel het recht om erachteraan te reizen. „De onveiligheid voor Nederland neemt daardoor toe.”

Ook het CDA is ontevreden met de uitspraak en noemt die ’risicovol’. „Met kinderen krijgen ook de ouders recht op terugkeer. Volgens mij moeten we ons vooral inspannen voor de slachtoffers van de genocide.” De partij hamert erop dat IS in Irak en Syrië genocide hebben gepleegd tegen Yezidi’s, christenen, niet-Soennitische moslims en andere religieuze minderheden.

De rechtbank oordeelde dat de Nederlandse staat er alles aan moet doen om kinderen van Syriëgangers in twee Koerdische kampen in Noord-Syrië terug te halen. Die plicht geldt niet voor de vrouwen. Maar, zei de rechter, als de Koerden die kampen bestieren de kinderen niet willen weghalen, moet de overheid kijken of vrouwen en kinderen kunnen worden teruggehaald.

Bekijk ook: 

Rechter oordeelt: Nederland moet kinderen IS-vrouwen terughalen 

„Blijkbaar mogen rechters de veiligheid van ons land op de tweede plaats zetten”, reageert PVV-Kamerlid Helder. „En oog voor de slachtoffers hebben ze duidelijk ook niet.”

D66 dolblij

Voor regeringspartijen D66 en ChristenUnie bewijst de rechterlijke uitspraak juist dat het kabinet er niet aan ontkomt om IS-aanhangers terug te halen. Het kabinet wil dat niet, met als argument dat het te gevaarlijk is. Alleen wie zich meldt bij een diplomatieke post kan hulp krijgen bij terugkeer, om in Nederland te worden berecht.

„Dit sterkt ons in onze eerdere positie dat kinderen terug moeten worden gehaald”, zegt Kamerlid Sjoerdsma van D66. „De druk op het kabinet wordt nu wel heel groot”, zegt CU-Kamerlid Voordewind. Zijn partijgenoot Van der Graaf vult aan: „De uitspraak laat scherp het dilemma zien tussen de situatie van de kinderen die zijn meegenomen naar dit gebied en de moeders die er zelf voor kozen.”

Uitspraak te negeren

Kamerleden wijzen erop dat in de uitspraak voor het kabinet nog een ontsnapping lijkt te zitten, omdat er het voorbehoud ’indien mogelijk’ in staat. Bovendien hoeft het kabinet niet per se naar de uitspraak te handelen, merkt VVD’er Yesilgöz op. Dat gebeurde ook niet bij een uitspraak van vorig jaar van de Rotterdamse rechter over de uitlevering van een Nederlandse vrouw uit een kamp in Noord-Syrië.

Het OM wilde dat de vrouw, destijds moeder van een kind van anderhalf en zwanger, zou worden uitgeleverd. Zo zou zij kunnen worden vervolgd voor deelname aan een terroristische organisatie.

Minister Blok (Buitenlandse Zaken) gaf bij een EU-vergadering in Brussel aan de uitspraak te zullen bestuderen. „De inkt van het vonnis is nog warm. We kijken er eerst met onze juristen naar.”

Opa opgelucht

Klijn in een eerdere tv-uitzending.

Klijn in een eerdere tv-uitzending. Ⓒ Screenshot

Bert Klijn is blij met de uitspraak. „Mijn leven gaat eindelijk weer door”, zei de geëmotioneerde vader van een IS-vrouw. Zijn dochter vertrok in 2015 op 19-jarige leeftijd naar het kalifaat. Ze kreeg daar twee dochters, eentje is drie jaar en de ander is bijna twee.

Volgens Klijn is zijn dochter „uit naïviteit” naar het strijdgebied vertrokken, volgens hem dacht ze dat ze daar in een ziekenhuis zou gaan werken. Ze trouwde met een IS-strijder en samen kregen ze twee kinderen. „Geweldige meiden”, zegt hij over de twee kleintjes. „Ik heb ze nog nooit in het echt gezien, maar wel op foto’s en video’s. Ze weten dat ik hun opa ben.”

Bekijk ook: 

Vader IS’er: ’Mijn leven gaat eindelijk weer door’ 

Bekijk meer van; terrorisme Bert Klijn Mark Rutte Nederland Syrië Democraten 66 Volkspartij voor Vrijheid en Democratie

Nederlandse IS-vrouwen en hun kinderen: duidelijk vonnis, onduidelijke toekomst

AD 11.11.2019 Nederland moet zijn best doen om de kinderen van IS-vrouwen terug te halen naar Nederland, desnoods door ook hun moeders mee te nemen. Alle internationale hulp die wordt geboden, moet daarbij worden aangepakt. Toch zorgt het vonnis van de rechter in Den Haag, vandaag, bij verwanten voor onzekerheid.

Een oma zit wat verslagen op een stoel, buiten de rechtszaal waar zojuist uitspraak is gedaan in een kort geding namens 23 IS-vrouwen, die willen dat Nederland hen terughaalt uit Syrië. Haar dochter is één van die vrouwen, die vastzit in een detentiekamp in Syrië. De oma kocht eerder nog spulletjes voor haar kleinkinderen, denkend aan een vlugge terugkeer. ,,Daar ben ik mee gestopt.”

Lees ook;

Rechter: Kinderen van IS-vrouwen moeten worden teruggehaald uit Syrië

Lees meer

Turkije begint met terugsturen IS’ers: ‘Duitser en Amerikaan uitgezet’

Turkije begint met terugsturen IS’ers: ‘Duitser en Amerikaan uitgezet’

Lees meer

En na vandaag gaat ze er zeker niet weer mee beginnen. Aan de ene kant bieden de woorden van de rechter hoop, tegelijkertijd doen ze de achterblijvers van IS vrouwen de moed in de schoenen zinken.

Dat zit als volgt.

De rechter is duidelijk over de kinderen: Nederland moet zich inspannen om ze terug te halen. Zij kunnen niets doen aan de vreselijke beslissing die hun moeders namen, om af te reizen naar een gebied waar terreurorganisatie IS gruweldaden beging die de verbeelding tarten.

De Staat handelt volgens de rechter onzorgvuldig door zich niet actief in te zetten voor de terugkeer van de 56 kinderen – een baby werd onlangs nog geboren, anderen zijn oud genoeg om zich hun ‘vorige’ leven hier nog te herinneren. In de detentiekampen waar ze zitten, zijn de omstandigheden erbarmelijk.

Verspeeld

De vrouwen daarentegen hebben hun rechten verspeeld. Ze keerden ons land de rug toe, wetend dat ze vertrokken naar een plek waar IS ‘weerzinwekkende en grove misdaden’ beging. ,,Ze lieten zich niks gelegen aan de inspanningen van Nederland hen tegen te houden’’, zo sprak de rechter. Maar: als de terugkeer van hun kinderen alleen mogelijk is wanneer de moeders meekomen naar Nederland, dan is het niet anders.

Punt is dat de rechter ook vindt dat Nederland geen ‘grote veiligheidsrisico’s’ hoeft te nemen. Tot voor kort zou dat niet zo’n probleem zijn, omdat er ook een verplichting geldt alle mogelijkheden zoals internationale hulp te benutten. Eerder boden de Amerikanen aan jihadisten naar Europa terug te brengen, de Koerden die de detentiekampen bestieren wilden ze graag kwijt.

Maar nu is er de inval van Turkije in Syrië. De regio waar de vrouwen verblijven is instabiel. Dus lijkt het voor de overheid nog gemakkelijker zich achter onveiligheid te verschuilen, zoals al gebeurde toen journalisten, familieleden en een advocaat zich nog openlijk in de kampen begaven.

,,Ik denk dat ik mijn familie uiteindelijk wel zal gaan zien”, zegt de oma.  ,,Maar ik denk ook dat het nog jaren gaat duren.” Zo verwacht ook Klaas Spijk, wiens dochter Mandy uit Gouda met kinderen afreisde, dat Nederland zal blijven hameren op onveiligheid. ,,Terwijl de afgelopen tijd wel weer weeskinderen uit diverse landen en een Duitse vrouw zijn opgehaald.”

Hoopvol

Aan de andere kant zijn er hoopvolle woorden. Advocaat André Seebregts, die het merendeel van de vrouwen vertegenwoordigt, ziet een grote kans op een positieve uitkomst. Hij verwacht binnen twee weken duidelijkheid over terugkeer van de kinderen.

,,Nederland moet meteen met dit vonnis aan de slag. Er kan niet worden gewacht op een hoger beroep.” Seebregts benadrukt dat ook na de Turkse inval de Amerikaanse ambassadeur Hoekstra in Nederland duidelijk was: het aanbod jihadisten te repatriëren staat nog steeds.

Zo kan het dat vader Bert Klijn juist heel opgelucht media te woord staat, in de gang van de rechtbank. Zijn dochter vertrok op 19-jarige leeftijd ‘uit naïviteit’ naar het kalifaat, waar ze kinderen kreeg, die hij van foto’s en video’s kent. Klijn gelooft dat terugkeer een stuk dichterbij is gekomen.

Gemengde gevoelens dus. In stilte vertrokken de familieleden, in een enkel geval ultiem teleurgesteld. De toekomst blijft ongewis. Het vonnis houdt de vrouwen verantwoordelijk, ziet de onschuld van de kinderen en maakt voor die laatste groep een andere toekomst mogelijk.

Dat is zeker gewenst, benadrukt de rechter, gezien de mening van experts en veiligheidsdiensten, die vrezen voor meer radicalisering als de kinderen in de kampen blijven. De vraag is wat de Staat én het internationale krachtenspel in Syrië daarop te zeggen hebben.

Uitspraak IS-kinderen houdt coalitie verdeeld: CDA is bezorgd, D66 opgetogen

AD 11.11.2019 De uitspraak van de rechter dat de Nederlandse Staat alles moet doen om de kinderen van IS-vrouwen te repatriëren, houdt de coalitiepartijen verdeeld. D66 is verguld met de uitspraak, CDA juist niet.

Volgens de rechter is de Staat niets verplicht aan de 23 vrouwen, maar wel aan hun 56 kinderen. Het kabinet wil geen van beide groepen terughalen, dat zou bovendien te gevaarlijk zijn.

De Haagse rechtbank vindt echter dat de kinderen het slachtoffer zijn geworden van het handelen van hun moeder of ouders en heeft de Staat een zekere zorgplicht naar hen.

Volgens CDA-Tweede Kamerlid Madeleine van Toorenburg moet de Staat in hoger beroep. ,,Deze uitspraak is een risicovolle, want als je de kinderen hierheen haalt, geeft dat de ouders ook recht op gezinshereniging. En dan krijg je vroeg of laat ook de ouders of moeders die je juist niet hier wil.’’

D66-Tweede Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma betwijfelt dat juist. ,,Er zijn ook regels rond gezinshereniging. Dat kan bijvoorbeeld worden geweigerd als dat niet is in het belang van het kind, of als de openbare orde in het geding komt. Dat zou hier kunnen spelen.’’

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Coalitiegenoot VVD spreekt van ‘een frustrerende uitspraak’. ,,Het is gevaarlijk om deze kinderen op te halen. Daarnaast zullen de moeders en vaders snel volgen, gezien recht op gezinshereniging. Dat leidt tot gevaar voor onze nationale veiligheid. Ik hoop dat de Nederlandse staat zal doorprocederen.  Wij willen deze kinderen niet terug. En hun ouders al helemaal niet.”

Veiligheid

D66 is juist blij met de uitspraak. ,,Het bevestigt dat wat wij vinden, namelijk dat die kinderen niet hebben gekozen voor een leven in een kamp of het kalifaat. De uitspraak kan bovendien in ons belang zijn, want veel van die kinderen zijn nog helemaal niet geradicaliseerd. 85 procent van hen is niet ouder dan zes jaar, het is in het belang van onze veiligheid hier om hen hierheen te halen voordat zij daar alsnog radicaliseren.’’

Het kabinet wilde zojuist nog niet reageren op de rechterlijke uitspraak. Premier Mark Rutte zei deze eerst ‘zorgvuldig’ te willen bestuderen. ,,Ik heb de uitspraak nog niet gezien. Ik was aan het vergaderen”, aldus Rutte na urenlang overleg over de stikstofcrisis.

Het is overigens nog de vraag of het vonnis praktisch uitvoerbaar is. De Koerden stelden tot dusver dat zij geen kinderen zouden laten gaan zónder hun moeder. De Haagse rechter geeft hiervoor geen leidraad. Volgens het vonnis ontstaat er dan weer een nieuwe situatie. Wel zegt de rechter dat het belang van het terughalen van de kinderen  dan prevaleert boven de ‘te respecteren wens’ van de Nederlandse Staat om de moeders daar te laten berechten. Het ‘is dan niet anders’ , zegt de rechter, dat dan ook de moeders terugkeren.

Kamer ook na uitspraak rechter verdeeld over terughalen IS-kinderen

NOS 11.11.2019 In de Tweede Kamer wordt verschillend gereageerd op de uitspraak van de rechter in de zaak die 23 IS-moeders hadden aangespannen. Daarmee blijkt opnieuw de politieke verdeeldheid over het ophalen van moeders en kinderen uit IS-gebied.

VVD en CDA vinden dat er risico’s aan de uitspraak vast zitten. Als kinderen van IS’ers naar Nederland komen, dan hebben de ouders recht op gezinshereniging met alle gevaren van dien, zeggen de partijen.

“Ik hoop dat de Nederlandse staat zal doorprocederen”, zegt VVD-Kamerlid Yesilgöz. “Wij willen deze kinderen niet terug. En hun ouders al helemaal niet.”

Het CDA vindt de misdrijven die deze vrouwen mede hebben gepleegd zwaar wegen. De vrouwen hebben hun recht op hulp verspeeld, vindt CDA-Kamerlid Van Toorenburg. “Volgens mij moeten wij ons vooral inspannen voor de slachtoffers van de genocide.”

‘Medemenselijkheid’

De andere twee regeringspartijen, D66 en ChristenUnie, staan minder afwijzend tegenover de terugkeer van IS-vrouwen en hun kinderen. D66 is voorstander van het actiever terughalen van IS-kinderen. De partij vindt dat nodig vanuit het oogpunt van “medemenselijkheid”, zegt D66-Kamerlid Sjoerdsma. “Die kinderen groeien nu op in detentiekampen, in een mini-kalifaat tussen prikkeldraad.”

Dat probleem ziet ook de ChristenUnie. “Deze uitspraak laat scherp het dilemma zien tussen de situatie van de kinderen die meegenomen zijn naar dit gebied en de moeders die er zelf voor kozen”, zegt Kamerlid Van der Graaf. D66 en ChristenUnie vinden het een risico de kinderen daar te laten radicaliseren, terwijl ze misschien ooit weer naar Nederland komen.

Volgens de uitspraak van de rechter moet Nederland zich inspannen om de kinderen terug te laten komen. Maar de Staat hoeft daarbij geen onredelijke risico’s te nemen, bijvoorbeeld door het leven van militairen op het spel te zetten. Het kabinet bestudeert de uitspraak.

De rechter beschreef in zijn vonnis ook de erbarmelijke omstandigheden waarin de kinderen leven.

‘Er is sprake van een ernstige en acute noodsituatie’

Bekijk ook;

Tweede Kamer verdeeld over vonnis Syrië-gangers

MSN 11.11.2019 De Tweede Kamer reageert verdeeld op de uitspraak van de rechtbank in Den Haag over het terughalen van de kinderen van IS-vrouwen. Het CDA vindt de uitspraak ‘risicovol’, omdat de uitspraak de ouders van de kinderen de mogelijkheid geeft terug te keren. GroenLinks en D66 dringen erop aan de kinderen nu terug te halen.

De rechtbank oordeelde dat de Nederlandse staat er alles aan moet doen om kinderen van Syriëgangers in twee kampen in Noord-Syrië terug te halen. Die plicht geldt niet voor de vrouwen.

Maar, zei de rechter, als de Koerden die kampen bestieren de kinderen niet willen weghalen, moet de overheid kijken of vrouwen en kinderen kunnen worden teruggehaald.

Sterken in positie

Dat baart CDA-Kamerlid Madeleine van Toorenburg zorgen. “Risicovolle uitspraak. Met kinderen krijgen ook de ouders recht op terugkeer. Volgens mij moeten we ons vooral inspannen voor de slachtoffers van de genocide.”

“Dit sterkt ons in onze eerdere positie dat kinderen terug moeten worden gehaald”, laat Sjoerd Sjoerdsma (D66) weten.

Het is de vraag hoeveel de Nederlandse Staat zich zal aantrekken van de uitspraak. Premier Rutte wil niet direct reageren. Hij wil eerst de uitspraak bestuderen. Ook minister van Buitenlandse Zaken Stef Blok zegt dat het ministerie de uitspraak eerst wil bestuderen.

Het kabinet gaf eerder aan dat ze kinderen niet ophalen omdat het daar te onveilig is.

Recht op leven

23 vrouwelijke Syriëgangers hadden tien dagen geleden, via hun zes advocaten, een kort geding aangespannen tegen de Nederlandse Staat. De vrouwen wilden dat zij, samen met hun 56 kinderen, worden opgehaald uit de kampen.

Rechter: “Sprake van ernstige en acute noodsituatie”

Bekijk deze video op RTL XL

“Uit bronnen is op te maken dat de kinderen (onder meer) te maken hebben met bombardementen, seksueel misbruik en martelingen.’

Voor wat betreft de kinderen is er sprake van ernstige schending van mensenrechten, betoogden de advocaten. Het gaat onder andere om het recht op leven van kinderen. De kinderen zijn in levensgevaar en onschuldig, stellen de advocaten. De rechter gaat daarin mee.

‘Kinderen zijn niet verantwoordelijk’

De staat moet zich dus inspannen om die kinderen terug te halen. Volgens de rechter handelt de staat onzorgvuldig als hij zich daarvoor niet actief inzet. Volgens de rechter zijn de kinderen niet verantwoordelijk voor de gedragingen van hun ouders ‘hoe ernstig deze ook zijn’. “De kinderen zijn slachtoffer van het handelen van hun ouders.”

Enorm kamp

De vrouwen zitten met hun kinderen veelal in het gevangenkamp Al-Hol in Noordoost-Syrië: een enorm kamp waar volgens de Verenigde Naties ruim 74.000 mensen zitten, voornamelijk vrouwen en kinderen, en waar de omstandigheden erbarmelijk zijn.

Alle Nederlandse kinderen, waar het vandaag over gaat, zijn jonger dan 12 jaar.

De overheid moet van de rechter wel de ruimte krijgen hoe ze de terugkeer van de kinderen gaat aanpakken. Nederland heeft het niet voor het zeggen in Syrië en hoeft volgens de rechter geen onacceptabele veiligheidsrisico’s te nemen in het gevaarlijke gebied.

De overheid kan daartoe afspraken maken met de Amerikanen of andere partners in de regio. Maar het beleid tot nu toe van het kabinet om betrokkenen niet-actief terug te halen, moet – althans bij de kinderen – ten einde komen, aldus de rechter.

Lees ook:

Nederlandse IS-vrouwen met kinderen willen terug na ontsnapping uit kamp

De Nederlandse staat heeft tot op heden geen actie ondernomen om de IS-vrouwen met hun kinderen terug te halen.

Al wel plannen gemaakt

Zowel het Openbaar Ministerie als de Raad voor de Kinderbescherming hebben al wel plannen gemaakt. Als de vrouwen aankomen in Nederland, worden ze aangehouden en vastgezet. Het Openbaar Ministerie zal de vrouwen daarna vervolgen voor deelname aan een terroristische organisatie.

De Verenigde Staten hebben al regelmatig aangedrongen dat Europese landen hun IS-strijders moeten terughalen. Ook hebben de Amerikanen aangeboden om te helpen met de terugkeer.

Lees ook:

Ze willen terug naar Nederland, maar hoe gevaarlijk zijn de vrouwen van IS?

Over de volwassen vrouwen oordeelt de rechter anders. “Zij zijn welbewust naar Syrië of Irak gegaan om zich aan te sluiten bij IS, een terroristische organisatie. Zij wisten dat die organisatie zich schuldig maakt aan weerzinwekkend en grove misdaden. De vrouwen moet daarvoor berecht worden. De staat wil dat die berechting in de regio plaatsvindt en heeft ook het recht om te proberen die berechting daar plaats te laten vinden.”

Alleen als de Syrisch-Koerdische autoriteiten, of anderen die betrokken zijn bij het terughalen van de kinderen, als voorwaarde stellen dat de moeders mee moeten met de kinderen ‘zal de staat zich ook hiervoor moeten inspannen’. “Zij worden dan in Nederland voor de rechter gebracht.”

IS-kinderen

Volgens de laatste cijfers van de AIVD zitten er ongeveer 140 Nederlanders vast in kampen in Noord-Syrië.

Het gaat om 15 mannen, 35 vrouwen en 90 kinderen.

Een groep Nederlandse vrouwen heeft nu een kort geding aangespannen omdat ze met hun kinderen willen worden opgehaald.

Het terughalen van IS-strijders zorgt al langer voor een groot meningsverschil in de regering.

VVD en CDA zijn tegen het ophalen van de Nederlandse IS’ers en kinderen.

Het kabinet houdt vol: ze gaan de kinderen en vrouwen niet halen. Het kabinet geeft aan dat ze kinderen niet ophalen omdat het te riskant is.

RTL Nieuws; Islamitische Staat  Link in bio  Rechterlijke macht  Syrië

Rechter oordeelt: Nederland moet IS-kinderen terughalen

Elsevier 11.11.2019 Nederland moet alles op alles zetten om 56 IS-kinderen zo snel mogelijk op te halen uit detentiekampen in het noordoosten van Syrië. Dat heeft de rechter geoordeeld in een kort geding dat 23 IS-vrouwen hadden aangespannen.

Volgens de rechter leven de kinderen in de kampen in een acute noodsituatie, zonder dat zij daar zelf voor hebben gekozen. Daarom moet het Nederlandse beleid – dat er tot nu toe op was gericht niet actief terug te halen – veranderen.

Lees ook: Terughalen kalifaatkinderen enorm veiligheidsprobleem

Hun moeders hebben geen recht op repatriëring, omdat zij er volgens de rechter zelf voor hebben gekozen om naar IS-gebied af te reizen.

Maar als de Koerden de kinderen niet laten vertrekken zonder hun moeders, moet de overheid kijken of het mogelijk is beide groepen terug te halen. De vrouwen moeten dan worden berecht in Nederland. Ook het Openbaar Ministerie wil dat. Als de vrouwen zelf zouden besluiten hun kinderen niet mee te geven naar Nederland, vervalt de inspanningsverplichting voor de staat om dat kind te repatriëren.

Geen onacceptabele veiligheidsrisico’s

De overheid moet de ruimte krijgen hoe ze de terugkeer van de kinderen gaat aanpakken, vindt de rechter. Nederland heeft het niet voor het zeggen in Syrië en hoeft volgens de rechter geen onacceptabele veiligheidsrisico’s te nemen in het gevaarlijke gebied. De overheid kan daartoe afspraken maken met de Amerikanen of andere partners in de regio.

Afshin Ellian schreef eerder deze column: Jihadkinderen stellen Nederland voor duivels dilemma

Volgens de rechter zijn de kinderen het slachtoffer van het handelen van hun moeder of ouders. Zij hebben allemaal de Nederlandse nationaliteit en zijn jonger dan twaalf jaar. De meesten zelfs onder de zes jaar. De rechter benadrukte dat de kinderen nu nog zo klein zijn dat het meer risico oplevert als ze nu niet zouden worden teruggehaald, omdat ze nu nog niet echt beïnvloed zijn door terroristische denkbeelden.

De vrouwen hebben er de afgelopen jaren volgens de rechter uit vrije wil en bewust voor gekozen om uit te reizen naar het strijdgebied in Syrië of Irak en zich daar aan te sluiten bij Islamitische Staat. Ze zitten nu vast in de kampen Al-Hol en Al-Roj die door de Koerden worden beheerd. De omstandigheden in de kampen zijn erbarmelijk. Er is veel agressie en geweld, weinig voedsel en water, er heersen ziektes, mensen worden gemarteld en er zijn bombardementen.

Nederlanders kunnen zichzelf wel melden

Het kabinet hield het tot nu toe bij het standpunt dat de vrouwen in de regio moeten worden berecht, het liefst via een internationaal tribunaal. Maar of dat er komt is maar zeer de vraag.

Nederlanders kunnen zichzelf wel melden bij de Nederlandse ambassade in Ankara. Eind oktober maakten twee vrouwen gebruik van die regeling. Een van de vrouwen is het Nederlanderschap afgenomen. De andere vrouw keert waarschijnlijk terug naar Nederland, al moet Turkije eerst nog beslissen of zij daar moet worden vervolgd.

Gerelateerde artikelen;

Rechtbank: Staat moet zich inspannen om 56 kinderen uit Syrië te halen

NU 11.11.2019 De Nederlandse Staat moet zich inspannen om 56 kinderen en eventueel hun negentien moeders vanuit Syrië naar Nederland te halen. Dat heeft de rechtbank in Den Haag maandag bepaald in een kort geding.

Uitspraak terughalen IS-kinderen;

  • Nederland heeft de verplichting om zich in te spannen om IS-kinderen terug te halen.
  • Hun moeders moeten alleen worden teruggehaald als het niet anders kan.
  • De overheid moet binnen veertien dagen actie ondernemen.
  • Het kort geding was aangespannen vanwege het acute gevaar in de kampen in Syrië.

Nederland kan volgens de rechtbank niet gedwongen worden om de kinderen te repatriëren, omdat er wel degelijk gevaar is door de instabiele situatie in Syrië.

“De Staat hoeft geen onnodige veiligheidsrisico’s te nemen, maar moet wel alle mogelijkheden die er zijn, zoals de door de Amerikanen geboden hulp, benutten”, aldus de rechtbank.

Dat komt erop neer dat de Nederlandse regering alles moet doen wat in haar macht ligt. Als de overheid zegt dat het niet mogelijk is, moet het bewijs overhandigen dat er alles aan gedaan is.

Dat betekent volgens advocaat André Seebregts, die het merendeel van de eisers bijstaat, dat Nederland binnen de gestelde termijn van veertien dagen contact op moet nemen met de Koerden, dan wel de Amerikanen.

De Koerden voeren de regie over de kampen waar de vrouwen en kinderen vastzitten. De Amerikanen hebben laten weten hen voor Nederland te willen ophalen.

Vrouwen alleen teruggehaald als het niet anders kan

in totaal 23 vrouwen spanden een kort geding tegen de Staat aan omdat zij en hun kinderen in acuut gevaar zouden zijn. De rechtbank erkent dit gevaar en spreekt van een “schrijnende situatie”.

In het geval van de vrouwen geldt echter dat zij alleen teruggehaald moeten worden als de Koerden de kinderen alleen samen met hun moeders laten gaan.

“De vrouwen hebben niet het zelfstandige recht om naar Nederland teruggehaald te worden omdat zij met hun volle verstand zijn afgereisd naar Syrië en zich hebben aangesloten bij IS, een terroristische organisatie”, aldus de rechtbank.”De kinderen zijn daarentegen het slachtoffer van het handelen van hun ouders.”

Vier van de 23 vrouwen hebben geen kinderen. “Voor hen is dit dan ook een verdrietige uitspraak”, benadrukt Seebregts.

Kabinet wil vrouwen in de regio berecht hebben

Het kabinet wil dat de vrouwen in de regio worden berecht en de rechtbank vindt dat Nederland het recht heeft om uit te vinden of dat eventueel mogelijk is.

Of de regionale berechting in Irak er ook komt, is nog maar zeer de vraag. De Iraakse minister van Buitenlandse Zaken zei onlangs dat het land niet bereid is Nederlandse IS’ers te berechten. Volgens minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken) gaan de onderhandelingen met Bagdad echter nog door.

Kans dat ook vrouwen komen ‘redelijk groot’

Seebregts zegt dat de kans redelijk groot is dat ook de vrouwen teruggehaald worden, omdat de Koerden altijd duidelijk hebben gemaakt de vrouwen samen met hun kinderen af te willen geven. “Net als de Amerikanen, de Turken en de Russen”, aldus de raadsman.

De vrouwen en kinderen bevinden zich op dit moment in de gevangenkampen Al Hol en Al Roj in Noordoost-Syrië. Het kamp Al Roj ligt in de door Turkije gewenste veiligheidszone.

Kabinet wil uitreizigers niet ophalen vanwege gevaar

Volgens het huidige kabinetsbeleid worden Nederlandse uitreizigers niet actief opgehaald uit Syrië. Het kabinet wil Nederlandse ambtenaren niet in gevaar brengen door ze naar een onveilig gebied te sturen.

Dit is anders als Nederlanders zich zelf melden bij de Nederlandse ambassade, zoals onlangs twee vrouwen en hun drie kinderen in de Turkse stad Ankara deden.

Een van de vrouwen is het Nederlanderschap afgenomen. De andere vrouw keert waarschijnlijk terug naar Nederland, al moet Turkije eerst nog beslissen of zij daar vervolgd moet worden.

Vrouwen zullen bij aankomst worden aangehouden

Mocht het de regering lukken om de vrouwen naar Nederland te halen, dan zullen zij direct worden aangehouden en op de terroristenafdeling in Vught worden geplaatst. Tegen alle personen van wie bekend is dat zij vanuit Nederland naar de strijdgebieden in Syrië en Irak zijn afgereisd, loopt een strafrechtelijk onderzoek.

De kinderen zullen op hun beurt worden opgevangen en in de gaten worden gehouden door de Raad voor de Kinderbescherming. Deze raad zal uiteindelijk adviseren waar de kinderen het beste geplaatst kunnen worden.

Er is nog hoger beroep mogelijk, maar Nederland is in de tussentijd wel al verplicht actie te ondernemen.

Lees meer over: Binnenland

Rechter oordeelt: Nederland moet kinderen IS-vrouwen terughalen

Telegraaf 11.11.2019 De Nederlandse Staat moet 56 kinderen van IS-vrouwen terughalen. De 23 IS-vrouwen zelf hoeven niet teruggehaald te worden. Dat oordeelde de voorzieningenrechter in Den Haag op maandag.

Als de Koerden de kinderen niet laten vertrekken zonder hun moeders dan ontstaat er een nieuwe situatie, aldus het vonnis. Dan moet de overheid kijken of het mogelijk is om beide groepen terug te halen. De vrouwen moeten dan worden berecht in Nederland. Ook het Openbaar Ministerie wil dat. Als de vrouwen zelf zouden besluiten hun kinderen niet mee te geven naar Nederland, vervalt de inspanningsverplichting voor de Staat om dat kind te repatriëren.

De overheid moet wel de ruimte krijgen hoe ze die terugkeer gaat aanpakken. Nederland heeft het niet voor het zeggen in Syrië en hoeft volgens de rechter geen onacceptabele veiligheidsrisico’s te nemen in het gevaarlijke gebied. De overheid kan daartoe afspraken maken met de Amerikanen of andere partners in de regio.

De kinderen hebben allen de Nederlandse nationaliteit en zijn jonger dan twaalf jaar. De meesten zelfs onder de zes jaar. De rechter benadrukte dat de kinderen nu nog zo klein zijn dat het meer risico oplevert als ze nu niet zouden worden teruggehaald, omdat ze nu nog niet echt beïnvloed zijn door terroristische denkbeelden.

De vrouwen zijn de afgelopen jaren uitgereisd naar het strijdgebied in Syrië of Irak waar Islamitische Staat het voor het zeggen had. Ze zitten nu vast in kampen die door de Koerden worden beheerd. Ze willen terug naar Nederland, maar het kabinet weigert ze actief terug te halen.

’Binnen twee weken duidelijkheid’

Advocaat André Seebregts noemt de beslissing een „mooi afgewogen vonnis.” De advocaat verwacht dat er binnen twee weken duidelijkheid is voor de – met name jonge – kinderen die in de Koerdische opvangkampen in Syrië zitten. Wanneer de kinderen, al dan niet met hun moeder, zullen terugkomen naar Nederland, durft hij niet in te schatten.

Seebregts verwacht echter niet dat de kinderen zonder hun moeders terug zullen keren. „De Koerden hebben al meerdere keren duidelijk laten merken dat ze de kinderen niet van hun moeder willen scheiden.”

Naar rechter stappen staat vrij

Het regeringsbeleid is nog steeds dat Nederland geen Nederlanders terughaalt uit Syrië. Alleen wie erin slaagt om een diplomatieke post te bereiken, kan eventueel hulp krijgen. Is het repatriëren van vrouwen die zelf besloten om naar een oorlogsgebied te vertrekken een beslissing die een rechter moet nemen, of is het aan de politiek?

„Je kunt altijd naar de rechter stappen als je vindt dat je wordt geschaad in je rechten”, zegt Jon Schilder, hoogleraar staats- en bestuursrecht aan de Vrije Universiteit Amsterdam. „Er rust een algemene verplichting op de overheid om het recht op leven van onderdanen te garanderen. Maar niet ten koste van alles.”

„Er is ook nog zoiets als eigen verantwoordelijkheid. Als je in een botsauto stapt en je raakt gewond, kun je de exploitant verantwoordelijk stellen, maar grote kans dat de rechter zal zeggen dat je zelf het risico hebt aanvaard door in een botsauto te stappen.”

Volgens hoogleraar internationaal recht Geert-Jan Knoops is er geen enkel internationaal verdrag waarin letterlijk staat dat de Staat verplicht is om onderdanen terug te halen.

„Dan moet je het hebben van een analoge redenering: er is misschien geen rechtens afdwingbare juridische plicht om iets te doen. Maar wel een inspanningsverplichting.”

Bekijk ook:

 Dit betekent terugsturen IS’ers voor Nederland 

Intussen heeft Turkije aangekondigd vandaag te beginnen met het terugsturen van IS’ers naar landen van herkomst. Minister Blok (Buitenlandse Zaken) weet niet of daar ook Nederlanders bij zitten. Maar als het gebeurt, gebeurt dat in overleg, zodat de IS’ers bij aankomst in Nederland kunnen worden aangehouden.

Bekijk meer van; sociale problematiek straf conflicten, oorlog en vrede misdaad Geert-Jan Knoops Nederland

Rechter: Nederland moet zich inspannen om IS-kinderen terug te halen

NOS 11.11.2019 Nederland moet zich inspannen om 56 IS-kinderen zo snel mogelijk op te halen uit detentiekampen in het noordoosten van Syrië. Dat heeft de rechter geoordeeld in een kort geding dat hun 23 moeders hadden aangespannen.

Volgens de rechter leven de kinderen in de overvolle kampen al-Roj en al-Hol in een acute noodsituatie, zonder dat zij daar zelf voor gekozen hebben. Daarom moet het Nederlandse beleid om de kinderen niet actief terug te halen, veranderen.

De rechter beschrijft in zijn vonnis de erbarmelijke omstandigheden waarin de kinderen leven.

‘Er is sprake van een ernstige en acute noodsituatie’

Hun moeders hebben geen recht op repatriëring, omdat zij er volgens de rechter zelf voor hebben gekozen om naar IS-gebied af te reizen. Wel houdt de rechter er rekening mee dat de autoriteiten ter plaatse de kinderen alleen samen met hun moeders laten gaan. In dat geval moet Nederland ook de moeders terughalen, zegt de rechter.

In de uitspraak benadrukt de rechter dat het hier gaat om een inspanningsverplichting voor de staat. Volgens hem kan Nederland namelijk niet worden gedwongen tot iets waar het niet toe in staat is. Wel zegt de rechter dat de overheid gebruik moet maken van Amerikaanse hulp bij de repatriëring en de bereidheid van de Syrische Koerden om de kinderen, en eventueel hun moeders, uit de kampen te laten vertrekken.

Gedeeltelijk hun zin

Volgens verslaggever Mattijs van de Wiel hebben de moeders gedeeltelijk hun zin gekregen. “De rechter is het eens met de advocaten dat de staat verantwoordelijk is voor de kinderen, en de overheid moet zich inspannen voor hun terugkeer. Maar er is geen stok achter de deur, geen dwangsom en de rechter gaat straks ook niet controleren wat de staat met deze uitspraak doet.”

André Seebregts, een van de advocaten van de moeders, is tevreden met de uitspraak. Hij zegt erop te rekenen dat Nederland inderdaad zijn best gaat doen. “Dat betekent dat als de Koerden wordt gevraagd om ze te laten gaan, dat die waarschijnlijk ‘ja’ zeggen, net als de Amerikanen. Dus onder die omstandigheden lijkt het erop dat het wel zal leiden tot het resultaat dat we willen.”

De Nederlandse Staat wil de moeders en kinderen tot nu toe niet ophalen, omdat de vrouwen uit vrije wil zijn afgereisd naar IS-gebied. “Ze hebben zo bijgedragen aan het functioneren van IS en hun kinderen in een zeer gewelddadige omgeving gebracht”, zei landsadvocaat Reimer Veldhuis anderhalve week geleden tegen de rechter. Ook vindt Nederland een terughaalactie te gevaarlijk.

Bekijk ook;

Rechter: Kinderen van IS-vrouwen moeten worden teruggehaald uit Syrië

AD 11.11.2019 De rechter in Den Haag heeft vandaag, in een zaak die namens 23 vrouwen die in Syrische kampen verblijven is aangespannen, beslist dat de 56 kinderen van IS-vrouwen door de Nederlandse staat moeten worden teruggehaald.

De Staat moet er alles aan doen om de kinderen van IS’ers terug te halen naar Nederland. Voor de IS-vrouwen zelf geldt daartoe geen verplichting, maar door de uitspraak neemt de kans dat de moeders met hun kinderen meekomen wel toe.

De rechter is van mening dat de Nederlandse staat terecht heeft aangevoerd dat zij niet verantwoordelijk kan worden gehouden voor de schendingen van mensenrechten in Syrië. Daardoor kan door de vrouwen ook geen beroep op consulaire bijstand vanuit Nederland worden gedaan, zegt de rechter.

De vrouwen zijn de afgelopen jaren uitgereisd naar het strijdgebied in Syrië of Irak waar Islamitische Staat het voor het zeggen had.

De rechter vindt evenwel dat Nederland zich het schrijnende lot van de kinderen van de Syriëgangers moet aantrekken. ,,Die kozen niet voor het kalifaat, maar hebben nu wel te maken met marteling, misbruik en gebrek aan voorzieningen’’, klinkt het. Er is sprake van een ‘ernstige en acute noodsituatie’. Om die situatie het hoofd te bieden is repatriëring noodzakelijk. ,,Het kan niet op een andere manier’’

Lees ook:

Lees meer

Ondertussen is de situatie in Noord Syrië steeds chaotischer aan het worden, door de Turkse inval. De Koerden die de kampen bewaken zijn daardoor in de knel gekomen. ,,Als Nederland niets doet, krijgt de Syrische president Al-Assad de kinderen straks in handen”, stelde advocaat Tom de Boer namens de vrouwen. Die president is de afgelopen jaren van talloze mensenrechtenschendingen beschuldigd.

De rechter wijst op het gevaar dat de kinderen, allen onder de twaalf en met alleen de Nederlandse nationaliteit, lopen als er niets wordt gedaan. De rechter benadrukt dat de moeders vrijwillig afreisden naar het kalifaat en spreekt zich niet uit over hun eis om hun eigen proces te mogen bijwonen. Als de Koerden de kinderen niet laten vertrekken zonder hun moeders dan ontstaat er een nieuwe situatie, aldus het vonnis.

Inspanningsverplichting

De Staat is er veel aan gelegen de vrouwen ter plaatse te laten berechten en de rechter is van oordeel dat er ruimte moet zijn om de mogelijkheden daartoe te onderzoeken. Maar als de autoriteiten de kinderen alleen met hun moeder laten vertrekken, dan moeten ze meekomen. De vrouwen worden dan in Nederland vastgezet en moeten hier worden berecht. Ook het Openbaar Ministerie wil dat en de voorbereidingen zijn al getroffen.

De rechter verplicht de Staat tot een ‘inspanningsverplichting’, maar legt geen dwangsom op zoals geëist. Het beleid tot nu toe van het kabinet om betrokkenen niet-actief terug te halen, moet – althans bij de kinderen – ten einde komen, aldus de rechter. Als de vrouwen zelf zouden besluiten hun kinderen niet mee te geven naar Nederland, vervalt de inspanningsverplichting voor de Staat om het kind te repatriëren.

Geen risico’s nemen

Nederland heeft geen zeggenschap in Syrië en hoeft volgens de rechter geen ‘substantiële veiligheidsrisico’s’ te nemen. Bij de repatriëring moet de Staat wel hulp van de Koerden of Amerikanen aannemen, aldus de rechter. De overheid kan daartoe afspraken met de VS of andere partners in de regio maken. Naar verluidt bood de VS al hulp aan bij de repatriëring van IS-vrouwen en hun kroost. De Koerden zouden de vrouwen kwijt willen.

Advocaat André Seebregts, die namens de vrouwen optreedt, ziet in de uitspraak een ‘redelijke kans’ dat de kinderen terugkomen. Hij spreekt over een ‘afgewogen vonnis’. Premier Mark Rutte geeft aan dat het kabinet de uitspraak van de rechter om de IS-kinderen terug te halen ‘zorgvuldig gaat bestuderen’.  ,,Ik heb de uitspraak nog niet gezien. Ik was aan het vergaderen”, aldus de premier.

‘Leven gaat eindelijk door’

,,Mijn leven gaat eindelijk door’’, reageert Bert Klijn geëmotioneerd op de uitspraak. De man, wiens dochter in 2015 op 19-jarige leeftijd naar het kalifaat vertrok, zegt ‘heel gelukkig’ te zijn. Klijns dochter kreeg in IS-gebied twee dochters, waarvan de oudste inmiddels drie is en de jongste bijna twee. ‘Geweldige meiden’, zegt hij over de kleintjes, die hij alleen van foto’s en video’s kent.

,,Ik heb ze nog nooit in het echt gezien, maar ze weten dat ik hun opa ben.’’ Volgens Klijn is zijn dochter destijds uit ‘naïviteit’ naar Syrië vertrokken. De jonge vrouw dacht er in een ziekenhuis te gaan werken. Ze trouwde er met een IS-strijder. Klijn realiseert zich dat zijn dochter de cel in moet bij een terugkeer. ,,Ze bereidt de kinderen daar al op voor, ze weten al dat ze bij opa en oma komen wonen, omdat mama een tijdje weg moet.”

‘Nog veel onzekerheid’

Ook Klaas uit Gouda is blij met de uitspraak, zij het slechts ten dele. Zijn dochter Mandy reisde samen met haar kinderen af naar het kalifaat. ,,Er blijft veel onzekerheid’’, zegt hij. ,,Veel open eindjes, ook omdat er geen tijdsbestek is genoemd en omdat de Koerden de vrouwen niet zonder kinderen laten gaan.’’

Volgens de Gouwenaar voelt het alsof ‘we geen klap zijn opgeschoten’ met het oordeel. Hij is bang dat de Nederlandse overheid zal volhouden dat het onveilig in het gebied is. ,,Net zoals ze altijd hebben gedaan’’, zegt hij. Hij wijst erop dat er de afgelopen week wel ‘weeskinderen uit diverse landen en een Duitse vrouw zijn opgehaald’.

‘Gestopt met spullen kopen’

Ook een naar de zitting gekomen grootmoeder, die anoniem wil blijven, zegt te vrezen dat de Staat ‘zich zal verschuilen’. ,,Ik denk dat ik ze de komende jaren niet terug zal zien’’, zegt de vrouw over haar dochter en kleinkind. ,,Ik ben maar gestopt met spullen te kopen, zoals ik dat wel deed voor het geval ze zouden komen.’’

Kinderombudsman Margrite Kalverboer, die het kabinet meerdere malen opriep om de Nederlandse kinderen terug te halen, reageert verheugd op de uitspraak. ,,Met belangstelling volgen we hoe het kabinet vervolg gaat geven aan deze uitspraak”, laat ze in een reactie weten.

Vrouwen en kinderen in een kamp voor familieleden van buitenlandse IS-strijders in het noorden van Syrië. © AFP

Nederland moet kinderen uit IS-gebied terughalen

OmroepWest 11.11.2019 De rechtbank in Den Haag heeft de Staat verplicht om er alles aan te doen om kinderen van IS-vrouwen in kampen in Syrië terug naar Nederland te halen. Voor de IS-vrouwen zelf is de Staat dat niet verplicht. Dat bleek maandag uit het vonnis van de voorzieningenrechter.

Advocaten hadden namens 23 vrouwen en 56 kinderen een kort geding aangespannen. De vrouwen zijn de afgelopen jaren afgereisd naar het strijdgebied in Syrië of Irak waar Islamitische Staat het voor het zeggen had.

De vrouwen zitten nu vast in door Koerden beheerste kampen. Ze willen terug naar Nederland, maar het kabinet weigert actief om ze terug te halen. Een van de vrouwen zou de Goudse Mandy zijn, die met vijf kinderen in het gebied zit.

Volgens de rechter hebben de kinderen in de kampen niet voor het kalifaat gekozen, maar hebben ze nu wel te maken met de noodsituatie in Noord-Syrië. Zo kreeg Jeugdzorg Haaglanden in september de voogdij over twee kinderen in een IS-kamp, nadat de moeder was overleden en de vader niet te vinden was.

De Raad van de Kinderbescherming vertelde dat de kinderen in het vluchtelingenkamp te weinig voedsel en medische zorg krijgen en dat zij hierdoor ernstige medische klachten hebben.

Slachtoffer van handelen ouders

‘De overheid dient zich het schrijnende lot van de kinderen aan te trekken’, zei de rechter maandag. ‘Zij zijn het slachtoffer van handelen van hun moeder of ouders.’ De kinderen hebben allen de Nederlandse nationaliteit en zijn onder de twaalf jaar.

Voor de vrouwen heeft de Staat geen verplichting om ze terug naar Nederland te halen. Volgens de rechter hebben ze bewust voor een reis naar het strijdgebied gekozen. Alleen als de Koerden kinderen niet willen laten vertrekken zonder hun moeders ontstaat er volgens de rechter een nieuwe situatie, en dan moet de overheid volgens het vonnis kijken of het mogelijk is om beide groepen terug te halen.

Meer over dit onderwerp: IS-GANGER RECHTBANK

Rechter: kinderen van IS-vrouwen terughalen

MSN 11.11.2019 De Staat moet er alles aan doen om de kinderen van IS-vrouwen uit kampen in Noord-Syrië terug te halen naar Nederland. Voor de IS-vrouwen zelf geldt daartoe geen verplichting. De voorzieningenrechter in Den Haag heeft dat maandag bepaald in een kort geding dat advocaten namens 23 vrouwen en hun 56 kinderen hebben aangespannen tegen de Staat.

Als de Koerden de kinderen niet laten vertrekken zonder hun moeders dan ontstaat er een nieuwe situatie, aldus het vonnis.

De vrouwen zijn de afgelopen jaren uitgereisd naar het strijdgebied in Syrië of Irak waar Islamitische Staat het voor het zeggen had. Ze zitten nu vast in kampen die door de Koerden worden beheerd. Ze willen terug naar Nederland, maar het kabinet weigert ze actief terug te halen.

Dit betekent terugsturen IS’ers voor Nederland

Telegraaf 11.11.2019 Turkije begint vandaag naar eigen zeggen met het terugsturen van opgepakte strijders van Islamitische Staat (IS) naar hun land van herkomst. Een Duitse IS’er zal als eerste op het vliegtuig worden gezet. Wat betekent deze aankondiging voor Nederland?

Vijf vragen over hoe het terugsturen precies werkt;

Komen polderjihadisten nu massaal terug?

Nee. Ten eerste is het nog afwachten of Turkije de daad bij het woord voegt. Ten tweede leek de minister met name te doelen op IS-strijders die Turkije eerder heeft opgepakt in Noord-Syrië, tijdens de militaire operatie daar. Onbekend is of daar Nederlanders bij zitten.

Er zitten wel Nederlandse Syriëgangers in een Turkse cel, maar dat is slechts een handvol. Loes F. uit Geleen en Souad D. uit Franeker zijn twee jihadvrouwen die al langer in de cel zitten en terug willen. Ook Xaviera Rose-Claire S. uit Apeldoorn zit vast in Turkije. Ruim een week geleden meldden zich nog twee Nederlandse vrouwen bij de Nederlandse ambassade in Ankara, in de hoop terug te keren. In totaal gaat het om naar schatting een zevental Nederlandse jihadisten, onder wie ook twee of drie mannen.

Bekijk ook:

Turkse minister: Turkije begint maandag met terugsturen IS’ers 

Terugsturen, hoe gaat dat?

Er zijn al eerder nederjihadisten overgevlogen uit Turkije naar Nederland. Reda N. en Oussama A. kwamen met een gewoon lijnvliegtuig, maar onder begeleiding van de marechaussee. Na aankomst op Schiphol werden ze aangehouden en afgevoerd naar de terroristenafdeling van de gevangenis in Vught.

En wat als hun paspoort is afgepakt?

Een van de twee dames die zich een week geleden meldden op de Nederlandse ambassade, heeft alleen nog maar de Marokkaanse nationaliteit. Dat betekent echter niet dat ze niet teruggestuurd kan worden naar Nederland. Wel dat ze, als ze is berecht en haar straf heeft uitgezeten, het land uit wordt gezet.

Wat voor straffen krijgen ze hier?

De straffen voor vrouwen komen neer op zo’n anderhalf tot twee jaar cel. Voor mannen, van wie de kans veel groter is dat ze hebben gevochten of zich schuldig hebben gemaakt aan gruwelen, is een jaar of zes de norm. Vorig jaar kreeg de Utrechtse strijder Oussama A. 7,5 jaar omdat hij had gesold met het lijk van een IS-slachtoffer. Zijn vriend Reda N. kwam er vanaf met 4,5 jaar omdat bij hem hard bewijs ontbreekt dat hij gruweldaden heeft begaan.

En hoeveel IS’ers zitten er nog aan te komen?

Voor Nederland is de flinke groep IS- vrouwen in de Koerdische kampen in Noord-Syrië van groter belang dan die nu al in een Turkse cel zitten. Het gaat om zo’n vijftien mannen en veertig vrouwen plus tegen de honderd kinderen met een Nederlandse link. Het kabinet staat onder steeds grotere druk om hen terug te halen naar Nederland.

De Haagse voorzieningenrechter bepaalde vandaag dat Nederland het maximale moet doen om de kinderen uit Nederlandse IS-gezinnen te repatriëren.

Bekijk meer van; politiek terrorisme Turkije Nederland Islamitische Staat Syriëganger

Turkije stuurt Amerikaanse IS-strijder terug naar VS

NOS 11.11.2019 Turkije heeft vandaag een Amerikaanse IS-strijder teruggestuurd naar de Verenigde Staten. Dat heeft de Turkse minister van Binnenlandse Zaken Soylu gezegd tegen verschillende staatsmedia. Later deze week volgen er volgens hem nog zeven Duitsers en elf Fransen.

Soylu waarschuwde vorige week dat Turkije vandaag zou beginnen met het terugsturen van gevangengenomen buitenlandse IS-strijders. Volgens Turkije-correspondent Lucas Waagmeester moet dit dreigement vooral als drukmiddel in de onderhandelingen over de IS-strijders worden gezien. “Het is een signaal van: opschieten, we willen vooruitgang zien”, zegt hij.

Niet uitzonderlijk

Het is volgens Waagmeester niet uitzonderlijk dat IS’ers terug worden gestuurd. “Nederland heeft in het verleden ook IS-strijders teruggehaald. Dat is toen in overleg gegaan met Turkije. Deze mensen zijn daarna in Nederland vervolgd”, zegt Waagmeester. In het geval van de Amerikaanse IS’er zouden ook de gebruikelijke procedures zijn gevolgd.

Turkije vindt dat Europa het land opzadelt met het probleem van de IS-strijders. “De dreigementen over uitzetting zijn een uiting van frustratie”, aldus Lucas Waagmeester. “Veel Europese landen vinden dat de strijders in deze regio moeten worden berecht, maar Turkije zit zelf ook niet op de IS’ers te wachten. Ze vinden dat de Europese landen ‘hun eigen rommel’ moeten opruimen.”

Handjevol IS’ers

Ook de Nederlandse regering is van mening dat de IS-strijders in de regio moeten worden berecht. Volgens Waagmeester gaat hierbij wel om een andere groep IS-strijders. “Deze groep van zo’n 50 volwassenen en 95 kinderen zit in gevangenkampen in Noord-Syrië en is handen van de Koerden. In Turkije zelf zit maar een handjevol Nederlandse IS’ers.”

Turkije pakte onlangs tijdens een offensief in Noord-Syrië naar eigen zeggen een grote groep IS-strijders op. Volgens de Turkse president Erdogan zitten er nu zo’n 1200 IS-strijders in Turkse gevangenissen. Het is niet duidelijk of dit aantal ook klopt.

Bekijk ook;

Ankara start terugsturen IS-gevangenen

Telegraaf 11.11.2019 De Turkse regering begint naar eigen zeggen vandaag al met het terugsturen van buitenlandse IS’ers die gevangen zitten in Turkse gevangenissen. Vandaag zal een Duitse IS’er de grens over worden gezet, donderdag volgen zeven andere Duitsers.

Het Turkse ministerie van Binnenlandse Zaken kondigde vandaag aan ook nog eens elf Franse IS’ers uit te zetten. „De procedures voor elf buitenlandse terroristische strijders van Franse oorsprong die in Syrië gevangen zijn genomen, is in gang gezet”, aldus woordvoerder Ismail Catakli, zo meldde persbureau Anadolu.

Hij voegde eraan toe dat buitenlandse strijders uit Ierland, Duitsland en Denemarken ook worden voorbereid op repatriëring naar hun thuisland.

Onbekend is of in Turkije ook mannelijke IS’ers vastzitten met de Nederlandse nationaliteit. Wel zitten er twee vrouwen vast waarvan een met de Nederlandse nationaliteit en een waarvan de Nederlandse nationaliteit twee weken geleden is ontnomen. Ankara heeft overigens aangekondigd dat het afnemen van de nationaliteit de Turken er niet van zal weerhouden om de IS-aanhangers terug te sturen.

Turkije is boos dat Westerse landen weigeren buitenlandse IS’ers terug te nemen en in eigen land te berechten. Ankara vindt dat het daardoor tegen haar wil voor jaren opgezadeld wordt met duizenden gevaarlijke IS’ers.

Bekijk ook:

Rechter oordeelt: Nederland moet kinderen IS-vrouwen terughalen 

Als een IS’er met de Nederlandse nationaliteit met een Turks toestel aankomt op Schiphol, kan Nederland die niet linea recta met hetzelfde toestel terugsturen richting Ankara. De marechaussee is verplicht de Nederlander te accepteren maar kan die wel onmiddellijk in de boeien slaan op verdenking van lidmaatschap van een terreurorganisatie.

Van vrouwelijke aanhangers, die veelal niet op het strijdtoneel actief waren maar wel ’ondersteunende diensten’ leverden, zal ook een lidmaatschap bewezen moeten worden. Zo kon in Duitsland een vrouwelijke IS’er alleen veroordeeld worden toen bewezen werd dat zij jarenlang in een huis woonde waarvan de oorspronkelijke bewoners door IS waren verdreven.

Bekijk ook:

Dit betekent terugsturen IS’ers voor Nederland 

In Turkije zitten naar schatting enkele honderden IS’ers gevangen. Het merendeel daarvan kwam in handen van de Turken na de inval van Turkse troepen in het noordoosten van Syrië waar hoofdzakelijk Koerden wonen. Het grootste deel van de gevangen IS’ers is echter in handen van de Koerden die over een groot tekort aan middelen beschikken om ze gevangen te houden, laat staan te berechten.

Bekijk meer van; samenleving terrorisme straf burgeroorlog politiek Ankara

Turkije begint met terugsturen IS’ers: ‘Duitser en Amerikaan uitgezet’

AD 11.11.2019 Turkije heeft een begin gemaakt met het terugsturen van buitenlandse IS-strijders. Minimaal twee gevangenen zijn het land uitgezet. Volgens persbureau Reuters gaat het om een Duitser en een Amerikaan. Het is onbekend waar zij naartoe zijn gestuurd.

Reuters baseert zich op uitspraken van een regeringswoordvoerder. Ook persbureau AP maakt gewag van het terugsturen van IS-strijders, maar volgens de bron van dat bericht gaat het om een Amerikaan en een Deen. Deense media bevestigen dat: vanmiddag werd op de luchthaven van Kopenhagen een teruggestuurde 28-jarige man aangehouden.

Het terugsturen komt niet als een verrassing: vorige week kondigden de Turken al aan dat ze ertoe zouden overgaan, wat tot spanningen met NAVO-partners leidde. Die zitten niet te wachten op de terugkeer van de mannen die in het verleden naar Syrië en Irak trokken om te vechten.

Ook Nederland heeft dat standpunt. Wel oordeelde de rechter in Den Haag vandaag dat 56 kinderen van IS-vrouwen door de Nederlandse staat moeten worden teruggehaald. Nederland moet er alles aan doen om de kinderen van IS’ers terug te halen naar Nederland. Voor de IS-vrouwen zelf geldt daartoe geen verplichting, en dus ook voor mannelijke IS-strijders niet.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Toch ook mannen

De Turken lijken echter vastbesloten om ook mannen de grens over te zetten. Suleyman Soylu, de minister van binnenlandse zaken, zei vorige week dat 1200 buitenlandse IS-strijders in de Turkse cel zitten en dat er bij het recente Turkse initiatief in Noord-Syrië opnieuw 287 IS-leden, inclusief vrouwen en kinderen, zijn vastgezet.

De Turkse regering meldt volgens Reuters dat nog 23 Europese IS-leden deze week het land moeten verlaten. Onder hen zijn geen Nederlanders. Het zou gaan om elf Fransen, negen Duitsers, twee Ieren en een Deen.

Een woordvoerder van het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken meldt desgevraagd dat Nederland ‘in contact staat’ met Turkije over dit onderwerp. ,,Op individuele gevallen kunnen we niet ingaan.”

In antwoorden op Kamervragen laat het kabinet vandaag weten dat Nederland voorbereid is op de eventuele terugkeer van strijders. Zij staan internationaal gesignaleerd. Hun paspoorten zijn ongeldig verklaard. Als ze terugkeren naar Nederland worden ‘alle beschikbare middelen’ aangewend om ervoor te zorgen dat zij geen gevaar vormen.

Turkije is begonnen met uitzetten IS’ers

Telegraaf 11.11.2019 Turkije is maandag begonnen met de repatriëring van gevangengenomen militanten van Islamitische Staat (IS) naar hun land van herkomst. Eén Duitse IS-strijder zal maandag door Turkije worden uitgezet. Donderdag worden nog eens zeven Duitse IS-militanten gerepatrieerd.

Ze zitten gevangen in detentiecentra en worden op 14 november teruggestuurd, zei een woordvoerder van het Turkse ministerie van Binnenlandse Zaken maandag. Een Amerikaanse IS-militant is ook al uitgezet, meldde staatspersbureau Anadolu.

Turkije treft daarnaast voorbereidingen om elf in Syrië gevangen genomen Fransen uit te zetten, samen met verschillende andere Europeanen. Ze worden ervan beschuldigd zich te hebben aangesloten bij terreurgroep Islamitische Staat. Dat zei het Turkse ministerie van Binnenlandse Zaken maandag.

„De procedures voor elf buitenlandse terroristische strijders van Franse oorsprong die in Syrië gevangen zijn genomen, is in gang gezet”, aldus woordvoerder Ismail Catakli.

Hij voegde eraan toe dat buitenlandse strijders uit Ierland, Duitsland en Denemarken ook worden voorbereid op repatriëring naar hun thuisland.

De communicatiedirecteur van president Recep Tayyip Erdogan zei eerder tegen de Stuttgarter Zeitung dat Turkije in totaal twintig Duitse IS-militanten wil deporteren.

Diverse Europese landen hebben tot nu toe geweigerd IS-aanhangers terug te halen die onder leiding van de Koerdische militie YPG in het noorden van Syrië zijn opgepakt. De Turkse regering ergerde zich aan de passiviteit van Europese landen bij het terughalen van Syriëgangers.

Bekijk meer van; islam terrorisme burgeroorlog Recep Tayyip Erdoğan Turkije Islamitische Staat

Turkije begint met terugsturen van IS-strijders

MSN 11.11.2019 Turkije is maandag begonnen met het terugsturen van gevangengenomen strijders van Islamitische Staat. Dat meldt persbureau AP op basis van de Turkse staatszender TRT Haber.

Een woordvoerder van het Turkse ministerie van Binnenlandse Zaken bevestigde dat één Amerikaan al is teruggekeerd. Later in de week zouden nog zeven Duitsers volgen. Het is onduidelijk hoeveel jihadisten Ankara in totaal wil terugsturen.

President Erdogan zei vrijdag dat er ongeveer 1.200 strijders van IS opgesloten zitten onder het bewind van de Turken. Turkije dringt er bij Europese landen al langer op aan Syriëgangers terug te nemen, ook als hun paspoort is ingenomen. Europese landen zijn daar tot nu toe terughoudend in, tot frustratie van Ankara. Begin deze maand noemde de Turkse minister van Binnenlandse Zaken Suleyman Soylu het „onacceptabel” en „onverantwoordelijk” dat het westen weigert strijders terug te nemen.

De Nederlandse inlichtingendienst AIVD schat dat er zo’n 55 Nederlandse volwassenen en 90 kinderen in Syrische detentiekampen verblijven. Minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken, VVD) kwam eerder met een plan om Syriëgangers in Irak te laten berechten, maar volgens Irak is daar vooralsnog geen sprake van.

november 12, 2019 Posted by | 2e kamer, aanslag, bedreiging, beeldenstorm, boerka, boerkaverbod, Donald Trump, Erdogan, Irak, is, IS-kinderen, isis, islam, Joost Lagendijk, kinderpardon, moslim, NCTV, Nederland, nikab, politiek, President Tayyip Recep Erdogan, rechtzaak, repatriëren, Rutte 3, Syrië, Syriëgangers, syrie, Tayyip Recep Erdogan, terreur, terreurdreiging, terrorisme, turkije, tweede kamer, veiligheid, vluchtelingen, Wikipedia | , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , | Reacties uitgeschakeld voor De nog veel langere arm van Erdogan in IS-gebied, Syrië, Irak en verder !! – deel 12 – de nasleep

Kabinet Rutte 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS in Irak en verder – deel 8

AD 07.11.2019

Telegraaf 07.11.2019

Spoeddebat 2e Kamer

De Tweede Kamer heeft tijdens een spoeddebat op dinsdag 05.11.2019 harde kritiek op minister Ank Bijleveld van Defensie geuit. De CDA-bewindsvrouw had eerder openheid van zaken moeten geven over burgerslachtoffers bij een Nederlandse luchtaanval in Irak in 2015. De Kamer werd daarover onjuist geïnformeerd.

AD 28.11.2019


Telegraaf 28.11.2019

AD 28.11.2019

AD 21.11.2019

Onjuiste informatie aan de 2e Kamer inzake de “kwestie Irak” !!

Minister Ank Bijleveld heeft uiteindelijk op dinsdag 05.11.2019 excuses gemaakt omdat de Tweede Kamer door haar voorganger verkeerd is geïnformeerd over een dodelijke aanval in Irak door Nederlandse F-16’s. Bijlevelds voorganger, Jeanine Hennis, had in 2015 gemeld dat er geen burgerdoden waren gevallen, maar dat was foute informatie. “Ik bied daarvoor oprechte excuses aan”, zegt Bijleveld nu

© Foto Lex van Lieshout Minister Ank Bijleveld (Defensie) en kolonel-vlieger Peter Tankink (directie Operaties) tijdens een persconferentie over een aanval van een Nederlandse F-16 op een autobommenfabriek van IS in het Iraakse Hawija in 2015.

Op maandag 04.11.2019 maakte minister Bijleveld reeds bekend dat bij de aanval van Nederlandse F-16’s op een IS-doelwit in Irak in 2015 circa zeventig doden waren gevallen, onder wie burgers. Het is de eerste keer dat het kabinet zo open over een aanval is. 

AD 26.11.2019

Zeker zeventig burgers zijn in 2015 om het leven gekomen door een aanval van een Nederlandse F-16 op een autobommenfabriek van IS in het Iraakse Hawija. Dat melden NOS en NRC op basis van bronnen.

Volgens NOS en NRC heeft het Amerikaanse Pentagon bevestigd dat bij de aanval in de nacht van 3 juni zeventig burgers omkwamen. De NOS schrijft echter dat ooggetuigen spreken van veel meer doden, onder wie zeker 23 kinderen.

Ook waren er honderden gewonden. Deze site schreef al eerder dat er aanwijzingen waren dat het een Nederlands vliegtuig was dat de bom afwierp. Dat geldt ook voor een bombardement in 2015 bij Mosul waar eveneens burgerslachtoffers bij vielen. Zowel de Nederlandse als de Amerikaans overheid weigerde toen meer informatie vrij te geven over die aanvallen.

Hoeveel doden er zijn gevallen bij beide incidenten, en om welke aanvallen het gaat kreeg de Kamer voor het eerst van het kabinet te horen, ruim vier jaar nadat beide incidenten plaatsvonden, en ruim twee weken nadat de NOS en NRC Handelsblad daarover berichtten.

Rechter

Eerder besloot de rechter juist nog dat Nederland niet meer openheid hoeft te geven over de luchtaanvallen. Advocate Liesbeth Zegveld had namens twee Irakezen om meer informatie gevraagd over een bombardement op een konvooi voertuigen vanuit Mosul in 2015.

Het bleek om een stoet taxi’s te gaan waarmee burgers uit de stad vluchten. Twee passagiers, die familieleden verloren bij de aanval, hebben een procedure tegen de Nederlandse staat lopen. Zij willen weten of het een Nederlandse bom was die hun geliefden doodde.

Pas na vier jaar en vijf maanden erkent de Nederlandse staat verantwoordelijkheid voor het bombardement op een bommenfabriek in de Iraakse stad Hawija, in de nacht van 2 op 3 juni 2015. De Nederlandse regering wist al binnen twee weken dat daarbij tientallen burgers om het leven kwamen – het bleken zeventig doden, onder wie 22 vrouwen en 26 kinderen. Maar het duurde tot deze maandag voordat minister Ank Bijleveld (Defensie, CDA) bereid was meer details prijs te geven.

Die late openheid komt nadat NRC en NOS op 18 oktober na onderzoek hadden geconcludeerd dat de bom die bewuste nacht werd afgeworpen door een Nederlandse F-16. Als onderdeel van de strijd tegen Islamitische Staat, waaraan Nederland in coalitieverband deelneemt.

Bijleveld heeft met dit dossier een politiek probleem geërfd van haar voorganger Jeanine Hennis (VVD). Naar nu blijkt is niet alleen de kennis verzwegen dát er burgerslachtoffers zijn gevallen in Hawija. Ook werd de Tweede Kamer er verkeerd over geïnformeerd.

Telegraaf 09.11.2019

Op 24 juni 2015 antwoordde toenmalig minister van Defensie Hennis schriftelijk op vragen van de Kamer dat voor zover bekend geen burgerslachtoffers waren gevallen. Toch beschikte het ministerie toen al over een Amerikaans verslag waarin die slachtoffers wel staan vermeld. Bijleveld zegt nu: „We hadden er niets over kunnen zeggen, dat had de lijn moeten zijn. Maar dit zeggen, was verkeerd.”

Een week na die aanval meldde toenmalig minister Jeanine Hennis van Defensie aan de Kamer dat Nederland niet betrokken was bij luchtaanvallen in Irak waarbij burgerslachtoffers zouden zijn gevallen. Dat was niet correct, aldus Bijleveld nu.

Die ontkenning was fout, stelt minister Bijleveld vandaag. Of minister Hennis niet wist van de Amerikaanse conclusies, of dat ze bewust niet de waarheid sprak, schrijft ze niet. Maar het is niet de enige keer dat Hennis de Nederlandse betrokkenheid bij de dood van burgerdoden stellig ontkent.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Lees meer;

Een tweede keer dat er burgerslachtoffers vielen was in de nacht van 20 op 21 september 2015. Toen werd een aanval uitgevoerd op een vermeend hoofdkwartier van IS in de Iraakse stad Mosul. Dat bleek achteraf een complex met twee woonhuizen te zijn. Bij die aanval kwamen vier mensen uit één familie om. Deze site schreef begin dit jaar al dat Nederland waarschijnlijk verantwoordelijk was voor die aanval, op het huis van Basim Razzo en zijn gezin . Defensie wilde dat toen niet bevestigen.

De Tweede Kamer wil nu opheldering van Bijleveld, die politieke verantwoordelijkheid draagt voor de uitspraken van haar voorganger. Er werden al eerder vragen gesteld over de effecten van Nederlandse bombardementen boven Syrië en Irak, over deze specifieke aanval, maar tot maandag gaf de minister geen reactie.

GroenLinks noemt de zaak „heel ernstig” en Tweede Kamerlid Sadet Karabulut (SP) schrijft dat „Bijleveld zich niet moet verschuilen achter haar voorganger.” Joël Voordewind (ChristenUnie) noemt de kwestie „zeer kwalijk en verontrustend”. Tweede Kamerlid Salima Belhaj (D66) zegt precies te willen weten wie wat wanneer wist. Alle fracties, inclusief de gehele coalitie, willen spoedig in debat met de minister.

Want het parlement moedwillig onjuist informeren geldt als politieke doodzonde. Wat ook niet helpt: minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken, VVD) zei in december tegen EenVandaag dat „we geen precieze aantallen kennen”, als het gaat over burgerslachtoffers. „We hebben niet altijd gedetailleerde informatie wat er op de grond gebeurt.” Blok richtte zich hier weliswaar niet rechtstreeks tot de Kamer, maar dat het niet klopt wat hij zei, is nu duidelijk.

Telegraaf 08.11.2019

AD 08.11.2019

Spontane openheid of afgedwongen?

Het is voor het eerst dat Nederland openheid geeft over de toedracht van een luchtaanval waarbij zoveel burgerslachtoffers vielen. In de brief die minister Bijleveld maandag naar de Kamer stuurde, erkent de staat ook de verantwoordelijkheid voor een tweede geval waarbij burgers om het leven kwamen: bij een aanval in september 2015 op een vermeend hoofdkwartier van IS in Mosul. Het doelwit klopte niet, het bleek een woonhuis, en was gebaseerd op verkeerde inlichtingen. Er kwamen „zeer waarschijnlijk” vier burgers om het leven.

Bijleveld moet de Kamer ook op een andere vraag antwoord geven: is de huidige openheid van de Nederlandse regering over de burgerslachtoffers een eigen beleidskeuze, of kón ze niet anders door de publiciteit? De minister zegt nu dat ze „sowieso van plan was” de Kamer te informeren. En dat het niets te maken had met de publicaties in de media.

Het is een opvallende verklaring voor een bewindspersoon van een ministerie dat bekend staat om een doorgaans juist behoudende koers. Ze „moest”, zegt Bijleveld in een interview met NRC, „de vliegers en anderen nog spreken” voordat ze de Tweede Kamer kon informeren. Die piloten sprak de minister afgelopen donderdag, bijna twee weken na publicatie van het onderzoek. Een gebeuren na de aankomst van de eerste F-35 in Leeuwarden waarbij die vliegers elkaar sowieso al zouden treffen.

Is afgedwongen openheid – ook over het onjuist informeren van de Kamer – voldoende voor een geloofwaardig verhaal van de minister van Defensie? Deze vragen zijn mogelijk deze week al actueel. Op dinsdag debatteert de Tweede Kamer over de begroting voor Defensie. De kunst voor Bijleveld wordt nu om dat debat niet alleen over Hawija en over het vertrouwen in haar eigen positie te laten gaan.

Telegraaf 14.11.2019

Meer tijd nodig voor onderzoek

Pas eind volgende week hoopt het kabinet duidelijkheid te kunnen geven op de vraag wanneer welke minister wist over de burgerdoden door een luchtaanval van Nederlandse F-16’s in Irak ruim vier jaar geleden. Dat heeft minister Ank Bijleveld (Defensie) de Tweede Kamer donderdag 14.11.2019 laten weten.

Vorige week werd duidelijk dat de Kamer door Defensie over de kwestie onjuist is geïnformeerd. Het leidde tot een motie van wantrouwen van bijna de hele oppositie tegen Bijleveld. Zij hoorde pas enkele dagen voor het debat dat de Kamer was voorgelogen. De volksvertegenwoordiging wil nu volledige openheid van zaken, want het is volgens Bijleveld „aannemelijk” dat de meest betrokken ministeries kort na de aanval al op de hoogte zijn gebracht.

Het kabinet slaagde er niet in om nog voor woensdag 13.11.2019 informatie naar de Tweede Kamer te sturen over wie precies wat wist over het bombardement in 2015 op de Iraakse plaats Hawija. Bij een Nederlandse luchtaanval vielen destijds zeker zeventig burgerslachtoffers.

Toenmalig Defensie-minister Hennis meldde de Kamer, onjuist, dat er geen burgerslachtoffers waren en haar opvolger Bijleveld bood vorige week excuses aan voor die verkeerde informatie. Bijleveld noemde het aannemelijk dat ook andere ministeries op de hoogte waren gebracht van het incident, waaronder het departement van de premier. Met name eventuele betrokkenheid van premier Rutte ligt politiek gevoelig.

Zo volledig mogelijk

De Tweede Kamer wil nu precies weten wie wanneer op de hoogte is gesteld en welke kabinetsleden van de burgerdoden hebben geweten. Kamerleden wilden die informatie nog voor morgen ontvangen. Dan begint de behandeling in de Kamer van de begroting voor Buitenlandse Zaken.

Maar Bijleveld schrijft nu aan de Kamer, mede namens Rutte en de ministers Blok, Kaag en Grapperhaus, dat zij niet in staat is de antwoorden voor morgen af te hebben. Ze benadrukt dat het kabinet “zo volledig mogelijk wil zijn in de beantwoording van de vragen”.

Rapport hoofdkwartier Centcom zoek

Het kabinet kan een belangrijk rapport rond het Nederlandse bombardement in Irak in 2015, waarbij zeventig burgerdoden zijn gevallen, niet vinden. Dat meldt Elsevier Weekblad. Daardoor heeft het kabinet grote moeite een feitenrelaas over de kwestie op te stellen, iets wat minister van Defensie Ank Bijleveld vorige week heeft toegezegd tijdens het debat daarover.

Tijdens het debat vorige week baseerde zowel de minister als de Kamerleden zich op een ‘voorlopig rapport’ van het Amerikaanse militaire hoofdkwartier Centcom van 15 juni 2015 over de ‘nevenschade’ bij het bombardement op een bommenfabriek van Islamitische Staat in het Iraakse Hawija. Daarbij zijn zeventig doden gevallen, waaronder onschuldige burgers.  De voorlopig versie van het rapport zou echter nogal beknopt geweest zijn, zonder details.

In het kort

Dit gebeurde er in de zomer van 2015:

De nacht van 2 op 3 juni 2015

In de nacht van 2 op 3 juni 2015 bombardeert Nederland een bommenfabriek van IS bij de Iraakse stad Hawija. Door foute inlichtingen zijn meer bommen in de fabriek dan gedacht en zijn de ontploffingen groter.

4 juni 2015

Persbureau Reuters spreekt in een artikel voor het eerst over ‘ongeveer 70 doden, inclusief burgers’ bij een luchtaanval op een fabriek in Hawija.

9 juni 2015

Hennis wordt voor het eerst gebriefd over onderzoek naar de luchtaanval, waaruit naar voren komt dat het ‘geloofwaardig’ is dat er bij de luchtaanval ook burgerslachtoffers zijn gevallen.

15 juni 2015

Hennis ontvangt het definitieve onderzoek van CENTCOM, het Amerikaanse hoofdkwartier voor alle militaire missies in het Midden-Oosten. Nederland werkt hiermee samen tijdens de oorlog tegen IS. Ook in het definitieve onderzoek wordt het ‘geloofwaardig’ geacht dat er burgerslachtoffers zijn gevallen. Het aantal van 70 wordt niet genoemd.

23 juni 2015

Minister Hennis informeert vervolgens de Kamer verkeerd. In antwoorden op Kamervragen schrijft ze: “Voor zover op dit moment bekend, is er geen sprake geweest van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers door luchtaanvallen in Irak.”

En dit is wat er nu 27.11.2019 bekend is over de informatievoorziening rond de aanval in Hawija;

Oktober 2014: Nederland begint bijdrage aan luchtcampagne van anti-IS-coalitie boven Irak.

Nacht van 2 op 3 juni 2015: Nederlandse F-16’s voeren een aanval uit op IS-faciliteit waar autobommen worden geproduceerd. Uit de eigen Battle Damage Assessment blijkt direct dat er sprake is van ‘onbedoelde nevenschade’, kortom: schade aan gebouwen.

4 juni 2015: Reuters meldt dat bij het bombardement op Hawija ‘een hele wijk’ is weggevaagd. Betrokkenen ter plaatse schatten het aantal doden op zeventig, zowel IS-terroristen als burgers. In de Stuurgroep Missies en Operaties (SMO) wordt de aanval besproken, inclusief de ‘secundaire explosies’, het ‘zorgvuldige targeting proces’ en de ‘mogelijkheid van eventuele burgerslachtoffers’. De ministers van Defensie, Buitenlandse Zaken en Justitie worden schriftelijk geïnformeerd. Algemene Zaken, het departement van premier Rutte, was afwezig in de SMO van 4 juni.

Juni 2015-mei 2016: tijdens deze hele periode is in de SMO met geen woord gerept over de aanval op Hawija.

9 juni 2015: minister van Defensie Hennis wordt gebriefd over de aanval. Voorlopig onderzoek door Centcom, het Amerikaanse hoofdkwartier van de anti-IS-coalitie, wijst uit dat het ‘geloofwaardig’ is dat er burgerslachtoffers zijn gevallen. Het ‘voorlopige onderzoek’ ontvangt Defensie op 15 juni.

23 juni 2015: In antwoord op Kamervragen, schrijft Hennis dat voor zover op dat moment bekend in de luchtcampagne tegen IS geen sprake is geweest van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers.

Augustus 2015: Het Internationale Rode Kruis overhandigt aan Nederlandse ambassade in Bagdad een vertrouwelijke lijst van onbevestigde gevallen met burgerslachtoffers, waarin een aanval op Hawija op 4 november genoemd wordt waarbij naar verluidt 170 burgers waren gedood. De niet-gouvernementele organisatie Airwars spreekt in een openbaar rapport over tussen de 70 en 150 burgerdoden in Hawija.

Jan/feb 2016: Het initiële onderzoek van Centcom (d.d. 15 juni 2015) wordt door Defensie naar het OM gestuurd. De Yweede Kamer wordt erover ingelicht dat er twee gevallen van mogelijke burgerslachtoffers worden onderzocht.

1 juni 2017: De Tweede Kamer wordt vertrouwelijk ingelicht over gevallen waarbij mogelijk sprake was van burgerslachtoffers door Nederlandse wapeninzet.

13 april 2018: Minister Bijleveld licht de Kamer in over uitkomsten van onderzoeken van het Openbaar Ministerie naar aanvallen waarbij mogelijk sprake was van burgerslachtoffers. Locatie, datum en vermoedelijk aantal slachtoffers worden niet genoemd omdat ‘de inzet nog gaande was’.

1 januari 2019: De F-16-missie is afgelopen, het argument dat in april 2018 werd gehanteerd om informatie achter te houden, vervalt. Defensie ‘gaat aan de slag met een nieuwe toets van mogelijkheden van meer transparantie’.

Mei 2019: Minister Bijleveld zegt toe na het zomerreces te komen met een reactie op voorstellen van Kamerleden omtrent meer transparantie inzake mogelijke burgerslachtoffers.

30 september 2019: Minister Bijleveld vraagt de Kamer om meer tijd voor deze inhoudelijke reactie, ‘in het kader van zorgvuldigheid’.

18 oktober 2019: NRC en NOS melden dat Nederlandse F-16’s de luchtaanval op Hawija uitvoerden. Het Pentagon heeft desgevraagd gezegd dat er daarbij zeventig burgerdoden vielen. Bijleveld belooft dat de Kamer ‘op korte termijn’ wordt geïnformeerd over de haalbaarheid van meer transparantie.

4 november 2019: minister Bijleveld meldt de Kamer dat ‘op basis van de door Centcom aangehaalde open bronnen’ bij een Nederlandse aanval op Hawija in juni 2015 ‘ongeveer 70 slachtoffers’ zijn gevallen, ‘zowel IS-strijders als burgers’.

Dossier luchtaanval Hawija

Live AD

Teruglezen: Het Tweede Kamerdebat over burgerdoden Irak NRC

Verslaggever Inge Lengton live bij het debat;

  Tweets by ‎@IngeLengton

Dossier Luchtaanval Hawija NRC

lees: Brief MIN DEF Antwoorden Kamervragen burgerslachtoffers Karabulut 25.11.2019

lees: Brief MIN DEF Beantwoording nadere vragen over de wapeninzet in Hawija 25.11.2019

lees: Brief MIN DEF SV Karabulut over passage uit boek missie F16 25.11.2019

lees: Beantwoording nadere vragen over de wapeninzet in Hawija brief 25.11.2019

lees: regeling Werkzaamheden over antwoorden op vragen over de 70 burgerdoden in Irak Brief 20.11.2019

lees: Feitenrelaas inzake de transparantie over burgerslachtoffers bij luchtaanvallen brief 05.11.2019

lees: Transparantie burgerslachtoffers bij luchtaanvallen in de strijd tegen ISIS brief 04.11.2019

lees: kamerbrief over het iob onderzoek naar stabilisatieprogrammas in syrie  7 september 2018

lees: rapport review of the monitoring systems of three projects in syria  7 september 2018

lees: kamerbrief met voortgangsrapportage nederlandse bijdrage in strijd tegen isis 13.04.2018

lees: kamerbrief aanvullende artikel 100 brief nederlandse bijdrage aan de strijd tegen isis 29.01.2016

Bekijk ook;

Zie ook: Kabinet Rutte 2 en 3 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 7

zie ook:  Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 6

zie ook:  Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 5

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 4

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 3

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 2

zie ook: Kabinet Rutte 2 – Nederland ook in de strijd tegen IS – deel 1

Kamer: nieuw onderzoek kabinet naar burgerslachtoffers Irak

NOS 03.12.2019 De Tweede Kamer wil dat het kabinet in Irak een nieuw onderzoek gaat doen naar de burgerslachtoffers die daar vier jaar geleden zijn gevallen bij een Nederlandse luchtaanval. Een motie daarover die vorige week werd ingediend door onder meer de regeringspartijen D66, CDA en ChristenUnie kreeg vandaag steun van een Kamermeerderheid. Coalitiegenoot VVD stemde tegen.

Vorige week verantwoordde het kabinet zich voor de gang van zaken rond de aanval op de Iraakse plaats Hawija en voor de onduidelijkheid over welke minister nu precies van wat op de hoogte was. Na een urenlang debat hield het kabinet de steun van de meerderheid: een motie van wantrouwen werd verworpen.

Nader onderzoek ter plaatse

Maar een meerderheid onder leiding van D66-Kamerlid Belhaj blijft er niet tevreden over dat nog steeds niet vaststaat hoeveel burgerslachtoffers er precies door Nederlandse toedoen zijn gevallen. Daarom moet het kabinet “ter plaatse nader onderzoek doen, waar mogelijk in samenwerking met niet-gouvernementele organisaties, de VN en lokale autoriteiten”.

Minister Bijleveld is niet erg enthousiast over dat verzoek. Ze wil de Kamer geen valse hoop bieden dat het aantal burgerslachtoffers uiteindelijk toch komt vast te staan. Ze gaat wel kijken hoe ze de motie gaat uitvoeren: “Ik zal mijn uiterste best doen.” Bijleveld benadrukte dat de situatie in Irak nog steeds onveilig is en dat dat het onderzoek bemoeilijkt.

Een idee van een deel van de oppositie om een zogenoemde parlementaire ondervraging te houden en zo meer duidelijkheid te krijgen over de Nederlandse betrokkenheid bij het bombardement haalde het niet. Ook de wens van een aantal oppositiepartijen om ex-minister Hennis geen gezant in Irak meer te laten zijn, kreeg geen meerderheid.

Bekijk ook;

Ank Bijleveld, minister van Defensie en premier Mark Rutte tijdens het debat gisteravond © ANP

Kamer blijft na debat achter met een kater: ‘Wie gelooft deze premier nog?’

AD 28.11.2019 Tijdens het debat over de burgerdoden in Irak werd het op een gegeven moment zelfs regeringspartner ChristenUnie te veel. Hoe kon premier Mark Rutte zo ijzerenheinig blijven volhouden dat er niet over de kwestie gelogen is?

Met terugwerkende kracht is het lastig te begrijpen hoe er in juni 2015 door het toenmalige kabinet is gereageerd op het bericht dat bij een aanval van een Nederlandse F-16 op een IS-bommenfabriek in het Iraakse Hawija waarschijnlijk burgerslachtoffers waren gevallen. Internationale media spraken direct al van zo’n zeventig slachtoffers.

Hoewel het kabinet twee weken later over een verlenging van de missie van onze militairen moest beslissen, is de informatie niet gedeeld in de ministerraad. Toenmalig Defensieminister Jeanine Hennis vermoedt dat ze premier Rutte destijds wel heeft geïnformeerd en ze weet het zeker over toenmalige collega Koenders van Buitenlandse Zaken. Die twee zeggen daar geen herinnering aan te hebben.

Lees ook;

Kabinet doorstaat motie van wantrouwen rond burgerdoden Irak

Lees meer

© ANP

Regels

Er is geen doofpot, aldus Premier Rutte.

Maar daar moet allemaal niets achter worden gezocht, hield Rutte gisteren vol tegenover een kritische Tweede Kamer. Alles is destijds ‘volgens de regels verlopen’. De informatie over de burgerdoden ‘is niet bewust achtergehouden uit angst dat de verlenging in gevaar zou komen’, zoals de oppositie vermoedt.

En dat Hennis de Tweede Kamer destijds meldde dat er bij de acties van Nederlandse F-16’s ‘voor zover op dit moment bekend geen burgerslachtoffers waren gevallen’ (terwijl ze toen al wél wist van Hawija) was geen bewuste leugen, volgens Rutte. Het was ‘een fout zinnetje’. Punt. De premier benadrukte tot twee keer toe: ,,Er is geen doofpot.”

Vooraf hadden de oppositiepartijen besloten de aanval te openen op Ruttes achilleshiel: zijn geloofwaardigheid. Zijn imago heeft de afgelopen negen jaar tijdens zijn premierschap al de nodige krassen opgelopen door verbroken beloftes en plotseling geheugenverlies in lastige dossiers. Daar kwam zijn ‘niet actieve herinnering’ aan de burgerdoden in Irak nog eens bovenop. ,,Ik kan geen herinnering faken”, stelde Rutte.

Geen geloof

Nu iedereen in Den Haag verwacht dat Rutte bij de komende Kamerverkiezingen nog één keer de kar gaat trekken als lijsttrekker van zijn VVD, is dit de tactiek waarmee zijn tegenstanders hem willen verslaan. ,,Wie gelooft deze premier nog?,’’ verzuchtte zowel PVV-leider Wilders, als SP-leider Marijnissen, als FvD-voorman Baudet. ,,Het wordt wel heel moeilijk deze premier nog te geloven’’, beklaagden GroenLinks-leider Klaver en 50Plus-baas Krol zich.

Rutte wierp zelf óók de vertrouwensvraag op. ,,Als u mij niet gelooft, ga ik wat anders doen.” Een motie van wantrouwen tegen zijn kabinet werd verworpen; voor GroenLinks en PvdA ging het opzeggen van het vertrouwen in het héle kabinet een stap te ver. Toch moest Rutte toezien hoe er wederom een stukje van zijn geloofwaardigheid werd afgeknabbeld.

Tegelijkertijd kreeg de unaniem verontwaardigde oppositie geen vat op de premier. Niet dat ze het niet probeerden. Maar Rutte bleef herhalen wat hij wilde zeggen. Er was niet zo veel aan de hand. Het ‘oogde ongemakkelijk’, dat wel.

De oppositiepartijen waren verbaal zo murw geslagen dat ze voor Defensieminister Ank Bijleveld – die begin deze maand nog stuntelde in een debat over dezelfde kwestie – amper kritische vragen over hadden. De minister waarvan aan het begin werd gedacht dat zij in de grootste politieke problemen zou komen, kwam zo geen moment in gevaar.

Onderzoek

Na twee debatten en meerdere Kamerbrieven is in elk geval één ding duidelijk: niemand sloeg alarm bij het bericht dat er mogelijk burgerdoden waren gevallen door een Nederlandse bom. Betrokken bewindslieden vroegen niet door. Voor het besluit om de missie te verlengen was het volgens Rutte niet van belang, en de Amerikanen kwamen nooit met een eindrapport. Daardoor is ‘tot op de dag van vandaag’ niet duidelijk hoeveel doden er precies zijn gevallen.

Defensie moet daarom ter plekke onderzoek gaan doen in Hawija, wil de Kamer. Maar fact-finding wordt vier jaar na dato wel lastig, stelde Bijleveld, die waarschuwde voor valse hoop. ,,We gaan alle feiten niet boven tafel krijgen.” Maar de Kamer vindt dat het in elk geval geprobeerd moet worden. Dat is, stelde initiatiefnemer D66-Kamerlid Salima Belhaj, een ‘morele plicht’.

Ank Bijleveld, minister van Defensie en premier Mark Rutte tijdens het debat in de Tweede Kamer. Foto: ANP/ Koen van Weel

Kabinet overleeft affaire rond burgerdoden in Irak – Rutte herinnert zich niet ‘vermoedelijk’ te zijn geïnformeerd door Hennis

BIN 28.11.2019 Informatie over burgerdoden heeft geen rol gespeeld in de beslissing over de verlenging van de missie in Syrië en Irak. Dat zei premier Mark Rutte gisteravond in een urenlang debat. Het kabinet overleefde een motie van wantrouwen van de SP.

Jesse Klaver vroeg zich in het debat af of er mogelijk niet over burgerslachtoffers werd gerept omdat er drie weken na de aanval beslist moest worden over verlenging. “Dat is echt onzin”, reageerde Rutte. “Er is geen doofpot.”

Ook Thierry Baudet vermoedde dat er niks is gezegd over burgerdoden om de verlenging van de missie niet in gevaar te brengen. “Dit gaat om de integriteit van de democratie.”

Mogelijke burgerslachtoffers waren “niet relevant” voor het besluit om te verlengen, zo verdedigde Rutte het Kabinetsoptreden. “Er is altijd een risico op burgerslachtoffers.”

Alle procedures zijn correct gevolgd na de melding van burgerslachtoffers door een Nederlandse aanval in Irak in 2015, benadrukte premier Mark Rutte woensdagavond. Maar hij snapt ook het “ongemak” dat er bij de Kamer hierover heerst.

Rutte kan zich informatie van Hennis niet herinneren

Waarom gingen de alarmbellen niet af toen media een dag na de aanval meldden dat er zeker zeventig burgerdoden waren gevallen, vroegen partijen herhaald. Omdat het werd onderzocht, verklaarde Rutte keer op keer. En de internationale coalitie kon op basis van die openbare bronnen niks vaststellen. Daarna sleepte het dossier zich voort.

Ook het idee dat daardoor de Kamer verkeerd is geïnformeerd over de verlenging, klopte volgens de premier niet. Het protocol was destijds dat de Kamer nooit zou zijn geïnformeerd over burgerslachtoffers. PVV-voorman Geert Wilders zei dat de Kamer is “gepiepeld en dat is onvergeeflijk”.

De procedure is inmiddels veranderd. De Kamer wordt nu zo snel mogelijk op de hoogte gesteld als er burgerdoden vallen door een Nederlandse inzet.

Rutte herhaalde zich niet te kunnen herinneren dat toenmalig minister Jeanine Hennis van Defensie hem “vermoedelijk” op de hoogte heeft gesteld van mogelijke burgerdoden. Hennis weet ook niet meer waarom zij de Kamer enkele weken na de actie onjuist heeft geïnformeerd.

Kabinet overleeft motie van wantrouwen

Rutte hield strak aan zijn verdedigingslinie vast. Het lukte de oppositie niet om die te doorbreken. “Het kabinet doet hier te gemakkelijk over”, oordeelde Klaver. De coalitiepartijen waren mild. Zij willen vooral dat Defensie transparanter wordt. Een voorstel van D66 en ChristenUnie om ter plekke in Hawija onderzoek te doen naar burgerslachtoffers kreeg steun van een meerderheid.

Minister Ank Bijleveld (Defensie) stond door het optreden van Rutte in de luwte. Slechts een half uur was ze aan het woord. Ze kreeg begin deze maand na een slecht optreden een motie van wantrouwen aan haar broek, die door vrijwel de hele oppositie werd gesteund. Een tweede motie van wantrouwen van de SP, die ook tegen de rest van het kabinet was gericht, haalde het woensdag bij lange na niet.

Kabinet doorstaat motie van wantrouwen rond burgerdoden Irak

AD 28.11.2019 Het kabinet heeft in de kwestie over de Nederlandse betrokkenheid bij burgerdoden in Irak opnieuw een motie van wantrouwen doorstaan. Die kreeg alleen steun van de SP, PVV, Partij voor de Dieren, Denk, 50Plus, Forum voor Democratie en eenpitter Femke Merel van Kooten-Arissen.

Het is een kwestie van vertrouwen. Het is de vraag of u mij gelooft. Zo niet, dan ga ik iets anders doen. Zo ja, dan blijf ik, aldus Premier Rutte

Minister-president Mark Rutte stelde tijdens het debat zelf de vertrouwensvraag toen hij – tot ongenoegen van de Kamer – bleef volhouden dat hij zich niet herinnert dat Hennis hem destijds heeft ingelicht over het bombardement.

,,Dat wil niet zeggen dat het niet gebeurd is. Maar ik moet hier de waarheid spreken. Ik kan geen herinnering faken”, stelde Rutte. ,,Het is een kwestie van vertrouwen. Het is de vraag of u mij gelooft. Zo niet, dan ga ik iets anders doen. Zo ja, dan blijf ik.”

Rutte kan aanblijven, nu de motie die het vertrouwen in hem, Defensieminister Ank Bijleveld en ‘het hele kabinet’ werd verworpen.

Bijleveld wachtte voor de tweede keer deze maand een zwaar debat over de burgerdoden die door toedoen van een Nederlandse bom vielen in Hawija en hoe de Kamer daarover vervolgens verkeerd werd geïnformeerd. Zij kreeg echter nauwelijks kritische vragen, omdat de oppositie nu vooral Rutte bestookte met vragen.

Geen herinnering

Geert Wilders (PVV), Thierry Baudet (FvD), Ank Bijleveld, minister van Defensie en premier Mark Rutte © ANP

,,Het einde van dit kabinet is nabij en de burger zal zeggen: premier Rutte? Ik heb geen actieve herinneringen aan die man’’, zei PVV-leider Geert Wilders met een verwijzing naar Ruttes eigen verweer. Zelfs de doorgaans voorzichtige oppositiepartij SGP zei ‘kristalheldere’ antwoorden van de premier te verlangen en niet dat hij ‘ergens geen actieve herinnering aan heeft’.

Een groot deel van de oppositie verdenkt het vorige kabinet onder leiding van Rutte ervan dat bewust is gelogen over de burgerdoden. De Tweede Kamer moest in de weken na het misgelopen bombardement in 2015 instemmen met een verlenging van de missie van de Nederlandse F-16’s in het gebied.

Vrijwel alle oppositiepartijen vinden het al te toevallig dat uitgerekend in de dagen na het bombardement in zowel een brief aan de Tweede Kamer als in een Kamerdebat door toenmalig Defensieminister Jeanine Hennis is gezegd dat er ‘voor zover op dit moment bekend geen burgerslachtoffers waren gevallen’.

Inmiddels is bekend dat al direct na het bombardement begin juni 2015 bekend was dat de explosie veel groter was dan gedacht en dat er waarschijnlijk burgerslachtoffers waren gevallen. In allerlei – buitenlandse – media werd toen al gesproken over zeventig slachtoffers. Dat was dus vóór Hennis de Tweede Kamer verkeerd informeerde.

Verlengen van missie

Dit debat gaat niet over burgerdo­den, maar over betrouw­baar­heid van de premier, aldus Thierry Baudet, FvD.

,,Was het verlengen van de missie belangrijker dan het delen van de waarheid?’’, sneerde GroenLinks-leider Jesse Klaver gisteravond. Ook andere oppositiepartijen vonden de samenloop van omstandigheden te toevallig. ,,Dit debat gaat niet over burgerdoden, maar over betrouwbaarheid van de premier”, vond Forum voor Democratie-voorman Thierry Baudet. ,,De totale militaire misser moest uit het nieuws gehouden worden, want de missie moest koste wat kost verlengd worden.’’

Hennis heeft laten weten dat ze Rutte ‘vermoedelijk’ wel gebeld heeft, maar dat ze hem ‘niet alarmerend’ heeft verteld over de mogelijkheid van burgerdoden. ,,Hoe kun je niet alarmerend worden geïnformeerd over burgerdoden?’’, vroeg SP-leider Lilian Marijnissen zich af. ,,Waarom heeft de premier niet doorgevraagd? Had dat iets te maken met het verlengen van de missie die niet in gevaar mocht komen?’’

Dat ontkent Rutte. Volgens hem zijn de burgerdoden niet besproken in de ministerraad destijds. ,,Dat is ook logisch. Voor het nemen van het besluit om de missie te verlengen was dat ook niet relevant. We wisten altijd dat bij deze missie risico was op burgerslachtoffers. Het ging om levensgevaarlijk gebied.’’

Niet bewust

Volgens Rutte is er destijds een fout gemaakt, maar mag niet de conclusie worden getrokken dat de Kamer bewust is voorgelogen. ,,Het was beleid de Kamer niet te informeren over burgerdoden om de veiligheid van onze vliegers niet in gevaar te brengen.

Er had destijds in die brief moeten staan: u krijgt die informatie niet.’’ In plaats daarvan kwam er ‘een verkeerd zinnetje’ in een Kamerbrief. Achteraf, zegt hij, is niet meer ‘te reconstrueren’ hoe die fout gemaakt is. Maar, benadrukte de premier tot twee keer toe: ,,Er is geen doofpot.”

Dit kwam Rutte op harde kritiek te staan. Klaver: ,,Hoe kunt u dit iets anders noemen dan een leugen als Defensie wist dat die burgerdoden er waren?’’ Ook regeringspartij ChristenUnie had moeite met Ruttes uitleg. ,,Deze fout moet bewust zijn gemaakt”, vermoedde Kamerlid Joël Voordewind.

De SGP wilde vervolgens weten of Hennis nog is gevraagd hoe het ‘foute zinnetje’ in de brief kwam die onder haar verantwoordelijkheid naar de Kamer werd gestuurd. Dat moest Rutte eerst even navragen, maar het antwoord was ‘ja’. Volgens Rutte zegt Hennis niet te weten waarom maar ‘volgens haar is het niet bewust verkeerd in de Kamerbrief terechtgekomen’.

Hoe kunt u dit iets anders noemen dan een leugen als Defensie wist dat die burgerdo­den er waren?, aldus Jesse Klaver, GroenLinks.

Onderzoek

De regeringspartijen namen het op voor Rutte en huidige Defensieminister Bijleveld. Sloeg D66-Kamerlid Salima Belhaj tijdens het vorige debat nog een harde toon aan, nu was haar boodschap milder.

Ze kwam met een motie die Defensie oproept onderzoek te doen in Hawija. In 2015 was dat door het gevaar in de door IS gedomineerde regio niet mogelijk, maar nu wel, stellen de democraten. Het voorstel, dat mede wordt ingediend door het CDA, krijgt steun van een Kamermeerderheid.

Maandag bleek dat er door de Amerikanen nooit een eindrapport werd opgemaakt van het misgelopen bombardement. Daardoor is ‘tot op de dag van vandaag’ niet duidelijk hoeveel burgers de dood vonden.

Volgens D66 en CDA heeft Nederland ‘de morele plicht’ om dat alsnog in kaart te brengen én te onderzoeken hoe het kon gebeuren dat er in de bommenfabriek – het doelwit van de Nederlandse bom – veel meer springstof lag dan gedacht.

Volgens Bijleveld gaat zo’n ‘fact-finding mission na vier jaar heel erg lastig worden’. Ze zei de Kamer geen valse hoop te willen geven. ,,We gaan alle feiten niet boven tafel krijgen.”

Rutte ontkent doofpot rond Hawija-bombardement

Trouw 28.11.2019 De oppositie probeerde woensdagavond in het debat over het bombardement op het Iraakse Hawija met vermoedens premier Rutte klem te zetten. Die gaf geen krimp.

Een nieuw debat over burgerdoden in Haijwa, een nieuwe motie van wantrouwen voor Ank Bijleveld. Opnieuw kwam de minister van defensie niet ongeschonden uit een confrontatie met de Tweede Kamer over een Nederlands bombardement boven Irak, juni 2015. Daarbij vielen naar alle waarschijnlijkheid tientallen burgerdoden.

Drie weken geleden moest alleen Bijleveld de klappen van de oppositie opvangen, dit keer waren de pijlen vooral gericht op premier Mark Rutte. Ook hij moest een motie van wantrouwen incasseren van SP, PVV, Denk, 50Plus, Partij voor de Dieren, Forum voor Democratie en het lid Van Kooten. Beide bewindslieden hielden aan het begin van de nacht steun van een ruime Kamermeerderheid.

Toch werd het een bij vlagen vervelend debat voor Bijleveld en zeker voor Rutte. Meerdere fracties geloven niet dat Rutte ‘geen herinneringen’ heeft aan burgerdoden bij het bombardement op Hawija, zoals hij zelf verklaart.

Onder meer Jesse Klaver (GroenLinks) en Geert Wilders (PVV) vermoeden dat de zaak destijds bewust is weggemoffeld, omdat het kabinet nog diezelfde maand moest beslissen over verlenging van de Nederlandse missie. Nieuws over burgerslachtoffers zou dit besluit in de weg kunnen staan.

Klaver noemde het ‘moeilijk voor te stellen dat er in het kabinet wel is gesproken over verlenging van de missie, en dat de burgerdoden daarbij niet zijn genoemd.’ Gezien de belangstelling die de premier doorgaans heeft voor internationale politiek en veiligheid, is het volgens de fractieleider van GroenLinks ook ongeloofwaardig dat hij zegt zich niets te herinneren van het bombardement.

Rutte ontkent stellig dat er motief was om te liegen. “Er is geen sprake van een doofpot”, zei hij tijdens het debat. Het was kabinetsbeleid om tijdens een missie niets te zeggen over burgerdoden. “Er had dus nooit iets aan de Kamer gemeld kunnen worden over Hawija.”

Er is volgens Rutte alleen een fout gemaakt door toenmalig defensieminister Hennis, kort na het bombardement, door de Kamer te vertellen dat daar geen burgerslachtoffers waren gevallen. Ze had moeten zwijgen, aldus de premier.

Rutte ziet ook geen enkele reden om destijds nieuws over burgerdoden te verdoezelen. Het had, zegt hij, sowieso geen rol gespeeld bij het besluit om de militaire missie boven Irak te verlengen. “We wisten altijd dat het risico op burgerdoden bestond.”

Veel meer dan verwijzen naar een mogelijk motief konden Kamerleden uiteindelijk niet. Daarmee werd de zaak het woord van Rutte tegen vermoedens van oppositieleden. De premier: “Het is aan de Kamer of u mij gelooft of niet. Zo niet, dan ga ik wat anders doen.”

Geheugenverlies

Naast de mogelijkheid van toedekken probeerden oppositiepartijen Rutte te pakken op zijn geheugenverlies, dat volgens hen geveinsd is. De premier houdt vol dat hij zich niet herinnerd dat hij destijds is geïnformeerd over mogelijke burgerslachtoffers, terwijl Hennis vermoedt dat zij hem dit wel verteld heeft.

Wilders trok een vergelijking met ontbrekende herinneringen bij de memo’s over de dividendbelasting, de door Zijlstra verzonnen ontmoeting met Poetin, en de bonnetjesaffaire van Teeven en Opstelten. Telkens had Rutte geen ‘actieve herinnneringen’.

De Tweede Kamer wil dat defensieminister Ank Bijleveld een nieuw onderzoek naar het precieze aantal slachtoffers in Hawija instelt. Dat zegde ze toe, tegelijkertijd temperde de minister de verwachtingen over wat er vier jaar later nog boven tafel komt. “Ik zal mijn uiterste best doen. Maar ik wil geen valse hoop bieden.”

Lees ook:

De Nederlandse bom op de bomfabriek in Hawija trof IS hard

Het kabinet moet de Kamer overtuigen dat Rutte echt niets wist, en dat er om goede redenen verschillen zijn tussen wat Bijleveld in een brief en in een eerder debat meldde. 

Meer over; Mark Rutte politiek Hawija Ank Bijleveld Marno de Boer

Rutte over Hawija: suggestie oppositie ’echt onzin’

Telegraaf 28.11.2019 Premier Rutte en minister Bijleveld (Defensie) hebben bij het debat over burgerdoden in Irak voldoende vertrouwen gehouden van de Tweede Kamer.

Een motie van wantrouwen, ingediend door de SP, kreeg steun van de PVV, 50Plus, FvD, de Dierenpartij, Denk en Van Kooten. GroenLinks, dat steevast over ’leugens’ sprak, steunde de motie niet. Toch suggereerde voorman Klaver dat de informatie over mogelijke burgerdoden bij de luchtaanval in 2015 bewust onder de pet was gehouden om de verlenging van de missie niet in gevaar te brengen.

De minister-president stelt dat het altijd zo is geweest dat er risico’s zijn op burgerdoden bij dit soort operaties. „Het vermoeden dat het is toegedekt vanwege het verlengingsbesluit is gewoon niet waar”, zegt Rutte. „Echt onzin.” Hij stelt verder dat de Tweede Kamer in die tijd nooit geïnformeerd werd over slachtoffers om militairen in het veld niet in gevaar te brengen. Ook niet vertrouwelijk.

Desondanks zei toenmalig Defensieminister Jeanine Hennis enkele weken na de aanval in een brief aan de Kamer dat er geen burgerdoden waren gevallen. Volgens Rutte was dat een ’fout’. Hennis, zo stelt de premier, had moeten zeggen dat er geen informatie over burgerdoden werd gedeeld.

PVV-voorman Geert Wilders vindt dat de Kamer is „gepiepeld en dat is onvergeeflijk”. GroenLinks-leider Jesse Klaver is van mening dat er geen sprake is van een fout: „het is een leugen.”

De Kamer voert vanavond een kritisch debat over de informatie die is gedeeld over een Nederlandse luchtaanval in Irak in 2015. Daarbij vielen mogelijk 70 burgerslachtoffers.

Uit een brief van defensieminister Bijleveld blijkt dat behalve toenmalig minister Hennis ook ministers Van der Steur (Justitie) en Koenders (Buitenlandse Zaken) waren ingelicht over mogelijke burgerslachtoffers bij een bombardement van 3 juni 2015 op een autobommenfabriekje in Hawija.

De informatie was met Ruttes ministerie Algemene Zaken gedeeld. Hennis had volgens haar eigen herinnering ’vermoedelijk’ ook de premier mondeling op de hoogte gesteld van de bevindingen – grotere explosie dan verwacht, nader onderzoek nodig naar burgerslachtoffers. Rutte sluit niet uit dat het gesprek heeft plaatsgevonden, maar kan zich het niet herinneren.

SP: heeft Rutte dan niet doorgevraagd?

„Dat hebben we eerder gehoord”, hoont SP-fractieleider Marijnissen, die het spannende debat over de F-16 luchtaanval aftrapte. Ze wees erop dat de premier wel vaker op cruciale momenten zijn geheugen kwijt lijkt te zijn. Het verbaast haar dan ook niet dat dit bij de luchtaanval mogelijk opnieuw is gebeurd. „Kwam het hem goed uit, of drong het echt niet door en hebben we een ander probleem te pakken?”, wil zij van Rutte weten. „Heeft hij dan niet doorgevraagd?”

GL-leider Klaver denkt dat het het kabinet wel goed uitkwam om gegevens over de burgerdoden niet naar boven te laten komen. Toen de berichten over mogelijke slachtoffers naar buiten kwamen via diverse media en de Amerikanen die er onderzoek naar deden, moest Nederland beslissen over het verlengen van de Nederlandse militaire missie in Irak.

„Was het verlengen van de missie belangrijker dan de waarheid?”, wil Klaver weten. „Het heeft er alle schijn van dat cruciale info werd achtergehouden.” Hij wil een tijdlijn over de besluitvorming van de missie.

Ank Bijleveld, minister van Defensie en premier Mark Rutte buigen zich over de burgerdoden in Irak. Op de voorgrond enkele prominente Kamerleden.

Ank Bijleveld, minister van Defensie en premier Mark Rutte buigen zich over de burgerdoden in Irak. Op de voorgrond enkele prominente Kamerleden. Ⓒ ANP

Oppositieleider Wilders (PVV) vindt dat de Hawija-kwestie „aan alle kanten stinkt”. Hij heeft er moeite mee om de herinneringen van voormalig minister Hennis over het voorval te geloven.

Hij vraagt zich af hoe het kan dat zij niet geheel zeker weet dat zij premier Rutte ervan op de hoogte heeft gebracht, maar dat zij wel zeker lijkt te weten dat dit op een manier gebeurde die niet alarmerend was. „Hoe kan dat?”, wil Wilders weten. „Volgens mij kan alleen een geboren leugenaar dat.”

Leugenmachine

Ook hij wijst erop dat de VVD en de premier wel vaker aan geheugenverlies lijken te lijden, zoals bij de memo’s over de dividendtaks en het uit de duim gezogen bezoekje van Halbe Zijlstra aan het buitenhuis van Poetin. „De VVD is één grote leugenmachine”, concludeert de PVV’er. Hij weet het zeker. „Het einde van het kabinet is nabij en de burger zal zeggen: premier Rutte? Ik heb geen actieve herinnering aan die man.”

Ⓒ ANP

Wilders richt zijn pijlen ook op de PvdA. Niet alleen de premier zou namelijk over de mogelijke burgerdoden zijn geïnformeerd, maar ook toenmalig PvdA-ministers Koenders (Buitenlandse Zaken) en Ploumen (Buitenlandse Handel). Volgens Wilders waren de PvdA-bewindslieden betrokken bij de brief die waarin Bijlevelds voorganger de Tweede Kamer verkeerd informeerde. „De handtekeningen van Koenders en Ploumen stonden eronder”, schampert hij. Hij noemt de PvdA ’medeschuldig’.

De coalitie is beduidend milder. D66-Kamerlid Belhaj wil 4,5 jaar na de luchtaanval dat er alsnog een nieuw onderzoek wordt gedaan naar de hoeveelheid burgerdoden in Hawija. Een Kamermeerderheid lijkt dat te gaan steunen.

Maar minister Bijleveld en premier Rutte lijken van D66 verder weinig te hoeven vrezen. Belhaj vindt dat Bijleveld haar verantwoordelijkheid heeft genomen. Wel wil ze weten waarom de CDA-bewindsvrouw de afwikkeling zo ’onhandig’ heeft gedaan.

CDA-Kamerlid Van Helvert roemt precisiebombardementen van onze F-16-vliegers. „Maar juist als het fout gaat, moet Defensie zorgvuldig informeren”, erkent hij. Hij wil dat het kabinet kritisch terugblikt en lessen trekt.

Verslaggever Inge Lengton is live bij het debat aanwezig; Tweets by ‎@IngeLengton

Rutte bestrijdt kwade opzet bij achterhouden burgerdoden Hawija

NU 27.11.2019 Premier Mark Rutte bestrijdt de suggestie dat het ministerie van Defensie in 2015 bewust heeft verzwegen dat er mogelijk burgerdoden waren gevallen bij de aanval op Hawija om op die manier de verlenging van de IS-missie in Irak niet te dwarsbomen. “Er is geen sprake van doofpot”, zei de minister-president woensdagavond tijdens een debat in de Tweede Kamer.

Volgens Rutte was het voor de besluitvorming om de missie te verlengen “niet relevant” dat er burgerslachtoffers waren gevallen, omdat er rekening werd gehouden met het risico op burgerslachtoffers. Bovendien, zo stelt Rutte, is het nooit duidelijk geworden hoeveel doden er officieel zijn gevallen.

GroenLinks en Forum voor Democratie (FVD) vermoeden dat er moedwillig informatie is achtergehouden om ervoor te zorgen dat een verlenging van de IS-missie zou doorgaan. “Was het verlengen van de missie belangrijker dan het delen van de waarheid?” vroeg Jesse Klaver (GroenLinks). Thierry Baudet (FVD): “Dit debat gaat niet meer alleen over de burgerdoden, maar over de betrouwbaarheid van deze premier en deze regering.”

De twee partijleiders wezen op de informatie over mogelijke burgerslachtoffers als gevolg van Nederlandse bombardementen die het ministerie van Defensie begin juni 2015 al had, maar verzweeg voor de Kamer.

Niet lang daarna kondigde het kabinet aan de IS-missie te verlengen en schreef het in een brief aan de Kamer dat Nederland, voor zover bekend, niet betrokken is geweest bij luchtaanvallen waar burgerslachtoffers zijn gevallen.

In een debat op 30 juni van dat jaar sprak de Kamer vervolgens over de verlenging van de missie, maar zonder alle informatie.

Baudet ziet motief voor verzwijgen

Volgens Baudet doet het kabinet alsof het om “een slordigheid gaat”, maar hij vermoedt kwade opzet. De FVD-leider ziet “een motief” om de informatie achter te houden en dat is dat het voor het kabinet heel moeilijk zou worden om instemming van de Kamer te krijgen voor de verlenging van de missie als bekend zou worden dat Nederlandse bommen “een hele woonwijk hebben weggevaagd”.

Klaver denkt er, in andere bewoordingen, hetzelfde over. “Het heeft er alle schijn van dat doorgaan missie zo belangrijk was, dat cruciale informatie is achtergehouden.”

Hij wil alle documenten inzien die geleid hebben tot het kabinetsbesluit om de missie te verlengen. Dat moet ook duidelijk maken wat premier Rutte precies wist en wanneer hij precies op de hoogte is gesteld van het aantal burgerdoden.

Rutte: ‘Kans op burgerslachtoffers altijd aanwezig’

Volgens Rutte gaat het om niet meer dan een fout in de Kamerbrief van 23 juni 2015. In de brief wordt gemeld dat er voor zover bekend geen burgerslachtoffers zijn gevallen, maar het beleid was dat het kabinet geen mededelingen zou doen over de missies.

Voor de besluitvorming in de ministerraad is het volgens de premier niet relevant geweest om te weten of er burgerslachtoffers zijn gevallen, omdat het risico daarop bekend was. Maar wat Klaver betreft is dát niet relevant. “Het gaat erom dat de ministerraad een besluit heeft genomen zonder alle relevante informatie.”

Ook coalitiepartij ChristenUnie is kritisch. Joël Voordewind wil weten hoe de fout in de Kamerbrief terecht is gekomen. “Hoe en waarom is de Kamer destijds verkeerd geïnformeerd?” Volgens de premier is het echter onmogelijk om te reconstrueren hoe de fout in de brief is beland.

Baudet vraagt zich af of Rutte weg mag komen met ‘sorry’

Bijleveld overleefde eerder motie van wantrouwen

De Kamer debatteerde voor de tweede keer in korte tijd over burgerdoden in Hawija. Twee weken geleden overleefde defensieminister Bijleveld ternauwernood een motie van wantrouwen nadat zij moest toegeven dat de Tweede Kamer in 2015 verkeerd is geïnformeerd over de Nederlandse betrokkenheid bij burgerdoden in Irak.

Bijleveld voegde daaraan toe dat dat het ministerie van Buitenlandse Zaken en van Algemene Zaken, het ministerie van premier Rutte, in 2015 op de hoogte zijn gesteld. Maar daar staat de premier helemaal niets van bij.

Uit de Kamerbrief van afgelopen maandag blijkt dat toenmalig minister van Defensie Jeanine Hennis in 2015 de toenmalig minister van Buitenlandse Zaken, Bert Koenders, mondeling heeft geïnformeerd over Hawija en dat ze de premier “vermoedelijk” over dit onderwerp heeft gesproken. De toon van haar boodschap zou “niet alarmerend” zijn geweest. Premier Rutte zegt zich dat gesprek niet te kunnen herinneren, maar sluit ook niet uit dat het wel heeft plaatsgevonden.

Ondanks dat meerdere partijen in de Kamer het moeilijk konden geloven dat de premier zich daar niets over kon herinneren, bleef Rutte volhouden dat hij er geen herinnering aan heeft. Of de premier daarover de waarheid vertelt, is volgens Rutte “een kwestie van vertrouwen”.

Een klein deel van de oppositie heeft dat vertrouwen niet meer. De SP diende met de steun van PVV, PvdD, 5PLUS, DENK, FVD en Lid Van Kooten-Arissen een motie van wantrouwen in tegen Bijleveld, Rutte en het hele kabinet, maar haalde geen meerderheid. Ook het voorstel om een parlementaire ondervraging lijkt te stranden. Over die motie, waar PVV, GroenLinks, SP, PvdD, 50PLUS, DENK, FVD en Lid Van Kooten-Arissen achter staan, wordt op een later moment gestemd.

Lees meer over: Politiek

Rutte ontkent doofpot burgerdoden Irak

RTL 27.11.2019 Er was volgens premier Rutte geen doofpot over de mogelijke burgerdoden tijdens een Nederlandse bomaanval op Hawija in Irak in 2015. Dat zei hij vanavond tijdens een pittig debat in de Tweede Kamer. Oppositiepartijen houden grote moeite met zijn verhaal.

Premier Rutte moest samen met minister Ank Bijleveld tekst en uitleg geven over de communicatie rond de burgerdoden die vielen tijdens een Nederlands bombardement in Irak, in 2015.

‘Geen herinnering’

De Kamer wilde weten wat Rutte wist over het Nederlandse bombardement op een IS-bommenfabriek in Irak. De premier herhaalde tijdens het debat meerdere keren dat hij ‘geen herinnering heeft aan informatie in de maand juni in 2015’.

Rutte zei: “Ik kan u niet dwingen om mij te geloven. Het is een vertrouwensvraag. Ik kan een herinnering die ik niet heb, niet faken.”

Grote moeite houden met het geheugen

De oppositie blijft grote moeite houden met het haperende geheugen van Rutte. PVV-voorman Geert Wilders vindt dat de Kamer is ‘gepiepeld en dat is onvergeeflijk’.

Ook Jesse Klaver heeft veel moeite met Ruttes verhaal. “Het heeft er alle schijn van dat voor het doorgaan van de missie cruciale informatie is achtergehouden.”

De SP stelde dat de waarheid nog altijd niet boven tafel is, daarom diende de partij een motie van wantrouwen in tegen Rutte, minister Bijleveld en het hele kabinet. De SP kreeg daarbij de steun van oppositiepartijen PVV, Partij voor de Dieren, Forum voor Democratie, Denk en het onafhankelijk Kamerlid Van Kooten-Arissen.

 floor bremer @floorbremer

Een pittig #debat voor Premier Rutte en minister Bijleveld van Defensie, op dit moment in de Tweede Kamer. Over een Nederlands bombardement in Irak, vier jaar geleden. Wie wist wat wanneer? En waarom is de Kamer boos? Hier een samenvatting in anderhalve minuut:

4  7:37 PM – Nov 27, 2019 See floor bremer’s other Tweets

Wanneer wist hij dat wel?

Wanneer de premier wel wist dat er burgerdoden waren gevallen? De topambtenaren van Rutte zijn in mei 2016 over definitieve rapporten geïnformeerd.

Maar hoeveel burgerdoden er bij de aanval zijn gevallen, blijft tot de dag van vandaag onduidelijk. Rutte zei: dat er bij de aanval ‘zeer waarschijnlijk burgerslachtoffers zijn gevallen,’ maar er zijn volgens hem geen aantallen genoemd.

Fout

Dat toenmalig minister van Defensie-Jeanine Hennis- enkele weken na de aanval in een brief aan de Kamer zei dat er geen burgerdoden waren gevallen. was volgens Rutte een fout, maar geen doelbewuste misleiding.

De oppositie vond dat weinig geloofwaardig, maar van opzet is volgens Rutte ‘0,0 bewijs’.

‘Niet relevant voor de verlenging van de missie’

De oppositie verdenkt Rutte ervan, dat hij de burgerdoden geheim willen om te voorkomen dat de Kamer bezwaar zou willen maken tegen de verlenging van de missie in Irak. Dat besluit volgde korte tijd na de aanval. Volgens de premier is dat verwijt ‘grote onzin.’

Dat er burgerdoden zijn gevallen was volgens hem ‘niet relevant’ voor het besluit tot verlenging van de missie. “Er is altijd een risico op burgerslachtoffers”, zei hij.

Meer transparantie

Wel beloven Rutte en minister Bijleveld de Tweede Kamer voortaan meer transparantie te geven over missies. Er zijn daarvoor nieuwe beleidsregels opgesteld.

Lees ook:

Harde kritiek tijdens debat burgerdoden Irak: ‘Kan ik Rutte nog geloven?’

Het bombardement op Hawija

Vanaf oktober 2014 tot juli 2016 nam Nederland voor het eerst deel aan een F-16-missie boven Irak en Syrië. Na publicaties van NRC en NOS dit najaar blijkt dat Nederland verantwoordelijk is geweest voor een bombardement op een bommenfabriek van IS in Hawija, Irak. Zeker 70 burgers zouden daarbij om het leven. Zowel Defensie als het Openbaar Ministerie onderzocht het bombardement. Volgens Defensie zijn alle procedures gevolgd. Het OM vindt geen strafbare feiten.

De toenmalige minister van Defensie, Jeanine Hennis, wist al in 2015 over de burgerdoden, maar gaf foute informatie aan de Tweede Kamer. Op 23 juni 2015 zei ze dat geen sprake is geweest van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers door luchtaanvallen in Irak. Daarvoor bood huidig minister Ank Bijleveld tijdens een debat begin november haar excuses aan.

RTL Nieuws; Mark Rutte  Ank Bijleveld

De Tweede Kamer eiste van premier Rutte en minister van Defensie Ank Bijleveld opheldering over de burgerslachtoffers in Hawija.

De Tweede Kamer eiste van premier Rutte en minister van Defensie Ank Bijleveld opheldering over de burgerslachtoffers in Hawija. Foto David van Dam

Wie wist wat en op welk moment?

NRC 27.11.2019 In de Tweede Kamer kwam de vraag op of de verlenging van de Irak-missie een rol speelde bij de verhulling van informatie. Een motie van wantrouwen werd verworpen.

Hoe kan het dat niemand – premier Mark Rutte voorop – in 2015 gealarmeerd raakte van het Nederlandse bombardement op het Irakese Hawija, waarvan van meet af aan duidelijk was dat er meer schade, en „waarschijnlijk” burgerslachtoffers bij waren gevallen?

Die vraag werd, in vele gedaantes, op woensdagavond gesteld door alle partijen én regeringspartijen D66 en ChristenUnie aan premier Mark Rutte (VVD) en minister Ank Bijleveld (Defensie, CDA).

Lees ook de reconstructie van NRC: Nederlandse bom doodde 70 mensen

In het eerste deel van het debat over de burgerslachtoffers die vielen in Hawija en over de vraag wie daarover wat en op welk moment wist, richtte de Tweede Kamer zich vooral op Rutte.

Maar ook de „zwijgcultuur” bij het ministerie van Defensie kwam aan bod (PvdA), de „selectieve dementie” van premier Rutte (Denk) en de vraag of „dit kabinet de waarheid wel wíl weten” (SP). D66 vroeg de minister alsnog een onderzoek in te stellen naar het exacte aantal burgerdoden dat in 2015 viel.

GroenLinks kwam met nieuwe feiten: want op 19 juni 2015, tien dagen nadat de toenmalige Defensieminister Jeanine Hennis (VVD) was gebrieft over de schade die het Nederlandse bombardement had aangericht, verstuurde het toenmalige kabinet-Rutte II een brief aan de Tweede Kamer, waarin ze aankondigde de Nederlandse bijdrage aan de anti-IS-coalitie in Irak te verlengen. „Was het verlengen van de missie belangrijker dan het delen van de waarheid?”, vroeg Jesse Klaver.

Want die kennis, die niet werd vermeld in het overzicht dat Bijleveld al eerder naar de Tweede Kamer stuurde, schijnt nieuw licht op de context van die tijd: uit die verlengingsbrief blijkt dat in de ministerraad in juni 2015 met zekerheid is gesproken over de Nederlandse bijdrage in Irak. Zijn de burgerdoden daar ter sprake gekomen?

Nee, zei Rutte stelllig, toen hij begon de Kamer te antwoorden. De premier ontkende dat er bewust informatie voor de Kamer is achtergehouden, met als doel de missie in Irak te verlengen. Ook nadat Joël Voordewind van coalitiepartij ChristenUnie dat nadrukkelijk had gezegd. „Er is geen doofpot”, zei Rutte. En ook: „Ik kan geen herinneringen faken die ik niet heb.”

Afgeweken van de officiële lijn

Echt spannend werd het niet voor Rutte en Bijleveld. Dat het Amerikaanse opperbevel Centcom aan NRC en NOS had laten weten dat het om zeventig burgerdoden ging, weersprak Bijleveld, die het bij de Amerikanen had nagevraagd.

„Ook voor Centcom is het onduidelijk waarom die woordvoerder is afgeweken van officiële lijn”, zei ze. Rutte bleef volhouden dat hij geen herinneringen had aan dat hij geïnformeerd zou zijn in juni 2015. Maar ook als dat wel zo was, zei hij, had hij dat niet kunnen delen. Want het beleid was om over lopende operaties niets te zeggen.

Voor een deel van de oppositie was die uitleg onvoldoende: een motie van wantrouwen werd gesteund door de SP, de PVV, de Partij voor de Dieren, 50Plus, Denk en de eenmansfractie Van Kooten-Arissen – en werd verworpen.

Er stond duidelijk meer op het spel, in dit debat. De plenaire vergaderzaal van de Tweede Kamer was voller: er waren meer Kamerleden aanwezig, meer fotografen, meer publiek. Ank Bijleveld had goed nagedacht: droeg ze drie weken geleden tijdens het eerste debat over Hawija nog een fleurige blouse, op woensdagavond zat ze in het zwart in ‘vak K’.

Ook de PvdA kreeg kritiek. Want ook ministers van die partij (Bert Koenders, toen minister van Buitenlandse Zaken en Lilianne Ploumen, toen minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) ondertekenden samen met Hennis op 23 juni 2015 de brief met daarin onjuiste informatie aan de Kamer. „U heeft honderd kilo boter op uw hoofd”, verweet Geert Wilders (PVV) de PvdA.

Het was diezelfde Wilders die de meeste oppositie bedreef, de eerste uren. Als enige fractievoorzitter onderbrak hij de regeringspartijen tijdens hun bijdrage met vragen over de stabiliteit van de coalitie en wees hij fijntjes op de onderlinge onmin tussen regeringspartijen VVD, CDA, D66 en ChristenUnie.

Zoals op ChristenUnie-voorman Gert-Jan Segers, die tegen NU.nl zei over het vergeten van informatie over burgerslachtoffers door Rutte: „Ik denk wel dat ik het zou hebben onthouden.” Bijleveld zou volgens Wilders „met twinkelende oogjes” Rutte bij het onderwerp betrokken hebben.

D66-Kamerlid Salima Belhaj beet hij toe dat haar partij „broodroof” pleegde. „U maakt ons als oppositie overbodig.” „Dit gaat over oorlog”, reageerde Belhaj. „Ik probeer hier serieus mee om te gaan, ik wil ontdekken wat er is gebeurd.” Dit debat zal daarvan slechts het begin zijn.

GroenLinks en FVD: Kwade opzet bij achterhouden burgerdoden Hawija

MSN 27.11.2019 GroenLinks en Forum Voor Democratie (FVD) vermoeden dat het ministerie van Defensie in 2015 bewust heeft verzwegen dat er mogelijk burgerdoden waren gevallen bij de aanval op Hawija om op die manier de verlenging van de IS-missie in Irak niet te dwarsbomen.

“Was het verlengen van de missie belangrijker dan het delen van de waarheid?” vroeg Jesse Klaver (GroenLinks) aan het kabinet tijdens het Kamerdebat woensdagavond.

Thierry Baudet (FVD): “Dit debat gaat niet meer alleen over de burgerdoden, maar over de betrouwbaarheid van deze premier en deze regering.”

De twee partijleiders wezen in het debat op de informatie over mogelijke burgerslachtoffers als gevolg van Nederlandse bombardementen.

Deze informatie had het ministerie van Defensie begin juni 2015 al, maar verzweeg dat voor de Kamer. Niet lang daarna kondigde het kabinet aan de IS-missie te verlengen en schreef het in een brief aan de Kamer dat Nederland voor zover bekend niet betrokken is geweest bij luchtaanvallen waar burgerslachtoffers zijn gevallen.

In een debat op 30 juni van dat jaar sprak de Kamer over de verlenging van de missie, maar zonder alle informatie.

Baudet ziet motief voor verzwijgen

Volgens Baudet doet het kabinet alsof het om “een slordigheid gaat”, maar hij vermoedt kwade opzet. De FVD-leider ziet “een motief” om de informatie achter te houden en dat is dat het voor het kabinet heel moeilijk zou worden om instemming van de Kamer te krijgen voor de verlenging van de missie als bekend werd dat Nederlandse bommen “een hele woonwijk hebben weggevaagd”.

Klaver denkt er, in andere bewoordingen, hetzelfde over. “Het heeft er alle schijn van dat doorgaan missie zo belangrijk was, dat cruciale informatie is achtergehouden”, aldus de GroenLinks-leider.

Hij wil alle documenten inzien die geleid hebben tot het kabinetsbesluit om de missie te verlengen. Dat moet ook duidelijk maken wat premier Rutte precies wist en wanneer hij precies op de hoogte is gesteld van het aantal burgerdoden.

Baudet sluit zich bij die oproep aan. “De Kamer moet staan voor eigen relevantie in de rechtsstaat. Wij moeten afdwingen dat we serieus worden genomen.”

Volgens Rutte gaat het om een fout in een Kamerbrief. In de brief wordt gemeld dat er voor zover bekend geen burgerslachtoffers zijn gevallen, maar het beleid was dat het kabinet geen mededelingen zou doen over de missies. “Er is geen sprake van een doofpot”, aldus Rutte.

Bijleveld overleefde eerder motie van wantrouwen

De Kamer debatteert voor de tweede keer in korte tijd met minister Ank Bijleveld (Defensie) over de burgerdoden bij de Nederlandse luchtaanval op de Iraakse stad Hawija. Twee weken geleden overleefde Bijleveld ternauwernood een motie van wantrouwen nadat zij moest toegeven dat de Tweede Kamer in 2015 verkeerd is geïnformeerd over de Nederlandse betrokkenheid bij burgerdoden in Irak.

Bijleveld voegde daaraan toe dat dat het ministerie van Buitenlandse Zaken en van Algemene Zaken, het ministerie van premier Rutte, in 2015 op de hoogte zijn gesteld. Maar daar staat de premier helemaal niets van bij.

Uit de Kamerbrief van afgelopen maandag blijkt dat Hennis in 2015 de toenmalig minister van Buitenlandse Zaken, Bert Koenders, mondeling heeft geïnformeerd over Hawija en dat ze de premier “vermoedelijk” over dit onderwerp heeft gesproken. De toon van haar boodschap zou “niet alarmerend” zijn geweest. Premier Rutte zegt zich dat gesprek niet te kunnen herinneren, maar sluit ook niet uit dat het wel heeft plaatsgevonden.

Meerdere partijen geloven niet de premier niets meer kan herinneren. PVV-leider Geert Wilders: “Wij moeten geloven dat zijn geheugen haperde? Denkt premier Rutte dat we gek zijn?”

Harde kritiek tijdens debat burgerdoden Irak: ‘Kan ik Rutte nog geloven?’

RTL 27.11.2019 “Het kabinet liegt en bedriegt de boel bij elkaar.” “Kan ik de premier nog geloven met zijn haperende geheugen?” De oppositie komt met harde kritiek tijdens het debat waarin premier Rutte en minister Bijleveld tekst en uitleg moeten geven over de communicatie rond de burgerdoden die vielen tijdens een bombardement in Irak, vier jaar geleden.

Wie wist wat, op welk moment? Om hoeveel slachtoffers ging het nu precies, én: hoe is vervolgens de Kamer geïnformeerd?

Dat zijn de vragen die centraal staan in het pittige debat waarin premier Rutte en Defensie-minister Bijleveld tekst en uitleg moeten geven over de communicatie rond de burgerdoden die vielen tijdens een Nederlands bombardement in Irak, vier jaar geleden.

‘Deze kwestie stinkt’

De oppositiepartijen hebben allemaal moeite met het verhaal van de premier. Ze eisen dat de waarheid boven tafel komt. Rutte zegt zich niet te kunnen herinneren dat hij is geïnformeerd over het bombardement. Eerder zei minister Bijleveld nog ‘dat het aannemelijk is dat de meest betrokken ministeries wel zijn geïnformeerd’.

“Deze hele kwestie stinkt”, concludeert PVV-leider Wilders. Voor hem is het duidelijk: de premier liegt. Ook de SP twijfelt aan zijn geloofwaardigheid. “Rutte wil ons doen geloven dat hij er herinneringen aan heeft. Dat hebben we eerder gehoord”, zegt SP-leider Lilian Marijnissen.

Ook Jesse Klaver heeft veel moeite met Ruttes verhaal. “Het heeft er alle schijn van dat voor het doorgaan van de missie cruciale informatie is achtergehouden.”

 floor bremer @floorbremer

Een pittig #debat voor Premier Rutte en minister Bijleveld van Defensie, op dit moment in de Tweede Kamer. Over een Nederlands bombardement in Irak, vier jaar geleden. Wie wist wat wanneer? En waarom is de Kamer boos? Hier een samenvatting in anderhalve minuut:

4  7:37 PM – Nov 27, 2019 See floor bremer’s other Tweets

Harde klappen

Niet alleen de premier, maar ook Defensie-minister Ank Bijleveld krijgt harde kritiek, van zowel de oppositie- als de regeringspartijen.

Bijleveld gaf in een eerder debat, drie weken geleden, toe dat haar voorganger Hennis de Kamer verkeerd had geïnformeerd. Die wist destijds over de burgerdoden, maar loog daarover tegen de Tweede Kamer. Minister Bijleveld bood daarvoor excuses aan.

Motie van wantrouwen

Bijlevelds optreden was tijdens dat debat zwak, wat leidde tot een motie van wantrouwen. Die werd gesteund door bijna alle oppositiepartijen.

Het is er volgens Marijnissen sinds het vorige debat niet veel beter op geworden. Volgens de SP schoffeert de minister de Kamer en alle Nederlanders. “Want wij hebben recht op de waarheid”, stelt Marijnissen.

 floor bremer @floorbremer

Het #debat over de burgerdoden in Irak is begonnen. Meteen op tafel: de geloofwaardigheid van premier Rutte en zijn haperende geheugen:

27  7:24 PM – Nov 27, 2019 30 people are talking about this

Cruciale informatie achtergehouden

GroenLinks-leider Klaver wil van het kabinet weten of, tijdens het praten over verlenging van de missie in Irak, gesproken is over de burgerslachtoffers bij de aanval in juni 2015. “Het heeft er alle schijn van dat verlenging zo belangrijk was, dat het ministerie van Defensie cruciale informatie heeft achtergehouden.”

Joël Voordewind van regeringspartij ChristenUnie concludeert dat Defensie doelbewust informatie verzwijgt. “Is die verkeerde reflex om informatie achter te houden inmiddels onderdeel van de cultuur geworden?”, vraagt hij zich af.

Het bombardement op Hawija

Vanaf oktober 2014 tot juli 2016 nam Nederland voor het eerst deel aan een F-16-missie boven Irak en Syrië. Na publicaties van NRC en NOS dit najaar blijkt dat Nederland verantwoordelijk is geweest voor een bombardement op een bommenfabriek van IS in Hawija, Irak. 70 burgers kwamen daarbij om het leven. Zowel Defensie als het Openbaar Ministerie onderzocht het bombardement. Volgens Defensie zijn alle procedures gevolgd. Het OM vindt geen strafbare feiten.

De toenmalige minister van Defensie, Jeanine Hennis, wist al in 2015 over de burgerdoden, maar gaf foute informatie aan de Tweede Kamer. Op 23 juni 2015 zei ze dat geen sprake is geweest van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers door luchtaanvallen in Irak. Daarvoor bood huidig minister Ank Bijleveld tijdens een debat begin november haar excuses aan.

Lees ook:

‘Rutte geïnformeerd over bombardement, maar niet over 70 slachtoffers’

RTL Nieuws; Mark Rutte  Ank Bijleveld  Tweede Kamer  Ministerie van Defensie  Defensie

Debat burgerdoden Irak: oppositie ziet gegoochel met waarheid, Rutte niet

NOS 27.11.2019 Mogelijke burgerdoden hebben geen rol gespeeld bij het besluit om de missie in Syrië en Irak te verlengen. Dat zei premier Rutte in het tweede debat in korte tijd over de slachtoffers die in 2015 in Irak vielen door een Nederlandse luchtaanval.

“Bij de strijd tegen IS was er altijd een risico op burgerslachtoffers”, zei de premier. Het gegeven dat er een onderzoek liep naar eventuele burgerslachtoffers was volgens Rutte “niet relevant” voor de besluitvorming over de missieverlenging.

GroenLinks, SP en Forum voor Democratie vroegen zich eerder vanavond hardop af of er een verband was. “Was het verlengen van de missie belangrijker dan het delen van de waarheid?”, zei Klaver van GroenLinks. Fractieleider Baudet van FvD sloot zich daarbij aan. “Ze wilden de missie in Irak verlengen, dus moesten ze uit het nieuws houden dat daar burgerslachtoffers waren gevallen.”

Gepiepeld

Het verlengen gebeurde eind juni 2015, het Nederlandse bombardement was begin die maand. Toenmalig minister Hennis zei in juni in de Kamer tot twee keer toe dat Nederland niet betrokken was bij bombardementen waarbij burgerdoden waren gevallen, terwijl ze toen al wist dat dat vermoedelijk wel was gebeurd.

“We zijn gepiepeld”, zei PVV-leider Wilders hierover. “De Kamer stemt in zonder het te weten.”

Rutte erkende wel dat er een fout zat in een brief van het kabinet aan de Kamer uit juni 2015. Daarin stond: “Voor zover op dit moment bekend is er geen sprake geweest van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers door luchtaanvallen in Irak.”

Volgens de premier had daar moeten staan: “Die informatie geven we u niet.” Het beleid was toen om dit type informatie bij lopende missies niet met de Tweede Kamer te delen, aldus Rutte. “We wilden onze vliegers namelijk niet in gevaar brengen.”

Rutte: brief aan de Kamer bevatte een fout, niet een leugen

Klaver accepteerde dat niet. “De informatie was beschikbaar, en de Kamer is willens en wetens verkeerd geïnformeerd.” Hij kreeg bijval van ChristenUnie-Kamerlid Voordewind: “De fout, zoals de premier dit noemt, is wel heel opmerkelijk. Wie zegt mij dat er de volgende keer niet weer een fout in een brief staat?”

De aanval waar het om gaat, was op 3 juni 2015. Een Nederlandse F-16 bombardeerde toen de Iraakse stad Hawija. Daarbij kwamen zeker 70 burgers om. Of de Kamer daarover is geïnformeerd is één vraag die voorligt, maar het debat gaat ook over de vraag of Rutte er destijds over wist.”

Hoe goed is de politieke antenne van onze minister-president eigenlijk afgesteld?”, aldus PvdD-fractieleider Ouwehand.

Defensieminister Bijleveld schreef maandag in een Kamerbrief dat haar voorganger Hennis premier Rutte vermoedelijk mondeling had geïnformeerd op een “niet alarmerende” toon. De premier heeft de afgelopen weken meermaals gezegd (vanavond ook) zich het gesprek met Hennis niet te kunnen herinneren, hoewel hij ook niet uitsluit dat het heeft plaatsgevonden.

“Hoe goed is de politieke antenne van onze minister-president eigenlijk afgesteld?”, zei PvdD-fractieleider Ouwehand daar vanavond over. Partijleider Marijnissen van de SP vroeg zich af hoe het kan dat berichten over mogelijke burgerslachtoffers de kwalificatie “niet alarmerend” hebben meegekregen.

Een opvallend moment in het debat was toen Rutte zei dat het Amerikaanse leger, dat de leiding had over de missie, nooit heeft kunnen vaststellen dat er 70 burgerslachtoffers zijn gevallen. Terwijl een woordvoerder van de legerleiding van de VS (Centcom) dat in 2018 heeft laten weten aan NRC.

 Ben Meindertsma @ben_meindertsma

Voor de goede orde: dit is wat Kolonel Sean Ryan van Centcom in december 2018 aan NOS/NRC (via @JournaJannie) laat weten. Gaat Bijleveld zo uitleg over geven.

Minister Bijleveld stelde even later dat Centcom desgevraagd aan haar heeft laten weten dat de woordvoerder is afgeweken van de officiële conclusies. “In hun onderzoek concluderen ze dat er zeer waarschijnlijk burgerslachtoffers zijn gevallen, en dat het onderzoek niet in staat was om het specifieke aantal vast te stellen.”

Persbureau Reuters schreef daags na het bombardement dat er volgens getuigen zo’n 70 doden waren gevallen. “In openbare bronnen werd al snel de beroemde 70 genoemd”, zei Rutte vanavond. “In de toekomst zou het goed zijn als dat soort informatie meteen naast de wél bevestigde informatie wordt gelegd. Dat is hier niet gebeurd.”

D66-Kamerlid Belhaj pleitte in het debat voor een nieuw onderzoek naar de burgerslachtoffers. “Hoe kan het dat vier jaar later nog niet vaststaat hoeveel burgerslachtoffers er zijn gevallen? Nederland heeft de morele plicht om dit zo goed mogelijk in kaart te brengen.” Coalitiegenoot ChristenUnie sloot aan bij de roep om een onderzoek.

Begin deze maand debatteerde de Tweede Kamer ook al over deze kwestie met minister Bijleveld. Toen ging het debat vooral over het onjuist informeren van de Kamer. Bijleveld bood hiervoor “oprechte excuses” aan en overleefde een motie van wantrouwen.

Bekijk ook

GroenLinks en FVD: Kwade opzet bij achterhouden burgerdoden Hawija

MSN 27.11.2019 GroenLinks en Forum Voor Democratie (FVD) vermoeden dat het ministerie van Defensie in 2015 bewust heeft verzwegen dat er mogelijk burgerdoden waren gevallen bij de aanval op Hawija om op die manier de verlenging van de IS-missie in Irak niet te dwarsbomen.

“Was het verlengen van de missie belangrijker dan het delen van de waarheid?” vroeg Jesse Klaver (GroenLinks) aan het kabinet tijdens het Kamerdebat woensdagavond.

Thierry Baudet (FVD): “Dit debat gaat niet meer alleen over de burgerdoden, maar over de betrouwbaarheid van deze premier en deze regering.”

De twee partijleiders wezen in het debat op de informatie over mogelijke burgerslachtoffers als gevolg van Nederlandse bombardementen.

Deze informatie had het ministerie van Defensie begin juni 2015 al, maar verzweeg dat voor de Kamer. Niet lang daarna kondigde het kabinet aan de IS-missie te verlengen en schreef het in een brief aan de Kamer dat Nederland voor zover bekend niet betrokken is geweest bij luchtaanvallen waar burgerslachtoffers zijn gevallen.

In een debat op 30 juni van dat jaar sprak de Kamer over de verlenging van de missie, maar zonder alle informatie.

Baudet ziet motief voor verzwijgen

Volgens Baudet doet het kabinet alsof het om “een slordigheid gaat”, maar hij vermoedt kwade opzet. De FVD-leider ziet “een motief” om de informatie achter te houden en dat is dat het voor het kabinet heel moeilijk zou worden om instemming van de Kamer te krijgen voor de verlenging van de missie als bekend werd dat Nederlandse bommen “een hele woonwijk hebben weggevaagd”.

Klaver denkt er, in andere bewoordingen, hetzelfde over. “Het heeft er alle schijn van dat doorgaan missie zo belangrijk was, dat cruciale informatie is achtergehouden”, aldus de GroenLinks-leider.

Hij wil alle documenten inzien die geleid hebben tot het kabinetsbesluit om de missie te verlengen. Dat moet ook duidelijk maken wat premier Rutte precies wist en wanneer hij precies op de hoogte is gesteld van het aantal burgerdoden.

Baudet sluit zich bij die oproep aan. “De Kamer moet staan voor eigen relevantie in de rechtsstaat. Wij moeten afdwingen dat we serieus worden genomen.”

Volgens Rutte gaat het om een fout in een Kamerbrief. In de brief wordt gemeld dat er voor zover bekend geen burgerslachtoffers zijn gevallen, maar het beleid was dat het kabinet geen mededelingen zou doen over de missies. “Er is geen sprake van een doofpot”, aldus Rutte.

Bijleveld overleefde eerder motie van wantrouwen

De Kamer debatteert voor de tweede keer in korte tijd met minister Ank Bijleveld (Defensie) over de burgerdoden bij de Nederlandse luchtaanval op de Iraakse stad Hawija. Twee weken geleden overleefde Bijleveld ternauwernood een motie van wantrouwen nadat zij moest toegeven dat de Tweede Kamer in 2015 verkeerd is geïnformeerd over de Nederlandse betrokkenheid bij burgerdoden in Irak.

Bijleveld voegde daaraan toe dat dat het ministerie van Buitenlandse Zaken en van Algemene Zaken, het ministerie van premier Rutte, in 2015 op de hoogte zijn gesteld. Maar daar staat de premier helemaal niets van bij.

Uit de Kamerbrief van afgelopen maandag blijkt dat Hennis in 2015 de toenmalig minister van Buitenlandse Zaken, Bert Koenders, mondeling heeft geïnformeerd over Hawija en dat ze de premier “vermoedelijk” over dit onderwerp heeft gesproken. De toon van haar boodschap zou “niet alarmerend” zijn geweest. Premier Rutte zegt zich dat gesprek niet te kunnen herinneren, maar sluit ook niet uit dat het wel heeft plaatsgevonden.

Meerdere partijen geloven niet de premier niets meer kan herinneren. PVV-leider Geert Wilders: “Wij moeten geloven dat zijn geheugen haperde? Denkt premier Rutte dat we gek zijn?”

LIVE | Wilders: Burger zal straks zeggen: Rutte? Ik heb geen actieve herinnering aan die man

AD 27.11.2019 Wat heeft het ministerie van Defensie begin juni 2015 nou precies aan het kabinet gedeeld over de burgerdoden bij een Nederlands bombardement in Irak? En is premier Rutte nou wel of niet op de hoogte gesteld? De Kamer eist vanavond tijdens het debat over de kwestie duidelijke antwoorden van de premier en minister Ank Bijleveld (Defensie). Mis niks van het debat met ons liveblog.

Bij een Nederlands bombardement op een bommenfabriek van Islamitische Staat in Hawija kwamen waarschijnlijk zo’n zeventig burgers om het leven. Minister Bijleveld legde begin deze maand tijdens een zwaar debat al verantwoording af over de kwestie, nadat bleek dat haar voorgangster Jeanine Hennis wist dat het ‘geloofwaardig’ was dat er bij de aanval burgerslachtoffers waren gevallen, maar aan de Kamer schreef dat er ‘voor zover op dit moment bekend’ geen burgerdoden waren gevallen.

Bijleveld maakte excuses, en beloofde een feitenrelaas met daarin duidelijk over de vraag wie wat op welk moment wist. Dat liet echter lang op zich wachten en gaf uiteindelijk ook niet alle antwoorden. Zo schreef Bijleveld in een brief dat Hennis ‘vermoedelijk’ premier Rutte ingelicht heeft nadat zij begin juni 2015 hoorde over een Nederlands bombardement in Irak. Ze informeerde in elk geval Bert Koenders, destijds minister van Buitenlandse Zaken.

De gesprekken zouden niet op alarmerende toon zijn gevoerd, maar Hennis zou ‘feitelijk melding’ hebben gemaakt van een tweede explosie na het bombardement van een Nederlandse F-16. ‘Nader onderzoek moest vaststellen of er burgerdoden zouden zijn gevallen’, schrijft Bijleveld. De Kamer wil vanavond exact horen wat het ministerie nu precies gedeeld heeft over het bombardement, en zal het Bijleveld opnieuw lastig maken.

De Kamer wil vanavond exact horen wat het ministerie nu precies gedeeld heeft over het bombardement, en zal het Bijleveld opnieuw lastig maken. 

Rutte zegt zich ondertussen niet te kunnen herinneren dat hij direct werd ingelicht na de luchtaanval. Totaal ongeloofwaardig, stellen oppositiepartijen, die eisen dat het kabinet alle feiten op tafel legt.

Opnieuw debat over burgerdoden in Irak, oppositie is kritisch

NOS 27.11.2019 De Tweede Kamer debatteert met premier Rutte en Defensieminister Bijleveld over het bombardement op het Iraakse Hawija in 2015.Bij dat bombardement vielen zeker 70 burgerslachtoffers; het debat vanavond gaat vooral om de vraag: wie wist daar op welk moment van?

SP en GroenLinks richten pijlen op Rutte

MSN 27.11.2019 SP en GroenLinks richten hun pijlen tijdens het debat over burgerdoden in Irak op premier Mark Rutte. Zij vragen zich af of de verlenging van de missie in Irak, enkele weken na de aanval van Nederlandse F-16’s waarbij tientallen doden vielen, een rol heeft gespeeld bij het stilhouden van de burgerslachtoffers.

Lilian Marijnissen (SP) begrijpt niet waarom de alarmbellen in het kabinet niet afgingen na mediaberichten over veel burgerdoden. “Kwam het gewoon niet goed uit?”, vraagt ze zich af.

In het licht van de verlenging moet er in het kabinet gesproken zijn over burgerslachtoffers, denkt Jesse Klaver van GroenLinks. Dat besluit werd drie weken na de aanval genomen. “Het heeft er alle schijn van dat voor het doorgaan van de missie cruciale informatie is achtergehouden.”

De PvdA had bijna uitsluitend vragen aan minister Ank Bijleveld van Defensie. Er moet een einde komen aan de “beruchte Defensiecultuur” van geslotenheid, zei John Kerstens. Hij werd aangevallen door onder anderen Geert Wilders (PVV) omdat destijds ook PvdA-ministers op de hoogte werden gesteld van de gevolgen van de aanval. “U hebt boter op uw hoofd”, zei Tunahan Kuzu (Denk).

Wilders over Hawija: deze kwestie stinkt van alle kanten

Telegraaf 27.11.2019 Het kabinet krijgt van de oppositie de wind van voren over de manier waarop informatie is gedeeld over een Nederlandse luchtaanval in Irak in 2015. Daarbij vielen mogelijk 70 burgerslachtoffers. „Deze kwestie stinkt van alle kanten”, stelt PVV-leider Wilders.

Uit een brief van defensieminister Bijleveld blijkt dat behalve toenmalig minister Hennis ook ministers Van der Steur (Justitie) en Koenders (Buitenlandse Zaken) waren ingelicht over mogelijke burgerslachtoffers bij een bombardement van 3 juni 2015 op een autobommenfabriekje in Hawija. De informatie was met Ruttes ministerie Algemene Zaken gedeeld.

Hennis had volgens haar eigen herinnering ’vermoedelijk’ ook de premier mondeling op de hoogte gesteld van de bevindingen – grotere explosie dan verwacht, nader onderzoek nodig naar burgerslachtoffers. Rutte sluit niet uit dat het gesprek heeft plaatsgevonden, maar kan zich het niet herinneren.

SP: heeft Rutte dan niet doorgevraagd?

„Dat hebben we eerder gehoord”, hoont SP-fractieleider Marijnissen, die het spannende debat over de F-16 luchtaanval aftrapte. Ze wees erop dat de premier wel vaker op cruciale momenten zijn geheugen kwijt lijkt te zijn. Het verbaast haar dan ook niet dat dit bij de luchtaanval mogelijk opnieuw is gebeurd. „Kwam het hem goed uit, of drong het echt niet door en hebben we een ander probleem te pakken?”, wil zij van Rutte weten. „Heeft hij dan niet doorgevraagd?”

GL-leider Klaver denkt dat het het kabinet wel goed uitkwam om gegevens over de burgerdoden niet naar boven te laten komen. Toen de berichten over mogelijke slachtoffers naar buiten kwamen via diverse media en de Amerikanen die er onderzoek naar deden, moest Nederland beslissen over het verlengen van de Nederlandse militaire missie in Irak.

„Was het verlengen van de missie belangrijker dan de waarheid?”, wil Klaver weten. „Het heeft er alle schijn van dat cruciale info werd achtergehouden.” Hij wil een tijdlijn over de besluitvorming van de missie.

Ank Bijleveld, minister van Defensie en premier Mark Rutte buigen zich over de burgerdoden in Irak. Op de voorgrond enkele prominente Kamerleden.

Ank Bijleveld, minister van Defensie en premier Mark Rutte buigen zich over de burgerdoden in Irak. Op de voorgrond enkele prominente Kamerleden. Ⓒ ANP

Oppositieleider Wilders (PVV) vindt dat de Hawija-kwestie „aan alle kanten stinkt”. Hij heeft er moeite mee om de herinneringen van voormalig minister Hennis over het voorval te geloven.

Hij vraagt zich af hoe het kan dat zij niet geheel zeker weet dat zij premier Rutte ervan op de hoogte heeft gebracht, maar dat zij wel zeker lijkt te weten dat dit op een manier gebeurde die niet alarmerend was. „Hoe kan dat?”, wil Wilders weten. „Volgens mij kan alleen een geboren leugenaar dat.”

Leugenmachine

Ook hij wijst erop dat de VVD en de premier wel vaker aan geheugenverlies lijken te lijden, zoals bij de memo’s over de dividendtaks en het uit de duim gezogen bezoekje van Halbe Zijlstra aan het buitenhuis van Poetin. „De VVD is één grote leugenmachine”, concludeert de PVV’er. Hij weet het zeker. „Het einde van het kabinet is nabij en de burger zal zeggen: premier Rutte? Ik heb geen actieve herinnering aan die man.”

Ⓒ ANP

Wilders richt zijn pijlen ook op de PvdA. Niet alleen de premier zou namelijk over de mogelijke burgerdoden zijn geïnformeerd, maar ook toenmalig PvdA-ministers Koenders (Buitenlandse Zaken) en Ploumen (Buitenlandse Handel).

Volgens Wilders waren de PvdA-bewindslieden betrokken bij de brief die waarin Bijlevelds voorganger de Tweede Kamer verkeerd informeerde. „De handtekeningen van Koenders en Ploumen stonden eronder”, schampert hij. Hij noemt de PvdA ’medeschuldig’.

De coalitie is beduidend milder. D66-Kamerlid Belhaj wil 4,5 jaar na de luchtaanval dat er alsnog een nieuw onderzoek wordt gedaan naar de hoeveelheid burgerdoden in Hawija. Een Kamermeerderheid lijkt dat te gaan steunen.

Maar minister Bijleveld en premier Rutte lijken van D66 verder weinig te hoeven vrezen. Belhaj vindt dat Bijleveld haar verantwoordelijkheid heeft genomen. Wel wil ze weten waarom de CDA-bewindsvrouw de afwikkeling zo ’onhandig’ heeft gedaan.

CDA-Kamerlid Van Helvert roemt precisiebombardementen van onze F-16-vliegers. „Maar juist als het fout gaat, moet Defensie zorgvuldig informeren”, erkent hij. Hij wil dat het kabinet kritisch terugblikt en lessen trekt.

Verslaggever Inge Lengton is live bij het debat aanwezig;

  Tweets by ‎@IngeLengton

Minister Ank Bijleveld (Defensie) tijdens het eerste debat in de Tweede Kamer over het Nederlands bombardement in Irak, begin november. © ANP/Bart Maat

Spanning in coalitie: iedereen wijst naar iedereen in Irakdossier

AD 27.11.2019 De spanning binnen de coalitie van Rutte III loopt op nu er meer bekend is over welke minister wanneer-wat-wist over de burgerdoden die in 2015 vielen bij een bombardement in Irak. En de oppositie beticht de premier van liegen.

Bijna drie weken wachtte politiek Den Haag op de brief waarin duidelijk zou worden wie wanneer op de hoogte werd gesteld van een misgelopen bombardement op 3 juni 2015 in de Iraakse stad Hawija. Maar nu de brief er ligt, is de onduidelijkheid eigenlijk alleen maar groter geworden.

Lees ook;

Bijleveld: toenmalig Defensieminister Hennis ‘vermoedt’ Rutte ingelicht te hebben

Lees meer

Hoe kun je zoveel burgerdoden vergeten? ‘Een rampzalig gegeven’

Hoe kun je zoveel burgerdoden vergeten? ‘Een rampzalig gegeven’

Lees meer

GroenLinks-leider Jesse Klaver blaast het hoogst van de toren. Volgens hem zijn de drie weken gebruikt om een relaas te componeren waarin premier Mark Rutte wordt vrijgepleit.

‘Vermoedelijk’

Ga maar na: toenmalig Defensieminister Jeanine Hennis zegt dat ze de premier ‘vermoedelijk’ heeft ingelicht dat er onderzoek werd gedaan naar een tweede explosie nadat een Nederlandse F-16 zijn bom afgooide. Dat er gekeken moest worden of er burgerdoden waren gevallen. Rutte zegt zich dat niet te herinneren maar ‘sluit’ óók ‘niet uit’ dat het gesprek ‘heeft plaatsgevonden’.

Waterdichte verdediging.

Minister-president Mark Rutte (rechts), Defensieminister Jeanine Hennis en minister Bert Koenders van Buitenlandse Zaken woonden in juli 2016 de Navo-top in Warschau bij.

Minister-president Mark Rutte (rechts), Defensieminister Jeanine Hennis en minister Bert Koenders van Buitenlandse Zaken woonden in juli 2016 de Navo-top in Warschau bij. © EPA

Al wekt het haperende geheugen van Rutte schamper gelach. Zo ging het met de dividendbelasting en de bonnetjesaffaire ook al. En nu is het beeld dat hij zeventig burgerdoden in zijn oor gefluisterd kreeg, maar dat ‘vergat’.

Daarbij komt dat minister Ank Bijleveld van Defensie eerst leek te beamen dat er bij het bombardement zeventig burgers omkwamen. In het doelwit, een bommenfabriek, lagen namelijk veel meer explosieven lagen dan werd gedacht.

Maar nu schrijft ze dat het ‘tot op de dag van vandaag’ niet duidelijk is hoeveel burgers de dood vonden. Het Amerikaanse eindrapport werd namelijk nooit opgemaakt. Andere bronnen – de VN, het Rode Kruis, Airwars en persbureau Reuters – spreken over tussen 70 en 170 dodelijke slachtoffers.

Ongeloofwaardig

Dat dit grote aantal ‘niet bij de politieke top terechtkwam’ vindt Klaver ‘ontluisterend en volstrekt ongeloofwaardig’. ,,Of het systeem werkt niet, of het is niet waar.”

Maar toen Hennis premier Rutte informeerde, noemde zij überhaupt geen aantallen, liet Hennis weten. Ze sprak ‘slechts’, benadrukt men in VVD-kringen, van een ‘onderzoek’ dat moest uitwijzen óf er doden waren gevallen. Ze sloeg daarbij bovendien geen ‘alarmerende toon’ aan. Zo werd het toenmalig minister Bert Koenders (PvdA) van Buitenlandse Zaken ook verteld.

Bliksemafleider van Rutte

De kwestie zorgt ondertussen wel voor tweespalt bínnen de coalitie. Áls het debat misloopt, mag het niet zo zijn dat alleen Bijleveld moet aftreden in het debat vandaag, benadrukken CDA’ers. Ze wordt niet de bliksemafleider van Rutte, waarschuwt een ingewijde.

De liberalen hebben op hun beurt juist een appeltje te schillen met CDA’er Bijleveld. In een poging haar straatje schoon te vegen in het eerste debat over Hawija noemde ze haar voorganger Hennis bij naam. ,,Wel vier keer.” Dat vonden VVD’ers weinig chique. Bovendien werd zij daardoor ook in haar nieuwe baan, VN-gezant in Irak, mikpunt van protesten.

Anderen betrokkenen uit 2015 wijzen erop dat Hennis dat niet deed toen zij in 2017 moest aftreden. Zij noemde de naam van Hans Hillen niet, terwijl onder zijn verantwoordelijkheid een partij mortiergranaten werd gekocht die een fataal ongeluk in Mali veroorzaakte.

Bij het CDA en Bijleveld is bovendien ergernis over de manier waarop D66-Tweede Kamerlid Salima Belhaj, een coalitiegenoot, haar tijdens het debat wel erg scherp bevroeg.

Ik geloof de premier als hij zegt dat hij zich niets kan herinneren, ja, aldus ChristenUnie-leider Gert-Jan Segers.

Al lijken D66 en ChristenUnie de rangen nu wel te sluiten. Jetten wil wel weten waarom Rutte niet op onderzoek uitging toen er van burgerdoden werd gesproken. Maar om dat ‘nalatig’ te noemen? ,,Nee, dat gaat weer te ver.”

Ook ChristenUnie-leider Gert-Jan Segers wil vooral ‘vooruitkijken’ over hoe ministers in de toekomst over incidenten worden geïnformeerd. ,,Ik geloof de premier als hij zegt dat hij zich niets kan herinneren, ja. Het zal op zo’n manier zijn gedaan dat het geen indruk heeft achtergelaten.”

In de oppositie is men er niet zo klaar mee. Naast GroenLinks staan nog tien fracties klaar met kritiek.

Lastig parket

Alleen de PvdA zit in een lastig parket. De partij steunde begin november een motie van wantrouwen tegen Bijleveld, omdat haar voorganger Hennis de Kamer verkeerd had geïnformeerd. Zij stelde tot twee keer toe dat er ‘voor zover op dit moment bekend’ geen sprake was van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers, terwijl zij toen al meer wist.

Maar nu blijkt dat juist toenmalig PvdA-minister Koenders vanaf juni 2015 vijf keer werd verteld dat er onderzoek liep naar Hawija. Al houdt Koenders (eveneens) vol daar geen herinnering aan te hebben.

Het is nog al een verschil of iemand heeft gezegd: joh, ga even zitten, want ik moet je vertellen dat er misschien iets heel ergs is gebeurd, aldus PvdA-leider Lodewijk Asscher

PvdA-leider Lodewijk Asscher vergoelijkt dat. ,,Het is nog al een verschil of iemand heeft gezegd: we doen onderzoek naar iets, of er is gezegd: joh, ga even zitten, want ik moet je vertellen dat er misschien iets heel ergs is gebeurd.” Maar daarmee verexcuseert hij ook Rutte.

Of daarom een eensgezinde aanval van de oppositie op het kabinet echt van de grond komt, valt te betwijfelen. Maar het haperende geheugen van Rutte en de wispelturig informerende Bijleveld zijn sowieso een duidelijk doelwit.

Drie weken geleden overleefde Bijleveld een loodzwaar debat over burgerdoden in Irak. Woensdag moet zij er opnieuw voor naar de Kamer, dit keer samen met premier Rutte. Beeld ANP

Welke partijen geloven de feiten van Rutte en Bijleveld?

Trouw 27.11.2019 Het kabinet moet de Kamer overtuigen dat Rutte echt niets wist, en dat er om goede redenen verschillen zijn tussen wat Bijleveld in een brief en in een eerder debat meldde.

Oppositiepartijen hebben de messen geslepen als premier Mark Rutte en minister van defensie Ank Bijleveld vanavond hun opwachting maken in de Kamer. De twee moeten tekst en uitleg geven over wie in juni 2015 weet had van mogelijk grote aantallen burgerdoden bij een Nederlands bombardement op een bommenfabriek van Islamitische Staat in de Irakese plaats Hawija.

Een fors deel van de discussie zal zich op de premier toespitsen. Volgens de brief die het kabinet maandagavond naar de Kamer stuurde, is Rutte destijds door defensieminister Jeanine Hennis waarschijnlijk slechts ‘op niet-alarmerende toon’ verteld over ‘mogelijke burgerdoden’. Dat zou het verklaarbaar maken dat hij zich later niets herinnerde van het gesprek.

Jesse Klaver (GroenLinks) plaatst vraagtekens bij deze brief. “Het heeft er alle schijn van dat men drie weken bezig is geweest de premier uit de wind te houden.” Klaver ‘krijgt de stellige indruk’ dat het feitenrelaas dat de Kamer deze week kreeg zo is opgebouwd dat het een plausibel klinkend verhaal creëert rond Rutte’s bewering dat hij zich niets herinnert.

‘Ik zou zoiets wel onthouden’

Ook Sadet Karabulut (SP) is kritisch over de uitleg van het kabinet. Toen Hennis met Rutte sprak waren er op het ministerie van defensie al verschillende aanwijzingen dat het aantal burgerdoden bij Hawija uitzonderlijk hoog lag. “Dat haar toon niet alarmerend was, klinkt dan ongeloofwaardig.

Ik heb niet het gevoel dat de Kamer met deze brief alle feiten en achterliggende beweegredenen krijgt.” De oppositiepartijen vermoeden dat het nieuws over burgerdoden destijds is weggemoffeld om de gewenste verlenging van de missie niet in gevaar te brengen.

Zelfs coalitiepartner ChristenUnie heeft moeite de verdediging van het kabinet van harte te steunen. Fractieleider Gert-Jan Segers zegt dat de brief van Bijleveld ‘voor mij wel maximale helderheid schept’ over wat er is gebeurd, maar aarzelt om te zeggen dat hij het geloofwaardig vindt dat Rutte zich een eventuele melding van burgerdoden niet herinnert. “Ik zou zoiets wel onthouden.”

De geloofwaardigheid van de premier en het functioneren van zijn geheugen zal nadrukkelijk onderwerp zijn van debat. Bij andere lastige onderwerpen liet zijn geheugen hem ook in de steek. Zo had hij ‘geen actieve herinneringen’ dat hij met anderen sprak over de bekentenis van Halbe Zijlstra dat die loog over een ontmoeting met Poetin. Ook had hij ‘geen herinneringen’ aan memo’s over de dividendbelasting.

Reconstructie van Bijleveld 

Ook CDA-minister Ank Bijleveld heeft een probleem. In het Kamerdebat van 5 november zei ze dat het voor Hennis op 9 juni 2019 duidelijk was dat er ‘waarschijnlijk veel burgerslachtoffers’ waren gevallen. Maandagavond schreef ze dat Defensie destijds alleen wist van ‘mogelijke burgerslachtoffers’.

Sommige partijen zien deze herziening als een truc om Rutte uit de wind te houden. ‘Ik ben geneigd de Bijleveld uit het debat te geloven’, concludeert Klaver bijvoorbeeld.

CDA-Kamerlid Martijn van Helvert vindt deze discrepantie wel verklaarbaar. “De minister maakt een reconstructie. Daar had ze voorafgaand aan het eerste debat maar twee uur de tijd voor. Nu had ze er drie weken voor.” Coalitiepartijen lijken dan ook hun best te doen om Bijleveld overeind te houden. Segers prijst haar voor het scheppen van helderheid, ‘ook als ze eerder wat te stellig was.’

De minister wacht een zware uitdaging. Zij moet de Kamer overtuigen dat haar tweede versie van de feiten de juiste is, om zo Rutte uit de wind te houden. Ondertussen moet zij de Kamer begrip vragen voor de manier waarop zij drie weken geleden een heel ander beeld schetste.

Veel hangt waarschijnlijk ook af van de manier waarop Bijleveld het debat aangaat. Drie weken geleden vonden geërgerde Kamerleden dat zij een verkeerde toon aansloeg. Ze had beter door het stof kunnen gaan, in plaats van waardering te claimen voor een nieuw beleid van openheid over bombardementen waar ze naar eigen zeggen voor gekozen had.

Lees ook: Bijleveld komt terug op eerdere beweringen over ‘Hawija’

Het was nooit duidelijk hoeveel doden er precies zijn gevallen, zegt Defensie nu over het bombardement in Irak. 

Waarom de gehavende minister Bijleveld toch mag blijven

Met een ware Houdini-act ontsnapte minister Ank Bijleveld van defensie drie weken geleden aan aftreden. Ze overleefde op het nippertje een motie van wantrouwen, ingediend door GroenLinks. 

Meer over; Ank Bijleveld politiek Mark Rutte Kamer Marno de Boer

Bij een aanval van een Nederlandse F-16 op een autobommenfabriek van IS in Irak zijn in 2015 zeker zeventig burgers gedood. Door het bombardement werd een complete wijk in Hawija verwoest. Beeld Defensie

Waarom herinnert Rutte zich de tientallen burgerdoden uit Hawija niet?

VK 26.11.2019 Woensdagavond moet premier Rutte tijdens een Tweede Kamerdebat uitleg geven wat hij wist van de circa 70 burgerdoden die in 2015 vielen door een Nederlands bombardement in Hawija. De nieuwe brief van Defensieminister Bijleveld verschaft de oppositie – die uit is op het hoofd van premier Rutte – weinig munitie.

‘Ik rende met mijn zoon en vrouw en zocht bescherming onder de trap’, zegt Hassan Mahmoud al-Jubbouri. ‘Na de eerste explosie volgden er nog drie of vier, en ik voelde hoe het dak leek te gaan instorten.’ Buiten waren ‘gewapende strijders aan het schreeuwen’, zij ‘oogden heel verward. Ik hielp een familie onder het puin vandaan trekken. Hun lichamen waren verminkt. We brachten een deken en verzamelden al hun lichaamsdelen en brachten ze naar de begraafplaats.’

Aldus het relaas van een 67-jarige overlevende van de luchtaanval op Hawija dat een dag na die derde juni 2015 te lezen viel in een bericht van persbureau Reuters. Zoals minister van Defensie Ank Bijleveld fijntjes optekent in haar brief aan de Kamer, lieten Nederlandse media het collectief passeren. Touché.

Maar de grotere vraag die ze woensdagavond tijdens het Kamerdebat mag beantwoorden, is: hoe kan het dat, terwijl direct duidelijk was dat er tientallen doden waren gevallen, ‘IS-terroristen en burgers’, Defensie deze feiten vier jaar lang niet openbaar maakte?

In het vorige Kamerdebat deed Bijleveld opzichtig de suggestie om vooral ook naar de rol van anderen te kijken – premier Mark Rutte en haar voorganger Jeanine Hennis voorop, gevolgd door andere ministeries en haar eigen ambtelijk apparaat.

Hoewel deze suggestie in de Kamer en in sommige media enthousiast werd begroet – Mark Rutte is immers al negen jaar aan de macht – biedt Bijleveld de Torentje-bestormers weinig munitie in haar jongste brief.

Ruttes vertegenwoordiger was niet aanwezig tijdens de vergadering van de Stuurgroep Missies en Operaties (SMO) van 4 juni, waar de basisfeiten passeerden zonder aantallen burgerslachtoffers te noemen ‘aangezien deze niet konden worden vastgesteld’. Het verslag dat hij wel kreeg, was summier.

Op dezelfde wijze werd minister van Buitenlandse Zaken Bert Koenders op de hoogte gesteld. Hennis heeft ‘vermoedelijk’ ook nog met Rutte gesproken hierover, op een ‘niet alarmerende toon’, maar Rutte herinnert zich dat niet. De oppositie, die bloed ruikt, zal zich hierop richten, maar echt onthullend is het beeld dat oprijst over Defensie – en de minister zelf.

Wijsheid achteraf

Bijleveld waarschuwt impliciet voor ‘hindsight bias’, wijsheid achteraf die voorbijgaat aan de context waarin de gebeurtenis zich ontvouwde. Inderdaad, er woedde in 2015 een bloedig conflict met IS, een terreurgroep die burgers graag als dekking gebruikte en uitblonk in extreem en buitensporig geweld.

Tegen bevolkingsgroepen als de Jezidi’s, maar ook tegen een gevangen genomen Jordaanse piloot, die in brand werd gestoken. En een organisatie die aanslagen pleegde in Europa. Militairen mochten hier in het openbaar niet meer in uniform reizen, vanwege die dreiging.

Daartegenover stond een internationale luchtcoalitie die bekendstond (en in de VS en Groot-Brittannië bekritiseerd werd) om haar voorzichtige en zorgvuldige procedures bij het kiezen van doelen en bij de aanvallen zelf. Zie ook de Nederlandse ervaring: bij meer dan 2.100 keer wapeninzet hoefden slechts vier gevallen door het Openbaar Ministerie te worden onderzocht.

Maar Bijleveld verweert zich tegen een beschuldiging die (bijna) niemand uit. Zelden trok Nederland ten strijde met zoveel publieke steun. De Nederlandse vliegers wordt niets verweten – en natuurlijk was hun veiligheid een prioriteit.

Je kunt je zelfs voorstellen dat bij Defensie de angst leefde dat er toch met een beschuldigende vinger naar het eigen personeel zou worden gewezen, dat een vuil klusje opknapte terwijl de rest van het land vrolijk door winkelde. Het was oorlog en het uitschakelen van een bommenfabriek van IS heeft ongetwijfeld veel slachtoffers voorkomen, onder burgers en onder de plaatselijke bestrijders van IS.

De vraag die nu leeft in de Kamer is juist: waarom heeft niemand bij Defensie beseft dat je een onbedoeld effect van een op zich juiste luchtaanval niet zomaar onder de pet kunt houden, jaren en jaren lang? En waarom heeft niemand gezien dat juist dat zwijgen het publieke vertrouwen in Defensie ondermijnt?

Overdreven formalisme

Voor het antwoord kom je onherroepelijk terecht bij de cultuur bij Defensie, waar de politieke en de militaire top elkaar al jaren lijken te verlammen in hun wederzijdse pogingen de neuzen één kant op te krijgen.

En alle onenigheid in eigen huis te houden. Overdreven formalisme, het soms op surrealistische wijze vasthouden aan een ambtelijke realiteit, terwijl de harde feiten – hoewel ‘incompleet’ – je in de ogen aanstaren. Het was tenslotte oorlog.

Nederland zweeg samen met andere Europese landen, dat wel. Die hadden de VS zelfs gemaand minder transparant te worden over burgerslachtoffers. De maand voor ‘Hawija’ erkenden de VS voor het eerst dat ze burgerslachtoffers hadden gemaakt.

In de periode tot mei 2017 gaven ze toe tot dan toe verantwoordelijk te zijn voor 377 burgerslachtoffers, inclusief 105 burgerdoden bij één incident in Mosul. Het toont dat over de balans tussen ‘operationele veiligheid’ en ‘transparantie’ ook door militairen verschillend gedacht kan worden.

Het politieke probleem voor Bijleveld bestaat eruit dat er vooral in de directe periode na de luchtaanval veel voor te zeggen viel om eerst de zaken goed uit te zoeken: wat was de rol van de vlieger? Waren de coördinaten juist?

Van wie kwam de informatie over het doel? Behalve de zoektocht naar deze en andere antwoorden gold, zeker toen de vliegers nog ter plaatse waren, dat hun operationele veiligheid – en inzetbaarheid – niet in gevaar gebracht mocht worden. Na hun rotatie lag dat al anders en na afloop van de missie, op 31 december 2018, helemaal.

Hadden op dat moment het morele imperatief en de politieke noodzaak tot transparantie niet de doorslag moeten geven, zal de Kamer vragen. Oud-commandant der strijdkrachten Dick Berlijn beantwoordde die vraag in de Volkskrant positief.

Aangezien opeenvolgende ministers van Defensie dit probleem blijkbaar nooit openlijk op tafel hebben gelegd in de ministerraad, moeten zij voor het vinden van antwoorden op deze politieke vragen vooral goed in de spiegel kijken. Met in de hand dat Reuters-bericht van 4 juni 2015, dat Bijleveld, zich beroepend op het Amerikaanse hoofdkwartier Centcom, in de brief van deze week alsnog citeert.

Dit is nu bekend over de informatievoorziening rond de aanval in Hawija;

Oktober 2014: Nederland begint bijdrage aan luchtcampagne van anti-IS-coalitie boven Irak.

Nacht van 2 op 3 juni 2015: Nederlandse F-16’s voeren een aanval uit op IS-faciliteit waar autobommen worden geproduceerd. Uit de eigen Battle Damage Assessment blijkt direct dat er sprake is van ‘onbedoelde nevenschade’, kortom: schade aan gebouwen.

4 juni 2015: Reuters meldt dat bij het bombardement op Hawija ‘een hele wijk’ is weggevaagd. Betrokkenen ter plaatse schatten het aantal doden op zeventig, zowel IS-terroristen als burgers. In de Stuurgroep Missies en Operaties (SMO) wordt de aanval besproken, inclusief de ‘secundaire explosies’, het ‘zorgvuldige targeting proces’ en de ‘mogelijkheid van eventuele burgerslachtoffers’. De ministers van Defensie, Buitenlandse Zaken en Justitie worden schriftelijk geïnformeerd. Algemene Zaken, het departement van premier Rutte, was afwezig in de SMO van 4 juni.

Juni 2015-mei 2016: tijdens deze hele periode is in de SMO met geen woord gerept over de aanval op Hawija.

9 juni 2015: minister van Defensie Hennis wordt gebriefd over de aanval. Voorlopig onderzoek door Centcom, het Amerikaanse hoofdkwartier van de anti-IS-coalitie, wijst uit dat het ‘geloofwaardig’ is dat er burgerslachtoffers zijn gevallen. Het ‘voorlopige onderzoek’ ontvangt Defensie op 15 juni.

23 juni 2015: In antwoord op Kamervragen, schrijft Hennis dat voor zover op dat moment bekend in de luchtcampagne tegen IS geen sprake is geweest van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers.

Augustus 2015: Het Internationale Rode Kruis overhandigt aan Nederlandse ambassade in Bagdad een vertrouwelijke lijst van onbevestigde gevallen met burgerslachtoffers, waarin een aanval op Hawija op 4 november genoemd wordt waarbij naar verluidt 170 burgers waren gedood. De niet-gouvernementele organisatie Airwars spreekt in een openbaar rapport over tussen de 70 en 150 burgerdoden in Hawija.

Jan/feb 2016: Het initiële onderzoek van Centcom (d.d. 15 juni 2015) wordt door Defensie naar het OM gestuurd. De Yweede Kamer wordt erover ingelicht dat er twee gevallen van mogelijke burgerslachtoffers worden onderzocht.

1 juni 2017: De Tweede Kamer wordt vertrouwelijk ingelicht over gevallen waarbij mogelijk sprake was van burgerslachtoffers door Nederlandse wapeninzet.

13 april 2018: Minister Bijleveld licht de Kamer in over uitkomsten van onderzoeken van het Openbaar Ministerie naar aanvallen waarbij mogelijk sprake was van burgerslachtoffers. Locatie, datum en vermoedelijk aantal slachtoffers worden niet genoemd omdat ‘de inzet nog gaande was’.

1 januari 2019: De F-16-missie is afgelopen, het argument dat in april 2018 werd gehanteerd om informatie achter te houden, vervalt. Defensie ‘gaat aan de slag met een nieuwe toets van mogelijkheden van meer transparantie’.

Mei 2019: Minister Bijleveld zegt toe na het zomerreces te komen met een reactie op voorstellen van Kamerleden omtrent meer transparantie inzake mogelijke burgerslachtoffers.

30 september 2019: Minister Bijleveld vraagt de Kamer om meer tijd voor deze inhoudelijke reactie, ‘in het kader van zorgvuldigheid’.

18 oktober 2019: NRC en NOS melden dat Nederlandse F-16’s de luchtaanval op Hawija uitvoerden. Het Pentagon heeft desgevraagd gezegd dat er daarbij zeventig burgerdoden vielen. Bijleveld belooft dat de Kamer ‘op korte termijn’ wordt geïnformeerd over de haalbaarheid van meer transparantie.

4 november 2019: minister Bijleveld meldt de Kamer dat ‘op basis van de door Centcom aangehaalde open bronnen’ bij een Nederlandse aanval op Hawija in juni 2015 ‘ongeveer 70 slachtoffers’ zijn gevallen, ‘zowel IS-strijders als burgers’.

Meer over; Ank Bijleveld politiek Hawija misdaad, recht en justitie Defensie Kamer conflicten, oorlog en vrede misdaad Arnout Brouwers

Waarom kan Rutte zich de burgerdoden in Hawija niet herinneren?

NU 26.11.2019 Ook na twee weken grondig onderzoek zijn de herinneringen van premier Mark Rutte over de Nederlandse bombardementen op Hawija waar tientallen burgerslachtoffers bij vielen niet gevonden. Uit de Kamerbrief van maandag bleek dat de premier “vermoedelijk” is geïnformeerd, maar Rutte kan het zich niet herinneren.

Woensdag 27.11.2019 debatteert de Tweede Kamer opnieuw met defensieminister Ank Bijleveld en ook met premier Rutte. Een deel van de Kamer vraagt zich af: hoe vergeet je zoiets?

“Ik kan niet in het hoofd van iemand kijken. Wat de premier zegt, neem ik voor waar aan. Ik denk wel dat ik het zou hebben onthouden”, zegt ChristenUnie-leider Gert-Jan Segers.

Ook Rob Jetten (D66) wil opheldering. “Mijn gevoel zegt dat het zoveel indruk op je zou maken dat je daar meer van wil weten.” PvdA’er Lodewijk Asscher, in het vorige kabinet nog vicepremier en minister zegt destijds niet geïnformeerd te zijn, maar denkt het anders wel onthouden te hebben. “Zoiets vergeet je niet snel.”

GroenLinks-leider Jesse Klaver noemt het zelfs “ongeloofwaardig” dat de premier zich niets herinnert van het gesprek met toenmalig defensieminister Jeanine Hennis over de luchtaanval op de Iraakse stad Hawija waar tientallen doden zijn gevallen.

NOS en NRC brachten begin november aan het licht dat bij Nederlandse bombardementen in Irak 74 burgerslachtoffers zijn gevallen. Vier burgerdoden bij een aanval op een woning in Mosoel en zeker zeventig burgerdoden bij het bombardement op een IS-bommenfabriek in Hawija.

Bijleveld wijst naar voorganger Hennis

Minister Ank Bijleveld moest twee weken geleden toegeven dat Nederland inderdaad verantwoordelijk was voor de aanval in Hawija. Zij voegde daaraan toe dat haar voorganger, Hennis, dat in 2015 al wist en dat voor de Tweede Kamer verzwegen had.

In een bijgaand feitenrelaas merkte Bijleveld terloops ook op dat het “aannemelijk” was dat het ministerie van Buitenlandse Zaken en van Algemene Zaken, het ministerie van premier Rutte, in 2015 op de hoogte zijn gesteld. Maar daar staat de premier helemaal niets van bij.

Het optreden van Bijleveld twee weken geleden riep bij de Kamer meer vragen dan antwoorden op: er moest zo snel mogelijk opheldering komen over wie wat wanneer wist.

Uit de Kamerbrief van afgelopen maandag blijkt dat Hennis in 2015 de toenmalig minister van Buitenlandse Zaken, Bert Koenders, mondeling heeft geïnformeerd over Hawija en dat ze de premier “vermoedelijk” over dit onderwerp heeft gesproken. De toon van haar boodschap zou “niet alarmerend” zijn geweest. Premier Rutte zegt zich dat gesprek niet te kunnen herinneren, maar sluit ook niet uit dat het wel heeft plaatsgevonden.

Zie ook: Oud-minister Hennis informeerde Rutte ‘vermoedelijk’ over luchtaanval Irak

Vragen over ‘vaagheid’ Kamerbrief

Wat D66’er Jetten betreft, is dit nog te vaag. “Wat wordt er bedoeld met ‘een alarmerende toon’?” Als alle info die nu bekend is, gedeeld zou zijn met de premier, dan lijkt hem dat iets wat hijzelf niet snel zal vergeten. Het is voor Jetten van belang hoe en welke info er gedeeld is.

Dat vindt ook Asscher. “Ik heb nog veel vragen. Iedereen die te horen krijgt dat er zeventig doden zijn gevallen bij een bombardement, die vergeet dat niet. Maar ik heb niet de indruk dat premier Rutte op die manier is geïnformeerd. Dat roept de vraag op wat Defensie verstaat onder informeren. Dat is belangrijk, omdat we moeten kunnen vertrouwen dat Defensie het hele verhaal vertelt.”

SP’er Sadet Karabulut kan moeilijk geloven dat na het zien van de beelden van de bombardementen en de berichten die destijds binnenkwamen er niet op een alarmerende toon met de premier is gesproken. “Was het misschien de bedoeling van Defensie om überhaupt niet te informeren?”, vraagt de SP’er zich af. Zij wijst erop dat Defensie de militaire missie tegen IS presenteerde als een effectieve oorlog met precisiebommen waar weinig burgerslachtoffers bij vielen.

Klaver denkt dat er meer speelt. “Je ziet dat minister Bijleveld twee weken geleden de berichtgeving waar gesproken wordt over zeventig doden bevestigt, maar dat verhaal is gaan veranderen nadat premier Rutte zei dat hij zich niet kan herinneren dat hierover is geïnformeerd.” aldus Klaver. “Ik heb de stellige indruk dat de nieuwe lijn van het kabinet gebouwd is om de uitspraak van Rutte dat hij zich niets meer kan herinneren. Hij is onhandig geweest en hij probeert zich er nu uit te redden.”

Minister Bijleveld overleefde een motie van wantrouwen. (Foto: Pro Shots)

Oppositie zal geloofwaardigheid Rutte betwisten

De oppositie zal van het debat gebruikmaken om de geloofwaardigheid van Rutte in twijfel te trekken. De premier kon zich eerder ook al de dividendmemo’s niet herinneren en ook tijdens de politieke nasleep van de Teevendeal had zijn ministerie moeite bepaalde zaken terug te halen.

De premier worstelt met de stikstofproblematiek en verkondigde dat de verlaging van de maximumsnelheid van 130 kilometer per uur naar 100 de “grootste crisis” van zijn negenjarig premierschap was. Toch lijkt het erop dat zowel Rutte als Bijleveld, die twee weken geleden nog ternauwernood een motie van wantrouwen overleefde, door kunnen. VVD en CDA steunen hun bewindspersonen en coalitiepartners D66 en CU zijn niet van plan een eigen koers te varen.

Hoewel het kabinet twee weken geleden nog sprak over zeventig doden en nu schrijft dat een precies aantal niet is vast te stellen, vindt Segers (CU) dat de Kamerbrief van maandag “maximale helderheid” biedt. “Er is helderheid gekomen over wanneer de info is binnengekomen en wanneer dat met de minister-president is gedeeld.”

D66’er Jetten is kritisch en wil dat Defensie leert van de fouten door onder andere actiever te onderzoeken hoeveel burgerslachtoffers er zijn gevallen na een Nederlandse aanval, maar vindt niet dat de positie van Rutte of van Bijleveld ter discussie staat. “Het is duidelijk dat Nederland destijds onvoldoende heeft gedaan om de onderste steen boven te krijgen. Dit is een hele harde les voor Defensie.”

Lees meer over: Politiek  Mark Rutte

Hoewel aanvankelijk werd gesproken van 70 doden bij Nederlandse luchtaanvallen in Irak, valt de exacte hoeveelheid burgerslachtoffers nog altijd niet vast te stellen. De Tweede Kamer debatteert woensdag over de kwestie. Ⓒ ANP

Coalitie houdt Rutte en Bijleveld uit de wind

Telegraaf 26.11.2019 De Tweede Kamer debatteert woensdag met premier Rutte en minister Bijleveld (Defensie) over burgerslachtoffers die in de strijd tegen IS vielen bij een luchtaanval van Nederlandse F-16’s in Irak. De coalitie lijkt vastbesloten de bewindslieden uit de wind te houden.

Voor partijleider Jetten van D66 hoeft de vertrouwensvraag niet meer op tafel te komen. „Die is bij het vorige debat al gesteld.” In dat debat was D66 van de coalitiepartijen nog het meest kritisch op het optreden van defensieminister Bijleveld. Nu lijkt de bewindsvrouw zich van bescherming verzekerd. De brief die Bijleveld maandagavond naar de Kamer stuurde is ook ’beter dan de vorige’.

Harde les

Wel blijft het een ’harde les’ dat er bij Defensie en de andere ministeries geen alarmbellen zijn gaan rinkelen toen het er op leek dat bij de Nederlandse luchtaanval van 2 op 3 juni 2015 op een bommenfabriek in het Iraakse Hawija burgerslachtoffers waren gevallen. Premier Rutte moet ’meer context’ schetsen, vindt Jetten.

Uit de nieuwe informatie blijkt dat behalve toenmalig minister Hennis ook ministers Van der Steur (Justitie) en Koenders (Buitenlandse Zaken) waren ingelicht over mogelijke burgerslachtoffers bij het bewuste bombardement. De informatie – grotere explosie dan verwacht, nader onderzoek nodig naar burgerslachtoffers – was met Ruttes ministerie Algemene Zaken gedeeld. Hennis had volgens haar eigen herinnering waarschijnlijk ook de premier mondeling van de bevindingen op de hoogte gesteld. Rutte sluit dat niet uit, maar kan zich het niet herinneren. Koenders herinnert het zich evenmin.

Hoewel aanvankelijk werd gesproken van zeventig doden, valt het exacte aantal burgerslachtoffers nog altijd niet vast te stellen. Evenmin is duidelijk geworden hoe het kon dat Hennis destijds de Kamer verkeerd heeft geïnformeerd over Iraakse burgerslachtoffers bij Nederlandse luchtaanvallen.

“Ik kan niet in iemands hoofd kijken”

„Dit schept voor mij maximale helderheid”, zegt CU-leider Segers. Zelf denkt hij dat hij het wel zou onthouden als hem was verteld van mogelijke slachtoffers. ,,Maar ik kan niet in iemands hoofd kijken.” Nu is het zaak ’lessen te trekken’.

Dat vindt CDA-Kamerlid Van Helvert ook. „Er is onder de vorige minister een grote fout gemaakt door de Kamer niet te informeren. Dat is onder deze minister ontdekt. Nu moeten we ervan leren en zorgen voor meer transparantie over militaire operaties.” Het uitgangspunt voor Bijleveld is nu anders dan bij het debat van twee weken geleden dat de bewindsvrouw met de hakken over de sloot overleefde. „Toen had ze twee uur de tijd om de feiten op een rij te zetten. Nu twee weken.”

De oppositie neemt geen genoegen met de uitleg van Bijleveld. GL-voorman Klaver gelooft er niks van dat premier Rutte van niks wist. „Zelfs ik krijg informatie mee uit buitenlandse kranten. Rutte heeft een heel leger ambtenaren om die informatie voor hem te verzamelen.” PVV-leider Wilders noemt de uitleg ’ongeloofwaardig’. Volgens SP-Kamerlid Karabulut heeft de minister alleen nog maar meer mist gecreëerd.

Verwarrend

PvdA-leider Asscher vindt de brief van Bijleveld een ’onbevredigend en verwarrend verhaal’. „We hebben tijdens het vorige debat het vertrouwen opgezegd in de minister. Dat is met deze brief niet hersteld. Aan de andere kant moet je je er ook bij neerleggen als zo’n motie van wantrouwen het niet haalt.” Volgens de vice-premier uit het vorige kabinet speelt bij de positie van de PvdA ’op geen enkele manier’ mee dat partijgenoot Koenders was ingelicht over mogelijke burgerdoden. Asscher gelooft Koenders dat hij er niks van wist.

Bekijk meer van; gewapend conflict defensie Ank Bijleveld Mark Rutte Bert Koenders Hennis Segers Lodewijk Asscher Hawija Islamitische Staat

Hoe kun je zoveel burgerdoden vergeten? ‘Een rampzalig gegeven’

AD 26.11.2019 Hoe kun je een melding over burgerdoden nou vergeten, zoals premier Rutte en oud-minister Koenders claimen? (Ervarings)deskundigen aan het woord over ‘oorlogsmist’, verhullende formuleringen en de feilbaarheid van ons geheugen. ‘Hòe je iets zegt, maakt veel uit’.

Voor oppositiepartijen is het compleet ongeloofwaardig: zowel premier Mark Rutte heeft – net als toenmalig minister Bert Koenders – ‘geen herinnering’ aan het gesprek waarin Defensieminister Jeanine Hennis aangaf dat een Nederlands bombardement in Hawija (Irak) op 4 juni 2015 veel meer schade veroorzaakte dan gepland.

,,De toon van de boodschap was niet alarmerend”, schreef haar opvolger Ank Bijleveld (CDA) maandagavond aan de Tweede Kamer. ,,Ze maakte feitelijk melding van een explosie (…) en dat nader onderzoek moest vaststellen of er burgerdoden gevallen waren.”

Rampzalig

Terwijl bij termen als bombardement, Irak en mogelijke burgerdoden toch alle alarmbellen af moeten gaan, zegt ook voormalig SP-Kamerlid Harry van Bommel, die jaren geleden al Kamervragen stelde over de kwestie: ,,De mogelijkheid van burgerslachtoffers is een rampzalig gegeven voor het kabinet: het is ondermijnend voor je draagvlak om een missie voort te zetten.”

Generaal-majoor buiten dienst Frank Van Kappen: ,,Als je iets op tafel krijgt met burgerslachtoffers is dat geen klein bier, volgens de procedures wordt dat gedeeld met de bazen van alle betrokken ministeries”, zegt de VVD-senator die in het verleden de VN-secretaris generaal adviseerde over vredesoperaties. Oud-Defensieminister Hans Hillen (CDA), op de vraag of hij een melding over burgerdoden zou onthouden: ,,Tuurlijk, je leeft heel erg mee.”

Minister Ank Bijleveld van Defensie (CDA) meldde eerder deze week dat haar voorganger Hennis melding over mogelijke burgerdoden maakte bij Rutte en Koenders.

Minister Ank Bijleveld van Defensie (CDA) meldde eerder deze week dat haar voorganger Hennis melding over mogelijke burgerdoden maakte bij Rutte en Koenders. © ANP

Hoe kan het dan dat Koenders en Rutte zich niks meer herinneren van zo’n letterlijk en figuurlijk explosieve mededeling? Is dat nu jaren later dan een gewiekste Haagse formulering om een kabinetscrisis te bezweren, of kan het zijn dat ze het daadwerkelijk niet meer weten?

Rechtspsycholoog Sophie van der Zee (Erasmus Universiteit Rotterdam) waarschuwt vooral dat we de vergeetachtigheid niet te makkelijk af moeten doen als functionele ‘Haagse amnesie’: ,,Je kijkt met kennis van nu terug. We weten nu van die waarschijnlijk 70 burgerdoden en zeggen dan: hoe kun je zoiets nou vergeten?

Maar in de wetenschap kennen we de term ‘hindsight bias’, de wijsheid achteraf. Op het moment dat je informatie hebt en de afloop nog niet kent, waardeer en taxeer je die anders. Zo verwijten we de kapitein van de Titanic dat hij ondanks de ijsbergen harder ging varen. Maar dat doen we omdat we weten dat het schip daardoor ten onder ging.”

Nog een voorbeeld: ,,Er is beroemd onderzoek naar de dood van een zwerver die overleed na een arrestatie op de stoep bij een Amsterdams politiebureau. Later is getuigen gevraagd of er sprake was van excessief geweld door de agenten.

De grote meerderheid zei: ja. Maar twee mensen waren milder, zij stelden dat er geen buitensporig geweld was toegepast. Wat bleek? Deze twee waren toeristen, zij wisten niet dat de zwerver uiteindelijk overleden was na de arrestatie. Zij redeneerden dus niet naar de uitkomst toe.”

Voormalig minister van Defensie Hans Hillen (CDA).

Voormalig minister van Defensie Hans Hillen (CDA). © ANP

Daarbij maakt het een enorm verschil wat er precies gemeld is, op welke toon, binnen welke context, zeggen Van der Zee, Hillen en Van Kappen: ,,Was het terloops”, zegt Van Kappen. ,,Of een uitgebreid schriftelijk verslag?” Hillen: ,,Vergeet niet dat het ministerschap een rollercoaster is, met de hele dag door zoveel informatie. En informatie over zulke zaken komt vaak druppelsgewijs binnen, uit verschillende bronnen, die elkaar soms ook tegenspreken.”

Van der Zee: ,,Stel dat toen tegen Rutte gezegd is: het bombardement is volgens plan uitgevoerd, het doel is uitgeschakeld, maar er is nog onduidelijkheid over mogelijke burgerdoden. Dan kan de boodschapper denken: ik heb het verteld, maar Rutte kan even goed denken: ik heb nooit meegekregen dat er zoveel burgerdoden gevallen zijn. In zekere zin hebben ze dan beiden gelijk.”

Daarom komt het er – ook in het debat vandaag –op aan hoe Hennis haar collega’s informeerde, welke woorden ze gebruikte, hoe uitgebreid het was. Iets dat oppositiepartijen exact zullen uitbenen. Daar moet ook duidelijkheid over komen, al is het maar om te voorkomen dat ambtenaren, adviseurs en ministers voortaan liever in vaagtaal communiceren, juist om latere politieke problemen te voorkomen onder het motto ‘wat niet weet, wat niet deert’. Van Bommel: ,,Je weet ook: hoe preciezer je het opschrijft, hoe pijnlijker het wordt.”

De ministers Jeanine Hennis van Defensie (VVD) en Bert Koenders van Buitenlandse Zaken (PvdA) zaken praten met de Tweede Kamer over de Artikel 100 brief inzake de Nederlandse bijdrage aan de NAVO-missie in Afghanistan (in 2014).

De ministers Jeanine Hennis van Defensie (VVD) en Bert Koenders van Buitenlandse Zaken (PvdA) zaken praten met de Tweede Kamer over de Artikel 100 brief inzake de Nederlandse bijdrage aan de NAVO-missie in Afghanistan (in 2014). © ANP

Premier Rutte en toenmalig minister Hennis tijdens een persconferentie in 2017. Ⓒ ANP

Hennis: ’Rutte vermoedelijk geïnformeerd over burgerdoden Irak’

Telegraaf 26.11.2019 Niet alleen toenmalig defensieminister Hennis, maar ook haar collega’s van destijds, Koenders (Buitenlandse Zaken) en Van der Steur (Justitie), waren ervan op de hoogte dat er bij een Nederlandse luchtaanval in Irak mogelijk burgerdoden waren gevallen. Ook premier Rutte wist er vermoedelijk van.

Rutte en Koenders zijn zelfs door Hennis, zo herinnert zij zich, ook mondeling geïnformeerd over de luchtaanval van 3 op 4 juni 2015, waarbij een Nederlandse F-16 een fabriekje onder vuur nam waar IS autobommen produceerde. Hoewel de toon van Hennis ’niet alarmerend’ zou zijn geweest, vertelde ze hen wel van ’secundaire explosies’ in het fabriekje en dat nader onderzoek moest vaststellen of er burgerdoden waren gevallen. Zowel Koenders als Rutte zegt zich daar niks van te kunnen herinneren.

Een en ander blijkt uit nieuwe informatie die minister Bijleveld (Defensie) maandag in een uitgebreide brief aan de Tweede Kamer heeft gestuurd. Met het noemen van de premier en de andere ministers als ’medeweters’ bracht de CDA-bewindsvrouw zichzelf tijdens het debat van twee weken geleden in het nauw. Deze week moet zij andermaal verantwoording afleggen aan de Tweede Kamer, nu waarschijnlijk samen met de premier.

Herexamen Bijleveld

Tot op de dag van vandaag is nog steeds niet duidelijk hoeveel burgerslachtoffers er in 2015 in Irak door Nederlandse bommen zijn gevallen. En waarom tegenover de Kamer is ontkend dat er überhaupt burgers waren gedood door Nederlands toedoen, blijft nog even vaag.

Minister Ank Bijleveld bracht zichzelf in het nauw

Minister Ank Bijleveld (Defensie) moet het deze week allemaal toelichten als ze voor een herexamen naar de Tweede Kamer moet. Al komt ze beter beslagen ten ijs dan twee weken geleden, toen ze een motie van wantrouwen ternauwernood overleefde. Dat kwam onder meer doordat ze onduidelijk was over wat de andere ministers wisten die betrokken waren bij de militaire operatie tegen Islamitische Staat.

Bekijk ook: 

’Toon Bijleveld was niet goed’ 

Ambtelijke stuurgroep

Nu blijkt dat behalve de toenmalige minister van Defensie ook de minister van Veiligheid en Justitie (Van der Steur) en Koenders (Buitenlandse Zaken) waren geïnformeerd. Ook premier Rutte had ’kennis kunnen nemen’ van het verslag van een ambtelijke stuurgroep die een dag na de aanslag bijeenkwam.

De club hoge ambtenaren stelde vast dat bij een door Nederland uitgevoerde aanval van de coalitie op een IS-autobommenfabriek in de buurt van Kirkuk ’secundaire ontploffingen’ waren geweest en dat er daardoor mogelijk burgerslachtoffers waren gevallen.

Een verslag van de bijeenkomst is naar de betrokken ministeries gestuurd, waaronder dat van premier Rutte. Toenmalig defensieminister Hennis herinnert zich dat ze de bevindingen ook persoonlijk heeft meegedeeld aan Koenders en Rutte, al zou de toon bij dat gesprek ’niet alarmerend’ zijn geweest. De twee heren herinneren zich er niets van.

Nog altijd is onduidelijk hoeveel burgerdoden er zijn gevallen bij de luchtaanval die Nederlandse F-16’s in de nacht van 2 op 3 juni uitvoerden in Hawija. „De uren en dagen na deze wapeninzet waren met veel onzekerheden omgeven.”

Geen verkeerde afwegingen

Ondanks de duisternis was het de jachtvliegers al duidelijk dat de explosies groter waren dan verwacht. Even later konden onderzoekers van het Amerikaanse legeronderdeel Centcom dat ook vaststellen, net als dat het aannemelijk was dat er burgers om het leven waren gekomen.

Van fouten in het uitkiezen van het doel was geen sprake, van verkeerde operationele afwegingen evenmin, concludeerden de Amerikanen, een conclusie die Defensie een jaar later ook trok. Maar waar in ambtelijk overleg werd verwezen naar een finaal oordeel, bleef dat van de Amerikanen uit, aangezien het finale rapport over de aanval nooit is verschenen.

’Ongeloofwaardig’

„De antwoorden van het kabinet zijn onthutsend en ongeloofwaardig”, reageert GroenLinks-leider Jesse Klaver. „Het is moeilijk te geloven dat de premier zich niets herinnert van een gesprek over burgerdoden door toedoen van het Nederlandse leger.” Het was GroenLinks dat bij het vorige debat de motie van wantrouwen tegen Bijleveld indiende.

Bekijk ook: 

Dit gebeurt er voordat F-16 bom laat vallen 

Bekijk ook: 

F-16-vlieger ziek van vergisbom 

Bekijk meer van; defensie Hennis de Kamer Bert Koenders Ank Bijleveld Mark Rutte Ard van der Steur Tweede Kamer der Staten-Generaal

Oud-minister Hennis informeerde Rutte ‘vermoedelijk’ over luchtaanval Irak

NU 26.11.2019 Voormalig minister van Defensie Jeanine Hennis herinnert zich dat ze in 2015 “vermoedelijk” premier Mark Rutte mondeling heeft geïnformeerd over het bombardement in Hawija. Ook toenmalig minister Bert Koenders van Buitenlandse Zaken zou volgens haar zijn ingelicht.

Dat staat in een Kamerbrief van minister Ank Bijleveld van Defensie. Rutte en Koenders kunnen zich het gesprek niet herinneren, staat ook in de brief.

De minister-president heeft “geen herinnering aan een dergelijk gesprek’, maar “sluit ook niet uit dat dit gesprek heeft plaatsgevonden”.

Volgens Hennis heeft ze geen aantallen genoemd toen ze over het aantal burgerslachtoffers sprak. Ook zou “de toon van de boodschap niet alarmerend” zijn geweest.

Ze zou feitelijk hebben verteld dat er bij de aanval van Nederlandse F-16’s sprake was van secundaire explosies en dat onderzocht moest worden of er ook burgerdoden waren gevallen.

In de nacht van 2 op 3 juni 2015 werd in het Iraakse Hawija een bommenfabriek van Islamitische Staat (IS) geraakt door een bom die kort daarvoor was afgeworpen door een Nederlandse F-16. Er vielen zeker zeventig doden, onder wie een groot aantal burgerslachtoffers.

Premier Rutte zei begin november ook al dat hij zich niet kan herinneren of hij in 2015 is geïnformeerd over de Nederlandse luchtaanval waarbij burgers om het leven kwamen.

Woensdag debatteert de Tweede Kamer met minister Bijleveld over de luchtaanval. Mogelijk is Rutte daar ook bij aanwezig.

Lees meer over: Politiek

 

Rutte en Koenders blijven ontkennen dat ze wisten van burgerdoden Irak

Elsevier 26.11.2019 Premier Mark Rutte (VVD) is ‘vermoedelijk’ geïnformeerd over mogelijke burgerdoden bij het bombardement op een IS-bommenfabriek in de Iraakse stad Hawija in 2015. Dat blijkt uit een brief die minister van Defensie Ank Bijleveld (CDA) maandagavond naar de Tweede Kamer stuurde. Ex-minister Bert Koenders (PvdA, Buitenlandse Zaken) wist er volgens de brief zeker van, maar zegt net als Rutte dat hij van niets wist.

‘Vermoedelijk’ heeft toenmalig minister van Defensie Jeanine Hennis (VVD) in juni 2015 Rutte mondeling op de hoogte gesteld van het Nederlandse bombardement op Hawija, schrijft Bijleveld. In het gesprek zou de voormalige bewindsvrouw, die nu de hoogste vertegenwoordiger is van de Verenigde Naties in Irak, de premier hebben laten weten dat meer onderzoek nodig was om vast te stellen of er burgerslachtoffers waren gevallen.

Lees ook dit commentaar van Eric Vrijsen: Weinig verheffende politieke spelletjes na  burgerdoden Irak

‘De minister-president heeft geen herinnering aan een dergelijk gesprek, maar sluit ook niet uit dat dit heeft plaatsgevonden,’ schrijft minister Bijleveld in de brief. ‘Er staat mij niets van bij,’ zei Rutte begin deze maand al, nadat de CDA-minister het ‘aannemelijk’ had genoemd dat andere ministers van de burgerdoden op de hoogte waren. Toch sloot de premier niet bij voorbaat uit dat het hem of zijn ambtenaren destijds wel ter ore is gekomen.

De toon van Hennis was echter ‘niet alarmerend’ en er zijn geen aantallen burgerslachtoffers genoemd, zei de toenmalige VVD-minister, die alleen ‘feitelijk melding maakte van een secundaire explosie na inzet van Nederlandse F-16’s, de oorzaak van de explosies, en dat nader onderzoek moest vaststellen of er burgerdoden zouden zijn gevallen’. Dat is te lezen in de brief van Bijleveld, die bevestigt dat Rutte niet uitsluit dat het gesprek heeft plaatsgevonden, en dat Koenders volhoudt dat hij er niet over is geïnformeerd.

Vaststaat dat ambtenaren van betrokken ministeries (de zogeheten Stuurgroep Missies en Operaties) een dag na de aanval, op 4 juni, hebben gesproken over de gebeurtenis. In het overleg werd de mogelijkheid genoemd van eventuele burgerdoden, maar een concreet aantal werd niet genoemd. Daarna is bijna een jaar niet over de luchtaanval gesproken in de stuurgroep of bij ander overleg tussen ministeries, schrijft Bijleveld.

De minister geeft er in haar brief geen duidelijkheid over waarom haar voorganger Hennis in 2015, enkele weken na de aanval, de Tweede Kamer niet juist heeft geïnformeerd. De VVD-bewindsvrouw zei destijds dat er geen burgerdoden waren gevallen. Kort na de aanval verschenen al berichten, waaronder van persbureau Reuters, waarin sprake was van ongeveer zeventig burgerdoden.

Defensie kan rapport over burgerdoden niet vinden, onthulde Eric Vrijsen eerder deze maand

‘In de Nederlandse media is destijds niet bericht over de aanval,’ schrijft Bijleveld in haar brief. ‘Tegelijkertijd was er in deze periode sprake van ISIS-propaganda die volledig gericht was op het in diskrediet brengen van de acties van de anti-ISIS coalitie, zoals de wapeninzet in Hawija.’ Pas vorige maand maakten Nederlandse media (Nieuwsuur en NRC) voor het eerst melding van burgerslachtoffers bij de aanval op de bommenfabriek van terreurgroep Islamitische Staat.

Op dinsdag 6 november debatteerde Bijleveld met de Tweede Kamer over de kwestie. Bijna de voltallige oppositie zegde het vertrouwen in de minister toen op, maar SGP en onafhankelijk Kamerlid Wybren van Haga stemden net als de coalitiepartijen tegen een motie van wantrouwen. Die overleefde Bijleveld, die haar ‘oprechte excuses’ aanbood voor het verkeerd informeren van de Kamer. De minister is ook politiek verantwoordelijk voor het handelen van haar voorganger.

‘Woordje “vermoedelijk” duidt erop dat Hennis aan het gissen is’

‘Het woordje “vermoedelijk” duidt er al op dat ze zelf eigenlijk min of meer aan het gissen is hoe het is gegaan,’ zei Elsevier Weekblad-redacteur Carla Joosten in Den Haag dinsdagochtend in redioprogramma Goedemorgen Nederland van WNL over de verklaringen van oud-minister Hennis. Volgens Joosten ‘dekt hij [premier Rutte] zichzelf al helemaal in’ door te zeggen dat hij geen herinnering heeft aan een gesprek over burgerdoden, maar tegelijk niet uit te sluiten dat het hem wel is verteld. ‘Dit kennen we van hem natuurlijk heel goed. “Ik heb daar geen actieve herinnering aan.” Dat is toch een beetje een ijkzin van hem.’

Volgens Joosten gaat minister Bijleveld woensdag, wanneer de kwestie in de Tweede Kamer opnieuw wordt besproken, wederom een moeilijk debat tegemoet. ‘Ze zal weer excuses moeten maken, van “misschien heb ik dingen te hard gezegd, het blijkt toch allemaal wat vager te zijn gegaan”, want dat is eigenlijk de kern van deze brief.’ Ook vindt de EW-redacteur het opmerkelijk dat Koenders – van wie Hennis zeker wist dat ze hem over mogelijke burgerdoden had gesproken – blijft volhouden dat hij niet op de hoogte is gebracht. ‘Dat werkt dan ook weer een beetje ten positieve van Rutte, want hij is niet de enige die het zich niet herinnert.’

Lees ook deze column van Philip van Tijn Bombardement in Hawija: bijzaken worden politieke hoofdzaken

Tweede Kamerlid Jan Paternotte van coalitiepartij D66 zegt dat ‘dit allemaal voorkomen had kunnen worden’ als het ministerie van Defensie duidelijker en transparanter had gecommuniceerd: ‘Als we met elkaar de afspraak hadden van, zodra het kan, zodra het veilig is, breng je gewoon alle informatie naar buiten over zo’n militaire missie waar je gebombardeerd hebt en ook als er eventuele slachtoffers zijn.’ De minister van Defensie heeft in haar brief al beloofd in de toekomst de Tweede Kamer sneller te informeren over burgerslachtoffers die vallen door Nederlandse militaire acties. Dat zal ‘standaard en zo snel mogelijk vertrouwelijk’ gebeuren.

Oppositie niet overtuigd: ‘Wie gelooft Rutte nog?’

Gezien de reacties op Twitter zijn de oppositiepartijen van links tot rechts niet overtuigd door de brief. Velen trekken de verklaringen van Bijleveld, Hennis en Rutte in twijfel. Een selectie van de tweets:

GroenLinks-fractievoorzitter Jesse Klaver vindt het ‘ongeloofwaardig’ dat Rutte zich niets herinnert, en vraagt zich af of er ‘dan niemand is die de premier daarover informeert’:

 Jesse Klaver

RTL Nieuws

@RTLnieuws

In de Kamerbrief staat verder dat de minister-president ‘geen herinnering heeft aan een dergelijk gesprek’. https://www.rtlnieuws.nl/nieuws/politiek/artikel/4933821/hawijapremier-rutte-vermoedelijk-mondeling-geinformeerd-over 197  
Volgens SP-Kamerlid Sadet Karabulut is het ‘niet te geloven’ dat Rutte en Koenders ‘hun herinneringen “kwijt” zijn’, en ‘is gelogen tegen de Tweede Kamer’. Tevens denkt ze dat het ‘nooit de bedoeling’ was om het parlement de waarheid te vertellen:

Sadet Karabulut

@SadetKarabulut

Het is niet te geloven dat de minister-president en minister van Buitenlandse Zaken hun herinneringen ‘kwijt’ zijn. Het is onacceptabel dat niemand heeft gevraagd en laten onderzoeken burgerslachtoffers. Ook niet na een heftige explosie. Wel is gelogen tegen de Tweede Kamer.

Sadet Karabulut

@SadetKarabulut    

En voor alle duidelijkheid en tegen alle spin in. Ze hadden het kunnen en moeten weten. Alleen al de SP fractie heeft bijna twintig keer vragen gesteld over burgerslachtoffers. Maar het was nooit de bedoeling ons de waarheid te vertellen. Tot op de dag van vandaag. Dat kan niet. 28  

Henk Krol

@HenkKrol

De – in mijn ogen – belangrijkste passage uit de zojuist verzonden brief aan de Kamer van minister Bijleveld over het haperende geheugen van de minister-president.

Afbeelding weergeven op Twitter
‘Wie gelooft Rutte nog?’ PVV-leider Geert Wilders in elk geval niet:

Geert Wilders

@geertwilderspvv

Wie gelooft Rutte nog? https://twitter.com/fonslambie/status/1199047710554435590 

Fons Lambie

@fonslambie

Brief kabinet over #burgerslachtoffers in #Irak: zowel premier Rutte als toenmalig minister Koenders hebben “geen herinneringen” aan gesprek met minister Hennis over bombardement in #Hawija.

Afbeelding weergeven op Twitter

Forum voor Democratie-lijsttrekker Thierry Baudet is sceptisch over het ‘vermoedelijk’ informeren van premier Rutte door ex-minister Hennis:

Thierry Baudet

@thierrybaudet

ThePostOnline

@TPOnl

Jeanine Hennis: Ik heb vermoedelijk Mark Rutte geïnformeerd over mogelijke burgerdoden Irak https://ift.tt/37BUvje 988  

Gerelateerde artikelen;

Hawija in oktober 2017, nadat de stad was bevrijd van IS. 

Hawija in oktober 2017, nadat de stad was bevrijd van IS. Foto Ali Mukarrem Garip/Getty

Niemand vroeg door na de bom op Hawija

NRC 26.11.2019 Na het bombardement op de Irakese stad Hawija in 2015 waren er aanwijzingen dat er veel burgerdoden te betreuren waren. Bewindslieden toonden weinig belangstelling.

Kon men het weten? En zo ja, wilde men het weten? Deze twee vragen rijzen bij lezing van het nieuwste feitenrelaas van minister Ank Bijleveld (Defensie, CDA) over de bloedige gevolgen van de Nederlandse luchtaanval op Hawija, op 3 juni 2015.

Bij de aanval vonden 70 burgers de dood, zo bevestigde het Amerikaans opperbevel Centcom in december 2018 aan NRC en NOS, die de aanval samen onderzochten. Onder hen waren 22 vrouwen en 26 kinderen, berichtte NGO Airwars al eerder op basis van ooggetuigeverslagen.

Ja, men kon snel na de aanval al het nodige weten, blijkt uit het relaas van Bijleveld maandagavond. Immers, er waren vanuit de lucht wel veel verwoeste woonhuizen na het bombardement te zien. Op 7 juni 2015 ging een officier naar het hoofdkwartier van de internationale coalitie in Qatar, en hoorde daar meer details over de schade.

Lees ook: Hoe een Nederlandse bom 70 burgers doodde

Op 4 november 2019, onlangs dus, was Bijleveld nog stelliger en concreter. Uit haar brief aan de Tweede Kamer van toen bleek dat in militaire kring al snel bekend was dat de cirkel van vernietiging in Hawija veel wijder was dan waarmee de coalitie bij de planning rekening had gehouden.

„Uit ons eigen Battle Damage Assesment (BDA) bleek direct dat er sprake was van onbedoelde nevenschade”. Een eerste rapport van de Amerikanen dat Defensie op 15 juni 2015 ontving, noemde burgerslachtoffers „geloofwaardig”.

Haar voorganger, Jeanine Hennis (VVD), had daarom de Kamer verkeerd ingelicht, aldus Bijleveld. Hennis schreef op 24 juni 2015 dat „voor zover bekend” er geen burgerslachtoffers waren gevallen bij Nederlandse bombardementen. „Dat was fout”, zei Bijleveld daarover toen.

NRC en NOS stuitten bij hun eigen onderzoek ook op veel aanwijzingen dat al vroeg duidelijk was dat er veel burgerslachtoffers waren. Op 4 juni meldde Reuters al de mogelijkheid van burgerslachtoffers, mede op basis van uitlatingen van ‘veiligheidsfunctionarissen’.

„Een luchtaanval van de door de VS geleide coalitie heeft een hele wijk platgelegd in een Noord-Irakese stad die wordt gecontroleerd door militanten van IS. Tientallen mensen werden gedood, inclusief burgers, zeiden getuigen en veiligheidsfunctionarissen.”

Er werd vooral veel afgewacht

Commandant John Hesterman van de luchtoperaties tegen IS kondigde op 5 juni een onderzoek aan, zoals gebruikelijk bij aanwijzingen van burgerslachtoffers. Een paar weken later, op 24 juni, zei Pentagon-woordvoerder Steve Warren dat een onderzoek was begonnen, nadat eerdere aanwijzingen „geloofwaardig”, waren gebleken.

Als men in de junidagen van 2015 stevige aanwijzingen had dat het beleid van Nederland – geen burgerslachtoffers, in elk geval zo min mogelijk – in Hawija op een fiasco was uitgelopen, wilde men dat dan wel weten? Voor wie de brief van Bijleveld leest, lijkt het antwoord nee.

In de maanden en jaren na die junimaand 2015, werd vooral veel afgewacht in Den Haag: op nadere rapporten van het Amerikaans opperbevel, op eigen onderzoeken, eerst van Defensie, later van het Openbaar Ministerie. Niemand uit het kabinet toonde indringende belangstelling. Hennis niet als eerst verantwoordelijke minister. Premier Mark Rutte niet als coördinator van het regeringsbeleid; hij werd slechts summier geïnformeerd.

En Bert Koenders als minister van Buitenlandse Zaken (PvdA) en eerste ondertekenaar van brieven over de voortgang van de F-16-missie tegen IS, evenmin. Informatie van het Rode Kruis aan de Nederlandse ambassade in Bagdad over burgerdoden in onder meer Hawija, is geen aanleiding voor een actievere houding van ‘BuZa’.

De patronen die minister Bijleveld maandagavond schetst, herinneren enigszins aan een ander drama met honderd keer zoveel burgerdoden, de val van Srebrenica in 1995. De parlementaire enquête-commissie die het Srebrenica-drama met 7.000 slachtoffers onderzocht, sprak in 2002 over „onwil” van ambtenaren en militairen om actief op zoek te gaan naar onwelkome informatie die haaks stond op heersende veronderstellingen. Toenmalig NIOD-directeur Hans Blom had het over „het gebrek aan goede wil om uit eigen initiatief te zorgen dat de minister zo goed mogelijk werd geïnformeerd”.

Zeventien jaar later zijn er opnieuw aanwijzingen voor zo’n gebrek aan wil – nu ook van politici – om onwelkome informatie op de agenda te krijgen. Als mogelijke verklaring spelen ten minste drie fenomenen een rol: de onvolledigheid en dubbelzinnigheid van de informatie die juni 2015 voorhanden was, de manier waarop informatiestromen functioneren, en de fase van de oorlog tegen IS in 2015.

Daags na de aanval op Hawija zei de Amerikaanse commandant John Hesterman tijdens een persconferentie dat er „geen bewijzen” waren van burgerslachtoffers, wel aanwijzingen. Zijn staf beschikte wel over (lucht-)beelden van ingestorte en weggevaagde huizen en gebouwen. Het bergen van lichamen in de puinhopen, het identificeren van slachtoffers, het onderscheiden van IS-strijders (vrijwel altijd in burger) en ‘non-combattanten’, het was allemaal onmogelijk.

Lees ook: het interview met minister Bijleveld: ‘burgerslachtoffers calculeren we niet in, zo opereren we niet’

Verder was in die in juni-dagen vooral tevredenheid over het uitschakelen van de bommenfabriek van IS. Een belangrijk militair doelwit, vlak bij de frontlijn richting de stad Kirkuk, was ermee uitgeschakeld. De berichten in Irak daarover waren „positief”, schrijft Bijleveld in haar brief.

Slecht nieuws is onwelkom

Voor ambtenaren zijn voorlopigheden en dubbelzinnigheden aanleiding om ‘nader onderzoek’ af te wachten. „Onrijpheid” van informatie, noemt oud-minister Ed van Thijn dat in zijn boek De Informatie-paradox (2004). Hij somt daarin maar liefst dertig „dwingende, legitieme redenen” voor ambtenaren om „de minister (nog) niet te informeren”.

Behalve onrijp geachte informatie gaat het om zaken als ‘gedoebeperking’, ‘onwelkome boodschap’, ‘slecht nieuws schaadt de eigen organisatie’, ‘collegialiteit’ (geen ‘matennaaien”) , ‘informatie is te vertrouwelijk voor derden’, en ‘strijdigheid met het belang van de staat’.

Veel van dit alles kan een rol hebben gespeeld in de Hawija-casus. De eerste drie hebben te maken met het slechte nieuws over de vele burgerslachtoffers waarop niemand zat te wachten.

De collegialiteit speelt vooral in situaties waarbij meerdere departementen zijn betrokken en men elkaar tegenkomt in interdepartementale werkgroepen, zoals de Stuurgroep Missies en Operaties. De laatste twee factoren hebben te maken met de geclassificeerde informatie. Verspreiding van die informatie kan uitlekken en de vijand in de kaart spelen.

De fase van de oorlog tegen IS, anno 2015, stimuleerde evenmin het actief informeren naar een mogelijk bloedbad door een Nederlandse bom. Die oorlog kwam dichtbij door een reeks terreuraanslagen. Bijleveld refereert eraan in haar nieuwste brief. In zo’ n situatie worden burgerdoden anders gewogen dan nu.

Het oersterke geloof in hightech-bommen, speelde daarbij ook een rol. In een Kamerdebat, eind juni 2015, zei toenmalig minister Hennis: „Het is zo precies. Het is niet zo dat je gelijk een complete wijk of regio platlegt. Dat komt door die smart weapons waarover ik net sprak.” In augustus 2015 had de coalitie na 5.000 bombardementen twee burgerdoden toegegeven.

Ook bij de media, steeds bepalender voor de ambtelijk-politieke agenda in Den Haag, was er geen grote aandacht voor het onderwerp burgerdoden. De aanval op Hawija werd in Nederlandse media niet gemeld, stelt Bijleveld vast. Burgerdoden werden voor journalisten pas later in de oorlog tegen IS een groot issue.

Later deze week buigt de Tweede Kamer zich opnieuw over ‘Hawija’. Hoeveel begrip Kamerleden willen opbrengen voor de historische context en ambtelijke gedragingen van destijds, zal dan blijken.

Tijdens een eerder debat over Hawija wees de minister naar andere ministeries, die waarschijnlijk ook van de zaak geweten hadden. Beeld ANP

Bijleveld komt terug op eerdere beweringen over ‘Hawija’

Trouw 25.11.2019 Het was nooit duidelijk hoeveel doden er precies zijn gevallen, zegt Defensie nu over het bombardement in Irak.

Defensieminister Ank Bijleveld moet de klappen opvangen rond de vraag welke bewindspersonen in juni 2015 wisten van burgerdoden bij een bombardement in het Irakese Hawija. Het Kamerdebat hierover vindt vermoedelijk woensdag plaats.

De minister stuurde maandagavond een uitgebreide brief naar de Kamer. Daarin probeert ze een antwoord te geven op vragen rond haar bewering van drie weken geleden dat het ‘aannemelijk’ was dat andere betrokken ministeries destijds door Defensie op de hoogte waren gesteld.

Die maand loog toenmalig defensieminister Jeanine Hennis tot tweemaal toe tegen de Kamer over een Nederlandse rol bij burgerdoden, door iedere betrokkenheid te ontkennen. Door de formulering van Bijleveld rees de vraag wat premier Mark Rutte al die tijd wist.

Bijleveld schrijft nu dat het nooit duidelijk is geweest hoeveel burgerdoden er precies in Hawija zijn gevallen. In de bewuste nacht van 2 op 3 juni konden de Nederlandse gevechtspiloten niet vaststellen wat de precieze gevolgen waren toen hun aanval op een bommenfabriek in het gebied van Islamitische Staat tot een veel grotere ontploffing leidde dan verwacht. Ook een eerste Nederlands onderzoek bracht op 9 juni geen helderheid, evenmin als een eerste Amerikaans onderzoek van 15 juni.

Omdat het allemaal niet precies duidelijk was, is er op 4 juni in een overleg tussen hoge ambtenaren van verschillende ministeries niet gesproken over aantallen burgerdoden. Wel meldde Defensie dat er meer schade was dan verwacht en dat de mogelijkheid van burgerdoden onderzocht werd.

Vergaloppeerd

Na het overleg bracht een ambtenaar van buitenlandse zaken minister Bert Koenders schriftelijk op de hoogte. Premier Mark Rutte kreeg nog niets te horen, want zijn vertegenwoordiger was die dag niet bij het overleg.

Hennis heeft ergens in juni wel aan Koenders, en naar zij zich herinnert vermoedelijk ook aan Rutte, over mogelijke burgerdoden verteld. Haar toon was ‘niet alarmistisch’, en Koenders en Rutte herinneren zich de gesprekken niet meer.

Als de nieuwe uitleg klopt, heeft Bijleveld zich in het vorige debat over Hawija vergaloppeerd. Toen zei ze dat aan Hennis op 9 juni is verteld dat er ‘veel meer nevenschade’ was dan verwacht, en ‘dat er waarschijnlijk ook veel burgerslachtoffers bij waren gevallen’.

In de brief van maandag betoogt Bijleveld juist dat nooit duidelijk is geworden hoeveel burgerslachtoffers er zijn gevallen, omdat Nederland en de VS dit niet ter plaatse konden controleren.

Een ander open einde is de boodschap van Defensie tijdens het overleg met andere departementen op 4 juni. Daarin werd volgens de brief van maandag summier verteld dat na het bombardement springstof in de fabriek tot ontploffing kwam, en dat in Irakese media ‘de mogelijkheid van eventuele burgerslachtoffers werd genoemd’.

Defensie had destijds echter ook informatie uit eigen hand, zo valt op een andere pagina te lezen. Al tijdens de aanval ‘was het voor de vliegers duidelijk dat de secundaire explosies veel groter waren dan verwacht en dat sprake was van aanzienlijke schade aan diverse gebouwen’.

De nieuwe lezing maakt het verklaarbaar dat Rutte zich niets meer kan herinneren van mogelijke burgerdoden, maar brengt Bijleveld juist in de problemen. Als zij drie weken geleden in de Kamer een ander beeld schetste dan nu uit haar brief naar voren komt, is de vraag wanneer de Kamer haar nog moet geloven.

Loodzwaar debat

De minister wacht dan ook een loodzwaar debat. Drie weken geleden raakte ze tijdens het eerste debat over Hawija al politiek beschadigd. Vrijwel de gehele oppositie steunde toen een motie van wantrouwen tegen de minister.

Ook is Bijleveld politiek verantwoordelijk voor het feit dat de informatie die Defensie op 4 juni met andere ministeries deelde, een veel vager beeld geeft van de gebeurtenissen rond Hawija dan dat men blijkens de meldingen van de eigen piloten vermoedde. Bijleveld zal de Kamer nu moeten overtuigen dat zij de juiste persoon is om deze informatievoorziening in de toekomst te verbeteren.

Daarbij zal vermoedelijk ook een nieuw onderzoek naar Hawija discussiepunt worden. Want naar nu blijkt is er tot en met 2016 wel onderzoek gedaan door de Amerikaanse krijgsmacht, maar heeft dat alleen voorlopige bevindingen opgeleverd. “Recente navraag leert dat er inderdaad nooit een finaal rapport, oftewel Closure Report, is opgemaakt.”

Lees ook: De feiten over Hawija zijn nog steeds niet boven water

De minister van defensie en verschillende ministeries zijn druk op zoek naar documenten over het bombardement in Hawija, Irak. De Tweede Kamer raakt geïrriteerd. ‘Bizar hoeveel tijd ze hiervoor nodig hebben, deze zaak stinkt.’

Waarom de gehavende minister Bijleveld toch mag blijven

Met een ware Houdini-act ontsnapte minister Ank Bijleveld van defensie aan aftreden. Ze overleefde op het nippertje een motie van wantrouwen, ingediend door GroenLinks. 

Meer over; Ank Bijleveld Hawija politiek Defensie Mark Rutte Kamer Marno de Boer

Minister Ank Bijleveld (Defensie) en kolonel-vlieger Peter Tankink (directie Operaties) tijdens een persconferentie over een aanval van een Nederlandse F-16 op een autobommenfabriek van IS in het Iraakse Hawija in 2015. Beeld ANP

Defensie sloeg nooit groot alarm over luchtaanval op Hawija

VK 25.11.2019 Het ministerie van Defensie sloeg nooit groot alarm, ook niet intern, over de gevolgen van de luchtaanval op Hawija in juni 2015. Het informeerde andere betrokken ministeries langs de gebruikelijke ambtelijke kanalen, maar in algemene bewoordingen.

Toenmalig minister Jeanine Hennis herinnert zich dat ze ‘vermoedelijk’ premier Mark Rutte mondeling heeft ingelicht in juni 2015, ook op een ‘niet alarmerende toon’.

Rutte ‘heeft geen herinnering aan een dergelijk gesprek, maar sluit ook niet uit dat dit heeft plaatsgevonden’. Dat blijkt uit een brief die minister van Defensie Ank Bijleveld maandagavond naar de Tweede Kamer heeft gestuurd, mede namens de premier en de ministers van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Justitie.

Naar de brief werd met spanning uitgekeken, vooral toen premier Rutte en de twee PvdA-ministers van Buitenlandse Zaken van destijds, Bert Koenders en Lilianne Ploumen, verklaarden zich niet te herinneren over het voorval ingelicht te zijn.

De brief bevat tussen de regels door wel een verklaring voor het formeel delen van informatie met andere ministeries, wat keurig gebeurd is (al was Algemene Zaken niet aanwezig bij de eerste briefing hierover op 4 juni 2015) en het feit dat er niemand op aansloeg.

Daarbij helpt een cruciaal zinnetje in Bijlevelds brief, dat verschillende keren terugkeert: ‘Aantallen mogelijke burgerslachtoffers zijn daarbij niet genoemd, aangezien deze niet konden worden vastgesteld.’

De verklaring zit dus in het verschil tussen enerzijds de alarmerende open rapportages in buitenlandse media (Nederlandse media schreven niet over Hawija) en door ngo’s over grote, maar sterk wisselende en onbevestigde aantallen doden; en anderzijds ‘ambtelijk aanvaarde, want bevestigde doden’.

Vertrouwelijke lijst

Wat betreft de eerste categorie waren er direct nieuwsberichten van Reuters, Al Jazeera en uit de Iraakse pers. In augustus 2015 gaf het Internationale Rode Kruis aan Buitenlandse Zaken een vertrouwelijke lijst van onbevestigde gevallen van burgerslachtoffers, waaronder een aanval op Hawija op 4 juni, waarbij naar verluidt 170 burgers waren gedood en honderden anderen verwond.

‘Het was niet duidelijk of dezelfde aanval werd bedoeld als Nederlandse wapeninzet in Hawija in de nacht van 2 op 3 juni’, meldt de brief. Een rapport van de ngo Airwars uit die tijd gaf aan dat dat naar verluidt 70 burgers waren gedood, ‘maar maakt ook melding van berichtgeving die sprak over 150 burgerslachtoffers’.

Officieel echter was er geen duidelijkheid over aantallen doden – en die zou ook, tot de dag van vandaag, nooit komen. Er was het bericht van 15 juni 2015 van het Amerikaanse hoofdkwartier van de anti-IS-coalitie, Centcom, dat het ‘geloofwaardig’ achtte dat er burgerslachtoffers waren gevallen, maar dat niet kon verifiëren of falsifiëren. In een later rapport noemde Centcom het ‘waarschijnlijk’ dat er burgerdoden waren gevallen. Een uiteindelijk rapport is er nooit gekomen.

Doordat in de officiële communicatie van Defensie – klaarblijkelijk ook tussen de departementen – de voorzichtige lijn werd gehandhaafd dat er ‘mogelijk’ of ‘waarschijnlijk’ burgerdoden waren gevallen, zonder context te geven over de onbevestigde berichten dat het ging om tientallen burgerdoden, konden de gevolgen van de luchtaanval op Hawija jarenlang onder de radar blijven.

Onderwijl werden alle betrokken partijen formeel wel op de hoogte gesteld en kon het OM ook onderzoek doen en concluderen dat er geen aanleiding was tot vervolgonderzoek. Ambtelijk klopte alles dus wellicht, maar deze week zal de Tweede Kamer zich in een debat uitspreken over de vraag of ze vindt dat politiek ook alles klopt.

Meer over; Hawija politiek Mark Rutte Tweede Kamer Arnout Brouwers

De Speld: Bijleveld neemt verantwoordelijkheid maar ‘het was wel al een rotzooitje’

Minister informeert Tweede Kamer over gang van zaken rond Hawija

RO 25.11.2019 Minister Ank Bijleveld heeft de Tweede Kamer vandaag geïnformeerd over hoe de informatie over de wapeninzet in Hawija met de verschillende ministeries is gedeeld. De minister schrijft verder namens de minister-president en de betrokken ministers hoe Defensie in de toekomst transparanter kan zijn over de gevolgen van de Nederlandse inzet en wat kan worden gedaan met de afhandeling van eventuele schade.

Daarnaast heeft de minister van Defensie antwoorden op Kamervragen van de Tweede Kamerleden Diks (GroenLinks) en Karabulut (SP) naar de Kamer gestuurd.

De Tweede kamer heeft aangegeven snel na het ontvangen van de brief een debat te willen met de minister-president en minister van Defensie Bijleveld.

Kamerstukken;

Kamerbrief met antwoorden op nadere vragen over de wapeninzet in Hawija

Kamerstuk: Kamerbrief | 25-11-2019

Beantwoording Kamervragen over een passage uit het boek Missie F-16 over mogelijke burgerslachtoffers in Irak

Kamerstuk: Kamervragen | 25-11-2019

Beantwoording Kamervragen over een luchtaanval op Mosul in Irak

Kamerstuk: Kamervragen | 25-11-2019

Zie ook;

Oud-minister Hennis informeerde Rutte ‘vermoedelijk’ over luchtaanval Irak

NU 25.11.2019 Voormalig minister van Defensie Jeanine Hennis herinnert zich dat ze in 2015 “vermoedelijk” premier Mark Rutte mondeling heeft geïnformeerd over het bombardement in Hawija. Ook toenmalig minister Bert Koenders van Buitenlandse Zaken zou volgens haar zijn ingelicht.

Dat staat in een Kamerbrief van minister Ank Bijleveld van Defensie. Rutte en Koenders kunnen zich het gesprek niet herinneren, staat ook in de brief.

De minister-president heeft “geen herinnering heeft aan een dergelijk gesprek’, maar “sluit ook niet uit dat dit gesprek heeft plaatsgevonden”.

Volgens Hennis heeft ze geen aantallen genoemd toen ze over het aantal burgerslachtoffers sprak. Ook zou “de toon van de boodschap niet alarmerend” zijn geweest.

Ze zou feitelijk hebben verteld dat er bij de aanval van Nederlandse F-16’s sprake was van secundaire explosies en dat onderzocht moest worden of er ook burgerdoden waren gevallen.

In de nacht van 2 op 3 juni 2015 werd in het Iraakse Hawija een bommenfabriek van Islamitische Staat (IS) geraakt door een bom die kort daarvoor was afgeworpen door een Nederlandse F-16. Er vielen zeker zeventig doden, onder wie een groot aantal burgerslachtoffers.

Premier Rutte zei begin november ook al dat hij zich niet kan herinneren of hij in 2015 is geïnformeerd over de Nederlandse luchtaanval waarbij burgers om het leven kwamen.

Woensdag debatteert de Tweede Kamer met minister Bijleveld over de luchtaanval. Mogelijk is Rutte daar ook bij aanwezig.

Lees meer over: Politiek

Hawija na het bombardement NOS

Hennis informeerde Rutte ‘vermoedelijk’ over burgerdoden, geen aantallen genoemd

NOS 25.11.2019 Oud-minister Hennis van Defensie zegt dat ze in 2015 haar collega Koenders van Buitenlandse Zaken mondeling heeft geïnformeerd over mogelijke burgerdoden in Irak, en vermoedelijk ook premier Rutte. Ze heeft daarbij geen aantallen slachtoffers genoemd, staat in een brief van minister Bijleveld van Defensie aan de Tweede Kamer.

Zowel Koenders als Rutte zegt zich niets te kunnen herinneren van dat gesprek. Maar Rutte sluit niet uit dat het toch heeft plaatsgevonden. Volgens Hennis was haar boodschap “niet alarmerend van toon”. Ze heeft feitelijk verteld dat er bij de aanval van Nederlandse F16’s op een bommenfabriek in Hawija sprake was van secundaire explosies, en dat nader onderzoek moest vaststellen of er burgerdoden waren gevallen.

Bij de aanval, op 3 juni 2015, hebben zo’n 70 onschuldige burgers het leven verloren. Die getallen gingen al snel na het bombardement rond, maar volgens Bijleveld was er in die eerste tijd nog heel veel onduidelijk en moest nader onderzoek duidelijkheid brengen.

Wie wist wat, op welk moment

Deze week, vermoedelijk woensdag, debatteert de Tweede Kamer opnieuw over de gang van zaken rond het bombardement en de burgerdoden. De Kamer wil precies weten wie er op welk moment op de hoogte was dat er mogelijk burgerdoden waren gevallen. De Kamer werd daarover officieel pas vorige maand, ruim vier jaar na dato, op de hoogte gebracht. Dat gebeurde na publicaties van de NOS en NRC Handelsblad.

In de brief die Bijleveld vanavond naar de Kamer stuurde staat dat een groep ambtenaren van verschillende ministeries al op 4 juni, een dag na de aanval, over de actie heeft gesproken. Daarbij is ook gemeld dat er in de Iraakse pers de mogelijkheid van burgerdoden werd gemeld. Het ministerie van Algemene Zaken was bij die bespreking niet aanwezig, maar heeft er achteraf wel kennis van kunnen nemen via de besluitenlijst.

Toch zei toenmalig minister Hennis eind juni 2015 tot twee keer toe tegen de Kamer dat er voor zover bekend geen burgerslachtoffers waren gevallen. Omdat de Kamer dus onjuist geïnformeerd was, kreeg huidig minister Bijleveld begin deze maand een motie van wantrouwen gepresenteerd door GroenLinks. Die motie werd gesteund door bijna de hele oppositie.

Eerder vertrouwelijk informeren

Bijleveld zal met terugwerkende kracht een overzicht geven van alle Nederlandse acties in Irak tussen 2014 en 2018. Dan gaat het om het aantal missies, de locaties, wat voor doel er was en welke wapens zijn gebruikt.

Om in de toekomst onduidelijkheid te voorkomen, wil de minister voortaan de Kamer zo snel mogelijk vertrouwelijk informeren over mogelijke burgerslachtoffers die door Nederlandse wapens zijn veroorzaakt.

Bekijk ook;

Rutte ‘vermoedelijk’ geïnformeerd over Irak

Telegraaf 25.11.2019 Minister Jeanine Hennis van Defensie heeft in juni 2015 “vermoedelijk” premier Mark Rutte mondeling op de hoogte gesteld van de Nederlandse luchtaanval op Hawija in Irak en daarbij gezegd dat nader onderzoek nodig was om vast te stellen of er burgerslachtoffers waren gevallen.

“De minister-president heeft geen herinnering aan een dergelijk gesprek, maar sluit ook niet uit dat dit heeft plaatsgevonden”, schrijft minister Ank Bijleveld (Defensie) aan de Tweede Kamer.

Hennis is wel zeker toenmalig minister Bert Koenders (Buitenlandse Zaken) op de hoogte te hebben gesteld. Volgens Hennis was “de toon van de boodschap niet alarmerend” en zijn er geen aantallen burgerdoden genoemd. Koenders heeft ook geen herinnering aan een dergelijk gesprek.

Onjuist geïnformeerd

Bij de luchtaanval vielen veel doden maar het exacte aantal is niet vast te stellen, aldus Bijleveld. Het zou om vele tientallen doden gaan waaronder burgers. Een dag de aanval repten internationale media over zeventig doden.

Hennis informeerde enkele weken later de Kamer onjuist over de kwestie door te melden dat er geen doden waren door Nederlandse acties in Irak. Daarmee was de Kamer onjuist geïnformeerd. Bijleveld hoorde dat pas begin deze maand.

In debat

Ze liet de Kamer weten dat het “aannemelijk” was dat meer bewindslieden in 2015 op de hoogte waren gesteld onder wie de premier. Daar wilde de Kamer toen het naadje van de kous van weten. Tijdens een debat over de kwestie zegde bijna de hele oppositie het vertrouwen in Bijleveld op.

De Kamer gaat zoals het zich nu laat aanzien woensdag 27.11.2019 in debat met Rutte en Bijleveld over de zaak.

Premier Rutte en toenmalig minister Hennis tijdens een persconferentie in 2017. Ⓒ ANP

’Rutte, Koenders en Van der Steur wisten van mogelijke burgerdoden’

Telegraaf 25.11.2019 Niet alleen toenmalig defensieminister Hennis, maar ook haar collega’s van destijds, Koenders (Buitenlandse Zaken) en Van der Steur (Justitie), waren ervan op de hoogte dat er bij een Nederlandse luchtaanval in Irak mogelijk burgerdoden waren gevallen. Ook premier Rutte wist ervan.

Rutte en Koenders zijn zelfs door Hennis, zo herinnert zij zich, ook mondeling geïnformeerd over de luchtaanval van 3 op 4 juni 2015, waarbij een Nederlandse F-16 een fabriekje onder vuur nam waar IS autobommen produceerde.

Hoewel de toon van Hennis ’niet alarmerend’ zou zijn geweest, vertelde ze hen wel van ’secundaire explosies’ in het fabriekje en dat nader onderzoek moest vaststellen of er burgerdoden waren gevallen. Zowel Koenders als Rutte zegt zich daar niks van te kunnen herinneren.

Een en ander blijkt uit nieuwe informatie die minister Bijleveld (Defensie) maandag in een uitgebreide brief aan de Tweede Kamer heeft gestuurd. Met het noemen van de premier en de andere ministers als ’medeweters’ bracht de CDA-bewindsvrouw zichzelf tijdens het debat van twee weken geleden in het nauw. Deze week moet zij andermaal verantwoording afleggen aan de Tweede Kamer, nu waarschijnlijk samen met de premier.

Herexamen Bijleveld

Tot op de dag van vandaag is nog steeds niet duidelijk hoeveel burgerslachtoffers er in 2015 in Irak door Nederlandse bommen zijn gevallen. En waarom tegenover de Kamer is ontkend dat er überhaupt burgers waren gedood door Nederlands toedoen, blijft nog even vaag.

Minister Ank Bijleveld bracht zichzelf in het nauw

Minister Ank Bijleveld (Defensie) moet het deze week allemaal toelichten als ze voor een herexamen naar de Tweede Kamer moet. Al komt ze beter beslagen ten ijs dan twee weken geleden, toen ze een motie van wantrouwen ternauwernood overleefde. Dat kwam onder meer doordat ze onduidelijk was over wat de andere ministers wisten die betrokken waren bij de militaire operatie tegen Islamitische Staat.

Bekijk ook:

’Toon Bijleveld was niet goed’ 

Ambtelijke stuurgroep

Nu blijkt dat behalve de toenmalige minister van Defensie ook de minister van Veiligheid en Justitie (Van der Steur) en Koenders (Buitenlandse Zaken) waren geïnformeerd. Ook premier Rutte had ’kennis kunnen nemen’ van het verslag van een ambtelijke stuurgroep die een dag na de aanslag bijeenkwam.

De club hoge ambtenaren stelde vast dat bij een door Nederland uitgevoerde aanval van de coalitie op een IS-autobommenfabriek in de buurt van Kirkuk ’secundaire ontploffingen’ waren geweest en dat er daardoor mogelijk burgerslachtoffers waren gevallen. Toenmalig defensieminister Hennis herinnert zich dat ze dit ook persoonlijk heeft meegedeeld aan Koenders en premier Rutte. De twee heren herinneren zich er niets van.

Nog altijd is onduidelijk hoeveel burgerdoden er zijn gevallen bij de luchtaanval die Nederlandse F-16’s in de nacht van 2 op 3 juni 2015 uitvoerden in Hawija. „De uren en dagen na deze wapeninzet waren met veel onzekerheden omgeven.”

Geen verkeerde afwegingen

Ondanks de duisternis was het de jachtvliegers al duidelijk dat de explosies groter waren dan verwacht. Even later konden onderzoekers van het Amerikaanse legeronderdeel Centcom dat ook vaststellen, net als dat het aannemelijk was dat er burgers om het leven waren gekomen.

Van fouten in het uitkiezen van het doel was geen sprake, van verkeerde operationele afwegingen evenmin, concludeerden de Amerikanen, een conclusie die Defensie een jaar later ook trok. Maar waar in ambtelijk overleg werd verwezen naar een finaal oordeel, bleef dat van de Amerikanen uit, aangezien het finale rapport over de aanval nooit is verschenen.

’Ongeloofwaardig’

„De antwoorden van het kabinet zijn onthutsend en ongeloofwaardig”, reageert GroenLinks-leider Jesse Klaver. „Het is moeilijk te geloven dat de premier zich niets herinnert van een gesprek over burgerdoden door toedoen van het Nederlandse leger.” Het was GroenLinks dat bij het vorige debat de motie van wantrouwen tegen Bijleveld indiende.

Bekijk ook:

Dit gebeurt er voordat F-16 bom laat vallen 

Bekijk ook:

F-16-vlieger ziek van vergisbom 

Bekijk meer van; defensie Hennis de Kamer Bert Koenders Ank Bijleveld Mark Rutte Ard van der Steur Tweede Kamer der Staten-Generaal

Bijleveld: toenmalig Defensieminister Hennis ‘vermoedt’ Rutte ingelicht te hebben

AD 25.11.2019 Toenmalig Defensieminister Jeanine Hennis heeft minister-president Mark Rutte in juni 2015 ‘vermoedelijk’ mondeling ingelicht nadat zij had gehoord over een Nederlands bombardement in Irak waarbij waarschijnlijk burgerslachtoffers waren gevallen. Dat deed ze in elk geval bij Bert Koenders, destijds minister van Buitenlandse Zaken. Ze noemde geen dodental. In Hawija kwamen waarschijnlijk zo’n zeventig burgers om het leven.

Minister Ank Bijleveld van Defensie schrijft vanavond in een langverwachte brief aan de Tweede Kamer dat Hennis zich deze gang van zaken zo herinnert. De gesprekken zouden niet op alarmerende toon zijn gevoerd, maar ze zou ‘feitelijk melding’ hebben gemaakt van een tweede explosie na het bombardement van een Nederlandse F-16. ‘Nader onderzoek moest vaststellen of er burgerdoden zouden zijn gevallen’, schrijft Bijleveld.

Lees ook;

 

Lees meer

Lees meer

Geen herinnering

Rutte zei eerder deze maand al geen herinnering te hebben dat hij snel na de luchtaanval in 2015 werd ingelicht. Dat herhaalt Bijleveld ook: ,,De minister-president heeft geen herinnering aan een dergelijk gesprek, maar sluit ook niet uit dat dit heeft plaatsgevonden. De toenmalige minister van Buitenlandse Zaken stelt bij navraag geen herinnering te hebben aan een dergelijk gesprek.”

Koenders werd op 1 juli 2015 door één van zijn topambtenaren nogmaals geïnformeerd over de ‘collatoral damage’ door een Nederlandse F-16 in Irak. Ook begin juni 2015 en mei 2016 zou de PvdA-bewindsman tot drie keer toe zijn geïnformeerd over de kwestie. Zijn partij, de PvdA, steunde begin november een motie van wantrouwen tegen minister Bijleveld.

Ambtelijk overleg

Ook de ambtenaren van de meest betrokken ministeries (Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, Defensie, Justitie en Veiligheid en Algemene Zaken) werden op 4 juni 2015 tijdens een regulier overleg ingelicht. Daarin werd ook melding gemaakt van mogelijke burgerslachtoffers. Maar, schrijft Bijleveld, bij dat overleg was het ministerie van Rutte, Algemene Zaken, niet aanwezig.

Zijn ambtenaren konden wel in de besluitenlijst lezen wat er was besproken, aldus Bijleveld, maar daarin stond enkel: Daarin stond enkel dat het ministerie van Defensie meldde dat met een aanval van Nederlandse F-16’s bommenfabriek was vernietigd – niets over burgerdoden.

Bijleveld stelt dat het ‘tot de dag van vandaag’ niet duidelijk is hoeveel slachtoffers er vielen.

Geloofwaardig

Uit het eerste Amerikaanse onderzoek naar het misgelopen bombardement bleek dat het credible (geloofwaardig) was dat er burgerslachtoffers zouden zijn gevallen in de nacht van 2 op 3 juni 2015, maar niet hoeveel doden er waren gevallen.

Het aanvullende onderzoek kreeg defensie op 22 januari 2016 binnen. Daaruit bleek dat het bombardement volgens de regels was verlopen, maar dat het wel probable (aannemelijk) was dat bij de door Nederland uitgevoerde aanval burgerdoden te betreuren vielen.

Daarmee beschouwden de Amerikanen het onderzoek ‘gesloten’. Een zogeheten closure report, waarvan Elsevier schreef dat het ministerie het niet kon vinden, werd door de Amerikanen nooit opgemaakt, zo ‘leert recente navraag’, aldus Bijleveld.

Rutte ‘vermoedelijk’ geïnformeerd over Irak

MSN 25.11.2019 Minister Jeanine Hennis van Defensie heeft in juni 2015 “vermoedelijk” premier Mark Rutte mondeling op de hoogte gesteld van de Nederlandse luchtaanval op Hawija in Irak en daarbij gezegd dat nader onderzoek nodig was om vast te stellen of er burgerslachtoffers waren gevallen.

“De minister-president heeft geen herinnering aan een dergelijk gesprek, maar sluit ook niet uit dat dit heeft plaatsgevonden”, schrijft minister Ank Bijleveld (Defensie) aan de Tweede Kamer.

Hennis is wel zeker toenmalig minister Bert Koenders (Buitenlandse Zaken) op de hoogte te hebben gesteld. Volgens Hennis was “de toon van de boodschap niet alarmerend” en zijn er geen aantallen burgerdoden genoemd. Koenders heeft ook geen herinnering aan een dergelijk gesprek.

Onjuist geïnformeerd

Bij de luchtaanval vielen veel doden maar het exacte aantal is niet vast te stellen, aldus Bijleveld. Het zou om vele tientallen doden gaan waaronder burgers. Een dag de aanval repten internationale media over zeventig doden.

Hennis informeerde enkele weken later de Kamer onjuist over de kwestie door te melden dat er geen doden waren door Nederlandse acties in Irak. Daarmee was de Kamer onjuist geïnformeerd. Bijleveld hoorde dat pas begin deze maand.

In debat

Ze liet de Kamer weten dat het “aannemelijk” was dat meer bewindslieden in 2015 op de hoogte waren gesteld onder wie de premier. Daar wilde de Kamer toen het naadje van de kous van weten. Tijdens een debat over de kwestie zegde bijna de hele oppositie het vertrouwen in Bijleveld op.

De Kamer gaat zoals het zich nu laat aanzien woensdag 27.11.2019 in debat met Rutte en Bijleveld over de zaak.

 

Alaa met zijn zoontje Abdulmalek NOS

Alaas zoontje werd blind door Nederlandse aanval, maar hij koestert geen wrok

NOS 24.11.2019 Ze waren in Hawija wel gewend aan bombardementen. Maar die van 3 juni 2015 veranderde het leven van de Iraakse Alaa Qader en zijn gezin volledig. Zijn zoontje raakte halfblind, zijn vrouw gewond, hun huis en winkel werden verwoest.

Na een vluchtroute via Turkije en Griekenland kwamen Alaa en zijn vijf kinderen in Nederland terecht. Hier hoorde hij vorige maand wie er achter het bombardement in zijn voormalige woonplaats Hawija zat: een Nederlandse F-16. Die viel op de bewuste junidag in 2015 een autobommenfabriek van IS aan, waarbij zeker zeventig doden vielen.

“Dat was een grote verrassing voor mij”, zegt Alaa over de Nederlandse betrokkenheid. Bij de luchtaanval in Hawija raakte zijn vrouw gewond aan haar rug door een granaatscherf. Zijn destijds 5-jarige zoontje, dat door de knal onder een omgevallen deur terecht was gekomen, raakte blind aan zijn rechteroog. “Zijn oog bloedde. Volgens de dokter is zijn pupil verdwenen door een stuk metaal dat erin was gekomen.”

Het bombardement voelde als een soort aardbeving, vertelt Alaa:

‘Dieven zullen het geld voor wederopbouw in hun eigen zak steken’

Ondanks dat Alaa en zijn gezin nog altijd kampen met de gevolgen van het bombardement nemen ze de Nederlandse overheid weinig kwalijk. “Het probleem ligt niet bij Nederland, de Nederlandse regering of de Nederlandse vliegtuigen”, zegt hij. “De schuld ligt bij IS. Zij hebben ons gebied bezet.”

Wel vindt Alaa het lastig te verkroppen dat de Nederlandse aanval zo veel impact heeft gehad op het leven van hem en zijn familie. “Door het bombardement is onze toekomst verpest. We zijn ons land verloren, ons huis, onze winkel.” Voor de luchtaanval had Alaa een zaak voor vrouwen- en kinderkleding. “Ik had veel werk. De situatie was goed.”

Alaa en zijn gezin woonden op zo’n 1 tot 1,5 kilometer afstand van de gebombardeerde IS-fabriek. Toch stortte ook hun huis in:

1/3 NOS

2/3 NOS

3/3 NOS

Inmiddels heeft Alaa ook hier een baan gevonden, als postbode in zijn woonplaats Zoetermeer. “Daar ben ik heel blij mee”, zegt hij. Ook zijn zoon Abdulmalek, inmiddels 9 jaar, heeft het naar zijn zin in Nederland. “Ik voel me hier veiliger dan daar. En het gaat goed op school.”

Wie wist wat?

Bij het bombardement op de IS-bommenfabriek in Hawija, uitgevoerd door een Nederlandse F-16, vielen zeker zeventig burgerdoden. Wat het kabinet daar toen van wist, blijft onduidelijk. Die vraag ligt op tafel sinds de NOS en NRC het nieuws over de luchtaanval vorige maand naar buiten brachten.

Volgens minister Bijleveld van Defensie heeft haar voorganger Hennis de Tweede Kamer tot twee keer toe verkeerd geïnformeerd over de zaak. Hennis zei dat Nederland niet betrokken was bij bombardementen waarbij burgerdoden zijn gevallen, terwijl ze op dat moment al zou weten dat dat niet waar was. Premier Rutte kan zich naar eigen zeggen niet herinneren of hij al in 2015 van die slachtoffers wist.

Bijleveld is de kwestie nu aan het uitzoeken. Eigenlijk zou ze afgelopen week met meer informatie komen, maar woensdag werd duidelijk dat het kabinet daar meer tijd voor nodig heeft. Waarschijnlijk wordt er begin deze week meer bekend.

Bekijk ook;

Bijleveld is nog lang niet uit de problemen

RTL 23.11.2019 Het was deze week betrekkelijk rustig rond CDA-minister Ank Bijleveld van Defensie, een uitstelbriefje over wie wat wist van het bombardement in Syrië daargelaten. Maar het is stilte voor de storm; volgende week zal de CDA-minister toch echt duidelijk moeten maken wie allemaal wist van de 74 doden, onder wie heel veel onschuldige burgers, en daarover heeft gezwegen.

Het is zo’n levensgevaarlijk dossier dat een bewindspersoon opeens in grote problemen kan brengen. Drie weken geleden was er nog weinig aan de hand. Bijleveld was weliswaar politiek verantwoordelijk voor de bombardementen met de tragische afloop.

Maar het was gebeurd onder haar voorgangster Jeanine Hennis, die – dat stond inmiddels vast – de Tweede Kamer had voorgelogen. De algemene verwachting was dat Bijleveld het debat wel zou overleven, ook al dreigden sommige fracties met een motie van wantrouwen.

“Gedurende het debat ontstond er steeds meer ergernis toen Bijleveld al te nadrukkelijk haar voorgangster begon zwart te maken.”

Bijleveld is een vakvrouw met een grote dosis kennis en ervaring. Haar indrukwekkende cv (12 jaar Kamerlidmaatschap, bijna 7 jaar burgemeester, 3 jaar staatssecretaris, 6 jaar Commissaris van de Koning en sinds 2017 minister) staat bol van politieke en bestuurlijke vaardigheden.

Ze staat erom bekend lastige dossiers aan te kunnen. Zo was zij als staatssecretaris verantwoordelijk voor de staatkundige hervorming van de Nederlandse Antillen. Bijleveld is veruit de meest ervaren bewindspersoon van het CDA. Ook het Iraakse drama zou zij, zo was de verwachting, in rustiger vaarwater kunnen brengen.

Dat ging haar aanvankelijk goed af. Bijleveld erkende haar politieke verantwoordelijkheid, bood haar excuses aan en de Kamer aanvaardde dat welwillend. Maar gedurende het debat ontstond er steeds meer ergernis toen Bijleveld al te nadrukkelijk haar voorgangster, die zich niet kon verweren, begon zwart te maken. Het was Hennis die de Kamer onjuist had geïnformeerd, niet zij. Bijleveld verloor zichtbaar de controle over het debat; spanning en nervositeit waren van haar gezicht te lezen.

De Kamer trok de touwtjes steeds strakker aan: wanneer wist Bijleveld van het bombardement?

Bij haar aantreden, twee jaar geleden? Waarom had ze zolang gezwegen, waarom kwam ze pas naar buiten na publicaties van NOS en NRC? En waarom zei ze, volkomen onverwacht, dat in 2015 de ministeries van Algemene Zaken (Rutte), Buitenlandse Zaken (Koenders), Ontwikkelingssamenwerking (Ploumen), en Veiligheid en Justitie (Van der Steur) ook op de hoogte waren? De betrokken bewindspersonen kunnen zich er niets van herinneren.

“Nu is Bijleveld aangeschoten wild, wordt zij niet meer klakkeloos op haar woord geloofd.”

Er zijn maar weinig bewindslieden die met zo’n klein verschil in stemmen de dans weten te ontspringen. Acht (!) partijen dienden die bewuste dinsdagavond de motie van wantrouwen in; de vier regeringspartijen, SGP en de eenmansfractie Van Haga hielden Bijleveld met 79 tegen 71 stemmen in het zadel. Maar voor hoelang?

Bijleveld heeft zichzelf onnodig in problemen gebracht. Was zij gebleven bij het benadrukken van haar politieke verantwoordelijkheid en haar verontschuldigingen en zou ze niet hebben geprobeerd anderen mede aansprakelijk te maken, dan was zij nog steeds een gerespecteerd bewindspersoon geweest.

Nu is Bijleveld aangeschoten wild, wordt zij niet meer klakkeloos op haar woord geloofd en wacht haar nog een heel zwaar debat, waarvan de uitkomst ongewis is.

Met haar schat aan ervaring had dat nooit mogen gebeuren.

Kabinet: Meer tijd nodig voor feiten rond burgerdoden Hawija

NU 20.11.2019 Het kabinet heeft meer tijd nodig om uit te zoeken hoe en wanneer premier Mark Rutte op de hoogte is gesteld van de Nederlandse luchtaanvallen op de Iraakse stad Hawija waarbij zeventig doden zijn gevallen.

Het kabinet zou uiterlijk deze week met een uitleg komen, maar schrijft woensdag in een brief aan de Kamer dat het “helaas niet gelukt” is.

De vertraging is volgens defensieminister Ank Bijleveld te wijten aan “een gecompliceerde ICT-structuur”.

Volgens de minister zijn er vorderingen gemaakt, maar gaat het om veel documenten die onderzocht moeten worden. Het kabinet hoopt begin volgende week de feiten op een rij te hebben

Twee weken geleden overleefde minister Bijleveld ternauwernood een motie van wantrouwen in het debat over de burgerdoden in Hawija. Het ministerie van Defensie had de Tweede Kamer onjuist geïnformeerd over de Nederlandse betrokkenheid bij de luchtaanvallen in Irak.

Minister Bijleveld verwees nadrukkelijk naar haar voorganger, oud-defensieminister Jeanine Hennis, die in 2015 op de hoogte was dat er burgerslachtoffers waren gevallen hij de aanval om een IS-bommenfabriek in Hawija.

De defensieminister voegde daaraan toe dat het “aannemelijk” was dat ook premier Rutte op de hoogte was gesteld. Premier Rutte zei daags na het Kamerdebat zich niet te kunnen herinneren dat hij geïnformeerd is over de zeventig burgerdoden. “Er staat mij niets van bij”, zei de minister-president toen.

‘Feiten zijn zoek, geheugen is kwijt’

De Tweede Kamer eist nu een nieuw feitenrelaas waar duidelijk wordt gemaakt wie wanneer wat wist.

SP-Kamerlid Sadet Karabulut vindt het tekenend dat het kabinet opnieuw uitstel aankondigt. “Het is zorgelijk dat de premier zijn herinneringen zo lang kwijt is”, aldus Karabulut.

De SP’er wijst erop dat de Kamer twee weken geleden al om openheid vroeg en verwijt het minister Bijleveld dat zij niet volledig is geweest. “De feiten zijn zoek en het geheugen is kwijt”, aldus de politica. “Er zijn kennelijk nog zo veel documenten die wij niet hebben gekregen, dit is alles behalve transparant.”

Kabinet heeft nog meer tijd nodig voor informatie burgerdoden Irak

NOS 20.11.2019 Het kabinet heeft opnieuw meer tijd nodig om uit te zoeken hoe het precies zit met de informatie over het Nederlandse bombardement in Irak, waarbij zeventig burgerdoden vielen. De Tweede Kamer wil van het kabinet weten wie wanneer op de hoogte was.

Het gaat daarbij vooral over de rol van premier Rutte. Die zei twee weken geleden zich niet te kunnen herinneren of hij al in 2015 op de hoogte is gesteld van burgerslachtoffers. Minister Bijleveld zei tegen de Kamer dat Defensie ten onrechte heeft gemeld dat er geen burgerslachtoffers zijn gevallen. Zij noemde het aannemelijk dat ook andere ministeries op de hoogte waren van het incident, waaronder het departement van de premier.

Gecompliceerde ICT

Bijleveld heeft de Kamer al twee keer eerder geschreven dat er meer tijd nodig is om de kwestie goed uit te zoeken. In haar vorige brief sprak ze de verwachting uit dat het eind deze week zou worden. Mede namens de premier en de ministers Blok, Kaag en Grapperhaus schrijft zij nu dat het omwille van de zorgvuldigheid “begin volgende week” wordt.

Bijleveld benadrukt dat het ministerie van Buitenlandse Zaken een “decentraal postennet” heeft met een gecompliceerde ICT-structuur. Ze wijst verder op de vele personeelsveranderingen op dat departement, “zeker op hard-ship posten zoals Bagdad”. Volgens haar moeten ook veel bestanden worden doorzocht.

Haagse bronnen melden dat zeven ministers al twee keer over de “informatiebrief” hebben vergaderd, maar dat ze het nog niet eens zijn.

Bekijk ook;

Debat burgerdoden Irak uitgesteld

Telegraaf 20.11.2019 Defensie heeft meer tijd nodig om antwoord te geven op Kamervragen over welke ministers wisten van de burgerdoden door een Nederlandse luchtaanval in Irak. Defensieminister Bijleveld had de Tweede Kamer beloofd eind deze week helderheid te geven.

Reden is volgens de minister dat veel informatie van Buitenlandse Zaken moet komen, en dan niet alleen van het ministerie, maar ook van de ambassade in Bagdad, dat veel verloop kende van personeel, zeker op zogeheten ’ontberingsposten’ in Irak. „Gezien het grote volume van de te doorzoeken centrale en decentrale bestanden en omwille van de eerder genoemde zorgvuldigheid is enige extra tijd benodigd.”

Kamerleden willen onder meer weten of premier Rutte en de toenmalige ministers van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en Justitie en op de hoogte waren gebracht van de burgerdoden die waren gevallen bij de luchtaanval van 3 juni 2015 op een bommenfabriekje van IS in Hawija. Defensie gaf in een feitenrelaas aan dat het ’aannemelijk’ was dat de ’meest betrokken ministeries’ waren geïnformeerd.

Bij de aanval in Hawija vielen op 3 juni 2015 zeventig doden, zowel IS-strijders als burgers. Toenmalig minister Hennis (Defensie) werd al een paar dagen later door het Amerikaanse commando op de hoogte gesteld dat er vermoedelijk burgerslachtoffers waren gevallen. Desondanks meldde zij twee weken later aan de Kamer dat er geen burgerdoden in Irak waren gevallen door Nederlandse luchtacties. Daarmee was de Kamer onjuist geïnformeerd.

Al was Bijleveld de eerste die tegenover de Kamer erkende dat Nederland verantwoordelijk was voor de burgerdoden en daarmee tegemoet kwam aan de verlangde openheid, kreeg zij het twee weken geleden in het debat over het onderwerp knap lastig. Haar werd verweten dat ze niet eerder aan de bel had getrokken.

Bovendien vond de Kamer het ongeloofwaardig dat ze pas de vrijdag voorafgaand aan het debat had ontdekt dat de Kamer verkeerd was geïnformeerd. Bovendien was ze onduidelijk over wat premier Rutte precies wist. De CDA-bewindsvrouw overleefde ternauwernood een motie van wantrouwen.

Bekijk ook: 

Bijleveld opnieuw naar Kamer om leugen over burgerdoden 

Na de brief van volgende week zal de Kamer opnieuw een debat houden over de kwestie.

Bekijk meer van; defensie Ank Bijleveld Irak Tweede Kamer der Staten-Generaal

Pas volgende week duidelijkheid wie wat wist rond burgerdoden Irak

AD 20.11.2019 De brief waarin minister Ank Bijleveld van Defensie duidelijkheid moet geven wie wat wanneer wist rond de Nederlandse aanval in Irak waarbij burgerdoden vielen, wordt wederom uitgesteld. De brief gaat nu pas begin volgende week naar de Tweede Kamer.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

In een uitstelbrief stelt Bijleveld dat de ‘gecompliceerde ICT- structuur’ van het ministerie van Buitenlandse Zaken voor vertraging zorgt. ,,Gezien het grote volume van de te doorzoeken centrale en decentrale bestanden en omwille van de eerder benoemde zorgvuldigheid is enige extra tijd benodigd”, schrijft Bijleveld aan de Kamer.

Ook stelt ze dat er al ‘goede vorderingen’ zijn gemaakt. Eerder schreef Elsevier nog dat de definitieve versie van een Amerikaans rapport na het fatale bombardement zoek was.

Feitenrelaas

Vorige week kregen Kamerleden ook twee brieven over het uitgebreide feitenrelaas, waar in politiek Den Haag reikhalzend wordt uitgekeken. In de eerste brief stond dat de Kamer daar deze week over zou worden geïnformeerd, in de tweede brief werd dat al uitgesteld naar eind van de week.

Begin deze maand erkende Defensie voor het eerst dat er bij aanvallen van Nederlandse F-16’s tijdens de missie tegen IS op twee plekken in Irak – Hawija en Mosul – burgerslachtoffers zijn gevallen. Bij het bombardement in Hawija vielen op 3 juni 2015 ruim 70 slachtoffers.

Toenmalig Defensieminister Jeanine Hennis wist daarvan, maar zei tegen de Kamer dat er ‘voor zover op dit moment bekend’ geen sprake was van Nederlandse betrokkenheid bij burgerdoden. Daarmee heeft zij de Kamer verkeerd geïnformeerd.

Aannemelijk

Tijdens een spoeddebat over de kwestie stelde Bijleveld dat ook de ministeries van Algemene Zaken, Buitenlandse Zaken en Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking op de hoogte waren van het misgelopen bombardement op een bommenfabriek, waar meer explosieven lagen dan verwacht. In een eerste feitenrelaas schreef zij dat het ‘aannemelijk’ was dat de meest betrokken departementen op de hoogte waren.

Dat leverde in het debat vragen op. Wist premier Mark Rutte van de kwestie? En de PvdA-bewindspersonen die toen op Buitenlandse Zaken zaten, Bert Koenders en Lilianne Ploumen? De drie hebben inmiddels ontkend ervan op de hoogte te zijn geweest of er herinneringen aan te hebben.

Bijleveld opnieuw naar Kamer om leugen over burgerdoden

Telegraaf 20.11.2019 Voor de tweede keer in korte tijd moet minister Ank Bijleveld (Defensie) deze week spitsroeden lopen in de Tweede Kamer. Niet de burgerdoden in Irak door Nederlandse bommen worden haar verweten, wel de leugen daarover richting de Tweede Kamer. Of ze bij het openbaren van alle blunders premier Mark Rutte uit de wind kan houden, is de vraag.

Oud-Kamerlid Harry van Bommel weet het nog goed. Op 30 juni 2015 debatteerde hij met toenmalig defensieminister Jeanine Hennis over de strijd tegen IS. Of daarbij door Nederlands toedoen burgerslachtoffers waren gevallen, wilde de oud-SP’er weten.

Voor zover we weten niet, zei Hennis. Het SP-Kamerlid geloofde het niet. „Hoe kan de minister de Kamer met zo’n grote stelligheid voorhouden dat er nul burgerslachtoffers zijn, als ze tegelijkertijd moet erkennen dat er no boots on the ground zijn en dat we een en ander niet kunnen controleren?”

’Een zeer terechte opmerking’, vond Hennis na een schorsing van het debat. „Je kunt het inderdaad niet met zo veel stelligheid vaststellen. De heer Van Bommel heeft gelijk. Ik kan natuurlijk nooit ’nul’ zeggen en dat had ik ook niet moeten zeggen.”

Briefing

Punt voor Van Bommel. Maar wat hij toen nog niet wist, was dat Hennis al drie weken daarvoor persoonlijk was gebriefd door het Amerikaanse commando (Centcom) van de internationale coalitie tegen IS over de luchtaanval die een Nederlandse F-16 in de nacht van 2 op 3 juni had uitgevoerd op een bommenfabriekje in het Iraakse Hawija.

Aangezien de aanval in de nacht had plaatsgevonden en de coalitie geen grondtroepen had in het gebied dat toen nog volledig onder controle stond van IS, had de piloot de schade niet zelf kunnen vaststellen.

In die briefing was Hennis meegedeeld dat er bij die aanval waarschijnlijk burgerslachtoffers waren gevallen. Er lagen meer explosieven opgeslagen dan verwacht, waardoor het bombardement indirecte explosies had veroorzaakt die niet alleen de bommenfabriek, maar ook de woonhuizen eromheen hadden getroffen.

Het aantal van zeventig slachtoffers werd toen al door meerdere media gemeld. Een week later kwam het ’initiële onderzoek’ Centcom schriftelijk naar Defensie. En definitief onderzoek is nog altijd niet gevonden.

Weer een week later, op 23 juni, verstuurde Hennis’ ministerie schriftelijke antwoorden op Kamervragen waarin Nederlandse betrokkenheid bij de burgerslachtoffers in Irak werd ontkend.

Hoe dat kan, is nog altijd een raadsel voor naaste medewerkers van Hennis, alom bekend als pietje-precies, zeker als het op het informeren van de Kamer aankwam. Had ze geheel volgens de beleidslijn geschreven dat Defensie er met het oog op de veiligheid van de operatie geen mededelingen over kon doen, dan was er ’geen vuiltje aan de lucht geweest’, zegt een bron bij Defensie.

Het lijkt erop dat de antwoorden al waren samengesteld voordat Hennis werd gebriefd. „Vervolgens heeft niemand het meer rechtgezet”, zegt een betrokkene. „De vragen vormden de basis voor haar verdere communicatie over de kwestie.”

Overleg

Wat is er vervolgens met de informatie gebeurd? Ook dat zijn ze bij Defensie nog altijd aan het uitzoeken. Vaststaat dat de informatie van Centcom is gedeeld in de Stuurgroep Missies en Operaties (SMO), een wekelijks overleg waarin ambtenaren van Defensie, Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, Justitie en Veiligheid en Algemene Zaken de lopende missies bespreken.

Het is een mondeling overleg, waarvan niet alles op schrift komt. Bovendien is nog onduidelijk welke ministeries aanwezig waren toen de ’nevenschade’ van de aanval in Hawija ter tafel kwam. Volgens betrokkenen was het de eerste keer dat de mogelijke burgerslachtoffers ter sprake werden gebracht. Algemene Zaken, Ruttes ministerie, zou niet aanwezig zijn geweest. Wat Rutte persoonlijk van Hennis heeft vernomen over de burgerdoden, is onduidelijk.

De onzekerheid bracht Bijleveld in het recente feitenrelaas aan de Kamer tot de formulering: „Het is aannemelijk dat de meest betrokken ministeries over het bestaan van het onderzoek zijn geïnformeerd.”

„Bij zaken die niet zeker zijn, wordt in dat overleg al snel besloten ze even weg te leggen tot ze wél zeker zijn”, zegt een hoge militair die destijds betrokken was bij de operatie. De mogelijke burgerslachtoffers bij de aanval in Hawija kwamen meermaals terug in het ambtelijk overleg. Defensie zou de kwestie telkens afdoen met de mededeling dat nader onderzoek nog uitsluitsel zou moeten geven.

En inderdaad. Het Openbaar Ministerie pakte de zaak op, maar pas in april 2018 komt de mededeling dat het OM geen onrechtmatigheden of procedurele fouten heeft kunnen vaststellen. In de tussentijd vraagt niemand naar ’Hawija’.

Vreemd

Dat is vreemd. „Als tijdens de Uruzganmissie zo’n rapport was gekomen, waren alle alarmbellen afgegaan”, zegt de militair. Tijdens die missie was er elke ochtend overleg over de operaties tussen de minister, de Commandant der Strijdkrachten of diens plaatsvervanger, de directeur operaties en de directeur voorlichting.

Bij het aantreden van Hennis is de frequentie teruggeschroefd naar eenmaal per week of minder, zodat de minister, die het toen zonder staatssecretaris moest doen, zich meer kon concentreren op de hoofdlijnen.

Vraag blijft waarom het tot begin deze maand duurde voordat iemand in het ministerie zijn hand opstak en opmerkte dat de Tweede Kamer al die tijd verkeerd was geïnformeerd. Het gebeurde toen Bijleveld zich met haar team voorbereidde op het Kamerdebat dat na berichtgeving door NRC en NOS was aangevraagd.

Een mogelijke verklaring is dat iemand bij Defensie, onduidelijk is nog altijd wie, had bedacht dat de briefing van Centcom in mei 2016 had plaatsgevonden, dus nadat Hennis tegenover de Kamer Nederlandse betrokkenheid had ontkend bij het vallen van burgerslachtoffers in Irak. Die datum is, zoals dat heet, ’een eigen leven gaan leiden’.

Voor Bijleveld, als opvolger van Hennis verantwoordelijk voor de desinformatie aan de Kamer, zit er niks anders op dan alle stommiteiten op tafel te gooien. Ze zal daarbij een veel deemoediger houding moeten aannemen dan tijdens het vorige debat, dat ze maar met de hakken over de sloot doorstond. Of ze daarbij premier Rutte uit de wind kan houden, is nog de vraag.

Wat hij wist van de mogelijke burgerslachtoffers is nog altijd onduidelijk. Met de vraag of de premier de Kamer informatie heeft onthouden komt niet alleen de positie van de minister in het schootsveld, maar ook die van de premier. Daarmee komt ook diens kabinet in de gevarenzone.

Bekijk meer van; defensie Jeanine Hennis-Plasschaert Ank Bijleveld Mark Rutte Irak Islamitische Staat Tweede Kamer der Staten-Generaal

Rutte zwijgt: dit keer over verdwenen rapport

Elsevier 15.11.2019 Hoe zit het toch met het verdwenen document over de bombardementen in Irak? Premier Mark Rutte (VVD) weigerde na de ministerraad elk inhoudelijk commentaar en wacht nader onderzoek af.

Elsevier Weekblad onthulde deze week dat het definitieve rapport van het Amerikaanse militaire hoofdkwartier Centcom over de ‘nevenschade’ bij een bombardement op 3 juni 2015 in Irak spoorloos is.

Vorige week overleefde minister van Defensie Ank Bijleveld (CDA) een motie van wantrouwen die werd ingediend in het Kamerdebat dat in crisissfeer verliep. In het debat werd uitgegaan van een ‘voorlopig rapport’ dat Centcom op 15 juni 2015 uitbracht. Daarin zou staan dat er zeventig doden waren gevallen, onder wie IS-strijders en onschuldige burgers. In zijn persconferentie vorige week was Rutte ook al zwijgzaam.

Lees wat Eric Vrijsen schreef over het verdwenen document

Intussen is het wachten op het beloofde definitieve feitenrelaas.

Het uitblijven ervan zorgt voor crisissfeer op het Binnenhof. Dat komt mede door de boosheid in de VVD over de wijze waarop CDA-minister Bijleveld voorgangster op Defensie Jeanine Hennis van de VVD met naam en toenaam aanwees als schuldige van verkeerde informatie aan de Tweede Kamer. Ze had immers verteld dat er geen burgerdoden waren gevallen. Het feitenrelaas moet ophelderen hoe de kwestie in zijn werk is gegaan.

Aha, de cliffhanger

Gevraagd of hij het document al had gevonden, zei Rutte: ‘Aha, de cliffhanger. We zijn bezig alles in kaart te brengen en zodra dat rond is volgt er een brief aan de Kamer.’

Wanneer dat dan wel zou zijn? ‘Zo snel mogelijk’ volgens de premier.

En zo ging het nog een tijdje toen BNR Nieuwsradio en Elsevier Weekblad de premier bevroegen.

Hij wilde niet beloven dat het document er volgende week is opdat de Kamer er dan over kan debatteren. ‘Wij werken zo hard mogelijk door. We kijken hoe ver we komen.’

Er is een zoekoperatie

Rutte zei niet te weten of de zoekoperatie die bij Defensie gaande is, de grootste ooit is op een ministerie. ‘Dat is mij niet bekend. Er is een zoekoperatie, maar hoe groot die is weet ik niet, in verhouding met eerder.’

Hoeveel ambtenaren erbij zijn betrokken? Rutte: ‘Geen idee.’ En op de vraag wat hij vindt van de paniek die zou zijn uitgebroken op de ministeries, zei hij dat dit niet zijn waarneming is.

De vraag of er ministers in gevaar zijn, weerde hij af door te zeggen dat er volgende week een brief komt.  ‘En verder zeg ik er niks over.’

We brengen alles in kaart

Hoe het mogelijk is dat in dit digitale tijdperk een document kwijtraakt? Rutte:  ‘U refereert aan specifieke berichten in uw eigen blad. En ik kan er verder niet op ingaan, we brengen alles in kaart en als dat gereed is dan zullen wij volledig openheid van zaken geven.’

Gerelateerde artikelen;

Kabinet zoekt nog naar antwoorden burgerdoden

Telegraaf 13.11.2019 Pas eind volgende week hoopt het kabinet duidelijkheid te kunnen geven op de vraag wanneer welke minister wist over de burgerdoden door een luchtaanval van Nederlandse F-16’s in Irak ruim vier jaar geleden. Dat heeft minister Ank Bijleveld (Defensie) de Tweede Kamer laten weten.

Vorige week werd duidelijk dat de Kamer door Defensie over de kwestie onjuist is geïnformeerd. Het leidde tot een motie van wantrouwen van bijna de hele oppositie tegen Bijleveld. Zij hoorde pas enkele dagen voor het debat dat de Kamer was voorgelogen. De volksvertegenwoordiging wil nu volledige openheid van zaken, want het is volgens Bijleveld „aannemelijk” dat de meest betrokken ministeries kort na de aanval al op de hoogte zijn gebracht.

Premier Mark Rutte zegt zich niet te kunnen herinneren dat hij op de hoogte is gesteld in juni 2015 over de burgerdoden bij de aanval op een loods in Hawija van terreurgroep IS. Daarbij kwamen zeker zeventig mensen om. Lilianne Ploumen en Bert Koenders, destijds respectievelijk minister voor Ontwikkelingssamenwerking en van Buitenlandse Zaken, kunnen zich ook niet herinneren persoonlijk te zijn geïnformeerd over de aanval.

Bekijk meer van; gewapend conflict defensie Ank Bijleveld

Kabinet: meer tijd nodig voor onderzoek informatie burgerdoden Irak

NOS 12.11.2019 Het kabinet slaagt er niet in om nog voor morgen informatie naar de Tweede Kamer te sturen over wie precies wat wist over het bombardement in 2015 op de Iraakse plaats Hawija. Bij een Nederlandse luchtaanval vielen destijds zeker zeventig burgerslachtoffers.

Toenmalig Defensie-minister Hennis meldde de Kamer, onjuist, dat er geen burgerslachtoffers waren en haar opvolger Bijleveld bood vorige week excuses aan voor die verkeerde informatie. Bijleveld noemde het aannemelijk dat ook andere ministeries op de hoogte waren gebracht van het incident, waaronder het departement van de premier. Met name eventuele betrokkenheid van premier Rutte ligt politiek gevoelig.

Zo volledig mogelijk

De Tweede Kamer wil nu precies weten wie wanneer op de hoogte is gesteld en welke kabinetsleden van de burgerdoden hebben geweten. Kamerleden wilden die informatie nog voor morgen ontvangen. Dan begint de behandeling in de Kamer van de begroting voor Buitenlandse Zaken.

Maar Bijleveld schrijft nu aan de Kamer, mede namens Rutte en de ministers Blok, Kaag en Grapperhaus, dat zij niet in staat is de antwoorden voor morgen af te hebben. Ze benadrukt dat het kabinet “zo volledig mogelijk wil zijn in de beantwoording van de vragen”.

Rutte zei vorige week woensdag dat hij zich niet kan herinneren dat hij in 2015 al op de hoogte is gesteld van burgerslachtoffers door de aanval van de Nederlandse F-16. “Er staat mij niets van bij.” En vrijdag wilde hij er op zijn wekelijkse persconferentie niet verder op ingaan. Hij zei dat nu eerst de feiten op een rijtje moeten worden gezet.

Bekijk ook;

‘Defensie kan rapport over burgerdoden niet vinden’

AD 12.11.2019 Het kabinet kan een belangrijk rapport rond het Nederlandse bombardement in Irak in 2015, waarbij zeventig burgerdoden zijn gevallen, niet vinden. Dat meldt Elsevier Weekblad. Daardoor heeft het kabinet grote moeite een feitenrelaas over de kwestie op te stellen, iets wat minister van Defensie Ank Bijleveld vorige week heeft toegezegd tijdens het debat daarover.

Tijdens het debat vorige week baseerde zowel de minister als de Kamerleden zich op een ‘voorlopig rapport’ van het Amerikaanse militaire hoofdkwartier Centcom van 15 juni 2015 over de ‘nevenschade’ bij het bombardement op een bommenfabriek van Islamitische Staat in het Iraakse Hawija. Daarbij zijn zeventig doden gevallen, waaronder onschuldige burgers.  De voorlopig versie van het rapport zou echter nogal beknopt geweest zijn, zonder details.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

De minister legde vorige week tijdens een zwaar debat in de Tweede Kamer verantwoording af over de kwestie, nadat bleek dat haar voorgangster Jeanine Hennis wist dat het ‘geloofwaardig’ was dat er bij de aanval burgerslachtoffers waren gevallen, maar aan de Kamer schreef dat er ‘voor zover op dit moment bekend’ geen burgerdoden waren gevallen.

Feitenrelaas

Bijleveld maakt excuses voor het verkeerd informeren van de Kamer en overleefde maar net een motie van wantrouwen die door vrijwel gehele oppositie werd gesteund. Ze beloofde – samen met premier Rutte – de Kamer te voorzien van een nieuw feitenrelaas om de zaak op te helderen en duidelijk te maken wie er op welk moment op de hoogte was van welke informatie.

Het ‘definitieve’ rapport – vereist voor dat feitenrelaas – ontbreekt echter, weet Elsevier Weekblad op basis van bronnen binnen Defensie. ,,Dat zijn we nu aan het uitzoeken’’, aldus een woordvoerder gisteravond. Op de vraag of Defensie het cruciale stuk gewoon kwijt is, wilde hij niet antwoorden: ,,Dat zeg ik niet.’’Het ministerie zou vervolgens daarvan op de hoogte zijn gesteld.

Het ministerie van Defensie weigert tegen deze site te reageren op de berichtgeving.

Defensie kan rapport over burgerdoden niet vinden

Elsevier 12.11.2019 Het kabinet heeft grote moeite een nieuw feitenrelaas op te stellen rond de kwestie van de zeventig burgerdoden bij een bombardement in Irak op 3 juni 2015. Volgens bronnen van Elsevier Weekblad ontbreekt het definitieve rapport van het Amerikaanse militaire hoofdkwartier Centcom over de ‘nevenschade’.

In het crisisachtige Kamerdebat van vorige week gingen minister van Defensie Ank Bijleveld (CDA) en de Kamerleden uit van een ‘voorlopig rapport’ dat Centcom op 15 juni 2015 uitbracht. Daarin zou staan dat er zeventig doden waren gevallen, onder wie IS-strijders en onschuldige burgers.

Tweede Kamer verkeerd geïnformeerd

Bijleveld zei dat haar voorganger Jeanine Hennis de Tweede Kamer in 2015 verkeerd had geïnformeerd, want eind juni 2015 had Hennis ontkend dat er burgerdoden waren gevallen door Nederlandse betrokkenheid. Defensie was er toen reeds door Centcom over ingelicht dat er wel degelijk doden waren, en ook Hennis zou daar over zijn gebriefd. Vrijwel de hele oppositie concludeerde vorige week dat de Kamer was voorgelogen.

Lees ook: Premier Rutte wil vragen over burgerdoden Irak niet beantwoorden

Een motie van wantrouwen tegen Bijleveld – die formeel verantwoordelijk is, ook voor de handelingen van haar voorgangers – haalde het vorige week niet. Bijleveld mocht blijven. De minister van Defensie en premier Mark Rutte (VVD) beloofden de Kamer klaarheid te scheppen met een nieuw ‘feitenrelaas’.

Als er een ‘voorlopig’ Centcom-rapport ligt, dan moet er ook een ‘definitief’ Centcom-rapport zijn. Volgens een bron kan Defensie dat laatste stuk niet vinden. ‘Dat zijn we nu aan het uitzoeken,’ zei een woordvoerder maandagavond. Op de vraag of Defensie het cruciale stuk gewoon kwijt is, wilde hij niet antwoorden: ‘Dat zeg ik niet.’

Centcom is het Amerikaanse militaire commandocentrum in de stad Tampa (Florida), van waaruit de geallieerde operaties in onder andere het Midden-Oosten worden geleid en geëvalueerd. Militairen beschouwden de aanval door een Nederlandse F-16 op 3 juni 2015 als ‘een voltreffer’. Een bommenfabriek van Islamitische Staat (IS) in de Noord-Iraakse stad Hawija werd vernietigd. Dit kwam ook doordat IS er veel meer explosieven had opgeslagen dan de westerse coalitie had verwacht. Er volgde een reeks ontploffingen waarbij ook tientallen burgers het leven lieten.

Nieuwe verontwaardiging voor Bijleveld

Dit laatste was uitdrukkelijk niet de bedoeling. In een initial report (voorlopig rapport) stelde Centcom het ministerie van Defensie in Den Haag op de hoogte. Volgens een bron was dit voorlopige rapport nogal beknopt en eigenlijk nauwelijks meer dan een herhaling van een nieuwsberichtje van persagentschap Reuters: ‘Zeventig doden.’

De vraag is nu waar het final report (definitieve rapport) van Centcom is gebleven. Daarin moet staan wat de anti-IS coalitie zelf heeft vastgesteld over het aantal burgerdoden. Heeft Den Haag eigenlijk wel een definitief rapport ontvangen over deze kwestie? Is er wel zo’n rapport? Zo niet, dan heeft de anti-IS-coalitie kennelijk geen eigen onderzoek gedaan naar de burgerdoden in Hawija. Minister Bijleveld kan dan rekenen op nieuwe verontwaardiging in de Tweede Kamer.

Gerelateerde artikelen;

Bombardement Hawija: bijzaken worden politieke hoofdzaken

Elsevier 10.11.2019 Na een week waarin het politieke debat werd gedomineerd door de vraag wie wat wist over de burgerdoden die vielen bij de aanval op een IS-bommenfabriek in Hawija, blikt Philip van Tijn terug. Hij verbaast zich over hoe makkelijk bijzaken tot hoofdzaken worden gebombardeerd.

Zonder Lord Carrington zou de afgelopen parlementaire week er anders uit hebben gezien. Peter Carrington trad in 1982 af als minister van Buitenlandse Zaken van het Verenigd Koninkrijk (in de regering-Thatcher) omdat op zijn ministerie niemand de Falklandoorlog had zien aankomen.

Sindsdien is deze ‘Carringtondoctrine’ leidend beginsel in Nederland en andere westerse democratieën. Ook als minister van Defensie Ank Bijleveld (CDA) en/of premier Mark Rutte (VVD) tot vorige week echt van niets hebben geweten over de waarheid van het bombardement op Hawija in 2015 maar (sommige van) hun ambtenaren wel, dan ziet het er somber voor ze uit.

Het is maar één van de aspecten van de treurige gebeurtenis van vierenhalf jaar geleden. Maar geleidelijk heeft dit aspect de meeste aandacht gekregen. Niet vanwege Ank Bijleveld, het soort minister dat niet zo moeilijk vervangbaar is.

Maar het gaat uiteindelijk om premier Rutte, die als een ware Houdini politiek alles heeft overleefd, sinds hij in 2006 politiek leider van de VVD werd en in 2010 premier. ‘Daar heb ik geen actieve herinnering aan,’ zei ‘Teflon Mark’ ook deze keer desgevraagd. Iets voor neerlandici en filosofen: bestaat passieve herinnering?

Vervelend maar waar: je moet je voorganger in bescherming nemen

Een tweede interessant aspect betreft een ander soort ministeriële verantwoordelijkheid. De minister is niet alleen verantwoordelijk voor uitspraken en handelingen van de onschendbare Koning, maar ook is hij (zie de Carringtondoctrine) formeel verantwoordelijk voor alles wat onder zijn bewind en dat van zijn voorgangers op het departement plaatsheeft.

Lees ook het commentaar van Eric Vrijsen: Bizar om Hennis tot zondebok te verklaren om burgerdoden in Irak

Het maakt het bestaan van een minister al fragiel dat de Kamer hem naar huis kan sturen, omdat iemand ergens in de krochten van zijn departement iets heel stoms heeft gedaan, met verregaande consequenties. Maar dat geldt te meer wanneer het gaat om een verantwoordelijkheid (en dus de mogelijkheid tot aftreden gedwongen te worden) van een (verre) voorganger.

Je kunt dit raar vinden, maar het is nu eenmaal (staats)recht en daarom is de positie van minister Bijleveld nog wankeler. In het Kamerdebat verdedigde zij niet tot de laatste snik haar voorganger Jeanine Hennis, maar zij nam, integendeel, duidelijk enkele malen afstand. Het verkeerd voorlichten van de Tweede Kamer mag een doodzonde zijn, dit doet er weinig voor onder.

De partij DENK is ook afwijkend in zijn taalgebruik

En dan hadden we nog Selcuk Öztürk, Kamerlid van DENK, een van de lange armen van de Turkse president Erdogan in Nederland. Hij had het in de Tweede Kamer over ‘moordenaars’ waar hij de piloten van de F-16’s bedoelde die met een internationaal mandaat in een internationale coalitie erin zijn geslaagd IS te verslaan. Het is niet eens grappig meer dat hij de volgende dag ontkende deze uitspraak – die door camera’s en microfoons is geregistreerd! – te hebben gedaan.

Sterker: het is tijd om deze ondemocratische pathologische leugenaar als een serieus gevaar te zien. Maar ook hier is de wet in het geding: een Kamerlid kan nooit worden vervolgd voor uitspraken die hij in de Tweede Kamer heeft gedaan. Toch zien advocaten in dit geval mogelijkheden vanwege het verregaande karakter van deze uitspraak. In zijn land van herkomst wordt met schuldigen aan dergelijke uitspraken heel wat minder omzichtig omgegaan.

Fijn dat Nederland zo weinig van oorlog begrijpt, maar toch

Het is natuurlijk nogal curieus dat, zoals zo vaak, eigenlijk bijzaken de discussie beheersen. De hoofdzaak is dat Nederland heeft meegedaan met een coalitie die een einde moest maken aan het schrikbewind van Islamitische Staat (IS). Daarbij zijn slachtoffers gevallen, maar als die coalitie er niet was geweest, zou IS met vrij spel ontelbaren hebben vermoord.

Meer over dit onderwerp: Premier Rutte wil vragen over burgerdoden Irak niet beantwoorden

Onze luchtmacht heeft meer dan duizend vluchten (en bombardementen) uitgevoerd. Daarbij is het dus misgegaan in Hawija: de informatie op de grond klopte niet helemaal en vooral is onderschat hoe een ‘slimme bom’ op een opslagplaats van munitie tot onvoorstelbare kettingreacties kan leiden.

En ook heeft men zich onvoldoende gerealiseerd dat terreurboeven, of ze nu IS, Hamas, Al-Qa’ida of Hezbollah heten, er een handje van hebben om burgers te dwingen te wonen vlak bij militaire doelen, als een menselijk schild. De uiterste consequentie is dat je dus geen enkel militair doel meer bombardeert, uit angst voor collateral damage (nevenschade), maar het wordt dan niet eenvoudig om de boeven te verslaan.

Doordat Nederland in de afgelopen twee eeuwen hoogstens een paar weken aan een echte oorlog heeft deelgenomen (bij Waterloo en op de Grebbeberg en enkele dappere individuen aan de kant van de geallieerden) en we al driekwart eeuw een ongekende vredestoestand beleven, bestaat in ons land een volslagen onwetendheid over wat oorlog is.

Gelukkig, kun je zeggen, maar het betekent ook een uitvergroting van oorlogshandelingen, newspeak die oorlogshandelingen ‘vredesoperaties’ noemt en een onbegrip over zaken die iemand als oud-commandant der strijdkrachten Dick Berlijn in luttele minuten kan uitleggen.

  NRC

@nrc

Leg Rutte het vuur aan de schenen en hij antwoordt nooit met een duidelijk ‘ja’ of ‘nee’. Zo overleeft hij alles. Ben je geen politieke spelmeester, dan wordt het lastig. Vraag dat maar aan Ank Bijleveld, schrijft @ZihniOzdil https://www.nrc.nl/nieuws/2019/11/09/waarom-rutte-alles-overleeft-en-bijleveld-niet-a3979705?utm_source=social&utm_medium=twitter&utm_campaign=twitter&utm_term=20191109 …

Waarom Rutte alles overleeft, en Bijleveld niet

Het stond in geen enkel verkiezingsprogramma, maar kwam toch in het regeerakkoord. „Hoe kan dat?”, vroeg de oppositie. Omdat, antwoordde premier Rutte hij ‘tot in het diepst van zijn vezels’ voelde…

nrc.nl  22:14 – 9 nov. 2019 Andere Tweets van NRC bekijken

En zo kan in dit land ex-Kamerlid voor GroenLinks Zihni Özdil in zijn wekelijkse column in de zelfbenoemde kwaliteitskrant NRC schrijven: ‘Ik weet wie perfect geschikt is om dat uit te leggen aan die nabestaanden: Jeanine Hennis. Zij is nu toch in Irak, als hoogste vertegenwoordiger van de VN. Want haar politieke beloning was deze mooie baan in het land dat ze als minister heeft gebombardeerd.’

Tot goed begrip: Özdil zei dit dus niet in de Tweede Kamer!

Meer;

Premier Rutte wil vragen over burgerdoden Irak niet beantwoorden

Elsevier 08.10.2019 ‘Minister Bijleveld heeft het debat netjes gevoerd,’ zei premier Mark Rutte (VVD) op zijn wekelijkse persconferentie. Het was een poging de kritiek in VVD-kring op de minister van Defensie te bezweren.

Tandenknarsend constateren prominenten in de wandelgangen dat Ank Bijleveld (CDA) deze week ‘haar eigen hachje redde’ door haar voorganger Jeanine Hennis ‘onder de bus te duwen’.

Het ging niet om een kleinigheid: een bom uit een Nederlandse F-16 op een explosievenwerkplaats van IS in Noord-Irak leidde 3 juni 2015 tot zulke zware ontploffingen dat niet alleen IS- strijders, maar ook tientallen onschuldige burgers omkwamen.

Volgens Bijleveld heeft ‘mijn ambtsvoorganger’ de Tweede Kamer daarover niet correct geïnformeerd. Later in het debat sprak ze over ‘minister Hennis’ die de Kamer foutief inlichtte.

Lees ook: Bizar om Hennis tot zondebok te verklaren om burgerdoden Irak

Het is zeer ongebruikelijk dat ministers de schuld van iets bij hun voorganger leggen. Staatsrechtelijk hoort dat niet: wie aantreedt neemt de politieke verantwoordelijkheid op zich, ook voor fouten van zijn of haar voorgangers. Vandaar de woede in de VVD, want zoals een van de kabinetsleden fluisterde: ‘Wij houden allemaal van Jeanine.’

Nog meer beschuldigende vingers

Bijleveld maakte het in het debat nog erger toen ze erop hintte dat ook ‘andere ministers’ in het vorige kabinet van de tientallen burgerdoden op de hoogte waren. Oeps! Ze doelde natuurlijk op VVD-premier Rutte en op de toenmalige PvdA-ministers Bert Koenders en Lilian Ploumen.

Feit is wel dat er een week na het bombardement een briefing was op het ministerie van Defensie, waar over de ‘nevenschade’ werd gesproken en waar ook de raadsadviseurs van Rutte bij aanwezig waren. Hebben die dan niks tegen hun baas gezegd? Heeft Rutte toen niet goed geluisterd?

Feiten op een rijtje zetten

De premier werd op zijn persconferentie uitgebreid doorgezaagd over de hete kwestie, maar weerde alle vragen af, want de Tweede Kamer heeft inmiddels aanvullende vragen gesteld. ‘We gaan nu alle feiten op een rijtje zetten,’ zei Rutte. Totdat hijzelf een compleet overzicht heeft, meldt hij niks.

Het onderwerp is te serieus, anders kon je van een slapstick spreken. ‘Ik ga niet hapsnap vragen beantwoorden,’ zei Rutte op de eerste vraag. ‘Het is verstandiger eerst alles in kaart te brengen,’ was het antwoord op de tweede vraag. ‘We gaan nu alles netjes uitsorteren.’ En: ‘we moeten eerst het feitencomplex beschikbaar hebben en dan ziet u het vanzelf.’ Zo ging het maar door.

Rutte wekte de indruk dat hij het zelf ook vervelend vond om niks te zeggen. Want op deze manier blijft hij maar in de inktvlek wrijven. Het idee dat zijn kabinetten de gevolgen van de oorlogvoering verdoezelen en informatie achterhouden , wordt op deze manier alleen maar sterker.

Schade aan het imago

De kranten beginnen te speculeren over de schade aan het imago van de premier en alles wat hij ooit over de strijd in Irak en Syrië zei, wordt omgekeerd.

Opvallend is bijvoorbeeld dat Rutte in 2018 op een vraag van RTL4 de indruk wekte dat hij weet had van burgerdoden. Het ging toen om een onderzoek van Justitie naar de wapeninzet door F-16 vliegers. Het OM oordeelde dat zij niks verkeerd hadden gedaan. Bijleveld meldde de Kamer toen dat er ‘zeer waarschijnlijk ‘ burgerdoden waren gevallen. Rutte zei tegen RTL4 dat er ‘een fout in de intelligence’ was geweest: onjuiste aanwijzingen van de spionnen.

Vragen hierover zei Rutte niet te kunnen beantwoorden. Gezien de gevolgen van het bombardement is dat vreemd. Maar aan de andere kant ook weer niet: het OM kijkt eigenlijk niet naar de fouten van buitenlandse inlichtingendiensten in het bondgenootschap.

Het beoordeelt alleen of de F-16 vlieger op basis van de gegevens die hij had binnen zijn geweldsmandaat (rules of engagement) bleef. Het zou zo maar kunnen dat die juridische toetsing beeldvernauwend heeft gewerkt voor het huidige en het vorige kabinet Rutte. Er leek niks aan de hand, want er was correct gehandeld en de realiteit van tientallen doden drong niet door.

Premier Rutte volhardt: geen antwoord op vragen over burgerdoden Irak

NOS 08.11.2019 “Ik laat het bij mijn eerste reactie”, “Het is van belang om de feiten op een rijtje te zetten”, “Eerst in kaart brengen hoe het zit”, “Ik beantwoord die vragen niet”, “Het is niet verstandig om op allerlei vermoedens in te gaan”, “U doet allerlei aannames”, “Deze vraag past in de reeks vragen in deze persconferentie en die respecteer ik allemaal, maar ook deze vraag ga ik niet beantwoorden.”

In zijn wekelijkse persconferentie wilde premier Rutte op geen enkele manier ingaan op de kwestie-Hawija. Zo’n twintig minuten lang legden journalisten hem het vuur na aan de schenen, maar Rutte gaf geen krimp. De vraag die voorligt is of Rutte wist van de zeventig burgerslachtoffers die in 2015 zijn gevallen bij een bombardement door een Nederlandse F-16 in Irak.

Zo zagen de eerste minuten van het vragengedeelte van de persconferentie eruit:

‘Snapt u dat de Kamer grote twijfels heeft over de informatievoorziening?’

Dinsdag werd tegen minister Bijleveld van Defensie een motie van wantrouwen ingediend, omdat haar voorganger Hennis-Plasschaert tot twee keer toe de Kamer onjuist informeerde. Hennis hield destijds vol dat Nederland niet betrokken was bij de dood van burgers in Irak, terwijl ze kort na het bombardement op de hoogte was gesteld door de VS dat er burgerslachtoffers waren gevallen.

Lees hier hoe de Kamer jarenlang in het duister tastte over burgerdoden in Irak

In het debat zei Bijleveld dat ook andere ministeries kennis hadden van de burgerdoden. Ze werden kort na de aanval op de hoogte gebracht dat het zeer aannemelijk was dat er een groot aantal onschuldige slachtoffers was gevallen.

Bijleveld noemde daarbij de ministeries van Algemene Zaken, Buitenlandse Zaken en Veiligheid en Justitie. Rutte, die toen ook al premier was, zei de volgende dag dat hij zich niet herinnert dat hij op de hoogte is gesteld. Het is volgens hem wel mogelijk dat ambtenaren van hem zijn bijgepraat over de kwestie.

Vandaag wilde de premier daar dus niets aan toevoegen. “Hij moet natuurlijk op eieren lopen, want dit is een uiterst gevoelige kwestie”, zegt politiek verslaggever Ron Fresen. “Dit debat is ook nog lang niet klaar. En alles wat hij hier nu over zegt, kan hij als een boemerang terugkrijgen. En dan kan het ook over zijn eigen positie gaan.”

De schade in Hawija was goed zichtbaar op satellietbeelden Azmat Khan/The New York Times

Bert Koenders, destijds minister van Buitenlandse Zaken, reageerde deze week stelliger dan Rutte: “Ik kan me er niets van herinneren. Ik ben er absoluut niet over ingelicht. Als je het over dit soort aantallen slachtoffers hebt, vergeet je dat niet. Dat zou alle alarmbellen af doen gaan.” Ook de toenmalige minister voor Ontwikkelingssamenwerking, Ploumen, reageerde verbaasd: “Ik ben niet persoonlijk geïnformeerd over de gebeurtenissen.”

GroenLinks-Kamerlid Diks, die de motie tegen minister Bijleveld had ingediend, noemt het idee dat de minister-president niet zou zijn ingelicht over 70 burgerdoden “ongelooflijk en ook heel ongeloofwaardig”. Ook hekelt ze het feit dat de Tweede Kamer destijds niet werd ingelicht. “Blijkbaar is dat bij niemand opgekomen. Dat is haast onbegrijpelijk.”

SP-Kamerlid Karabulut is net zo kritisch. “We kunnen concluderen dat er is gelogen, dat er informatie is achtergehouden, dat de leugen voor een deel in stand wordt gehouden en dat de beloofde transparantie er nog altijd niet is.”

Minister Bijleveld heeft gezegd dat ze gaat uitzoeken wie er precies van wist op welk moment.

Nederlandse vluchten

Nederlandse F-16’s werden tussen 2014 en 2016 en in 2018 ingezet in Irak en Syrië als onderdeel van een grote internationale coalitie onder leiding van de VS. Daarbij werden vanuit Jordanië ruim 2100 luchtaanvallen uitgevoerd. Doel van de missie was om IS te bestrijden.

Uit onderzoek van de NOS en NRC bleek drie weken geleden dat in de nacht van 3 juni 2015 bij een Nederlandse aanval op een bommenfabriek van IS in de Iraakse plaats Hawija een wijk volledig werd verwoest. Het was een van de bloedigste aanvallen van de internationale coalitie in de strijd tegen IS. Hierbij kwamen zeker zeventig mensen om het leven, onder wie volgens ooggetuigen kinderen.

Bekijk ook;

Geprikkelde Rutte wil geen vragen beantwoorden over burgerdoden in Irak

NU 08.11.2019 Premier Mark Rutte wilde vrijdag niet ingaan op vragen over wanneer hij op de hoogte was van het feit dat er burgerdoden waren gevallen bij Nederlandse luchtaanvallen in Irak in 2015.

“We gaan eerst alle feiten op een rijtje zetten en daarna de Kamer informeren”, aldus de premier.

Rutte maakte op zijn wekelijkse persconferentie na afloop van de ministerraad een geïrriteerde indruk en verwees herhaaldelijk naar zijn opmerkingen van eerder deze week.

Rutte zei woensdag zich niet te kunnen herinneren dat hij is geïnformeerd over de aanvallen op de Iraakse steden Hawija en Mosoel waarbij 74 mensen om het leven kwamen.

“Er staat mij niets van bij”, zei de minister-president toen. Hij wilde er vrijdag op de persconferentie verder niets over kwijt. “Ik heb er al een eerste reactie op gegeven.” De vraag of hij vindt dat zijn positie in gevaar is, beantwoorde hij met een “nee”.

Journalisten nemen Rutte onder vuur over burgerdoden in Irak

Rutte zit in een lastig parket

Rutte bevindt zich in een lastig positie. Dinsdagavond debatteerde de Tweede Kamer met minister Ank Bijleveld (Defensie) over de bombardementen. De bewindsvrouw overleefde dinsdag ternauwernood een motie van wantrouwen.

Zij moest zich verantwoorden voor het feit dat haar voorganger, voormalig minister Jeanine Hennis-Plasschaert, de Kamer verkeerd heeft geïnformeerd.

Hennis-Plasschaert meldde de Kamer in 2015 dat er bij aanvallen geen burgerslachtoffers waren gevallen, terwijl later bleek dat het ministerie beschikte over een intern verslag en een Amerikaanse rapportage waarin staat dat het “geloofwaardig was” dat er bij de aanval in Hawija burgers om het leven waren gekomen.

Minister Bijleveld voegde daar dinsdag aan toe dat niet alleen Hennis-Plasschaert van de burgerdoden wist, maar ook het ministerie van Algemene Zaken van premier Rutte.

SP-Kamerlid Sadet Karabulut benadrukte in een eerdere reactie dat het van belang is om te weten wanneer de premier hiervan op de hoogte is gesteld. “Ik wil dat weten, omdat als hij kennis heeft genomen van de inhoud, hij de leugen dat er geen burgerslachtoffers zijn gevallen de afgelopen jaren in stand heeft gehouden”, zei ze deze week.

Zie ook: Dit weten we over de luchtaanval met burgerdoden in Irak

Lees meer over: Politiek  Mark Rutte

Rutte zwijgt over bombardement Irak

Telegraaf 08.11.2019 Premier Rutte weigert voorlopig vragen te beantwoorden over wat hij wist of niet wist over de burgerdoden bij een Nederlands bombardement in Irak in 2015. Na de ministerraad wrong de minister-president zichzelf in allerlei bochten om vooral geen antwoord te geven op talrijke vragen van journalisten.

De oppositie wil het naadje van de kous weten nu minister Bijleveld (Defensie) deze week suggereerde dat het ministerie van Rutte al eerder op de hoogte is gesteld van de slachtoffers. „Er staat mij helemaal niets van bij”, zei hij eerder deze week. Mogelijk wisten zijn ambtenaren er wel van, vermeldde Rutte.

De oppositie wil het naadje van de kous weten nu minister Bijleveld (Defensie) deze week suggereerde dat het ministerie van Rutte al eerder op de hoogte is gesteld van de slachtoffers. „Er staat mij helemaal niets van bij”, zei hij eerder deze week. Mogelijk wisten zijn ambtenaren er wel van, vermeldde Rutte.

Bekijk ook:

Irakezen zijn Jeanine Hennis zat 

De minister-president stelde vrijdag na de ministerraad niet ’hap-snap’ te willen antwoorden. Achter de schermen probeert zijn ministerie in kaart te brengen wat er waar is van de suggestie van Bijleveld en als dat het geval is, wat er daarna met de informatie is gedaan op zijn departement.

Gevoelige kwestie

De kwestie ligt gevoelig, omdat Bijleveld om de kwestie al door het oog van de naald kroop toen vrijwel de hele oppositie een motie van wantrouwen tegen haar steunde. Als blijkt dat Rutte er van wist of er niet de waarheid over heeft verteld kan ook zijn positie onder vuur komen te liggen. Zelf zei de premier vrijdag dat hij zich daar geen zorgen over maakt.

Bekijk ook:

Wat wisten Rutte en Asscher over burgerslachtoffers in Irak? 

Bekijk ook:

Bijleveld overleeft motie van wantrouwen voor burgerdoden Irak 

Bekijk meer van; gewapend conflict defensie Mark Rutte Bijleveld Den Haag Irak

Rutte wil niet ‘hapsnap’ zeggen wat hij wist van bombardementen Irak

AD 08.11.2019 Een zichtbaar ongemakkelijke premier Mark Rutte wilde gisteren niet zeggen wanneer hij is ingelicht over de burgerdoden die zijn gevallen bij Nederlandse bombardementen in Irak. Hij weet: nu de Tweede Kamer zich voorgelogen voelt, gaan ze achter hem aan.

Op zijn wekelijkse persconferentie ging de premier, anders dan normaal, bij herhaling vragen uit de weg over wat hij nu eigenlijk wanneer wist.

Bij een debat in de Tweede Kamer erkende defensieminister Ank Bijleveld deze week dat het parlement in juni 2015 verkeerd is geïnformeerd. Toenmalig minister van Defensie Jeanine Hennis zei toen dat er geen ‘Nederlandse betrokkenheid’ was bij burgerslachtoffers, terwijl ze al was ingelicht dat dit waarschijnlijk wél zo was.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Pijlen

Waar de Tweede Kamer de pijlen eerst richtte op Bijleveld, die een motie van wantrouwen tegen zich ingediend zag worden, verschuift die aandacht nu naar de premier. In een reeks schriftelijke vragen is ook Rutte gevraagd wanneer hij nu precies meer wist.

Deze week wilde de premier alleen nog zeggen dat hij zich niet kan herinneren in 2015 te zijn ingelicht over de burgerslachtoffers. ,,Er staat mij helemaal niets van bij,’’ zei de premier. Het ‘zou wel kunnen’ dat zijn ambtenaren op de hoogte waren.

Dat haperende geheugen wekte meteen ergernis in de Kamer. Dat excuus kennen we wel van hem, klonk het. Rutte zei dat immers ook toen het ging over memo’s rond de afschaffing van de dividendbelasting. Toen heette het dat hij zich die niet ‘kon herinneren’. En toen Halbe Zijlstra aan hem opbiechtte dat hij nooit op bezoek was geweest bij Poetin had Rutte ‘geen actieve herinnering’ aan met wie hij met die bekentenis deelde.

Rutte realiseert zich dat hij de Kamer nu klinisch zal moeten voorlichten wat hij en andere kabinetsleden wisten. Hij wimpelde daarom vragen van journalisten maar af. ,,Ik respecteer uw vragen, ik zou ze misschien ook stellen, maar we moeten nu echt eerst de Kamer informeren.’’

Rutte wil namelijk niet ‘hapsnap’ vertellen wanneer hij wat wist, besloot de premier. Liever moet alles er komende week liggen, zo is de hoop, in een gedetailleerde brief.

Briefing

Cruciaal daarbij zijn de dagen na 9 juni 2015. Toen hoorde Hennis tijdens een briefing van mogelijke burgerdoden bij de militaire actie bij het Irakese Hawija. Die kennis werd vervolgens gedeeld met andere departementen, waaronder dat van Rutte.

Dat gebeurde tijdens een zogenoemde interdepartementale werkgroep, waarin ook zijn raadadviseurs zitten. Vraag is nu vooral: bereikte die kennis de premier en wanneer? Want anderhalve week later loog Hennis immers de Tweede Kamer voor dat haar van ‘Nederlandse betrokkenheid’ niets bekend was.

Overigens ligt Hennis, tegenwoordig VN-gezant in Irak, daar ook onder vuur. Op sociale media wordt zij opgeroepen het land te verlaten. Daarbij wordt ook gewezen op de burgerslachtoffers die vielen in het land in de tijd dat zij als minister verantwoordelijk was voor de inzet van F-16’s tegen terreurorganisatie Islamitische Staat (IS).

Kritiek in Irak op tweet Hennis: ‘Ze geeft meer om olie dan om mensen’

NOS 08.11.2019 Irakezen zijn boos op oud-minister Jeanine Hennis. Zij is nu VN-gezant in Irak en tweette twee dagen geleden over de economische gevolgen van de protesten in het land. Al meer dan een maand lang gaan Irakezen de straat op om hervormingen te eisen. Daarbij blokkeren ze wegen, olievelden en havens.

In haar bericht schrijft ze dat de “ontregeling van cruciale infrastructuur een grote zorg is” en dat het “schadelijk is voor de Irakese economie”. Volgens correspondent Marcel van der Steen valt haar opmerking helemaal verkeerd bij demonstranten. In reacties op sociale media verwijten Irakezen het haar dat ze meer om olie zou geven dan om mensen, vertelt hij in het NOS Radio 1 Journaal. Zij maken haar uit voor ‘leugenaar’ en eisen haar vertrek.

 Jeanine Hennis @JeanineHennis

Disruption of critical infrastructure also of grave concern. Responsibility of all to protect public facilities. Threats/closures of roads to oil installations, ports causing billions in losses. Detrimental to #Iraq’s economy, undermines fulfilling protesters’ legitimate demands.

Ze verbinden haar tweet ook aan het nieuws over de zeker 70 burgerslachtoffers die vielen bij een Nederlandse F16-aanval in Irak in 2015, vertelt Van der Steen. Het nieuws over die burgerslachtoffers kwam vorige maand na onthullingen van de NOS en NRC naar buiten.

Hennis was toen minister van Defensie, en ze verzweeg de burgerdoden. Tot twee keer toe vertelde ze de Kamer dat er geen burgerdoden te melden waren. Uiteindelijke erkende het kabinet afgelopen maandag de Nederlandse verantwoordelijkheid voor wat wordt gezien als een van de bloedigste aanvallen van de internationale coalitie.

Afgelopen dinsdag bleek ook dat Hennis kort na de luchtaanval op de hoogte is gesteld over het bombardement waarbij 70 doden zijn gevallen. De huidige minister van Defensie, Ank Bijleveld, bood haar “oprechte excuses” voor het onjuist informeren van de Kamer.

Het nieuws over Hennis leeft in Irak, zegt Van der Steen: “Irakezen verwijten het haar nu dat ze dat nieuws toen stil heeft gehouden.”

“Dat het allemaal om olie zou gaan, wordt voor veel Irakezen nu weer bevestigd door de tweet van Hennis” , aldus Laila al-Zwaini, arabist.

“De jongeren die nu in opstand komen vinden dat Hennis vooral de kant van de corrupte regering kiest”, zegt de Nederlands-Iraakse arabist Laila al-Zwaini. “Ze hebben het idee dat ze daar alleen maar is voor de oliebelangen en niet voor de Irakezen die sterven.”

Al-Zwaini verwijst ook naar de Amerikaanse invasie in 2003. “Toen leefde hetzelfde sentiment. Veel Irakezen hadden het idee dat het Amerika vooral om de olie ging”, legt ze uit. “Dat het allemaal om olie zou gaan, wordt voor veel Irakezen nu weer bevestigd door de tweet van Hennis.”

Hennis reageerde later in een tweet dat “de Verenigde Naties een partner is voor iedere Irakees die het land beter wil maken”. Uit de reacties op Twitter valt op te maken dat veel Irakezen geen boodschap hebben aan excuses.

 Ahmed Albasheer -احمد البشير @ahmedalbasheer1

We call for the immediate resignation of @UNIraq head & SRSG @antonioguterres, @JeanineHennis for her negligence in defending the #HumanRights of Iraqis in #IraqProtests. We have no trust in her capabilities https://t.co/lKY06RkZhh

Correspondent Van der Steen vertelt in dat het leven steeds meer stil komt te liggen in het land. “Een grote haven in het zuiden is geblokkeerd en ook bedrijven hebben het moeilijk en blijven vaak dicht.”

Dat heeft onder meer te maken met het afsluiten van het internet door de overheid. “Het grootste deel van de tijd is er geen internet, waardoor bijvoorbeeld banken, toerisme-organisaties en telefoonbedrijven hun werk niet kunnen doen.”

De economie van het land zou volgens een bron bij de Centrale Bank in Irak sinds het uitbreken van de protesten zo’n 40 miljoen dollar per dag aan schade lijden, in totaal zou het in ruim een maand gaan om zo’n 1,5 miljard dollar, meldt persbureau Reuters.

Geweld houdt aan

Het gewelddadige optreden van de autoriteiten tegen de demonstranten gaat ondertussen door. “Er wordt nog altijd met scherp geschoten”, vertelt Van der Steen. “Gisteren vielen er in Bagdad zes doden bij een poging een brug over te komen die leidt naar de groene zone, de plek waar de regeringsgebouwen zitten.” Ook in de zuidoostelijke stad Basra was het gisteren raak, daar vielen vier doden.

Het totale dodenaantal is sinds de protesten op 1 oktober begonnen, gestegen tot boven de 260.

De secretaris-generaal van de Verenigde Naties heeft het geweld gisteren veroordeeld en roept de regering op ermee te stoppen. Maar Van der Steen ziet dat niet direct gebeuren. “De regering heeft hervormingen en nieuwe verkiezingen aangekondigd. Maar demonstranten hebben er geen vertrouwen in dat de beloften worden nagekomen. Ze gaan dus door met protesteren.”

Bekijk ook;

Irakezen zijn Jeanine Hennis zat

Telegraaf 08.11.2019 Irakezen eisen massaal het ontslag van Jeanine Hennis, de hoogste VN-gezant in het land dat al weken in de greep is van bloedige protesten. Hennis ligt onder vuur na uitlatingen op Twitter, waarin zij volgens de demonstranten het belang van olie laat prevaleren boven dat van de gewone bevolking. In de bewuste tweet schrijft Hennis: „Bedreigingen/sluitingen van wegen naar olie-installaties en havens veroorzaken miljardenverliezen. Dat is schadelijk voor de economie van Irak en ondermijnt de inwilliging van de legitieme eisen van de demonstranten.”

De Irakezen zijn nu online een petitie gestart waarin zij het vertrek eisen van Hennis, wier beeltenis op het platform is doorgehaald met een groot rood kruis. Zij wordt weggezet als een lakei van de Iraakse autoriteiten, westerse olieproducenten en zelfs van het Iraanse regime, dat via lokale milities verantwoordelijk is voor een groot deel van de dodelijke slachtoffers.

Ook wijzen Irakezen via sociale media op haar verleden als minister van Defensie. In die rol ontkende zij in 2015 dat er bij een Nederlandse aanval op Irak burgerdoden waren gevallen, al was zij daar eerder al wel over geïnformeerd.

Onmogelijke positie

Hennis verkeert nu in een onmogelijke positie: zij roept in Irak op tot een nationale dialoog tussen de regering en de demonstranten, maar kan daarin zelf als ’onpartijdige bemiddelaar’ moeilijk meer een rol spelen. Zij wordt niet langer geaccepteerd door de woedende betogers, die dagelijks met gevaar voor eigen leven de straat op gaan om onder meer het vertrek van de regering te eisen. Tot dusver zijn er meer dan 250 doden gevallen.

Bekijk ook: 

VN-gezant Jeanine Hennis: stop geweld in Irak 

Daarmee toont Hennis volgens de woedende Irakezen het ware gezicht van de ’corrupte’ Verenigde Naties: het gaat de organisatie volgens hen niet om de mensen, maar het geld. De timing is ook ongelukkig: de Verenigde Staten verklaarden de afgelopen weken alleen nog in buurland Syrië te blijven om de oliebronnen daar veilig te stellen. Zo wordt het beeld verscherpt dat het Westen alleen maar uit is op het zwarte goud en geen zier geeft om de creperende bevolking.

Winsten verdwijnen

Hennis heeft het over miljardenverliezen als gevolg van blokkades (volgens de regering gaat het om 6 miljard dollar), maar de betogers wijzen erop dat die winsten doorgaans verdwijnen in de zakken van corrupte politici. De bevolking van een van de belangrijkste olieproducten ter wereld – murw geslagen door een opeenvolging van oorlogen – profiteert er nauwelijks van.

Hennis probeerde later nog de schade te beperken met een nieuwe tweet, waarin zij zich verdedigde tegen de ’beschuldigingen van vooringenomenheid’. Volgens haar zijn de Verenigde Naties de ’partner van iedere Irakees die naar verandering streeft’.

Maar het kwaad was al geschied. Irakezen omschrijven haar als een ’verrader’ die zich ’moet schamen’ omdat zij de ’slaaf is van olie, geld en bloed’. Ook wordt ze weggezet als een ’blondje in designerkleding’ dat wel even komt vertellen hoe het allemaal moet. Een dame bezweert dat zij wanneer zij Hennis ziet een schoen naar haar hoofd zal gooien, de ultieme belediging in de islamitische wereld. Naar George W. Bush gooide ooit een Iraakse journalist beide schoenen tijdens een persconferentie.

Te close met Iran

Hennis wordt ook verweten te close te zijn met Iran, dat een kwalijke rol speelt in het neerslaan van de protesten. De betogers eisen een totale verandering van het politieke systeem, waardoor Iran zijn invloed in gevaar ziet komen.

Hennis is sinds vorig jaar de hoogste VN-gezant in Irak. Een lastige functie in een verdeeld land dat nog altijd probeert te herstellen van de oorlog tegen Islamitische Staat. Zij bezocht vorige week nog de demonstranten op het Tahrirplein in Bagdad, waar zij hun ’legitieme eisen’ erkende.

Bekijk ook: 

Wat wisten Rutte en Asscher over burgerslachtoffers in Irak? 

Ook veroordeelde Hennis het geweld, al zou zij zich volgens velen in het land veel harder moeten uitspreken over de verschillende bloedbaden. Door de aanhoudende chaos in het land zou premier Mahdi inmiddels bereid zijn op te stappen, maar zijn vertrek wordt door Iran tegengehouden.

Bekijk meer van; internationale betrekkingen burgerlijke onrust overheid gewapend conflict Jeanine Hennis-Plasschaert Irak Iran Verenigde Naties

Oud-minister Jeanine Hennis wordt als VN-gezant in Irak beveiligd. Deze foto is van eerder dit jaar.

Oud-minister Jeanine Hennis wordt als VN-gezant in Irak beveiligd. Deze foto is van eerder dit jaar. © AFP

Oud-minister Hennis ook onder vuur in Irak

AD 08.11.2019 Oud-minister Jeanine Hennis ligt nu ook in Irak onder vuur, waar ze werkt als gezant van de Verenigde Naties. Er is op sociale media een campagne tegen haar gestart waarin ze wordt opgeroepen te verdwijnen uit het land.

Hennis wordt als VN-gezant zwaar beveiligd. In Irak is het al weken onrustig. Er wordt massaal geprotesteerd tegen de werkloosheid en de corruptie. Daarbij zijn naar schatting al 250 doden gevallen. Hennis riep op Twitter op tot kalmte, maar dat schoot bij sommigen in het verkeerde keelgat. Volgens demonstranten is ze ‘meer begaan met de westerse oliebelangen dan met de Irakese bevolking’.

Lees ook;

Hennis wist van mogelijke burgerslachtoffers, zei dat er ‘voor zover bekend’ geen waren

Lees meer

Irak staat in brand: grootste opstand sinds val Saddam Hoessein

Irak staat in brand: grootste opstand sinds val Saddam Hoessein

Lees meer

In de bewuste tweet schreef Hennis: ,,We zijn allemaal verantwoordelijk voor het beschermen van openbare voorzieningen. Bedreigingen/sluitingen van wegen naar olie-installaties en havens veroorzaken miljardenverliezen. Dat is schadelijk voor de economie van Irak en ondermijnt de legitieme eisen van de demonstranten.’’

@JeanineHennis

Disruption of critical infrastructure also of grave concern. Responsibility of all to protect public facilities. Threats/closures of roads to oil installations, ports causing billions in losses. Detrimental to #Iraq’s economy, undermines fulfilling protesters’ legitimate demands.

355  12:07 PM – Nov 6, 2019 6,581 people are talking about this

Die uitspraak veroorzaakte een storm van protest. ,,Stelt u zich eens voor dat deze mensen in uw land waren omgekomen. Wat zou dan u tegen de wereld hebben gezegd?” reageert Irakees Jaweed Kadeem woedend onder de tweet. Sommigen plaatsten een foto van Hennis met een groot rood kruis erdoor.

Hennis na de ruim 6000 reacties een nieuwe tweet waarin ze probeerde de gemoederen te bedaren: ,,In reactie op beschuldigingen dat ik vooringenomen zou zijn: de VN staat zij aan zij met elke Irakees die verandering wil. Samen kunnen Irakezen van hun land een betere plek maken. En wij zijn hier om dat te ondersteunen.’’

Bombardement

In de protesten tegen de aanwezigheid van Hennis wordt ook gewezen naar haar vorige functie als minister van Defensie. In die periode kwamen zo’n 70 burgers om bij een bombardement door een Nederlandse F-16 op een bommenfabriek van IS in het Irakese Hawija.

Deze week kwam dat niet alleen in Nederland, maar ook in Irak in het nieuws. Net als het nieuws dat Hennis vlak na het bombardement nog aan de Tweede Kamer meldde dat er ‘voor zover bekend’ geen burgerslachtoffers waren gevallen door Nederlandse wapeninzet.

Op dat moment was zij echter al anderhalve week op de hoogte van het feit dat dat waarschijnlijk wél het geval was. De Irakezen die zich al tegen Hennis keerden, schrijven op social media dat ze ‘toen ook al een leugenaar was’. Ook staat op Facebook te lezen dat ‘Irakese doden haar niet kunnen schelen’.

Hennis is sinds vorig jaar hoofd van UNAMI, een speciale missie van de VN in Irak. Ze adviseert zowel de Irakese regering als verschillende bevolkingsgroepen.

© Foto Evert-Jan Daniels/ANP Jeanine Hennis-Plasschaert is Speciaal Vertegenwoordiger van de Secretaris-Generaal van de VN voor Irak en als Hoofd van de VN-Missie UNAMI.

Iraakse demonstranten willen af van ‘leugenaar’ Jeanine Hennis

MSN 08.11.2019 Irakezen zijn op sociale media een actie gestart tegen VN-gezant Jeanine Hennis-Plasschaert. Met hashtags als „Jeanine Hennis is corrupt schaam je” en „Jeanine Hennis leugenaar ga Irak uit” proberen ze de Nederlandse te bewegen om op te stappen. Door Hennis’ foto is door de Twitteraars een groot rood kruis gezet.

De Irakezen zijn gepikeerd over een tweet van Hennis waarin ze demonstranten lijkt op te roepen belangrijke (olie)infrastructuur met rust te laten. Iraakse jongeren protesteren al weken tegen de corrupte overheid, de ongelijkheid en de invloed van buurland Iran. Door het harde optreden van de ordediensten zijn tot nu toe meer dan 260 doden en honderden gewonden gevallen. Deze donderdag zijn nog zeker zes demonstranten doodgeschoten door de Iraakse veiligheidsdiensten, meldt persbureau Reuters.

Hennis’ tweet leidde al tot ruim 5.500 – merendeels verontwaardigde – commentaren. „Olie is belangrijker dan het Iraakse volk?” vraagt iemand. Anderen wijzen erop dat het volk nooit van de genoemde olie en havens heeft geprofiteerd.

Sommige deelnemers aan de campagne op sociale media leggen een verband tussen Hennis’ huidige positie en haar vorige baan. „Iraakse doden kunnen haar niet schelen” en „Het is niet de eerste keer dat ze liegt”, schrijven zij op Twitter en Facebook. Daarmee verwijzen ze naar 2015, toen Hennis nog minister van Defensie was in Nederland en de Tweede Kamer verkeerd informeerde over Iraakse burgerdoden.

Het nieuws over de Nederlandse erkenning van de meer dan zeventig burgerdoden die vielen bij een bombardement op de Iraakse stad Hawija was deze week te zien op de Iraakse televisie. Het nieuws werd ook in andere Arabische media gedeeld.

Het mysterie van de 70 burgerslachtoffers in Irak: wat wist premier Rutte?

MSN 08.11.2019 De Nederlandse aanval in 2015 in Irak waarbij zeker 70 burgerdoden zijn gevallen, roept veel vragen op. Ook over de rol van premier Rutte. Toenmalig minister Hennis wist al een paar dagen na de aanval dat er burgerslachtoffers waren gevallen, maar Rutte zegt dat hij toen van niets wist. Hoe kan dat?

Het bombardement op Hawija

Vanaf oktober 2014 tot juli 2016 neemt Nederland voor het eerst deel aan een F-16-missie boven Irak en Syrië. Na publicaties van NRC en NOS blijkt dat Nederland verantwoordelijk is voor een bombardement op een bommenfabriek van IS in Hawija, Irak. 70 burgerslachtoffers komen om het leven. Zowel Defensie als het Openbaar Ministerie hebben het bombardement onderzocht. Volgens Defensie zijn alle procedures gevolgd.

Het OM vindt geen strafbare feiten. De toenmalige minister van Defensie, Hennis, weet al in 2015 over de burgerdoden, maar geeft foute informatie aan de Tweede Kamer. Op 23 juni 2015 zegt ze dat er geen sprake is geweest van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers door luchtaanvallen in Irak.

‘Alle betrokken ministeries op de hoogte’

Terug naar afgelopen dinsdag. Ank Bijleveld heeft een zware avond. De Kamer legt de ervaren politica op de gril: waarom deed Defensie jarenlang geheimzinnig over burgerslachtoffers? Waarom heeft de vorige minister de Kamer verkeerd geïnformeerd? Waarom wist Bijleveld pas afgelopen weekend over het verkeerd informeren?

De ervaren Bijleveld heeft niet overal een duidelijk antwoord op. Ze overleeft met steun van een nipte meerderheid. Haar excuses worden geaccepteerd, maar bijna alle oppositiepartijen stemmen voor een motie van wantrouwen. Pijnlijk voor de ervaren politica.

Aan het einde van een zeer lastige avond voor Bijleveld gebeurt er nog iets opvallends. Meerdere fracties hebben expliciet gevraagd of premier Rutte in 2015 ook is geïnformeerd over het Hawija-bombardement. Ja, zegt Bijleveld.

De betrokken ministeries – Algemene Zaken, Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel & Ontwikkelingssamenwerking en Justitie & Veiligheid – waren op de hoogte. “Het is aannemelijk dat de meest betrokken ministeries over het bestaan van het onderzoek zijn geïnformeerd”, zo leest Bijleveld voor.

© Aangeboden door RTL Nederland

Ministers van toen ontkennen

Nee hoor, zeggen ministers van toen. “Ik ben niet geïnformeerd over de Nederlandse betrokkenheid, dus het antwoord is nee”, zegt Lilianne Ploumen, destijds minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Ook de toenmalige minister van Buitenlandse Zaken, Bert Koenders, ontkent.

Ook premier Rutte is zeer verbaasd. “Er staat mij helemaal niets van bij”, zegt de premier. Het ‘zou wel kunnen’ dat zijn ambtenaren op de hoogte waren. Niet vreemd, vindt Rutte. “Jongens, dat is vier jaar geleden”, verzucht hij tegen RTL Nieuws.

 Fons Lambie

✔ @fonslambie

Premier #Rutte is in 2015 niet geïnformeerd dat bij Nederlands bombardement in #Irak 70 burgerdoden zijn gevallen. “Staat mij helemaal niets van bij. Kan dat ambtelijk is bijgepraat”, zegt Rutte tegen @RoelSchrein. Premier hoorde zondag dat Kamer onjuiste info heeft gehad.

54  5:46 PM – Nov 6, 2019 152 people are talking about this

‘Totaal ongeloofwaardig’

“Ik val in de ene verbazing in de andere. Je kunt je toch niet voorstellen dat hem wel gemeld is en dat hij het vergeten is”, zegt Kamerlid Isabelle Diks van GroenLinks. “Het zou kunnen dat het Rutte niet is verteld is en dat is eigenlijk nog erger.”

“Totaal ongeloofwaardig. Dit kan niet kloppen”, zegt SP-Kamerlid Sadet Karabulut. “Dit roept alleen maar meer vragen op. Hoe is het in godsnaam mogelijk? Zo’n trieste gebeurtenis waar piloten diep van onder de indruk zijn. Een groot drama. En dan zou de minister-president hierover niet geïnformeerd zijn? Nou, dan hebben we echt als land een groot probleem.”

Beide Kamerleden hebben opnieuw schriftelijke vragen ingediend. Dat Hennis foute informatie aan de Kamer heeft gegeven, is bekend. Maar wist Rutte dat ook?

“Nu willen wij weten: welke minister, welke ministerie was op de hoogte. Dat moet op tafel komen, want de verwarring wordt alleen maar groter”, zegt Diks. “Dit is heel erg belangrijk, omdat het uitmaakt voor de keuzes van ons parlement voor onze militairen. Wij moeten weten welke gevolgen de inzet van Nederlandse militairen heeft gehad.”

Wat is er aan hand?

Minister Bijleveld blijft bij haar eerdere antwoorden, zegt ze tegen verslaggevers. Ze gaat nu eerst de Kamervragen beantwoorden en laat uitzoeken wat op welk ministerie bekend was. “Ik laat de feiten spreken en daar moet u nog even op wachten.”

“Hoe het precies zit, weten we niet”, zegt politiek verslaggever Fons Lambie. “Maar kijk nog eens wat Rutte precies zegt: het kan dat er ambtelijk is geïnformeerd… Zouden topambtenaren het dan wel hebben geweten?”

© Aangeboden door RTL Nederland

Wat wisten topambtenaren?

In politiek Den Haag vergaderen topambtenaren van betrokken ministeries regelmatig over militaire missies. Interessant is de ‘Stuurgroep Missies en Operaties’. Daar bespreken de hoogste militairen en belangrijkste topambtenaren alle ontwikkelingen rond militaire missies. Is daar over de burgerslachtoffers gesproken?

“Kijk eens wie in die stuurgroep zit”, zegt Fons Lambie. “De Commandant der Strijdkrachten, de hoogste militair van Nederland. De directeur-generaal Politieke Zaken van het ministerie van Buitenlandse Zaken, een van allerbelangrijkste topambtenaren op Buitenlandse Zaken. De Raadsadviseur van Algemene Zaken, de ogen en oren van de premier op dit beleidsterrein.

Dit zijn niet de minsten”, zegt Lambie. “Als in dat overleg wordt besproken dat er 70 burgerslachtoffers zijn gevallen, dan moeten de Haagse topambtenaren meteen hun minister informeren. Direct. Zonder twijfel.”

Dat is blijkbaar niet gebeurd, want de ontkenningen van Rutte, Koenders en Ploumen zijn glashelder.

Of hield Defensie het geheim?

Een ander scenario is dat Defensie nooit duidelijk gecommuniceerd heeft met andere ministeries. Zonder concrete aantallen of locaties is het lastig om vast te stellen wat een begrip als ‘nevenschade’ of een omschrijving als ‘mogelijke burgerslachtoffers’ precies inhoudt.

Tijdens een militaire missie wordt heel beperkt geïnformeerd. Vanwege de geheimhouding en de veiligheid van onze militairen wordt informatie over een bombardement niet met half Den Haag gedeeld, zo zeggen insiders.

Ministerraad sprak er één keer over

Voor zover bekend heeft de ministerraad één keer over burgerslachtoffers tijdens militaire missies gesproken. Op 13 april 2018. Door het kabinet Rutte III. Ank Bijleveld is dan al een aantal maanden minister van Defensie.

Op dat moment heeft het Openbaar Ministerie onderzoek gedaan naar 4 missies, waar mogelijk burgerslachtoffers zijn gevallen. Die dag stuurt Bijleveld een brief naar de Kamer: er worden geen Nederlandse militairen vervolgd voor bombardementen in IS-gebied waarbij burgerslachtoffers om het leven zijn gekomen, zo concludeert het Openbaar Ministerie.

Er wordt geen informatie over locaties of aantallen slachtoffers bekend gemaakt. Politiek commentator Frits Wester stelt een paar vragen aan premier Rutte tijdens de wekelijkse persconferentie na afloop van de ministerraad.

“Daar hebben wij het over gehad, inderdaad”, zegt Rutte. De premier bevestigt dat er tijdens de ministerraad is gesproken over het onderzoek, en over de missies.

In zijn antwoorden lijkt Rutte specifiek in te gaan op de bewuste aanval in Hawija, zonder daarbij overigens die naam te noemen. Hij spreekt over missies waarbij ‘fouten’ worden gemaakt, bijvoorbeeld omdat de ‘onderliggende inlichtingen’ niet zouden kloppen. Dat lijkt op het bombardement van Hawija.

Als de ministerraad destijds heeft gesproken over burgerslachtoffers en als Rutte inderdaad de fouten rond het bombardement van Hawija beschrijft, dan is wederom is de vraag: is dan niet óók gesproken over de 70 burgerslachtoffers?

Vervolgens duurt het nog ruim anderhalf jaar voordat de Nederlandse betrokkenheid bij het bombardement in Hawija naar buiten komt.

  pieter klein

✔ @pieterkleinrtl

Als-ie het in 2015 niet wist, wist-ie het in ieder geval exact in voorjaar 2018. #rutte #bijleveld #burgerslachtoffers #defensie #ministerraad https://www.rijksoverheid.nl/documenten/mediateksten/2018/04/13/letterlijke-tekst-persconferentie-na-ministerraad-13-april-2018 …

https://twitter.com/pieterkleinrtl/status/1192351563228090369/photo/1?ref_src=twsrc%5Etfw%7Ctwcamp%5Etweetembed%7Ctwterm%5E1192351563228090369&ref_url=https%3A%2F%2Fwww.rtlnieuws.nl%2Fnieuws%2Fartikel%2F4913266%2F70-burgerslachtoffers-rutte-bijleveld-hennis-hawija-bombardement

207  9:02 AM – Nov 7, 2019

Mysterie blijft

Vraagtekens genoeg, maar antwoorden ontbreken. Insiders verwachten deze week nog geen nieuwe brief naar de Tweede Kamer. Voorlopig blijft het een mysterie waarom 70 burgerdoden jarenlang geheim bleven.

Dit gebeurde er in de zomer van 2015:

De nacht van 2 op 3 juni 2015

In de nacht van 2 op 3 juni bombardeert Nederland een bommenfabriek van IS bij de Iraakse stad Hawija. Door foute inlichtingen zijn meer bommen in de fabriek dan gedacht en zijn de ontploffingen groter.

4 juni 2015

Persbureau Reuters spreekt in een artikel voor het eerst over ‘ongeveer 70 doden, inclusief burgers’ bij een luchtaanval op een fabriek in Hawija.

9 juni 2015

Hennis wordt voor het eerst gebriefd over onderzoek naar de luchtaanval, waaruit naar voren komt dat het ‘geloofwaardig’ is dat er bij de luchtaanval ook burgerslachtoffers zijn gevallen.

15 juni 2015

Hennis ontvangt het definitieve onderzoek van CENTCOM, het Amerikaanse hoofdkwartier voor alle militaire missies in het Midden-Oosten. Nederland werkt hiermee samen tijdens de oorlog tegen IS. Ook in het definitieve onderzoek wordt het ‘geloofwaardig’ geacht dat er burgerslachtoffers zijn gevallen. Het aantal van 70 wordt niet genoemd.

23 juni 2015

Minister Hennis informeert vervolgens de Kamer verkeerd. In antwoorden op Kamervragen schrijft ze: “Voor zover op dit moment bekend is er geen sprake geweest van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers door luchtaanvallen in Irak.”

Lees ook:

Premier Rutte wist in 2015 niet van burgerslachtoffers: ‘Staat mij helemaal niets van bij’

RTL Nieuws; Mark Rutte  Lilianne Ploumen  Jeanine Hennis-Plasschaert  Ank Bijleveld  Ministerie van Defensie  Ministerie van Buitenlandse Zaken  Burgeroorlog Irak

Minister Bijleveld van Defensie overleefde deze week een motie van wantrouwen tijdens het debat over burgerdoden in Irak. Ⓒ ANP

’Nog een vijfde incident met F-16’

Telegraaf 07.11.2019 In de oorlog tegen IS zijn meer gevallen onderzocht waarbij mogelijk door Nederlandse F-16-vliegers burgers zijn geraakt. Het kabinet rapporteerde aan de Tweede Kamer vier incidenten, maar volgens vliegers is er nog minstens één vijfde casus – vermoedelijk zonder slachtoffers. Dat vertellen ze in het boek Missie F-16, dat deze week verschijnt.

Deze week moest minister Bijleveld (Defensie) zich in de Kamer verantwoorden voor een gebrek aan transparantie over burgerslachtoffers door Nederlands optreden in de oorlog tegen IS. In januari had het kabinet vier Nederlandse aanvallen tegen IS-doelen benoemd.

Zeker twee daarvan hadden tot burgerdoden geleid. Bij een aanval op een bommenfabriek in Hawija bleken er meer explosieven aanwezig dan gedacht. Daardoor vielen mogelijk zeventig doden, zowel IS-strijders als een onbekend aantal burgers. In Mosul vielen F-16’s een woonhuis aan, waarvan werd gedacht dat het een IS-hoofdkwartier was. Vier onschuldige bewoners stierven en een van de nabestaanden deed deze week in De Telegraaf zijn verhaal, net als de betrokken vlieger.

Bekijk ook: 

F-16-vlieger ziek van vergisbom 

Bij een derde geval reed onverwachts een auto langs toen een pand werd getroffen door een Nederlandse bom. ,,We hadden een klein bommetje gekozen om te zorgen dat er geen nevenschade zou ontstaan’’, vertelt de betrokken vlieger. ,,Want er stond een moskee vlakbij. Toch klapte de hele voorpui eruit, over die auto heen. De vliegtijd van de bom is een minuut, je kunt nou eenmaal niet een minuut van tevoren uitsluiten of er iemand aankomt.’’

Bekijk ook: 

Nabestaande Nederlandse vergisbom wil genoegdoening 

Seconden later trof een tweede bom doel. Dezelfde auto werd opnieuw getroffen door puin. ,,Het was donker dus we konden niet duidelijk zien of hij uitstapte of wegrende’’, herinnert de vlieger zich. ,,De kans dat hij zelf gewond is geraakt lijkt me niet groot, maar ik kan het ook niet uitsluiten. Dit was overigens een dorp dat helemaal in handen was van IS.’’ Hij denkt daarom dat de kans groot was dat iedereen die laat op straat was, in dienst was van het kalifaat.

Bekijk ook: 

Dit gebeurt er voordat F-16 bom laat vallen 

Het OM onderzocht de zaak en kwam tot de conclusie dat er geen sprake was van strafbare feiten. Dat geldt ook voor het vierde geval, waarbij een laserrichter verkeerd stond afgesteld waardoor de bom een verkeerd doel trof – zonder slachtoffers.

Een vijfde incident belandde echter niet op de lijst van het kabinet. Hierbij reden twee brommers langs op het moment een Nederlandse F-16 een auto onder vuur nam met het boordkanon. ,,Later hebben ze met drones de hele weg afgezocht’’, zegt de betrokken vlieger. ,,Maar er lagen geen slachtoffers en je zag ook geen olie of bloed op de weg. Er werd ook geen slachtoffer gerapporteerd en er is nooit een claim geweest van nabestaanden.’’

Bekijk meer van; terreurdaad defensie misdaad Islamitische Staat

Waarom premier Rutte zegt zich niks te herinneren van burgerdoden in Irak

AD 07.11.2019 De tientallen burgerdoden door Nederlandse bombardementen in Irak blijven het kabinet achtervolgen. De Tweede Kamer wil precies weten wie wat op welk moment wist. Opvallend veel betrokkenen zeggen zich dat niet te herinneren. Vier vragen over hoe dat precies zit.

Ambtenaren op de ministeries van Defensie, Buitenlandse Zaken, Justitie en Veiligheid en Algemene Zaken zijn druk om allerlei archieven door te pluizen. Wat is er in de eerste dagen na 15 juni 2015 onderling aan informatie uitgewisseld?

Op die dag kreeg het ministerie van Defensie zwart op wit van de Amerikanen dat het ‘geloofwaardig was dat er bij een bombardement op een bommenfabriek van IS in het Iraakse Hawija burgerslachtoffers waren gevallen. Een bombardement dat in de nacht van 2 op 3 juni van dat jaar door een Nederlandse F-16 was uitgevoerd.

Lees ook;

Militaire vakbond steunt aangifte tegen Denk: ‘Hier is een grens overschreden’

Lees meer

Bijleveld doorstaat ‘ingewikkeld debat’ over burgerdoden Irak

Bijleveld doorstaat ‘ingewikkeld debat’ over burgerdoden Irak

Lees meer

Minister Ank Bijleveld (Defensie) tijdens het debat over het Nederlands bombardement in Irak.

Minister Ank Bijleveld (Defensie) tijdens het debat over het Nederlands bombardement in Irak. © ANP

Waar is de Tweede Kamer precies boos over?
Op 24 juni 2015 (dus anderhalve week nadat de Amerikanen hadden gezegd dat er iets was misgegaan) werd nog aan de Tweede Kamer gemeld dat ‘voor zover op dat moment bekend er geen sprake is geweest van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers door luchtaanvallen in Irak’. De Kamer voelt zich voorgelogen en in een debat met huidig Defensieminister Ank Bijleveld steunde vrijwel de voltallige oppositie een motie van wantrouwen tegen de bewindsvrouw.

Maar daarmee is de kous niet af. Bijleveld meldde dinsdag immers ‘dat het aannemelijk was’ dat Defensie na de mededeling van de Amerikanen ook andere betrokken ministeries gewaarschuwd heeft dat er een onderzoek werd ingesteld naar het bombardement. Dat waren Algemene Zaken, Buitenlandse Zaken en Veiligheid en Justitie.

Zijn de burgerslachtoffers al die tijd onder de pet gehouden?

Zeker Rutte heeft bij de Tweede Kamer al de reputatie dat hij soms last heeft van zijn geheugen als hij in politieke moeilijkhe­den komt

Het kabinet heeft de Tweede Kamer de afgelopen jaren op meerdere momenten ingelicht over mogelijke burgerslachtoffers door Nederlandse wapeninzet. Eerst vertrouwelijk op 1 juni 2017. En in een brief van april 2018 werd gemeld dat er ‘zeer waarschijnlijk’ burgers waren gedood in Hawija.

Om de vliegeniers en hun thuisfront te beschermen tegen mogelijk wraakacties, was het beleid er nooit hardop over te praten. Deze week deed Defensie dat voor het eerst wel. Bij het bombardement in Hawija kwamen zeker zeventig onschuldige burgers om. En later zijn bij een bombardement op Mosul ook nog eens vier burgers omgekomen doordat een woonhuis werd aangezien voor een IS-hoofdkwartier.

Toch is een groot deel van de Tweede Kamer boos dat het kabinet dat niet veel eerder open over was. En door de brief van 24 juni 2015 voelt de Kamer zich ook nog eens voorgelogen. En verkeerde informatie geven aan de Tweede Kamer geldt als een doodzonde. Als bijvoorbeeld premier Mark Rutte ook al voor die datum wist van de mededeling van de Amerikanen, kan hem worden aangewreven dat hij medeverantwoordelijk was voor het fout informeren van de Kamer.

Wat heeft Rutte gezegd?
Rutte heeft gezegd dat ‘hem er helemaal niets van bijstaat’ dat hij op dat moment al geïnformeerd was. Wel kan hij zich voorstellen dat de informatie al bekend was bij ambtenaren. Dat zint de oppositie niet. Is het mogelijk dat er gewaarschuwd is dat er tientallen doden zijn gevallen bij een actie van een Nederlandse F-16 en dat ambtenaren dat niet meldden aan hun politieke baas?

Maar er zijn meer bewindslieden uit die periode die zeggen er geen herinnering aan te hebben. De bewuste brief van 24 juni 2015 is niet alleen ondertekend door voormalig minister Hennis, maar ook door haar toenmalige PvdA-collega’s Bert Koenders (Buitenlandse Zaken) en Lilianne Ploumen (Ontwikkelingssamenwerking). Beiden zeggen zich ook niet te herinneren op dat moment al geweten te hebben van de burgerdoden. En Ploumen zegt ook dat ze het wel had móeten weten.

Saillant is dat de PvdA de motie van wantrouwen tegen Bijleveld steunde, inclusief Ploumen die tegenwoordig Kamerlid is. Terwijl haar naam evenzeer stond onder de brief met de leugen erin.

Lilianne Ploumen (PvdA) steunde de motie van wantrouwen tegen Bijleveld, maar ondertekende in 2015 als minister zelf ook de brief met de leugen erin

Lilianne Ploumen (PvdA) steunde de motie van wantrouwen tegen Bijleveld, maar ondertekende in 2015 als minister zelf ook de brief met de leugen erin © ANP

Hoe loopt dit af?
Bijleveld zegt niet te weten hoe de foute formulering in de brief terecht is gekomen. Volgens betrokkenen is het denkbaar dat het een domme fout was. De brief gaf antwoord op 71 Kamervragen waar weken aan is gewerkt door verschillende ministeries. Het kan zijn dat de formulering ‘voor zover wij weten is er geen sprake van burgerslachtoffers’ er al in de tekst is gezet vóór de informatie van de Amerikanen bekend was. En dat daarna verzuimd is de tekst aan te passen.

Maar mogelijk is er ook bewust geprobeerd de boel onder de pet te houden. Een oud-ambtenaar van Defensie beschrijft de cultuur op het ministerie als ‘uiterst formeel’. Als Defensie aan andere ministeries slechts laat weten dat ‘er onderzoek wordt gedaan naar een bombardement’, gaan er niet direct alarmbellen af bij andere ambtenaren.

Dergelijke onderzoeken worden immers vaker gedaan. ,,Dat is toch wat anders dan de mededeling: Let op, er is een hele woonwijk de lucht in gevlogen. Dan loop je meteen naar je politieke baas.’’

Maar het kan ook zijn dat meerdere oud-bewindspersonen boter op hun hoofd hebben. En zeker Rutte heeft bij de Tweede Kamer al de reputatie dat hij soms last heeft van zijn geheugen als hij in politieke moeilijkheden komt.

Minister Ank Bijleveld (Defensie) tijdens een debat in de Tweede Kamer over het Nederlands bombardement in Irak, dat ze volgens een VVD’er ’laconiek, lachend en in clownskostuum’ deed. Ⓒ ANP

’Toon Bijleveld was niet goed’

Telegraaf 07.11.2019 Ank Bijleveld heeft het Kamerdebat over burgerdoden door Nederlandse bommen in Irak verkeerd ingeschat, zeggen partijen terugblikkend. De bewindsvrouw dacht het debat schadevrij te doorstaan, maar ze eindigde gehavend met de hakken over de sloot. Coalitiepartij VVD is boos. „Ze heeft haar voorganger Hennis drie keer voor de bus gegooid.”

Open zijn, de fout toegeven en excuses aanbieden. Met dat strijdplan dacht team-Bijleveld het debat waarin de positie van de minister op het spel stond snel te kunnen afronden. Want dat die positie op het spel stond, had de CDA-bewindsvrouw kunnen weten.

“Ze gooide Hennis drie keer voor de bus”

GroenLinks-Kamerlid Isabelle Diks had immers al de middag voorafgaand aan het debat een motie van wantrouwen klaarliggen en de overige Kamerleden en de minister daarover ingelicht. Toch deed dat de alarmbellen nog niet afgaan. De partijen die aan het debat meededen, hadden vooraf niet eens een telefoontje gekregen van Bijlevelds politiek assistent met de vraag hoe ze erin stonden.

Excuses

De verdediging leek ook solide. Bijleveld wist weliswaar al bij haar aantreden in 2017 dat er bij Nederlandse luchtaanvallen in Irak burgerslachtoffers waren gevallen. Maar ze wist naar eigen zeggen pas afgelopen vrijdag dat de Tweede Kamer daarover niet was geïnformeerd. Ze zou dat toegeven en, hoewel het een fout van haar voorganger was, excuses aanbieden. Het debat over de Defensiebegroting, kon makkelijk nog later die avond plaatsvinden, zo was de verwachting.

Voormalig defensieminister Jeanine Hennis-Plasschaert zou een week na het bombardement in Irak al te horen hebben gekregen dat er burgerslachtoffers waren gevallen.

Voormalig defensieminister Jeanine Hennis-Plasschaert zou een week na het bombardement in Irak al te horen hebben gekregen dat er burgerslachtoffers waren gevallen. Ⓒ Foto Marcel Antonisse

Maar het liep anders. Toen de bewindsvrouw met haar staf ver na middernacht bijeenkwam om uit te blazen van het debat, viel iedereen aan op de bitterballen. Niemand had eraan gedacht tijdens het marathondebat eten te bestellen.

Kernpunt was de luchtaanval van 3 juni 2015 op een bommenfabriekje van IS in het Iraakse Hawija. Onder de zeventig doden zaten behalve IS-strijders ook tientallen burgers. Bijlevelds voorganger Hennis kreeg al een week na het bombardement van het Amerikaanse commando van de IS-missie te horen dat er bij die aanval burgerdoden waren gevallen. Diezelfde maand nog ontkende zij dat tegenover de Kamer.

De defensietop leefde in de veronderstelling dat die briefing op een veel later moment had plaatsgevonden, in mei 2016. Hoe dat kon? „Iemand heeft dat ooit gezegd, en toen is dat een eigen leven gaan leiden”, zegt een betrokkene. In het debat meldde Bijleveld deze knulligheid niet. Het zou alleen maar meer verwarring scheppen.

Wel vertelde ze wat ze pas afgelopen vrijdag ontdekte: verdraaid, die briefing heeft plaatsgevonden vóórdat Hennis de Nederlandse betrokkenheid tegenover de Kamer had ontkend. „Mijn voorganger heeft de Kamer verkeerd geïnformeerd”, zei Bijleveld herhaaldelijk in het debat. „Toen ik erachter kwam, heb ik meteen de informatie aan de Kamer aangepast.”

Ongeloofwaardig verhaal, vond een groot deel van de Kamer, waarin ook de irritatie bij coalitiepartijen begon toe te nemen. „En haar toon was niet goed”, zegt een coalitie-Kamerlid. In plaats van telkens naar haar voorganger te verwijzen, had ze zelf de verantwoordelijkheid moeten nemen, zo luidt het oordeel. „Haar houding was: we wassen dit varkentje wel even”, blikt Diks terug.

Des duivels

Vooral de liberalen zijn des duivels dat Bijleveld haar voorganger ’drie keer voor de bus heeft gegooid’, zegt een VVD’er. „Laconiek, lachend en in clownskostuum”, is het oordeel van een andere liberaal over Bijleveld. „Als ze alleen maar de steun van de coalitie en de SGP overhoudt, zou ze zelf weg moeten gaan.

Ze heeft het zelf verknald. Fractievoorzitter Pieter Heerma had moeten ingrijpen.” Inmiddels zijn er nieuwe Kamervragen gesteld over wat premier Rutte wanneer wist van de burgerdoden. Volgens Bijleveld wist hij het waarschijnlijk. Rutte kan zich niet herinneren erover te zijn bijgepraat.

Bekijk meer van; defensie gewapend conflict Ank Bijleveld Hennis Irak Tweede Kamer der Staten-Generaal Islamitische Staat

Kamer wil opheldering over Irak-doden: Wie wist wat wanneer?

AD 07.11.2019 De Tweede Kamer houdt vragen over de kwestie rond de burgerdoden door Nederlandse bombardementen in Irak. Vooral op de vraag wie op welk moment wist van de waarschijnlijke burgerslachtoffers waarover de Kamer in juni 2015 verkeerd werd geïnformeerd, willen Kamerleden antwoord zien. Dat bleek bij het debat over de defensiebegroting.

Volgens een feitenrelaas, dat minister Ank Bijleveld van Defensie dinsdag naar de Kamer stuurde, is het ‘aannemelijk’ dat verschillende betrokken ministeries op de hoogte waren van de misgelopen aanval. In het debat van dinsdagavond zei ze dat ook het ministerie van minister-president Mark Rutte, Algemene Zaken, daarbij hoorde.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Herinneren

Gisteren stelde Rutte tegen RTL Nieuws dat hem ‘er helemaal niets van bij staat’ dat hij kort na die bloedige aanval in 2015 werd ingelicht. Ook de toenmalige PvdA-ministers Bert Koenders (Buitenlandse Zaken) en Lilianne Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) zeiden zich ook niet te kunnen herinneren er persoonlijk over geïnformeerd te zijn.

SP-Kamerlid Sadet Karabulut zette er vraagtekens bij dat ‘de minister-president en andere betrokkenen zich allemaal in ene niks kunnen herinneren’. Ook GroenLinks-Kamerlid Isabelle Diks wil in een reeks vragen opheldering. Bijleveld wil proberen die vragen ‘zo snel mogelijk’ te beantwoorden. Ze vroeg daarop om ‘vertrouwen’ aan Karabulut. ,,Als er één ding niet is, dan is het vertrouwen”, reageerde het SP-Kamerlid.

Vertrouwen

Bijleveld zei dat Defensie hard moet werken om het vertrouwen weer terug te winnen. De CDA-bewindsvrouw was haar inbreng in het begrotingsdebat begonnen met een terugblik op het voor haar moeilijke debat van dinsdagavond, waarin vrijwel de hele oppositie het vertrouwen in haar opzegde. ,,Het is niet zomaar teruggaan naar de orde van de dag. Zo’n debat komt binnen. Ik ben én voel me verantwoordelijk.”

Denk-Kamerleden Öztürk, Azarkan en Kuzu (van links naar rechts) ANP

Aangifte tegen Denk-Kamerleden na uitspraken over luchtaanval Irak

NOS 07.11.2019 Advocaat en veteraan Michael Ruperti gaat samen met 1200 militairen en andere veteranen aangifte doen tegen Denk-Kamerleden Selcuk Öztürk en Farid Azarkan.

Volgens Ruperti heeft Öztürk zich schuldig gemaakt aan het zaaien van haat, belediging en laster toen hij dinsdag tijdens het Kamerdebat over de Nederlandse luchtaanval in Irak sprak. “Deze minister ziet niet de ernst van deze moord”, zei hij, toen hij het woord had.

Het Kamerdebat was dinsdagavond:

Uitspraken Öztürk over luchtaanval Irak

Dinsdagavond verdedigde partijgenoot Azarkan in Pauw de woorden van Öztürk, die daarbij zei dat het “in ieder geval heeft geleid tot mooie televisie”.

Met hun uitspraken bestempelden de twee volgens Ruperti de piloten indirect tot moordenaars.

Bij de luchtaanval in 2015 op een bommenfabriek van IS in de stad Hawija kwamen zeventig burgers om het leven. Maandag gaf het kabinet voor het eerst opening van zaken over de kwestie. Daarbij erkende minister van Defensie Bijleveld dat de Kamer verkeerd was geïnformeerd.

Verslaggever Lex Runderkamp bezocht de plek waar de Nederlandse F-16-bom viel. Zo ziet het er daar uit:

Dit is de plek waar de Nederlandse F-16-bom viel

Öztürk zegt in een reactie verkeerd te zijn begrepen en wil graag in gesprek met de betrokken vliegers. In het debat werd hij al aangesproken op zijn woordkeuze door meerdere collega-parlementariërs en Kamervoorzitter Arib.

Volgens Ruperti is dat niet voldoende om eventueel de aangifte in te trekken. “Hij moet expliciet zijn woorden terugnemen en openlijk excuses aanbieden. Dan krijgen we misschien een andere situatie.”

Parlementaire immuniteit

Het is de vraag hoe kansrijk de aangifte van Ruperti is. Kamerleden beschikken op basis van de grondwet over parlementaire immuniteit. Daardoor kunnen ze niet strafrechtelijk vervolgd worden voor wat ze zeggen tijdens een debat.

“Maar het recht is altijd in ontwikkeling en die wet stamt uit de negentiende eeuw”, zegt Ruperti desgevraagd. “Tegenwoordig zijn bijvoorbeeld alle debatten live te volgen. En dat je onschendbaar bent, betekent niet dat je niet strafbaar bent. Maar daar mag de rechter over oordelen.”

Militaire vakbond ACOM steunt de aangifte, net als voormalig landmachtcommandant Mart de Kruif. “Het is een belediging voor al die 60.000 mensen bij Defensie die dagelijks ons veilig proberen houden”, zei De Kruif vanochtend in het programma Goedemorgen Nederland.

 Voorzitter ACOM @Jan_Kropf

Militaire vakbond steunt aangifte tegen Denk: ‘Hier is een grens overschreden’ https://t.co/YInOE1rJNp

Bekijk ook;

Militaire vakbond steunt aangifte tegen Denk: ‘Hier is een grens overschreden’

AD 07.11.2019 Militaire vakbond ACOM staat vierkant achter de aangifte die wordt gedaan tegen Denk-kamerlid Selcuk Öztürk. Hij beschuldigde Nederlandse militairen in een debat over burgerslachtoffers van moord. Volgens voorzitter Jan Kropf is hier echt een grens overschreden. ,,Voor heel veel militairen is dit een mes in de rug.’’

Kropf heeft zich zojuist gemeld bij initiatiefnemer en advocaat Michael Ruperti, die de aangifte had gedaan. Volgende week gaat hij als het even kan mee naar het politiebureau. ,, Het zijn nota bene de politici in de Tweede Kamer die de opdracht geven om militairen op missie te sturen. Dan kun je ze achteraf niet beschuldigen van moord. En al helemaal niet als het Openbaar Ministerie concludeert dat deze mensen niets verkeerds hebben gedaan.’’

Lees ook;

Lees meer

Denk-Kamerlid Selcuk Öztürk kwam afgelopen dinsdag in opspraak tijdens het debat over de burgerslachtoffers die bij twee Nederlandse bombardementen in Irak zijn gevallen. Dat kon gebeuren omdat de inlichtingen niet deugden.

De vliegers hebben naar eer en geweten gehandeld en valt niets te verwijten, concludeerde het OM al eerder. Toch zei Öztürk dat Nederlandse militairen ‘willens en wetens’ onschuldige burgers in Irak hebben vermoord. Een uitspraak waar hij later op terugkwam; hij was ‘verkeerd begrepen’.

Schofferen

ACOM-voorzitter Kropf hecht geen waarde aan die uitleg. Volgens hem was dit een een bewuste actie om militairen te schofferen. ,,Ik heb de beelden gezien en daar zat voor mij geen woord Chinees bij. Ik vind dat daar een rechter maar een oordeel over moet vellen.’’

De uitspraak is volgens Kropf niet alleen zeer ongepast, maar kan ook grote consequenties hebben voor de veiligheid van militairen op straat. ,,Er is een tijd geweest dat militairen niet in uniform over straat mochten. Dat is gelukkig achter de rug, maar dit soort uitspraken zouden voor sommige mensen genoeg kunnen zijn om militairen iets aan te doen.’’

De aangifte blijft volgens initiatiefnemer en advocaat Michael Ruperti niet beperkt tot Selcuk Öztürk. Ook tegen zijn collega Farid Azarkan wordt aangifte gedaan. Volgens de advocaat maakte hij de uitspraken van Öztürk extra krenkend door bij het tv-programma Pauw te zeggen ‘dat dit in elk geval mooie tv oplevert’.

Inmiddels zijn er meer dan duizend mensen die de aangifte steunen. Militairen noemen de uitspraken ‘onzinnig en misdadig’ en voelen zich geschoffeerd. Volgens Ruperti kan Öztürk zich met zijn uitspraken niet verschuilen achter het feit dat hij dit deed tijdens een debat in de Tweede Kamer. ,,Als een uitspraak strafbaar is, dan is die strafbaar.

Ik hoor graag van een rechter of iemand zich dan kan blijven verschuilen achter zijn kamerzetel. Bovendien is er ook buiten de kamer ingegaan op die uitspraak in een tv-uitzending en is daar geen afstand van genomen.’’

Selcuk Ozturk (Denk) beschuldigde in een kamerdebat Nederlandse militairen van moord nadat er burgerslachtoffers waren gevallen bij twee bombardementen in Irak. © ANP

Denk-Kamerlid over moorduitspraak: ‘Is toch mooie tv’

Telegraaf 06.11.2019 Selçuk Öztürk van Denk ligt onder vuur omdat hij tijdens een debat in de Tweede Kamer de bombardementen in Irak ‘moorden’ noemde. Bij Pauw wordt hij verdedigd door collega Farid Azarkan.

Aangifte tegen Oztürk om ’moorden’ in strijd tegen IS

Telegraaf 06.11.2019 Namens een groep van ruim 250 mensen gaat advocaat Michael Ruperti aangifte doen tegen Kamerlid Oztürk (Denk) vanwege haat zaaien, belediging en laster. De parlementariër sprak in het debat over burgerdoden door luchtaanvallen van Nederlandse jachtvliegers over ’moorden’.

De bekendste militair die het initiatief ondersteunt, is oud-Commandant Landstrijdkrachten Mart de Kruif. „Ik ben al eens voor moordenaar uitgemaakt in de tijd van de kruisraketten. In vond dat schokkend en schandalig en vind dat nog. Militairen riskeren hun leven voor de vrede en vrijheid van Nederland en anderen. Met soms een hoge prijs. Altijd in opdracht van de regering en instemming van het parlement”, motiveert De Kruif zijn steun.

“Kwalificatie ’moordenaars’ diep beledigend”

„De kwalificatie ’moordenaars’ is daarom volstrekt onjuist, maar vooral diep beledigend voor alle militairen en burgers binnen defensie die iedere dag hun stinkende best doen om de belangen van Nederland te dienen waar ieder ander middel faalt.”

De voltallige Tweede Kamer viel dinsdagavond over Selcuk Oztürk (Denk) tijdens het debat over burgerdoden die vielen bij Nederlandse bombardementen tijdens de luchtoorlog tegen IS. Oud-minister Hennis (Defensie) noemde hij een ’lijkenverstopper’. Ook stelde hij dat Nederlandse vliegers ’verantwoordelijk voor moorden’ waren.

Onschendbaar

Hoewel Oztürk de uitspraken deed in het parlement en daarmee een beroep zou kunnen doen op parlementaire onschendbaarheid, is hij in Ruperti zijn ogen wel degelijk strafbaar. Vooral omdat hij met zijn woorden aanzet tot haat richting de vliegers.

Wraak

„Mensen die met extremistische ideeën rondlopen, kunnen dit opvatten als een oproep om wraak te nemen. Dat is volstrekt onacceptabel”, vindt de advocaat die bij het Openbaar Ministerie in Den Haag aangifte gaat doen. Hij doet dat komende week zodat zoveel mogelijk mensen zich achter het initiatief kunnen scharen.

De advocaat ziet in de uitspraak die de Haagse rechtbank deed in het proces Wilders relevante jurisprudentie. De PVV-voorman werd in 2016 veroordeeld voor aanzetten tot discriminatie en groepsbelediging. In het vonnis stelde de rechter vast dat: „Ook een democratisch verkozen volksvertegenwoordiger zoals verdachte niet boven de wet staat. Ook op hem is het recht van toepassing. En ook voor hem is de vrijheid van meningsuiting begrensd.”

Grens

Wilders deed zijn minder Marokkanen-uitspraak niet in de Tweede Kamer, maar op een partijbijeenkomst. Ruperti erkent dat dit voor de rechter een verschil kan maken. „Tegelijkertijd moet je gewoon vaststellen dat Oztürk een grens heeft overschreden.” De advocaat wil weten wat de Hoge Raad hiervan vindt.

Ruperti lanceerde zijn idee voor een groepsaangifte op LinkedIn. De posting kreeg veel likes vanuit de defensiehoek. Ook hebben bij de raadsman zich veel mensen via de mail gemeld waaronder veel luchtmachtofficieren.

“Dat is niet wat ik heb gezegd en is ook niet wat ik heb bedoeld”

Selçuk Öztürk, Tweede Kamerlid voor DENK.

Selçuk Öztürk, Tweede Kamerlid voor DENK. Ⓒ DIJKSTRA BV

Oztürk weerspreekt dat zijn woord ’moorden’ in het debat juridisch waren bedoeld. „Alsof ik bedoeld zou hebben dat de ex-minister of onze militairen met voorbedachten rade onschuldige mensen van het leven zouden hebben beroofd. Dat is niet wat ik heb gezegd en is ook niet wat ik heb bedoeld.”

Verzwegen

Volgens het Kamerlid van Denk blijft het feit overeind dat er onschuldige mensen door militair geweld om het leven zijn gekomen. „Feit is dat deze slachtoffers zijn verzwegen door de regering.” Niet de militairen, maar de minister is daarvoor verantwoordelijk, en haar heeft hij dan ook aangesproken in het debat.

„Het is betreurenswaardig dat mijn woorden vals worden geïnterpreteerd, dat deze advocaat met deze publiciteitsactie mij in een kwaad daglicht wil stellen en een mediamomentje krijgt over de rug van Denk. De advocaat weet als geen andere dat deze aangifte kansloos is.”

Bekijk meer van; proces overheid misdaad Michael Ruperti Kamerlid Oztürk Mart de Kruif Geert Wilders DENK

Premier Rutte wist in 2015 niet van burgerslachtoffers: ‘Staat mij helemaal niets van bij’

RTL 06.11.2019 Premier Rutte zegt in 2015 niet te zijn geïnformeerd dat bij een Nederlands bombardement in Irak 70 burgerdoden zijn gevallen. “Er staat mij helemaal niets van bij”, zegt de premier. Het ‘zou wel kunnen’ dat zijn ambtenaren op de hoogte waren.

Rutte vindt het niet vreemd dat zijn ambtenaren mogelijk wel zijn geïnformeerd, maar hij niet. “Jongens, dat is vier jaar geleden”, verzucht de premier tegen RTL Nieuws.

Op de hoogte?

Gisteren zei minister Bijleveld van Defensie dat het logisch is dat ook andere ministeries op de hoogte waren van het grote aantal burgerslachtoffers. Het is ‘aannemelijk’ dat de premier en drie andere departementen destijds zijn bijgepraat, aldus Bijleveld. De minister heeft beloofd uit te zoeken wie er precies van wist.

Lastig debat voor Bijleveld:

Minister Bijleveld mag blijven, dankzij nipte steun regeringspartijen

Lastig debat

Bijleveld had gisteravond een lastig debat in de Tweede Kamer. Bijlevelds voorganger, minister Hennis, had de Kamer laten weten dat Nederland niet betrokken was bij aanvallen met burgerslachtoffers, terwijl Hennis al was geïnformeerd over burgerslachtoffers bij een bombardement in juni 2015. Bijleveld ontdekte de fout pas vrijdag, zo was haar verweer.

Het wekte veel verbazing bij de Kamerleden dat Bijleveld pas vrijdag hoorde dat de Kamer verkeerd is ingelicht. Een goede verklaring had de bewindsvrouw hiervoor niet. “Ik kan het niet mooier maken dan het is”, zei Bijleveld na afloop. Een nipte meerderheid steunt haar, maar bijna alle oppositiepartijen hebben geen vertrouwen in de minister.

Opnieuw opheldering

Kamerleden van GroenLinks en SP hebben inmiddels opnieuw Kamervragen gesteld. Opvallend is dat ook andere betrokken ministers zeggen dat ze niets over de burgerslachtoffers in 2015 hebben gehoord. Lilianne Ploumen, destijds minister van Ontwikkelingssamenwerking, kan zich ook niet herinneren persoonlijk te zijn geïnformeerd over de aanval in Irak en de vele burgerslachtoffers

Lees meer:

‘Bombardement Nederlandse F-16 zorgde voor 70 burgerdoden in Irak’

RTL Nieuws / ANP; Mark Rutte  Jeanine Hennis-Plasschaert  Ank Bijleveld  Lilianne Ploumen  Tweede Kamer  Burgeroorlog Irak  Irak

Rutte over burgerdoden: ’Er staat mij niets van bij’

Telegraaf 06.11.2019 Premier Rutte sluit niet uit dat hij in 2015 op de hoogte is gesteld van tientallen burgerdoden die door Nederlandse bommen zijn gevallen in Irak. Hij kan het zich alleen niet meer herinneren. „Er staat mij niets van bij”, zegt Rutte. Wel kan het volgens hem zijn dat hij ambtelijk is bijgepraat. „Het is vier jaar geleden. Ik zou het echt niet weten.”

Dinsdagavond kwam defensieminister Ank Bijleveld in een Kamerdebat in de problemen. De Kamer is tot afgelopen maandag onwetend gehouden van Nederlandse betrokkenheid bij het bombardement van 3 juni 2015 op een bommenfabriekje van IS in het Iraakse Hawija.

Daar lagen meer explosieven dan vooraf gedacht, waardoor de ’secundaire explosies’ meer ’nevenschade’ veroorzaakten dan voorzien. Bovendien bevonden zich meer burgers in de nabijheid dan vooraf in kaart was gebracht. Onder de doden zaten behalve IS-strijders ook tientallen burgers.

Bijlevelds voorganger Hennis werd al een week na het bombardement door het Amerikaanse commando van de IS-missie verteld dat er waarschijnlijk door Nederlands toedoen burgerdoden waren gevallen. Diezelfde maand nog ontkende zij dat tegenover de Kamer.

Volgens Bijleveld was ze weliswaar bij haar aantreden eind 2017 op de hoogte gebracht van de burgerdoden door Nederlands toedoen, maar kwam zij er pas afgelopen vrijdag achter dat de Kamer daarover verkeerd was geïnformeerd. Ze overleefde ternauwernood een motie van wantrouwen. Alleen de coalitiepartijen, de SGP en Van Haga hielden haar in het zadel.

Het irriteerde de Kamer nogal dat de CDA-bewindsvrouw de schuld niet alleen afschoof op haar voorganger Hennis, maar dat ze ook herhaaldelijk zei dat de toenmalige PvdA-ministers Ploumen en Koenders de Kamerbrief met verkeerde informatie hadden ondertekend. In het feitenrelaas schreef ze daarover: „Het is aannemelijk dat de meest betrokken ministeries over het bestaan van het onderzoek zijn geïnformeerd.”

Bekijk ook: 

Dit gebeurt er voordat F-16 bom laat vallen 

Hennis onder de bus gegooid

VVD-Kamerlid André Bosman vroeg zich af waarom er over aannames werd gesproken, terwijl de Kamer had gevraagd om een overzicht van feiten. Bij navraag ontkennen Koenders en Ploumen dat ze over de burgerdoden zijn geïnformeerd. Ook toenmalig vice-premier Asscher ontkent stellig dat hij op de hoogte is gebracht van burgerdoden die door Nederlands toedoen waren gevallen.

Ook zei Bijleveld tijdens het dat premier Rutte op de hoogte was van het Nederlandse aandeel bij de burgerslachtoffers bij de oorlog tegen IS. Oppositiepartijen hebben daar nieuwe vragen over gesteld. „Deze minister gooit haar voorganger onder de bus en sleept daarna andere bewindslieden mee”, zegt GroenLinks-Kamerlid Diks.

„Er is een fout gemaakt”, zegt Rutte. „Die is goed benoemd en meteen aan de Kamer gemeld.” Volgens hem is het geen probleem dat toenmalig minister Hennis nu VN-gezant is in Irak.

Bekijk ook: 

F-16-vlieger ziek van vergisbom 

Bekijk ook: 

Woede om moorduitspraak DENK 

Werd Rutte geïnformeerd over burgerdoden Irak? ‘Staat me niets van bij’

NOS 06.11.2019 Premier Rutte kan zich niet herinneren dat hij in 2015 al op de hoogte is gesteld van het feit dat er burgerslachtoffers waren gevallen bij een aanval met Nederlandse F-16’s in Irak. “Er staat mij niets van bij”, zei Rutte.

Gisteravond werd tegen minister Bijleveld van Defensie een motie van wantrouwen ingediend, omdat haar voorganger Hennis-Plasschaert tot twee keer toe de Kamer onjuist informeerde. Hennis hield vol dat Nederland niet betrokken was bij de dood van burgers in Irak, terwijl toen al duidelijk was dat dat niet klopte.

In het debat beklemtoonde Bijleveld meerdere keren dat ook andere ministeries kennis hadden van de burgerdoden. Ze werden kort na de aanval op de hoogte gebracht dat het zeer aannemelijk was dat er een groot aantal onschuldige slachtoffers was gevallen bij het bombardement op een bommenfabriek van IS.

Bijleveld noemde daarbij de ministeries van Algemene Zaken, Buitenlandse Zaken en Veiligheid en Justitie. Maar Rutte zegt nu dus dat hij zich niet herinnert dat hij persoonlijk op de hoogte is gesteld. Het is volgens hem wel mogelijk dat ambtenaren van hem zijn bijgepraat over de kwestie.

Koenders: absoluut niet ingelicht

Bert Koenders, destijds minister van Buitenlandse Zaken, reageert stelliger: “Ik kan me er niets van herinneren. Ik ben er absoluut niet over ingelicht. Als je het over dit soort aantallen slachtoffers hebt, vergeet je dat niet. Dat zou alle alarmbellen af doen gaan.”

Ook de toenmalige minister voor Ontwikkelingssamenwerking, Lilianne Ploumen, is verbaasd: “Ik ben niet persoonlijk geïnformeerd over de gebeurtenissen, over de Nederlandse betrokkenheid bij de aanval.” Net als Koenders weet ze niet of er ambtelijk wél informatie is uitgewisseld.

Premier Rutte zegt zelf pas afgelopen weekend van Bijleveld te hebben gehoord dat Hennis destijds de Kamer onjuist heeft geïnformeerd. Rutte vindt dat Hennis desondanks speciaal gezant van de VN in Irak kan blijven.

Bijleveld zegt dat ze ook pas afgelopen vrijdag wist dat de Kamer in 2015 onjuiste informatie had gekregen. Veel partijen vonden dat moeilijk te geloven, maar de motie van wantrouwen haalde het uiteindelijk niet.

Bekijk ook;

‘Rutte zegt niets te hebben geweten over burgerdoden Hawija’

MSN 06.11.2019 Premier Mark Rutte kan zich niet herinneren dat hij in 2015 op de hoogte is gesteld over de burgerdoden die dat jaar vielen bij een Nederlands bombardement in Irak. Dat heeft de minister-president woensdag gezegd, meldt de NOS. Volgens Rutte zijn ambtenaren van het ministerie van Algemene Zaken mogelijk wel op de hoogte gesteld over de gevolgen van het bombardement.

Rutte heeft verder gezegd dat hij pas afgelopen weekend van minister Ank Bijleveld (Defensie, CDA) heeft gehoord dat haar voorganger de Tweede Kamer in 2015 verkeerd heeft geïnformeerd over de luchtaanval. Bij het bombardement, gericht op een bommenfabriek van terreurgroep Islamitische Staat (IS), kwamen zeventig mensen om het leven. Volgens het Amerikaanse Pentagon waren alle slachtoffers burgers.

De toenmalige minister van Defensie Jeanine Hennis (VVD) meldde destijds dat er voor zover bekend geen burgerslachtoffers waren gevallen bij het bombardement, terwijl zij wist dat dit wel het geval was. Dit heeft het kabinet eerder deze week erkend, na onthullingen van NRC en de NOS.

Dinsdag moest minister Bijleveld zich in de Kamer verantwoorden over het Nederlandse bombardement. Zij bood tijdens een spoeddebat haar excuses aan omdat haar voorganger de Kamer verkeerd heeft geïnformeerd. GroenLinks-Kamerlid Isabelle Diks diende een motie van wantrouwen tegen de minister in, die zij ternauwernood overleefde. In het debat werd meermaals gevraagd of premier Rutte wist over de burgerdoden, maar op deze vraag kon Bijleveld geen antwoord geven.

Dit weten we over de luchtaanval met burgerdoden in Irak

NU 05.11.2019 In de nacht van 2 op 3 juni 2015 werd in het Iraakse Hawija een bommenfabriek van Islamitische Staat (IS) geraakt door een bom die kort daarvoor was afgeworpen door een Nederlandse F-16. Er vielen zeker zeventig doden, waaronder een groot aantal burgerslachtoffers. Maandag verstuurde minister van Defensie Ank Bijleveld een brief aan de Tweede Kamer over de aanval en dinsdag wordt hierover gedebatteerd. Wat weten we precies over deze kwestie?

Was de fabriek een legitiem doel?

Militair gezien wel. Het gedeelte van Irak waarin Hawija ligt was op dat moment in handen van IS, dat de fabriek onder meer gebruikte om bijvoorbeeld autobommen of bermbommen te maken die elders in Irak of in Syrië veel slachtoffers maakten.

Hoe wist de coalitie die tegen IS vocht dat dit een bommenfabriek van IS was?

Volgens militair expert Peter Wijninga wordt dat inlichtingenproces langzaam opgebouwd. De meeste informatie komt van informanten op de grond of bijvoorbeeld door een drone in de lucht die de fabriek in de gaten houdt en ziet wat er allemaal het gebouw in gaat en ook weer verlaat.

“Op een gegeven moment is duidelijk dat het gaat om een bommenfabriek die uitgeschakeld moet worden”, aldus Wijninga. “Het is het normale proces dat de bronnen op de grond in contact staan met het Iraakse leger. Ik ga ervan uit dat dat nu ook weer plaats heeft gevonden, omdat het Iraakse leger er een stem in heeft welke doelen er worden gekozen. De coalitie is daar op uitnodiging van Irak, dus het gaat ook niet zonder hun medewerking.”

Er zijn dus geen Nederlanders bij het voortraject betrokken geweest?

“Het verschilt per operatie of er Nederlanders bij het voortraject betrokken zijn. Soms hebben we mensen in het planningsproces zitten, maar niet altijd. Ik weet niet of dat hier het geval is geweest”, stelt Wijninga.

“Het kan soms wel dat er ook Nederlandse elitetroepen betrokken zijn bij het bepalen van het doel en de observatie van het doel, maar dit was midden in een stad die in handen was van IS. Daar kun je niet zomaar als Westerse troepen laten rondlopen, dat valt meteen op. Dus in dit geval is er waarschijnlijk voor gekozen om te vertrouwen op de Iraakse inlichtingen.”

Ank Bijleveld, de huidige minister van Defensie (Foto: Pro Shots)

Hoe komen de militairen die het doel bepalen dan bij Nederland uit om de aanval uit te voeren?

Niet elke partner in de coalitie is in staat om zo’n doel te treffen. Nederland is daar zeer bedreven in. “En principe volstaat één bom. Het is een bommenfabriek, dus er liggen explosieven. Door de schokgolf gaan de andere explosieven ook af”, legt Wijninga uit. “Hiervoor heb je een kleine geleide bom nodig van 250 pond.”

“Vandaar dat men ook bij de Luchtmacht is uitgekomen, omdat Nederland op dat moment buiten de Amerikanen het enige land was ter plaatse dat zo’n type bom had.”

En dan vliegt de Nederlandse F-16 uit en wordt de bom gegooid.

“Eerst wordt er gekeken naar de Nederlandse jurist die in het hoofdkwartier aanwezig is of de voorgestelde missie binnen het Nederlandse mandaat valt”, zegt Wijninga. “Wat is de kans op nevenschade of burgerslachtoffers? Als dat allemaal acceptabel is wordt er akkoord gegaan met de doeltoewijzing en wordt de missie gepland en uiteindelijk uitgevoerd.”

Hoe komt het dat er dan toch zo veel burgerslachtoffers zijn gevallen?

Er lagen veel meer explosieven in de fabriek dan was ingeschat bij het verzamelen van de inlichtingen. Dus de Nederlandse bom had een kleine kettingreactie van explosies moeten veroorzaken, maar dit werden meerdere grote explosies. Volgens minister Ank Bijleveld ging het hierbij misschien wel om honderd vrachtwagens vol explosieven die ongezien de fabriek waren binnengegaan, zo zei ze maandag in gesprek met NRC. Bovendien was er mogelijk sprake van een grote hoeveelheid vluchtelingen die rondom de fabriek gevestigd waren, al is dat laatste niet bevestigd.

Dus de Nederlandse vliegers hebben niets fout gedaan?

Nee, die moeten kunnen vertrouwen op de inlichtingen waarop hun missie is gestoeld. De fout zit in het proces om alle informatie te vergaren. “En dat is het grote punt”, stelt Wijninga. “De informatie over die vrachtwagens zou wel zijn gemeld aan het Iraakse leger, maar niet terecht zijn gekomen op het centrale hoofdkwartier.

Maar nu is de minister van Defensie in de problemen geraakt door deze kwestie

Dat komt vooral omdat haar voorganger minister Jeanine Hennis-Plasschaert op 23 juni 2015 in een antwoord op kamervragen zei dat er voor zover bekend geen burgerslachtoffers waren gevallen als gevolg van Nederlandse bombardementen in Irak.

Terwijl het voor de Luchtmacht direct bekend was dat er zogenoemde ‘nevenschade’ was. Vervolgens bleek op 15 juni 2015 uit een Amerikaans rapport dat de kans heel groot was dat er bij de aanval op de bommenfabriek in de nacht van 2 op 3 juni wel degelijk burgerslachtoffers waren gevallen. Bovendien bleek dinsdag dat het volgens het ministerie “aannemelijk is dat de meest betrokken ministeries over het bestaan van het onderzoek zijn geïnformeerd”.

De kamer is toen dus verkeerd geïnformeerd. En Bijleveld is politiek verantwoordelijk voor de uitspraken van haar voorganger.

Pas nadat NRC en de NOS op 18 oktober hun onderzoek naar de luchtaanval publiceerden kwam er maandag uiteindelijk een kamerbrief van minister Bijleveld, ook omdat ze naar eigen zeggen eerst met de betrokken piloten over de kwestie wilde praten.

Zie ook: Kabinet erkent Nederlandse luchtaanval boven Irak met 70 doden

Lees meer over: Irak Defensie Politiek

Bijna hele oppositie wil Bijleveld weg

MSN 05.11.2019 Bijna de gehele oppositie in de Tweede Kamer heeft geen vertrouwen meer in defensieminister Ank Bijleveld. Ze rekenen haar aan dat haar voorganger de Kamer verkeerd heeft ingelicht over een luchtaanval die veel Iraakse burgers het leven kostte, en dat Bijleveld dat pas maandag meldde.

Een motie van wantrouwen van GroenLinks kreeg de steun van PVV, SP, Partij voor de Dieren, 50PLUS, DENK, FVD en het lid Van Kooten.

Bijleveld biedt ‘oprechte excuses’ aan voor verkeerd informeren Kamer

NU 05.11.2019 Minister Ank Bijleveld (Defensie) heeft dinsdag in een debat aan de Tweede Kamer haar “oprechte excuses” aangeboden voor het verkeerd informeren van de Kamer over de Nederlandse betrokkenheid bij de luchtaanvallen in de Iraakse steden Hawija en Mosoel waarbij 74 mensen om het leven kwamen, waaronder burgerdoden.

“Als minister ben ik verantwoordelijk, ook voor het handelen van mijn voorganger. Dit is niet juist. Dit had anders gemoeten”, aldus Bijleveld.

De minister wist naar eigen zeggen pas afgelopen vrijdag dat haar voorganger oud-minister Jeanine Hennis, de Kamer in 2015 verkeerd heeft geïnformeerd.

Bijleveld stelt dat zij bij haar aantreden “op hoofdlijnen” is geïnformeerd over burgerslachtoffers, maar verder niet op de hoogte is geweest van details.

‘Hennis was op de hoogte’

Hennis, die tegenwoordig de VN-chef in Irak is, meldde in de zomer van 2015 aan de Kamer dat voor zover haar bekend was er geen burgerslachtoffers waren gevallen bij de inzet van Nederlandse F-16’s in de strijd tegen Islamitische Staat.

Uit een Kamerbrief van minister Bijleveld van afgelopen maandag blijkt dat het ministerie destijds al beschikte over een intern verslag en een Amerikaanse rapportage waaruit bleek dat het “geloofwaardig was” dat er bij de aanval in Hawija burgers om het leven waren gekomen.

“Het is aannemelijk dat de meest betrokken ministeries over het bestaan van het onderzoek zijn geïnformeerd”, schrijft minister Bijleveld dinsdag voorafgaand aan het debat in een aanvullende brief.

Oppositie eist opheldering

Hoewel de Tweede Kamer de excuses van de minister waardeert, blijft er harde kritiek klinken. Zo is er verbazing in Kamer over het feit dat de bewindsvrouw pas afgelopen vrijdag is bijgepraat. Dit terwijl uit onderzoek van NOS en NRC twee weken geleden al bleek dat Nederland verantwoordelijk was voor het bombardement op Hawija en Mosoel.

SGP’er Chris Stoffer wil weten waarom er niemand op het ministerie van Defensie de minister niet eerder op hoogte heeft gesteld de onjuiste informatieverstrekking aan de Kamer recht te zetten.

SP’er Sadet Karabulut vindt dat Bijleveld zich niet achter Hennis mag verschuilen. Ook zij vraagt zich af waarom de minister door haar departement pas vrijdag op de hoogte is gesteld. “Als dit de staat van het departement is, dan is het veel erger dan gedacht”, aldus Karabulut. “Er is keer op keer moedwillig informatie achtergehouden. Is dit de manier waarop Defensie met de Kamer en de Nederlandse bevolking omgaat?”

Ook coalitiepartijen D66 en VVD zijn kritisch. VVD’er André Bosman zegt zich grote zorgen te maken over het ontbreken van een politieke antenne op het departement. Ook hij vindt dat de minister veel eerder had moeten worden bijgepraat.

Kabinet erkent betrokkenheid bij aanval Hawija

Maandag erkende het kabinet de Tweede Kamer verkeerd te hebben geïnformeerd over twee aanvallen van de Nederlandse luchtmacht in Irak in de strijd tegen IS.

Het gaat om de luchtaanval in 2015 op een bommenfabriek in de Iraakse stad Hawija waar zeventig mensen, onder wie een onbekend aantal burgerslachtoffers, zijn omgekomen.

De minister schrijft in de brief dat er geen indicaties waren dat bij de aanval burgerslachtoffers zouden vallen. Omdat er in de fabriek meer bommen lagen opgeslagen dan gedacht, viel het schadegebied groter uit van voorzien.

Zie ook: Dit weten we over de luchtaanval met burgerdoden in Irak

Onjuiste inlichtingen in Mosoel

Ook was Nederland betrokken bij een aanval die was gericht op een vermoedelijk hoofdkwartier van IS in de stad Mosoel. Achteraf bleek het om een woning te gaan. Vier mensen kwamen daarbij om het leven. De aanval was het gevolg van onjuiste inlichtingen.

Het Openbaar Ministerie heeft beide incidenten onderzocht en kwam tot de conclusie dat de luchtaanvallen rechtmatig waren.

Lees meer over: Defensie

Bijleveld biedt excuses aan voor verzwijgen burgerdoden Irak

NOS 05.11.2019 Minister Bijleveld van Defensie heeft in de Tweede Kamer “oprechte excuses” aangeboden voor het onjuist informeren van de Kamer over de burgerslachtoffers die vielen bij een Nederlandse F16-aanval in Irak in 2015.

Bijlevelds voorganger, minister Hennis, informeerde de Kamer tot twee keer toe onjuist over de zaak. Ze zei dat er geen burgerdoden waren gevallen, terwijl ze toen al wist dat dat wel degelijk was gebeurd. Bij de aanval, op een IS-fabriek van autobommen, kwamen zeker 70 onschuldige burgers om het leven.

“Het had zo niet gemoeten”, erkende Bijleveld aan de Tweede Kamer. “Ik ben verantwoordelijk, ook voor het handelen van mijn voorgangers.”

Geen antwoord

Kamerlid Isabelle Diks van GroenLinks had eerder in het debat geconstateerd dat Bijleveld de leugens van haar voorganger niet meteen heeft rechtgezet. “Ze heeft de leugen overgenomen. Ze kwam pas met de waarheid toen de NOS en NRC Handelsblad erover berichtten.” Diks sprak van “een diepe kras in de geloofwaardigheid” van de minister.

Sadet Karabulut (SP) noemt het “onacceptabel” dat de Kamer is voorgelogen. “En deze minister probeerde zich ongegeneerd te verschuilen achter de leugens van haar voorganger.”

Maar de minister verwerpt die kritiek. Het is haar, naar eigen zeggen, pas afgelopen vrijdag duidelijk geworden dat Hennis de Kamer daadwerkelijk bewust onjuist had geïnformeerd. Pas toen stond voor Bijleveld vast dat haar voorganger al wist dat er burgerdoden waren gevallen.

De Kamer reageerde verbaasd op die uitleg. Hoe kan het dat vorige week pas duidelijk werd dat Hennis in 2015 onjuiste informatie had verstrekt?

Minister Bijleveld had daar geen antwoord op: “Ik vind het heel vervelend”.

F16’s al maanden weg uit Irak

Bijleveld zelf werd bij haar aantreden, in november 2017, op hoofdlijnen op de hoogte gesteld van de feiten en wist dus van de burgerdoden. Veel partijen vroegen zich af waarom ze er nu pas mee naar buiten kwam. Op zich is het gebruikelijk om tijdens een militaire missie niet te veel details te delen, om zo de veiligheid van de militairen niet in gevaar te brengen. Maar de Nederlandse F16’s zijn nu al elf maanden weg uit Irak.

De minister wees erop dat de missie in Irak nog steeds loopt, ook al is Nederland er niet bij betrokken. Ze wilde het zorgvuldig doen en eerst met de andere landen van de coalitie overleggen. “Ik had misschien graag sneller openheid willen geven, maar ik kon het niet.”

Bekijk ook;

Minister Ank Bijleveld (Defensie) tijdens een debat in de Tweede Kamer over het Nederlands bombardement in Irak. Ⓒ ANP

Minister Bijleveld biedt Kamer excuses aan om Irak

Telegraaf 05.11.2019 Minister Ank Bijleveld (Defensie) heeft tijdens het debat over burgerslachtoffers in Irak een motie van wantrouwen gekregen. Behalve GroenLinks willen ook de PVV, SP, PvdD, 50Plus, Denk, FvD en Van Kooten de minister weg hebben. De coalitiepartijen houden haar met steun van PvdA, SGP en Van Haga overeind.

Bijleveld wist al bij haar aantreden in 2017 al dat er bij Nederlandse luchtaanvallen in Irak burgerslachtoffers waren gevallen. Ze wist naar eigen zeggen pas afgelopen vrijdag dat de Tweede Kamer daarover niet was geïnformeerd.

Met die verdediging probeerde de CDA-bewindsvrouw de verantwoordelijkheid voor het niet informeren van de Tweede Kamer bij haar voorganger Jeanine Hennis te leggen. Evengoed bood Bijleveld als ministerieel verantwoordelijke tijdens het Kamerdebat haar excuses aan voor het onthouden van informatie over de Nederlandse luchtaanvallen in Hawija en Mosul in 2015, waarbij tientallen burgerslachtoffers waren gevallen.

Hennis werd over de aanval van 3 juni 2015 op een munitiefabriek in Hawija al een week later door het Amerikaanse commando verteld dat er waarschijnlijk door Nederlands toedoen burgerslachtoffers waren gevallen. Omdat er meer explosieven lagen opgeslagen dan verwacht, was de ’nevenschade’ groter. Er vielen 70 slachtoffers, zowel burgers als IS-strijders.

Excuses

Nog diezelfde maand antwoordde Hennis op vragen van de Kamer dat er geen sprake was van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers in Irak. „Dat klopt dus niet”, zei Bijleveld. „Dat is feitelijk onjuist.” Achter dit feit kwam Bijleveld naar eigen zeggen pas afgelopen vrijdag, ’bij een laatste check’. „Ik heb toen meteen de informatie aan de Kamer erop aangepast.”

De Kamer vond die uitleg twijfelachtig en wilde van de minister weten waarom ze pas 11 maanden na het terugkeren van de Nederlandse F-16’s pas openheid van zaken heeft gegeven. „Was er niemand op het ministerie die u wist dat de Kamer verkeerd geïnformeerd was?”, zo vroeg SGP-Kamerlid Stoffer zich af. Bijlveld antwoordde dat ’informatiehuishouding en departementen’ nu eenmaal ingewikkeld is.

Onacceptabel

VVD-Kamerlid André Bosman vroeg zich af waarom Bijleveld heeft gebroken met het beleid om geen gedetailleerde informatie te openbaren over militaire operaties. En waarom nu pas? „Waarom zijn de feiten niet eerder gemeld?”

Bijleveld wees op ’operationele veiligheid’. Volgens de minister moest ze niet alleen rekening houden de veiligheid van eigen militairen, maar ook die van bondgenoten. „Dat Nederland er niet meer vloog, wil niet zeggen dat er niet meer gevlogen werd.”

Volgens Isabelle Diks (GroenLinks) heeft Bijleveld de leugens van haar voorganger over deze zaak overgenomen in plaats van het recht te zetten. „Daarmee volhardde ze in de onjuiste informatievoorziening aan de Tweede Kamer.” Dat zorgt voor een ’diepe kras in haar geloofwaardigheid’. ’Met pijn in het hart’ zegde ze het vertrouwen in de minister op. Sadet Karabulut (SP) bnoemde het ’onacceptabel’ dat de Kamer is ’voorgelogen’. „Deze minister mag zich niet verschuilen achter haar voorganger.”

CU-Kamerlid Joël Voordewind (ChristenUnie) zag ’een tendens’ bij de minister om de Kamer beter te informeren over burgerslachtoffers. Toch hield de coalitie, evenals PvdA, SGP en Van Haga de minister in het zadel, al vond D66-Kamerlid Salima Belhaj dat Bijleveld het de Kamer daarbij ’niet makkelijk’ had gemaakt. Zij wil dat Defensie werk maakt van schadevergoeding voor de nabestaanden en daarbij niet verwijst naar de Iraakse regering.

Bekijk ook:

Woede om moorduitspraak DENK 

DENK-Kamerlid Selcuk Öztürk kreeg eerder op de avond de rest van de Kamer over zich heen omdat hij bij de luchtaanval sprak over ’moord’. Jeanine Hennis noemde hij een ’lijkenverstopper’. Kamervoorzitter Arib riep Öztürk tot de orde.

Tweets by ‎@Nielsrigter

Bijleveld biedt excuus aan om verkeerd informeren Kamer rond bombardement Irak

AD 05.11.2019 De Tweede Kamer heeft tijdens een spoeddebat harde kritiek op minister Ank Bijleveld van Defensie geuit. De CDA-bewindsvrouw had eerder openheid van zaken moeten geven over burgerslachtoffers bij een Nederlandse luchtaanval in Irak in 2015. De Kamer werd daarover onjuist geïnformeerd. Bijleveld bood daar haar ‘oprechte excuses’ voor aan.

Ik ben daar verantwoordelijk voor, ook voor het handelen van mijn ambtsvoorgangers. Ik kan niet anders doen dan dat erkennen en excuses maken.’’ Ook sprak ze ‘namens het kabinet’  haar medeleven uit met de nabestaanden

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Uit een feitenrelaas dat Bijleveld vanmiddag naar de Kamer stuurde, blijkt dat toenmalig Defensieminister Jeanine Hennis persoonlijk op de hoogte was dat het ‘geloofwaardig’ was dat er bij een Nederlands bombardement in het Iraakse Hawija, in de nacht van 2 op 3 juni 2015 burgerdoden waren gevallen. Toch schreef ze een paar weken later aan de Kamer dat dat ‘voor zover op dit moment bekend’ niet het geval was. Gisteren erkende Bijleveld dat er bij het bombardement zeker zeventig doden vielen.

Feitelijke onjuistheid

Bijleveld zegt dat ze pas ‘afgelopen vrijdag’ heeft vastgesteld dat de Kamer destijds onjuist werd geïnformeerd. De brief waarin de Kamer zou worden geïnformeerd over de burgerslachtoffers lag toen al klaar en werd in het weekend nog aangepast, ‘met deze informatie erin’. De Defensieminister bestrijdt ‘het frame’ dat de Kamer ‘werd voorgelogen’. ,,Het is een feitelijke onjuistheid.’’

Volgens Isabelle Diks (GroenLinks) heeft Bijleveld de leugens van haar voorganger Jeanine Hennis over deze zaak overgenomen in plaats van het recht te zetten. Dat zorgt voor een ‘diepe kras in haar geloofwaardigheid’. Sadet Karabulut (SP) vindt het ‘onacceptabel’ dat de Kamer is voorgelogen.

Bijleveld mag zich volgens haar ‘niet verschuilen’ achter haar voorganger. ,,Dit is de politieke verantwoordelijkheid van minister en van haar alleen.’’ De Kamer is ‘bewust fout geïnformeerd’, meent PvdA’er John Kersten.

Harde noten

Ook regeringspartijen kraakten harde noten. Het was immers beleid om niets te zeggen over lopende operaties, stelt VVD-Kamerlid André Bosman. De informatie van Hennis was daardoor ‘inhoudelijk onjuist en procedureel onjuist’. D66-Kamerlid Salima Belhaj wilde weten waarom Bijleveld de verkeerde info van haar voorganger niet eerder heeft rechtgezet.

Dat had volgens haar moeten gebeuren bij haar aantreden in oktober 2017, toen Bijleveld over de kwestie werd geïnformeerd, of na het beëindigen van de missie tegen IS, in december 2018.

D66 eiste meer details over de gang van zaken. Het feitenrelaas vindt Belhaj ‘te algemeen’. Ze wil weten hoe Hennis werd geïnformeerd, of daar een memo van is en wat er in het overdrachtsdossier stond toen Bijleveld aantrad. Volgens Bijleveld is de memo geheim, maar ze wil bekijken of die nu toch openbaar gemaakt kan worden. Wat er in haar overdrachtsdossier stond weet ze ‘niet precies’.  Daarover zegt ze: ,,Ik was me er toen bewust van het feit dat er burgerslachtoffers zijn gevallen. De details komen later.’’

Denk-Kamerlid Selcuk Öztürk haalde zich de woede van de rest van de Kamer op de hals omdat hij sprak over ‘moord’ op onschuldige burgers door de Nederlandse F-16-vliegers. ‘Niet respectvol’ en ‘zeer betreurenswaardig’, aldus zijn collega-Kamerleden.

Burgerdoden

Het Openbaar Ministerie deed onderzoek naar vier aanvallen waarbij mogelijk burgerdoden vielen en zag geen reden voor vervolging. De Kamer meent dat de piloten niets valt te verwijten, zij voerden hun missie uit op basis van inlichtingen die achteraf niet bleken te kloppen. ,,We staan hier niet om de betrokken militairen de maat te nemen’’, aldus GroenLinks-Kamerlid Isabelle Diks.

Kamervoorzitter Khadija Arib greep meermaals in om Öztürk te vragen zijn woorden zorgvuldiger te kiezen. Daarop vroeg het Denk-Kamerlid zich eerst af of minister Bijleveld ‘wel een hart’ heeft om vervolgens oud-minister Jeanine Hennis vanwege haar onjuist informatie aan de Kamer ‘een lijkenverstopper’ te noemen die werd ‘beloond’ met een ‘baantje in Irak’. Hennis is inmiddels VN-gezant in het land.

Minister Bijleveld maakt excuses voor fout informeren dodelijke aanval Irak

MSN 05.11.2019 Minister Ank Bijleveld heeft excuses gemaakt omdat de Tweede Kamer door haar voorganger verkeerd is geïnformeerd over een dodelijke aanval in Irak door Nederlandse F-16’s. Bijlevelds voorganger, Jeanine Hennis, had in 2015 gemeld dat er geen burgerdoden waren gevallen, maar dat was foute informatie. “Ik bied daarvoor oprechte excuses aan”, zegt Bijleveld nu.

Gisteren maakte minister Bijleveld bekend dat bij de aanval van Nederlandse F-16’s op een IS-doelwit in Irak in 2015 circa zeventig doden waren gevallen, onder wie burgers. Het is de eerste keer dat het kabinet zo open over een aanval is. 

Nu pas openheid

De oppositiepartijen verwijten minister Bijleveld dat er nu pas openheid komt over de burgerslachtoffers bij het bombardement. Pijnlijk is dat toenmalig minister Hennis dus een paar weken na het bombardement aan de Kamer meldde dat er geen burgerslachtoffers te betreuren waren.

Dat onjuiste informeren zit de partijen hoog.  Minister Bijleveld biedt daarvoor vandaag haar excuses aan in de Tweede Kamer. Sadet Karabulut (SP) vindt het ‘onacceptabel’ dat de Kamer is voorgelogen. Bijleveld mag zich volgens haar ‘niet verschuilen’ achter haar voorganger. De Kamer is ‘bewust fout geïnformeerd’, meent PvdA’er John Kersten.

Jeanine Hennis, die nu VN-gezant is in Irak, wil niet reageren en laat de communicatie over aan minister Bijleveld.

© Aangeboden door RTL Nederland

Piloten valt niets te verwijten

De Kamer meent verder dat de piloten die de aanval uitvoerden, niets valt te verwijten. Zij voerden de missie uit op basis van inlichtingen die achteraf niet klopten.

De aanval van de F-16’s was gericht tegen een autobommenfabriek in Hawija.

Woede om DENK

Denk-Kamerlid Selcuk Öztürk haalde zich de woede van de rest van de Kamer op de hals omdat hij sprak over ‘moord’ op onschuldige burgers door de Nederlandse F-16-vliegers.

Volgens de rest van de Kamerleden zijn zijn opmerkingen ‘zeer betreurenswaardig.’

Lees ook:

Kamerleden boos om verkeerde informatie over aanval in Irak: ‘Dit is heel ernstig’

RTL Nieuws; Ank Bijleveld Koninklijke Luchtmacht Ministerie van Defensie Burgeroorlog Irak

Oud-minister Hennis wist persoonlijk van mogelijke burgerdoden Irak

NOS 05.11.2019 Toenmalig minister Hennis van Defensie is kort na de luchtaanval in Irak persoonlijk op de hoogte gesteld over het bombardement waarbij 70 doden zijn gevallen. Zij kende dus het voorval toen zij later die maand de Tweede Kamer liet weten dat er “geen sprake is geweest van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers”.

Dat blijkt uit het feitenrelaas dat door minister Bijleveld naar de Tweede Kamer is gestuurd. Op dit moment debatteert de Kamer over de luchtaanval en het verkeerd informeren door VVD-minister Hennis in 2015.

Minister Bijleveld erkende gisteren voor het eerst dat Nederland verantwoordelijk was voor de aanval. Daaruit bleek dat de minister de Kamer verkeerd heeft geïnformeerd, hoewel niet duidelijk was of zij wist dat ze de Kamer verkeerd voorlichtte.

Ook andere ministers en Rutte in beeld

Volgens het feitenrelaas is het “aannemelijk” dat ook andere “betrokken ministeries” na de briefing aan Hennis op de hoogte zijn gebracht van het incident. Dat zou betekenen dat de PvdA-ministers Koenders en Ploumen van Buitenlandse Zaken, en mogelijk ook premier Rutte, wisten van het incident toen Hennis de Kamer verkeerd voorlichtte.

Uit de tijdlijn is ook op te maken dat de huidige minister Bijleveld vlak na haar aantreden in november 2017 is bijgepraat over het incident. Uiteindelijk duurde het tot april 2018 voordat zij de Kamer op de hoogste stelde dat er mogelijk burgerslachtoffers waren gevallen bij de Nederlandse aanval.

Zij deed dat naar aanleiding van het afgeronde onderzoek van het Openbaar Ministerie, waarvan de uitkomsten in februari 2018 met het ministerie werden gedeeld. Hoewel haar voorganger had beloofd de uitkomsten van dat onderzoek direct te delen met de Tweede Kamer, duurde het dus nog maanden voordat minister Bijleveld dit naar buiten bracht.

Bekijk ook;

Selcuk Öztürk tijdens een debat in de Tweede Kamer over het Nederlands bombardement in Irak. Ⓒ ANP

Woede om moorduitspraak DENK

Telegraaf 05.11.2019 DENK mag de Nederlandse luchtaanval die Iraakse burgers in 2015 het levens kostte geen moord noemen, vindt de Tweede Kamer. DENK-Kamerlid Selcuk Öztürk moet dat woord terugnemen, vinden bijna alle andere partijen. Maar hij weigert dat.

Öztürk stelde in het debat over de luchtaanval dat het kabinet „niet de ernst inziet van deze moorden.” Hij noemde Jeanine Hennis, ten tijde van de aanval minister van Defensie, bovendien een „lijkenverstopper” omdat ze de burgerdoden verzweeg. Ook die opmerking kwam hem op een uitbrander te staan van onder andere GroenLinks.

Ook Kamervoorzitter Khadija Arib deed een dringend beroep op Öztürk om andere woorden te kiezen. „Nu gaat de aandacht naar u en niet naar de slachtoffers”, zei ze.

Öztürk werpt tegen dat de nabestaanden ook van moord zouden spreken.

Bekijk meer van; gewapend conflict defensie Selçuk Öztürk Jeanine Hennis-Plasschaert

DENK noemt luchtaanval moord en wekt woede

MSN 05.11.2019 DENK mag de Nederlandse luchtaanval die Iraakse burgers in 2015 het levens kostte geen moord noemen, vindt de Tweede Kamer. DENK-Kamerlid Selcuk Öztürk moet dat woord terugnemen, vinden bijna alle andere partijen. Maar hij weigert dat.

Öztürk stelde in het debat over de luchtaanval dat het kabinet “niet de ernst inziet van deze moorden”. Hij noemde Jeanine Hennis, ten tijde van de aanval minister van Defensie, bovendien een “lijkenverstopper” omdat ze de burgerdoden verzweeg. Ook die opmerking kwam hem op een uitbrander te staan van onder andere GroenLinks.

Ook Kamervoorzitter Khadija Arib deed een dringend beroep op Öztürk om andere woorden te kiezen. “Nu gaat de aandacht naar u en niet naar de slachtoffers”, zei ze.

Öztürk werpt tegen dat de nabestaanden ook van moord zouden spreken.

Een F16-vlieger moet soms wel drie kwartier in de lucht wachten voordat hij hoort dat hij een bom op een doel mag gooien. Ⓒ HOLLANDSE HOOGTE

Dit gebeurt er voordat F-16 bom laat vallen

Telegraaf 05.11.2019 Maanden duurde het soms voor er in de strijd tegen IS voldoende informatie was om een F-16 een aanval te laten uitvoeren. Op het laatste moment werden missies afgeblazen. En ondanks de volgens jachtvliegers ’chirurgische precisie’ waarmee bombardementen werden uitgevoerd, konden er toch burgerdoden vallen.

Jachtvlieger Jeffrey (een schuilnaam) hangt boven het kalifaat en wacht op toestemming om aan te vallen. Op een beeldschermpje ziet hij een vrachtwagen, bekleed met stalen platen. Hij weet dat de truck vol explosieven zit en bedoeld is om door de zelfmoordenaar achter het stuur tussen Koerdische strijders tot ontploffing te worden gebracht.

Een paar minuten heeft hij om het gevaar weg te nemen, maar Jeffrey krijgt geen groen licht vanuit het Combined Air Operations Centre (CAOC), het hoofdkwartier van de luchtoorlog in Qatar. Zijn ongeduld groeit. Waar wachten ze op?

Uitsluitsel

De officier die in de enorme verduisterde zaal vol muurhoge beeldschermen toestemming moet geven, zit in zijn maag met de afstand tussen de bomauto en een groepje huizen. De controllers twijfelen of die wel buiten de ontploffingsradius blijven. Pas na drie kwartier komt er uitsluitsel: Jeffrey mag aanvallen.

Bekijk ook: 

F-16-vlieger ziek van vergisbom 

„Er ontstond een gigantische vuurbal. Blijkbaar zat dat ding vol olie en benzine, alle bomen vlogen in brand. Tot dat moment vond ik het getwijfel overdreven, maar de ontploffing reikte tot twintig of dertig meter van die huizen. Het luisterde dus inderdaad nauw. Als daar een kind had gelopen, was dat in gevaar geweest. De drones hingen al uren om te zien of er echt niets bewoog rond die huizen”, zegt Jeffrey.

Het verhaal dat hij vertelt in het vandaag verschenen boek Missie F-16 is een goed voorbeeld van hoe de coalitietroepen de luchtoorlog tegen IS voerden. Vliegers spreken van het meest chirurgische conflict ooit. Overste Joost Luysterburg weet dat uit eigen ervaring; de veteraan en zeer ervaren F-16-vlieger werkte vier maanden in het CAOC als red card holder.

De vertegenwoordiger van Nederland die met elke aanval moest instemmen en deze kon vetoën. Desnoods terwijl het vliegtuig al boven het doel hing. Iets wat volgens Luysterburg ook gebeurde.

Meekijken

„De hoeveelheid informatie die wij zien, is onkenbaar. Ik kan live meekijken met de hele wereld. Dronebeelden, satellietbeelden, ik kan precies zien welk vliegtuig waar vliegt en welke bommen hij bij zich heeft. Ik zie terroristen lopen en er wordt live vertaald wat ze zeggen”, vertelt de overste over het CAOC.

Bekijk ook: 

‘Ik heb een heel gezin gedood’ 

„Computers laten op driedimensionale modellen van gebouwen een berekening los van de verwachte nevenschade van bommen. Heel Irak en Syrië zijn digitaal nagebouwd. Je kunt simuleren hoeveel schade welk wapen veroorzaakt in de omgeving. We hebben inlichtingen waar een school is gevestigd, een ziekenhuis, een ambassade. Al die data bekijk je voor je beslist.”

Aan het moment waarop de red card holder de finale beslissing neemt, is een uitgebreide voorbereidingsfase vooraf gegaan. Eentje die volgens kolonel Peter Tankink maanden kan duren. Die tijd wordt gebruikt om voldoende inlichtingen te verzamelen over het doel. Is de conclusie dat het toch geen militair object is, dan vielen Nederlandse F-16’s volgens hem niet aan.

Was dit wel het geval, dan werd het doelwit besproken in het zogeheten Joint Targeting Board. Een comité waarin militairen van de aan de missie deelnemende landen zitten. Na goedkeuring van deze board moesten de Iraakse autoriteiten instemmen. Pas daarna was het aan de red card holder. In totaal beslissen tien mensen over één bom.

Bekijk ook: 

Nabestaande Nederlandse vergisbom wil genoegdoening 

Hersencapaciteit

Hoe kan het dat met zoveel hersencapaciteit en hulpmiddelen er toch burgerdoden vallen? In het Irakese Hawija zorgde een aanval op een bomtruckfabriek voor een veel zwaardere explosie dan gedacht. Zeventig mensen stierven. Het is onduidelijk hoeveel van hen burgers waren. In Mosul gooide een Nederlandse vlieger een bom op een gebouw dat volgens de inlichtingen een IS-hoofdkwartier was. Het bleek om een villa te gaan waarin een gezin woonde. Vier mensen verloren het leven.

“Fout in vroegste schakel van het proces zorgt voor burgerdoden”

In beide casussen, waarvan minister Bijleveld (Defensie) maandag officieel bevestigde dat Nederlandse vliegtuigen erbij betrokken waren, zat volgens haar de fout in de vroegste schakel van de keten. Die van het inlichtingen inwinnen.

Technische hoogstandjes en goede planning beperken volgens overste Luysterburg het aantal burgerdoden, maar zelfs de slimste bommen en meest hoogwaardige spionagedrones kunnen zoals zijn baas Commandant Luchtstrijdkrachten Dennis Luyt eerder deze maand al zei geen 100 procent garantie bieden op het voorkomen van onbedoelde slachtoffers.

Bekijk meer van; conflicten, oorlog en vrede Joost Luysterburg Peter Tankink Ank Bijleveld Dennis Luyt Combined Air Operations Centre Missie F-16

Oud-Defensieminister Jeanine Hennis-Plasschaert is nu Speciaal Vertegenwoordiger van de Secretaris-Generaal van de VN voor Irak. © ANP/Evert-Jan Daniels

Hennis wist van mogelijke burgerslachtoffers, zei dat er ‘voor zover bekend’ geen waren

AD 05.11.2019 Toenmalig minister Jeanine Hennis van Defensie was al persoonlijk gebriefd over de aanval in de Iraakse stad Hawija toen zij in een Kamerbrief schreef dat er ‘voor zover bekend’ geen sprake was geweest van burgerslachtoffers bij de Nederlandse bombardementen op Irak. Dat blijkt uit een feitenrelaas dat haar opvolger, Ank Bijleveld, zojuist naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.

Daarin schrijft Bijleveld dat haar ‘ambtsvoorganger’ Hennis op 9 juni 2015 werd geïnformeerd over de aanval in de nacht van 2 op 3 juni en het onderzoek daarna. In die briefing hoorde zij ook dat het volgens het Amerikaanse commandocentrum ‘geloofwaardig was’ dat er burgerslachtoffers te betreuren waren bij de Nederlandse aanval. Op 15 juni krijgt het ministerie van Defensie dat onderzoek op papier binnen.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Toch ontkende Hennis op 23 juni dat er sprake was van mogelijke Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers in de strijd tegen IS: ‘Daar is, voor zover op dit moment bekend, geen sprake van geweest’. Ook werd haar gevraagd of er een onderzoek zou komen naar burgerslachtoffers. Daarop stelde Hennis dat het ‘niet mogelijk is volledig en betrouwbaar onderzoek te doen naar omgekomen burgerslachtoffers in ISIS-gebied’. In werkelijkheid was dat onderzoek al wel gedaan.

De Tweede Kamer gaat vanavond nog in debat met minister Bijleveld over de kwestie.

‘Ik heb een heel gezin gedood’- Video

Telegraaf 05.11.2019 Vliegen in een F-16: een jongensdroom die een nachtmerrie kan worden als je onschuldige burgers raakt. Olof van Joolen en Silvan Schoonhoven belichten het afzwaaiende paradepaardje van de Luchtmacht met een boek: Missie F-16.

„Ik heb levens beëindigd van mensen die er niks mee te maken hadden. Het is een klap in je gezicht. Het druist in tegen alles waarvoor je daar bent.” Ⓒ Matty van Wijnbergen

F-16-vlieger ziek van vergisbom

Telegraaf 05.11.2019 F-16-vlieger Stefan (niet zijn echte naam) werd uitgezonden om IS te verslaan, maar gooide in een septembernacht een bom op een Iraaks woonhuis. Vier mensen kwamen daardoor om. De jachtvlieger kon er niks aan doen. Het vergisbombardement viel terug te voeren op rammelende Amerikaanse inlichtingen, zo meldde minister Bijleveld (Defensie) gisteren. Maar het is Stefan die ermee in het reine moet zien te komen en dat valt hem zwaar.

Toen aan maanden van twijfel een einde werd gemaakt en Stefan hoorde wie hij had getroffen, werd hij fysiek niet goed. Dit ging tegen alles in waarvoor hij stond, vertelt de jachtvlieger in het boek Missie F-16 van Telegraaf-journalisten Olof van Joolen en Silvan Schoonhoven, dat vandaag verschijnt.

Het is voor het eerst dat een piloot die betrokken was bij aanvallen waarbij burgerdoden vielen, zijn verhaal buiten het jachtvliegerswereldje doet. Stefan kon alleen met collega’s, zijn vrouw en vader praten over de verschrikkelijke gebeurtenis van 20 en 21 september 2015. Het zwijgen drukte zwaar op hem.

Planning

„Het was een officiële missie waarvan we al dagen van tevoren wisten dat we hem gingen doen”, begint hij thuis in een buitenwijk aan de keukentafel zijn verhaal. „Ik was de mission commander, had de hele planning gedaan. Alles tot aan de debriefing was succesvol.”

Bekijk ook: 

Nabestaande Nederlandse vergisbom wil genoegdoening 

Pas drie weken later kwam er een telefoontje uit Nederland naar Jordanië waar de Nederlandse F-16’s gestationeerd waren. „Ze zeiden van: ’Hé, die inzet van die en die datum… Er loopt een onderzoek in de VS. Het zou kunnen zijn dat we daar nog naar moeten kijken. Vanwege een vermoeden dat er een fout is gemaakt’. Op dat moment is er nog geen zekerheid.”

“Het is een klap in je gezicht”

Het onderzoek vorderde volgens Stefan gestaag. „Na een paar maanden bleek dat het inderdaad een verkeerd doel was. Ergens zat een fout in het inlichtingenproces. Het bleek toch geen IS-doel, maar gewoon een huis.

Een mix-up in targets.

Je denkt: het zal toch niet? Ik werd misselijk toen ik het hoorde. Verschrikkelijk, ja. Ik voel me medeverantwoordelijk. Ik heb die bom gegooid en heb op de knop gedrukt. Ik heb levens beëindigd van mensen die er niks mee te maken hadden. Het is een klap in je gezicht. Het druist in tegen alles waarvoor je daar bent. We zijn er juist om de Iraakse bevolking te helpen.”

Op dat moment zag Stefan er nog geen gezichten bij. Hij had wel de dronebeelden gekeken op YouTube. Van boven zie je het huis van de familie Razzo oplichten in de nacht. Dan is er opeens een zwarte vlek. Lang bleef het voor Stefan ook drama in zwart-witbeelden, coördinaten en een rapport van het Openbaar Ministerie.

„Maar op een avond zat ik door te klikken op internet. Ik zag de foto en dacht: dat is mijn target. Op zo’n moment wordt het een soort zelfmarteling als je verder gaat kijken. Maar ik dacht: als ik nu wegkijk, is dat laf. Ik heb een halve familie uitgeroeid, om het maar cru te zeggen. Er was één vent die het wel had overleefd.

Toen zag ik een naam en gezicht en een foto van de kinderen, genomen een dag voordat het was gebeurd. Even later heb ik daar dus een eind aan gemaakt. Ik heb twee nachten niet geslapen. Daarna gaat het leven verder.

’Heel frustrerend’

Stefan blijft erbij dat de oorlog tegen IS de meest chirurgische strijd is die Nederland ooit voerde. Hij weet hoe grondig het hoofdkwartier de beschikbare informatie weegt alvorens groen licht voor een aanval te geven.

Hij merkte dat het sein ook vaak op rood bleef, zelfs met het doelwit helder in beeld. „Dat kan heel frustrerend zijn. Je volgt heel lang iemand die je wil uitschakelen, maar dan rijdt hij tussen bebouwing door en gaat het weer niet door. We kunnen heel kleine wapens inzetten, dan zijn de marges wat ruimer.

Maar als iemand tussen de burgerbevolking zit, kun je iemand niet uitnemen, dan moet je gewoon wachten. Soms uren. Als we burgers zien, gooien we sowieso niet. Kanttekening is dat je nooit volledig kan uitsluiten of er burgers, vrouwen of kinderen in de buurt zijn. Als je dagen- of wekenlang niemand ziet, heb je dan 100 of 99 procent zekerheid?”

“Oorlog is smerig maar rationeel”

Oorlog is niet alleen een smerig, maar ook een rationeel spel, beaamt Stefan. Strategen maken altijd een afweging tussen snelheid en zorgvuldigheid. ’Als bijvoorbeeld onze special forces onder vuur liggen, gooi je wat sneller. Met wat meer kans om burgers te raken. Juist omdat we zo chirurgisch werken, duurde het zo lang om IS op te rollen.

Het had sneller gekund, maar dan waren er ook meer slachtoffers gevallen. In de expansiefase van IS werd dus wat meer risico genomen. Je wilt echt niet dat Bagdad was gevallen. Dan waren er meer mensen omgekomen. Ook burgers. Niks doen is nog erger. Oorlog is een spelletje dat we spelen omdat al het voorgaande heeft gefaald.”

Stefan zegt dat hij eraan gedacht heeft om iets te doen voor de nabestaanden. „Maar dat zal niet gaan. Defensie wil geen vlieger koppelen aan die inzet. Het mag niet. Ik weet niet of ze er behoefte aan hebben, maar ik heb weleens een brief willen schrijven. Misschien denken ze dat ik een soort cowboy ben omdat ik een halve familie heb uitgemoord. Misschien helpt het als ze weten dat ik er ook heel erg mee zit.”

Bekijk meer van; defensie gewapend conflict human interest Islamitische Staat

Een Nederlandse F-16 stijgt op vanuit de luchtmachtbasis in Jordanië Defensie

F-16 piloot over bombardement met burgerdoden: ‘Misselijkmakende gedachte’

NOS 05.11.2019   Een Nederlandse F-16 piloot die een bombardement uitvoerde op een verkeerd doelwit in Irak, vindt het moeilijk om te leven met het idee dat hij burgerslachtoffers heeft gemaakt. Dat vertelt hij aan EenVandaag en De Telegraaf.

In de nacht van 20 op 21 september 2015 ging hij op missie om een IS-hoofdkwartier in Mosul te raken. Later bleek dat een Iraaks woonhuis. Vier burgers kwamen om bij de ontploffing. De piloot vindt dat een “misselijkmakende gedachte”.

Foute informatie

In eerste instantie had de piloot, die vanwege veiligheidsoverwegingen niet bij naam genoemd wil worden, geen enkel idee dat er iets fout was gegaan. Maar een paar weken na de actie kreeg hij een telefoontje vanuit Nederland: de Amerikanen waren een onderzoek gestart naar het bombardement. Op dat moment wist de piloot nog niet wat de reden daarachter was. Pas na maanden werd voor hem duidelijk dat er een fout was gemaakt ‘in het selectieproces van het doel’.

Dat was “een klap in mijn gezicht”, vertelt hij aan De Telegraaf. Toen de piloot later over het gezin las, in een interview met de enige overlevende van het bombardement, kon hij nachtenlang niet slapen. Aan EenVandaag vertelt de jachtvlieger hoe confronterend hij het vond om de schade en de omgekomen familieleden te zien. “Je bent daar met het idee mensen te bevrijden, maar dit gaat geheel tegen dat principe in.”

Niet aansprakelijk

De acties waren volgens de jachtvlieger zorgvuldig voorbereid. Hij verzekert: “we doen er alles aan om burgerslachtoffers te voorkomen”.

De fout is te wijten aan verkeerde Amerikaanse inlichtingen, bevestigde minister van Defensie Bijleveld gisteren. Volgens haar voelt Nederland zich wel verantwoordelijk, maar is het volgens het oorlogsrecht niet aansprakelijk. Dat betekent ook dat de enige overlever van het bombardement, Basim Razzo, geen aanspraak kan maken op een financiële compensatie van de Nederlandse overheid.

Bekijk ook;

Toenmalig minister Hennis en Commandant der Strijdkrachten Middendorp bezochten in 2017 een centrum in Mosul waar gewonde Iraakse militairen werden opgevangen ANP

Hoe de Kamer jarenlang in het duister tastte over burgerdoden in Irak

NOS 04.11.2019 Op het ministerie van Defensie was al snel duidelijk dat er iets ernstig mis moest zijn gegaan bij een bombardement op de Iraakse stad Hawija. Er vielen op 3 juni 2015 zeker 70 doden. Maar de Tweede Kamer moest bijna drie jaar wachten voordat het iets te horen kreeg over de gevolgen van de aanval, en nog een jaar voordat het ministerie openheid gaf over het aantal doden.

Hieronder een reconstructie op basis van Kamerbrieven en -verslagen;

De controlevlucht die de F-16-piloot direct na de aanval in Hawija uitvoert levert een somber beeld op. Een complete wijk is vernietigd, doordat er gigantisch veel munitie in de bommenfabriek lag opgeslagen die het doel was van de aanval.

“Onbedoelde nevenschade”, concludeert het ministerie. De bevindingen gaan naar het Pentagon. Daar wordt de zaak onderzocht. Het Amerikaanse ministerie van Defensie laat Nederland op 15 juni weten dat er volgens hen 70 mensen zijn omgekomen, zowel IS-strijders als burgers.

Toch is dat niet wat toenmalig minister Hennis van Defensie de Tweede Kamer op 23 juni meldt. “Voor zover op dit moment bekend, is er geen sprake geweest van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers door luchtaanvallen in Irak”, antwoordt ze schriftelijk na een vraag van de vaste Kamercommissie van Buitenlandse Zaken.

Die ontkenning was fout, stelt minister Bijleveld vandaag. Of minister Hennis niet wist van de Amerikaanse conclusies, of dat ze bewust niet de waarheid sprak, schrijft ze niet. Maar het is niet de enige keer dat Hennis de Nederlandse betrokkenheid bij de dood van burgerdoden stellig ontkent.

Smart weapons

Een week later, op 30 juni, debatteert minister Hennis met de Kamer over de voortgang van de missie in Irak. Verschillende Kamerleden willen het zeker weten; in internationale media verschijnen verhalen over burgerdoden. Is Nederland daar echt niet bij betrokken?

Opnieuw is minister Hennis stellig in haar antwoord. Alle meldingen over burgerslachtoffers worden volgens haar “onmiddellijk door de coalitie onderzocht”, maar dat is “tot nu toe niet het geval geweest”.

De schade in Hawija was goed zichtbaar op satellietbeelden AZMAT KHAN, NEW YORK TIMES

Dat er geen burgerdoden te betreuren zijn is volgens haar niet zo gek. “Het is zo precies. Het is niet zo dat je gelijk een complete wijk of regio platlegt. Dat komt door die smart weapons waarover ik net sprak”, aldus de minister drie weken nadat door Nederlands toedoen een wijk volledig was weggevaagd.

Hennis belooft: Kamer wordt meegenomen

Twee dagen later doet ze in de Kamer bij de stemmingen ook nog een harde toezegging. “Als er sprake is van burgerslachtoffers door Nederlands optreden, wordt de Kamer daarover geïnformeerd, uiteraard na onderzoek.”

Om daaraan toe te voegen: “Het antwoord op de vragen of alle berichten worden onderzocht, of er sprake is van een compensatieregeling en of de Kamer wordt meegenomen als wordt vastgesteld dat er burgerslachtoffers zijn gevallen na het uitvoeren van een bombardement door Nederlandse F-16’s, is “ja”.”

Maar in de maanden die volgen wordt de Kamer niet ‘meegenomen’ door de minister. Op 21 september is er opnieuw een incident bij een Nederlandse luchtaanval, waarbij, zo blijkt vandaag, vier burgers om het leven zijn gekomen. Ook daar hoort de Kamer op dat moment niets over.

Op 5 juni 2015, twee dagen na de aanval op Hawija, brengt de Kamer een bezoek aan de Nederlandse F-16-piloten Defensie

In de winter van 2017 doet de minister een korte mededeling in een lange brief. De eerste missie is dan inmiddels beëindigd. “Van de inmiddels ruim 1300 wapeninzetten van Nederland worden twee gevallen van mogelijke burgerslachtoffers onderzocht”, meldt de minister op 6 februari als antwoord op Kamervragen.

De onderzoeken worden gedaan door het Openbaar Ministerie, en over de uitkomsten zal de Kamer worden geïnformeerd.

Een half jaar later blijkt dat er inmiddels vier onderzoeken lopen. “Ik zeg de Kamer graag toe dat zodra het OM Defensie informeert over onderzoeken die lopen of over uitkomsten, Defensie vervolgens de Kamer informeert”, zegt ze op 13 juli 2017.

Eerste erkenning

Daarna blijft het lang stil. Hennis’ opvolger Ank Bijleveld verwijst steevast naar de lopende onderzoeken. In april 2018, bijna drie jaar na de aanval op Hawija, wordt de Nederlandse betrokkenheid bij burgerdoden voor het eerst erkend als de uitkomsten van de onderzoeken van het OM naar de Kamer gaan. Een nieuwe missie is dan net weer van start gegaan.

Bij één aanval (die later de aanval op Hawija blijkt te zijn) zijn “zeer waarschijnlijk” burgerdoden gevallen. Bij een andere incident (die op Mosul) is het zeker, meldt de nieuwe minister. Omdat er niets onrechtmatigs is gebeurd, doet het OM geen verder onderzoek. Over het tijdstip en de locatie van de aanval worden geen mededelingen gedaan, vanwege de nationale veiligheid.

Hoeveel doden er zijn gevallen bij beide incidenten, en om welke aanvallen het gaat krijgt de Kamer vandaag voor het eerst van het kabinet te horen, ruim vier jaar nadat beide incidenten plaatsvonden, en ruim twee weken nadat de NOS en NRC Handelsblad daarover berichtten.

Met de kennis van nu is het opvallend dat minister Bijleveld in april voor de bewoording “zeer waarschijnlijk” koos bij het Hawija-incident. De minister stelt vandaag dat het zeker is dat er burgers bij omkwamen, zoals het Pentagon in 2015 ook al meldde.

Bekijk ook;

Een F16 vertrekt vanuit Volkel richting Midden-Oosten anp

Tweede Kamer wil opheldering over burgerdoden Irak

NOS 04.11.2019 Tweede Kamerleden willen snel uitleg van het kabinet over de luchtaanval in 2015 in Irak waarbij zeker zeventig doden vielen, onder wie veel burgers. Ook willen ze weten waarom de Kamer hierover niet goed geïnformeerd is.

Het kabinet erkende vandaag dat Nederland verantwoordelijk is voor de luchtaanval. Uit onderzoek van de NOS en NRC bleek twee weken geleden dat bij de aanval op een munitiefabriek van IS in Hawija een wijk volledig werd verwoest. Nederland was ook betrokken bij een aanval op een woonhuis in de Iraakse stad Mosul, waarbij vier burgerdoden vielen.

Het ministerie van Defensie wist dat er in beide gevallen burgerslachtoffers waren, maar verzweeg dit aanvankelijk voor de Kamer, erkent het kabinet in een brief. Het argument om geen concrete mededelingen te doen over de Nederlandse betrokkenheid was dat de veiligheid van de militairen niet in gevaar mocht worden gebracht.

Heel ernstig

GroenLinks-Kamerlid Diks noemt de kwestie heel ernstig. Volgens haar heeft de Kamer meerdere malen om de informatie gevraagd. “Dat schaadt het vertrouwen van de Tweede Kamer. GroenLinks wil morgen uitleg van de ministers van Defensie en Buitenlandse Zaken.”

D66-Kamerlid Belhaij spreekt van een slechte zaak, waarover ze op de kortst mogelijke termijn in debat met de minister wil.

SP-Kamerlid Karabulut schrijft dat ze “de waarheid” eist. “Iets anders past een democratie niet”. “Duidelijk is wederom dat zonder onderzoeksjournalisten en andere critici deze waarheid waarschijnlijk nooit aan het licht was gekomen”.

Complex

PvdA-Kamerlid Kerstens benadrukt dat de situatie ter plekke complex was en dat de veiligheid van militairen ter plaatse altijd moet worden gewaarborgd. Toch vindt de PvdA ook dat openheid had moeten worden gegeven, zeker na herhaaldelijk aandringen van de Kamer.

“Defensie blinkt nu niet uit zichzelf uit in openheid, zo hebben we vaker moeten ervaren”.

Ook VVD-Kamerlid Bosman wil snel een debat. “Het is goed dat de minister, met respect voor de veiligheid van onze militairen, nu maximale transparantie geeft over de missie in Irak. Daarbij roept ze wel veel vragen op over twee specifieke missies, over de burgerslachtoffers die daar vielen en de communicatie daarover achteraf. Ik wil daar snel met de minister over in debat.”

Ook CDA en ChristenUnie willen snel een debat.

Onvolledige informatie

Minister Bijleveld erkent dat de Kamer verkeerd is geïnformeerd. Volgens haar had destijds beter niets gezegd kunnen worden. “Je zit in een operationele tijd, dan moet je niet communiceren. In verband met de operationele veiligheid, de persoonlijke veiligheid en de nationale veiligheid”. Volgens Bijleveld kan er nu de missie voorbij is wel openheid gegeven worden.

Ze schrijft in haar brief dat het in de toekomst anders moet. Kamerleden willen graag van haar horen hoe het kabinet dat ziet.

Bijleveld schrijft ook in de brief aan de Kamer dat de informatie waar de aanval op gebaseerd was niet volledig bleek.

“Men ging ervan uit dat er geen mensen verbleven in het gebied rondom de bommenfabriek. Maar vooral was men verrast door de grote hoeveelheid munitie in de fabriek, die voor een enorme tweede explosie zorgde”.

De minister zegt de dood van de burgerslachtoffers “ten zeerste te betreuren”.

“Dit is extra wrang wanneer ons handelen erop gericht was om zo veel mogelijk nevenschade, en bij uitstek burgerslachtoffers, te voorkomen”, schrijft ze. “Het betrof hier echter een oorlogssituatie waarbij deze risico’s nooit volledig kunnen worden uitgesloten.”

Eerdere verklaringen over de aanval

Na de aanval op Hawija op 3 juni 2015 wist Defensie vrij snel dat er iets mis was gegaan en dat er onbedoelde nevenschade was.

Amerikanen zouden al kort na de aanval gemeld hebben dat er zowel burgerslachtoffers als IS-strijders waren omgekomen.

In antwoord op schriftelijke vragen schreef toenmalig minister Hennis op 22 juni 2015 dat er door Nederlands handelen geen burgers waren omgekomen.

Op 30 juni zegt zij in een Kamerdebat dat alle meldingen over burgerslachtoffers zijn onderzocht en dat het “tot nu toe niet het geval is geweest”.

In 2018 zegt André Steur -hoofd Operaties bij Defensie- tegen RTLnieuws dat de slachtoffers allemaal IS-strijders waren.

In juni 2018 zegt minister Bijleveld in antwoord op vragen van de SP dat het om het belang van de veiligheid van de individuele vlieger en de eenheid, maar ook om de veiligheid van hun thuisfront en van de Nederlandse samenleving gaat. “Het kabinet is daarom ook niet bereid om in te gaan op verzoeken om meer informatie over deze gevallen.”

Bekijk ook;

Kabinet erkent Nederlandse luchtaanval boven Irak met 70 doden

NU 04.11.2019 Het kabinet erkent verantwoordelijkheid voor de luchtaanval in 2015 op een bommenfabriek in Irak waarbij zeventig slachtoffers vielen waaronder een onbekend aantal burgerslachtoffers, schrijft minister Ank Bijleveld van Defensie in een brief aan de Tweede Kamer. Ook was het ministerie in 2015 al op de hoogte van het aantal burgerdoden, maar is de Kamer hier destijds niet juist over ingelicht.

In de brief schrijft Bijleveld dat er bij de bommenfabriek veel meer explosief materiaal lag opgeslagen dan Nederland kon weten, waardoor er een onvoorzien aantal doden zijn gevallen. Ook was niet duidelijk dat er burgers rondom de fabriek verbleven. De informatie waarop de aanval was gebaseerd was dus onvolledig, aldus Bijleveld.

De minister betreurt de burgerslachtoffers. “Dit is extra wrang wanneer ons handelen erop gericht was om zoveel mogelijk nevenschade, en bij uitstek burgerslachtoffers, te voorkomen. Het betrof hier echter een oorlogssituatie waarbij deze risico’s nooit volledig kunnen worden uitgesloten.”

Uit onderzoek van de NOS en NRC bleek twee weken geleden dat bij de luchtaanval gericht op de Iraakse stad Hawija een wijk volledig werd verwoest. Het zou een van de bloedigste aanvallen zijn geweest van de internationale coalitie tegen Islamitische Staat (IS).

Oud-minister van Defensie Hennis lichtte Kamer onjuist in

Oud-minister van Defensie Jeanine Hennis meldde daarnaast volgens Bijleveld ten onrechte in de zomer van 2015 aan de Tweede Kamer dat er voor zover bekend geen burgerslachtoffers waren gevallen bij de aanval.

Uit de brief van Bijleveld blijkt dat haar voorganger destijds al beschikte over een intern verslag en een Amerikaanse rapportage van de aanval. Uit beide documenten bleek al dat er waarschijnlijk burgers om het leven waren gekomen.

Nederland ook betrokken bij aanval op woning in Mosoel

Bijleveld schrijft verder in haar brief dat Nederland ook betrokken was bij een tweede aanval in Irak, waarbij vier mensen om het leven kwamen. De aanval was gericht op een vermoedelijk hoofdkwartier van IS in de stad Mosoel. Achteraf bleek het om een woning te gaan.

NOS en NRC schrijven dat het voor het eerst is dat Nederland openheid van zaken geeft over door Nederland uitgevoerde luchtaanvallen. Volgens Bijleveld is dit nu mogelijk omdat Nederland tegenwoordig niet meer deelneemt aan dergelijke luchtmissies. Hierdoor brengt het melden van deze gegevens “niet langer risico’s met zich mee voor de operationele en personele veiligheid”.

Minister: Geen schadevergoeding mogelijk voor nabestaanden

De minister stelt daarnaast dat nabestaanden van de aanvallen geen aanspraak kunnen maken op een schadevergoeding van de Nederlandse Staat.

Het Openbaar Ministerie (OM) onderzocht de aanvallen en concludeerde in april 2018 al dat de aanvallen rechtmatig waren. Volgens Bijleveld is Irak verantwoordelijkheid voor de afhandeling van individuele schadevergoedingen.

Wel wil het kabinet “een gebaar van goede wil” maken, zegt Bijleveld in gesprek met NRC. De minister gaat onderzoeken of het mogelijk is om een fonds beschikbaar te stellen voor bijvoorbeeld de wederopbouw van Hawija.

Lees meer over: Irak  Politiek

Een Nederlandse F-16 stijgt op vanaf de basis in Jordanië, van waaruit IS-doelen in Irak en Syrië werden bestookt Defensie

Kabinet erkent burgerdoden bij luchtaanval Irak, Tweede Kamer verkeerd ingelicht

NOS 04.11.2019 Het kabinet erkent dat Nederland verantwoordelijk is voor de luchtaanval in 2015 op een bommenfabriek in Irak, en dat daarbij zeventig mensen omkwamen. Het ministerie van Defensie was op de hoogte van burgerslachtoffers, maar verzweeg dit aanvankelijk voor de Kamer, blijkt uit een brief van minister Bijleveld aan de Tweede Kamer.

Nederland was ook betrokken bij een aanval op een woonhuis in de Iraakse stad Mosul, waarbij vier mensen om het leven kwamen, schrijft de minister. Het is voor het eerst dat Nederland opening van zaken geeft over door Nederland uitgevoerde luchtaanvallen, in de strijd tegen de islamitische terroristische organisatie IS.

Uit onderzoek van de NOS en NRC bleek twee weken geleden dat in 2015 bij een Nederlandse aanval op een bommenfabriek van IS in Hawija een wijk volledig werd verwoest. Het was een van de bloedigste aanvallen van de internationale coalitie in de strijd tegen IS. Hierbij kwamen zeker zeventig mensen om het leven, onder wie volgens ooggetuigen ook kinderen.

Lex Runderkamp bezocht eerder de plek waar de Nederlandse bom viel:

Dit is de plek waar de Nederlandse F-16-bom viel

De informatie waar de aanval op was gebaseerd was onvolledig, schrijft de minister. Men ging ervan uit dat er geen mensen verbleven in het gebied rondom de bommenfabriek. Maar vooral was men verrast door de grote hoeveelheid munitie in de fabriek, die voor een enorme tweede explosie zorgde.

De minister zegt de dood van de burgerslachtoffers “ten zeerste te betreuren”. “Dit is extra wrang wanneer ons handelen erop gericht was om zo veel mogelijk nevenschade, en bij uitstek burgerslachtoffers, te voorkomen”, schrijft ze. “Het betrof hier echter een oorlogssituatie waarbij deze risico’s nooit volledig kunnen worden uitgesloten.”

In haar reactie gaat Bijleveld ook in op het verkeerd informeren van de Kamer:

‘Achteraf moet we vaststellen dat de informatie onvolledig was’

Na de aanval op Hawija op 3 juni wist het ministerie van Defensie vrij snel dat er iets mis was gegaan, doordat de Nederlandse F-16-piloot direct een Battle Damage Assessment uitvoerde. Hieruit bleek dat er sprake was van “onbedoelde nevenschade”, schrijft de minister. Ook de Amerikanen onderzochten de zaak en lieten op 15 juni weten aan het ministerie van Defensie weten dat er zeventig mensen zijn omgekomen bij het bombardement.

Volgens het ministerie hebben de Amerikanen aan Nederland hierbij gemeld dat er zowel burgerslachtoffers als IS-strijders zijn omgekomen, maar dat het achteraf niet mogelijk was om vast te stellen wie een IS-strijder was en wie burger. Eerder meldde het Amerikaanse Pentagon aan NOS en NRC dat het om 70 burgers gaat.

De Tweede Kamer kreeg in op 22 juni, een week nadat de Amerikanen Den Haag hadden geïnformeerd, iets anders te horen. In antwoord op schriftelijke vragen schreef toenmalig minister Hennis dat er door Nederlands handelen geen burgers zouden zijn omgekomen. “Op zich is dat fout, dat klopt niet”, zegt Bijleveld nu in een toelichting. Op dat moment was op het ministerie namelijk al bekend dat de Amerikanen wel degelijk uitgingen van burgerdoden.

Hennis, nu VN-gezant voor Irak, wil niet reageren. Ze zegt dat dit aan de huidige minister is.

Hennis is nu VN-gezant voor Irak ANP

Ook over een tweede aanval geeft het kabinet nu opening van zaken. Een vermoedelijk IS-hoofdkwartier in Mosul bleek achteraf een woonhuis te zijn, waardoor op 21 september 2015 vier leden van een familie om het leven kwamen. Het incident kreeg internationaal veel aandacht, nadat The New York Times er uitvoerig over had bericht.

Het is voor het eerst dat Nederland data en locaties doorgeeft van door Nederland uitgevoerde luchtaanvallen. Volgens minister Bijleveld is dat nu mogelijk doordat Nederland niet langer deelneemt aan de luchtmissie en het melden van deze gegevens daardoor “niet langer directe risico’s met zich meebrengt voor de operationele en personele veiligheid”.

Schadevergoeding

Nabestaanden kunnen geen aanspraak maken op een schadevergoeding van Nederland, stelt de minister. Het Openbaar Ministerie heeft beide zaken onderzocht en geconcludeerd dat er niets onrechtmatig is gebeurd. Bovendien is Irak volgens Bijleveld verantwoordelijk voor de afhandeling van individuele schademeldingen.

Toch onderzoekt het kabinet de mogelijkheid om een fonds beschikbaar te stellen voor “de gemeenschappen in kwestie”. Bijleveld benadrukt dat dit geen erkenning van schuld is, maar een blijk van goede wil in de richting van de getroffen gebieden.

Kon de Nederlandse Luchtmacht de aanval afblazen?

Nederlandse F-16’s werden tussen 2014 en 2016 en in 2018 ingezet in Irak en Syrië als onderdeel van een grote internationale coalitie. Daarbij werden vanuit Jordanië ruim 2100 luchtaanvallen uitgevoerd. Doel van de missie was om IS te bestrijden.

Van twee aanvallen maakt het ministerie nu de exacte gegevens bekend, omdat het volgens het ministerie de enige twee bombardementen zijn waarbij door Nederland zelf is vastgesteld dat er “zeker dan wel zeer waarschijnlijk burgerslachtoffers” bij zijn omgekomen.

Waar gebombardeerd zou worden, werd bepaald in het internationale hoofdkwartier van de operatie in Koeweit. Op een tweede hoofdkwartier in Qatar werd alle beschikbare informatie nogmaals bestudeerd en uiteindelijk groen licht gegeven voor een aanval. Een Nederlandse militair, de Red Card Holder, bijgestaan door een jurist van Defensie, controleerde de beschikbare informatie en had nee mogen zeggen.

“Wanneer Nederland wel een doel kreeg toebedeeld was door de Red Card Holder dus vooraf zeker gesteld dat het risico op nevenschade zo klein mogelijk was, zoals vereist door het humanitair oorlogsrecht”, schrijft de minister.

Bekijk ook;

november 6, 2019 Posted by | 2e kamer, aanslag, Combined Air Operations Centre, dreiging, Hawija, Irak, is, isis, islam, politiek, Rutte 3, syrie, terreur, terreurdreiging, terrorisme | , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , | 1 reactie