Debat in de Digitale Hofstad

Stemmen uit de Haagse Wijken

Van Scheefhuurders en Knelhuurders – deel 9

Het rijtjeshuis staat in de populaire buurt Amsterdam-Zuid.

Nieuwe maatregelen moeten de crisis op de woningmarkt verlichten

Het kabinet kwam dinsdag 17.09.2019 , op Prinsjesdag, met een maatregel die de stijging van de huren moet beperken. Het aandeel van de WOZ-waarde bij de bepaling van de huur wordt beperkt tot 33 procent.

Scheefwonen wordt aangepakt, en de positie van kopers wordt versterkt. Dat bevestigen bronnen rond het kabinet aan de politieke redactie van RTL Nieuws.

De aanpak komt bovenop het geld dat het kabinet uittrekt voor de poging om de woningmarkt vlot te trekken. Eerder lekte uit dat er een miljard euro wordt gestopt in een nieuwbouwfonds voor gemeenten.

Ook krijgen de woningcorporaties een korting op de verhuurdersheffing, om hen aan te zetten tot nieuwbouw. In Nederland worden nu nog veel te weinig nieuwe woningen gebouwd. De Woonbond reageerde net als de koepel van woningcorporaties Aedes al kritisch op die maatregelen. Het liefst zien ze de belastingen op sociale woningbouw verdwijnen.

Noodkreet Aedes Nieuwbouw

Het extra geld dat het kabinet op Prinsjesdag uittrekt voor de woningmarkt, zet woningcorporaties niet aan tot nieuwbouw en verduurzaming. De corporaties betalen de komende jaren juist honderden miljoenen euro méér belasting, zegt koepel Aedes.

We halen de klimaat­doel­stel­lin­gen niet, waardoor mensen langer in een slecht huis met een hoge gasreke­ning zitten, aldus Marnix Norder, Aedes-voorzitter.

Uit nieuwe cijfers blijkt dat woningcorporaties de komende jaren veel meer kwijt zijn aan belastingen dan eerder was geraamd door het ministerie van Financiën. De extra meevaller voor corporaties die het kabinet op Prinsjesdag aankondigt – een korting van 1 miljard euro op de verhuurdersheffing, uitgesmeerd over tien jaar – valt daarbij in het niet, zegt Aedes-voorzitter Marnix Norder.

WOZ

Bij het berekenen van de maximale huurprijs gaat de WOZ-waarde nog maar voor 33 procent meetellen. Nu is de WOZ-waarde, die vooral in de grote steden snel is gestegen, vaak de aanjager van forse huurstijgingen.

Lees: Aantal scheefgroeiers neemt na afname weer toe in regio Den Haag AD 11.07.2022

Meer huur

Scheefwoners gaan daarom meer huur  betalen. Die maatregelen neemt het kabinet om de vastgelopen woningmarkt vlot te trekken, bevestigen Haagse bronnen na berichtgeving van RTL Nieuws.

De aanpak van scheefwoners is niet onomstreden. Vorig jaar bleek al dat de coalitie iets wil doen aan scheefwoners, maar dat leidde tot veel woedende reacties. Zo stelt een deel van de scheefwoners dat zij geen mogelijkheden hebben om te verhuizen naar een koopwoning of duurder huurhuis.

Eerder kondigde Ollongren al aan dat starters mogelijk worden vrijgesteld van overdrachtsbelasting. Woningcorporaties hoeven ook niet langer belasting te betalen over de bouw van tijdelijke huurhuizen.

Telegraaf 03.12.2020

Huren 2019

Het gemiddelde aan huurstijgingen bij woningcorporaties mag volgend jaar niet hoger zijn dan maximaal 2,6 procent (1,6% inflatie + 1 procentpunt). Het optrekken van de huur na een verhuizing (huurharmonisatie) telt daarin mee.

Op huishoudniveau mogen in het zogeheten gereguleerde segment de huren met maximaal 4,1 procent stijgen. Voor scheefwoners is dat maximaal 5,6 procent. Het kabinet wil zo de doorstroming van hogere inkomens blijven stimuleren.

De beperkte huursomstijging van 2,6 procent zorgt gemiddeld gezien voor een demping van de huurverhogingen. Huurverhogingen boven dit percentage moeten dan worden gecompenseerd met lagere of geen huurverhogingen.

De maximale huursomstijging geldt niet voor particuliere verhuurders.

De cijfers zijn vandaag door minister Ollongren (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) in de Staatscourant gepubliceerd. De maximale huurverhoging is gebaseerd op het vastgestelde inflatiecijfer van 1,6 procent en een opslag van 2,5 procentpunt. Voor scheefwoners is de opslag 4 procentpunt.

Sociaal Huurakkoord 2018

Als de leden van Aedes en de Woonbond het concept Sociaal Huurakkoord 2018 bekrachtigen, dan stellen deze partijen voor om de maximale huursomstijging voor corporaties gelijk te stellen aan inflatie, maar dan exclusief huurharmonisatie, liberalisatie en huurverhogingen wegens verduurzaming.

Voor wijziging van wat in de berekening van de maximale huursomstijging per corporatie per kalenderjaar meetelt en wat niet, moet eerst de wet worden aangepast en dat lukt niet vóór 1 januari 2019.

Daarom kan die afspraak uit het concept Sociaal Huurakkoord nog niet voor 2019 in de wetgeving geregeld worden. Maar corporaties mogen uiteraard in de lijn van het Sociaal Huurakkoord hun huursomstijging in 2019 zoals die nu geldt (inclusief huurharmonisatie) op vrijwillige basis beperken tot minder dan 2,6 procent.

Maximale huurverhoging per woning:

  • 4,1 procent voor huishoudens met een inkomen tot en met 42.436 euro;
  • 5,6 procent voor huishoudens met een inkomen boven 42.436 euro.

Huishoudens van 4 of meer personen en huishoudens waarbij iemand de AOW-leeftijd heeft bereikt, zijn uitgezonderd van de hogere huurverhoging. Dat geldt ook voor bepaalde groepen chronisch zieken en gehandicapten. Voor al deze categorieën geldt een maximale huurverhoging van 4,1 procent.
Voor onzelfstandige woningen (kamers), woonwagens en standplaatsen mag de huur vanaf 1 juli 2019 met maximaal 3,1 procent worden verhoogd.

Woningvoorraad

Bij ruim de helft van alle sociale huisvesters is de voorraad betaalbare woningen in 2017 gekrompen. Dat blijkt uit de Aedes Benchmark 2018.

Bij 149 corporaties is het bezit aan betaalbare woningen gekrompen. Groei was er bij 122 corporaties. Per saldo zijn 17.000 betaalbare woningen verdwenen, een daling van 0,9 procent.

Ook deden corporaties massaal afstand van duurdere sociale huurwoningen (tussen hoge aftoppingsgrens van 635 euro en liberalisatiegrens van 711 euro): 206 corporaties zagen dit deel van het woningbezit afnemen. Slechts 61 corporaties hadden eind 2017 meer van woningen met een huur tussen 635 en 711 euro in bezit in vergelijking met begin 2017. Per saldo tellen de sociale huisvesters 55.000 minder van deze woningen, een daling van 2,6 procent.

Woningstichting Den Helder zag de betaalbare woningvoorraad het snelst krimpen: -18 procent. De corporatie Wierden en Borgen uit Groningen breidde van alle corporaties het snelst uit: +34 procent. Een deel van de nieuwbouw komt daar voor rekening van de versterkingsoperatie in verband met de aardbevingen.

Op lange termijn verdwijnen de corporatiewoningen

Aedes verklaart de daling van de beschikbaarheid deels door de eenmalige overheveling van woningen naar de commerciële tak van corporaties. Een gevolg van de nieuwe Woningwet. In totaal zijn er 51.000 woningen tot de liberalisatiegrens uit de zogeheten DAEB-tak (sociale huurwoningen) ondergebracht in de niet-DAEB-tak (commerciële tak).

Na deze administratieve verhuizing zijn de woningen nog steeds in bezit van de corporatie en dus niet direct onttrokken aan de sociale woningvoorraad, benadrukt Aedes. Echter, op lange termijn verdwijnen de meeste woningen wel.

“Als deze overheveling naar niet-DAEB buiten beschouwing wordt gelaten, zou de voorraad tot de hoge aftoppingsgrens met 0,7 procent zijn gegroeid. Bij de totale voorraad tot de liberalisatiegrens zou dat een afname van 0,2 procent zijn geweest”, verantwoordt Aedes de verandering van de sociale huurvoorraad.

De 291 geënquêteerde corporaties (90 procent van alle corporaties) bouwden in 2017 11.900 sociale huurwoningen. Ze kochten 5.000 woningen aan en sloopten er 8.100. Daarnaast werden 8.400 woningen verkocht. Per saldo werden 500 sociale huurwoningen door de corporaties toegevoegd.

Bedrijfslasten per woning 35 euro gestegen

De corporaties moeten zich sinds de in 2015 herziene Woningwet richten op betaalbare woningen. Door oplopende lasten , zoals de verhuurderheffing, is de druk om efficiënter te werken gegroeid. De afgelopen vijf jaar zijn de beïnvloedbare bedrijfslasten totaal met 25 procent gedaald. De niet-beïnvloedbare bedrijfslasten (onder andere verhuurdersheffing) zijn in dezelfde periode met ruim 75 procent gestegen.

De totale bedrijfslasten per verhuureenheid (meestal woning) zijn in 2017 met 35 euro gestegen. De daling van de beïnvloedbare bedrijfslasten komt vrijwel volledig voor rekening van de daling van de personeelskosten met 24 euro.

Onderhoudskosten 16 procent gestegen

In 2017 zijn de kosten voor onderhoud en woningverbetering met 16 procent gestegen (349 euro) naar 2.495 euro per woning. Deze stijging is inclusief prijsindexatie. Oorzaak is een toename van de investeringen in woningverbetering van 210 euro woning (516 miljoen euro) en planmatig onderhoud van 127 euro per woning (312 miljoen euro).

Van de investeringen in woningverbetering wordt een groter aandeel in energetische maatregelen geïnvesteerd. Zo’n 40 procent van de investeringen in woningverbetering (zo’n 268 miljoen euro) is gericht op energetische maatregelen.

Duurzaamheid versus Klimaatakkoord

In 2015 volgde uit de internationale klimaattop in Parijs het ‘Akkoord van Parijs’ dat door 195 landen is ondertekend. Ook Nederland ondertekende dat akkoord en stemde daarmee in de opwarming van de aarde beperken tot ruim onder 2 graden Celsius, met een duidelijk zicht op 1,5 graden Celsius.

Als we de gebouwde omgeving niet sneller duurzamer maken halen we de doelen van het klimaatakkoord niet. Ook de Nederlandse energie zal met het huidige tempo in 2050 niet voor 80 tot 95 procent duurzaam kunnen zijn. De gebouwde omgeving zorgt voor maar liefst 40 procent van de CO2-uitstoot.

Voor kantoren en sociale huurwoningen zijn daarover afspraken gemaakt. Voor koopwoningen gelden die echter nog niet. In de huursector is bovendien een forse inhaalslag nodig, omdat jaarlijks het energielabel van slechts 60.000 huurwoningen – nog geen 3 procent van de woningvoorraad –  verbeterd wordt. Dat concludeert ABN AMRO in ‘Op duurzaamheid kun je bouwen‘.

lees: kamerbrief over maatregelen woningmarkt voor betaalbaarheid huurders en investeren in leefbaarheid 06.11.2020

lees: kamerbrief over voortgang-versnelling-woningbouw 06.11.2020

lees: contouren doorbouwgarantie

zie ook: Krapte op de woningmarkt in Nederland

zie ook: Met ook het Haags betaalbare wonen op weg naar 21.03.2018

zie ook: Scheefhuurders en Knelhuurders – de Nasleep

zie ook: De nieuwe Woningwet treedt per 1 juli 2015 in werking

zie ook: Huurdersheffing versus De Nacht van Adri Duivesteijn ??

Zie ook: Van Scheefhuurders en Knelhuurders – deel 8

Zie ook: Van Scheefhuurders en Knelhuurders – deel 7

zie ook: Van Scheefhuurders en Knelhuurders – deel 6

zie ook: Van Scheefhuurders en Knelhuurders deel 5 – Huurder weer in de knel

zie ook: Van Scheefhuurders en Knelhuurders deel 4 – advies commissie Rob van Gijzel

zie ook: Van Scheefhuurders en Knelhuurders deel 3

zie ook: Van Scheefhuurders en Knelhuurders deel 2

zie ook: Van Scheefhuurders en Knelhuurders deel 1

Het rapport;  Op duurzaamheid kun je bouwen juni 2017 ABN-AMRO

Meer; duurzaamheid woningcorporaties

Meer; plan van aanpak duurzaamheid woningcorporaties

Meer; verduurzaming woningcorporaties

Zie ook; Huurverhoging

Lees: “Te ruime” sociale woning? Daar betaal je vanaf volgend jaar meer voor | VRT 25.10.2022

Lees: Een op veertien bewoners sociale huurwoning heeft te hoog inkomen NU 01.07.2022

Lees: Een op veertien bewoners sociale huurwoning verdient te veel RTL 01.07.2022

Lees: Onderzoek: vooral stellen wonen ’scheef’ in sociale huurwoning  Telegraaf 01.07.2022

Een huur die past bij je inkomen: mogelijk huurverlaging in 2021 als je duur huurt

RO 13.11.2020 Veel mensen in een sociale huurwoning betalen een huurprijs die past bij hun inkomen. De Woningcorporatie wijst je een woning toe die betaalbaar is. Maar soms verandert er iets in je situatie: je inkomen daalt bijvoorbeeld. De woning kan dan ineens toch te duur voor je worden. Het kabinet wil deze huurders helpen met een eenmalige huurverlaging in 2021.

Woningcorporaties nemen contact op

Woningcorporaties gaan actief huurders opzoeken van wie ze vermoeden dat de huur niet meer past bij de hoogte van het inkomen. Of huurders de huurverlaging krijgen, hangt af de hoogte van hun huur en van hun inkomen en medebewoners. Belangrijk hierbij is dat woningcorporaties het inkomen van 2019 gebruiken; dit is vastgesteld door de Belastingdienst.

Je kunt ook zelf om huurverlaging vragen

Huurders die recent  te maken hebben gehad met een inkomensdaling, kunnen zelf de huurverlaging aanvragen in 2021. Dit doen ze bij hun woningcorporatie. De inkomensdaling moet tenminste zes maanden duren op het moment van het verzoek tot huurverlaging. Het kabinet wil hiermee huurders tegemoet komen die in moeilijkheden zijn geraakt sinds het begin van de coronacrisis.

Betaalbaar wonen

Deze aanpak vormt onderdeel van de maatregelen die het kabinet neemt om de betaalbaarheid van wonen te vergroten, zeker voor kwetsbare groepen. De Tweede Kamer heeft op 12 november ingestemd met het wetsvoorstel wat de eenmalige huurverlaging mogelijk maakt. De Eerste Kamer behandelt het voorstel in december.

Zie ook

Woningcorporaties in actie tegen belasting: ‘Alsjeblieft minister, 12,4 miljoen euro’

AD 27.09.2019 Al enkele jaren strijden woningcorporaties tegen de ‘crisisbelastingen’ die ze moeten afdragen. Nu zetten ze een nieuw middel in: via social media delen ze het bedrag dat ze moeten ‘overmaken’ aan de overheid. ‘Daarmee hadden we ook tweehonderd mensen aan een nieuwe betaalbare huurwoning kunnen helpen.’

Het vuurtje is opgestookt door de woningcorporaties Wooncompagnie uit Hoorn en Rochdale in Amsterdam. Ze namen contact op met de Woonbond en bedachten samen de hashtag #ikwileenhuis.

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

De corporaties moeten jaarlijks vóór 1 oktober de ingevoerde verhuurdersheffing overmaken aan het rijk. Die is ingevoerd in crisistijd (2013), bedoeld om de staatsfinanciën gezond te maken. Nu het kabinet miljarden overhoudt, snappen de corporaties niet dat ze nog steeds zoveel bij moeten dragen. ,,De crisismaatregel is verworden tot een manier om corporaties en dus huurders af te romen’’, zegt Stefan van Schaik, directeur van Wooncompagnie. ,,Het is tijd dat we de wooncrisis een gezicht geven. Wij maken inzichtelijk wat we over moeten maken. Mensen die een woning zoeken, kunnen via de hashtag laten weten hoe hen dit raakt.’’

Verantwoordelijk minister Kajsa Ollongren heeft ook al gereageerd op de actie via Twitter. ‘Het kabinet stelt 1 miljard euro extra beschikbaar voor woningbouwcorporaties. Er kan dus flink gebouwd worden de komende jaren.’ Die reactie kan op veel hoon rekenen van de corporaties. ,,Dat is een frame. Per saldo gaan we elk jaar juist meer betalen’’, aldus Van Schaik.

Meevaller

Marnix Norder van koepelorganisatie Aedes legde onlangs op deze nieuwssite uit dat woningcorporaties de komende jaren veel meer kwijt zijn aan belastingen dan eerder was geraamd door het ministerie van Financiën. De extra meevaller voor corporaties die het kabinet op Prinsjesdag aankondigde – een korting van 1 miljard euro op de verhuurdersheffing, uitgesmeerd over tien jaar – valt daarbij in het niet.

Dat heeft verregaande consequenties, waarschuwde Norder. ,,We halen de klimaatdoelstellingen niet, waardoor mensen langer in een slecht huis met een hoge gasrekening zitten, zonder dat ze daar iets aan kunnen doen. En we kunnen elk jaar minder woningen bouwen. Als corporaties zouden we graag elk jaar 30.000 nieuwe woningen bouwen om de crisis op de Nederlandse woningmarkt op te lossen. Maar in 2018 kwamen we niet verder dan 13.000. En dat zal alleen maar minder worden.’’

De pijn zit in de invoering van ATAD, een Europese belastingrichtlijn. Die zorgt ervoor dat woningcorporaties vanaf dit jaar veel minder rente mogen aftrekken en daardoor meer vennootschapsbelasting betalen. Dat komt dus bovenop de verhuurdersheffing, die in de loop der jaren is opgelopen tot zo’n 1,7 miljard euro voor alle corporaties bij elkaar. De heffing is gekoppeld aan de WOZ-waarde. Omdat koophuizen duurder zijn geworden, is de heffing ook omhoog gegaan.

Vele woningcorporaties doen mee met de actie om inzicht te geven in de hoogte van de heffing. Eigen Haard in Amsterdam maakte er zelfs een filmpje over, waarin een moedeloze bestuurder met veel tegenzin ‘afrekent’.

ANP REMKO DE WAAL

Kabinet grijpt in op huurmarkt: WOZ-waarde telt minder zwaar mee, scheefwoners gaan meer betalen

MSN 17.09.2019 De huurprijzen worden minder afhankelijk van de op veel plaatsen rap opgelopen WOZ-waarde, en scheefwoners gaan meer huur betalen. Die maatregelen neemt het kabinet om de vastgelopen woningmarkt vlot te trekken, bevestigen Haagse bronnen na berichtgeving van RTL Nieuws.

De regeringspartijen zijn de maatregelen op de valreep van Prinsjesdag overeengekomen. De problemen op de woningmarkt lijken uit te groeien tot een van de belangrijkste vraagstukken van deze opening van het politieke jaar.

Bij het berekenen van de maximale huurprijs gaat de WOZ-waarde nog maar voor 33 procent meetellen. Nu is de WOZ-waarde, die vooral in de grote steden snel is gestegen, vaak de aanjager van forse huurstijgingen.

Scheefwoners, mensen die een duurder huis zouden kunnen betalen maar toch in een sociale huurwoning blijven, gaan in een paar jaar tijd flink meer huur neertellen. Jaarlijks gaat hun maandhuur met 50 tot 100 euro omhoog tot het maximum van 720 euro is bereikt. Die huurverhoging moet de doorstroming bevorderen en woningcorporaties de ruimte geven om de huur voor mensen met een kleine beurs juist te verlagen.

Minister Kajsa Ollongren (Wonen) zou verder gaan onderzoeken of gemeenten kopers moeten kunnen verplichten om het gekochte huis ook te betrekken. Dat zou particulieren, die het nu vaak afleggen tegen verhuurders die huis na huis opkopen, meer kans geven.

Eerder kondigde Ollongren al aan dat starters mogelijk worden vrijgesteld van overdrachtsbelasting. Woningcorporaties hoeven ook niet langer belasting te betalen over de bouw van tijdelijke huurhuizen.

Kabinet pakt huurstijging en scheefwonen aan

MSN 17.09.2019 De huurprijzen worden minder afhankelijk van de op veel plaatsen rap opgelopen WOZ-waarde. Scheefwoners gaan meer huur betalen. Die maatregelen neemt het kabinet om de vastgelopen woningmarkt vlot te trekken, bevestigen Haagse bronnen na berichtgeving van RTL Nieuws.

De regeringspartijen zijn de maatregelen op de valreep van Prinsjesdag overeengekomen. De problemen op de woningmarkt lijken uit te groeien tot een van de belangrijkste vraagstukken van deze opening van het politieke jaar.

Bij het berekenen van de maximale huurprijs telt de WOZ-waarde nog maar voor 33 procent mee. Nu is de WOZ-waarde, die vooral in de grote steden snel is gestegen, vaak de aanjager van forse huurstijgingen.

Kabinet komt met aanpak huurstijging en scheefwonen

RTL 17.09.2019 Het kabinet komt vandaag, op Prinsjesdag, met een maatregel die de stijging van de huren moet beperken. Het aandeel van de WOZ-waarde bij de bepaling van de huur wordt beperkt tot 33 procent. Scheefwonen wordt aangepakt, en de positie van kopers wordt versterkt. Dat bevestigen bronnen rond het kabinet aan de politieke redactie van RTL Nieuws.

De coalitiepartijen VVD, CDA, D66 en ChristenUnie hebben, na twee weken praten, gisteren een doorbraak bereikt over het huurbeleid. Minister Kajsa Ollongren van Binnenlandse Zaken komt vandaag met een pakket aan maatregelen om problemen op de woningmarkt op te lossen.

Lees ook:

Koophuis voor modale inkomens haast onbetaalbaar

Rap tempo

Beperking van de huurstijgingen is er een van. De huren stijgen nu snel omdat de waarde van woningen in Nederland in rap tempo omhoog gaat. Dat geldt zeker voor woningen in de grote steden. Het kabinet wil die stijging afremmen door slechts een derde deel van de WOZ-waarde te laten meetellen bij het vaststellen van de huurprijs.

Minister Ollongren gaat op verzoek van de coalitiepartijen nu ook het scheefwonen aanpakken. Mensen met een relatief hoog inkomen, die in een sociale huurwoning wonen, gaan in een paar jaar tijd fors meer betalen. Hun maandhuur gaat jaarlijks met 50 tot 100 euro omhoog tot de maximale huur van 720 euro is bereikt.

Twee keer modaal

Mensen die twee keer modaal of meer verdienen gaan zelfs meer betalen dan die maximale huurprijs. Woningcorporaties krijgen daardoor extra middelen die ze kunnen besteden aan de huisvesting van de armsten. Zo kunnen ze straks mensen met een laag inkomen, die te duur wonen, huurverlaging geven.

Lees ook:

Huren in grote steden onbetaalbaar, corporaties willen verandering

Beleggers aanpakken

De coalitie heeft ook afspraken gemaakt die de positie van kopers op de woningmarkt moeten versterken. In steden als Amsterdam en Utrecht komen die nu vaak niet aan bod omdat beleggers bestaande huizen opkopen om ze voor veel geld te verhuren.

Het kabinet gaat onderzoeken of hier een einde aan kan worden gemaakt, door gemeenten de mogelijkheid te geven kopers te verplichten zelf in de woning te gaan wonen. Onderzocht wordt wat juridisch mogelijk is op dit gebied. ”Maar met de bedoeling dit in te voeren”, zegt een ingewijde.

Flexwoningen

Minister Ollongren kondigt vandaag ook aan dat ze werk gaat maken van de bouw van grote aantallen tijdelijke huurhuizen. Woningcorporaties die deze woningen laten bouwen hoeven hierover geen belasting (verhuurderheffing) te betalen. Jaarlijks moeten er zo’n 15.000 zogenoemde flexwoningen verrijzen. Het kabinet hoopt zo gemakkelijker het bouwtempo van 75.000 huizen per jaar te kunnen halen.

Lees ook:

Huis kopen? Kabinet wil starters vrijstellen van overdrachtsbelasting

Vrijstellen van overdrachtsbelasting

Eerder meldden wij al dat het kabinet onderzoekt of het starters op de koopwoningmarkt kan vrijstellen van overdrachtsbelasting. Beleggers zouden dan juist een hogere belasting van 6 procent moeten gaan betalen.

Ook die maatregel is bedoeld om te voorkomen dat beleggers in steden waar de woningmarkt is verhit, alle woningen wegkapen voor de neuzen van starters. Voorwaarde is wel dat de belastingdienst de maatregel kan uitvoeren.

Lees meer

Kwart van huurders zit financieel klem: te weinig geld om normaal van te leven

RTL Nieuws; Kajsa Ollongren   Huurwoning   Woningmarkt  Woningcorporaties  Wonen   Scheefwonen

Kabinet: huurprijzen minder hard omhoog, scheefwoners wél de pineut

AD 17.09.2019 Het kabinet maakt vandaag, op Prinsjesdag, bekend dat het hoge huurstijgingen aan banden wil leggen. Ook worden scheefwoners hard aangepakt en komt er in de grote steden mogelijk een woonplicht voor huizenkopers.

Op het nippertje heeft de coalitie van VVD, CDA, D66 en ChristenUnie gisteren een deal bereikt over extra maatregelen op de woningmarkt, zo bevestigen Haagse bronnen aan deze krant. De woningmarkt wordt geteisterd door hoge huurstijgingen. Ook is het voor veel Nederlanders, vooral in de grote steden, extreem lastig om aan een betaalbaar koophuis te komen.

Lees ook;

Kabinet gaat 'stille ramp op de woningmarkt’ aanpakken

Lees meer

Scheefhuurders: 'We worden weggezet als een stel misdadigers'

Scheefhuurders: ‘We worden weggezet als een stel misdadigers’

Lees meer

De huren stijgen nu hard omdat de waarde van woningen ook fors stijgt. De huurstijging is namelijk gekoppeld aan de WOZ-waarde. Het kabinet heeft besloten dat de WOZ-waarde voor een kleiner deel gaat meetellen bij de berekening van de huurprijs: voor maximaal een derde. Dat moet de stijging van de huurprijzen afremmen.

Scheefwonen

Ook komen er maatregelen tegen scheefwoners. Dat zijn mensen die eigenlijk te veel verdienen voor hun sociale huurwoning. De maandhuur van scheefwoners gaat jaarlijks met 50 tot 100 euro omhoog tot de maximale huur van 720 euro is bereikt. Wie twee keer modaal of meer verdient, gaat ook meer dan 720 euro betalen. De opbrengsten moeten corporaties uitgeven aan een huurverlaging voor mensen die juist weinig verdienen.

De aanpak van scheefwoners is niet onomstreden. Vorig jaar bleek al dat de coalitie iets wil doen aan scheefwoners, maar dat leidde tot veel woedende reacties. Zo stelt een deel van de scheefwoners dat zij geen mogelijkheden hebben om te verhuizen naar een koopwoning of duurder huurhuis.

Het kabinet had voor 25 procent moeten kiezen, dan was op meer plekken de huurverho­ging afgevlakt, aldus Paulus Jansen, Directeur Woonbond

Ook de Woonbond reageert kritisch op beide voorstellen, al spreekt directeur Paulus Jansen van ‘stappen in de goede richting’. ,,Dat de WOZ-waarde in het puntensysteem nog maar voor een derde gaat meetellen, heeft vooral effect in bepaalde gewilde wijken in Amsterdam en Utrecht. In andere steden zoals Nijmegen of Groningen telt de WOZ nu al voor minder dan 33 procent mee – dat heeft met het puntensysteem te maken. Het kabinet had voor 25 procent moeten kiezen, dan was op meer plekken de huurverhoging afgevlakt.”

Met behulp van het puntensysteem wordt bepaald of een woning sociale huurbescherming krijgt (maximale huur van 720 euro per maand) of niet (prijs mag dan door verhuurder worden bepaald, zonder maximum). Jansen kan er mee leven dat scheefhuurders die twee keer modaal verdienen (72.000 euro bruto per jaar) meer moet betalen. ,,We zijn alleen bang voor mensen die op bijvoorbeeld 55.000 euro zitten en drie kinderen hebben. Dan is de huurverhoging met stapjes van 50 euro per jaar fors. Er zijn mensen die dan pijn gaan lijden.”

Woonplicht

Op de koopmarkt wil het kabinet ook ingrijpen: gemeenten krijgen misschien de mogelijkheid om kopers te verplichten zelf in de woning te gaan wonen. Daarmee kunnen beleggers worden buitengesloten. Die kopen vaak bestaande huizen op om ze vervolgens voor veel geld te verhuren. Eerst wordt onderzocht of deze maatregel wel kan worden ingevoerd. Paulus Jansen, oud-wethouder in Utrecht, vraagt zich dat ook af. ,,Het is ook heel moeilijk te handhaven. Daar heeft een stad als Utrecht wel tien nieuwe ambtenaren voor nodig, want ik kan je voorspellen dat dan veel huizen illegaal worden verhuurd.”

De aanpak komt bovenop het geld dat het kabinet uittrekt voor de poging om de woningmarkt vlot te trekken. Eerder lekte uit dat er een miljard euro wordt gestopt in een nieuwbouwfonds voor gemeenten. Ook krijgen de woningcorporaties een korting op de verhuurdersheffing, om hen aan te zetten tot nieuwbouw. In Nederland worden nu nog veel te weinig nieuwe woningen gebouwd. De Woonbond reageerde net als de koepel van woningcorporaties Aedes al kritisch op die maatregelen. Het liefst zien ze de belastingen op sociale woningbouw verdwijnen.

Huurverlaging voor scheefwoners in de knel

Telegraaf 15.09.2020  Het kabinet doet opnieuw een poging om de vastgelopen woningmarkt uit het slop te trekken. Sommige huurders bij wie het water aan de lippen staat krijgen een huurverlaging en er wordt sneller geld ingezet om te kunnen bouwen.

Huren van zogenoemde ’scheefwoners’ die in de knel zitten worden verlaagd. Het gaat dan om huurders van een sociale huurwoning waarbij de huur te hoog is in verhouding tot het inkomen. Scheefgroei komt voor als het inkomen terugvalt of omdat huurders in het verleden een huis toegewezen hebben gekregen dat niet bij hun inkomen past. Volgens het ministerie van Binnenlandse Zaken gaat het naar schatting om 260.000 huurders die in aanmerking komen voor eenmalige huurverlaging. „Gemiddeld komt de huurverlaging neer op 40 euro per maand per huishouden.”

Verduursheffing

Voor woningcorporaties wordt de verhuurdersheffing blijvend met 200 miljoen euro verlaagd. Het geld wordt deels ingezet om de scheefhuurders te compenseren. De rest is bedoeld om de bouw te stimuleren. Voor starters op de woningmarkt geldt dat zij bij het kopen van hun eerste huis geen overdrachtsbelasting te betalen. Dat lag op twee procent. Voor beleggers gaat die overdrachtsbelasting juist omhoog naar acht procent.

Maar niet alleen voor huurders is het steeds moeilijker om een woning te krijgen. Het kabinet heeft grote moeite om aan de eigen bouwdoelstelling te voldoen. Het streven is namelijk om jaarlijks 75.000 nieuwe woningen te bouwen. Er komt 20 miljoen extra euro beschikbaar voor de transformatie van winkels en kantoren tot woningen. Voorgenomen investeringen komen eerder. In 2021 is 450 miljoen euro voor de woningbouw beschikbaar. Vorig jaar werd er door het kabinet al twee miljard euro uitgetrokken, tot op heden is de woningnood daar zeker niet mee opgelost.

BEKIJK MEER VAN; huisvesting en stedenbouw vastgoed Den Haag Binnenlandse Zaken

Paar tientjes huurverlaging voor 260.000 huurders met dure woning

NOS 15.09.2020 Mensen die in een verhoudingsgewijs te dure sociale huurwoning zitten, kunnen toch een huurverlaging verwachten van het kabinet. Vorig jaar was daar al op aangedrongen door belangenorganisaties, maar toen wilde het kabinet daar nog niet van weten. Nu zal het kabinet huurders die hun inkomen deels hebben zien wegvallen éénmalig tegemoet komen.

Zo’n 260.000 huurders gaan daardoor gemiddeld 40 euro huur per maand minder betalen. Het gaat om huurders van een sociale huurwoning van woningcorporaties waarbij de huur te hoog is in verhouding tot het inkomen. De huurverlaging geldt niet voor mensen die in de vrije sector huren.

Minister Ollongren van Binnenlandse Zaken: “Deze huurverlaging is echt gericht op die mensen die te hoge woonlasten hebben en daardoor kwetsbaar zijn voor betaalrisico’s en schulden. Die mensen wil ik hiermee meer financiële ruimte geven, zodat er aan het einde van de maand ook geld overblijft voor andere dingen.”

De maatregel kost zo’n 160 miljoen euro. De verhuurdersheffing die woningcorporaties moeten betalen wordt verlaagd, zodat zij de huurverlaging kunnen doorvoeren. Per saldo blijft de investeringscapaciteit van de sector volgens Ollongren op peil zodat corporaties kunnen blijven doen wat ze moeten doen, zoals het bouwen van nieuwe sociale huurwoningen en het verduurzamen van huizen.

Vrije sector

De Woonbond reageert positief op de huurverlaging voor mensen in de sociale woningbouw. De belangenorganisatie heeft wel kritiek op het onderscheid dat wordt gemaakt tussen huren in de sociale huursector en in de duurdere vrije sector. Die huurders komen niet in aanmerking voor huurverlaging, terwijl zij juist vaak in veel te dure huizen zitten. “Het zou goed zijn geweest als was besloten om de huurtoeslag ook te verruimen naar mensen in de vrije sector”, zegt Trip.

Hij wijst erop dat door het kabinetsbeleid de particuliere verhuur een opmars heeft gemaakt. Bovendien zijn veel huurders noodgedwongen aangewezen op de vrije sector omdat er te weinig sociale huurwoningen beschikbaar zijn.

BEKIJK OOK;

Vestia wentelt schulden af op huurders

BNN-VARA 12.09.2020 De financiële problemen van woningcorporatie Vestia zijn zo groot dat huurders niet de huurverlaging krijgen waarop ze recht hebben. De corporatie is niet in staat in om de afspraken hierover uit het Sociaal Huurakkoord na te leven. Vestia stelt dat ze de huren niet kan verlagen, omdat die nodig zijn om financieel weer gezond te worden. Dit blijkt uit onderzoek van Kassa dat hier vanavond aandacht aan besteedt.

Het Sociaal Huurakkoord werd vorig jaar gesloten door de Woonbond en Aedes, de vereniging van woningcorporaties, waarvan Vestia lid is. Vestia heeft naar eigen zeggen nog altijd te lijden onder de gevolgen van het derivatenschandaal – een beleggingsaffaire die de corporatie aan de rand van de financiële afgrond bracht – waardoor het de afspraken over het verlagen en bevriezen van de huur niet kan nakomen. Daardoor hebben veel huurders die hierop aanspraak maakten deze zomer in plaats van bevriezing of verlaging juist een huurverhoging gekregen.

Waarborgfonds

Deze situatie is extra saillant omdat Vestia in 2012 nog beloofde dat de financiële problemen op geen enkele manier gevolgen voor de huurders zouden hebben.

De corporatie stelt nu op haar website dat zij zich moet houden aan de strenge regels van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) en noemt het een taak van de overheid om lagere inkomens te ondersteunen. Volgens het WSW maakt Vestia echter zelf keuzes in de maatregelen om de financiële problemen op te lossen. Lees de volledige reactie van WSW hier.

De Woonbond die opkomt voor de belangen van huurders vindt het onverteerbaar dat de malaise bij Vestia wordt afgewenteld op de huurder. “Een woningcorporatie hoort zorg te hebben voor haar huurders. Als je een branche brede afspraak maakt om huurders te helpen, moet je die ook nakomen. Er wordt kil gesaneerd over de rug van huurders die hulp nodig hebben”, aldus directeur Zeno Winkels.

Uitzonderlijke situatie

Volgens Aedes is de situatie van Vestia uitzonderlijk. “We vinden het pijnlijk dat de huurders van Vestia nog steeds worden geconfronteerd met het verleden van hun corporatie. Tegelijkertijd hebben we er begrip voor dat het financieel herstel veel voeten in de aarde heeft. Wij raden Vestia aan om in goed overleg met haar huurdersraad te kijken naar de mogelijkheden voor maatwerk.” De volledige reactie van Aedes lees je hier.

De Woonbond daarentegen begrijpt niet waarom Vestia nog lid is van Aedes. Winkels: “Wat doet Vestia nog bij Aedes als ze de gemaakte afspraken niet wil nakomen?” Aedes zet hier tegenover dat het overgrote merendeel van de corporaties de afspraken uit het Sociaal Huurakkoord wel nakomt. 85 procent van de corporaties helpt huurders door de huren te verlagen of bevriezen.

Vestia stelt in haar jaarverslag over 2019 dat ze minimaal 180 miljoen euro nodig heeft om haar werk te kunnen doen. In 2012 werd de noodlijdende corporatie al voor 675 miljoen euro plus rente uit het slop getrokken door andere corporaties. Er zou nu wellicht opnieuw een beroep op de branchegenoten kunnen worden gedaan.

Zaterdagavond schuift de directeur wonen van Vestia, Robert Straver, aan bij Kassa om verder te praten over de problemen van de corporatie.

Kom jij ook in aanmerking voor een lagere huur?

Wil je ook weten of je voor huurverlaging of huurbevriezing in aanmerking komt, zoals afgesproken in het Sociaal Huurakkoord? Vul dan je gegevens in op de website van de Woonbond om daarachter te komen.

Coronacrisis

Vanwege de coronacrisis hebben verhuurders naast de verplichtingen die voortvloeien uit het Sociaal Huurakkoord opdracht gekregen om maatwerk te leveren aan huurders die financiële problemen hebben. Zij zouden bijvoorbeeld kunnen besluiten om tijdelijk de huur te verlagen.

Laat ons vooral weten hoe jouw woningcorporatie reageert op een verzoek om de huur te verlagen of bevriezen, of om maatwerk te leveren vanwege de coronacrisis. We houden graag vinger aan de pols!

Meer over: sociaal huurakkoordvestia

Corporaties: hoge belasting nekt nieuwbouw

AD 11.09.2019 Het extra geld dat het kabinet op Prinsjesdag uittrekt voor de woningmarkt, zet woningcorporaties niet aan tot nieuwbouw en verduurzaming. De corporaties betalen de komende jaren juist honderden miljoenen euro méér belasting, zegt koepel Aedes.

We halen de klimaat­doel­stel­lin­gen niet, waardoor mensen langer in een slecht huis met een hoge gasreke­ning zitten, aldus Marnix Norder, Aedes-voorzitter.

Uit nieuwe cijfers blijkt dat woningcorporaties de komende jaren veel meer kwijt zijn aan belastingen dan eerder was geraamd door het ministerie van Financiën. De extra meevaller voor corporaties die het kabinet op Prinsjesdag aankondigt – een korting van 1 miljard euro op de verhuurdersheffing, uitgesmeerd over tien jaar – valt daarbij in het niet, zegt Aedes-voorzitter Marnix Norder.

Dat heeft verregaande consequenties, waarschuwt Norder. ,,We halen de klimaatdoelstellingen niet, waardoor mensen langer in een slecht huis met een hoge gasrekening zitten, zonder dat ze daar iets aan kunnen doen. En we kunnen elk jaar minder woningen bouwen. Als corporaties zouden we graag elk jaar 30.000 nieuwe woningen bouwen om de crisis op de Nederlandse woningmarkt op te lossen. Maar in 2018 kwamen we niet verder dan 13.000. En dat zal alleen maar minder worden.’’

Lees ook;

Lees meer

Lees meer

Achterhaalde cijfers

De pijn zit in de invoering van ATAD, een Europese belastingrichtlijn. Die zorgt ervoor dat woningcorporaties vanaf dit jaar veel minder rente mogen aftrekken en daardoor meer vennootschapsbelasting betalen.

Het kabinet heeft de Tweede Kamer op basis van oude, achterhaalde cijfers geïnformeerd over de gevolgen die ATAD heeft voor de sociale huursector, zegt Norder. ,,Die cijfers zijn tot wel drie keer lager dan de werkelijkheid van nu. Dat scheelt honderden miljoenen.”

700 miljoen 

Het kabinet schatte in november 2018 dat corporaties dit jaar 244 miljoen euro kwijt zouden zijn aan de nieuwe belasting. Maar uit berekeningen van Aedes – getoetst door accountantsbureau PwC – blijkt dat de corporaties dit jaar een kleine 700 miljoen euro aan vennootschapsbelasting betalen. Dat bedrag loopt volgend jaar verder op door het besluit van het kabinet om de winstbelasting minder sterk te verlagen.

Aedes-voorzitter Norder wil dat er meer geld wordt uitgetrokken om de belastingverhoging te compenseren, zodat corporaties de komende jaren meer kunnen bouwen.

september 17, 2019 Posted by | derde dinsdag september, huur, Huurdersheffing, huurverhoging, miljoenennota 2019, miljoenennota 2020, politiek, prinsjesdag, scheefhuur, scheefhuurder, scheefhuurders, scheefwonen, verhuurdersheffing, woningwet | , , , , , , , , , , , | Reacties uitgeschakeld voor Van Scheefhuurders en Knelhuurders – deel 9

Van Scheefhuurders en Knelhuurders – deel 8

AD 18.12.2018

De huurdersorganisatie Woonbond en koepel van woningcorporaties Aedes hebben afspraken gemaakt over de huurverhogingen in de komende drie jaar.

De onderhandelaars hebben in het sociaal huurakkoord afgesproken dat huren van sociale huurwoningen vanaf juli volgend jaar gemiddeld gelijke tred moeten houden met de stijging van de prijzen. De afgelopen jaren mocht de huurstijging daar maximaal 1 procent boven zitten. Vorig jaar bedroeg de inflatie 1,4 procent.

Scheefwonen versus Knelhuren

Verder zijn de partijen het erover eens dat de huren worden bevroren als bewoners een huursom betalen die te hoog is in relatie tot hun inkomen. In sommige gevallen kunnen bewoners ook huurverlaging krijgen als hun inkomen flink gedaald is.

AD 18.12.2018

Woningen zijn niet voor iedereen betaalbaar

Directeur Paulus Jansen van de Woonbond stelt dat er nog steeds te veel huurders zijn die maandelijks moeite hebben de huur te betalen. “De trend dat de huren harder stijgen dan de inflatie en de inkomensontwikkeling van het grootste deel van de huurders moet worden gekeerd.”

Dat wordt namens de woningcorporaties beaamd door Marnix Norder. “Daarom nemen we onze verantwoordelijkheid en matigen we de huurprijzen nog verder.”

Hij voegt eraan toe dat er wel geld nodig is om huizen bij te bouwen of bestaande woningen sneller energiezuinig te maken. Daarom doet Aedes een beroep op het kabinet om die investeringen mogelijk te maken.

Beide partijen stellen dat dit Sociaal Huurakkoord niet eenvoudig tot stand is gekomen. Zo is er veel vraag naar betaalbare huurwoningen, moet er worden geïnvesteerd in duurzaamheid en hebben corporaties last van een toenemende belastingdruk.

Desondanks hebben betaalbare huren de eerste prioriteit, zeggen Aedes en de Woonbond. Hun akkoord moet nog wel worden bevestigd door de aangesloten leden.

Huren 2019

Het gemiddelde aan huurstijgingen bij woningcorporaties mag volgend jaar niet hoger zijn dan maximaal 2,6 procent (1,6% inflatie + 1 procentpunt). Het optrekken van de huur na een verhuizing (huurharmonisatie) telt daarin mee.

Op huishoudniveau mogen in het zogeheten gereguleerde segment de huren met maximaal 4,1 procent stijgen. Voor scheefwoners is dat maximaal 5,6 procent. Het kabinet wil zo de doorstroming van hogere inkomens blijven stimuleren.

De beperkte huursomstijging van 2,6 procent zorgt gemiddeld gezien voor een demping van de huurverhogingen. Huurverhogingen boven dit percentage moeten dan worden gecompenseerd met lagere of geen huurverhogingen.

De maximale huursomstijging geldt niet voor particuliere verhuurders.

De cijfers zijn vandaag door minister Ollongren (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) in de Staatscourant gepubliceerd. De maximale huurverhoging is gebaseerd op het vastgestelde inflatiecijfer van 1,6 procent en een opslag van 2,5 procentpunt. Voor scheefwoners is de opslag 4 procentpunt.

Sociaal Huurakkoord 2018

Als de leden van Aedes en de Woonbond het concept Sociaal Huurakkoord 2018 bekrachtigen, dan stellen deze partijen voor om de maximale huursomstijging voor corporaties gelijk te stellen aan inflatie, maar dan exclusief huurharmonisatie, liberalisatie en huurverhogingen wegens verduurzaming.

Voor wijziging van wat in de berekening van de maximale huursomstijging per corporatie per kalenderjaar meetelt en wat niet, moet eerst de wet worden aangepast en dat lukt niet vóór 1 januari 2019.

Daarom kan die afspraak uit het concept Sociaal Huurakkoord nog niet voor 2019 in de wetgeving geregeld worden. Maar corporaties mogen uiteraard in de lijn van het Sociaal Huurakkoord hun huursomstijging in 2019 zoals die nu geldt (inclusief huurharmonisatie) op vrijwillige basis beperken tot minder dan 2,6 procent.

Maximale huurverhoging per woning:

  • 4,1 procent voor huishoudens met een inkomen tot en met 42.436 euro;
  • 5,6 procent voor huishoudens met een inkomen boven 42.436 euro.

Huishoudens van 4 of meer personen en huishoudens waarbij iemand de AOW-leeftijd heeft bereikt, zijn uitgezonderd van de hogere huurverhoging. Dat geldt ook voor bepaalde groepen chronisch zieken en gehandicapten. Voor al deze categorieën geldt een maximale huurverhoging van 4,1 procent.
Voor onzelfstandige woningen (kamers), woonwagens en standplaatsen mag de huur vanaf 1 juli 2019 met maximaal 3,1 procent worden verhoogd.

Woningvoorraad

Bij ruim de helft van alle sociale huisvesters is de voorraad betaalbare woningen in 2017 gekrompen. Dat blijkt uit de Aedes Benchmark 2018.

Bij 149 corporaties is het bezit aan betaalbare woningen gekrompen. Groei was er bij 122 corporaties. Per saldo zijn 17.000 betaalbare woningen verdwenen, een daling van 0,9 procent.

Ook deden corporaties massaal afstand van duurdere sociale huurwoningen (tussen hoge aftoppingsgrens van 635 euro en liberalisatiegrens van 711 euro): 206 corporaties zagen dit deel van het woningbezit afnemen. Slechts 61 corporaties hadden eind 2017 meer van woningen met een huur tussen 635 en 711 euro in bezit in vergelijking met begin 2017. Per saldo tellen de sociale huisvesters 55.000 minder van deze woningen, een daling van 2,6 procent.

Woningstichting Den Helder zag de betaalbare woningvoorraad het snelst krimpen: -18 procent. De corporatie Wierden en Borgen uit Groningen breidde van alle corporaties het snelst uit: +34 procent. Een deel van de nieuwbouw komt daar voor rekening van de versterkingsoperatie in verband met de aardbevingen.Op lange termijn verdwijnen de corporatiewoningen

Aedes verklaart de daling van de beschikbaarheid deels door de eenmalige overheveling van woningen naar de commerciële tak van corporaties. Een gevolg van de nieuwe Woningwet. In totaal zijn er 51.000 woningen tot de liberalisatiegrens uit de zogeheten DAEB-tak (sociale huurwoningen) ondergebracht in de niet-DAEB-tak (commerciële tak).

Na deze administratieve verhuizing zijn de woningen nog steeds in bezit van de corporatie en dus niet direct onttrokken aan de sociale woningvoorraad, benadrukt Aedes. Echter, op lange termijn verdwijnen de meeste woningen wel.

“Als deze overheveling naar niet-DAEB buiten beschouwing wordt gelaten, zou de voorraad tot de hoge aftoppingsgrens met 0,7 procent zijn gegroeid. Bij de totale voorraad tot de liberalisatiegrens zou dat een afname van 0,2 procent zijn geweest”, verantwoordt Aedes de verandering van de sociale huurvoorraad.

De 291 geënquêteerde corporaties (90 procent van alle corporaties) bouwden in 2017 11.900 sociale huurwoningen. Ze kochten 5.000 woningen aan en sloopten er 8.100. Daarnaast werden 8.400 woningen verkocht. Per saldo werden 500 sociale huurwoningen door de corporaties toegevoegd.

Bedrijfslasten per woning 35 euro gestegen

De corporaties moeten zich sinds de in 2015 herziene Woningwet richten op betaalbare woningen. Door oplopende lasten , zoals de verhuurderheffing, is de druk om efficiënter te werken gegroeid. De afgelopen vijf jaar zijn de beïnvloedbare bedrijfslasten totaal met 25 procent gedaald. De niet-beïnvloedbare bedrijfslasten (onder andere verhuurdersheffing) zijn in dezelfde periode met ruim 75 procent gestegen.

De totale bedrijfslasten per verhuureenheid (meestal woning) zijn in 2017 met 35 euro gestegen. De daling van de beïnvloedbare bedrijfslasten komt vrijwel volledig voor rekening van de daling van de personeelskosten met 24 euro.

Onderhoudskosten 16 procent gestegen

In 2017 zijn de kosten voor onderhoud en woningverbetering met 16 procent gestegen (349 euro) naar 2.495 euro per woning. Deze stijging is inclusief prijsindexatie. Oorzaak is een toename van de investeringen in woningverbetering van 210 euro woning (516 miljoen euro) en planmatig onderhoud van 127 euro per woning (312 miljoen euro).

Van de investeringen in woningverbetering wordt een groter aandeel in energetische maatregelen geïnvesteerd. Zo’n 40 procent van de investeringen in woningverbetering (zo’n 268 miljoen euro) is gericht op energetische maatregelen.

Duurzaamheid versus Klimaatakkoord

In 2015 volgde uit de internationale klimaattop in Parijs het ‘Akkoord van Parijs’ dat door 195 landen is ondertekend. Ook Nederland ondertekende dat akkoord en stemde daarmee in de opwarming van de aarde beperken tot ruim onder 2 graden Celsius, met een duidelijk zicht op 1,5 graden Celsius.

Als we de gebouwde omgeving niet sneller duurzamer maken halen we de doelen van het klimaatakkoord niet. Ook de Nederlandse energie zal met het huidige tempo in 2050 niet voor 80 tot 95 procent duurzaam kunnen zijn. De gebouwde omgeving zorgt voor maar liefst 40 procent van de CO2-uitstoot.

Voor kantoren en sociale huurwoningen zijn daarover afspraken gemaakt. Voor koopwoningen gelden die echter nog niet. In de huursector is bovendien een forse inhaalslag nodig, omdat jaarlijks het energielabel van slechts 60.000 huurwoningen – nog geen 3 procent van de woningvoorraad –  verbeterd wordt. Dat concludeert ABN AMRO in ‘Op duurzaamheid kun je bouwen‘.

Het rapport;  Op duurzaamheid kun je bouwen juni 2017 ABN-AMRO

Meer; duurzaamheid woningcorporaties

Meer; plan van aanpak duurzaamheid woningcorporaties

Meer; verduurzaming woningcorporaties

Zie ook; Huurverhoging

Zie ook: Van Scheefhuurders en Knelhuurders – deel 7

zie ook: Van Scheefhuurders en Knelhuurders – deel 6

zie ook: Van Scheefhuurders en Knelhuurders deel 5 – Huurder weer in de knel

zie ook: Van Scheefhuurders en Knelhuurders deel 4 – advies commissie Rob van Gijzel

zie ook: Van Scheefhuurders en Knelhuurders deel 3

zie ook: Van Scheefhuurders en Knelhuurders deel 2

zie ook: Van Scheefhuurders en Knelhuurders deel 1

Steeds meer sociale nieuwbouwprojecten financieel onhaalbaar

Aannemers vragen veel geld en een woningcorporatie kan dat niet vertalen in betaalbare huren. De oplossing is kleinere woningen bouwen of slim besparen op de bouwkosten.

NOS 14.02.2019 Woningcorporaties kunnen minder nieuwe woningen bouwen dan ze willen. Dat komt door oplopende bouwkosten en gebrek aan locaties. Nieuwbouwprojecten blijken ook geregeld financieel onhaalbaar door die hogere bouwkosten. Dat zeggen woningcorporaties in antwoord op een enquête van belangenvereniging Aedes.

De woningcorporaties hebben de ambitie om tegen het eind van deze kabinetsperiode jaarlijks 34.000 nieuwe sociale huurwoningen te bouwen, maar daar komen ze nu niet aan toe. Vorig jaar werd met 17.000 nieuwbouwwoningen net de helft gerealiseerd.

Op de plank

Aedes-voorzitter Marnix Norder zegt dat nieuwbouwplannen regelmatig op de plank blijven liggen. Daarom wil hij dat de overheid maatregelen neemt: “Veel mensen zijn naarstig op zoek naar een betaalbare huurwoning; jaren wachten op een huis is geen uitzondering meer. Dus gemeenten, pak de woningnood aan en zorg voor bouwlocaties. En kabinet, neem de regie en maak harde afspraken met gemeenten over het aantal huizen dat er moet komen.”

Een gevolg van stijgende bouwkosten is steeds vaker dat projecten financieel niet rond komen, meldt 29 procent van de woningbouwcorporaties. De stichtingskosten van een woning (wat kost het om een sociale huurwoning te bouwen?) zijn niet meer te vertalen in een aanvaardbare maandhuur waarmee de exploitatie gedekt kan worden.

Goedkoper

Woningcorporatie RWS in Goes vroeg vijf aannemers in te schrijven op de bouw van 130 sociale huurwoningen. De offertes vielen allemaal zo hoog uit dat het onbetaalbaar was voor RWS. Directeur Maarten Sas dreigde zelfs met een bouwstop.

Uit gesprekken met de aannemers bleek dat het systeem van aanbesteden niet meer werkt: aannemers hebben te weinig tijd om een doorwrochte offerte op te stellen en geven risicomijdend een heel hoge prijs op.

Na lang praten heeft directeur Sas kort voor Kerstmis alsnog een akkoord bereikt met twee bouwers, die het project nu een stuk goedkoper kunnen bouwen. “Dat kan doordat we samen meer tijd hebben genomen om te kijken waar je kunt besparen, bijvoorbeeld door beter in te kopen, aan te sluiten bij een bestaand project en andere materialen te kiezen”, aldus Sas.

Kleinere woningen bouwen

De Utrechtse corporatie Portaal loste het anders op. Portaal wilde 130 woningen laten bouwen in Leidsche Rijn en kreeg ook te maken met sterk stijgende prijzen. Reijnder Jan Spits, manager volkshuisvesting: “We zien de kosten van zowel materiaal als personeel erg stijgen.

Een appartement dat hier moet worden gebouwd, kostte een aantal jaar geleden nog 150.000 euro. Inmiddels is dat opgelopen tot 190.000 euro per woning. Een flinke stijging, die maar in beperkte mate door ons kan worden opgevangen”.

Portaal koos ervoor de aanvankelijk geplande drie- en vierkamerwoningen te vervangen door tweekamerwoningen, waardoor het financieel weer haalbaar werd. De bouw start in april. Volgend jaar moeten ze klaar zijn voor verhuur.

Ambities

De Autoriteit Woningcorporaties, de onafhankelijk toezichthouder op de sector, onderschrijft de problemen van de woningcorporaties. Directeur Kees van Nieuwamerongen ziet dat er van woningcorporaties veel tegelijk wordt gevraagd: beschikbaarheid van sociale huurwoningen, betaalbare huren, woningen voor midden-huren en het duurzamer maken van het woningbestand.

“Je kunt maar een paar ambities kiezen, niet allemaal. Die keuze moet door het kabinet en de corporaties gemaakt worden. En ik denk dat die keuze ook gemaakt kán worden”, zegt Van Nieuwamerongen.

De meest genoemde knelpunten bij nieuwbouw van sociale huurwoningen:

46 procent: stijgende bouwkosten

40 procent: tekort aan bouwlocaties

36 procent: gebrek aan inzet vanuit de gemeenten

29 procent: financiële haalbaarheid

20 procent: gebrek aan personeel of grondstoffen

Aan de enquête van Aedes hebben 170 woningcorporaties meegedaan.

Nieuwbouw huurhuizen staat stil

AD 14.02.2019 Uit een enquête onder 171 woningcorporaties blijkt dat zij steeds meer problemen ondervinden bij de nieuwbouw van huurhuizen. ,,Woningcorporaties willen 34.000 huizen per jaar bouwen”, zegt voorzitter Marnix Norder van Aedes, de koepel van corporaties. ,,Maar we komen nu nog maar tot de helft. Ik vind dat onacceptabel, want de woningnood is hoog. Iedereen kent wel een jongere of een gezin in een uitzichtloze situatie doordat ze geen huis kunnen vinden.”

Bijna de helft van de ondervraagde corporaties noemt stijgende bouwkosten als belangrijke belemmering bij de nieuwbouw van huizen. Door een tekort aan personeel in de bouw stijgen de kosten, ook worden bouwmaterialen steeds duurder. Daardoor kan er minder worden gebouwd. 40 procent van de corporaties wijst daarnaast op een tekort aan bouwlocaties.

Bijna net zoveel corporaties vinden dat ze onvoldoende worden gesteund door gemeenten, die bijvoorbeeld te lage percentages sociale huur vastleggen bij nieuwbouwprojecten. ,,Veel mensen zijn naarstig op zoek naar een betaalbare huurwoning”, zegt Norder. ,,Dus gemeenten, pak de woningnood aan en zorg voor bouwlocaties.”

,,Woningcorporaties willen 34.000 huizen per jaar bouwen”, zegt voorzitter Marnix Norder van Aedes, de koepel van corporaties. ,,Maar we komen nu nog maar tot de helft.” © Jacques Zorgman

Ollongren: 75.000 nieuwe woningen

Ook grijpt Norder de uitkomst van de enquête aan voor een oproep aan het kabinet om harde afspraken met gemeenten te maken over het aantal huizen dat erbij moet komen. Minister Kajsa Ollongren van Wonen wil dat tot 2025 jaarlijks 75.000 nieuwe woningen worden gebouwd in Nederland. Dat aantal wordt volgens deskundigen dit jaar bij lange na niet gehaald.

Ongeveer de helft van alle nieuw te bouwen huizen moet door corporaties worden neergezet. Vorig jaar bouwden de corporaties ruim 17.000 woningen, de helft minder dan gewenst.

Volgens Aedes stagneert de bouw van nieuwe huizen ook door de verhuurderheffing, een belasting voor corporaties. Sinds de invoering van deze belasting in 2013 is de nieuwbouw gehalveerd. Naast de gewraakte verhuurderheffing leiden andere extra belastingen tot minder ruimte om te investeren, klaagt Aedes.

Vorig jaar bleek dat mensen gemiddeld bijna negen jaar op een wachtlijst staan voordat ze in aanmerking komen voor een sociale huurwoning. In sommige gemeenten loopt de wachttijd op tot dertig jaar.

Klimaatakkoord: woningcorporaties motor achter verduurzaming huizen

De eerste afspraken tussen de onderhandelaars zijn nu bekend. Milieuorganisaties zeiden eerder deze maand dat onduidelijk is waar de rekening komt te liggen.

NOS 20.12.2018 Deze kabinetsperiode gaan woningcorporaties al beginnen met het verduurzamen en aardgasvrij maken van woningen. Dat is afgesproken in het klimaatakkoord met gemeenten, bouw- en energiebedrijven. Jaarlijks gaat het om 30.000 tot 50.000 huizen.

“Deze partijen hebben tot uiterlijk 1 april 2019 om zo concreet mogelijk te maken om welke woningen het gaat”, staat in de afspraken die zijn gemaakt aan de klimaattafel. Het is een van de uitkomsten van de onderhandelingen rond het klimaatakkoord, dat morgen officieel wordt gepresenteerd.

Tot nu toe was het probleem dat corporaties meer geld zeiden nodig te hebben dan het kabinet beschikbaar wilde stellen. Dat is nu opgelost: de woningcorporaties krijgen extra middelen naast de eerder toegezegde korting op de verhuurdersheffing van 100 miljoen euro. Via de investeringssubsidie duurzame energie (ISDE), de energie-investeringsaftrek en extra geld voor een wijkgerichte aanpak is er alles bij elkaar bijna een half miljard euro extra beschikbaar.

Als de woningcorporaties op grote schaal beginnen, wordt de techniek om huizen te verduurzamen snel goedkoper, is het idee. De corporaties fungeren dan als startmotor voor de verduurzaming van alle woningen in Nederland.

Gasbelasting

Een andere omstreden maatregel waarover werd gesproken, is de belasting op gas. De lagere inkomens zouden het slachtoffer worden van de energietransitie. Om dat te voorkomen wordt de jaarlijkse teruggave van de energiebelasting de komende vier jaar verhoogd, oplopend tot 65 euro. Een idee dat vorige week nog werd geopperd in de Volkskrant door Gert-Jan Segers, de politiek leider van de ChristenUnie. Later gaat de elektriciteitsbelasting langzaam omlaag.

Ook bestond de vrees dat mensen met een eigen huis veel zouden moeten betalen om hun huis te verduurzamen. In 2021 moeten alle gemeenten hun inwoners vertellen wanneer en hoe ze van het gas af gaan. Dat kan particuliere woningbezitters veel geld kosten. Er komen de komende jaren allerlei regelingen en subsidies om mensen hierbij te ondersteunen. Een belangrijke ontwikkeling is de introductie per 2021 van de gebouwgebonden financiering.

Bij een gebouwgebonden financiering wordt door banken een lening aangeboden die aan het huis hangt in plaats van aan de eigenaar. Net als bijvoorbeeld erfpacht of servicekosten gaat deze lening bij de verkoop van een huis over naar de volgende eigenaar. Om ervoor te zorgen dat deze regeling de kredietwaardigheid van de eigenaar van het huis niet aantast, moet de wet veranderd worden.

Wijken van het gas af

In 2021 moeten alle gemeenten duidelijk hebben gemaakt welke wijken wanneer van het gas af gehaald worden. Afhankelijk hiervan blijft de situatie voor mensen thuis bij het oude of moeten ze ergens in de komende jaren over op elektriciteit of een warmtenet. Dit is bepalend voor de manier waarop mensen hun huis moeten gaan verduurzamen.

De voorzitter van de klimaattafel gebouwde omgeving, Diederik Samsom, zei hier eerder over; “Hol niet allemaal naar de bouwmarkt, trek niet onmiddellijk je cv-ketel van de muur, maar wacht af wat je gemeente gaat doen.” Zo zijn bijvoorbeeld warmtepompen alleen maar geschikt als huizen extreem goed geïsoleerd zijn. Het isoleren van je huis en de aanschaf van zonnepanelen is altijd goed, volgens Samsom.

Bekijk ook;

Milieuorganisaties dreigen Klimaatakkoord niet te tekenen

Minder CO2-uitstoot prima, maar niet ten koste van werk en inkomen

Klimaatplannen te vaag voor doorrekening

Beperkte huurstijging in sociale sector

OmroepWest 18.12.2018 Huurders en woningcorporaties zijn het eens geworden over een gematigde huurstijging in de komende drie jaar. De woonlasten voor huurders mogen in die periode niet boven het inflatiepercentage worden verhoogd.

Aedes en de Woonbond zien betaalbare huren als hun eerste prioriteit. Het akkoord moet nog wel worden bevestigd door de aangesloten leden.

Verder zijn de partijen het erover eens dat de huren worden bevroren als bewoners een huur betalen die te hoog is in relatie tot hun inkomen. In sommige gevallen kunnen bewoners ook huurverlaging krijgen als hun inkomen flink gedaald is.

Moeite met betalen huur

Directeur Paulus Jansen van de Woonbond stelt dat er nog steeds te veel huurders zijn die maandelijks moeite hebben de huur te betalen.

‘De trend dat de huren harder stijgen dan de inflatie en de inkomensontwikkeling van het grootste deel van de huurders, moet worden gekeerd.’

Kabinet moet bijspringen

Dat wordt namens de woningcorporaties beaamd door Marnix Norder. ‘Daarom nemen we onze verantwoordelijkheid en matigen we de huurprijzen nog verder.’

Hij voegt eraan toe dat er wel geld nodig is om huizen bij te bouwen of bestaande woningen sneller energiezuinig te maken. Daarom doet Aedes een beroep op het kabinet om die investeringen mogelijk te maken.

Meer over dit onderwerp: WOONBOND AEDES HUREN SOCIALE WONINGBOUW PAULUS JANSEN MARNIX NORDER

Huurprijs sociale huurwoningen stijgt komende jaren niet harder dan inflatie

NU 18.12.2018 Huurders en woningcorporaties zijn het eens geworden over een gematigde huurstijging in de komende drie jaar. De woonlasten voor huurders mogen in die periode niet boven het inflatiepercentage worden verhoogd.

De belangenvereniging van huurders, de Woonbond, en de koepelorganisatie van woningcorporaties Aedes willen daarmee zekerheid bieden over de betaalbaarheid van woningen in de sociale sector.

Beide partijen stellen dat dit Sociaal Huurakkoord niet eenvoudig tot stand is gekomen. Zo is er veel vraag naar betaalbare huurwoningen, moet er worden geïnvesteerd in duurzaamheid en hebben corporaties last van een toenemende belastingdruk.

Desondanks hebben betaalbare huren de eerste prioriteit, zeggen Aedes en de Woonbond. Hun akkoord moet nog wel worden bevestigd door de aangesloten leden.

Woningen zijn niet voor iedereen betaalbaar

Directeur Paulus Jansen van de Woonbond stelt dat er nog steeds te veel huurders zijn die maandelijks moeite hebben de huur te betalen. “De trend dat de huren harder stijgen dan de inflatie en de inkomensontwikkeling van het grootste deel van de huurders moet worden gekeerd.”

Dat wordt namens de woningcorporaties beaamd door Marnix Norder. “Daarom nemen we onze verantwoordelijkheid en matigen we de huurprijzen nog verder.”

Hij voegt eraan toe dat er wel geld nodig is om huizen bij te bouwen of bestaande woningen sneller energiezuinig te maken. Daarom doet Aedes een beroep op het kabinet om die investeringen mogelijk te maken.

Verder zijn de partijen het erover eens dat de huren worden bevroren als bewoners een huursom betalen die te hoog is in relatie tot hun inkomen. In sommige gevallen kunnen bewoners ook huurverlaging krijgen als hun inkomen flink gedaald is.

Oproep

  • Heb jij maandelijks moeite om de huur te betalen? Deel hieronder in de NUjij-reacties jouw ervaringen.

Lees meer over: Geld economie

Sociale huur volgend jaar minder omhoog

NOS 18.12.2018 De huurdersorganisatie Woonbond en koepel van woningcorporaties Aedes hebben afspraken gemaakt over de huurverhogingen in de komende drie jaar.

De onderhandelaars hebben in het sociaal huurakkoord afgesproken dat huren van sociale huurwoningen vanaf juli volgend jaar gemiddeld gelijke tred moeten houden met de stijging van de prijzen. De afgelopen jaren mocht de huurstijging daar maximaal 1 procent boven zitten. Vorig jaar bedroeg de inflatie 1,4 procent.

Binnen de gemaakte afspraak kunnen corporaties variëren; de huren van kwalitatief goede huizen met een relatief lage huur mogen iets meer stijgen. Die stijging kan maximaal 4,5 procent zijn. De Woonbond verwacht dat dit maar weinig zal voorkomen.

De huren van minder goede huizen met een relatief hoge huur mogen met minder dan de inflatie stijgen.

Maatwerk

In het akkoord krijgen corporaties ook de mogelijkheid om maatwerk te leveren. Huren van huurders die in relatie tot hun inkomen veel huur betalen, kunnen worden bevroren.

Huurders die meer betalen dan de sociale huurgrens van 710,68 euro per maand en minder gaan verdienen, bijvoorbeeld door ontslag of na pensionering, krijgen een huurverlaging.

“Dat kan tot 250 euro per maand schelen. Dat komt doordat ze ook in aanmerking komen voor huurtoeslag”, zei directeur Paulus Jansen van de Woonbond in het NOS Radio 1 Journaal.

Nederland telt meer dan 2 miljoen sociale huurwoningen. De leden van de Woonbond en Aedes moeten het akkoord nog goedkeuren.

Huurstijging in sociale sector aan banden

AD 18.12.2018 De komende drie jaar mogen de huren in de sociale huursector gemiddeld met niet meer dan de inflatie worden verhoogd. Dat betekent voor veel huurders dat hun huurstijging lager zal zijn dan de laatste jaren. Sommige huren worden zelfs bevroren of verlaagd.

Dat is de uitkomst van maandenlange onderhandelingen tussen de woningcorporaties – vertegenwoordigd in koepel Aedes – en de Woonbond. Die partijen maken vandaag bekend dat zij het eens zijn geworden over een sociaal huurakkoord. De leden van Aedes en de Woonbond moeten binnenkort nog stemmen over dit akkoord.

Als het aan de corporaties en de Woonbond ligt, mogen de huren vanaf juli volgend jaar met niet meer dan de inflatie stijgen. Inflatie is de gemiddelde stijging van consumentenprijzen en lag vorig jaar op 1,4 procent. De afgelopen jaren mocht de huurstijging nog 1 procent bóven inflatie liggen. Dat procent gaat er nu af, wat huurders zo’n 80 euro per jaar kan schelen.

,,Veel huurders hebben het al moeilijk genoeg om de eindjes aan elkaar te knopen”, zegt Aedes-voorzitter Marnix Norder. ,,Daarom nemen we onze verantwoordelijkheid en matigen we de huurprijzen nog verder.”

Huurverlaging

In het akkoord wordt ook opgenomen dat de huur niet wordt verhoogd bij huurders die veel betalen in vergelijking met hun inkomen. Verder kunnen mensen die met hun huur boven de sociale huurgrens van 710 euro zitten en minder zijn gaan verdienen, rekenen op huurverlaging.

,,Er zijn nog steeds te veel huurders die maandelijks moeite hebben de huur te betalen”, zegt Woonbond-directeur Paulus Jansen. ,,De trend moet worden gekeerd dat de huren harder stijgen dan de inflatie. Dat doen we door de huurstijgingen te beperken en in te zetten op het verlagen van woonlasten bij verduurzaming van huurwoningen én door de huurprijzen voor sommige huurders met een laag inkomen te bevriezen of te verlagen.”

Energierekening

Als het aan het kabinet ligt, worden de komende jaren miljoenen huurwoningen in Nederland verduurzaamd. Bij die grootschalige renovaties moet de gemiddelde reële besparing op de energierekening hoger zijn dan de stijging in huur of servicekosten na renovatie. Die afspraak hebben Aedes en de Woonbond ook gemaakt.

De verwachting is dat huurders er bij verduurzaming op die manier op vooruit gaan, doordat de woonlasten dalen. ,,Maar er is natuurlijk ook geld nodig om huizen bij te bouwen en sneller te verduurzamen”, zegt Aedes-voorzitter Norder. ,,We doen een beroep op het kabinet om die investeringen mogelijk te maken.”

De woningcorporaties klagen al langere tijd dat zij vanwege toenemende belastingen weinig financiële ruimte hebben. Daarom is het des te opmerkelijker dat er nu een sociaal huurakkoord ligt. In september liepen de onderhandelingen tussen Aedes en de Woonbond nog vast. Na ingrijpen van minister Kajsa Ollongren van Binnenlandse Zaken gingen de partijen weer om tafel.

Lokaal maatwerk

Ook is afgesproken dat er ‘enige ruimte blijft om lokaal te variëren’. Zo mogen corporaties, huurdersorganisaties en een gemeente straks afspreken om de huur met maximaal 1 procent extra te verhogen, als dat nodig is om in de regio nieuwe huizen te bouwen en de corporatie te weinig geld heeft om dat te kunnen betalen.

Wanneer een nieuwe huurder in een huis komt, kunnen corporaties de huur opnieuw vaststellen. Eerder dit jaar was de Woonbond daar nog tegen, maar vanwege de andere afspraken gaat de bond hier nu toch in mee.

Minister Ollongren is blij met de afspraken. Nadat de leden van Aedes en de Woonbond ermee instemmen, is het huurakkoord officieel. ,,Het is voor huurders goed nieuws dat er nu afspraken komen die aandacht hebben voor de betaalbaarheid”, zegt een woordvoerder van de minister. ,,Ook is het goed dat huurders profiteren van de lagere energierekening die het gevolg is van het energiezuinig maken van huurwoningen.”

Huren 2019: gemiddelde huurverhoging bij woningcorporaties maximaal 2,6 procent

RO 18.12.2018 Het gemiddelde aan huurstijgingen bij woningcorporaties mag volgend jaar niet hoger zijn dan 2,6 procent (1,6% inflatie + 1 procentpunt). Het optrekken van de huur na een verhuizing (huurharmonisatie) telt daarin mee. Op huishoudniveau mogen in het zogeheten gereguleerde segment de huren met maximaal 4,1 procent stijgen. Voor scheefwoners is dat maximaal 5,6 procent. Het kabinet wil zo de doorstroming van hogere inkomens blijven stimuleren.

De beperkte huursomstijging van 2,6 procent zorgt gemiddeld gezien voor een demping van de huurverhogingen. Huurverhogingen boven dit percentage moeten dan worden gecompenseerd met lagere of geen huurverhogingen. De maximale huursomstijging geldt niet voor particuliere verhuurders.

De cijfers zijn vandaag door minister Ollongren (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) in de Staatscourant gepubliceerd. De maximale huurverhoging is gebaseerd op het vastgestelde inflatiecijfer van 1,6 procent en een opslag van 2,5 procentpunt. Voor scheefwoners is de opslag 4 procentpunt.

Sociaal Huurakkoord 2018

Als de leden van Aedes en de Woonbond het concept Sociaal Huurakkoord 2018 bekrachtigen, dan stellen deze partijen voor om de maximale huursomstijging voor corporaties gelijk te stellen aan inflatie, maar dan exclusief huurharmonisatie, liberalisatie en huurverhogingen wegens verduurzaming.

Voor wijziging van wat in de berekening van de maximale huursomstijging per corporatie per kalenderjaar meetelt en wat niet, moet eerst de wet worden aangepast en dat lukt niet vóór 1 januari 2019. Daarom kan die afspraak uit het concept Sociaal Huurakkoord nog niet voor 2019 in de wetgeving geregeld worden. Maar corporaties mogen uiteraard in de lijn van het Sociaal Huurakkoord hun huursomstijging in 2019 zoals die nu geldt (inclusief huurharmonisatie) op vrijwillige basis beperken tot minder dan 2,6 procent.

Maximale huurverhoging per woning:

  • 4,1 procent voor huishoudens met een inkomen tot en met 42.436 euro;
  • 5,6 procent voor huishoudens met een inkomen boven 42.436 euro.

Huishoudens van 4 of meer personen en huishoudens waarbij iemand de AOW-leeftijd heeft bereikt, zijn uitgezonderd van de hogere huurverhoging. Dat geldt ook voor bepaalde groepen chronisch zieken en gehandicapten. Voor al deze categorieën geldt een maximale huurverhoging van 4,1 procent.
Voor onzelfstandige woningen (kamers), woonwagens en standplaatsen mag de huur vanaf 1 juli 2019 met maximaal 3,1 procent worden verhoogd.

Zie ook; Huurverhoging

december 18, 2018 Posted by | 2e kamer, huur, Huurdersheffing, huurverhoging, huurwet, politiek, scheefhuur, scheefhuurder, scheefhuurders, scheefwonen, woningwet | , , , , , , , , | Reacties uitgeschakeld voor Van Scheefhuurders en Knelhuurders – deel 8

Krapte op de woningmarkt in Nederland

O.a. Vestia liet weer eens van zich horen

De gemeente Rijswijk verzet zich met verschillende gemeenten in de regio tegen het terugschroeven van het aantal woningen met sociale huur door Vestia. Den Haag blijft gespaard.

AD 08.03.2018

Door sociale huurwoningen om te zetten naar huren in de vrije sector raakt een gemeente als Rijswijk huizen met de laagste huren kwijt. En van dat soort huizen zijn er juist meer nodig in Rijswijk. Ook in gemeenten als Westland en Pijnacker-Nootdorp wordt de noodklok geluid over deze plannen van woningcorporatie Vestia.

Gezamenlijk protesteren de gemeenten bij minister Kajsa Ollongren van Binnenlandse Zaken die de Autoriteit Woningcorporaties onder haar hoede heeft.

Den Haag

In Den Haag speelt het probleem niet. Volgens de Haagse wethouder Joris Wijsmuller zijn er met alle corporaties scherpe afspraken gemaakt over hun voorraad sociale huurhuizen en de betaalbaarheid van woningen. ,,Om te zorgen dat de betaalbaarheid van woningen in de omliggende gemeenten ook op orde blijft, is gezamenlijk het convenant gesloten dat corporaties zorgen voor meer dan 12.000 sociale huurwoningen door nieuwbouw en overname van bezit van Vestia’’, zegt een woordvoerder van Wijsmuller.

Verbod op verkoop sociale woning

De drie linkse partijen dienen zaterdag 17.03.2018 een initiatiefwetsvoorstel in dat gemeenten en woningcorporaties dwingt om het aantal sociale huurwoningen met een huur van hoogstens 710 euro ‘ten minste op peil te houden’. Zonder zo’n ‘remwet’ vreest links dat er de komende jaren honderdduizenden sociale huurwoningen verdwijnen, mede doordat gemeenten liever voor lucratievere, duurdere huisvesting zouden kiezen.

GroenLinks, SP en PvdA willen een verbod op het verder inkrimpen van de socialehuurwoningvoorraad. De steden in Nederland moeten zo toegankelijk blijven voor mensen met lagere inkomens.

In vele tientallen gemeenten in Nederland wordt vooralsnog te weinig gebouwd om ook maar een beetje aan de vraag van koopwoningzoekers te voldoen. Met name in gemeenten rondom Utrecht en Amsterdam is de schaarste bovengemiddeld groot, maar zijn er relatief weinig nieuwbouwplannen.

In veel gemeenten is de woningmarkt, in tegenstelling tot vier jaar geleden, het belangrijkste thema bij de gemeenteraadsverkiezingen op 21 maart 2018. In vier jaar is er dan ook veel gebeurd.

Eind 2013 stonden er nog 217.000 huizen te koop in Nederland. Eind 2017 zijn dat er nog maar 89.000, blijkt uit cijfers van de Rabobank.

Vooral in de Randstad zijn de verschillen enorm. In steden als Delft en Utrecht had je als huizenzoeker vier jaar geleden nog vijf keer zo veel keus. Maar ook buiten de Randstad zijn er gemeenten, zoals Zuidhorn, Hattem en Doesburg, waar je nauwelijks nog tekoopborden in de tuin ziet staan.

AD 15.03.2018

AD 15.03.2018

Doorverhuur

De particuliere huursector is na een jarenlange krimp de afgelopen jaren sterk gegroeid. In toenemende mate worden woningen gekocht om ze vervolgens weer te gebruiken voor doorverhuur. Die praktijk, aangeduid met de Engelse term buy-to-let, is tussen 2006 en 2016 met 75 procent toegenomen.

Volgens onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam en de Katholieke Universiteit Leuven bedroeg de groei in de huursector tussen 2012 en 2017 23,4 procent. In grote steden als Den Haag en Utrecht en studentensteden als Groningen, Tilburg, Eindhoven en Wageningen was de toename nog hoger: boven de 30 procent.

Een van de oorzaken is dat het aantal huishoudens harder groeit dan het aantal nieuwe woningen. Woningbeleggingsadviesbureau Capital Value berekende dat er pas na 2020 meer huizen worden gebouwd dan er huishoudens bijkomen. Volgens het bureau zal de spanning op de woningmarkt met name in de Randstad en delen van Gelderland en Noord-Brabant voorlopig alleen maar toenemen.

zie ook: Met ook het Haags betaalbare wonen op weg naar 21.03.2018

zie ook: Van Scheefhuurders en Knelhuurders deel 5 – Huurder weer in de knel

zie ook: Scheefhuurders en Knelhuurders – de Nasleep

Meer sociale huurwoningen nodig, maar of een landelijk quotum gaat helpen?

NOS 17.03.2018 GroenLinks, de PvdA en de SP maken zich grote zorgen over de sociale woningvoorraad in Nederland. De partijen vrezen dat er de komende jaren 65.000 tot zelfs 300.000 sociale huurwoningen verdwijnen, als gevolg van sloop of verkoop.

Om dat te voorkomen, moet wat de drie partijen betreft vastgelegd worden dat een sociale huurwoning pas tegen de vlakte mag of verkocht mag worden, als er gegarandeerd een nieuwe woning voor terugkomt.

Voorzitter Marnix Norder van de vereniging van woningcorporaties Aedes noemt het een “interessant voorstel” en zegt de zorgen van de partijen te begrijpen. “We willen de sociale voorraad uitbreiden in die gebieden waar schaarste is.”

Landelijk of lokaal?

Hij vraagt zich wel af of dit landelijk geregeld moet worden. Woningcorporaties maken nu afspraken met gemeenten over het aantal sociale huurwoningen. “Dit voorstel past niet in de geest van de woningwet, waarin gemeenten, corporaties en huurdersorganisaties prestatieafspraken moeten maken”, zegt Norder. “Dat overleg is nu de geëigende plek voor afspraken over sociale huurwoningen.”

Hij vindt het ook logisch om het thema wonen bij de gemeente te houden. “In krimpgebieden is deze vraag naar meer huurwoningen er niet, en daar worden dus ook andere afspraken gemaakt. Om de minister dan een uitzondering te laten maken is extra werk. Dat kunnen de lokale partijen prima zelf.”

Er wordt al jaren geklaagd over de lange wachtlijsten voor een sociale huurwoningen, vooral in en rond de grote steden. Uit het onderzoek ‘Wachten, zoeken en vinden’ in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken bleek twee jaar geleden dat je in de regio Amsterdam ruim acht jaar geduld moet hebben, in de regio Utrecht bijna 7,5 jaar en in Maastricht ruim zes jaar. In de regio’s Rotterdam en Haaglanden was de gemiddelde wachttijd dan weer fors korter, respectievelijk 3,3 en 2,8 jaar.

Directeur Ronald Paping van de Woonbond is enthousiast. “Als je ziet hoe het aanbod aan sociale huurwoningen de afgelopen jaren is verminderd en de vraag is toegenomen, dan is het goed om de teugels aan te halen door het wettelijk vast te leggen.”

Toch ziet ook hij problemen. “Het staat diametraal tegenover het regeringsbeleid”, zegt Paping. De vier partijen uit het kabinet-Rutte III hebben juist afgesproken dat gemeenten sociale huurwoningen moeten verkopen als dat kan, zodat er meer huizen beschikbaar komen voor middengroepen. “Maar dit voorstel is wel goed voor de discussie. Misschien gaat het beleid dan een keer kantelen.”

Puntensysteem

Volgens de directeur van Aedes zou het beter zijn om eens te kijken naar het ‘woningwaarderingsstelsel’, het puntensysteem waarmee de huurprijs van een woning wordt bepaald. Huizen boven de 145 punten vallen in de vrije sector, daaronder is sprake van een sociale huurwoning.

“Met de huidige systematiek en de steeds strengere bouw- en energieregelgeving krijgen nieuwe woningen steeds meer punten”, zegt Norder. “Een klein, eenvoudig nieuwbouwappartement van 45 vierkante meter in Amsterdam heeft al meer dan 145 punten, en dat zou dan geen sociale huur mogen zijn? Onzin.”

Belangrijkste kwestie

Nederlanders vinden het woningaanbod de belangrijkste kwestie die door hun gemeente moet worden aangepakt, blijkt uit het publieksonderzoek dat de NOS en regionale omroepen in januari hebben gehouden met het oog op de komende gemeenteraadsverkiezingen. Bijna 30.000 mensen namen de moeite een vragenformulier in te vullen en gaven aan welke gemeentelijke kwesties ze het meest urgent vinden.

Ook in plaatsen waar je het misschien niet verwacht zijn veel kapers op de kust voor het vinden van een sociale huurwoning. Op Terschelling bijvoorbeeld. Daar moet je gemiddeld zo’n zes jaar wachten op een woning. Raoul (22) is een van die wachtenden en hoopt dat de gemeenteraadsverkiezingen het verschil zullen gaan maken.

Video afspelen

Thuisloos op Terschelling

BEKIJK OOK;

Meer nieuwbouw, maar tekort aan betaalbare huurwoningen blijft

Woningen, bureaucratie en duurzaamheid belangrijk voor de kiezer

Lage middeninkomens op de huurmarkt tussen wal en schip

Linkse partijen: aantal sociale huurwoningen wettelijk regelen

AD 17.03.2018 PvdA, GroenLinks en SP willen in een wet vastleggen dat het aantal sociale huurwoningen in Nederland op peil blijft. Wanneer zo’n woning verdwijnt door verkoop of sloop, moet er op zijn minst één voor terugkomen.

Zo’n verplichting voor gemeenten is nodig om te zorgen voor voldoende betaalbare huurwoningen voor mensen met een kleine beurs, vinden de drie linkse oppositiepartijen. De komende jaren dreigen tienduizenden sociale huurwoningen te worden gesloopt of verkocht, terwijl het aantal mensen dat in aanmerking komt voor een sociale huurwoning juist toeneemt, aldus de initiatiefnemers voor de wet. Zij noemen het onverantwoord de sociale sector nog verder te laten krimpen.

Voor veel Nederlanders is het vinden van een fijn huis een hopeloze zoektocht, stelt PvdA-Kamerlid Henk Nijboer. ,,Wachtlijsten van vele jaren zijn onacceptabel maar wel vaak de praktijk. In veel gemeenten is echt sprake van woningnood, daarom moeten we de sociale woningbouw beschermen en juist meer gaan bijbouwen.”

Linkse partijen willen aantal sociale huurwoningen wettelijk regelen 

NU 17.03.2018 PvdA, GroenLinks en SP willen in een wet vastleggen dat het aantal sociale huurwoningen in Nederland op peil blijft. Wanneer zo’n woning verdwijnt door verkoop of sloop, moet er op zijn minst één voor terugkomen.

Zo’n verplichting voor gemeenten is nodig om te zorgen voor voldoende betaalbare huurwoningen voor mensen met een kleine beurs, vinden de drie linkse oppositiepartijen.

De komende jaren dreigen tienduizenden sociale huurwoningen te worden gesloopt of verkocht, terwijl het aantal mensen dat in aanmerking komt voor een sociale huurwoning juist toeneemt, aldus de initiatiefnemers voor de wet. Zij noemen het onverantwoord de sociale sector nog verder te laten krimpen.

Voor veel Nederlanders is het vinden van een fijn huis een hopeloze zoektocht, stelt PvdA-Kamerlid Henk Nijboer. ”Wachtlijsten van vele jaren zijn onacceptabel maar wel vaak de praktijk. In veel gemeenten is echt sprake van woningnood, daarom moeten we de sociale woningbouw beschermen en juist meer gaan bijbouwen.”

Zaterdag wordt het initiatiefwetsvoorstel ingediend.

Lees meer over: Sociale huurwoningen

Video afspelen

Asscher: het is heel nijpend aan het worden

Linkse partijen: aantal sociale woningen in wet regelen

NOS 17.03.2018 De PvdA, GroenLinks en de SP willen in een wetsvoorstel regelen dat het aantal sociale huurwoningen niet afneemt.

Volgens de drie oppositiepartijen dreigen er de komende jaren 65.000 tot 300.000 sociale huurwoningen te verdwijnen doordat ze verkocht of gesloopt worden.

De drie partijen willen wettelijk vastleggen dat gemeenten en woningcorporaties een sociale huurwoning pas mogen verkopen of afbreken als er gegarandeerd een nieuwe sociale huurwoning voor terugkomt.

Video afspelen

Marijnissen: kabinet doet niets aan beleggers die opkopen

Video afspelen

Klaver: meer sociale huurwoningen, maar ook meer doorstroming

Gemeenteraadsverkiezingen

Het onderwerp ‘voldoende betaalbare woningen’ is een belangrijk thema voor de gemeenteraadsverkiezingen van komende woensdag, waarbij de lokale en de landelijke politieke partijen bij betrokken zijn.

Video afspelen

Segers: thema wonen belangrijk bij deze verkiezingen

VVD, CDA, D66 en ChristenUnie hebben in het regeerakkoord afgesproken dat gemeenten sociale huurwoningen moeten verkopen als dat kan, om zo juist voor de middengroepen meer woningen beschikbaar te krijgen.

De drie linkse partijen zijn bang dat de bouw van nieuwe sociale woningen, met een huur tot 711 euro per maand, het tempo van de verkoop niet kan bijhouden.

Video afspelen

Pechtold: betaalbare ‘middenhuur’ nu belangrijker dan sociale woningbouw

BEKIJK OOK

Woningcorporaties beloven twee keer zoveel sociale huurwoningen

Meer sociale huurwoningen dankzij komst vluchtelingen

 

Links wil verbod op verkoop sociale woning, steden moeten toegankelijk blijven voor mensen met lagere inkomens

De drie linkse partijen dienen zaterdag 17.03.2018 initiatiefwetsvoorstel in

VK 16.03.2018 GroenLinks, SP en PvdA willen een verbod op het verder inkrimpen van de socialehuurwoningvoorraad. De steden in Nederland moeten zo toegankelijk blijven voor mensen met lagere inkomens.

De drie linkse partijen dienen zaterdag een initiatiefwetsvoorstel in dat gemeenten en woningcorporaties dwingt om het aantal sociale huurwoningen met een huur van hoogstens 710 euro ‘ten minste op peil te houden’. Zonder zo’n ‘remwet’ vreest links dat er de komende jaren honderdduizenden sociale huurwoningen verdwijnen, mede doordat gemeenten liever voor lucratievere, duurdere huisvesting zouden kiezen.

De spanning op de woningmarkt is een van de belangrijkste thema’s bij de huidige campagne voor de gemeenteraadsverkiezingen. Terwijl links meer sociale huurwoningen wil, leggen partijen als VVD, D66 en CDA in steden waar de ruimte schaars is vaker de prioriteit bij het bouwen van extra woningen met huren boven de 710 euro. Daarmee willen ze mensen met middeninkomens tegemoetkomen die te veel verdienen voor een sociale huurwoning en te weinig om op de particuliere markt succesvol te zijn. Dat soort woningen moeten worden gebouwd door marktpartijen en niet door woningcorporaties.

De linkse partijen menen dat de fixatie op middeninkomens ten koste zal gaan van de lagere inkomens. ‘Als je de lokale programma’s van de VVD, maar ook die van D66 bij elkaar optelt, zie je dat ze op grote schaal sociale woningbouw gaan afstoten’, zegt PvdA-leider Lodewijk Asscher. ‘De rechtse partijen zetten groepen tegen elkaar op: alsof middengroepen er baat bij hebben dat sociale huurwoningen verdwijnen. Het huidige kabinetsbeleid leidt tot scenario’s waarin er tussen de 60- en 300 duizend sociale huurwoningen zullen verdwijnen. Dat is een onherstelbare verandering van Nederland. Het betekent dat je als onderwijzer of agent geen woning meer in je eigen stad kunt vinden.’

Asscher komt deels terug op de woningwet van Rutte II uit 2015

De initiatiefwet komt neer op een aanpassing van de woningwet die in 2015 door het kabinet Rutte II is ingevoerd. Toen werd besloten bevoegdheden over te hevelen naar gemeenten. Die moeten nu jaarlijks ‘prestatieafspraken’ maken met de woningcorporaties. De landelijke overheid heeft daarover weinig meer te zeggen.

Asscher komt daar nu deels op terug, omdat lokale overheden volgens hem niet altijd hun verantwoordelijkheid nemen. ‘Dan wordt gezegd dat de naburige gemeente het maar moet opknappen. Zo neemt het aanbod af.’ SP-Kamerlid Sandra Beckerman meent dat het kabinet al eerder had moeten ingrijpen: ‘Wanneer er één sociaal huurhuis verdwijnt door verkoop of sloop, moet er op z’n minst één voor terugkomen. Het kabinet stelt die norm niet eens. Dus doen wij het.’

Als je de lokale programma’s van de VVD, maar ook die van D66 bij elkaar optelt, zie je dat ze op grote schaal sociale woningbouw gaan afstoten, aldus PvdA-leider Lodewijk Asscher.

De initiatiefwet maakt een uitzondering voor gebieden waar de bevolking krimpt. Die gemeenten kunnen van de minister van Volkshuisvesting toestemming krijgen om te snijden in het aantal sociale huurwoningen.

Aedes, de vereniging van woningcorporaties, staat sympathiek tegenover het wetsvoorstel, maar heeft vragen over de uitvoerbaarheid. ‘In de woonwet uit 2015 is nu juist geregeld dat dit soort besluiten op lokaal niveau worden genomen’, zegt voorzitter Marnix Norder. ‘Het is wel goed dat de nationale politiek zich meer zorgen gaat maken over het beperkte aanbod. De socialewoningbouwmarkt zit voor een groot gedeelte op slot.’

De vraag naar sociale woningen is de afgelopen jaren toegenomen door de bevolkingsgroei en de trek naar de steden. Het aanbod is teruggelopen. Volgens de corporaties komt dat mede door de verhuurdersheffing van 1,7 miljard euro die ze sinds enkele jaren moeten afdragen aan de overheid. Een ander probleem is volgens Norder, zelf ex-PvdA-wethouder, dat gemeenten onvoldoende locaties vrijmaken voor sociale woningbouw. Ze zouden liever kiezen voor de bouw van duurdere woningen, omdat die meer opleveren voor de eigen begroting.

Linkse samenwerking De eerder zo vaak met de mond beleden linkse samenwerking komt in de oppositiebankjes op stoom. De afgelopen maanden maakten GroenLinks, SP en PvdA al drie initiatiefwetten, onder meer over de arbeidspositie van ‘payrollers’.

Volg en lees meer over:  ECONOMIE   POLITIEK   NEDERLAND

Steeds meer koopwoningen worden doorverhuurd

Telegraaf 15.03.2018 De particuliere huursector is na een jarenlange krimp de afgelopen jaren sterk gegroeid. In toenemende mate worden woningen gekocht om ze vervolgens te verhuren. Die praktijk, aangeduid met de Engelse term buy-to-let, is tussen 2006 en 2016 met 75 procent toegenomen.

Volgens onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam en de Katholieke Universiteit Leuven bedroeg de groei in de huursector tussen 2012 en 2017 23,4 procent. In grote steden als Den Haag en Utrecht en studentensteden als Groningen, Tilburg, Eindhoven en Wageningen was de toename nog hoger: boven de 30 procent.

Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van de SP, die naar aanleiding van de cijfers pleit voor een ’woonplicht’: „Als je een woning koopt moet jij of een familielid daar ook in gaan wonen.”

De onderzoekers komen ook met aanbevelingen: ze stellen onder meer voor de inkomensgrens voor een sociale huurwoning te verhogen, vooral in regio’s waar het moeilijk is om met een inkomen van rond de 50.000 euro per jaar een koopwoning te vinden.

Koophuis in grote stad wordt vaak opgekocht en direct duur verhuurd

AD 15.03.2018 Huizen in grote steden worden in groten getale opgekocht door beleggers en particulieren die de woningen meteen in de – dure – verhuur gooien. Voor starters en mensen met een middeninkomen wordt een huis in de stad daardoor onbetaalbaar, waarschuwen wetenschappers.

Tussen 2012 en vorig jaar is de particuliere huursector in Nederland met 23,4 procent gegroeid, blijkt uit onderzoek door de Universiteit van Amsterdam en de Katholieke Universiteit Leuven. Niet alleen in de Randstad, ook in steden als Wageningen, Eindhoven en Groningen is het aantal particuliere huurwoningen explosief gestegen.

Steeds meer kleine investeerders kopen woningen om die vervolgens te verhuren. In 2006 gold dat nog voor 3,3 procent van alle woningaankopen, inmiddels is het landelijk gemiddelde gestegen tot 5,8 procent. In Rotterdam, Amsterdam, Den Haag, Groningen en Maastricht liggen de percentages inmiddels ruim boven 10 procent.

,,Zorgwekkend”, zegt onderzoeker Cody Hochstenbach van de Universiteit van Amsterdam. ,,Grote én kleine investeerders drijven de huizenprijzen op. Daardoor is het steeds lastiger om een woning te bemachtigen als je niet veel eigen vermogen hebt en te veel verdient voor een sociale huurwoning.”

Wonen mag geen luxe worden. Wonen is een recht, aldus Lilian Marijnissen, SP.

Lage spaarrente

Lilian Marijnissen. © ANP

Appartementjes en studio’s van minder dan 50 vierkante meter zijn het populairst bij investeerders. Bijna 30 procent van de aankopen in deze categorie wordt gedaan door beleggers die hun woning meteen voor veel geld verhuren, bijvoorbeeld aan studenten. Door de lage spaarrente worden woningen als interessante investering gezien.

Het onderzoek van de UvA en de KU Leuven is uitgevoerd in opdracht van de SP. Die partij pleit voor een woonplicht voor huizenkopers in gemeenten waar de nood het hoogst is. ,,Als je een woning koopt, moet jij of een familielid daar ook in gaan wonen”, zegt SP-leider Lilian Marijnissen. ,,Het is onverteerbaar dat beleggers huizen opkopen om goud geld mee te verdienen. Wonen mag geen luxe worden. Wonen is een recht.”

De SP staat niet alleen. Zo wil D66 in Amsterdam maatregelen om het opkopen van huizen voor verhuur aan banden te leggen. D66 denkt aan het instellen van extra belasting voor investeerders, zoals nu ook al in het buitenland gebeurt. De Amsterdamse VVD-fractie wil – net als GroenLinks en PvdA in de hoofdstad – dat nieuwgebouwde koopwoningen een koopwoning blijven, en niet in de verhuur gaan.

Starters achter het net

Door het massaal opkopen van woningen vissen vooral jonge starters en mensen met een middeninkomen achter het net. Zij kunnen niet opboksen tegen torenhoge biedingen die worden gedaan door investeerders, vaak zonder voorbehoud van financiering. Ook de prijzen voor particuliere huur nemen toe, vanwege de enorme vraag naar woningen in de stad.

,,Sociale huurwoningen zijn alleen nog weggelegd voor mensen met de laagste inkomens”, zegt UvA-onderzoeker Hochstenbach. ,,Door de maximale inkomensgrens voor sociale huur te verhogen, kunnen meer Nederlanders een passende huurwoning vinden.”

Om te voorkomen dat huurprijzen in de particuliere sector de pan uitrijzen, kan volgens Hochstenbach een maximale huurverhoging worden ingevoerd voor geliberaliseerde huurwoningen. ,,Nu kunnen huiseigenaren onbeperkte huurverhogingen opleggen. Dat maakt het voor investeerders extra interessant om woningen te kopen en te verhuren.”

Als je het voor investeerders minder aantrekkelijk maakt in Amsterdam koophuizen te verhuren, verplaatsen ze hun werkgebied mogelijk naar Rotterdam of Utrecht, aldus Cody Hochstenbach.

Saamhorigheid neemt af

De verhuur van koophuizen geeft veel overlast, weet Herman van den Bergh (61) uit Amsterdam. Hij kocht in 2015 een appartement in een nieuwbouwcomplex van 35 woningen in stadsdeel Zeeburg. ,,De laatste jaren zijn zeven van die appartement opgekocht door beleggers. Appartementen die twee ton kostten, worden nu verhuurd voor 1.250 tot 1.750 euro per maand.”

De saamhorigheid in het complex neemt daardoor af, zegt Van den Bergh. ,,Want die huurders zijn niet betrokken bij de Vereniging van Eigenaren. En er is veel verloop: jonge mensen kunnen na een flinke huurverhoging de huur meestal niet meer opbrengen. Die zijn dan zo weer weg. Dat maakt het er niet gezelliger op.”

Een woonplicht voor huizenkopers kan volgens de onderzoekers een oplossing zijn. ,,Bij lokale maatregelen moet je wel rekening houden met een waterbedeffect”, waarschuwt Hochstenbach. ,,Als je het voor investeerders bijvoorbeeld minder aantrekkelijk maakt in Amsterdam koophuizen te verhuren, verplaatsen ze hun werkgebied mogelijk naar Rotterdam of Utrecht.”

SP-leider Marijnissen wil dat het kabinet zo snel mogelijk ingrijpt. ,,Dit onderzoek laat zien dat steden de problemen niet alléén kunnen oplossen. Zij hebben hulp nodig van Den Haag.”

maart 15, 2018 Posted by | gemeenteraadsverkiezingen 2018, Huurdersheffing, huurverhoging, huurwet, politiek, privatisering, regeerakkoord, scheefhuur, scheefhuurders, scheefwonen | , , , | Reacties uitgeschakeld voor Krapte op de woningmarkt in Nederland

SP – De afdrachtregeling versus het scheefwonen en de partijbeloning

Tja, ik kan dat wel effe uitleggen !!!!

Tja, ik kan dat wel effe uitleggen !!!!

Scheefwonen

Kersvers Kamerlid Sandra Beckerman van de Socialistische Partij blijkt een ‘scheefwoner’ te zijn. Tijdens een debat over ‘klimaatpaupers’ zei de socialist dat ze in een sociale huurwoning woont.

In Groningen woont Beckerman in een sociale huurwoning, naar eigen zeggen tussen de ‘klimaatpaupers’: minder welgestelde Nederlanders die de rekening zouden betalen van de energietransitie.

Bovengrens

Dat is opvallend. Over het algemeen worden sociale huurwoningen alleen toegewezen aan huishoudens met een inkomen tot 35.739 per jaar. Woningcorporaties mogen 10 procent van hun sociale huurwoningen toewijzen aan huishoudens met een inkomen tussen de 35.739 en 39.874 per jaar.

Meer: ‘Werkende moet sneller aan sociale huurwoning komen’

Schrijnend wegens afdrachtregeling

Kamerleden verdienen over het algemeen bijna 92.460 euro per jaar. Merkwaardig is dat Beckerman zelf de omstreden afdrachtregeling van de SP aanhaalt ter verdediging van haar woonsituatie.

Werknemers van de SP en politici die voor de partij werken, dragen een groot deel van hun salaris af aan de partij.

Door de afdrachten is de SP verreweg de rijkste partij van Nederland en kan ze de duurste campagnes voeren. Omdat politici hun salaris – dat ze van de staat krijgen – afdragen aan een politieke partij, wordt dat als gift aan de organisatie gezien. De giften worden afgetrokken van het belastbaar inkomen. Die meevaller pikt de SP direct in, terwijl SP’ers worden verplicht te doneren.

  Volgen  Andre Bosman @andrebosman @SandraBeckerman woont met het salaris van een kamerlid in sociale huurwoning! “Is goed voor de diversiteit in de wijk” #scheefwoner

14:59 – 15 Jun 2017

‘Flexibele en korte banen’

Het is dan ook schrijnend dat Beckerman naar die regeling van de SP wijst. ‘Ik verdien net zo veel als een gemiddelde leraar,’ aldus Beckerman tegen De Telegraaf. De krant berekende dat de politicus bij haar vorige banen ook al flink verdiende. Voor de verkiezingen werkte ze als gepromoveerd universitair docent archeologie en was ze fractievoorzitter in Provinciale Staten.

Beloningsbeleid

Maar ook is de Socialistische Partij is niet transparant over het beloningsbeleid van het partijbestuur. Op de website van de SP vermeldt de partij dat voor bestuurders geen beloningsregeling is. Dit staat haaks op de werkelijkheid: SP-bestuurders krijgen wel degelijk een vergoeding voor hun werk.

De SP vermeldt op haar site dat voor partijbestuurders geen beloningsbeleid geldt. Bestuurders van de Socialistische Partij kunnen wel aanspraak maken op het declareren van gemaakte kosten. De Socialistische Partij heeft nog niet gereageerd.

Loonsverhoging

Het bestuur van de SP heeft zichzelf vorig jaar een riante loonsverhoging van 400 euro per maand gegeven. Zo ontvangt partijvoorzitter Ron Meyer een beloning van bijna 3.973 euro bruto per maand, voorheen 3.572 euro.

Dat meldt het AD. De partijtop heeft voor zichzelf een nieuwe loonschaal bedacht, omdat andere inkomsten door regelgeving wegvielen. Binnen de partij bestonden tot april 2016 vier verschillende loonschalen, maar het bestuur heeft vorig jaar een vijfde schaal geïntroduceerd, die voor de bestuurders zelf is bedoeld.

Volgens leden van de SP is dat echter minder vanzelfsprekend. Volgens het AD woedt er een interne discussie over de afdrachtregeling: zo moeten gemeenteraadsleden 75 procent van hun tegemoetkoming afstaan. Punt van kritiek is dat dit niet in verhouding staat tot de hoge werkdruk.

AD 07.07.2017

AD 07.07.2017

Afdrachtregeling

De belastingvoordelen die de SP geniet, leiden ook tot wrijving met politieke tegenstanders. Iedereen mag giften aan kerken, ideële instellingen en politieke partijen aftrekken van zijn belastbaar inkomen, mits de gift meer is dan 1 procent van het inkomen, met een maximum van 10 procent.

SP-Kamerleden staan rond 70 mille per jaar af. Ze mogen dus 7.000 euro fiscaal aftrekken. Die meevaller pikt de SP ook weer in. Omdat SP’ers door de partij worden verplicht te doneren, zou het in de praktijk gaan om niet-aftrekbare beroepskosten en niet om giften aan de partij.

Partijraad

De partijraad van de SP nam dit weekend twee besluiten: de afdrachtregeling wordt coulanter en alle leden mogen volgend jaar meestemmen over het nieuwe bestuur. Het kunnen gerust kleine revoluties genoemd worden.

De groep bestuurders die zich verzet tegen het afdragen van het belastingvoordeel, is de afgelopen jaren flink gegroeid. Door die weigeringen loopt de SP veel geld mis.

SP moet ’hot’ worden – Partijvoorzitter Ron Meyer refereerde tijdens de bijeenkomst op het hoofdkantoor in Amersfoort aan het bericht dat de top van de SP zichzelf extra loonruimte cadeau heeft gedaan.  Hij noemde die berichtgeving ‘tendentieus’. ,, Je mag het met ons oneens zijn, maar deze suggestie is lariekoek.” Een afdelingsvoorzitter die vanuit het publiek sprak over ‘kapitalistische media’ kon op applaus van de andere toehoorders rekenen.

Afgevaardigden van de bijna 160 afdelingen van de SP door het hele land namen tijdens de partijraad ook een belangrijk voorstel aan om de afdrachtregeling op de schop te nemen.

Zo krijgen raadsleden van middelgrote steden meer compensatie voor hun diensten en mogen Kamerleden en bestuurders voortaan zelf het belastingvoordeel houden dat ze halen uit hun afdracht aan de partijkas. Ook krijgen raadsleden die geld tekort komen door hun werkzaamheden voor de partij sneller extra geld en worden deze ‘maatwerk’- bedragen hoger.

Lees verder: waarom de afdrachtregeling van SP schuurt

zie ook: Van Scheefhuurders en Knelhuurders

zie verder ook: Afdracht 1  Afdracht 2  Afdracht 3

zie dan ook: Emile Roemer SP – Afdrachtregeling ook voor Ministers

zie ook nog: SP – Afdrachtregeling ten einde ? – deel 3

en zie ook:  SP – Afdrachtregeling ten einde ? – deel 2

zie dan ook nog:  SP – Afdrachtregeling ten einde ?  – deel 1

zie verder dan ook nog: Raadsverkiezingen 2010 – SP doet niet mee in Haarlemmermeer vanwege afdracht

‘Een op drie gemeenten maakt loon raadsleden niet naar SP over’ 

NU 30.10.2017 Zeker een derde van alle Nederlandse gemeenten en provincies maakt de vergoeding voor raadsleden en statenleden van de SP niet meer naar de partij over, maar naar de leden zelf.

Dat meldt dagblad Trouw op basis van een eigen inventarisatie. Zij geven gehoor aan de oproep die toenmalig minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken een maand geleden deed.

Plasterk stelde bang te zijn dat de onpartijdigheid van de raadsleden en statenleden in gevaar zou kunnen komen door deze traditionele SP-constructie.

Hij deed de oproep nadat de gemeente Noordoostpolder naar de rechter stapte om een einde aan deze constructie te maken. De rechter gaf de gemeente en de minister gelijk.

Basisvergoeding

De SP wil dat haar vertegenwoordigers in raden en staten hun vergoeding rechtstreeks naar de partij laten overmaken. De partij maakt vervolgens een basisvergoeding over naar de leden en houdt een deel van de inkomsten zelf.

Zij krijgen maar tussen de 25 en 50 procent van de afdracht teruggestort. De rest blijft in bezit van de partij.

Doordat gemeenten en provincies deze methode niet meer hanteren, kan de SP heel veel geld gaan mislopen, stelt Trouw. De partij zou aan hun constructie jaarlijks zeker 5 miljoen euro overhouden.

Lees meer over: Socialistische Partij SP

‘Een derde gemeenten werkt niet meer mee aan afdrachtregeling SP’

NOS 30.10.2017 Een derde van de gemeenten en provincies geeft gehoor aan de oproep van toenmalig minister Plasterk om vergoedingen voor SP’ers direct naar de politici over te maken, blijkt uit een rondgang van Trouw. Dertig instanties denken er nog over na.

Door het besluit loopt de SP-partijkas mogelijk veel geld mis. SP’ers moeten een deel van hun vergoeding afstaan aan de partij. In de praktijk maakten overheden de hele vergoeding vaak over aan het landelijke partijbureau, dat vervolgens een deel hield en de rest overmaakte naar de SP’ers zelf. De SP’ers kregen daardoor maar 25 tot 50 procent van hun salaris op hun rekening, schrijft Trouw.

Rechter

De gemeente Noordoostpolder besloot niet meer aan de afdrachtregeling mee te werken en stapte naar de rechter. Die bepaalde dat de regeling “de onafhankelijkheid en het vrije woord” van raadsleden in gevaar brengt.

Minister Plasterk schreef daarom vorige maand een brief aan gemeenten en provincies, waarin hij opriep om de vergoedingen niet meer in de partijkas te storten.

Maatregelen

Volgens Trouw hebben zeker 31 gemeenten en provincies direct na de rechterlijke uitspraak, of korte tijd later, maatregelen genomen. Elf gemeenten en een provincie hadden dat eerder al gedaan op eigen initiatief.

Vorig jaar hield de SP volgens de krant ruim 5 miljoen euro over aan de afdracht van SP-leden. Daarmee werden onder meer campagnes en opleidingen betaald. Nu de partij dat geld niet meer automatisch krijgt, moet de SP afwachten of de leden het uit eigen beweging overmaken naar de partijkas.

BEKIJK OOK

Salarissen SP’ers niet meer naar partijkas

‘SP-top geeft zichzelf extra salaris’

Salaris overmaken aan de SP? Veel gemeenten willen het niet meer

Trouw 30.10.2017 De afdrachtregeling van de SP staat onder druk nu gemeenten raadsleden alleen nog rechtstreeks willen betalen.

SP-partijkas onder druk: gemeenten werken niet meer mee aan afdrachtregeling

Elsevier 30.10.2017 De belangrijkste inkomstenbron van de SP staat onder de druk, nu steeds meer gemeenten ervoor kiezen om raadsleden rechtstreeks te betalen. Voormalig minister Ronald Plasterk (PvdA) van Binnenlandse Zaken opende eerder het vuur op de controversiële afdrachtregeling – een kroonjuweel van de Socialistische Partij.

Ongeveer een derde van de gemeenten en provincies met SP-politici kiest ervoor om de vergoedingen niet meer naar de partij over te maken, maar rechtstreeks naar de politici zelf, meldt dagblad Trouw maandag. Ruim 30 andere overheden denken hier ook over na.

Rijkste partij van Nederland

De gemeenten en provincies geven hiermee gehoor aan de oproep van de vertrokken minister Plasterk, die vorige maand adviseerde om vergoedingen rechtstreeks aan raads- en Statenleden over te maken, en niet meer naar het rekeningnummer van de SP.

Hiermee komt de partijkas van de SP flink onder druk te staan: honderden SP-politici droegen eerder hun vergoeding rechtstreeks af aan de SP, waarmee zij met afstand de rijkste partij van Nederland is. Vorig jaar sleepte de partij er 5,1 miljoen euro mee binnen, wat neerkomt op de helft van alle partij-inkomsten.

Lees ook
Dit is waarom de afdrachtregeling van SP schuurt

In zijn brief verwees Plasterk naar een onherroepelijke uitspraak van de  rechtbank Midden-Nederland uit februari, waarin staat dat de gemeente Noordoostpolder niet hoeft mee te werken aan de eis van een plaatselijke SP-politicus om haar vergoeding voor haar raadswerk op de rekening van de landelijke SP te storten.

‘Solidariteitsregeling’

Het is een klap voor de afdrachtregeling van de SP. Al jaren tekenen politici van de SP een zogenaamde akte van cessie, waarin ze gemeenten en provincies toestemming geven om hun vergoeding over te maken aan ‘een derde’ (in dit geval hun eigen partij). De SP maakt de raads- en Statenleden vervolgens 25 tot 50 procent van hun salaris over.

De SP heeft namelijk het principe dat volksvertegenwoordigers niet financieel mogen profiteren van hun functie. De partij zelf spreekt dan ook van een ‘solidariteitsregeling’. Hoewel de partij naar buiten toe doet voorkomen alsof de afdrachtregeling onbetwist is, berichtte Elsevier Weekblad in november vorig jaar dat de partij intern beraad voert over een nieuwe afdrachtregeling. In een document gaf de partij aan dat in een hypothetisch scenario dat de SP in de regering zou komen, ook ministers en staatssecretarissen hun loon moeten afdragen aan de partij.

Hoewel dat natuurlijk niet aan de orde is, zou in het scenario dat SP-leider Emile Roemer premier zou worden, hij zo’n 32.400 euro per jaar als salaris op z’n rekening zou krijgen. Daarmee zou de SP er jaarlijks bijna 125.000 euro op vooruitgaan door alleen al het loon van Roemer als premier. de minister-president verdient zonder afdrachtregeling – net als de ministers – 157.287 euro bruto per jaar. Het salaris van een staatssecretaris bedraagt 146.834 euro.

31 overheden

De rechter zette in februari een streep door de cessies  voor raads- en Statenleden, omdat ‘de onafhankelijkheid en het vrije mandaat van het raadslid in gevaar kan komen’ door de overeenkomsten. Inmiddels blijkt dus dat een derde van de gemeenten en provincies waar de SP actief is, de stortingen in de partijkas stopt. Het gaat om zeker 31 overheden die na de rechterlijke uitspraak hebben besloten dat SP’ers hun vergoeding niet meer direct naar de partijkas kunnen laten overmaken.

Eerder dit jaar
SP-top geeft zichzelf riante loonsverhoging

Uiteraard staat het raads- en Statenleden vrij om hun geld zelf naar de SP over te maken, maar het is voor de partij nog maar afwachten of politici dat ook gaan doen. Overigens is er ook vanuit de partij zelf verzet geweest tegen de afdrachtregeling. Er zou sprake zijn van willekeur bij de penningmeester. Die zou de afdracht, rekening houdend met individuele omstandigheden, per partijgenoot nog wel eens laten verschillen.

Schadeloosstelling

De SP is furieus over de bemoeienis met de afdrachtregeling, en spreekt van ‘politieke pesterij’. ‘De aanval van Plasterk op de solidariteitsregeling van de SP is een aanval op de SP. Al komt Plasterk met tien wetten, solidariteit kun je niet verbieden,’ reageerde SP-penningmeester Thijs Coppus vorige maand toen bleek dat Plasterk het gemunt had op de afdrachtregeling. ‘Onze solidariteitsregeling blijft overeind.’

Niet dus, en Plasterk zou eerder ook in gesprek gaan met de Eerste en Tweede Kamer om te bepleiten dat ook daar de schadeloosstelling van Kamerleden niet direct meer naar de partij mag. Een SP-Kamerlid krijgt nu een modaal maandsalaris van 2.750 euro netto. Kamerleden van de meeste andere partijen krijgen zo’n 4.500 euro per maand.

De belastingvoordelen die de SP geniet, leiden ook tot wrijving met politieke tegenstanders. Iedereen mag giften aan kerken, ideële instellingen en politieke partijen aftrekken van zijn belastbaar inkomen, mits de gift meer is dan 1 procent van het inkomen, met een maximum van 10 procent.

SP-Kamerleden staan rond 70.000 euro per jaar af. Ze mogen dus 7.000 euro fiscaal aftrekken. Die meevaller pikt de SP ook weer in. Omdat SP’ers door de partij worden verplicht te doneren, zou het in de praktijk gaan om niet-aftrekbare beroepskosten en niet om giften aan de partij.

    Elif Isitman (1987) is sinds oktober 2014 online redacteur bij Elsevier Weekblad.

GERELATEERDE ARTIKELEN;

De SP ontwijkt zelf miljoenen aan belasting

De SP is een tirannieke partij. Tijd voor hervorming

Uitbetaling Noord-Hollandse Statenleden van SP niet meer via partijkas NU 29.09.2017

SP baalt: Plasterk maakt einde aan lucratieve afdrachtregeling RTL 27.09.2017

Plasterk richt pijlen op controversiële afdrachtregeling van SP Elsevier 27.09.2017

Plasterk wil dat lokale SP-politici hun salaris rechtstreeks krijgen VK 27.09.2017

SP weigert te stoppen met afdrachtregeling NU 27.09.2017

Ex-SP-politicus hekelt afdrachtregeling: ‘Je moet werk kunnen doen …  Omroep Brabant 27.09.2017

Er komt een eind aan de unieke afdrachtregeling van de SP WEL 27.09.2017

SP: ‘Gangster-partij’ VVD moet afblijven van afdrachtregeling

Elsevier 14.08.2017 De VVD mag niets zeggen over de omstreden afdrachtregeling van de Socialistische Partij (SP). Volgens SP-voorzitter Ron Meyer staat de VVD bekend als  de partij van de ‘graai- en gangsterpolitiek’, dus is kritiek uit liberale hoek onterecht.

‘Het is geen toeval dat mensen die zelfverrijking geen probleem vinden de solidariteitsregeling van de SP niet moeten,’ schrijft Ron Meyer in partijblad Tribune. Het AD merkte het opvallende opiniestuk op. ‘Het is niet vreemd dat de partij die de persoonlijking is van pakken-wat-je-pakken-kan voorop loopt in de bestrijding van onze solidariteit-in-de-praktijk.’

Uit het weekblad: dit is waarom de afdrachtregeling van SP schuurt

Belastingvoordeel

De kritiek van de VVD geeft Meyer naar eigen zeggen nog meer reden om trots te zijn op de regeling. Hij verwijst naar VVD’ers als Hermans, Duthler en Keizer die de afgelopen jaren onder vuur lagen vanwege omstreden zakendeals of ‘graaigedrag’, volgens Meyer.

De column is opmerkelijk, omdat de afdrachtregeling vooral kritiek krijgt vanwege de belastingvoordelen die de SP meepikt. Een deel van het salaris van SP’ers wordt ingehouden en gaat direct naar de partij. Het deel dat naar de SP gaat, wordt als gift gezien. Omdat een politieke partij anbi-status heeft, mogen de SP’ers de giften aftrekken van hun belastbaar inkomen.

‘Zonder last’

SP-Kamerleden staan rond 70 mille per jaar af. Ze mogen dus 7 mille fiscaal aftrekken. Maar die meevaller pikt de SP ook weer in, terwijl Kamerleden verplicht zijn de rest van het salaris te ‘doneren.. Door de afdrachtregeling is de SP veruit de rijkste politieke partij van Nederland.

Daarnaast vrezen critici dat de afdrachtregeling onafhankelijkheid van de Kamerleden en lokale politici in het geding brengt.

De Grondwet bepaalt in artikel 67 dat Kamerleden ‘zonder last’ stemmen en het is twijfelachtig of SP’ers dat werkelijk kunnen. Hun inkomen en onkostentoelages (circa een ton per jaar) stromen direct naar het SP-kantoor, dat vervolgens jaarsalarissen uitbetaalt van 32.400 euro netto.

SP-Kamerlid Beckerman woont in sociale huurwoning en geeft afdrachtregeling de schuld

Demissionair

Begin juli kondigde het demissionaire kabinet aan dat het een einde wil maken aan de afdrachtregeling. Het kabinet dringt er bij provincies, gemeenten en het parlement op aan om géén salarissen en vergoedingen meer te betalen aan het SP-partijkantoor.

Demissionair minister van Binnenlandse Zaken Ronald Plasterk heeft er nooit een geheim van gemaakt dat hij de afdrachtregeling principieel verwerpelijk vindt, maar hij kwam nooit met een wetsvoorstel. Nu hij demissionair is, kan dat ook niet meer. Of het volgende kabinet aan de haal gaat met de afdrachtregeling, moet nog blijken.

  Bauke Schram (1993) is sinds april 2016 online redacteur bij Elsevier Weekblad.


SP-voorzitter: VVD is partij van de gang­ster­po­li­tiek

AD 14.08.2017 De VVD is de partij van ‘graai- en gangsterpolitiek’. Daarom kunnen politici van liberale huize hun kritiek op de afdrachtregeling van de Socialistische Partij beter voor zich houden, meent SP-voorzitter Ron Meyer.

De VVD? Waar kennen we die partij ook alweer van? Van indrukwekkende voorbeelden van graai- en gang­ster­po­li­tiek, aldus SP-voorzitter Meyer in partijblad Tribune.

Met grote regelmaat staat de afdrachtregeling van de socialisten ter discussie: SP-Kamerleden en bestuurders laten hun salaris storten in de partijkas in ruil voor een bescheiden beloning. Het kabinet wil van deze constructie af, maar ook binnen de partij gaan stemmen op om de afdrachtregeling aan te passen.

SP-voorzitter Meyer constateert in de nieuwste aflevering van het partijblad Tribune dat er de afgelopen tijd diverse aanvallen hebben plaatsgevonden ‘op onze unieke solidariteitsregeling’.

,,Opvallend vaak door politici van VVD-huize”, aldus Meyer. ,,Zij spreken er schande van en roepen de overheid zelfs op er een stokje voor te steken. (…) De VVD? Waar kennen we die partij ook alweer van? Van indrukwekkende voorbeelden van graai- en gangsterpolitiek.”

Als ‘pareltje van zelfverrijking’ bij de liberalen noemt Meyer vervolgens de transacties rond een crematiebedrijf waar voormalig VVD-voorzitter Henry Keizer bij betrokken was en recent over struikelde. Hij noemt ook enkele andere VVD’ers die bij deze zaak een rol speelden.

Meyer: ,,Het is niet vreemd dat de partij die de verpersoonlijking is van pakken-wat-je-pakken-kan voorop loopt in de bestrijding van onze solidariteit-in-de-praktijk”, aldus de SP-voorzitter.

De VVD wil niet reageren op de aantijgingen van Meyer.

‘Aanpak afdrachtsregeling zot’

Telegraaf 08.07.2017  SP-leider Emile Roemer noemt het „van de zotte” dat het kabinet de afdrachtsregeling van de SP wil aanpakken. Hij snapt naar eigen zeggen niet waar minister Ronald Plasterk (Binnenlandse Zaken) zich mee bemoeit.

In het radioprogramma Kamerbreed sprak Roemer zaterdag van anti-SP-wetten „om onze solidariteitsregeling af te schaffen.” Volgens hem kan het kabinet zich beter druk maken „over de graaiers die er overal zijn en niet over degenen die uit solidariteit een deel van hun salaris willen inleveren.”

Roemer denkt niet dat de aanpak leidt tot afschaffing van de regeling. SP-politici dragen hiermee hun vergoeding af aan de partij om daarna een deel teruggestort te krijgen. Volgens Roemer gaat de SP gewoon door met de afdrachtsregeling en wordt het hoogstens nodig om een ander rekeningnummer op te geven. „Het is alleen maar een pestwet.”

De vergoeding die SP-politici ontvangen voor hun werk in parlement, Provinciale Staten en gemeenteraden mag binnenkort niet meer rechtstreeks in de partijkas worden gestort, als het aan het kabinet ligt.

Minister Plasterk wees er vrijdag op dat een rechter in februari heeft bepaald dat de gemeente Noordoostpolder niet hoefde mee te werken aan de eis van een SP-politica om haar vergoeding op de partijrekening te storten. Volgens de rechter is dat in strijd met de grondwet. Daarin staat dat volksvertegenwoordigers ’zonder last’ moeten opereren.

LEES MEER OVER; TWEEDE KAMER SP EMILE ROEMER AFDRACHTSREGELINGSALARIS GRAAIERS RONALD PLASTERK

SP’ers woedend over beslissing van Plasterk over afdrachtregeling … Trouw 07.07.2017

Kabinet wil af van verplichte afdrachtregeling SP

NU 07.07.2017 De vergoeding die SP-politici ontvangen voor hun werk in parlement, Provinciale Staten en gemeenteraden mag binnenkort niet meer rechtstreeks in de partijkas worden gestort.

Minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken gaat met Tweede en Eerste Kamer en met de lagere overheden in gesprek om deze afdrachtsregeling van de partij te stoppen.

Plasterk heeft dat vrijdag gezegd na de ministerraad. De SP kent deze methode al sinds jaar en dag. Honderden SP-politici dragen hun vergoeding rechtstreeks af aan de partij en krijgen een deel daarvan weer teruggestort. Plasterk had in december al aangegeven dat hij deze regeling ”onwenselijk” vindt.

De bewindsman wees er vrijdag op dat een rechter in februari heeft bepaald dat de gemeente Noordoostpolder niet hoefde mee te werken aan de eis van een SP-politica om haar vergoeding op de partijrekening te storten. Volgens de rechter is dat in strijd met de grondwet. Daarin staat dat volksvertegenwoordigers ‘zonder last’ moeten opereren.

Plasterk onderstreepte dat hij volksvertegenwoordigers die geld willen afdragen aan hun partij in principe niets in de weg wil leggen.

Maar dat kan niet via de afdrachtsregeling van de SP, omdat die op een rechterlijke uitspraak is gestuit. Als Kamerleden zelf een deel van hun vergoeding in de partijkas willen storten is er echter geen probleem, zei hij. De PvdA-minister ontkende ook dat hij erop uit zou zijn de SP de voet dwars te zetten.

SP-Kamerlid Ronald van Raak reageert tegenover NU.nl kwaad op het voorstel. “Dit is onbegrijpelijk en onfatsoenlijk. Een politieke pesterij van een minister in zijn nadagen”, aldus de SP’er.

“Vier jaar lang heeft Plasterk dit laten liggen en nu komt hij ermee op de eerste dag van het reces. Ik heb hem gisteren nog gesproken en toen hield hij zijn kaken op elkaar. Nu moet ik dit in de krant lezen. Zo gaan we niet met elkaar om.”

Van Raak spreekt tegen dat de afdrachtregeling belemmerend werkt voor Kamerleden. “Het is een vrijwillige afspraak die we als partij hebben gemaakt net als dat we afspraken maken over het verkiezingsprogramma. Wij zijn ook niet de enige partij met een afdrachtregeling. Als wij in strijd met de grondwet handelen dan geldt dat voor de andere partijen ook.”

Lees meer over: SP Afdrachtregeling

Einde afdrachtregeling? Plasterk wil SP financieel uitkleden

Elsevier 07.07.2017 De omstreden afdrachtregeling van de SP gaat op de helling. Het demissionaire kabinet besloot vanochtend dat overheden de salarissen van SP-politici niet meer mogen overmaken aan het SP-partijkantoor in Amersfoort.

De commissarissen van de Koning spraken vorige maand al af dat de provincies de medewerking aan de SP-regeling staken.

SP-Kamerlid Beckerman woont in sociale huurwoning en geeft afdrachtregeling de schuld

Steenrijke SP

Vergeleken met andere partijen zit de SP er warmpjes bij. De partij heeft miljoenen op de bank staan en kan zich de duurste verkiezingscampagnes veroorloven. SP-kandidaten moeten voordat ze worden gekozen een verklaring tekenen dat hun salaris en alle onkostenvergoedingen als Kamerlid, Gedeputeerde, Statenlid, wethouder of gemeenteraadslid rechtstreeks naar de partijkas gaan. De SP houdt een groot deel in en geeft de politici slechts een kwart van het bedrag (raadsleden) of iets meer dan de helft (Kamerleden) als salaris terug.

SP-politici zijn daarmee in dienst van de partij. Dit staat op gespannen voet met het principe dat volksvertegenwoordigers ‘zonder last’ hun werk moeten kunnen doen en dat bestuurders niet zozeer specifieke partijbelangen moeten nastreven, maar het algemeen belang. De SP redeneert echter dat SP-politici genoegen moeten nemen met een schamel salaris, omdat vrijwilligers in de partij ook geen riante beloning krijgen. SP-leider Emile Roemer noemt de afdrachtregeling ‘ons kroonjuweel’.

Andere partijen vragen hun politici een deel van hun salaris over te maken aan de partij, maar dat is nooit zoveel als de SP standaard afroomt. In beginsel blijft het ook een vrijwillige bijdrage, terwijl bij de SP sprake is van dwang.

Dwarsliggende raadsleden

Na de raadsverkiezingen van 2014 weigerde de gemeente Noordoostpolder om de betalingen aan SP-raadsleden over te maken naar de partij. De SP begon een juridische procedure, maar kreeg ongelijk van de rechter in Lelystad. De SP probeerde nog tijd te rekken en suggereerde in hoger beroep te gaan. Maar dat gebeurde niet.

Vorige maand spraken de commissarissen van de Koning in hun gezamenlijke vergadering af dat de provincies één lijn moeten trekken en binnenkort moeten stoppen met het overmaken van salarissen en onkostenvergoedingen aan het SP-partijkantoor. Gedeputeerden en Statenleden van de SP krijgen hun geld straks op hun privérekening en kunnen dan zelf bepalen hoeveel zij overmaken aan hun partij. Formeel is dit overigens geen bevoegdheid van de commissaris van de Koning, maar van Gedeputeerde Staten.

Uit het weekblad – SP-afdrachten zijn nietig: ‘In strijd met openbare orde’

Op voorstel van PvdA-minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken besloot het kabinet vandaag om hierop in te spelen. Het kabinet dringt er bij provincies, gemeenten en het parlement op aan om géén salarissen en vergoedingen meer te betalen aan het SP-partijkantoor.

Oneerlijk voordeel voor SP

Plasterk heeft er nooit een geheim van gemaakt dat hij de afdrachtregeling principieel verwerpelijk vindt, maar hij kwam nooit met een wetsvoorstel. Nu hij demissionair is, kan dat ook niet meer. ‘Dat is aan een volgend kabinet,’ zegt een bron op het ministerie van Binnenlandse Zaken.

Over de afdrachtregeling van de SP wordt al zeker tien jaar gebakkeleid. Pogingen van vooral PvdA-ministers om er iets tegen te doen, werden door de SP uitgelegd als jaloezie en rancune. De PvdA zou het niet kunnen verkroppen dat de SP dichter bij de gewone man staat.

De weerzin van andere partijen tegen de SP-afdrachtregeling nam vorig jaar toe toen bleek dat de SP de verplichte bijdragen ook nog eens mocht beschouwen als fiscaal aftrekbare gift. Hierdoor ontstaat een groot fiscaal voordeel, dat ook meteen weer in de partijkas vloeit. SP-penningmeester Thijs Coppus zei in Elsevierer rekening mee te houden dat de afdrachtregeling zijn langste tijd had gehad.

Vorig jaar groeide het verzet 

tegen de afdrachtregeling al

‘Duurste politicus ooit’

Onlangs trok SP-Kamerlid Sandra Beckerman de aandacht, toen zij tijdens een Kamerdebat vertelde dat zij vanwege haar lage partijinkomen onderdak moet vinden in een sociale huurwoning. Hierdoor bleek dat SP-Kamerleden met een officieel inkomen van bijna 100.000 euro plus duizenden euro’s aan onkosten, zoveel afdragen aan hun partij dat ze een fors gesubsidieerde huurwoning kunnen claimen.

In de Haagse wandelgangen werd hierover schande gesproken. ‘Dikke kans dat ze ook nog huurtoeslag ontvangt,’ zei een CDA’er. ‘Mevrouw Beckerman is – als je alles optelt – de duurste politica uit de parlementaire geschiedenis.’

Eric Vrijsen  Politiek verslaggever Redacteur Eric Vrijsen  (1957) volgt voor Elsevier Weekblad sinds 1994 de Nederlandse politiek.

Vergoeding SP aangepakt

Telegraaf 07.07.2017 De vergoeding die SP-politici ontvangen voor hun werk in parlement, Provinciale Staten en gemeenteraden mag binnenkort niet meer rechtstreeks in de partijkas worden gestort. Minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken gaat met Tweede en Eerste Kamer en met de lagere overheden in gesprek om deze afdrachtsregeling van de partij te stoppen.

Plasterk heeft dat vrijdag gezegd na de ministerraad. De SP kent deze methode al sinds jaar en dag. Honderden SP-politici dragen hun vergoeding rechtstreeks af aan de partij en krijgen een deel daarvan weer teruggestort. Plasterk had in december al aangegeven dat hij deze regeling „onwenselijk” vindt.

’Zonder last opereren’

De bewindsman wees er vrijdag op dat een rechter in februari heeft bepaald dat de gemeente Noordoostpolder niet hoefde mee te werken aan de eis van een SP-politica om haar vergoeding op de partijrekening te storten. Volgens de rechter is dat in strijd met de grondwet. Daarin staat dat volksvertegenwoordigers ’zonder last’ moeten opereren.

Plasterk onderstreepte dat hij volksvertegenwoordigers die geld willen afdragen aan hun partij in principe niets in de weg wil leggen. Maar dat kan niet via de afdrachtsregeling van de SP, omdat die op een rechterlijke uitspraak is gestuit. Als Kamerleden zelf een deel van hun vergoeding in de partijkas willen storten is er echter geen probleem, zei hij. De PvdA-minister ontkende ook dat hij erop uit zou zijn de SP de voet dwars te zetten.

’Politieke pesterij’

SP-Tweede Kamerlid Ronald van Raak spreekt van een „politieke pesterij”. Vier jaar hield de minister zijn mond hierover, aldus Van Raak. Hij vindt het „onfatsoenlijk” dat dan op de eerste dag van het reces „een oud voorstel wordt afgestoft wat eerder in de prullenbak is gegooid”. Zijn partij gaat door met de afdracht, al het zal volgens Van Raak wel een stuk bureaucratischer worden.

LEES MEER OVER; RONALD PLASTERK SP AFDRACHTSREGELINGPROVINCIALE STATEN EERSTE KAMER TWEEDE KAMER

Minister Plasterk blokkeert goudmijn SP

AD 07.07.2017 De beloning die raadsleden, Kamerleden en bestuurders van de SP ontvangen, mag straks niet meer direct op de rekening van de Socialistische Partij worden gestort. Dat staat in een vertrouwelijk voorstel van minister Ronald Plasterk dat vandaag wordt besproken in de ministerraad.

   Thijs Coppus @coppus

Leve de solidariteitsregeling van de SP! (en Plasterk kan de boom in) – https://m.facebook.com/story.php?story_fbid=1912178342368230&id=100007282475279 …

7:55 AM – 7 Jul 2017

Vele honderden SP-politici dragen hun vergoeding nu rechtstreeks af aan de partij, omdat ze uit principe vinden dat volksvertegenwoordigers financieel niet wijzer hoeven te worden van hun functie. Deze verplichte regeling wordt het ‘kroonjuweel’ van de socialisten genoemd.

De afdrachtregeling is een goudmijn voor de SP. De partij haalde vorig jaar 5,1 miljoen euro binnen via deze regeling, de helft van alle inkomsten. De andere helft komt uit subsidies, contributies en donaties. De socialisten hebben sowieso een goed gevulde kas: op de bank staat 5,8 miljoen euro.

Concreet moeten Kamerleden en bestuurders hun salaris laten storten op de SP-rekening en dan krijgen ze maandelijks 2.750 euro van de partij terug. Raadsleden ontvangen een onkostenvergoeding die een kwart van hun salaris behelst, alleen in de grootste steden houden ze de helft over.

Minister Ronald Plasterk © ANP

Plasterk heeft afgelopen december al aangegeven dat hij die regeling ‘onwenselijk’ vindt, omdat een politicus dan financieel afhankelijk kan worden van diens partij. De minister kon echter vooralsnog niets doen tegen de constructie, omdat daarover nog een lokale zaak liep bij de rechter.

Op 22 februari kwam de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland en die is glashelder. De gemeente Noordoostpolder hoeft niet mee te werken aan de eis van een plaatselijke SP-politica om haar vergoeding voor raadswerk op de bankrekening van de landelijke SP te storten.

Er is geen beroep aangetekend tegen dit vonnis, dus grijpt Plasterk nu zijn kans. Volgens het plan, dat deze krant heeft ingezien, wil het kabinet ‘op korte termijn’ afspraken maken met gemeenten, provincies en de landelijke overheid om te zorgen dat ze niet langer meewerken aan de SP-regeling.

Controle kwijt

Fiscalisten menen dat er belastingtechnisch niets verandert als politici hun vergoeding zelf houden en een deel afdragen aan de partij. Probleem is echter wel dat de landelijke SP-top de controle kwijtraakt; ze moeten maar hopen dat politici straks nog steeds netjes loon afdragen aan de partij.

De minister van Binnenlandse Zaken gaat er in ieder geval vanuit dat tussenkomst van de landelijke SP ‘op afzienbare termijn’ tot het verleden behoort. Mocht dat onverhoopt niet het geval zijn dan zal het nieuwe kabinet daarvoor zorgen via wetgeving, kondigt Plasterk alvast aan.

Pesterijen

SP-Tweede Kamerlid Ronald van Raak spreekt van een ‘politieke pesterij’. Vier jaar hield de minister zijn mond hierover, aldus Van Raak. Hij vindt het onfatsoenlijk dat dan op de eerste dag van het reces ‘een oud voorstel wordt afgestoft wat eerder in de prullenbak is gegooid’. Zijn partij gaat door met de afdracht, al het zal volgens Van Raak wel een stuk bureaucratischer worden.

Ron Meyer kreeg als nieuwbakken leider van de SP twee duidelijke boodschappen mee. © ANP

Leden forceren twee revoluties bij de SP

Trouw 25.06.2017 Onder druk van haar leden heeft de SP afgelopen weekend twee baanbrekende besluiten genomen: de afdrachtregeling wordt coulanter en alle leden mogen volgend jaar meestemmen over het nieuwe bestuur.

Het kunnen gerust kleine revoluties genoemd worden, de twee besluiten die de partijraad van de SP dit weekend nam. Allereerst zal de partij in de toekomst soepeler omgaan met het salaris dat volksvertegenwoordigers en bestuurders afdragen aan de partij. Daarnaast mogen alle leden volgend jaar bij de verkiezing van een nieuw partijbestuur hun stem uitbrengen. Tot nu toe had slechts een op de vijftig leden stemrecht.

Met beide stappen komt de partij tegemoet aan de toenemende onvrede onder haar leden. Die kwam anderhalf jaar geleden tot volle wasdom op het partijcongres waar Ron Meyer de voorzittersverkiezing won van Kamerlid Sharon Gesthuizen. De leden gaven hun nieuwbakken leider Meyer in Maarssen twee duidelijke boodschappen mee: kijk alsjeblieft eens goed naar onze afdrachtregeling en onderzoek eens of het mogelijk is alle leden te laten stemmen.

Kroonjuweel

Over die afdrachtregeling, in 1974 in het leven geroepen, woedt al jaren discussie binnen de SP. Velen beschouwen het principe dat politici hun salaris goeddeels afstaan aan de partij als kroonjuweel van de SP. Een volksvertegenwoordiger hoort met zijn politieke werk niet meer te verdienen dan de vrijwilliger die de partijbladen door de bus gooit. Gelijke monniken, gelijke kappen. Tegelijkertijd klinkt er kritiek op de rigide rekenmethodes: raadsleden met een uitkering raken in de problemen doordat zij door de partijvergoeding andere, hogere toeslagen mislopen.

Daarnaast jaagt de salarisafdracht mensen weg bij de partij. Tussen 2010 en 2014 stapten 34 SP-raadsleden op; 18 zeiden te vertrekken vanwege de afdrachtregeling. Dat aantal is sindsdien gedaald, maar inmiddels doet zich een ander probleem voor: tegen de afspraken in weigeren steeds meer wethouders en gedeputeerden hun belastingvoordeel af te staan aan de partijkas. In 2012 ging het om 19 procent van de SP-bestuurders, in belastingjaar 2015 zat dit percentage al tussen de 30 en 40, aldus penningmeester Thijs Coppus.

Compromis

Na een enquête onder de afdelingen, fracties en bestuurders presenteerde het partijbestuur zaterdag haar compromis. Dat bestaat eruit dat de partij raadsleden met een uitkering eerder gaat compenseren als zij toeslagen mislopen. Verder krijgen raadsleden in middelgrote steden, die daar steeds vaker overdag moeten vergaderen, vanaf volgend jaar een hogere vergoeding: 35 in plaats van 25 procent van de standaard raadsvergoeding. Tot slot hoeven SP-politici hun belastingvoordeel niet meer in de partijkas te storten. Daar staat tegenover dat zij hun onkosten niet meer kunnen declareren. De partij verwacht dat de plannen haar jaarlijks 650.000 euro gaat kosten.

“Deze discussie is niet uit luxe geboren, maar uit realiteit”, zegt voorzitter Meyer zaterdag tegen een verdeelde zaal op het partijkantoor in Amersfoort. Daar melden zich enthousiaste leden bij de microfoon, maar evenzoveel critici. Die laatste groep zet vraagtekens bij de verhoging van de vergoedingen en de verschillen tussen gemeenten. “Wij vinden het ongepast om als raadslid 130 euro meer te krijgen dan andere SP-raadsleden voor binnen koffie drinken terwijl onze leden buiten in de regen staan te folderen”, aldus de Groningse afdelingsvoorzitter Daan Brandenbarg.

Ondanks de kritiek stemt de zaal in grote meerderheid voor de nieuwe afdrachtregels, net als bij dat andere gevoelige dossier dat die dag op de agenda staat: de stemprocedure. Die gaat bij wijze van proef op de schop. Begin volgend jaar mogen alle SP-leden eenmalig stemmen over het nieuwe bestuur tijdens een vergadering van hun lokale afdeling. Voorheen waren het de afgevaardigden die elk namens vijftig leden een stem uitbrachten op het congres. In de nieuwe opzet wijst het partijbestuur nog wel steeds haar voorkeurskandidaten aan.

Invloed

Dat er animo was voor een andere manier van stemmen, bleek anderhalf jaar geleden tijdens de strijd tussen Meyer en Gesthuizen om de voorzittershamer. Veel leden klaagden dat zij na ruim 25 jaar onder de scepter van Jan Marijnissen geen directe invloed hadden op de keuze van een nieuwe voorzitter. Gesthuizen pleitte in haar campagne voor individueel stemrecht onder leden (‘one man, one woman, one vote’) en behaalde 41 procent van de stemmen. Een commissie ging begin vorig jaar met dat idee aan de slag.

Moderner dan stemmen op een lokale vergadering wordt het voorlopig niet, benadrukte Meyer na vragen uit de zaal over internetstemmen en meevergaderen via Skype. Afdelingen die een groot gebied beslaan, zien wel voordelen in de korte lijnen via internet, maar Meyer is wars van digitale democratie. “Ik vind dat je elkaar moet kunnen zien en ruiken om de discussie met elkaar te kunnen voeren. Het is niet de bedoeling om thuis vanuit de luie stoel te stemmen.”

De afdrachtregeling van de SP

Alle politici die voor de SP actief zijn, laten hun salaris in de regel rechtstreeks in de partijkas storten. Dat leverde de SP vorig jaar ruim vijf miljoen euro aan inkomsten op. Afhankelijk van hun functie krijgen de politici uit diezelfde kas een bedrag teruggestort. Voor voltijdspolitici zoals Tweede Kamerleden gaat het netto om zo’n 2750 euro per maand. Bij raadsleden bepaalt de omvang van de gemeente de hoogte van hun toelage; het percentage schommelt tussen de 25 en 50 procent van de standaardvergoeding voor raadsleden. Dat komt neer op een paar honderd euro per maand. Omdat de Belastingdienst het naar de partij overgemaakte salaris beschouwt als een gift, kunnen SP’ers hun afdracht aftrekken van de inkomstenbelasting. Dat belastingvoordeel horen SP-bestuurders ook naar de partijkas over te maken, maar het overleggen van persoonlijke belastingstukken stuit intern op veel bezwaren. Die plicht schrapt de partij nu.

Lees ook: SP-bestuurders weigeren inzage in belastingaangifte.

Lees ook: Tegen de term ‘scheefwoner’ kan SP’er Sandra Beckerman zich moeilijk verdedigen.

Van belastingjaar 2015 ontving penningmeester Thijs Coppus in dertig tot veertig procent van de gevallen niet de benodigde documenten © ANP

SP-bestuurders weigeren inzage in belastingaangifte

Trouw 25.06.2017  Dertig tot veertig procent van de SP-bestuurders heeft zijn belastingvoordeel afgelopen jaar niet in de partijkas gestort. Wethouders en gedeputeerden zijn verplicht dit geld naar de rekening van de socialisten over te maken, maar zij weigeren het partijbestuur inzage te verschaffen in hun belastingaangifte. Dat meldde landelijk penningmeester Thijs Coppus zaterdag aan de SP-partijraad.

De groep bestuurders die zich verzet tegen het afdragen van het belastingvoordeel, is de afgelopen jaren flink gegroeid. Over belastingjaar 2012 leverde 19 procent van de wethouders en gedeputeerden geen belastingstukken aan waardoor de SP het belastingvoordeel niet kon innen. Van belastingjaar 2015 ontving Coppus in dertig tot veertig procent van de gevallen niet de benodigde documenten. Coppus spreekt van een ‘spagaat’. “We hebben ook te maken met de privacy van mensen.”

Door die weigeringen loopt de SP veel geld mis. In de regel laten de bestuurders hun inkomen rechtstreeks overmaken naar de rekening van de SP. De Belastingdienst ziet dat als een gift. Daardoor kan de bestuurder zijn afdracht aftrekken van de inkomstenbelasting. Bij een wethoudersinkomen, dat in de grote steden tot boven de ton reikt, zijn hier forse bedragen mee gemoeid. De SP had begin dit jaar 46 wethouders en acht gedeputeerden.

Uit de partij gezet

In Rijswijk liep de situatie eind vorig jaar zo hoog op dat de SP besloot om wethouder Björn Lugthart uit de partij te zetten. Lugthart weigerde zijn belastingaangifte aan de partijtop te overleggen. “Mijn opgave inkomstenbelasting stuur ik naar de overheid, als het nodig is naar de politie, maar de partij krijgt geen inzage”, zei de wethouder in december in het AD. Vorige maand lanceerde hij zijn eigen partij, WIJ, waarmee hij volgend jaar aan de raadsverkiezingen wil meedoen.

De SP is inmiddels zo klaar met bestuurders achter de vodden zitten, dat ze zaterdag besloot de regels op dit punt aan te passen. SP’ers mogen hun belastingvoordeel voortaan houden. De partij verwacht daardoor jaarlijks 410.000 euro aan inkomsten mis te lopen. Om dit verlies te compenseren, mogen de bestuurders en volksvertegenwoordigers hun onkosten niet langer declareren.

Lees ook: Leden forceren twee revoluties bij de SP

Sandra Beckerman (SP) tijdens het debat in de Tweede Kamer over het voornemen van de Amerikaanse president Donald Trump om het klimaatakkoord op te zeggen. © ANP

Tegen de term ‘scheefwoner’ kan SP’er Sandra Beckerman zich moeilijk verdedigen

Trouw 25.06.2017 SP-Kamerlid Sandra Beckerman verdient 7700 euro per maand en woont toch in een sociale huurwoning – ze is een ‘scheefwoner’.

Ze verdedigt zich. De SP heeft een afdrachtregeling, zegt ze. SP-Kamerleden dragen een groot deel van hun salaris af aan de partij en houden een bescheiden inkomen van 2750 euro netto per maand over. Wat is er onhandig aan deze verdediging?

Over de afdrachtregeling bestaan twee frames. Het eerste frame is positief. SP-Kamerleden hebben door de afdracht een veel lager inkomen dan hun collega’s. Ze wonen in gewone buurten, tussen gewone mensen. Ze leven hun waarden: als je als Kamerlid opkomt voor de lage inkomens, dan past het niet dat je zelf een hoog inkomen hebt, en een kast van een huis.

Belastingvoordeel

Het tweede frame is negatief. Eerst betalen wij Kamerleden hun salaris, dat ze doorsluizen naar de SP – en daarmee subsidiëren we de SP. Een deel van de afdracht kunnen de SP-Kamerleden aftrekken bij de belastingdienst – en daarmee betalen wij hun ook nog een belastingvoordeel. SP-Kamerleden zijn de duurste Kamerleden, schamperde een CDA’er ooit.

De SP heeft er natuurlijk alle belang bij dat het positieve frame veel aandacht krijgt. Maar doordat Beckerman iets negatiefs (‘scheefwonen’) verbindt aan de afdrachtregeling, activeert ze dat negatieve frame. We betalen dus ook nog voor haar woning, kun je zo maar denken. Daarmee is ze een nog duurder Kamerlid en subsidiëren we de SP nog meer dan we al dachten.

Hans de Bruijn is bestuurskundige en debatspecialist. Wekelijks analyseert hij de sturende taal van politici.

Lees ook: Leden forceren twee revoluties bij de SP.

SP-leden krijgen meer inspraak bij kiezen bestuur

VK 24.06.2017 SP-leden kunnen in het vervolg in de lokale afdelingen stemmen op kandidaten voor het partijbestuur. De partijraad stemde vandaag in met een wijziging van de partijdemocratie.

Voorheen werden de partijvoorzitter en andere partijbestuurders gekozen door afgevaardigden die ieder vijftig leden vertegenwoordigden. Dit getrapte systeem stond ter discussie sinds de voorzittersstrijd tussen Ron Meyer (de huidige voorzitter) en toenmalig Kamerlid Sharon Gesthuizen in 2015.

Gesthuizen voerde campagne met de slogan ‘one man, one vote’

Voorheen werden de partijvoorzitter en andere partijbestuurders gekozen door afgevaardigden die ieder vijftig leden vertegenwoordigden. Dit getrapte systeem stond ter discussie sinds de voorzittersstrijd tussen Ron Meyer (de huidige voorzitter) en toenmalig Kamerlid Sharon Gesthuizen in 2015.

Gesthuizen voerde campagne met de slogan ‘one man, one vote’, ze pleitte voor een directe stem voor elk lid in grote partijbesluiten zoals het verkiezen van de leiding. Meyer won de strijd om de opvolging van Jan Marijnissen, maar de discussie leefde voort.

Nu komt er alsnog een variant van ‘one man, one vote’, maar wie wil stemmen zal wel enige moeite moeten doen. Lokale afdelingen moeten vooraf aan het congres een eigen vergadering en stemming organiseren. Alleen de leden die fysiek komen opdagen kunnen stemmen.

Een nog laagdrempeliger vorm, stemmen via internet, komt er voorlopig niet. Alleen de afdeling Rotterdam pleitte hiervoor tijdens de partijraad in Amersfoort. Andere afdelingsvoorzitters waren juist fel tegen. Wie wil stemmen, moet betrokkemheid tonen. Stemmen ‘vanaf de bank’ is te passief in hun ogen.

Lees verder;

Het gesloten SP-bolwerk vertoont plots barstjes
Zonder Jan Marijnissen is het onrustiger geworden in de SP. Vandaag op de partijraad hoopt voorzitter Meyer weer eenheid uit te stralen. (+)

Volg en lees meer over:  NEDERLAND   SP   POLITIEKE PARTIJEN   POLITIEK

SP-partijvoorzitter Ron Meyer

SP-top geeft zichzelf extra loonruimte cadeau

AD 23.06.2017 Het dagelijks bestuur van de Socialistische Partij vangt sinds vorig jaar april maximaal 400 euro méér loon per maand. Dat komt doordat de SP-top zichzelf in een splinternieuwe topschaal heeft geplaatst, om het wegvallen van andere inkomsten te compenseren.

De ingreep blijkt uit interne stukken over de arbeidsvoorwaarden bij de SP die in handen zijn van deze krant. Tot 1 april 2016 werkten de socialisten met vier functiegroepen en bijbehorende loonschalen. In de hoogste schaal, die gold voor een functie met ‘grote verantwoordelijkheid, inzetbaarheid en flexibiliteit’, bedroeg het maximale brutoloon 3.572 euro per maand.

Eind november 2015 werd Ron Meyer verkozen als partijvoorzitter van de Socialistische Partij. Onder zijn leiding werd enkele maanden later – na overleg met de ondernemingsraad – een extra vijfde schaal geïntroduceerd, met 3.973 euro als hoogst mogelijke brutoloon. Als omschrijving bij deze topschaal staat alleen ‘leden dagelijks bestuur’. Bij de SP zijn dat zeven bestuurders.

Transparant

Zo’n topschaal is opmerkelijk voor de SP, een partij met socialistische wortels waar momenteel veel discussie is tussen de leden over het verplicht delen van inkomsten met de partijkas. De stap zou volgens ingewijden daarom bij meerdere SP’ers slecht zijn gevallen. Partijvoorzitter Meyer vindt de verhoging echter goed uit te leggen. Die komt in plaats van een aparte toelageregeling die de leiding van de socialisten in het verleden ontving. Deze regeling is inmiddels afgeschaft.

,,Met deze wijziging is de totale vergoeding van onze leiding niet verhoogd”, zegt Meyer. ,,Wel is het systeem eerlijk en transparant. En bovendien in overleg met het personeel tot stand gekomen. Zo zie ik het graag.” Personeelsleden en leidinggevenden van de SP verdienen (en verdienden) nooit meer dan het bedrag dat Kamerleden ontvangen, benadrukt de voorzitter.

Afdrachtregeling

De Socialistische Partij kent een afdrachtregeling voor onder meer Kamerleden, het kroonjuweel van de partij. Zij dragen hun salaris af en krijgen daarvoor het loon van een docent op een middelbare school. Eerder meldde deze krant al dat die afdrachtregeling op de schop gaat. Raadsleden van de SP moeten, behalve in de allergrootste steden, nu 75 procent van hun beloning afstaan aan de partij. Het regende de afgelopen jaren echter klachten over de werkdruk in grotere gemeenten (150.000+ inwoners). Dus gaat daar de afdracht terug naar 65 procent, is het plan.

De belangrijkste aanpassing komt echter van het dagelijks bestuur zelf: vele tientallen bestuurders in het land en de 14 Kamerleden dragen momenteel een fors deel van hun salaris af, maar de fiscus ziet die afdracht als een gift die aftrekbaar is. Dat levert mensen een fiks belastingvoordeel op, maar ook die inkomsten stromen de partijkas in. Dat heeft intern tot verhitte discussies geleid en dus wordt die constructie – die veel papierwerk oplevert voor leden en de partij – aangepakt.

Morgen houdt de SP een partijraad, waar ook de afdrachtregeling aan de orde komt.

SP verdraait waarheid over beloning partijbestuur

Elsevier 23.06.2017 De Socialistische Partij is niet transparant over het beloningsbeleid van het partijbestuur. Op de website van de SP vermeldt de partij dat voor bestuurders geen beloningsregeling is. Dit staat haaks op de werkelijkheid: SP-bestuurders krijgen wel degelijk een vergoeding voor hun werk.

De SP vermeldt op haar site dat voor partijbestuurders geen beloningsbeleid geldt. Bestuurders van de Socialistische Partij kunnen wel aanspraak maken op het declareren van gemaakte kosten. De Socialistische Partij heeft nog niet gereageerd.

Loonsverhoging

Het bestuur van de SP heeft zichzelf vorig jaar een riante loonsverhoging van 400 euro per maand gegeven. Zo ontvangt partijvoorzitter Ron Meyer een beloning van bijna 3.973 euro bruto per maand, voorheen 3.572 euro.

Dat meldt het AD. De partijtop heeft voor zichzelf een nieuwe loonschaal bedacht, omdat andere inkomsten door regelgeving wegvielen. Binnen de partij bestonden tot april 2016 vier verschillende loonschalen, maar het bestuur heeft vorig jaar een vijfde schaal geïntroduceerd, die voor de bestuurders zelf is bedoeld.

 Volgen

Ron Meyer @MeyerRon

Tendentieus! Ik verdien niet meer, maar juist minder na techn wijziging. Rare aanval op partij waar Kamerleden en leiding max 2700 krijgen. 10:50 – 23 Jun 2017 · Heerlen, Nederland

Volgens partijvoorzitter Ron Meyer is de verhoging bedoeld als vervanging van een eerdere regeling, waarbij het bestuur een aparte toelage kreeg. Daarom is de verhoging volgens hem goed te verantwoorden. Hij spreekt tegen dat hij meer verdient. ‘Rare aanval,’ aldus Meyer, die in 2015 Jan Marijnissen opvolgde als voorzitter van de SP.

 

 

SP-top geeft zichzelf riante loonsverhoging 

Volgens leden van de SP is dat echter minder vanzelfsprekend. Volgens het AD woedt er een interne discussie over de afdrachtregeling: zo moeten gemeenteraadsleden 75 procent van hun tegemoetkoming afstaan. Punt van kritiek is dat dit niet in verhouding staat tot de hoge werkdruk.

Afdrachtregeling

De belastingvoordelen die de SP geniet, leiden ook tot wrijving met politieke tegenstanders. Iedereen mag giften aan kerken, ideële instellingen en politieke partijen aftrekken van zijn belastbaar inkomen, mits de gift meer is dan 1 procent van het inkomen, met een maximum van 10 procent.

SP-Kamerleden staan rond 70 mille per jaar af. Ze mogen dus 7.000 euro fiscaal aftrekken. Die meevaller pikt de SP ook weer in. Omdat SP’ers door de partij worden verplicht te doneren, zou het in de praktijk gaan om niet-aftrekbare beroepskosten en niet om giften aan de partij.      Lees meer

Berend Sommer (1990) is online redacteur bij Elsevier Weekblad. Hij studeerde geschiedenis aan de Universiteit Leiden. Zijn debuut Duchamp verscheen in juni 2017 bij Uitgeverij Prometheus.

SP-top geeft zichzelf riante loonsverhoging

Elsevier 23.06.2017 Het bestuur van de SP heeft zichzelf vorig jaar een riante loonsverhoging van 400 euro per maand gegeven. Zo ontvangt partijvoorzitter Ron Meyer een beloning van bijna 3.973 euro bruto per maand, voorheen 3.572 euro.

Dat meldt het AD. De partijtop heeft voor zichzelf een nieuwe loonschaal bedacht, omdat andere inkomsten door regelgeving wegvielen. Binnen de partij bestonden tot april 2016 vier verschillende loonschalen, maar het bestuur heeft vorig jaar een vijfde schaal geïntroduceerd, die voor de bestuurders zelf is bedoeld.

Volgens partijvoorzitter Ron Meyer is de verhoging bedoeld ter vervanging van een eerdere regeling, waarbij het bestuur een aparte toelage kreeg. Daarom is de verhoging volgens hem goed te verantwoorden. Ron Meyer volgde in 2015 Jan Marijnissen op als voorzitter van de Socialistische Partij.

SP-Kamerlid Beckerman woont in sociale huurwoning

Volgens leden van de SP is dat echter minder vanzelfsprekend. Volgens het AD woedt er een interne discussie over die afdrachtregeling: zo moeten gemeenteraadsleden 75 procent van hun tegemoetkoming afstaan. Punt van kritiek is dat dit niet in verhouding staat met de hoge werkdruk.

Afdrachtregeling

De belastingvoordelen die de SP geniet, leiden ook tot wrijving met politieke tegenstanders. Iedereen mag giften aan kerken, ideële instellingen en politieke partijen aftrekken van zijn belastbaar inkomen, mits de gift meer is dan 1 procent van het inkomen, met een maximum van 10 procent.

SP-Kamerleden staan rond 70.000 euro per jaar af. Ze mogen daarvan 7.000 euro fiscaal aftrekken. Dat fiscale douceurtje moet overigens ook naar de rekening van de SP worden gestuurd. Omdat SP’ers door de partij worden verplicht te doneren, zou het in de praktijk gaan om niet-aftrekbare beroepskosten en niet om giften aan de partij.

  Berend Sommer (1990) is online redacteur bij Elsevier Weekblad. Hij studeerde geschiedenis aan de Universiteit Leiden. Zijn debuut Duchamp verscheen in juni 2017 bij Uitgeverij Prometheus.

 Sandra Beckerman, al ’tig jaar’ in de Oosterparkwijk.

Voorzitter SP trots op scheefwoner

Telegraaf 17.06.2017  Het is geen enkel probleem dat SP-Kamerlid Sandra Beckerman met haar royale salaris een sociale huurwoning bezet houdt. Partijvoorzitter Ron Meyer zegt er zelfs ’trots’ op te zijn dat „onze Kamerleden in volksbuurten wonen en niet in Wassenaar of binnen de ring in Amsterdam”.

Meyer toont zich gepikeerd over de berichtgeving in deze krant over Beckermans woonsituatie. Al jaren is er in de Tweede Kamer discussie over mensen die met een goed inkomen een gesubsidieerde huurwoning van de markt houden, de zogenoemde scheefwoners. Maar de voorzitter van de partij die juist voor de minder bedeelden zegt op te komen, ziet dat heel anders.

Per tekstbericht, want de telefoon neemt hij niet op, reageert Meyer op de scheefwonende gepromoveerd archeologe: „Mag de thuiszorger of timmerman die in de Oosterparkwijk woont geen Kamerlid worden?”

Beckerman voert als excuus aan dat ze een flink deel van haar salaris aan de partij afdraagt en daarom lang niet zo veel te makken heeft als het lijkt. Het netto salaris dat een SP-Kamerlid overhoudt, is 2750 euro.

LEES OOK: SP-Kamerlid blijkt ’scheefwoner’

Meyer is op dit punt ook vol begrip: „SP’ers verdienen het loon van een leraar. Daardoor weten wij wel hoe gewone mensen leven.”

Meyer wijst er tevens op dat Beckerman „al tig jaar” in de Oosterparkwijk woont. „Dit is haar gemeenschap.” Op de constatering dat de buurt ook een vrije sector kent, gaat hij niet in.

Liever wijst de partijvoorzitter een andere boosdoener aan. „Het ware probleem is dat er door VVD-politiek veel te weinig betaalbare woningen gebouwd zijn.”

LEES MEER OVER; SP SCHEEFWONEN SANDRA BECKERMAN

RON MEYER

GERELATEERDE ARTIKELEN;

SP-Kamerlid blijkt ’scheefwoner’

Telegraaf 16.06.2017 Het nieuwe SP-Kamerlid Sandra Beckerman woont ondanks haar royale salaris van 7705,27 euro bruto per maand in een sociale huurwoning. Dat onthulde de socialist zelf in een debat over hoge energierekeningen.

„In mijn wijk in Groningen zie je geen Tesla’s, maar mensen die hun energierekening niet kunnen betalen”, foeterde de parlementariër. Later in het debat werd duidelijk dat ze letterlijk woont tussen wat zij zelf ’klimaatpaupers’ noemt. „Ik heb een sociale huurwoning.”

Pikant detail is dat ze met haar vorige baan, gepromoveerd universitair docent archeologie in combinatie met het betaalde fractievoorzitterschap in de Provinciale Staten, ook al niet behoorde tot de allerarmsten van de noordelijke studentenstad.

Is zo’n verzamelinkomen niet te hoog voor een sociale huurwoning? „Nee helaas. Zoals heel veel jongeren heb ik altijd te maken gehad met flexibele en korte banen. Daardoor heb ik nooit zo’n hoog inkomen gehad en heel belangrijk: het lukte niet om een hypotheek te krijgen”, verdedigt de socialist haar gesubsidieerde residentie. „Als Kamerlid verdien ik meer, maar de SP heeft natuurlijk een afdrachtregeling. Ik verdien net zo veel als een gemiddelde leraar.”

In de Tweede Kamer wordt al jaren gediscussieerd over ’scheefwoners’. Dit zijn mensen met een hoog inkomen wonend in een spotgoedkope sociale huurwoning. Beckerman ziet dat allemaal anders: „Er moet gewoon heel veel gebouwd worden. De discussie over scheefwoners is een valse, want dan leg je de schuld neer bij de huurder. Bovendien kosten koopwoningen door de hypotheekrenteaftrek veel meer voor de overheid.”

Een aantal Kamerleden hoorde met klapperende oren aan hoe de SP’er zonder blikken of blozen haar onthulling deed. „Ik ben stomverbaasd”, zegt VVD-Kamerlid André Bosman.

Beckerman heeft nog geen verhuisplannen.

SP-Kamerlid Beckerman woont in sociale huurwoning

Elsevier 16.06.2017 Kersvers Kamerlid Sandra Beckerman van de Socialistische Partij blijkt een ‘scheefwoner’ te zijn. Tijdens een debat over ‘klimaatpaupers’ zei de socialist dat ze in een sociale huurwoning woont.

In Groningen woont Beckerman in een sociale huurwoning, naar eigen zeggen tussen de ‘klimaatpaupers’: minder welgestelde Nederlanders die de rekening zouden betalen van de energietransitie.

Dat is opvallend. Over het algemeen worden sociale huurwoningen alleen toegewezen aan huishoudens met een inkomen tot 35.739 per jaar. Woningcorporaties mogen 10 procent van hun sociale huurwoningen toewijzen aan huishoudens met een inkomen tussen de 35.739 en 39.874 per jaar.

Meer:

‘Werkende moet sneller aan sociale huurwoning komen’

Schrijnend wegens afdrachtregeling

Kamerleden verdienen over het algemeen bijna 92.460 euro per jaar. Merkwaardig is dat Beckerman zelf de omstreden afdrachtregeling van de SP aanhaalt ter verdediging van haar woonsituatie. Werknemers van de SP en politici die voor de partij werken, dragen een groot deel van hun salaris af aan de partij.

Door de afdrachten is de SP verreweg de rijkste partij van Nederland en kan ze de duurste campagnes voeren. Omdat politici hun salaris – dat ze van de staat krijgen – afdragen aan een politieke partij, wordt dat als gift aan de organisatie gezien. De giften worden afgetrokken van het belastbaar inkomen. Die meevaller pikt de SP direct in, terwijl SP’ers worden verplicht te doneren.

  Volgen  Andre Bosman @andrebosman @SandraBeckerman woont met het salaris van een kamerlid in sociale huurwoning! “Is goed voor de diversiteit in de wijk” #scheefwoner

14:59 – 15 Jun 2017

‘Flexibele en korte banen’

Het is dan ook schrijnend dat Beckerman naar die regeling van de SP wijst. ‘Ik verdien net zo veel als een gemiddelde leraar,’ aldus Beckerman tegen De Telegraaf. De krant berekende dat de politicus bij haar vorige banen ook al flink verdiende. Voor de verkiezingen werkte ze als gepromoveerd universitair docent archeologie en was ze fractievoorzitter in Provinciale Staten.

Lees verder: waarom de afdrachtregeling van SP schuurt

Beckerman (34) heeft naar eigen zeggen ‘zoals veel jongeren altijd te maken gehad met flexibele en korte banen’. ‘Daardoor heb ik  nooit zo’n hoog inkomen gehad, en heel belangrijk: het lukte niet om een hypotheek te krijgen.’

Bauke Schram  Bauke Schram (1993) is sinds april 2016 online redacteur bij Elsevier Weekblad.

SP-Kamerlid blijkt ’scheefwoner’

Telegraaf 16.06.2017 Het nieuwe SP-Kamerlid Sandra Beckerman woont ondanks haar royale salaris van 7705,27 euro bruto per maand in een sociale huurwoning. Dat onthulde de socialist zelf in een debat over hoge energierekeningen.

„In mijn wijk in Groningen zie je geen Tesla’s, maar mensen die hun energierekening niet kunnen betalen”, foeterde de parlementariër. Later in het debat werd duidelijk dat ze letterlijk woont tussen wat zij zelf ’klimaatpaupers’ noemt. „Ik heb een sociale huurwoning.”

Pikant detail is dat ze met haar vorige baan, gepromoveerd universitair docent archeologie in combinatie met het betaalde fractievoorzitterschap in de Provinciale Staten, ook al niet behoorde tot de allerarmsten van de noordelijke studentenstad.

Is zo’n verzamelinkomen niet te hoog voor een sociale huurwoning? „Nee helaas. Zoals heel veel jongeren heb ik altijd te maken gehad met flexibele en korte banen. Daardoor heb ik nooit zo’n hoog inkomen gehad en heel belangrijk: het lukte niet om een hypotheek te krijgen”, verdedigt de socialist haar gesubsidieerde residentie. „Als Kamerlid verdien ik meer, maar de SP heeft natuurlijk een afdrachtregeling. Ik verdien net zo veel als een gemiddelde leraar.”

In de Tweede Kamer wordt al jaren gediscussieerd over ’scheefwoners’. Dit zijn mensen met een hoog inkomen wonend in een spotgoedkope sociale huurwoning. Beckerman ziet dat allemaal anders: „Er moet gewoon heel veel gebouwd worden. De discussie over scheefwoners is een valse, want dan leg je de schuld neer bij de huurder. Bovendien kosten koopwoningen door de hypotheekrenteaftrek veel meer voor de overheid.”

Een aantal Kamerleden hoorde met klapperende oren aan hoe de SP’er zonder blikken of blozen haar onthulling deed. „Ik ben stomverbaasd”, zegt VVD-Kamerlid André Bosman.

Beckerman heeft nog geen verhuisplannen.

juni 16, 2017 Posted by | 2e kamer, afdrachtregeling, Huurdersheffing, huurverhoging, huurwet, politiek, scheefhuur, scheefwonen, sp, woningwet | , , , , , , , , | 5 reacties